Versie april Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Uithuisplaatsing (UHP)

Vergelijkbare documenten
Versie april Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Voorlopige Ondertoezichtstelling (VOTS)

Versie april Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Ondertoezichtstelling (Gezinsvoogdij)

Versie mei Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Bezwaar en Beroep

Wat is OTS? (Onder ToezichtStelling)

Versie april Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Hulp bij crisis

Versie april Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Onderzoek Raad voor de Kinderbescherming

Versie mei Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Voogdij

Ondertoezichtstelling

Bureau Jeugdzorg Drenthe. Ondertoezichtstelling. BureauJeugdzorgDrenthe. november 2012 /

Jeugdbescherming Informatie voor ouders/opvoeders

Als uw kind onder toezicht gesteld wordt

Als uw kind onder toezicht gesteld wordt

Ondertoezichtstelling (OTS) Wat betekent een ondertoezichtstelling voor u en uw kind? Wat kunt u verwachten?

Jeugdbescherming Informatie voor jongeren

Als uw kind onder toezicht gesteld wordt

Versie april Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Onderzoek Advies- en Meldpunt Kinderbescherming

Wat is ondertoezichtstelling?

UW KIND ONDER TOEZICHT GESTELD. WAT BETEKENT DAT? INFORMATIE VOOR OUDERS 1 UW KIND ONDER TOEZICHT GESTELD. WAT BETEKENT DAT?

JEUGDBESCHERMING NOORD. Ondertoezichtstelling (OTS)

INFORMATIE VOOR JONGEREN 1 ONDER TOEZICHT GESTELD WAT BETEKENT DAT?

Welkom bij de William Schrikker Groep

Wat is ondertoezichtstelling?

Als opvoeden een probleem is

Als opvoeden een probleem is

Als opvoeden een probleem is

Als opvoeden een probleem is

ECLI:NL:GHARN:2012:BY4474

Sonja de Pauw Gerlings Döhrn, kinderrechter Rotterdam

Bureau Jeugdzorg afdeling Jeugdbescherming. Mathilde Roubos Anjo Mangelaars

Versie april Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Algemeen

Jeugdbescherming Informatie voor ouders/opvoeders

Er zijn twee vormen van gedwongen opname in een psychiatrisch ziekenhuis: Een inbewaringstelling Een rechterlijke machtiging

De Werkwijze. van de William Schrikker. Jeugdbescherming bij een. Ondertoezichtstelling

Pleegzorg, dat doen we samen. Over de samenwerking tussen Bureau Jeugdzorg en Pleegzorg

Regels rond een gedwongen opname

Uw rechten en behandeling

Toelichting klachtenregeling VCO Hierden

Dit boekje is van... Mijn naam is: Mijn gezinsvoogd heet: Het telefoonnummer van de gezinsvoogd is:

Jeugdbescherming Informatie voor jongeren

Voor ouders over de ondertoezichtstelling

Procedure Klachtencommissies

VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND (IRVK)

Rapport. Datum: 20 september 2002 Rapportnummer: 2002/292

Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN. locatie Leeuwarden. afdeling civiel recht

Wat u moet weten over privacy en klachten

ECLI:NL:RBSGR:2009:BL0577

Uw kind gaat naar een pleeggezin

Uw kind gaat naar een pleeggezin. Pleegzorg Parlan

Gedwongen opgenomen. Wat zijn mijn rechten en plichten? Inbewaringstelling (IBS)

BureauJeugdzorgDrenthe. mei 2009 /

0807 omslag wsj vader en moeder: 12/05 omslag 'Vragen..' :54 Pagina 2

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het bestuur van Bureau Jeugdzorg Noord-Holland. Datum: 8 augustus Rapportnummer: 2011/236

Rapport. Datum: 13 oktober 2004 Rapportnummer: 2004/405

Rechten en nieuwe wetten in de pleegzorg

ECLI:NL:RBMNE:2014:2366

Wat u moet weten over privacy en klachten

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het bestuur van Bureau Jeugdzorg Noord-Holland. Datum: 9 augustus Rapportnummer: 2011/240

Met deze klacht beoogt verzoekster ertoe bij te dragen dat een andere ouder en kind niet hetzelfde overkomt als haar en haar dochter.

ECLI:NL:RBDHA:2013:7717

Wat is Voogdij? Deze folder is voor ouders van cliënten van de

Gedwongen opname Uw rechten en plichten

DE VOORWAARDELIJKE MACHTIGING; GEDWONGEN BEHANDELING BUITEN HET PSYCHIATRISCH ZIEKENHUIS

Brochure crisismaatregel

KLACHTENREGELING. Klachtenregeling Sint-Christoffel Versie 19 november 2013 Pagina 1

Rapport (verkort) Naar aanleiding van de feitelijke uithuisplaatsing van een zesjarige jongen.

Psychologische en psychiatrische rapportage in civiele zaken. Informatie voor betrokkene

Uitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Afdeling civiel recht

Informatie voor ouders

Reglement voorfase klachtbehandeling H 3 O ten behoeve van het primair en voortgezet onderwijs

Versie april Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Jeugdhulpverlening

Het bevoegd gezag van de Stichting Openbaar Onderwijs PRESENT

INFORMATIE VOOR ASPIRANT PLEEGOUDERS. Pleegzorg bij De Rading

Klachtenregeling Cliënten van Stichting De Jeugd- & Gezinsbeschermers

KLACHTENREGELING VOOR CLIËNTEN VAN PAMEIJER HEB JE EEN KLACHT? JE KUNT ER IETS AAN DOEN!

Uw rechtspositie. bij een voorwaardelijke machtiging FOTO: WILLEM WOZNITZA FOTO: WILLEM WOZNITZA FOTO: ARENDO SCHIPPER

16.020T Beslissing van het College van Toezicht van Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ

Informatie voor ouders. voorzijde. uw kind bij

Niet tevreden over de samenwerking?

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Ken je rechten. Rechten van kinderen en jongeren die wonen bij een instelling voor jeugdzorg

Gedwongen opgenomen met een inbewaringstelling. Informatie voor cliënten

ECLI:NL:RBDHA:2013:13810

b e z w a a r m a k e n

U hoeft geen postzegel te plakken! Binnen vijf werkdagen na ontvangst van de brief nemen wij contact met u op.

ECLI:NL:GHARL:2015:3052

Klachtenregeling Stichting PrimAH

Pleegoudersupport Zeeland

HOOFDSTUK 1: BEGRIPSBEPALINGEN Artikel HOOFDSTUK 2: BEHANDELING VAN DE KLACHTEN... 2

Introductie. 1 Situatie. Laatste wijziging:

Klachtenregeling ENMS. 2 Begripsbepalingen. 3 Behandeling van de klachten. Het bevoegd gezag,

KLACHTENREGELING REYNAERTCOLLEGE (AANGEPAST VANUIT MODEL KBVO)

Klachtenregeling. Omnisscholen

Als een gedwongen opname nodig is

Klachtenregeling Datum: 1 november 2014

De praktijk van BJZNH. Bijeenkomst gemeenteraden oktober 2013

Protocol communicatie met gescheiden ouders Versie 12 maart Openbaar basisonderwijs

Artikel 2. Behandeling van de klachten. Aanstelling en taken vertrouwenspersoon

KLACHTENREGELING. Directiestatuut Pagina 1 van 8

Wat te doen bij een klacht?

Informatie voor betrokkene(n)

Transcriptie:

Versie 1.0 19 april 2005 Cliëntroute Bureau Jeugdzorg (UHP)

Inleiding Bij een ondertoezichtstelling of een voorlopige ondertoezichtstelling kan het Bureau Jeugdzorg aan de kinderrechter vragen om een machtiging uithuisplaatsing. De machtiging kan worden gevraagd door de gezinsvoogd die toezicht houdt op de opvoeding van uw kind. Als hij deze machtiging krijgt, dan heeft hij daarmee de mogelijkheid om uw kind uit huis te plaatsen. Het kind wordt dan elders ondergebracht, bij een pleeggezin of in een tehuis. Ook kan uw kind worden geplaatst bij familie of vrienden. Een uithuisplaatsing kan alléén als er een (voorlopige) ondertoezichtstelling is. Als de (V)OTS afloopt, dan loopt ook automatisch de uithuisplaatsing af. Een uithuisplaatsing is ingrijpend. Daarom mag een beslissing tot uithuisplaatsing niet zomaar genomen worden. U en uw kind moeten daarbij betrokken worden. Echter: als de gezinsvoogd dat in het belang van uw kind vindt, dan kan hij besluiten de aanvraag te doen, ook als u het daar niet mee eens bent. U kunt dan wel uw mening opschrijven en de gezinsvoogd moet die dan bij zijn aanvraag voegen. De kinderrechter beslist of hij de gezinsvoogd al dan niet de machtiging uithuisplaatsing geeft. Een machtiging geeft de mogelijkheid voor uithuisplaatsing voor ten hoogste één jaar. Die termijn begint op het moment dat de machtiging wordt afgegeven. Het Bureau Jeugdzorg kan met deze machtiging uw kind uit huis plaatsen, maar hoeft dat niet te doen. Als de machtiging drie maanden oud is en het kind is nog steeds niet daadwerkelijk uit huis geplaatst, dan vervalt de machtiging echter. De gezinsvoogd mag het kind dan niet (meer) uit huis plaatsen. Als hij dat alsnog wil doen, dan moet hij een nieuwe machtiging aanvragen. De kinderrechter is geen strafrechter. Als de kinderrechter besluit dat een machtiging uithuisplaatsing kan worden verleend, dan is dat dus ook geen strafmaatregel. Als uw kind uit huis is geplaatst, dan kunt u in principe nog wel contact met hem of haar hebben. Het kan echter zo zijn dat de gezinsvoogd vindt dat het beter is voor uw kind als hij of zij geen of weinig contact met de ouders heeft. De gezinsvoogd mag het contact dan beperken of zelfs onmogelijk maken. Hij moet u wel kunnen vertellen waarom hij dat vindt. U heeft wel altijd het recht om te weten hoe het met uw kind gaat. U kunt de kinderrechter verzoeken om een bezoekregeling vast te stellen. Tijdens de uithuisplaatsing heeft de gezinsvoogd de taak om samen met u en uw kind te werken aan de terugkeer van het kind. Dit doet hij door gesprekken met u te voeren en ervoor te zorgen dat er waar nodig hulp wordt georganiseerd voor zowel u als uw kind. Als het kind 16 jaar of ouder is, werkt de gezinsvoogd toe naar zelfstandig wonen van het kind. Het kan natuurlijk ook zo zijn dat u zelf tot de conclusie komt dat het wellicht beter is dat uw kind een tijdje elders ondergebracht is. Bijvoorbeeld omdat uw kind heel moeilijk handelbaar is, of u het opvoeden van uw kind tijdelijk niet meer aan kan. Uw kind kan dan worden ondergebracht bij een zorginstelling met 24 uurs verzorging. In principe is er voor zo'n vrijwillige plaatsing geen machtiging nodig van de kinderrechter. 2

Route 3

Het Bureau Jeugdzorg vraagt een machtiging uithuisplaatsing aan Het Bureau Jeugdzorg vraagt een machtiging uithuisplaatsing aan. Dit wordt meestal gedaan door de gezinsvoogd die u kreeg toegewezen toen de ondertoezichtstelling begon. Meestal heeft de gezinsvoogd eerst uitvoerig met u en uw kind gesproken over een mogelijke uithuisplaatsing, maar het kan ook zijn dat hij vindt dat er een crisissituatie is waardoor uw kind onmiddellijk elders ondergebracht moet worden. De gezinsvoogd moet u vertellen dat hij de machtiging gaat aanvragen en moet u de mogelijkheid geven om uw standpunt op te schrijven. Hij moet vervolgens uw standpunt meesturen met het verzoek aan de kinderrechter. Een machtiging uithuisplaatsing kan ook worden aangevraagd door de Raad voor de Kinderbescherming of door het Openbaar Ministerie ("politie/justitie"). In het verzoekschrift van de gezinsvoogd moet staan in wat voor soort opvang uw kind moet worden ondergebracht. Dit kan een pleeggezin zijn of een tehuis. Ook is het mogelijk dat uw kind bij familie of vrienden wordt ondergebracht. Als u het niet eens bent met het verzoek van de gezinsvoogd aan de kinderrechter, is het erg verstandig dit duidelijk op te schrijven en uw brief door de gezinsvoogd mee te laten sturen met het verzoek. Als u dit moeilijk vindt, kunt u zich hierbij laten ondersteunen door iemand van een cliëntenondersteuningsorganisatie. 4

Voordat de kinderrechter een beslissing neemt over het verzoek tot machtiging uithuisplaatsing, moet hij u de gelegenheid geven uw mening te geven. Als uw kind ouder is dan 12 jaar, moet hij ook uw kind die mogelijkheid geven. U kunt uw mening geven tijdens een hoorzitting. Wanneer degene die de aanvraag doet (gezinsvoogd, Raad voor de Kinderbescherming of politie/justitie), vindt dat uw kind snel ergens anders ondergebracht moet worden, dan kan de kinderrechter beslissen een machtiging uithuisplaatsing te geven zonder u eerst om uw mening te vragen. De kinderrechter moet u dan binnen twee weken na deze beslissing te mogelijkheid hebben gegeven gehoord te worden. Doet hij dat niet, dan vervalt de machtiging uithuisplaatsing. Uw kind moet dan terug naar huis. U bent niet verplicht om naar de hoorzitting te gaan, maar het is wel zeer verstandig om dit te doen. Als u niet gaat, dan kan de kinderrechter geen rekening houden met uw mening. U kunt een vertrouwenspersoon meenemen naar de zitting, of een advocaat. De kinderrechter kan echter een vertrouwenspersoon de toegang weigeren. 5

de gezinsvoogd een machtiging uithuisplaatsing De kinderrechter besluit dat hij een machtiging uithuisplaatsing verleent aan de gezinsvoogd. In de machtiging moet zijn aangegeven hoe lang de uithuisplaatsing mag duren. De maximaal mogelijke duur is één jaar. Als de gezinsvoogd vindt dat de uithuisplaatsing langer moet duren dan in de machtiging staat, dan moet hij drie maanden voor het eind van die periode een verlenging aanvragen. U kunt dan opnieuw uw mening geven aan de kinderrechter. Als u het niet eens bent met de beslissing van de kinderrechter dan kunt u hiertegen in hoger beroep gaan bij het gerechtshof. U heeft dan wel een advocaat nodig. 6

de gezinsvoogd géén machtiging uithuisplaatsing Het kan zijn dat de kinderrechter het niet eens is met de gezinsvoogd. De gezinsvoogd krijgt in zo'n geval géén machtiging uithuisplaatsing. 7

Als de kinderrechter een verzoek tot machtiging uithuisplaatsing heeft afgewezen, zijn daarmee de problemen natuurlijk niet opgelost. Misschien heeft u er zelfs een probleem bij, omdat u vindt dat de gezinsvoogd nooit om een machtiging had mogen vragen. Het is moeilijk om aan te geven wat u in zo'n geval moet doen. Dat hangt te veel af van de precieze omstandigheden. Als u er niet verder uitkomt met de gezinsvoogd, dan kunt u in ieder geval altijd aan het Bureau Jeugdzorg vragen dat zij voor u een nieuwe gezinsvoogd aanwijzen. U kunt naar een cliëntvertrouwenspersoon gaan om met hem te bespreken wat er nu gedaan moet worden. Ook een cliëntenorganisatie kan ondersteuning geven. 8

Uw kind wordt uit huis geplaatst Een uithuisplaatsing is, zoals al eerder gezegd, een ingrijpende gebeurtenis. U mag daarom van het Bureau Jeugdzorg verwachten dat zij hierin zeer zorgvuldig te werk gaan. Een paar zaken zijn daarbij belangrijk: Duidelijkheid over de uithuisplaatsing: voor zover als dat mogelijk is, moet de gezinsvoogd u en uw kind duidelijkheid geven over zaken als de vermoedelijke duur van de uithuisplaatsing. Ook moet hij u in principe vertellen waar uw kind verblijft. De gezinsvoogd mag u echter weigeren te vertellen waar uw kind verblijft als hij dat in het belang vindt van het kind. Hij moet u dan wel duidelijk maken waarom hij dat weigert. Mogelijkheid van contact: kinderen en jongeren die uit huis zijn geplaatst missen in de meeste gevallen hun familie en hebben behoefte aan contact met hun ouders, broertjes, zusjes en andere familieleden zoals oma's en opa's. Ook is het belangrijk dat zij contact kunnen blijven houden met vrienden en vriendinnen, mensen van school e.d.. Het is daarom belangrijk dat de betrokken instellingen uw kind helpen en ondersteunen bij het onderhouden van deze contacten. Het kan ook hier echter weer zo zijn, dat de gezinsvoogd het beter vindt dat er slechts beperkt of zelfs helemaal geen contact mag zijn met (sommige leden van) de eigen familie. Hulp en steun: het is belangrijk dat u de juiste hulp krijgt om de situatie thuis te verbeteren, zodat uw kind weer terug kan komen. Duidelijkheid over hoe nu verder: het is belangrijk dat de gezinsvoogd met u bespreekt wat er nu verder gaat gebeuren. Het Bureau Jeugdzorg kan voor de duur van de uithuisplaatsing de contacten tussen u en uw kind beperken. Dit doen zij als dit noodzakelijk is om het doel van de uithuisplaatsing te bereiken. De gezinsvoogd kan dit doen door middel van een aanwijzing. Deze aanwijzing moet u opvolgen. Als u het niet eens bent met de aanwijzing kunt u aan de kinderrechter vragen deze geheel of gedeeltelijk op te heffen. Zie hiervoor verder bij De Aanwijzing. 9

Als u vindt dat de omstandigheden zo zijn verbeterd dat uw kind niet langer uit huis geplaatst hoeft te zijn, kunt u het Bureau Jeugdzorg schriftelijk verzoeken de uithuisplaatsing meteen te beëindigen of minder lang te laten duren. U moet dan wel duidelijk in uw brief beschrijven wat er naar uw idee veranderd is dat uw kind weer thuis kan wonen. Ook het kind zelf kan een dergelijk verzoek doen, als hij of zij twaalf jaar of ouder is. Het Bureau Jeugdzorg moet binnen twee weken antwoord geven op het verzoek. Dat antwoord moet gemotiveerd zijn, dat wil zeggen dat niet alleen duidelijk opgeschreven moet zijn wat het Bureau jeugdzorg vindt maar vooral ook waarom het Bureau jeugdzorg dat vindt. Als het Bureau Jeugdzorg uw verzoek afwijst, kunt u uw verzoek richten tot de kinderrechter. Wanneer de kinderrechter besluit dat uw kind terug mag naar uw gezin, dan kunnen de verzorgers ("pleegouders") van uw kind aan de gezinsvoogd vragen dat besluit niet uit te voeren en uw kind bij hen te houden. U kunt zich bij het opstellen van deze verzoeken laten bijstaan door een cliëntvertrouwenspersoon of door een cliëntenorganisatie. Bij de keuze van het pleeggezin of de instelling waar uw kind wordt ondergebracht, moet het Bureau Jeugdzorg zoveel mogelijk rekening houden met uw godsdienstige gezindheid of levensovertuiging, of die van uw kind, voorzover u of uw kind aangeven dat zij dat belangrijk vinden. Juist in moeilijke situaties als een uithuisplaatsing is het belangrijk dat u het gevoel hebt dat het Bureau Jeugdzorg op een correcte manier met u omgaat. Als u vindt dat dat niet is gebeurd, dan kunt u hierover een schriftelijke klacht indienen bij de klachtencommissie. Zie hiervoor de Algemene Folder. 10

De uithuisplaatsing wordt verlengd Een machtiging uithuisplaatsing is altijd geldig voor een van te voren bepaalde periode. Die periode mag maximaal een jaar duren, gerekend vanaf het moment dat de kinderrechter de machtiging gaf. Als de gezinsvoogd tegen de tijd dat de periode verloopt vindt, dat het kind nog niet terug naar huis kan, dan kan hij de kinderrechter verzoeken de machtiging te verlengen. Ook hierbij is het weer belangrijk dat hij hierover met u overleg heeft. De kinderrechter zal u opnieuw horen voordat hij een beslissing neemt over een eventuele verlenging van de uithuisplaatsing. Als u het niet eens bent met het verzoek van de gezinsvoogd, dan kunt u, net als bij de eerste aanvraag van de gezinsvoogd, uw mening op papier zetten en dat aan de gezinsvoogd geven. Deze moet uw mening dan bij het verzoek opnemen voordat hij dit verstuurt naar de kinderrechter. Als u het niet eens bent met de beslissing van de kinderrechter om de uithuisplaatsing te verlengen, dan kunt u in hoger beroep gaan. U heeft dan wel een advocaat nodig. 11

Het uithuisplaatsing wordt beëindigd Een uithuisplaatsing houdt op als de periode die in de machtiging is genoemd voorbij is en de gezinsvoogd geen verlenging aanvraagt. Een uithuisplaatsing kan ook eindigen als het Bureau Jeugdzorg of de kinderrechter positief reageert op uw verzoek of dat van uw kind om de uithuisplaatsing te beëindigen. 12