Met de trein naar Het Beroepenhuis. Naam:

Vergelijkbare documenten
Met de trein naar Het Beroepenhuis. Naam:

Met de trein naar Het Beroepenhuis. Naam:

Met de trein naar Het Beroepenhuis. Naam:

Met de trein naar Het Beroepenhuis. Naam:

Met de trein naar Het Beroepenhuis. Naam:

Met de trein naar Het Beroepenhuis lesmateriaal

Met de trein naar Het Beroepenhuis lesmateriaal

Met de trein naar Het Beroepenhuis lesmateriaal

Met de trein naar Het Beroepenhuis lesmateriaal

Met de trein naar Het Beroepenhuis lesmateriaal

Met de trein naar Het Beroepenhuis lesmateriaal

Ben jij de nieuwe. Onderstationschef reizigers

A. ORGANIEKE GRADEN Bijlage 1 - A

Je leven is een omweg waard Sensibilisering over de spoorveiligheid

Op Voeten en Fietsen 1

Treinramp. Je koopt wel een ticket. Mensen Wat een drama! De NMBS voor de treinen is wel een Deze keer liep het anders...

BIJLAGE BIJ BERICHT NR. 7 H-HR/2006. Uitreiking : Typelijst nr. T15/009 (reserve H-HR.132: 15 exemplaren) ARPS BUNDEL 501 TITEL III DEEL III

Op bezoek in Het Beroepenhuis

SPOT EEN JOB! Later wil ik worden. Inhoud. Doelgroep. Vakgebied. Materialen. Doelen STERKE SCHAKELS

Beroep Man Vrouw M/V Opmerking

Ik durf de trein te nemen

Op bezoek in Het Beroepenhuis

werkbladen thema 5 werk

verkeer veilige veiligheid verbindingen BIJLAGE 6: TAG CLOUDS MOBILITEIT staat stad stiptheid stress tijd tram trein treinen uur veilig

TITEL III BIJZONDERE VOORWAARDEN VOOR DE TOEGANG TOT DE BETREKKINGEN. TOEGANG TOT DE ANDERE GRADEN (rubrieken in alfabetische volgorde)

Mijn spelboek over spoorveiligheid

Lesfiche: openbaar vervoer BASISONDERWIJS. Doelgroep. Eindtermen (ET) Lesfiche verkeers- en mobiliteitseducatie

euzedossier ouderparticipatie keuzedossier lob-vmbo BB/KB

ALGEMEEN REGLEMENT VAN HET PERSONEEL EN DE SOCIALE DIENSTEN BUNDEL TUCHTREGLEMENT

Jeugd Verkeerskrant 7 Zie je mij?

Spreken. Les 2: Wat zeg je? Bus, tram en trein. SPREKEN NIVEAU A1

Een retour Rotterdam

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

werkbladen thema 1 naar een nieuwe school

UW RECHTEN ALS TREINPASSAGIER IN EUROPA

Functiebeschrijving MAATSCHAPPELIJK ASSISTENT B1-B3

Ik heb geen idee wat het betekent. Ik heb dit woord wel eens gezien of gehoord.

Jeugd Verkeerskrant 1 Hoe ga jij naar school?

Mobiliteit Naam: Klas: Nummer:

Op kennismakingstocht met trein, tram en bus

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 7. Werk vragen in een winkel

VERSIE LERAARSKAMER. focusthema 2

02_kinderen.indb :45

Thema 3 Vervoer. Inhoudsopgave

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

MIJN BEZOEK AAN DE STOOMGROEP IN TURNHOUT

drie belangrijkste levenslessen VERSIE 1. 0 Masterclass OGEN OPEN! Ruimte voor nieuwe mogelijkheden

Treinbestuurder. 1. Werkomgeving. 4. Wij bieden je. 2. Functie en verantwoordelijkheden. 5. Welke stappen doorloop je? 3. Profiel

Nieuwe polyvalente NMBS-werkplaats Melle

Anna en Noah starten met een opleiding in een avondschool. Ze doen een graduaat marketing. Tijdens de eerste pauze praten ze met elkaar.

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

Vind ik belangrijk, kan ik, moet ik aan werken

Documentaire. Voorbereiding op het documentaire project

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 5. Werk vragen in een winkel

Leergebied: West Nederland. Besturing

Goede reis! Handige informatie

Thema Gezondheid. Les 2. De wachtkamer

Kijk op: nt2taalmenu wordt gemaakt door: Frans Snik, Ed Kniesmeijer en René den Nijs.

ewogen en zoekende mensen vinden elkaar: Kerk - andere godsdiensten

Spoorsuicide Praktische richtlijn over de werkwijze rond zelfdoding op het spoor.

Zelfbeeld. Basisonderwijs

Bedenken: een tekening maken van de held

Een stop-motion film maken

concept development eindverslag Masja Pelser CMD2E

Ik wandel van het station naar de Stoomgroep. Het is ongeveer 20 minuten stappen van het station naar de Stoomgroep. Dat is niet zo ver.

BASISPRINCIPES VAN DE SEININRICHTING

Toekomstplannen van NMBS-Groep in de Westhoek

Uw rechten als treinpassagier in Europa

Toelichting. U moet in het gesprek vertellen waarom u deze antwoorden heeft ingevuld. Daarom is het belangrijk dat u de Resultaatkaarten zelf invult.

Op Voeten en Fietsen 1

TOELICHTING RESULTAATKAARTEN TOELICHTING ORIËNTATIE OP DE NEDERLANDSE ARBEIDSMARKT

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Verstoppingsproof station

VOORSTEL TOT VERBETERING VAN DE TREINDIENST IN DE WESTHOEK

MIJN RONDLEIDING IN DE LUCHTHAVEN VAN ANTWERPEN

Wat ga je schrijven: een verhaal over een held die een uitdaging aangaat

Lesbrief: Zorg verlenen in een woonvorm Thema: Wat is er?

Een zorgvrager hulp bieden bij het omgaan met een rolstoel

De trein van het GELUK

Lesbrief: Dagje uit Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

Lesbrief: Zo verkoop je een boek Thema: Wat is er?

Algemene informatie 86. Na het vmbo 88. Uitleg Profielwijzer 92. Profielen 93

Lesfiche STOP-principe

Criteria. De beroepencarrousel

SPETTERENDE AANBEVELINGEN L I E S B E T H D E K O R T E V A B E N E S U P P O R T

Stiptheidsrapport binnenlands reizigersverkeer: september 2016

PrOmotie. Cultuur en Maatschappij. Werkboek Regels en wetten

Reisverslag Boedapest 2015 Deel 5 [1]

Ontwikkel je eigen ijsje!

ORIËNTATIE OP DE NEDERLANDSE ARBEIDSMARKT

Werkblad: Vind me dan

Treinramp Buizingen! Hoe kon dit gebeuren? Wat is er gebeurd? Auteur: Stijn Dekelver. intercitytrein uit Quiévrain botsten

I I I I I. Jobs dichtbij huis

1. Waarom? 2. Hoe? Beantwoord de volgende vragen en vul in bij je digitale paspoort:

ewogen en zoekende mensen vinden elkaar: Kerk - andere godsdiensten

INTRODUCTIE PERSOONLIJKE GEGEVENS. Naam: Leeftijd: Geslacht: m / v. Begindatum:

Tijdens de verkeerslessen hebben we met de kinderen gepraat over veilig fietsen.

Spelregels voor de kaarten Beroepskwaliteiten en Leerpunten. Het Beroepskwaliteitenspel

Internationale verantwoording Verantwoording PRR en Klachtregistratie

Kerntaak 1: Voert personenvervoer uit over de weg

Transcriptie:

Met de trein naar Het Beroepenhuis Naam: 1

1) Beroepen - vul in: Bij de Spoorwegen werken meer mensen dan je denkt. Weet jij wie wat moet doen? Kies uit het lijstje van beroepen en schrijf de naam van het passende beroep bij de juiste foto: 1) schoonmaakpersoneel, 2) commercieel bediende, 3) onderstationschef reiziger, 4) gespecialiseerd veiligheidsbediende, 5) assistent werfleider, 6) verkeersinfobediende, 7) lasser, 8) gespecialiseerd vakbediende (in de sporen). 2

2) Interview: Hoe sociaal en communicatief ben jij? Opdracht: Kies een passagier om te interviewen. Stel hem of haar de 5 vragen en noteer de antwoorden. 1. Hoe vaak neem je de trein? 2. Vind je het leuk om met de trein te reizen? Waarom wel of waarom niet? 3. Neem je enkel de trein om naar het werk te gaan? 4. Waarom kies je ervoor om met de trein te reizen (voor het milieu, omdat het goedkoper is, voor de gezelligheid )? 5. Wat doe je op de trein om je bezig te houden? 3

3) Observatieopdrachten: Heb jij een arendsoog? Opdracht 1: Beroepen in en rondom het station Welke beroepen herken jij? Luister en kijk goed rond in het station, op de trein en naar de sporen. Plaats een kruisje in het hokje als je één van deze 12 beroepen hoort of ziet. Commercieel bediende: Hij of zij beantwoordt de vragen van klanten, geeft informatie waar nodig en verkoopt treinbiljetten. Schoonmaker: Hij of zij maakt treinen en onderdelen, gebouwen, installaties proper. Hij of zij zorgt ervoor dat de reizigers comfortabel kunnen reizen. Onderstationschef reizigers: Hij of zij houdt toezicht op het perron, biedt hulp aan reizigers met een beperkte mobiliteit, informeert de klanten en begeleidt klanten in nood. Verkeersinfobediende: Hij of zij geeft vlot de juiste informatie aan de reizigers. Vertrektijden, aankomsturen, vertragingen De verkeersinfobediende brengt je op de hoogte! Lasser: Hij of zij herstelt nauwkeurig de spoorstaven en wissels door gebruik te maken van verschillende lastechnieken. Technicus elektromecanicien: Hij of zij spoort defecten op en staat in voor de herstellingen. Treinbegeleider: Hij of zij onthaalt de klanten op het perron wanneer de trein stilstaat, neemt maatregelen voor de veiligheid en geeft informatie. Hij of zij verkoopt en controleert ook de vervoerbewijzen Treinbestuurder: Hij of zij kan zowel reizigers- als goederentreinen besturen. Gespecialiseerd veiligheidsbediende: Hij of zij is zowel verantwoordelijk voor de veiligheid van personeel, klanten en reizigers als de veiligheid van de gebouwen en het materiaal. Hij of zij observeert vanuit de controlekamer (via verschillende camera s) en patrouilleert in de stations en treinen. Assistent werfleider: Hij of zij is mee verantwoordelijk voor het onderhoud en vernieuwing van de spoorinstallaties. Hij of zij gebruikt diverse meettechnieken om de staat van de installaties te controleren en te evalueren. Gespecialiseerd vakbediende (in de sporen): Hij of zij zorgt voor het toezicht, het onderhoud en de herstelling van de sporen. Bestuurder technische treinen: Hij of zij bestuurt de voertuigen die instaan voor het onderhoud van de bovenleidingen. 4

Opdracht 2: Op de trein Kijk door het raam. Je ziet heel wat bedrijven. Noteer minstens 3 bedrijven die je onderweg tegenkomt en vul de vragen in. Bedrijf 1 Wat is de naam van het bedrijf? Wat denk je dat het bedrijf maakt of doet? Welke beroepen denk je dat er in het bedrijf nodig zijn? Bedrijf 2 Wat is de naam van het bedrijf? Wat denk je dat het bedrijf maakt of doet? Welke beroepen denk je dat er in het bedrijf nodig zijn? Bedrijf 3 Wat is de naam van het bedrijf? Wat denk je dat het bedrijf maakt of doet? Welke beroepen denk je dat er in het bedrijf nodig zijn? 5

Opdracht 3: Tellen maar! Raad eerst hoeveel stations je zal passeren tijdens de treinrit. Het station waar je opstapt en dat waar je afstapt, tel je mee! Tel nadien de stations die je passeert en noteer de namen van de stations. 1. Raden maar Hoeveel stations zal je passeren?. 2. Tellen maar Welke stations passeer je? Schrijf ze allemaal op! Het station waar je opstapt en dat waar je afstapt, schrijf je ook op. Hoeveel stations denk je dat je zal passeren? Naam station 1: Naam station 2: Naam station 3: Naam station 4: Naam station 5: Naam station 6: Naam station 7: Naam station 8: Naam station 9: Naam station 10: Naam station 11: Naam station 12: Naam station 13: Naam station 14: Naam station 15: Naam station 16: Naam station 17: Naam station 18: Hoeveel stations ben je gepasseerd? 3. Turven maar Zet een streepje wanneer je een andere trein kruist: 6

Opdracht 4: Safety first! Veiligheid is erg belangrijk bij het treinverkeer. Kijk goed rond in het station, op het perron, op de trein en kijk naar buiten tijdens het rijden. Zie je dingen die te maken hebben met veiligheid? Schrijf op wat je ziet: Opdracht 5: Toegankelijkheid Kijk goed rond in het station. Zie je mensen met de fiets, met de buggy of met de rolstoel op of af de trein stappen? Kruis aan. Ja, ik zie mensen met een fiets een buggy een rolstoel Kunnen deze mensen gewoon op de trein stappen of moeten ze daarvoor nog iets doen? Nee, ik zag geen mensen met een fiets, buggy of rolstoel de trein op- of afstappen. Denk je dat dit mogelijk is? Ja, zonder problemen. Ja, maar niet zomaar. Nee Opdracht 6: Landschappen België heeft heel wat soorten landschappen. Verandert het landschap tijdens de treinreis? Welke landschappen zie je (stad, bergen, velden, bossen )? 7

Opdracht 7: Zeg het eens met pictogrammen! P Fietsenstalling Buffet Spoor 1 Verloren voorwerpen Wachtzaal Station of trein Biljettenverkoop Infobalie Kluizen Toilet 8

4) Talenten verbinden met beroepen: In de tabel hieronder staan er in de linker kolom verschillende talenten. In de rechter kolom 9 beroepen die werkzaam zijn bij de Spoorwegen. Verbind de juiste talenten met het juiste beroep. 1. Besturen van treinen 2. Goede concentratie 3. Interesse in moderne technologie 1. Werken met mensen 2. Stressbestendig 3. Werken in ploegen 1. Werken met de computer 2. Programmeren van computers 3. Probleemoplossend denken 1. Nauwkeurig met documenten 2. Goede talenkennis 3. Organiseren 1. Creatief 2. Werken met tekenprogramma s 3. Nauwkeurig werken 1. Technisch inzicht 2. Planmatig werken 3. Probleemoplossend denken 1. Bedienen van onderhoudsvoertuigen 2. Handig 3. Flexibiliteit 1. Interesse voor ontwerpen van verbetering sporen 2. Projectmatig werken 3. Goed in communiceren 1. Graag werken met cijfers 2. Nauwkeurig werken 3. Stiptheid Ingenieur spoorwerken Boekhouder Bestuurder technische treinen Administratief bediende Technicus elektromecanicien Informaticus Technisch tekenaar Treinbegeleider Treinbestuurder 9