ONDERZOEKSVERANTWOORDING VRAGENLIJSTFREQUENTIES

Vergelijkbare documenten
ONDERZOEKSVERANTWOORDING VRAGENLIJSTFREQUENTIES

Leefsituatieonderzoek 2006

OZV LEEFSITUATIE 2017

ONDERZOEKSVERANTWOORDING VRAGENLIJSTFREQUENTIES

ONDERZOEKSVERANTWOORDING EN FREQUENTIEVERDELING LEEFSITUATIE 2008

ONDERZOEKSVERANTWOORDING VERTREKMOTIEVENONDERZOEK

Onderzoeksverantwoording. De raad in beeld. LelyStads Panel. Onderzoek&Statistiek. December Onderzoek&Statistiek. Onderzoek&Statistiek

Bijlage bij hoofdstuk 12 Leefsituatie En kwaliteit van leven

LelyStadsGeluiden. De mening van de inwoners gepeild. De leefsituatie van Lelystedelingen in 2006

Onderzoeksverantwoording en vragenlijstfrequenties

ONDERZOEKSVERANTWOORDING VRAGENLIJSTFREQUENTIES

Acceptatie van homoseksualiteit in Lelystad, 2010

LelyStadsGeluiden. De mening van de inwoners gepeild. De leefsituatie van Lelystedelingen in 2008

ONDERZOEKSVERANTWOORDING VRAGENLIJSTFREQUENTIES

VRAGENLIJST CULTURELE VERANDERINGEN 2004

De mening van de inwoners gepeild. Leefbaarheid 2015

Colofon. Deze rapportage is gemaakt door: Onderzoek en Statistiek. Verkrijgbaar, zolang de voorraad strekt bij:

Tabel 1 Afwijkingsmarges rondom schattingen naar steekproefgrootte Steekproefgrootte 5% 20% 35% 50%

LSG LEEFSITUATIE INDEX 2017

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. Leefbaarheid, Veiligheid en welzijn 2007

Centraal Bureau voor de Statistiek SCP. Leefsituatie Index Onderzoek. Door de interviewer in te vullen. Interviewdatum WE_ID: Interviewnr.

Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012

Centraal Bureau voor de Statistiek Voor u gaat invullen.

Stadsenquête A4 Uit hoeveel personen bestaat uw huishouden, uzelf meegerekend? personen

Bijlage bij hoofdstuk 10 De leefsituatie van de bevolking

Hoofdstuk 2. Profiel Leidenaar

ONDERZOEKSVERANTWOORDING VRAGENLIJSTFREQUENTIES

Leefsituatie. Lelystad Onderzoek en Statistiek, gemeente Lelystad, augustus 2013.

Centraal Bureau voor de Statistiek Voor u gaat invullen.

LeLystads getallen. gemeente

Hoofdstuk 2. Profiel Leidenaar

Landelijke Leefsituatieindex

Leefsituatieindex 2010

Hoofdstuk 2. Profiel Leidenaar

bevolkingsprognose

WOONTEVREDENHEID 2011

Lelystads getallen. gemeente

Waar we voor staan! Welzijn Lelystad, een zorg minder

Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen

Hoofdstuk 2. Profiel Leidenaar

ONDERZOEKSVERANTWOORDING EN FREQUENTIEVERDELING MILIEU EN AFVAL 2008

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 19 november 2014

Maatschappelijke participatie

Bijlage E: Aparte Overals analyses voor enkele sociale groepen

BIJLAGEN. Dichter bij elkaar? De sociaal-culturele positie van niet-westerse migranten in Nederland. Willem Huijnk Jaco Dagevos

VRAGENLIJST CULTURELE VERANDERINGEN 2006

Maatschappelijke participatie

De leefsituatieindex 2008

Hoofdstuk 2. Profiel Leidenaar

Vrijwilligerswerk in de gemeente Roosendaal

Hoofdstuk 2. Profiel Leidenaar

Onderzoek Samen Leven 2006

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007

De mening van de inwoners gepeild. Woontevredenheid 2013

PERSOONSGEBONDEN BUDGET (PGB) Wmo

PERSOONSGEBONDEN BUDGET (PGB) Wmo. Voor: - Ondersteuning thuis - Dagbesteding - Huishoudelijke ondersteuning - Kortdurend verblijf

LelyStadsGeluiden. De mening van de inwoners gepeild. Theaterbezoek van Lelystedelingen in 2006

VERHUISSTROMEN DOOR NIEUWBOUW

Onderzoek Digipanel: Contacten met vrienden, familie en buren

2. De niet-westerse derde generatie

Artikelen. Overwerken in Nederland. Ingrid Beckers en Clemens Siermann

Onderzoeksverantwoording Panel Fryslân

Omnibusenquête deelrapport millenniumdoelen. februari Opdrachtgever: Bedrijfsvoering,

Leefsituatie Lelystad 2014

Omnibusenquête 2010 deelrapport biodiversiteit

Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging

Het arbeidsaanbod van laagopgeleide vrouwen vanuit een economisch en sociologisch perspectief. A Gebruikte databestanden... 2

LelyStadsGegevens. Feiten en cijfers over de stad. Bevolkingsprognose

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

OMNIBUSONDERZOEK NOORD- KENNEMERLAND 2005 PSYCHISCHE GEZONDHEID

12. Vaak een uitkering

Openingstijden Stadswinkel

Omnibusenquête deelrapport. Studentenhuisvesting

Jaarrapport Integratie Bijlagen hoofdstuk 8 1

Weinig mensen sociaal aan de kant

Omnibusenquête deelrapport. Zoetermeer FM

Onderzoek en Statistiek Gemeente Lelystad Telefoon:

ONDERZOEKSVERANTWOORDING

Internetpeiling ombuigingen

PEILING 65-PLUSSERS. Gemeente Enkhuizen januari

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders

B&W-Aanbiedingsformulier

Verhuis- en woonwensen van starters

Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling. Bureau Onderzoek en Statistiek. Sportmonitor Inzicht in het sportgedrag van Amsterdammers

Omnibusenquête deelrapport. Ter Zake Het Ondernemershuis

10. Veel ouderen in de bijstand

Spijkerkwartier. Kerncijfers Wijk Stad, 2013 Spijkerkwartier Gemeente Arnhem

De mening van de inwoners gepeild. Veiligheid 2015

Omnibusenquête Imago Palenstein

1 maart Onderzoek: De Stelling van Nederland

Bijlage bij hoofdstuk 11 Wederzijdse beeldvorming

Onderzoek Houten Jongeren en Wonen

TOENAME SPANNINGEN TUSSEN BEVOLKINGSGROEPEN IN AMSTERDAMSE BUURTEN

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM

ONDERZOEKSVERANTWOORDING EN VRAGENLIJSTFREQUENTIES

Burgerpeiling Hoeksche Waard 2015

monitor Marokkaanse Nederlanders in Maassluis bijlage(n)

Langdurige werkloosheid in Nederland

Participatie in sport, hobby s en cultuur

Pensioenaanspraken in beeld

Transcriptie:

ONDERZOEKSVERANTWOORDING EN VRAGENLIJSTFREQUENTIES Samen leven en leefsituatie, 2010 In oktober 2010 hebben 2.353 inwoners van Lelystad vragen beantwoord over hun leefsituatie en over integratievraagstukken. Voor het onderdeel van de leefsituatie is de stand van zaken over een aantal domeinen uitgevraagd. Deze domeinen zijn: Wonen; Vrijetijdsactiviteiten; Sociale participatie; Sport; Vakantie; Consumptiegoederen; Mobiliteit en Gezondheid. Delen van deze domeinen zijn ook van belang om inzicht te geven in hoe het gesteld is met de integratie. Daarnaast zijn er vragen gesteld die een beeld moeten geven over de mate waarin de verschillende culturen met elkaar omgaan en hoe dit gaat. Ook beheersing van het Nederlands en de houding ten opzichte van het leven met verschillende culturen is aan bod gekomen. De enquête is voor een belangrijk deel een herhaling van vragen die al vele jaren aan inwoners van Lelystad en andere steden worden voorgelegd. Hiermee worden zowel trends in de tijd als vergelijkingen met elders mogelijk gemaakt. Onderzoeksverantwoording en vragenlijstfrequenties In deze deelrapportage wordt kort uitgelegd hoe het onderzoek is uitgevoerd om te zorgen dat de bevindingen zo veel mogelijk de en beleving van een doorsnee Lelystedeling weergeven. Tevens wordt de vragenlijst gepresenteerd met percentages voor alle afzonderlijke vragen. Januari 2011

Colofon Deze rapportage is gemaakt door: Verkrijgbaar bij: Gemeente Lelystad Onderzoek en Statistiek Postbus 91 8200 AB Lelystad T 0320 27 85 74 F 0320 27 82 45 e-mail: onderzoek@lelystad.nl Voor feiten en cijfers en overige onderzoeksrapportages kunt u terecht op onze website: www.os.lelystad.nl Lelystad, januari 2011 2

Vragenlijst en steekproef Het onderzoek Samen Leven en Leefsituatie is gehouden in oktober 2010. Het onderzoek is uitgevoerd onder de leden van het LelyStadsPanel en aangevuld met een gestratificeerde steekproef. Op het moment van het onderzoek bestond het panel uit 1.635 inwoners; hiervan hebben 1.330 aan het onderzoek deelgenomen (81% ). De aanvullende steekproef is onder 3.600 inwoners verspreid. Deze steekproef is gestratificeerd getrokken, zodat van zes verschillende bevolkingsgroepen 600 inwoners zijn aangeschreven. Onder de respondenten zaten 184 Marokkanen (31% ), 148 Turken (25% ), 121 Antillianen (20% ), 134 Surinamers (22% ), 219 Nederlanders (37% ) en 217 overige allochtonen (36% ). In totaal hebben 1023 mensen uit de steekproef een ingevulde vragenlijst teruggestuurd (28% ). In totaal hebben dus 2.353 inwoners aan het onderzoek meegewerkt. De panelleden hadden de optie om de enquête via internet in te vullen, wat 74% heeft gedaan. De andere respondenten hebben een schriftelijke vragenlijst ingevuld (zie voorbeeld achterin dit verslag). Betrouwbaarheid en nauwkeurigheid De uitkomsten van deze enquête kennen een bepaalde mate van onzekerheid, vanwege het feit dat er met een steekproef uit de bevolking wordt gewerkt. De mate waarop het werkelijke getal kan afwijken van dat van de respondenten is afhankelijk van het aantal respondenten in de steekproef. De mogelijke afwijking wordt groter en dus minder nauwkeurig naarmate de steekproef kleiner is en/of de schatting de 50% nadert, zoals in grafiek 1 wordt weergegeven. Grafiek 1: Nomogram voor nauwkeurigheidsmarges bij 95% betrouwbaarheid Het aantal respondenten per buurt staat vermeld in het wijkoverzicht in tabel 2. In de Zuiderzeewijk en Haven zijn er minder respondenten, zodat de marges daar wat groter zijn dan in de andere wijken. Bijvoorbeeld: als 30% van de respondenten woonachtig in de Zuiderzeewijk vrijwilligerswerk verricht, dan ligt het werkelijke percentage tussen 24% en 36%. In de nomogram is namelijk te zien dat een verticale lijn vanaf punt 235 (gelijk aan aantal respondenten in Zuiderzeewijk) van de horizontale as lijn B (steekproefpercentages van 30% of 70%) raakt op de hoogte van marge 6,0. In de Atolwijk liggen de nauwkeurigheidsmarges bij een steekproefpercentage van 30% tussen 25% en 35% (want 372 op de horizontale as raakt lijn B op de hoogte van marge 5,0). De kans bestaat dat het werkelijke getal ook buiten de marges van grafiek 1 valt. Die marges zijn zo berekend dat 95% van de steekproefschattingen wél binnen de afwijkingsmarges vallen. Wil men echter 99% zekerheid, dan worden de afwijkingsmarges groter. Deze zekerheid noemt men de betrouwbaarheid. Overeenkomstig de landelijke richtlijnen voor beleidsonderzoek worden de schattingen in dit onderzoek met de afwijkingsmarges van 95% betrouwbaarheid geïnterpreteerd. Wij spreken in dit onderzoek van een relatie (bijvoorbeeld tussen leeftijd en waardering voor vrijetijdsvoorzieningen) als Samen Leven en Leefsituatie, 2010 3

de kans dat deze relatie niet voor alle inwoners op gaat, minder dan 1% is. In de rapportages wordt dan gesproken in termen als aanzienlijk, behoorlijk, in belangrijke mate of noemenswaardig. Wijkindeling Waar in de rapportages een onderscheid naar wijk is gemaakt, betreft dit de wijkindeling welke thans bij de gemeente wordt gehanteerd. In het navolgende overzicht is per wijk vermeld welke CBS-buurten deze omvat. In de rechterkolom (n=..) staat het aantal respondenten per wijk vermeld. Wijk CBS-buurten n= Zuiderzeewijk (Noordoost) Atolwijk (Noordoost) Boswijk (ZO) Waterwijk (ZO) KeKoGoSc (NW) Kustwijk (Noordwest) Botter (Zuidwest) Haven (ZW) Overig L stad Zuiderzeewijk, Lelycentre, Groene Velden, Jagersveld Atol-West, Atol-Oost, Centrum-Noord, Oostrandpark Wold, Horst, Kamp, Griend, Zoom, Archipel, Rozengaard 235 372 337 Waterwijk, Landerijen 334 Kempenaar, Kogge, Gondel, Schouw Punter, Jol, Galjoen, Kuststrook, Karveel, Boeier, Golfpark, Golfresort, Parkhaven Botter, Tjalk, Schoener, Centrum-Zuid, Landstrekenwijk Lelystad-Haven, Hollandse Hout Stadshart, Industrie, Buitengebied 224 360 335 121 35 Weging In overeenstemming met landelijke afspraken worden wegingen toegepast om resultaten namens alle inwoners te presenteren. Met ingang van de enquête 2009 is de methode van weging iets veranderd. De afgelopen jaren werd gewogen op stadsdeel, sekse en leeftijdscategorie. Omdat de verschillen naar stadsdeel zeer beperkt waren is gekozen voor een weging naar de 2 seksen, 4 leeftijdsklassen en naar 5 woningklassen (naar de economische waarde). Aangezien in dit onderzoek een gestratificeerde steekproef is getrokken, is er daarnaast gewogen op herkomst. Op basis van deze vier kenmerken zijn de respondenten herwogen, om te zorgen dat alle (2 x 4 x 5 x 6=) 240 bevolkingsgroepen evenredig zijn vertegenwoordigd. Om te voorkomen dat bepaalde respondenten te zwaar wegen, is bij de weging een maximum van 4,0 toegepast. Naast de weging om algemene uitspraken over Lelystad te doen, is er ook een weging voor de afzonderlijke herkomstgroepen gemaakt. Deze is uit dezelfde variabelen opgebouwd als de hiervoor beschreven weging. Het verschil is echter dat er nu de seksen, leeftijdsklassen en woningklassen evenredig verdeeld zijn binnen de verschillende herkomstgroepen, terwijl de algemene weging er voor zorgt dat evenredigheid wordt bereikt voor de gehele populatie. Achtergrondkenmerken De respondenten uit het onderzoek kunnen worden ingedeeld op basis van een aantal persoons- en gezinskenmerken. In de volgende paragrafen worden deze verschillende kenmerken nader belicht. 4

Geslacht Net als in de rest van Nederland ligt de verhouding tussen mannen en vrouwen in Lelystad rond de verdeling 50%-50%. In het panel zijn vrouwen oververtegenwoordigd. De aanvullende steekproef bevatte meer mannen dan vrouwen. In het panel was de onder mannen iets hoger (77%) dan onder vrouwen (72%). Onder de aanvullende steekproef was juist de onder vrouwen (47%) duidelijk groter dan de onder mannen (34%). Onderstaande tabel toont de verhouding tussen de seksen onder de panelleden, aanvullende steekproef en onder de respondenten. Onder alle respondenten is de verhouding tussen mannen en vrouwen ongeveer gelijk aan die in de hele populatie. Ook na weging is er geen verschil met de totale bevolking. Tabel 2: Responsverdeling naar geslacht Alle panelleden Aselecte steekproef Panel Aselect Ongewogen Gewogen GBA okt (18-79 jr) Mannen 764 (47%) 1858 (52%) 635 (48%) 448 (44%) 1083 (46%) 1134 (49%) 50% Vrouwen 871 (53%) 1742 (48%) 695 (52%) 575 (56%) 1270 (54%) 1181 (51%) 50% Totaal 1635 3600 1330 1023 2353 2316 55605 Leeftijd Jongeren doen in het algemeen minder vaak mee aan onderzoek en dat geldt ook voor dit onderzoek. Zo heeft van de jongeren (tot 30 jaar) in de aselecte steekproef 28% de vragenlijst ingevuld. Onder de inwoners van 55 jaar of ouder is dit 45%. Door herweging is de vertegenwoordiging van de verschillende leeftijdsgroepen veel meer in overeenstemming gebracht met hun werkelijke aandeel in de Lelystedelijke bevolking, zoals blijkt uit de laatste twee kolommen in tabel 3. Tabel 3: Responsverdeling naar leeftijd Alle panelleden Aselecte steekproef Panel Aselect Ongewogen Gewogen GBA okt.2010 18-29 jaar 118 (7%) 1091 (30%) 75 (6%) 192 (19%) 267( 11%) 411 (18%) 20% 30-39 jaar 239 (14%) 811 (23%) 172 (13%) 233 (23%) 405 (17%) 457 (20%) 19% 40-54 jaar 495 (30%) 1072 (30%) 380 (29%) 314 (31%) 694 (30%) 699 (30%) 30% 55 plus 810 (49%) 626 (17%) 703 (53%) 284 (18%) 987 (42%) 748 (32%) 32% Klasse van de woning Zoals vermeld wordt sinds 2009 niet meer op stadsdeel, maar op klasse van de woning gewogen. Deze klasse van de woning wordt bepaald op basis van de WOZ-waarden. Per postcodegebied kan een gemiddelde WOZ waarde worden uitgerekend. Op basis van de verdeling van de gemiddelden is er een klasse-indeling bepaald. Uit tabel 4 valt een ondervertegenwoordiging van de twee laagste klassen en oververtegenwoordiging van twee hoogste woningklassen af te lezen. Deze scheve verdeling wordt grotendeels rechtgezet door de weging. Klasseindeling Tabel 4. Klasse-indeling van de woning Gemid WOZ ( ) x 1.000 Panel Aselect Totaal ongewogen Totaal gewogen Populatie oktober 2010 Klasse 1 Tot 133 9% 26% 16% 14% 13,9% Klasse 2 133-150 20% 34% 26% 27% 26,7% Klasse 3 150-180 20% 17% 19% 22% 21,4% Klasse 4 180-270 29% 14% 22% 21% 20,6% Klasse 5 270 en hoger 22% 9% 16% 17% 17,4% Samen Leven en Leefsituatie, 2010 5

Herkomst Doordat de steekproef gestratificeerd is getrokken, zodat er voldoende inwoners uit de verschillende herkomstgroepen in de zouden zitten, is er een oververtegenwoordiging van allochtonen in de. Tabel 5: herkomstverdeling Aselect ongewogen Panel ongewogen Ongewogen Gewogen GBA 2010 Nederland 21% 88% 59% 74% 73% Ned. Antillen 12% 1% 6% 2% 2% Marokko 18% 0% 8% 3% 3% Suriname 13% 2% 7% 6% 6% Turkije 15% 0% 6% 2% 2% Overig landen westerse Overig niet westerse landen 4% 8% 7% 6% 10% 17% 1% 8% 8% 5% okt Huishoudensituatie De samenstelling van het huishouden waarin men woont is een persoonskenmerk waarop geen weging wordt toegepast, al heeft het een zekere relevantie voor belevingen van het eigen leven, en van het (samen) leven in Lelystad. Op basis van GBA-gegevens schat het CBS de mate waarin vijf soorten huishoudens in Lelystad voorkomen. In de rechterkolom van tabel 6 is de CBS-schatting van 1 januari 2010 samengevat. Tabel 6: Responsverdeling naar huishouden Panel ongewogen Panel gewogen Aselect ongewogen Aselect gewogen Totaal ongewogen Totaal gewogen Schatting CBS 1-1-2010 1 persoonshh. 17% 18% 16% 16% 16% 18% 30% 2 persoonshh. 47% 38% 23% 24% 36% 33% 27% 1 oudergezinnen 3% 4% 9% 8% 6% 5% 8% 2 oudergezinnen 32% 38% 46% 46% 39% 41% 35% Anders 1% 2% 5% 6% 3% 3% 1% Uit de tabel blijkt dat alleenstaanden en eenoudergezinnen onder de respondenten zijn ondervertegen-woordigd, terwijl paren met en zonder kinderen zijn oververtegenwoordigd. Die verschillen hebben een simpele verklaring: de steekproef omvat individuele inwoners en niet (vertegenwoordigers van) individuele huishoudens. De kans dat iemand uit een tweepersoonshuishouden gevraagd wordt aan het onderzoek mee te werken is dan ongeveer het dubbele van iemand uit een eenpersoonshuishouden. Deze nuance is van belang voor de interpretatie van de resultaten: de conclusies gelden voor alle inwoners (tussen 18 en 79 jaar) en niet voor alle huishoudens. Te zien is dat de verdeling maar weinig veranderd door het toepassen van de weging. 6

Vragenlijst met antwoordfrequenties Op de volgende pagina s wordt de vragenlijst weergegeven, zoals deze aan de steekproef is voorgelegd. Een kortere versie, waarbij de algemene vragen over persoonskenmerken is weggelaten, is voorgelegd aan het LelyStadPanel. Voor panelleden zijn die kenmerken bij O&S reeds bekend. De antwoorden op de vragen zijn in percentages vermeld, na herweging om steekproefverschillen in geslacht, leeftijd, woningklasse en herkomst te corrigeren. Bij vrijwel alle vragen hebben respondenten de optie om weet niet / geen als antwoord te geven. Het percentage dat deze optie heeft aangekruist of helemaal niets aankruiste is slechts bij vragen vermeld waarvan het voor meer dan 5% van alle respondenten geldt. De overige percentages zijn steeds berekend ten opzichte van alle geldige antwoorden op de vraag. Hiermee worden geen of weet niet als ongeldig beschouwd, alsmede niet van toepassing of geen antwoord. Per vraag zal een optelling van afzonderlijke antwoordcategorieën niet altijd op 100% uitkomen: óf door afrondingsverschillen en/óf doordat respondenten meerdere antwoorden konden geven. Samen Leven en Leefsituatie, 2010 7

BLOK A. ALGEMENE VRAGEN Het eerste deel van deze vragenlijst bestaan uit algemene achtergrond vragen. Deze informatie zal alleen door Onderzoek en Statistiek worden gebruikt om verschillende groepen te onderscheiden, bijvoorbeeld de groep mannen, jongeren of Kustwijk bewoners. A. 1. Wat is de postcode van uw woonadres? (S.v.p. twee cijfers èn twee letters invullen) Noordoost 19% 19% 61% 31% 56% 16% 24% 21,5% Zuidoost 28% 45% 16% 41% 22% 25% 33% 29,0% Noordwest 28% 13% 12% 10% 15% 35% 26% 26,3% Zuidwest 20% 21% 10% 17% 6% 20% 11% 18,4% overig (incl. warande) 5% 3% 1% 2% 5% 7% 4,8% Totaal (absoluut) 1386 133 185 161 150 153 185 2353 A. 2. Bent u een man of een vrouw? Man 50% 45% 51% 50% 52% 43% 46% 49,0% Vrouw 50% 55% 49% 50% 48% 57% 54% 51,0% A.3 Wat is uw geboortejaar? 18-29 jaar 16% 28% 30% 28% 34% 16% 30% 17,7% 20-39 jaar 18% 19% 30% 22% 28% 18% 24% 19,8% 40-54 jaar 30% 36% 27% 32% 30% 31% 34% 30,2% 55 en ouder 36% 17% 14% 18% 7% 35% 12% 32,3% A.4 Wilt u in onderstaand schema het geboorteland van u en uw ouders aankruisen? Zelf Autochtone n Antillianen Marokkane n Surinamers Turken Westerse allochtonen Overig niet-westers Totaal* * Nederland 99% 24% 29% 27% 19% 57% 11% 28,9% Land van herkomst nvt 77% 70% 73% 80% 35% 88% 69,3% Elders 1% nvt nvt nvt nvt nvt nvt Nvt Onbekend 0% 0% 1% 1% 1% 9% 1% 1,8% Moeder Nederland 100% 11% 0% 7% 2% 27% 4% 9,5% Land van herkomst 0% 82% 90% 83% 86% 42% 77% 78,9 Elders 0% 5% 1% 5% 1% 27% 3% 3,1 Onbekend 0% 3% 10% 5% 11% 4% 16% 8,4% Vader Nederland 100% 3% 0% 6% 0% 36% 5% 11,8% Land van herkomst 0% 81% 91% 86% 87% 33% 73% 75,5% Elders 0% 11% 1% 2% 1% 27% 6% 3,5% Onbekend 0% 5% 9% 6% 12% 5% 16% 9,2%% **Bij het totaal zijn alleen de verschillen onder allochtonen meegerekend 8

A.5 Voelt u zich Nederlander? Ja, altijd 87% 45% 12% 54% 23% 58% 25% 74,5% Ja, meestal 11% 31% 36% 21% 22% 21% 36% 15,1% Ja, soms 2% 13% 39% 17% 26% 19% 28% 6,9% Nee, zelden of nooit 1% 10% 14% 8% 29% 2% 11% 3,4% A.6 Hoeveel jaar woont u al in. (In gemiddeld aantal jaren) uw buurt 12 10 13 10 10 12 8 11,9 Lelystad 23 15 18 16 15 20 11 21,0 Nederland 46 23 23 26 22 40 15 41,3 A.7 Welke huishoudensituatie is het meest op u van toepassing? Alleenstaand 17% 27% 14% 16% 6% 23% 20% 17,5% Twee volwassenen, geen (thuiswonende) 37% 9% 12% 20% 17% 30% 21% 33,3% kinderen Twee volwassenen met thuiswonende 40% 42% 58% 43% 61% 30% 42% 40,9% kind(eren) Eén ouder met thuiswonend(e) kind(eren) 3% 16% 7% 15% 9% 8% 13% 4,9% Anders 2% 6% 8% 7% 8% 9% 5% 3,3% A.8 Uit hoeveel personen bestaat uw huishouden (inclusief uzelf)? Een persoon 18% 24% 14% 18% 5% 23% 20% 17,9% Twee personen 40% 24% 12% 27% 20% 36% 23% 36,7% Drie personen 17% 21% 24% 20% 11% 15% 22% 17,3% Vier personen 19% 16% 19% 22% 29% 19% 19% 19,2% Vijf personen 5% 11% 17% 8% 24% 5% 11% 6,5% Zes personen 1% 2% 11% 3% 8% 1% 4% 1,7% Meer dan zes personen 1% 2% 3% 2% 3% 2% 0,8% A.9 Hoeveel personen daarvan zijn jonger dan 18 jaar? Geen 56% 40% 22% 40% 21% 52% 34% 51,6% Een persoon 19% 26% 31% 34% 27% 20% 27% 20,8% Twee personen 18% 14% 23% 17% 38% 19% 30% 19,6% Drie personen 6% 18% 15% 8% 12% 5% 6% 6,2% Vier personen 1% 2% 7% 2% 2% 4% 2% 1,6% Meer dan vier personen 0% 1% 1% 1% 1% 0,3% Samen Leven en Leefsituatie, 2010 9

A.10 Wat is uw hoogst voltooide opleiding? Geen 0% 1% 16% 8% 7% 3% 6% 1,7% Lager onderwijs 2% 5% 11% 15% 25% 2% 12% 4,3% Lager en middelbaar alg VO 15% 29% 14% 20% 19% 13% 22% 16,4% Hoger algemeen voortgezet onderwijs 10% 5% 17% 10% 6% 15% 11% 10,4% Lager beroepsonderwijs 5% 13% 4% 10% 5% 6% 3% 5,3% Middelbaar beroepsonderwijs 28% 38% 23% 21% 22% 24% 20% 26,3% Hoger beroepsonderwijs 30% 9% 9% 15% 9% 26% 12% 26,0% Wetenschappelijk onderwijs 10% 1% 5% 3% 6% 12% 14% 9,7% A.11 Heeft u een inburgeringscursus gevolgd? Ja, ik heb de cursus afgerond Ja, maar ik heb de cursus (nog) niet afgerond * 0% 7% 23% 4% 17% 12% 34% 24,5% 0% 12% 1% 20% 1% 16% 11,9% Nee 100% 93% 65% 96% 63% 88% 50% 63,6% *Weergave van alleen de eerste generatie allochtonen A.12 Hoeveel uur per week gemiddeld verricht u werk (en uw eventuele partner indien u samen een huishouden deelt)? % dat betaald werk verricht Uren betaald werk zelf 73% 62% 54% 60% 50% 69% 63% 70% 32 31 31 31 31 30 32 32,0 Uren onbetaald zelf 14 10 12 12 16 17 14 13,8 % waarvan de partner betaald werk verricht 57% 33% 35% 44% 40% 44% 37% 53,2% Uren betaald werk partner 32 34 34 32 34 33 36 32,5 Uren onbetaald partner 14 6 19 15 17 18 15 14,7 A.13 Hoeveel bedraagt het netto maandinkomen van uw huishouden (exclusief vakantiegeld, kinderbijslag etc.)? Minder dan 1.000 per maand Tussen de 1.001 en 1.350 per maand Tussen de 1.351 en 1.750 per maand Tussen de 1.751 en 3.100 per maand Meer dan 3.100 per maand 6% 30% 24% 34% 23% 10% 27% 10,6% 7% 26% 23% 15% 22% 16% 16% 9,6% 17% 18% 22% 9% 28% 19% 20% 17,1% 40% 15% 18% 24% 22% 37% 22% 36,9% 29% 11% 13% 19% 5% 18% 16% 26,2% 10

BLOK B. LEEFSITUATIE De volgende vragen gaan over activiteiten en dagelijkse bezigheden. Met behulp van de antwoorden kan bekeken worden hoe de leefsituatie is van verschillende groepen Lelystedelingen. B.1 Kunt u aangeven welke van de volgende zaken u, of iemand anders van uw huishouden, bezit? Indien u iets niet bezit: Is dat dan om financiële redenen? Indien niet in bezit: Is dat Bezit? om financiële redenen? ja nee missing ja nee Missing Auto 84% 16% 49% 51% 9% DVD-speler (niet bedoeld wordt een dvd-speler in pc) 87% 13% 21% 79% 14% DVD recorder met harde schijf 45% 55% 6% 14% 87% 9% Wasmachine 98% 2% 59% 41% 16% Wasdroger 68% 33% 19% 81% 9% Magnetron 93% 7% 15% 85% 10% Vaatwasmachine 73% 27% 21% 79% 8% Personal Computer (PC)/ Laptop (geen spelcomputer) 94% 6% 48% 52% 19% Abonnement op een krant 38% 62% 5% 26% 75% 11% Mobiele telefoon 97% 3% 27% 73% 15% Toegang tot internet 95% 5% 50% 50% 18% B.2 In welk soort woning woont u? Is dat een: 13% Vrijstaande eengezinswoning 72% Eengezinswoning (rijtjeswoning, 2 onder 1 kap) 11% Appartement, flat, boven- of benedenwoning, etagewoning, portiekwoning, maisonnette 2% Zelfstandige ouderenwoning, aanleunwoning, serviceflat 2% Jongeren-, studenten-, verpleegstersflat of huis 0% Woning met winkel en/of werkplaats, deel van een bedrijfsgebouw, boerderij of woning bij tuindersbedrijf 1% Ander woningtype (woonboot, caravan, vakantiewoning e.d.) B.3 Bent u, of is één van de leden van uw huishouden, eigenaar van de woning? 75% Ja 25% Nee Samen Leven en Leefsituatie, 2010 11

B.4 Hoeveel slaap-, woon, en studeer- of werkkamers zijn er in uw woning? Ruimten die uitsluitend in gebruik zijn voor bedrijf of beroep tellen niet mee. 4,5 Kamers B.5 Hoeveel vierkante meter is de oppervlakte van uw woonkamer? Als u het niet precies weet, mag u schatten. 4 5 m² B.6 Hieronder staat een aantal soorten verenigingen en organisaties. Wilt u aangeven of u daar lid van bent of niet? Bent u lid van een: ja nee missing 1. Zang-, muziek- of toneelvereniging 6% 94% 2. Sportvereniging 32% 68% 3. Hobbyvereniging 9% 91% 4. Politieke organisatie 8% 92% 5% 5. Vakbond, werknemers- of werkgeversorganisatie 25% 75% 6. Bibliotheek 42% 58% 7. Vereniging met godsdienstig doel (geen kerkgenootschap) 9% 91% 5% 8. Overige vereniging(en) of (zelf)organisatie(s) 22% zie* 79% 7% * Indien u ook lid bent van overige vereniging(en) of (zelf)organisatie(s): van hoeveel verenigingen of organisaties is dat dan? 1,6 verenigingen/ organisaties 12

Voor welke van de onderstaande verenigingen en organisaties verricht u onbetaald B.7 vrijwilligerswerk: Ja nee Missing 1. Zang-, muziek- of toneelvereniging 3% 97% 6% 2. Sportvereniging 13% 87% 6% 3. Hobbyvereniging 4% 96% 6% 4. Politieke organisatie 4% 96% 6% 5. Vakbond, werknemers- of werkgeversorganisatie 3% 97% 6% 6. Bibliotheek 2% 98% 6% 7. Godsdienstige of levensbeschouwelijke organisatie 11% 89% 6% 8. School, crèche of peuterspeelzaal (bijv. oudercommissie, 6% 11% 89% schoolbestuur of andere hulp op school) 9. Buren-, bejaarden- of gehandicaptenhulp 11% 89% 6% 10. Een organisatie met maatschappelijke doelen (bijv. mensenrechten, 6% 8% 91% natuur- of dierenbescherming) 11. Een buurtvereniging of buurtcentrum 3% 97% 7% 12. Overige vereniging(en) of (zelf)organisatie(s) 18% zie* 82% 7% * Indien u ook actief bent voor overige vereniging(en) of (zelf)organisatie(s): voor hoeveel verenigingen of organisaties is dat dan? 1,6 verenigingen / organisaties B.8 Hoeveel uur per week verricht u gemiddeld vrijwilligerswerk? Denk hierbij aan een doorsnee week uit uw leven in het afgelopen jaar 5,8 uur per week B.9 Heeft u last van een of meer langdurige ziekten, aandoeningen of handicaps? Ook ouderdomsklachten of specifieke ouderdomsziekten tellen mee. 36% Ja 64% Nee ga door naar vraag B.11 0% Weet niet of de aandoening langdurig is B.10 Kunt u aangeven in welke mate u hierdoor belemmerd wordt? Sterk belemmerd Licht belemmerd Niet belemmerd Bij het uitvoeren van dagelijkse bezigheden thuis? 19% 47% 34% In uw vrijetijdsbesteding, bij het sporten of reizen? 27% 45% 29% Bij het uitvoeren van dagelijkse bezigheden op school/werk? (alleen beantwoorden als u 12 uur of meer per week werkt of een opleiding volgt) 16% 29% 55% Samen Leven en Leefsituatie, 2010 13

B.11 Wat vindt u, over het algemeen genomen, van uw gezondheid? 13% uitstekend 23% zeer goed 47% goed 14% matig 3% slecht B.12 Heeft u hobby s? Zoals musiceren, zingen, ballet, toneelspelen, schilderen of tekenen, handwerken, doe-het-zelven, verzamelen, computeren, wandelen of fietsen. 87% Ja Zo, ja hoeveel? 3,4 hobby s 13% Nee B.13 Wilt u aangeven hoe vaak u in de afgelopen 12 maanden de volgende culturele voorzieningen heeft bezocht? Niet bezocht 1 keer 2-3 keer 4-11 keer 12 keer of vaker 1. Concert van klassieke muziek 84% 10% 5% 2% 0% 2. Popconcert 74% 14% 9% 2% 1% 3. Opera 94% 5% 1% 0% 0% 4. Toneelvoorstelling 69% 17% 11% 2% 0% 5. Balletuitvoering 92% 6% 2% 0% 0% 6. Cabaretvoorstelling 69% 15% 13% 3% 0% 7. Musical 75% 19% 6% 1% 0% 8. Film 46% 17% 24% 10% 2% 9. Museum 50% 19% 20% 10% 2% 10. Dansavond of houseparty 83% 6% 6% 3% 2% B.14 Heeft u de afgelopen 12 maanden één of meerdere sporten beoefend? Niet: vissen en denksporten zoals schaken, dammen of kaarten. 54% Ja 46% Nee ga door naar vraag B.17 B.15 Hoeveel sporten beoefende u totaal? 1,8 sporten B.16 Hoe vaak sport u gemiddeld? 7% Minder dan 1 keer per maand 14% 1 tot 3 keer per maand 35% 1 keer per week 45% Vaker, namelijk 3,0 keer per week 14

B.17 Bent u in het bezit van een abonnement voor het openbaar vervoer? 24% Ja, van de Nederlandse Spoorwegen (NS Jaarkaart, NS Trajectkaart, OV-kaart, kortingskaart) 2% Ja, van de bus, tram of metro 7% Ja, van beide (zowel de Nederlandse Spoorwegen, als van bus, tram of metro) 68% Nee B.18 Hoe vaak bent u afgelopen 12 maanden met vakantie geweest? Een vakantie is een verblijf buiten de eigen woning voor recreatieve doeleinden met tenminste vier opeenvolgende overnachtingen. 23% Geen enkele keer ga door naar vraag B.20 35% Eén keer 42% Meer dan 1 keer B.19 Bent u in de afgelopen 12 maanden in het buitenland op vakantie geweest? 81% Ja 19% Nee B.20 In welke mate vindt u zichzelf een gelukkig mens? 20% Erg gelukkig 60% Gelukkig 16% Niet gelukkig, niet ongelukkig 4% Niet zo gelukkig 1% Ongelukkig B.21 Hieronder staan enkele uitspraken: wilt u aangeven of ze op u van toepassing zijn? U kunt telkens antwoorden met ja, soms of nee. Ja Soms Nee 1. Er zijn mensen met wie ik goed kan praten 83% 15% 2% 2. Ik voel me van andere mensen geïsoleerd 3% 23% 73% 3. Er zijn mensen bij wie ik terecht kan 84% 13% 3% 4. Er zijn mensen die me echt begrijpen 72% 22% 2% 5. Ik maak deel uit van een groep vrienden 59% 16% 24% 6. Mijn sociale contacten zijn oppervlakkig 16% 33% 49% Samen Leven en Leefsituatie, 2010 15

BLOK C. SAMEN LEVEN Het laatste deel van van deze vragenlijst gaat over hoe mensen uit verschillende bevolkingsgroepen in Lelystad met elkaar omgaan en hoe u dit zelf ervaart C.1 Vindt u het moeilijk een gesprek in het Nederlands te begrijpen? * Nooit 97% 92% 61% 82% 50% 85% 50% 70,8% Soms 2% 7% 26% 16% 36% 10% 39% 22,1% Vaak 1% 2% 13% 2% 13% 5% 11% 7,1% een gesprek in het Nederlands te voeren? Nooit 99% 96% 67% 91% 59% 87% 61% 77,7% Soms 0% 3% 21% 7% 24% 7% 28% 14,9% Vaak 1% 2% 13% 2% 17% 5% 11% 7,4% kranten, brieven of folders in het Nederlands te lezen? Nooit 98% 92% 65% 87% 58% 89% 54% 74,6% Soms 1% 7% 17% 8% 21% 6% 36% 16,8% Vaak 1% 2% 17% 5% 21% 5% 11% 8,6% een brief of e-mail in het Nederlands te schrijven? Nooit 97% 82% 53% 82% 49% 82% 44% 66,5% Soms 3% 15% 20% 11% 25% 11% 34% 19,0% Vaak 1% 3% 27% 8% 26% 7% 22% 14,6% *Voor de totalen zijn alleen de antwoorden van de allochtonen meegenomen C.2 Wanneer u zichzelf vergelijkt met andere inwoners van Lelystad met dezelfde leeftijd en opleiding, vindt u dat u meer of juist minder kansen in het leven hebt gekregen? Ik vind dat ik meer kansen heb gekregen dan andere inwoners Ik vind dat ik evenveel kansen heb gekregen als andere inwon Ik vind dat ik minder kansen heb gekregen dan andere inwoner 16% 19% 7% 11% 13% 19% 17% 16,3% 78% 61% 58% 59% 56% 69% 56% 72,9% 6% 20% 35% 29% 31% 12% 26% 10,8% C.3 Voelt u zich wel eens gediscrimineerd? (U kunt meerdere hokjes aankruisen) Nee, nooit 73% 46% 30% 43% 44% 69% 64% 68,1% Ja, vanwege mijn leeftijd 11% 7% 1% 9% 3% 13% 7% 10,1% Ja, vanwege mijn geslacht 7% 6% 1% 6% 1% 9% 4% 6,4% Ja, vanwege mijn huidskleur/ uiterlijk 3% 41% 20% 35% 19% 3% 15% 7,2% Ja, vanwege mijn handicap/ ziekte 5% 2% 1% 6% 3% 4% 3% 4,5% Ja, vanwege mijn etnische afkomst 1% 10% 35% 11% 28% 3% 13% 4,1% Ja, vanwege mijn geloof 2% 4% 46% 12% 38% 1% 7% 5,0% Ja, vanwege een andere reden 8% 13% 3% 10% 13% 9% 8% 8,3% 16

Nu volgt een aantal vragen over sociale contacten. Het gaat hierbij om ontmoetingen, telefonische en schriftelijke contacten, maar ook om contacten per e-mail, met mensen die niet bij u in huis wonen. Wél gaat het om een contact met inhoud, dus meer dan een groet of het doorsturen van een bericht. C.4 Hoe vaak heeft u contact met vrienden, vriendinnen of echt goede kennissen? Minstens 1 keer per week 72% 76% 70% 72% 72% 66% 68% 71,2% 1 keer per 2 weken 15% 7% 12% 8% 15% 21% 14% 15,1% 1 keer per maand 7% 3% 9% 10% 3% 8% 5% 6,9% Minder dan 1 keer per maand 3% 4% 6% 1% 2% 3% 8% 3,2% Zelden of nooit 3% 10% 3% 8% 8% 3% 5% 3,5% C.5 Hoeveel van deze contacten zijn met autochtone vrienden, vriendinnen of echt goede kennissen? ( autochtone betekent dat beide ouders in Nederland zijn geboren; weet u dit niet voor al uw vrienden geeft u dan a.u.b. een schatting ) Geen 6% 8% 16% 14% 26% 13% 20% 8,3% Minder dan helft 5% 32% 31% 24% 35% 11% 22% 9,3% Ongeveer de helft 4% 21% 29% 29% 27% 13% 18% 8,0% Meer dan de helft 32% 28% 19% 23% 8% 29% 33% 30,4% Allemaal 53% 11% 6% 10% 4% 34% 7% 44,0% geen idee/ geen 5% 12% 14% 12% 15% 9% 11% 6,9% C.6 Hoe vaak heeft u contact met uw buren? Minstens 1 keer per week 56% 55% 59% 53% 69% 44% 47% 55,0% 1 keer per 2 weken 20% 9% 15% 14% 9% 21% 14% 18,8% 1 keer per maand 8% 6% 7% 6% 7% 11% 12% 8,3% Minder dan 1 keer per maand 6% 7% 6% 5% 4% 6% 10% 5,7% Zelden of nooit 10% 24% 13% 23% 11% 19% 17% 12,2% C.7 Hoeveel van deze contacten zijn met autochtone buren? ( autochtone betekent dat beide ouders in Nederland zijn geboren; weet u dit niet voor al uw buren geeft u dan a.u.b. een schatting) Geen 10% 8% 15% 10% 12% 18% 17% 11,4% Minder dan de helft 7% 17% 25% 14% 35% 8% 16% 9,1% Ongeveer de helft 8% 23% 19% 22% 20% 3% 9% 8,8% Meer dan de helft 21% 31% 22% 25% 21% 21% 21% 21,7% Allemaal 53% 22% 19% 29% 13% 50% 37% 49,0% 8% 18% 12% 11% 13% 8% 10% 8,5% Samen Leven en Leefsituatie, 2010 17

C.8 Op welke van de volgende locaties in uw wijk bent u de afgelopen 12 maanden regelmatig (bijv. maandelijks) geweest? Wijkpost 8% 6% 10% 7% 13% 7% 3% 7,3% Kinderopvang 6% 13% 13% 6% 9% 5% 10% 6,7% Peuterspeelzaal 6% 10% 15% 2% 11% 7% 5% 5,8% Buurthuis 5% 13% 15% 5% 9% 5% 8% 5,2% JOP 1% 5% 3% 1% 1% 0,7% Jongerenlokaal 3% 5% 4% 1% 1% 2% 2,6% Sportvoorziening 14% 20% 29% 9% 16% 13% 14% 14,2% Geen 68% 57% 42% 72% 52% 75% 72% 67,9% C.9 Hoe gaan de mensen in de buurt waar u woont in het algemeen met elkaar om? Heel vriendelijk 17% 13% 20% 22% 19% 22% 20% 17,7% Vriendelijk 69% 53% 58% 52% 58% 62% 55% 65,7% Niet vriendelijk maar ook niet onvriendelijk 13% 31% 22% 22% 18% 15% 23% 14,8% Onvriendelijk 1% 2% 1% 2% 2% 2% 1,1% Heel onvriendelijk 1% 1% 1% 1% 3% 1% 1% 0,7% 15% 6% 8% 8% 7% 3,9% C.10 Hoe gaan autochtone en allochtone buurtbewoners in het algemeen met elkaar om? Heel vriendelijk 13% 13% 16% 19% 17% 19% 14% 13,7% Vriendelijk 65% 51% 63% 54% 52% 57% 60% 63,2% Niet vriendelijk maar ook niet onvriendelijk 19% 32% 21% 22% 30% 11% 25% 20,5% Onvriendelijk 2% 1% 1% 5% 1% 2% 1% 1,9% Heel onvriendelijk 1% 2% 1% 1% 1% 0,7% 31% 24% 10% 18% 33% 14% 28,2% C.11 Kunt u aangeven of u het met de volgende stellingen eens of oneens bent: Allochtonen moeten de Nederlandse taal leren. Autochtonen Antillianen Marokkanen Surinamers Turken Westerse allochtonen Overig niet-westers Totaal Helemaal mee eens 73% 72% 58% 77% 48% 83% 70% 72,9% Mee eens 26% 27% 34% 18% 38% 15% 26% 25,2% Niet eens/ niet oneens 1% 1% 8% 5% 11% 1% 2% 1,5% Mee oneens 0% 1% 1% 2% 0,3% Helemaal mee oneens 0% 2% 0,1% 18

Allochtonen in Nederland moeten niet te veel vasthouden aan hun eigen cultuur en gewoonten. Autochtonen Antillianen Marokkanen Surinamers Turken Westerse allochtonen Overig niet-westers Totaal Helemaal mee eens 19% 22% 3% 22% 8% 26% 16% 18,9% Mee eens 29% 22% 17% 19% 16% 28% 28% 27,7% Niet eens/ niet oneens 34% 32% 30% 29% 27% 30% 28% 32,9% Mee oneens 17% 14% 23% 17% 23% 15% 19% 16,5% Helemaal mee oneens 2% 12% 26% 14% 27% 1% 9% 4,0% 6% 6% 7% Nederlanders zouden meer open moeten staan voor de cultuur van allochtonen. Autochtonen Antillianen Marokkanen Surinamers Turken Westerse allochtonen Overig niet-westers Totaal Helemaal mee eens 7% 26% 48% 32% 44% 14% 22% 11,9% Mee eens 40% 51% 31% 42% 41% 39% 39% 40,0% Niet eens/ niet oneens 34% 17% 17% 21% 11% 26% 22% 30,3% Mee oneens 12% 2% 1% 4% 4% 14% 15% 11,7% Helemaal mee oneens 7% 4% 3% 1% 7% 2% 6,1% Een wijk gaat er niet op vooruit als er veel allochtonen komen wonen. Autochtonen Antillianen Marokkanen Surinamers Turken Westerse allochtonen Overig niet-westers Totaal Helemaal mee eens 21% 16% 14% 19% 20% 23% 18% 20,8% Mee eens 32% 16% 27% 21% 16% 28% 23% 30,1% Niet eens/ niet oneens 28% 30% 25% 28% 19% 24% 33% 28,2% Mee oneens 13% 17% 13% 16% 21% 20% 12% 13,9% Helemaal mee oneens 5% 22% 21% 16% 24% 6% 14% 7,0% 8% 10% 7% 9% 11% De islam kan een waardevolle bijdrage leveren aan de Nederlandse cultuur. Autochtonen Antillianen Marokkanen Surinamers Turken Westerse allochtonen Overig niet-westers Totaal Helemaal mee eens 2% 3% 48% 15% 50% 7% 15% 5,6% Mee eens 12% 14% 36% 17% 32% 14% 22% 14,0% Niet eens/ niet oneens 32% 31% 15% 38% 14% 26% 25% 30,7% Mee oneens 27% 14% 1% 14% 2% 23% 16% 24,3% Helemaal mee oneens 28% 37% 1% 17% 2% 30% 21% 25,5% 6% 24% 6% 15% 5% 7% 20% 8,0% Al die vreemde culturen vormen een bedreiging voor de Nederlandse cultuur. Autochtonen Antillianen Marokkanen Surinamers Turken Westerse allochtonen Overig niet-westers Totaal Helemaal mee eens 10% 3% 1% 6% 2% 13% 4% 8,4% Mee eens 15% 5% 4% 3% 9% 17% 14% 14,0% Niet eens/ niet oneens 28% 21% 12% 26% 14% 19% 33% 27,1% Mee oneens 32% 32% 23% 26% 27% 33% 25% 31,3% Helemaal mee oneens 15% 38% 61% 39% 47% 19% 25% 19,2% 19% 6% 8% 10% 12% Samen Leven en Leefsituatie, 2010 19

Het is moeilijk om in Nederland geaccepteerd te worden als je je eigen cultuur wilt behouden. Autochtonen Antillianen Marokkanen Surinamers Turken Westerse allochtonen Overig niet-westers Totaal Helemaal mee eens 7% 14% 19% 14% 19% 12% 6% 7,9% Mee eens 34% 31% 35% 32% 26% 34% 32% 33,7% Niet eens/ niet oneens 32% 33% 24% 27% 28% 28% 32% 31,0% Mee oneens 21% 18% 12% 20% 23% 20% 23% 20,9% Helemaal mee oneens 6% 4% 9% 8% 4% 7% 7% 6,5% 12% 14% 6% 5% 13% 9% 11,2% Het is goed als een samenleving bestaat uit mensen van verschillende culturen. Autochtonen Antillianen Marokkanen Surinamers Turken Westerse allochtonen Overig niet-westers Totaal Helemaal mee eens 14% 48% 66% 49% 56% 24% 39% 20,6% Mee eens 50% 40% 31% 39% 42% 48% 44% 48,4% Niet eens/ niet oneens 26% 11% 2% 7% 2% 23% 13% 22,6% Mee oneens 6% 1% 4% 5% 3% 5,3% Helemaal mee oneens 4% 1% 1% 1% 1% 1% 3,2% 5% 20