EUROPEES PARLEMENT AANGENOMEN TEKSTEN

Vergelijkbare documenten
Zittingsdocument B8-0136/2015 ONTWERPRESOLUTIE

Zittingsdocument B8-0109/2014 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Europese Raad en de Commissie

12897/15 rts/sl 1 DG C 2B

Recente aanvallen en ontvoeringen door ISIS/Da'esh in het Midden-Oosten, met name van Assyriërs

Situatie in Irak en Syrië en het offensief van IS, met inbegrip van de vervolging van minderheden

Resolutie van het Europees Parlement over de situatie in Noord-Irak/Mosul (2016/2956(RSP))

P7_TA(2011)0155 Gebruik van seksueel geweld in conflicten in Noord-Afrika en het Midden- Oosten

AANGENOMEN TEKSTEN. Systematische massamoord op religieuze minderheden door IS

EUROPEES PARLEMENT Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid

AANGENOMEN TEKSTEN. Resolutie van het Europees Parlement van 6 april 2017 over Bangladesh, met inbegrip van kinderhuwelijken (2017/2648(RSP))

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag met verzoek om mondeling antwoord B8-0361/2016

AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/2103(INI) Ontwerpadvies Corina Creţu (PE v01-00)

ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B8-1165/

Voor de delegaties gaan in bijlage dezes de conclusies van de Raad over Jemen, die de Raad in zijn zitting op 18 februari 2019 heeft aangenomen.

P7_TA-PROV(2013)0101 Irak: de benarde toestand van minderheidsgroeperingen, met name van de Iraakse Turkmenen

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag met verzoek om mondeling antwoord B8-0361/2016

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag met verzoek om mondeling antwoord B8-0219/2017

Zittingsdocument B7-0000/2013 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2013

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2014/2012(INI)

ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B8-0157/

Zittingsdocument B8-0138/2015 ONTWERPRESOLUTIE

Zittingsdocument B8-0389/2015 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vragen voor mondeling antwoord B8-115/2015 en B8-0116/2015

Zittingsdocument B8-0142/2015 ONTWERPRESOLUTIE

P7_TA-PROV(2012)0464 Situatie in Birma, met name het aanhoudende geweld in de staat Rakhine

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B8-0154/

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave

10197/17 ass/gra/ln 1 DG C 2B

Humanitaire crisis in Irak en Syrië, met name in verband met de IS

Raad van de Europese Unie Luxemburg, 20 oktober 2014 (OR. en)

7775/17 van/ons/ev 1 DG C 2B

13193/16 gys/dau/sv 1 DG C 2B

Zittingsdocument B7-0200/2013 ONTWERPRESOLUTIE

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B8-1250/

B8-0025/2014 } B8-0026/2014 } B8-0029/2014 } B8-0054/2014 } B8-0057/2014 } RC1/Am. 8

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Voor de delegaties gaan hierbij de conclusies van de Raad over Iran, die op 4 februari 2019 door de Raad zijn aangenomen.

ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B8-0156/

ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B8-1249/

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Situatie van de mensenrechten in de Verenigde Arabische Emiraten

P7_TA-PROV(2013)0414 Maatregelen van de EU en de lidstaten ten aanzien van de vluchtelingenstroom ten gevolge van het conflict in Syrië

Zittingsdocument B7-0442/2013 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Raad en de Commissie

10279/17 PAU/ev 1 DG C 1

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

De Raad wordt verzocht in zijn zitting van 7 maart 2016 de in de bijlage opgenomen ontwerpconclusies aan te nemen.

AANGENOMEN TEKSTEN. Resolutie van het Europees Parlement van 20 januari 2016 ter ondersteuning van het vredesproces in Colombia (2015/3033(RSP))

15633/17 gra/fb 1 DG C 1

11246/16 roe/fb 1 DG C 1

Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag. Den Haag, 26 juni 2008

AANGENOMEN TEKSTEN. Resolutie van het Europees Parlement van 24 november 2016 over de situatie in Syrië (2016/2933(RSP))

Zittingsdocument B8-0221/2015 ONTWERPRESOLUTIE

11245/16 roe/fb 1 DGC 1

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2017/2036(INI)

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus BA Amsterdam

Voor de delegaties gaan in bijlage dezes de conclusies van de Raad over Jemen, die de Raad in zijn 3530e zitting op 3 april 2017 heeft aangenomen.

Raad van de Europese Unie Brussel, 14 februari 2017 (OR. en)

6012/16 ONS/hw 1 DGC 2B

Zittingsdocument B8-0223/2015 ONTWERPRESOLUTIE

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van een verklaring van de Commissie. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0058/1. Amendement. Sabine Lösing, Tania González Peñas namens de GUE/NGL-Fractie

BESLUIT (GBVB) 2017/1775 VAN DE RAAD van 28 september 2017 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Mali

Zittingsdocument B7-0493/2011 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Raad en de Commissie

Resolutie van het Europees Parlement van 8 juli 2010 over Noord-Korea. onder verwijzing naar zijn eerdere resoluties over het Koreaans schiereiland,

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0455/3. Amendement. Renate Sommer namens de PPE-Fractie

Resolutie van het Europees Parlement van 13 september 2012 over Syrië (2012/2788(RSP)) (2013/C 353 E/16)

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Zittingsdocument B8-0022/2015 ONTWERPRESOLUTIE

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/2169(INI) over het wereldwijd uitbannen van foltering 2013/2169(INI)

Situatie in Egypte en Syrië, met name voor de christelijke gemeenschappen

DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK.

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

P7_TA-PROV(2012)0401 Discriminatie van meisjes in Pakistan, in het bijzonder het geval van Malala Yousafzai

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument B6-0273/2007 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Europese Raad en de Commissie

AANGENOMEN TEKSTEN. De massale ontheemding van kinderen in Nigeria door aanvallen van Boko Haram

Zittingsdocument B8-0377/2015 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Raad en de Commissie

14098/15 VER/mt 1 DG C 1

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

P7_TA-PROV(2012)0057 Situatie in Syrië

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0442/8. Amendement. Mario Borghezio namens de ENF-Fractie

EUROPEES PARLEMENT Zittingsdocument B8-0121/2014 ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2016/2020(INI)

10482/16 pro/zr/as 1 DGC 1

Geschiedenis van Speciale Vertegenwoordigers en Rapporteurs van de Verenigde Naties voor Iran

AANGENOMEN TEKSTEN. Paraguay: de juridische aspecten van kinderzwangerschap

Zittingsdocument B7-0555/2011 ONTWERPRESOLUTIE

TRANSATLANTIC TRENDS 2004 NETHERLANDS

AANGENOMEN TEKSTEN. De situatie van mensen met albinisme in Malawi en andere Afrikaanse landen

ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B8-0342/

Werk van iedereen. Democratisering en vredesopbouw

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Zittingsdocument B8-0140/2015 ONTWERPRESOLUTIE

Resolutie van het Europees Parlement van 10 oktober 2013 over discriminatie op grond van kaste (2013/2676(RSP))

P7_TA-PROV(2009)0118 Geweld in de Democratische Republiek Congo

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

AANGENOMEN TEKSTEN. De zaak van de vermiste boekuitgevers in Hongkong

Transcriptie:

EUROPEES PARLEMENT 2014-2019 AANGENOMEN TEKSTEN P8_TA(2014)0066 Irak: ontvoeringen en mishandeling van vrouwen Resolutie van het Europees Parlement van 27 november 2014 over Irak: ontvoeringen en mishandeling van vrouwen (2014/2971(RSP)) Het Europees Parlement, gezien zijn eerdere resoluties over Irak, gezien de eerdere conclusies van de Raad Buitenlandse Zaken over de ISIL/Da'ish-crisis in Syrië en Irak van 20 oktober 2014, gezien resolutie S-22/1 van de VN-Mensenrechtenraad van 1 september 2014 over de mensenrechtensituatie in Irak in het licht van de wandaden van de zogenoemde Islamitische Staat in Irak en de Levant en aanverwante groeperingen, gezien het VN-rapport van de onafhankelijke internationale onderzoekscommissie voor de Arabische Republiek Syrië getiteld "Rule of Terror: Living under ISIS in Syria" van 14 november 2014, gezien de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Irak, anderzijds, en zijn resolutie van 17 januari 2013 over de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst tussen de EU en Irak 1, gezien resolutie 2106 (2013) van de VN-Veiligheidsraad van 24 juni 2013 over seksueel geweld in gewapende conflicten en post-conflictsituaties, gezien de Universele Verklaring van de rechten van de mens van 1948, gezien het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten van 1966, waarbij Irak partij is, gezien het Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen (IVDV), waarbij Irak partij is, en resolutie 1325 (2000) van de VN-Veiligheidsraad, 1 Aangenomen teksten, P7_TA(2013)0022.

gezien artikel 135, lid 5, en artikel 123, lid 4, van zijn Reglement, A. overwegende dat de zogenaamde Islamitische Staat (IS) talrijke wreedheden heeft begaan die misdaden tegen de menselijkheid zijn, zoals massamoorden, executies op bevel van zelfbenoemde IS-rechtbanken, opleggen van een streng geïnterpreteerde sharia, seksueel geweld tegen vrouwen en kinderen, slavernij, verkrachting, gedwongen huwelijken, mensenhandel, verplaatsing en ontvoering, en die de oorzaak zijn van een catastrofale humanitaire crisis en de ontheemding van grote groepen mensen uit de gebieden onder hun controle; B. overwegende dat IS-strijders in augustus 2014 verder in Noord-Irak zijn doorgestoten en massaal Koerdische peshmergatroepen die door het Iraakse leger verlaten gebieden waren binnengetrokken, hebben aangevallen; overwegende dat de stad Sinjar onder de voet was gelopen, de strategisch belangrijke dam bij Mosoel, die water en elektriciteit levert aan grote delen van Irak, was ingenomen en de IS-strijders Irbil, de hoofdstad van Iraaks Koerdistan, tot op 40 km genaderd waren; overwegende dat veel Koerdische vrouwen vechten in Kobani, met inbegrip van vrouwen die leden en leiders van de PKK zijn; C. overwegende dat leden van etnische en religieuze minderheden, met name christenen en Jezidi's, Turkmenen, Shabaks, Kaka'e, Sabianen en Sjiitische gemeenschappen evenals vele Arabieren en Soennitische moslims het doelwit zijn van IS in Mosoel en de omliggende gebieden, met inbegrip van Sinjar en Tal Afar; D. overwegende dat volgens de schattingen van Human Rights Watch 3133 Jezidi's zijn ontvoerd en vermoord door de IS, of vermist zijn sinds de IS-aanvallen van begin augustus; overwegende dat deze lijst 2305 mensen telt waarvan men denkt dat zij ontvoerd zijn, waaronder 412 kinderen; overwegende dat IS gevangen jezidikinderen indoctrineert; E. overwegende dat VN-onderzoekers in oktober 2014 hebben verklaard dat naar schatting 5 000 à 7 000 vrouwen werden vastgehouden in geïmproviseerde detentiecentra, van waaruit ze werden weggehaald en ofwel als slavin verkocht of aan jihadisten als concubines meegegeven; overwegende dat vermoedelijk alleen al in de stad Tal Afar ongeveer 3 500 vrouwen en kinderen worden vastgehouden in vijf detentiecentra; F. overwegende dat IS en andere jihadistische extremisten in Irak en Syrië de oorzaak zijn van vluchtelingenstromen naar vluchtelingenkampen in Turkije, Libanon en Jordanië, waar met name vrouwen en meisjes in moeilijke humanitaire omstandigheden leven en uiterst kwetsbaar zijn voor intimidatie, seksueel geweld, gedwongen huwelijken en andere vormen van misbruik; G. overwegende dat het grensoverschrijdende karakter van IS en de daarmee verbonden terroristische groepen een probleem met een mondiale impact vormt; H. overwegende dat de vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties (UNHCR) ernstig bezorgd is over de vraag of de internationale gemeenschap kan voorzien in dringende noden in verband met de winter in Irak, in het bijzonder voor recentelijk ontheemden; I. overwegende dat de eenheid, soevereiniteit en territoriale integriteit van Irak essentieel zijn voor de stabiliteit en de economische ontwikkeling van het land en de regio; 1. veroordeelt in de sterkst mogelijke bewoordingen de systematische schendingen van de

mensenrechten en de schendingen van het internationaal humanitair recht als gevolg van de acties van IS en aanverwante terroristische groeperingen, die oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid vormen; veroordeelt scherp met name alle geweld tegen mensen op grond van hun religieuze en etnische achtergrond, en geweld tegen vrouwen en kinderen; 2. veroordeelt met klem de talrijke wreedheden van IS, die met name gericht zijn tegen vrouwen en die misdaden tegen de menselijkheid vormen, zoals ontvoeringen, verkrachtingen en andere vormen van seksueel geweld, slavernij en gedwongen huwelijken en "bekeringen"; dringt erop aan dat degenen die verantwoordelijk zijn voor alle schendingen van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht, ter verantwoording worden geroepen; 3. beklemtoont dat kinderen onmiddellijk moeten worden herenigd met hun families, er een einde moet worden gemaakt aan gedwongen huwelijken en seksueel misbruik, en alle burgers, met name vrouwen, die gevangen worden gehouden door IS onmiddellijk moeten worden vrijgelaten; 4. roept de Iraakse regering op het Statuut van Rome waarbij het Internationaal Strafhof (ICC) is opgericht te ratificeren zodat het ICC de oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid door IS kan vervolgen; 5. roept de Iraakse regering op de mensenrechten te bevorderen en te beschermen door alle geledingen van de Iraakse samenleving te betrekken bij haar inspanningen om IS te bestrijden, in een geest van nationale eenheid en verzoening en eerbiediging van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht; biedt zijn steun aan de regering bij het opbouwen van een eerlijker, meer inclusieve samenleving die ook de rechten van vrouwen beschermt en bevordert; 6. is ingenomen met de inspanningen van de internationale gemeenschap, met name de VS, om de Iraakse nationale en lokale autoriteiten te steunen in hun strijd tegen IS, de opmars van IS te stuiten en de verlening van humanitaire steun te faciliteren; steunt de wereldwijde coalitie tegen IS en haar inspanningen om IS te bestrijden, met inbegrip van militaire middelen; dringt er bij de internationale gemeenschap op aan de nodige levensreddende hulp te bieden aan mensen in Irak tijdens de winter, met inbegrip van de jezidifamilies die nog op de berg Sinjar verblijven en hun tempels verdedigen tegen vernietiging door IS; 7. roept alle regionale actoren op alles te doen wat in hun macht ligt om een halt toe te roepen aan alle activiteiten van officiële of particuliere organen die extreme fundamentalistische ideologieën in woord en daad propageren en verspreiden; verzoekt de internationale gemeenschap en met name de EU om een regionale dialoog over de problemen in het Midden-Oosten te faciliteren en alle belanghebbende partijen, in het bijzonder Iran en Saudi-Arabië, daarbij te betrekken; 8. dringt er bij de VN, met name de speciale rapporteur inzake geweld tegen vrouwen, Rashida Manjoo, op aan om alles in het werk te stellen om de slachtoffers op te sporen, en de feiten en omstandigheden van misbruik en schendingen tegen meisjes en vrouwen door IS en aanverwante terroristische groeperingen in Irak en Syrië te onderzoeken en vast te stellen, om straffeloosheid te vermijden en ervoor te zorgen dat daders volledige verantwoording moeten afleggen; steunt het werk van de speciale vertegenwoordiger van

de VN voor seksueel geweld in conflictsituaties, Zainab Hawa Bangura; 9. verzoekt de internationale humanitaire organisaties die werkzaam zijn in Irak, waaronder VN-agentschappen, om medische en adviesdiensten voor ontheemden die gevlucht zijn voor IS uit te breiden en speciale aandacht te geven aan de noden van slachtoffers van seksueel geweld en kinderen; 10. dringt er bij de Commissie, de Europese Dienst voor extern optreden en de lidstaten op aan specifieke maatregelen te nemen om de situatie van vrouwen in Irak en Syrië aan te pakken, hun vrijheid en de eerbiediging van hun meest fundamentele rechten te waarborgen, alsook maatregelen te treffen om uitbuiting en misbruik van en geweld jegens vrouwen en kinderen te voorkomen; is buitengewoon bezorgd over de toename van alle vormen van geweld jegens jezidivrouwen, die door IS-leden worden gevangen genomen, verkracht, seksueel misbruikt en verkocht; verzoekt in het bijzonder de lidstaten om een zodanig beleid te voeren dat wordt voorzien in de behoeften van de overlevenden, en maatregelen te nemen waardoor getraumatiseerde vrouwen uit Syrië en Irak, met name jezidivrouwen, speciale posttraumatische begeleiding, aangepast aan hun behoeften, kunnen krijgen; 11. is ervan overtuigd dat onmiddellijk humanitaire hulp en bescherming moeten worden aangevuld met langetermijnstrategieën ter ondersteuning van de sociaal-economische rechten en mogelijkheden om in hun levensonderhoud te voorzien voor vrouwen die terugkeren, ontheemde vrouwen en vluchtelingen, versterkt leiderschap en participatie, om hen in staat te stellen duurzame oplossingen te kiezen die aansluiten bij hun behoeften; is van mening dat er aandacht moet worden gegeven aan de specifieke risico's en de specifieke behoeften van verschillende groepen vrouwen die meervoudige en kruisende vormen van discriminatie ondervinden; 12. veroordeelt het feit dat met de opmars van IS daden van geweld en moord tegen Iraakse LGBT in totale straffeloosheid zijn begaan; merkt op dat de Iraakse LGBT weliswaar niet de enige groep zijn die in de huidige crisis en conflictsituatie gevaar loopt, maar zich wel in een uiterst kwetsbare toestand bevinden, gezien de beperkte steun van familie en gemeenschap en geringe overheidsbescherming; merkt op dat Iraakse LGBT gemarginaliseerd blijven en gevaar lopen in vluchtelingengemeenschappen of in bepaalde gastsamenlevingen; roept de Iraakse regering op om bescherming te bieden aan Iraakse LGBT; 13. betreurt het dat als gevolg van de jaren van dictatuur en conflict de levensomstandigheden van Iraakse vrouwen aanzienlijk zijn verslechterd; pleit voor de bevordering en uitvoering van resolutie 1325 (2000) van de VN-Veiligheidsraad over vrouwen, vrede en veiligheid, om de participatie van vrouwen in het oplossen van conflicten en de opbouw van de democratie te waarborgen; benadrukt dat zonder de deelname van vrouwen aan de besluitvorming er geen echte bescherming noch enige echte veiligheid voor vrouwen in Irak mogelijk is; 14. vraagt om een gezamenlijke internationale inspanning om in nauwe samenwerking met islamitische landen, organisaties en gemeenschappen, de radicale salafistische/wahabitische ideologie die ten grondslag ligt aan en een inspiratiebron is voor de acties van IS en aanverwante terroristische organisaties en die een groeiende bedreiging vormt voor de veiligheid van de lidstaten te betwisten; roept de EDEO en de lidstaten op in hun dialoog met de Golfstaten de sterke bezorgdheid over de voortdurende

salafistische/wahabitische indoctrinatie in veel landen met een islamitische meerderheid en islamitische gemeenschappen overal ter wereld door acteurs uit deze landen aan de orde te stellen; 15. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de vicevoorzitter van de Commissie / hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlands en veiligheidsbeleid, de Raad, de Commissie, de speciale vertegenwoordiger van de EU voor de mensenrechten, de regeringen en parlementen van de lidstaten, de regering en de Raad van Volksvertegenwoordigers van Irak, het regionale bestuur van Koerdistan, de secretarisgeneraal van de Verenigde Naties en de VN-Mensenrechtenraad.