rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel

Vergelijkbare documenten
RECHTSPOSITIEREGELING (gecoördineerde tekst GR d.d. 21/09/2015)

De rechtspositieregeling van het

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 116, 2;

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

VERSLAG AAN DE VLAAMSE REGERING. Dames en heren,

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 116, 1;

Wegwijzer De verschillende lokale besturen als werkgever

Wegwijzer De verschillende lokale besturen als werkgever

Eindverslag nr. 2011/1

VERSLAG AAN DE VLAAMSE REGERING. Dames en heren,

De rechtspositie van het gemeentepersoneel Het salaris, de functionele loopbaan en de geldelijke anciënniteit

Fiche werkgroep organieke regelgeving versoepelen personeelsregelgeving

Ontwerp van Sectoraal akkoord van 19 november 2008 voor het personeel van de lokale en provinciale besturen


Verslag aan de Provincieraad

Overzicht verschillen statutaire en contractuele personeelsleden

INHOUDSTAFEL RECHTSPOSITIE PERSONEEL LOKALE BESTUREN

Rechtspositieregeling

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Wegwijzer De verschillende lokale besturen als werkgever

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 11 januari 2019;

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 354 INHOUD SOMMAIRE. 104 bladzijden/pages

Inhoud. Woord vooraf... 13

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen. Voor de toepassing van dit besluit wordt met de term «gemeente» ook een «brandweerintercommunale» verstaan.

Wijziging RPR detailoverzicht van de gewijzigde artikelen

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

Verslagen van de gemeenteraad. Nr. 8 De gemeenteraad in zitting van 30 juli 2018 De vergadering begint om 20.00u.

Gelet op de organieke wet d.d. 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, hierna de organieke OCMW-wet genoemd;

- Deskundige ten behoeve van het Provinciaal Technisch Instituut ( PTI), Graaf Karel de Goedelaan 7, 8500 Kortrijk

COMITE VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE OVERHEIDSDIENSTEN Afdeling 2 Onderafdeling "Vlaamse Gemeenschap".

Tabel "Samenvatting BVR RPR O per personeelsgroep" als werkinstrument

Gemeente-, OCMW- en provinciedecreet gewijzigd voor meer efficiënte Vlaamse lokale besturen

Inhoud. Woord vooraf... 13

De kandidaten die ten onrechte aan de procedure mochten deelgenomen hebben, kunnen in geen geval toelaatbaar worden verklaard.

Besluit van de Deputatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit

5 schepen J. Vanhooren

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VOORBEELD AANSTELLINGSBESLUIT ALGEMEEN DIRECTEUR GEMEENTERAAD

De rechtspositie van het gemeentepersoneel: de evaluatie

930,16 X (index januari 2004) ,94 (= index januari 2003)

Verslag aan de Provincieraad

De kandidaten die ten onrechte aan de procedure mochten deelgenomen hebben, kunnen in geen geval toelaatbaar worden verklaard.

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

De rechtspositieregeling van het

VR DOC.0862/2

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen ABBFP Bijlage met antwoorden

weddenschalen lokale en regionale BESTUREN MAART 2012 V.U. Vinciane Mortier - Helihavenlaan Brussel

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 23 januari 2009 tot wijziging van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 151;

oz,,ls Stad Eeklo energiek, eigenzinnig, echt, Zitting van : 28 april2014 UITTREKSEL UIT HET REGISTER VAN DE GEMEENTERAAD AANWEZIG :

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op (datum);

BISNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Een loopbaanplan voor jong en oud

Vlaamse aanmoedigingspremie voor loopbaanonderbreking voor personeelsleden van de Vlaamse openbare sector en het Nederlandstalig onderwijs

De nieuwe rechtspositieregeling

De gemeenteraad. Ontwerpbesluit

Verzelfstandiging in het Gemeentedecreet

Wat betreft het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap werd de gewijzigde regeling inzake politiek verlof reeds principieel goedgekeurd op 27 oktober

Bevoegde overheid. Verplichte en facultatieve toelagen

BEKENDMAKING GEMEENTERAADSBESLUIT Ingevolge artikel 186 van het gemeentedecreet

VR DOC.0862/3

RECHTSPOSITIE administratief en technisch personeel (ATP)

OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJKE WELZIJN

ARTIKELSGEWIJZE BESPREKING

Inhoud. Woord vooraf... 13

- RECHTSPOSITIEREGELING.

Vlaamse aanmoedigingspremie voor loopbaanonderbreking voor personeelsleden van de Vlaamse openbare sector en het Nederlandstalige onderwijs


INHOUD Woord vooral Het Gemeentedecreet algemeen Politieke organisatie

Informatienota selectieprocedure Electricien (m/v/x)

BEREKENING VAKANTIEGELD

Verslag van de vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 11 januari 2017

Gesco-regularisatie Vragen en antwoorden voor de gemeenten, provincies en OCMW s

Overgangsmaatregelen inzake de verlofregeling en de waarneming van een hoger ambt.

- RECHTSPOSITIEREGELING.

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet

- RECHTSPOSITIEREGELING.

Titel II. De Personeelsformatie & Titel III. De loopbaan

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

INHOUD. Woord vooraf 17

BIJLAGE 7: OVERZICHT VAN DE VERLOVEN EN AFWEZIGHEDEN, DE ADMINISTRATIEVE TOESTAND EN DE GELDELIJKE EN ADMINISTRATIEVE GEVOLGEN

College van burgemeester en schepenen

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991, artikel 77, eerste lid;

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

1. Goedkeuren van de notulen van de openbare zitting van de OCMW-raad van 19 juni 2018 De OCMW-raad

Toelichting voor mandatarissen VVSG, 4 december 2008

Administratief medewerker

Algemene Vergadering VVSG Brussel, 7 december 2016

De gemeenteraad. Ontwerpbesluit. Beknopte samenvatting: Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de Rechtspositieregeling Personeel Stad Gent te wijzigen.

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het bijzonder decreet van 14 juli 1998 betreffende het gemeenschapsonderwijs, artikel 67, 2;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 1 september 2006 betreffende de ambtshalve concordantie;

NOTULEN VAN DE RAAD VAN 13/12/2017

Informatiesessie inwerkingtreding gemeentedecreet. Kabinet Vlaams minister Marino Keulen

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het bijzonder decreet van 14 juli 1998 betreffende het gemeenschapsonderwijs, artikel 67, 2;

De kandidaten die ten onrechte aan de procedure mochten deelgenomen hebben, kunnen in geen geval toelaatbaar worden verklaard.

Rapporteert aan de zwembadcoördinator Relatie met de schepenen/gemeenteraadsleden Relatie met alle medewerkers van de gemeentelijke organisatie

Ondersteunen van de administratie van de dienst teneinde een efficiënte en effectieve afhandeling van de dossiers te bevorderen.

Transcriptie:

gemeentepersoneel In dit en in de volgende nummers van het Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer zullen we de verschillende elementen van van het gemeentepersoneel toelichten. In dit artikel gaan we dieper in op de uitgangspunten van het besluit van 7 december 2007 van de Vlaamse regering, de bevoegdheid van de gemeenteraad voor de vaststelling van, het toepassingsgebied en de invoeringstermijn. In het gemeentedecreet heeft de decreetgever de grondregels van het gemeentelijk personeelsbeleid vastgelegd. De Vlaamse decreetgever heeft in artikel 116, 1 van het gemeentedecreet en in artikel 112, 1 van het provinciedecreet aan de Vlaamse regering de opdracht gegeven om de basisregels van het gemeentedecreet en het provinciedecreet verder uit te werken. De Vlaamse regering diende onder andere de minimale voorwaarden vast te stellen voor de personeelsformatie en en de toepassing van het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel. De Vlaamse regering heeft hieraan gevolg gegeven in het besluit van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn (Belgisch Staatsblad van 24 december 2007). Het besluit van 7 december 2007 van de Vlaamse regering is verdeeld in elf titels: toepassingsgebied en algemene bepalingen; de personeelsformatie; de loopbaan; het mandaatstelsel, het opdrachthouderschap en de waarneming van een hogere functie; de ambtshalve herplaatsing van het vast aangestelde statutaire personeelslid; het verlies van de hoedanigheid van statutair personeelslid en de definitieve ambtsneerlegging; het salaris; de toelagen, vergoedingen en sociale voordelen; verloven en afwezigheden; de salarisschalen van de secretarissen en de ontvangers van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; slotbepalingen. De uitgangspunten van het besluit van de Vlaamse regering gemeentepersoneel was tot nu toe geregeld door het sectoraal akkoord van 18 juni 1993 houdende de gemeenschappelijke krachtlijnen voor een samenhangend personeelsbeleid in de lokale en regionale besturen (de krachtlijnen Kelchtermans) en de sectorale akkoorden die nadien werden afgesloten. Uit verschillende arresten van de Raad van State is gebleken dat een regeling van de rechtspositie van het personeel van de lokale besturen op basis van sectorale akkoorden en omzendbrieven door de toezichthoudende overheid niet als dwingende norm met rechtskracht mag gehanteerd worden. De omzendbrieven en de sectorale akkoorden zijn niet gebaseerd op een machtiging door een wet of door een decreet of op een besluit van de Vlaamse regering. Het gemeentedecreet en het besluit van 2007 vormen voortaan de basis voor de rechtspositieregeling van het personeel van de gemeenten. De minimale voorwaarden voor de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel sluiten inhoudelijk sterk aan bij de bestaande realiteit. De opeenvolgende sectorale akkoorden sinds 1993 vormden het vertrekpunt. Het besluit van 7 december 2007 van de Vlaamse regering vervangt alle sinds 1993 voor het personeel van de gemeenten en de provincies afgesloten sectorale akkoorden over personeelsbeleid en loon- en arbeidsvoorwaarden. Nieuw is wel dat het besluit van de Vlaamse regering, in tegenstelling tot de sectorale akkoorden, dwingend is. De minimale voorwaarden voor de rechtspositieregeling gaan uit van de volgende uitgangspunten: Een werkbaar raamkader bieden voor zowel grote als kleine besturen en ruimte laten voor plaatselijke keuzes en maatwerk. Het sectoraal akkoord van 1993 bood weinig of geen lokale speelruimte en werd zowel door kleine als grote gemeenten ervaren als een te strak keurslijf; Er wordt gestreefd naar een maximale gelijkheid tussen het personeel in statutair dienstverband en het personeel in contractueel dienstverband. Het arbeidsrecht en het socialezekerheidsrecht laten op sommige gebieden dat maximaal parallellisme echter niet toe; Voor de salarisschalen, de toelagen en de vergoedingen is er zowel beleidscontinuïteit als modernisering. Om de concurrentie tussen de gemeentebesturen in de hand te houden, blijven de salarisschalen en de berekeningswijze uniform geregeld. Dat betekent dat voor de sportfunctionarissen op A- en B-niveau in alle gemeenten dezelfde salarisschalen gelden. De toelagen en vergoedingen worden gemoderniseerd en vereenvoudigd Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer 47 N 210

en oude regelingen worden vervangen door nieuwe. De toelagen en de vergoedingen worden, zoals voorheen, ingedeeld in verplichte en andere toelagen en vergoedingen. De extralegale voordelen met een specifieke fiscale regeling of socialezekerheidsregeling behoren tot de lokale autonomie. Bijgevolg is het mogelijk dat sommige toelagen, vergoedingen en extralegale voordelen in de ene gemeente wel toegekend worden en in een andere gemeente niet of dat het bedrag van de toelage, de vergoeding of het extralegaal voordeel van gemeente tot gemeente verschilt; De interne personeelsmobiliteit en de mobiliteit tussen besturen wordt aangemoedigd; De waardering van ervaring in de privésector of als zelfstandige wordt verruimd. Die waardering is een mogelijkheid, maar geen verplichting waardoor de ervaring in de privé-sector of als zelfstandige in de ene gemeente wel in aanmerking genomen wordt en in een andere gemeente niet of in beperktere mate. In elk geval moet die ervaring functierelevant zijn; Er wordt een raamkader aangeboden voor de verloven en afwezigheden van het gemeentepersoneel. De grenzen van het jaarlijkse vakantieverlof en de basisregels voor het ziekteverlof worden uniform geregeld. Tot nu toe bestond er geen uniforme verlofregeling voor het gemeentepersoneel. De ene gemeente inspireerde zich op de verlofregeling van het personeel van de federale overheidsdiensten en andere gemeenten baseerden zich op de verlofregeling van het personeel van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. De disponibiliteit wordt gemoderniseerd; Er wordt gestreefd naar een evenwicht tussen regulering en flexibilisering; Het ambtelijk niveau wordt geresponsabiliseerd. Er wordt een belangrijke rol toegekend aan de gemeentesecretaris als hoofd van het personeel en als verantwoordelijke voor het dagelijkse personeelsbeheer. ven. Dat gebeurt door de vaststelling van: dwingende bepalingen; wat de gemeenteraad minstens moet regelen; duidelijk omschreven mogelijkheden waarbinnen het lokale bestuur een keuze kan maken; een maximumgrens, van een bedrag of van een onder- en bovengrens; ruimte voor afwijking of aanvulling van een dwingende bepaling. Het gemeentedecreet en het besluit van de Vlaamse regering van 07.12.07 vormen de basis voor van het personeel van de gemeenten Een groot aantal artikelen van het besluit van de Vlaamse regering biedt de mogelijkheid aan de gemeenteraad om een bepaalde regeling in te voeren. Het gebruik van die mogelijkheid is dan een bewuste keuze van het gemeentebestuur. Als de gemeenteraad ervoor kiest de regeling in de lokale rechtspositieregeling op te nemen, dan moet hij dat doen in overeenstemming met de bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering. In sommige gevallen is een eigen invulling of aanvulling mogelijk. Die lokale invulling of aanvulling mag echter niet in strijd zijn met de bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering. De bevoegdheid van de gemeenteraad voor de vaststelling van Het besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 heeft geen rechtstreekse uitwerking op het personeel van de gemeente, met uitzondering van de dwingende bepalingen die uitdrukkelijk rechten toekennen aan het personeel van de gemeente. De gemeenteraad moet de minimale voorwaarden voor van het personeel van de gemeente vaststellen en daarbij de minimale voorwaarden naleven die de Vlaamse regering heeft vastgelegd in haar besluit van 7 december 2007. De vaststelling van de rechtspositierege- Aan de minimale voorwaarden in het besluit van de Vlaamse regering wordt op de volgende manieren vorm gegeling van het personeel is een exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad die niet kan gedelegeerd worden aan het college van burgemeester en schepenen. Het gemeentedecreet bevat een opsomming van de aspecten die minimaal door de gemeenteraad moeten geregeld worden. Het gaat om: 1. de bezoldiging van de personeelsleden en de salarisschalen die van toepassing zijn, rekening houdend met onder meer de gestelde bekwaamheidsvereisten en functievereisten; 2. de toekenning van toelagen en vergoedingen; 3. de voorwaarden en de procedures voor aanwerving en bevordering. Die procedures waarborgen de objectiviteit van de aanwervingen en bevorderingen en de gelijke behandeling van de kandidaten. Alle personeelsleden worden op proef aangesteld; 4. de bekendmaking van de vacatures en de proeftijd; 5. de evaluatie, de wijze van aanwijzing van evaluatoren, de daarbij behorende procedures, de periodiciteit en de rechtsgevolgen ervan, rekening houdend met de aard van de functie; 6. de organisatie van de loopbaan van de personeelsleden en van de interne mobiliteit; 7. de administratieve standen en de anciënniteit van de ambtenaren en de dienstbeëindiging; 8. de arbeidsduur, het verlof en de afwezigheden; 9. de onverenigbaarheden en de beperkingen en voorwaarden voor cumulatie van activiteiten in overheids- en in privédienst; 10. de nadere regels betreffende het tuchtstelsel; 11. de toepasselijkheid van de nieuwe regels ten aanzien van het statutair personeel dat al in dienst is van de gemeente; 12. het verlies van de hoedanigheid van ambtenaar en de ambtsneerlegging. Inzake aanwervingsvoorwaarden zal voor bepaalde functies niet alleen rekening moeten worden gehouden 48

met de bepalingen van het besluit van 2007, maar ook met specifieke bepalingen van decreten en hun uitvoeringsbesluiten. Die bepalingen worden door het gemeentedecreet en het besluit van 2007 niet opgeheven en blijven van toepassing. Dit is onder andere het geval voor sportfunctionarissen (sportgekwalificeerde ambtenaren). Voor hen zal rekening moeten worden gehouden met de bepalingen van: het decreet van 9 maart 2007 houdende subsidiëring van gemeenteen provinciebesturen en de Vlaamse Gemeenschapscommissie voor het voeren van een Sport voor Allenbeleid; het besluit van 19 juli 2007 van de Vlaamse regering ter uitvoering van het decreet van 9 maart 2007 houdende de subsidiëring van gemeenteen provinciebesturen en de Vlaamse Gemeenschapscommissie voor het voeren van een Sport voor Allenbeleid Algemene bepalingen tot het verkrijgen van een beleidssubsidie. Voor de tuchtregeling en voor de aanwerving en terbeschikkingstelling van kabinets- en fractiepersoneel werden specifieke regels vastgesteld in: van 15 december 2006 houdende vaststelling van de tuchtprocedure voor het statutair gemeentepersoneel in uitvoering van de artikelen 129, 136 en 143 van het gemeentedecreet en voor het statutair provinciepersoneel in uitvoering van de artikelen 125, 132 en 139 van het provinciedecreet; van 15 december 2006 houdende vaststelling van de samenstelling, de vergoeding van de leden en de werking van de commissie voor tuchtzaken in uitvoering van artikel 138 van het gemeentedecreet en van artikel 134 van het provinciedecreet; van 12 januari 2007 tot vaststelling van de regels inzake de aanwerving en terbeschikkingstelling van het kabinets- en fractiepersoneel in de gemeenten en de provincies. De tuchtregeling hebben wij uitvoerig toegelicht in het Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer, nr 208. Er dient tevens op gewezen te worden dat op van het gemeentepersoneel ook rechtsregels van toepassing zijn die tot de bevoegdheid van de federale overheid behoren. Dat is onder andere het geval voor bepaalde voorwaarden voor de toegang tot functies bij de overheid, de regelgeving in verband met het welzijn van werknemers op het werk, sommige verloven en de pensioenwetgeving. Omdat elke gemeenteraad van het personeel van zijn gemeente moet vaststellen, kunnen er ten gevolge van de lokale keuzes grote verschillen zijn Zowel voor het personeel van de federale overheidsdiensten als voor het personeel van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, is er een uniforme rechtspositieregeling die geldt voor alle personeelsleden van de federale overheidsdiensten of van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, ongeacht de dienst of de provinciale afdeling waar ze werken. Voor het personeel van de gemeentebesturen is dat niet het geval. Omdat elke gemeenteraad van het personeel van zijn gemeente moet vaststellen, kunnen er ten gevolge van de lokale keuzes grote verschillen zijn. Bij wijze van voorbeeld geven we twee mogelijke verschillen aan. Het is mogelijk dat in de ene gemeente het personeel 35 dagen jaarlijkse vakantie heeft, terwijl het personeel van een andere gemeente het met 30 dagen moet doen. Het personeel van de ene gemeente krijgt maaltijdcheques ter waarde van 6, terwijl hun collega s van een andere gemeente tevreden moeten zijn met maaltijdcheques van 3,50. Alleen voor de dwingende bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 zal de regeling in alle gemeenten dezelfde zijn. Zo zullen de haard- en standplaatstoelage en de eindejaarstoelage overal op dezelfde wijze berekend worden. Hoewel het besluit van het besluit van 7 december 2007 van de Vlaamse regering uitgaat van een maximaal parallellisme tussen statutaire en contractuele personeelsleden, zullen er tussen beide categorieën van personeel verschillen zijn. Statutaire en contractuele personeelsleden: maximaal parallellisme Tot de statutaire personeelsleden behoren zowel de vast aangestelde personeelsleden als het statutaire personeel op proef. De vast aangestelde statutaire personeelsleden zijn de personeelsleden die bij éénzijdige beslissing van de overheid vast in statutair dienstverband zijn aangesteld. Tot de statutaire personeelsleden op proef behoren de personeelsleden die bij éénzijdige beslissing van de overheid toegelaten zijn tot de proeftijd met het oog op een vaste aanstelling in statutair verband. De contractuele personeelsleden zijn de personeelsleden die, conform de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, bij arbeidsovereenkomst in dienst zijn genomen. De volgende bepalingen zijn alleen van toepassing op de statutaire personeelsleden en gelden niet voor de contractuele personeelsleden: de administratieve standen en de weerslag ervan op de anciënniteit; de dienstbeëindiging; de tuchtregeling; de overgangsregels voor de in dienst zijnde statutaire personeelsleden; het verlies van de hoedanigheid van statutair personeelslid en de ambtsneerlegging. Voor de contractuele personeelsleden primeren de bepalingen van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten voor de proeftijd, de functiewijziging, bepaalde verloven, de ziektecontrole en het ontslag. Artikel 6 van de wet bepaalt dat alle met de wet of haar uitvoeringsbesluiten strijdige bepalingen nietig zijn, als ze de rechten van de werknemer beperken of zijn verplichtingen verzwaren. De volgende materies zijn identiek voor de statutaire en de contractuele Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer 49 N 210

Artikel 237 van het besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 bepaalt dat de gemeenteraad tot 1 januari 2009 de tijd heeft om van zijn personeel in overeenstemming te brengen met het besluit van 7 december 2007 van de Vlaamse regering en om tegenstrijdigheden op te heffen. Als na 1 januari 2009 van een gemeente niet of niet volledig in overeenstemming is met het besluit van 2007, hebben de bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 die rechten toekennen rechtstreeks uitwerking voor het personeel. Dat is onder andere het geval voor het minimum aantal vakantiedagen, bepaalde vormen van omstandigheidpersoneelsleden: de bezoldiging en de salarisschalen; de toekenning van toelagen en vergoedingen; de voorwaarden en procedures voor aanwerving en bevordering; de evaluatie; de organisatie van de loopbaan van de personeelsleden en van de interne personeelsmobiliteit; de arbeidsduur, het verlof en de afwezigheden; de onverenigbaarheden en de beperkingen en de voorwaarden voor cumulatie. Hoewel de brutobedragen van de salarisschalen en de toelagen voor het statutaire en contractuele personeel gelijk zijn, zullen de nettobedragen ten gevolge van verschillen in de sociale zekerheidsbijdragen niet gelijk zijn. We gaan hier dieper op in in het hoofdstuk over salarisschalen en toelagen. Het toepassingsgebied gemeentepersoneel is niet van toepassing op: het gemeentelijk gesubsidieerde onderwijspersoneel; het brandweerpersoneel; het personeel van de gemeentelijke vzw s. Voor het gemeentepersoneel dat ingezet wordt in de gemeentelijke onderwijsinstellingen en dat geheel of gedeeltelijk buiten het toepassingsgebied valt van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding, kan de gemeenteraad de eventuele afwijkingen van bepalen. Het gaat om personeel met een onderwijsopdracht en niet om ondersteunend administratief en technisch personeel dat niet gesubsidieerd wordt. De gemeenteraad moet bij de vaststelling van de afwijkingen rekening houden met hun opdracht in de onderwijsinstellingen. Die afwijkingen moeten in overeenstemming zijn met de decreten en besluiten betreffende het onderwijs. In toepassing van artikel 241, 2 van het gemeentedecreet is van het gemeentepersoneel ook van toepassing op het personeel van de autonome gemeentebedrijven. Het autonoom gemeentebedrijf stelt de afwijkingen op vast, voor zover het specifieke karakter van het autonoom gemeentebedrijf dat verantwoordt. Bovendien bepaalt het autonoom gemeentebedrijf van de betrekkingen die niet bestaan bij de gemeente. De rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel is niet van toepassing op het personeel van de gemeentelijke vzw s gemeentepersoneel is niet van toepassing op het personeel van de extern verzelfstandigde agentschappen in privaatrechtelijke vorm, vermeld in artikel 245 van het gemeentedecreet. De personeelsleden van die vzw s of vennootschappen vallen volledig onder het toepassingsgebied van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. Hun minimale loon- en arbeidsvoorwaarden worden bepaald door het bevoegde paritair comité. De invoeringstermijn verlof, de salarisschalen per rang en graad, de eindejaarstoelage, de maaltijdcheques, de hospitalisatieverzekering en het ziektekrediet. In een volgende bijdrage zullen de personeelsformatie en het organogram aan bod komen. Arnold Blockerije, stadssecretaris Ninove Trefwoord(en): gemeentedecreet, rechtspositieregeling, gemeentepersoneel, wetgeving Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer 51 N 210