Verbetering Vakbekwaamheidsbouwwerk voor financiële dienstverleners



Vergelijkbare documenten
Wijzigingsbesluit financiële markten 2013

Graag reageren wij op het consultatiedocument modulaire structuur Wft-vakbekwaamheid.

Wft Pensioenvergunning. Praktische gevolgen

Reacties CDFD/consultatieronde

Datum : 4 november 2011 Contactpersoon : Nelleke Sterrenberg Onderwerp : Consultatie Modulaire structuur Doorkiesnummer :

Diplomaplicht in het bedrijfsvoeringsmodel.

Drs. A. Reitsma Secretaris T M E b.reitsma@vfn.nl

PA en ander geneuzel. EFP Noord Leeuwarden, 23 september Richard Meinders SVC

Input vanuit KPS-werkgroep Wft-Pensioenverzekeringen

Input op consultatiedocument CDFD Toetstermen Wft-module Pensioenverzekeringen

BGFO Herziening WFt vakbekwaamheidstructuur

Standaardiseren Dienstverleningsdocument

Dienstenwijzer. Alles over onze financiële dienstverlening

C u r s u s a a n b o d C o n s i s A c a d e m i e

WFT Pensioen, bedreiging of kans?! Sander Sanders mpla

Input op consultatiedocument CDFD Wft-module Pensioenverzekeringen

Op basis van de afgegeven vergunningen door de AFM is advisering mogelijk met betrekking tot de navolgende producten:

Herziening WFt vakbekwaamheidstructuur

CONSULTATIEDOCUMENT MODULAIRE STRUCTUUR WFT-VAKBEKWAAMHEID OKTOBER 2011

Aanleiding & Doel. o Aanleiding / Doel o Informeren om vooruit te kunnen lopen op de veranderingen:

Wijziging (PE) Wft examens per 1 april 2018

WFT Pensioen, bedreiging of kans?! E.H.A.M. Lacroix MPLA/FFP

Toelichting bij het aanvraagformulier nieuw Wft-diploma 2014

Datum 13 september 2012 Ons kenmerk TGFO-EHBo Pagina 1 van 7. Telefoon elisabeth.bootsma@afm.nl.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ADVIESDOCUMENT Advies CDFD inzake vaststellen ontwikkelingen Periode 1 april 2019 tot en met 31 maart 2020

INFORMATIEFOLDER. Advies op maat. Advies

Wft-portfolio De heer J. Jansen

College Deskundigheid Financiële Dienstverlening Per: Hoevelaken, 9 november 2011

- CONCEPT VOOR INTERNETCONSULTATIE -

CDFD-DISPENSATIEREGELING BIJ EXAMINERING WFT-MODULES. d.d. 1 juni 2009

Reactie Consultatiedocument

Themabijeenkomst nieuwe vakbekwaamheidseisen dinsdag 19 november Den Haag. Paul Oostdam. Adviseur College Deskundigheid Financiële Dienstverlening

Voorpagina FD 22 september Generali. Wij beloven niet. Wij verzekeren.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE

NOTITIE TOETSMATRIJZEN VOOR INITIËLE EXAMENS BINNEN NIEUWE WFT- VAKBEKWAAMHEIDSTRUCTUUR

Welke producten vallen onder de nieuwe Wft-vergunning Pensioenverzekeringen? Onder de nieuwe vergunning Wft Pensioenverzekeringen komen te vallen:

Wet op het financieel toezicht (Wft)

DE MINISTER VAN FINANCIËN, Gelet op de artikelen 2:104, eerste en tweede lid, en 4:7 van de wet; BESLUIT: ARTIKEL I

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA S-GRAVENHAGE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE

Welkom bij de Lezing: Wegpoetsen van de indianenverhalen over de Wfd/Wft

Samenstelling initiële Wft-examens

_SFPA_ Smit Financiële Planning & Advies

Datum 10 juni 2014 Ons kenmerk EhBa Pagina 1 van 3. Betreft

De diplomaplicht en het nieuwe vakbekwaamheidsgebouw

Wft deskundigheidsbouwwerk

Naar aanleiding van het door u samengestelde consultatiedocument over de modulaire structuur Wft-Vakbekwaamheid het volgende:

Toetsmatrijs PE-PLUS EXAMENS WFT-VAKBEKWAAMHEID College Deskundigheid Financiële Dienstverlening Januari 2014, Den Haag

DIENSTENWIJZER versie

Betreft: reactie inzake consultatiedocument Modulaire structuur Wft-vakbekwaamheid

Wft-portfolio De heer V. Voorbeeld

Mocht u menen dat wij niet adequaat op uw klacht hebben gereageerd, dan kunt u zich wenden tot dit klachteninstituut: KiFid

Wie zijn wij? Muurling Assurantiën BV (Muurling Het Financiële Hart)

Wft Vakbekwaamheid Nieuws

Dienstverleningsdocument Van der Krabben Pensioenen Hypotheken Verzekeringen BV

PensioenAdviesProgramma

Jan Smuldersstraat 22 Postbus ZG Vessem. Telefoon : (0497) CDFD Fax: (0497) T.a.v. Mevr. Mr. F.

Toetsmatrijzen initiële Wft-examens

Mr. J. Oosterbaan Martinius Algemeen directeur Bureau D & O

TOELICHTING DIENSTVERLENING

Waarom Wft vergunning Pensioenverzekeringen?

Nieuwe Eisen Vakbekwaamheid Verbond van Verzekeraars, 19 november 2013

Ooms Financieel Adviseurs B.V. DIENSTENWIJZER

CDFD T.a.v. de heer dr. O.C. McDaniel, Baarn, Hoevelaken, Amsterdam, 14 september 2012

Dienstverleningsdocument

Betreft: Reactie FFP op consultatie Wijzigingsbesluit financiële markten 2013

DIENSTENWIJZER. In onze dienstenwijzer leggen wij graag uit wie wij zijn en wat u van ons kan en ook mág verwachten.

HET NIEUWE VAKBEKWAAMHEIDSSTELSEL EN DE OVERGANGSREGELING

Registratie AFM Ons kantoor is geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten onder nummer

Visie. op het bouwwerk deskundigheid Wft

Zorgplicht en kwaliteit dienstverlening. Ruud van der Mast, introductie compliance

Dienstverleningsdocument

Vijf veranderingen per 1 januari 2013

DIENSTVERLENINGS- DOCUMENT

In deze dienstenwijzer leggen wij uit wie wij zijn en wat u van ons kan en mag verwachten.

Verzekeren Met advies. Goed om te weten

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Bochane Services Dienstenwijzer Biedt helderheid over de dienstverlening van Bochane Services B.V.

Reijn&partners. Het vermogen om te groeien. Uw Dienstverleningsdocument

Amsterdam, 3 juli Betreft: Reactie VV&A aan MinFin inzake MiFiD II. Geachte heer, mevrouw,

Klantbelang Dashboardmodule Gedragsregels Zakelijke Verzekeringen Normenkader 2018

Wijzigingsregeling Regeling eindtermen en toetstermen examens financiële dienstverlening Wft en Regeling gelijkstelling diploma s vakbekwaamheid Wft

Kamer van Koophandel In het handelsregister van de Kamer van Koophandel staan wij geregistreerd onder nummer

De hierin besproken toetsmatrijzen betreffen de initiële Wft-examens

Position Paper. Position paper Vakbekwaamheid. Wft vakbekwaamheidsbouwwerk beter aansluiten op de praktijk. Voorkom dubbele toetsing en belasting.

U kunt ons op een aantal manieren bereiken voor vragen, advies, mutaties of meldingen:

Brochure service dienstverlening

Dienstverleningsdocument

HM PENSIOENADVIES BV. Wie zijn wij?

DIENSTVERLENINGSDOCUMENT

Pensioenadvies. Uw pensioenregeling helder en degelijk in beeld

Een advies kan niet los gezien worden van uw gehele financiële situatie. UW FINANCIEEL PLAN

Wij willen ons graag aan u voorstellen en u informeren over onze werkwijze.

DIENSTENWIJZER SCHAKEL ADVIES B.V. Dit document wordt u aangeboden door Schakel Advies B.V., Prinses Margrietstraat 3, 3466 LL te Waarder.

Dienstenwijzer Jouke Sjaardema Verzekeringen

INLEIDING. Wij doen dat onafhankelijk. Dat wil zeggen dat geen enkele financiële instelling invloed heeft op de adviezen die wij aan U verstrekken.

Dienstverleningsdocument Eker Advies

Mocht u menen dat wij niet adequaat op uw klacht hebben gereageerd, dan kunt u zich wenden tot dit klachteninstituut: KiFid

Uw Partner in Pensioenadvies

Transcriptie:

Input vanuit KPS-werkgroep Wft-Pensioenen op consultatiedocument ministerie van Financiën Verbetering Vakbekwaamheidsbouwwerk voor financiële dienstverleners 13 juni 2011 Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 1

INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING... 3 2. ALGEMENE OPMERKINGEN... 4 2.1. Reikwijdte Wet op het financieel toezicht (Wft)... 4 2.2. Adviseren en bemiddelen en het begrip consumenten... 4 2.3. Opleiding en EVC-procedure... 5 3. REACTIES VANUIT DE WERKGROEP OP DE GESTELDE VRAGEN IN HET CONSULTATIEDOCUMENT... 6 BIJLAGE 1: BOUWWERK WFT-MODULES: VERBETERING VAKBEKWAAMHEIDSEISEN... 13 Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 2

1. Inleiding De Kring van Pensioenspecialisten (KPS) acht professioneel pensioenadvies van groot belang. Daarom heeft een werkgroep binnen KPS zich de afgelopen jaren bezig gehouden met de Wet op het financieel toezicht (Wft) en de laatste tijd in het bijzonder met de nieuw op te zetten Wftmodule Pensioenverzekeringen. De werkgroep sluit zich aan bij de intentie om de kwaliteit van het advies van de financieel adviseur te verhogen en te waarborgen door middel van aanvullende regelgeving. Zij vindt het terecht dat daarbij gekeken wordt naar kennis, vaardigheden, competenties en professioneel en integer gedrag. De KPS-werkgroep Wft-pensioenen bestaat uit een gemêleerd gezelschap van deskundigen die deelnemer zijn van KPS. Zij zijn onder meer werkzaam als pensioenadviseur, consultant, actuaris en pensioenjurist of werkzaam bij een pensioenverzekeraar. De reactie op het consultatiedocument is derhalve vanuit de optiek en de dagelijkse praktijk van de pensioenadviseur tot stand gekomen. Deelnemers van de werkgroep die hebben bijgedragen aan deze notitie zijn: Jack Borremans Astrid Bijleveld-Huijsing Tom Dimmendaal Helen Heijbroek (voorzitter) Vera Hek-Weghorst Hub Hermens Ewout Huyssen van Kattendijke Ingrid Leene-Hoedemaeker Jolanda van Mil Ron van Os Joop Rietmulder Wim Schreuder Eric Vlietman Verantwoording van deze notitie Deze notitie vormt het resultaat van de discussies die in de kopgroep Wft-Pensioenen zijn gevoerd alsmede de schriftelijke inbreng vanuit de deelnemers van de voltallige werkgroep. De antwoorden en aanbevelingen worden gedragen door de leden van de werkgroep. Het bestuur van KPS heeft kennis genomen van deze notitie, kan zich vinden in de aanpak van de werkgroep en onderschrijft het belang van het verbeteren van de vakbekwaamheid van financiële dienstverleners Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 3

2. Algemene opmerkingen 2.1. Reikwijdte Wet op het financieel toezicht (Wft) In oktober 2010 reageerde de KPS-werkgroep op het consultatiedocument van het CDFD inzake de nieuw in te voeren Wft-pensioenmodule. Ook heeft de werkgroep haar reactie gegeven op de consultatie van mei 2011 inzake de toetstermen van de pensioenmodule. In beide consultaties benadrukte de werkgroep het belang van heroriëntatie op de reikwijdte van de Wft. De werkgroep constateert in het onderhavige consultatiedocument Verbetering vakbekwaamheidseisen dat deze reikwijdte in alle situaties wordt uitgebreid naar de adviseur die zich rechtstreeks bezighoudt met het verlenen van financiële diensten aan consumenten. De keuze die in het verleden is gemaakt voor de uitzondering bij grotere ondernemingen, waarbij de reikwijdte zich beperkte tot de feitelijk leidinggevende, leverde een ongelijk speelveld op bij het geven van advies. 2.2. Adviseren, bemiddelen en het begrip consumenten In deze consultatie wordt uitsluitend gesproken over adviseren en de adviseur. In de consultatie aangaande de nieuwe module Wft-Pensioenverzekeringen worden de begrippen adviseren en bemiddelen gebezigd. Vandaar dat de KPS-werkgroep de gelegenheid benut om (opnieuw) aandacht te vragen voor het volgende. Het lijkt ons zinvol dat de begrippen adviseren en bemiddelen in de zin van de Wet op het financieel toezicht duidelijk(er) worden gedefinieerd en duidelijker worden afgebakend ten opzichte van elkaar. Door de koppeling van adviseren en bemiddelen ontstaan verschillende adviseurs/providers die al dan niet onder de Wft vallen. Deze koppeling leidt tot onderscheid in het speelveld van de (pensioen)adviseur en de vrijgestelde zakelijke dienstverlener zoals actuarissen,accountants en de adviseurs die alleen adviseren over de inhoud van de pensioenregeling en in algemene zin de uitvoering van de regeling. Ook pensioenadviseurs die bij pensioenfondsen en verzekeraars werken vallen buiten de reikwijdte. Wordt door dit ontstane onderscheid het doel, namelijk het verbeteren van de kwaliteit van het financiële c.q. pensioenadvies, wel behaald? Wij kunnen ons voorstellen dat dit onderscheid ook op andere deelterreinen van verzekeringen kan bestaan en aandacht verdient. Vandaar dat de werkgroep hierbij opnieuw aandringt op heroriëntatie van de Wft inzake de begrippen adviseren en bemiddelen. Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 4

Een ander aspect waarin de Wft niet eenduidig is, is de doelgroep waarop de Wft zich richt. In het huidige document wordt als doelgroep de consument aangehouden. Het huidige consultatiedocument betreft de borging van de vakbekwaamheid van de personen die zich rechtstreeks bezig houden met het verlenen van financiële diensten aan consumenten. Volgens de Wft is een consument een niet in de uitoefening van zijn bedrijf of beroep handelende natuurlijke persoon aan wie een financiële onderneming een financiële dienst verleent. In de nieuw op te zetten Wft-module Pensioenverzekeringen (afgegeven door CDFD 27-9- 2010) richt de Wft zich op het advies aan werkgevers. Deze groep bestaat, aldus het consultatiedocument uit ondernemingen uit het midden- en kleinbedrijf (MKB) en directeur grootaandeelhouders (DGA s). Dit betekent een uitbreiding van de reikwijdte van de Wft. De werkgroep vraagt zich af of deze uitbreiding niet in strijd is met de gedachte achter de Wft: namelijk de bescherming van de consument. Ook op dit vlak vraagt de werkgroep om heroriëntering van de Wft. 2.3. Opleiding en EVC-procedure Bij de werkgroep komen een aantal vragen naar voren inzake het traject van opleiden, zoals: In de consultatie wordt gesproken over het toetsen van vaardigheden en competenties. Zijn er branches in de financiële dienstverlening waar vaardigheden al worden getoetst? En zo ja, hoe is deze toetsing vorm gegeven? Is er sprake van een EVC-traject dat doorlopen kan worden? Blijven oude diploma s van kracht? De werkgroep beveelt aan de oude diploma s ook mee te wegen in een mogelijk EVC-traject. De commissie die de nieuwe vakbekwaamheidseisen gaat toetsen dient transparant te worden gemaakt aan de branche. Transparantie op dit vlak is belangrijk voor de acceptatie van de markt van het hele proces. Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 5

3. Reacties vanuit de werkgroep op de gestelde vragen in het consultatiedocument De vragen worden per blok behandeld overeenkomstig de opzet van de consultatie. 1. Vindt u dat voor ondernemingen die zeer specifieke productgroepen voeren, de mogelijkheid moet bestaan om vrijstelling van de diplomaplicht in te voeren voor die specifieke producten? Zo nee, waarom niet? De werkgroep ziet geen reden waarom deze ondernemingen vrijstelling moeten krijgen van de diplomaplicht. Wat de groep zich wel kan voorstellen, is dat de adviseur vrijstelling krijgt van de diplomaplicht voor producten die men niet voert. Want waarom kennis vergaren over producten die je toch niet adviseert? 2. In hoeverre zou een uitzondering op de diplomaplicht voor adviseurs die uitsluitend over eenvoudige schade producten adviseren de lasten kunnen beperken? Uitzondering op diplomaplicht zou een gemiste kans zijn om de kwaliteit van advisering naar een hoger plan te brengen. Iedere vorm van advies dient professioneel en integer te zijn. Wel kan in het bouwwerk van product-dienst-combinaties (PDC) een logische opzet worden gezocht, zodat het voor partijen die eenvoudige schadeproducten adviseren het aantal te behalen diploma s/modules beperkt wordt. Zie ook onze reactie bij antwoord 5. 3. Wat zijn volgens u de risico s van mogelijkheden tot uitzondering? De risico s van mogelijke uitzonderingen zijn: het ontbreken van gelijk speelveld en onduidelijkheid bij de consument. 4. Moeten deze mogelijkheden breed in de markt van toepassing worden verklaard of alleen voor de grotere ondernemingen? Waarom? De werkgroep beveelt aan geen onderscheid te maken tussen grote of kleine ondernemingen die adviseren in het kader van Wft. Zeker niet in de huidige situatie waarin de kleine ondernemingen aan stringentere eisen moeten voldoen. De huidige regelgeving benadeelt de kleine onderneming in kosten en maakt de toegang tot de markt moeilijker. Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 6

5. Hierboven worden twee voorstellen beschreven. Geeft u de voorkeur aan optie A of B? Geen van beiden! Als aan de kant van inkomen (arbeidsgeschiktheid, leven, pensioen) wordt geadviseerd, komt de adviseur zelden in aanraking met schadeverzekeringen, afgezien van het feit dat arbeidsongeschiktheidsverzekeringen onder schade vallen. In de praktijk zien we de volgende groepen: Schadegerichte adviseurs Zij houden zich bezig met schadeverzekeringen zoals: bedrijfsschade, opstal, auto, aansprakelijkheidverzekeringen en soms arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. Zij richten zich niet op de levensverzekering en pensioen. Leven-/pensioengerichte adviseurs die zich bezig houden met levens-, pensioen- en arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. Specialisten die zich uitsluitend richten op arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. Generalisten. Voelen zich thuis in de huisartsenfunctie. Weten van alles (behoorlijk) wat, maar zijn geen specialisten. Hypotheek- en kredietspecialisten. Aangezien sinds jaar en dag deze hoofdcategorieën in de markt werkzaam zijn, sluit dit kennelijk ook aan bij de behoefte van de consumenten (of is de consument eraan gewend geraakt?). De werkgroep stelt derhalve voor dat het bouwwerk hierop aansluit. Daarbij plaatst zij direct de kanttekening dat dit aangescherpte bouwwerk mogelijk de generalist uitsluit. In bijlage 1 doet de werkgroep een voorstel voor een nieuw bouwwerk.. 6. Zijn er volgens u nog andere producten die opgenomen dienen te worden in een aparte module? Waarom? De werkgroep pleit voor een aparte module Arbeidsongeschiktheid (AO), omdat specialisten zich uitsluitend op dit terrein toeleggen, of meenemen in hun pensioenadvies of in hun advies inzake collectieve schadeverzekeringen voor de werknemers. 7. In het huidige model zijn er een aantal keurmerkorganisaties die door middel van hun eigen opleidingen extra waarde willen toevoegen aan de Wft-modules. Welke rol ziet u in het nieuwe model voor de keurmerken weggelegd? Het is op zichzelf niet tegen te houden dat deze keurmerken er zijn. Met de behoefte in de markt zich te onderscheiden zullen de keurmerken vermoedelijk blijven bestaan. Maar als een Wft-gebouw goed in elkaar zou zitten en door de markt als zodanig wordt aanvaard, zouden de keurmerken geleidelijk aan gaan verdwijnen. Als keurmerken aan objectieve eisen voldoen, zouden deze in aanmerking moeten kunnen komen als plaatsvervangend, mits dit de eenvoud en duidelijkheid van het bouwwerk naar de consument niet teveel schaadt. Het voordeel van de keurmerken is wellicht dat ze de onderhouders van het officiële bouwwerk uitdagen om scherp te blijven. Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 7

8. Zoals hiervoor besproken is er een aantal opties om de toevoeging van vaardigheden en professioneel gedrag aan de Wft-modules vorm te geven. Aan welke van onderstaande opties geeft u de voorkeur en waarom? a. Elke Wft-module krijgt een onderdeel vaardigheden en een onderdeel professioneel gedrag toegevoegd. b. Alleen de module Wft Basis bevat een onderdeel vaardigheden en een onderdeel professioneel gedrag. Daarna wordt in de losse modules niet meer getraind op vaardigheden en professioneel gedrag. Dit model gaat er dus vanuit dat adviseurs zelfstandig de kennis over een product kunnen koppelen aan vaardigheden. c. Per module wordt gekeken of een onderdeel vaardigheden en een onderdeel professioneel gedrag noodzakelijk is. Adviseurs in eenvoudige schade producten, zoals reisverzekeringen, hebben bijvoorbeeld minder behoefte aan een training vaardigheden dan een adviseur in hypotheken met beleggingscomponent. De voorkeur gaat uit naar b. In algemene zin moeten zij die in ons vak adviseren, integer en professioneel handelen vandaar dat deze eigenschappen thuis horen in Wft-Basis, waarover iedere adviseur dient te beschikken. Daarbij maakt het niet uit of deze een eenvoudig of specialistisch product adviseren. Hoe is overigens dit punt geregeld in andere financiële branches (bank- en beleggingsinstellingen)? Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 8

9. Op welke manier werkt de examenbank voor u het beste? Antwoord De werkgroep adviseert een centrale examenbank in verband met de uniformiteit en het kostenaspect. Dit betekent wel dat instituten een verandering moeten doormaken, waarmee ook fte s gepaard kunnen gaan. 10. Op welke wijze kunnen vragen met betrekking tot vaardigheden en professioneel gedrag het beste in de examenvragendatabank worden verwerkt? Dit zou door middel van een casus kunnen worden getoetst. Tegelijkertijd plaatst de werkgroep kanttekeningen bij de bewaking van objectieve toetsing t.a.v. integer en professioneel gedrag. Zo kan een spanningsveld ontstaan in de beantwoording van de vragen, waarbij een juiste motivatie dikwijls bepalend kan zijn. Ook hier lijkt ons raadpleging bij andere branches die al ervaring hebben opgedaan met dergelijke knelpunten een goede zaak. 11. Mocht de examenvragendatabank om welke reden dan ook onverhoopt geen doorgang vinden, wat is dan volgens u een andere manier om hetzelfde resultaat te bereiken? Het ministerie toetst examens steeksgewijs, waarbij onafhankelijkheid gewaarborgd dient te worden. Instituten worden a-select beoordeeld op niveau. Is het niveau onder de maat dan dient de vergunning om examens te geven te worden ingetrokken. 12. Op welke wijze denkt u dat er meer flexibiliteit in het PE-systeem kan worden opgebouwd? De vraag is onduidelijk. Flexibiliteit in tijd, inhoud? Ingeval van tijd, acht de werkgroep de huidige periode van 1,5 jaar te lang, zij pleit voor 1 jaar, zodat het gevaar dat de opleiding door de actualiteit wordt ingehaald wordt gereduceerd. 13. Bent u van mening dat er bepaalde productgroepen zijn die vaker onderwerp van PE zouden moeten zijn dan nu het geval is? Nee, geen uitzondering maken. Er dient een gelijk frame te zijn voor alle modules. 14. Wat vindt u van de inhoudelijke opbouw van PE? De werkgroep is van mening dat PE best een lichter niveau mag hebben dan een jaarlijks compleet examen. We dienen ervoor te waken dat we van te licht doorschieten naar te zwaar. De markt dient voldoende toegankelijk te blijven! Het valt te overwegen om jaarlijks op een dusdanig niveau te toetsen dat alleen de actualiteiten worden behandeld en om de 5 jaar een grondige toets die de complete stof bestrijkt. Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 9

15. Bent u het er mee eens dat PE niet uitsluitend zou moeten worden gebruikt voor actualiteiten, maar ook ter herhaling van kennis, professioneel gedrag en vaardigheden? Zie antwoord 14: PE is gericht op het bijhouden van actualiteiten. Om de 5 jaar zou een examen kunnen worden overwogen waarin alle facetten worden betrokken. 16. Zou er meer ruimte moeten zijn voor kennis- en ervaringsuitwisseling met collega s? Zo ja, op welke wijze moet deze worden vormgegeven? Dit valt onder de eigen verantwoording van de adviseur die zijn professie serieus neemt. Dus de adviseur die zijn benodigde modules heeft behaald. 17. Hoe kan in het huidige systeem worden ingebouwd dat de actualiteit sneller wordt opgepakt en getoetst? De PE-termijn van 1,5 jaar inkorten naar 1 jaar. 18. Vindt u het van belang dat Wft-opleidingen vergelijkbaar zijn op Europees niveau? Waarom wel/niet? Nee, de werkgroep ziet de toegevoegde waarde niet direct, temeer daar de inhoud per land zeer verschillend is. 19. Bent u van mening dat alle modules op minimaal EQF-schaal 6 (bachelor niveau) moeten worden ingeschaald? Nee, niet alle modules zijn even zwaar. Daar waar specialisme nodig is, kan het EQF-6 niveau worden aangehouden. 20. Of bent u van mening dat per module en per productgroep gekeken moet worden naar de EQF-schaal? Ja, zie vraag 19 en het geschetste bouwwerk in de bijlage. Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 10

21. Deelt u de doelstellingen van het register zoals hierboven geformuleerd? Zijn deze wat u betreft volledig? Zo nee, welke aanvulling heeft u? Ja, de doelstellingen worden gedeeld. 22. Bent u van mening dat vormgeving door de markt de beste oplossing is? Waarom wel/niet? Ja, in eerste instantie wel met mogelijk een Raad van Toezicht. Ook hierbij adviseren we te kijken naar en te leren van andere branches (notarissen, advocaten, accountants, etc.) 23. Deelt u de basisvoorwaarden van het register zoals hierboven geformuleerd? Zijn deze wat u betreft volledig? Zo nee, welke voorwaarden zou u stellen? Als met basisvoorwaarden wordt bedoeld de randvoorwaarden zoals genoemd op pagina 24 van de consultatie, dan kunnen we ons daarin vinden. 24. Bent u het eens met de opname van alle adviseurs in het register? Of geeft u de voorkeur aan een bredere kring? Waarom? Ja, als het bouwwerk toeziet op de kwaliteit van adviseurs, dan moet het register zich ook tot hen beperken. Echter hierbij komt wel het dilemma van de reikwijdte om de hoek kijken, zoals genoemd in onze algemene opmerkingen onder punt 2.2. 25. Wie is naar uw mening verantwoordelijk voor de opname van de adviseurs in het register: de adviseur zelf, de onderneming waar hij werkzaam is of een ander? De adviseur zelf. 26. Welke rol zou u keurmerken in het register willen geven? Waarom? Keurmerken kunnen van aanvullende waarde zijn, wanneer deze keurmerken objectief boven het Wft-niveau uitstijgen. Uiteindelijk heeft het register tot doel de consument te laten zien dat de geregistreerde adviseur geschikt is om te adviseren. Een keurmerk kan echter al snel tot verwarring en onherkenbaarheid leiden. 27. Hoe kijkt u aan tegen tuchtrecht? Als we uitgaan van professionaliteit binnen de branche is het een goede zaak dat wanneer een cliënt klachten heeft er een procedure is hoe te handelen. Uiteindelijk kan dat ertoe leiden dat de desbetreffende klacht bij de tuchtraad terecht komt. Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 11

28. Wat vindt u een redelijke termijn om de opleidingen aan te passen? Als de eisen begin 2013 duidelijk zijn, hebben instituten een jaar de tijd om alles aan te passen. Dat lijkt de werkgroep een krappe termijn. Zeker gezien het feit dat alle modules in één jaar aangepast moeten zijn. Veel is afhankelijk van het tijdstip waarop alle nieuwe cursussen gereed zijn en de capaciteit om goede opleidingen te volgen. 29. Wat vindt u een redelijke overgangstermijn voor bestaande financiële dienstverleners? De groep pleit voor zorgvuldigheid bij de invoering, zodat adviseurs ook een gedegen periode krijgen om zich voor te bereiden teneinde te voorkomen dat onnodig kwalitatief goede adviseurs maar zonder het nieuwe diploma op zak uit de markt worden gedrukt. Daarbij is tevens van belang of en hoe een eventuele EVC-procedure wordt vormgegeven. Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 12

bedrijven Particulieren IB-ondernemer Generalist op MBO-niveau Bijlage 1: Bouwwerk Wft-modules: Verbetering Vakbekwaamheidseisen voorstel KPS-werkgroep WFT Algemene module: algemene kennis van verzekeringsovereenkomsten, vaardigheden, ethiek e.d. Verplicht voor iedereen. Schade Arbeidsongeschiktheid Inkomen & vermogen Krediet Rechtsbijstand Ziektekosten Box 3: Consumptief krediet Verkeer AOV - bancair Hypotheken Bezit - beleggen Aflossingsvormen, o.a: Aansprakelijkheid Lijfrente-opbouw: - KEW - verzekerd - SEW - bancair Overlijdensrisico Overlijdensrisico Basis PW Objecten Verzuim PW individueel Transport WGA-hiaat PW collectief Omzet WIA-excedent DGA Aansprakelijkheid WGA-eigen risico dragen Pensioenfondsen (basis) Arbodienstverlening Specialist op HBO-niveau Specialist op HBO-niveau Specialist op HBO-niveau Specialist op MBO-niveau Bovengenoemde productindeling is niet limitatief, maar slechts ter indicatie. Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 13

Toelichting op voorgestelde bouwwerk Kennisniveau Rood: MBO-kennisniveau Groen: HBO-kennisniveau Generalisten De werkgroep duidt deze categorie met de term Generalist. Wellicht is deze term niet het juiste woord omdat hierbij mogelijk de indruk wordt gewekt dat de kennis globaal is. In ieder geval dient de kennis toereikend en van zodanige kwaliteit te zijn dat de adviseur particulieren en IB-ondernemers ('ZZP-er', klein MKB) algemeen verzekeringsadvies kan verstrekken, exclusief 'krediet'. De generalist heeft een algemene verzekeringsopleiding op MBO-niveau gevolgd, waarbij de binnen de lichtrood gekleurde vlakken vermelde onderdelen aan bod komen. Mogelijk is de term 'adviseur particulieren' meer van toepassing. Zou deze adviseur ook 'Krediet' willen doen, dan moet hij hiervoor een aparte module volgen, eveneens op MBO-niveau. Specialisten Eventueel kan de generalist op specifieke onderdelen 'specialist worden. Zie de groene kolommen. Hij verkrijgt dan binnen de betreffende kolom extra kennis, die met name is gericht op het adviseren van bedrijven. Deze kennis wordt op HBO-niveau aangeboden. Vanzelfsprekend kan iemand ervoor kiezen om geen generalist te willen zijn. Hij/zij kan specialist zijn voor één of meer van de groene kolommen en heeft daarvan kennis op HBO-niveau. In de markt zou deze adviseur kunnen worden betiteld als 'Registeradviseur <<specialisme>>' Naar verwachting is specialist zijn voor alle kolommen teveel omvattend en zal er in de praktijk geen noodzaak zijn om een allesomvattende HBO-opleiding aan te bieden. Dit is mogelijk voor de branche ook niet wenselijk. Reactie KPS-werkgroep Wft op consultatie minfin Verbetering Vakbekwaamheid juni 2011 Pagina 14