Eerste Uitwerking Programma Doelmatige Aanpak Wateropgave Wateroverlast

Vergelijkbare documenten
AGENDAPUNT 4.1.A/5.1.B. Onderwerp: Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast Nummer: Voorstel

AGENDAPUNT 4 ONTWERP. Onderwerp: Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast Nummer: Voorstel

AGENDAPUNT 7 A/B. Onderwerp: Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast Nummer: Voorstel

agendapunt 04.B.11 Aan Commissie Waterveiligheid AANVRAAG INVESTERINGSPLAN EN KREDIET GEMAAL KERSTANJEWETERING (GEMEENTE DELFT)

Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1

Stand van zaken aanpak NBW opgave wateroverlast

Projectplan Capaciteitsverhoging gemaal Ypenburg, gemeente Den Haag

Rondweg-Oost N233 Maatregelen treden 3 Um 5 Ladder van Verdaas

Gebiedsontwikkeling Zuidelijk Westerkwartier droge voeten, natuur en.

Uitdagingen bij een stresstest voor langdurige neerslag

Als bijlage bij dit voorstel is het communicatieplan voor de vier projecten bijgevoegd (bijlage 6).

: *14IT026339* Aanvraag uitvoeringskrediet maatregelen in het Markdal

MEMO. Toelichting op maatregelen Oranjebuurt in de Lier.

- Het uitvoeringskrediet van dit project "stuw bedrijventerrein Ruyven (projectnummer

ONTWERP-PROJECTPLAN WATERWET ex art. 5.4 Waterwet

Remote Sensing. Betere informatie voor duurzamer, doelmatiger en klimaatrobuuster waterbeheer

Voorstel 1. Kennis nemen van de aanpak van de WBP-monitor Kennis nemen van de voorlopige lijst van effect- en prestatieindicatoren

Voorstel. Aan algemeen bestuur 1 maart 2011

Wijkoverleg Aalsmeer Oost. maandag 6 maart

ALGEMENE VERGADERING. 26 februari 2013 SSO. 25 januari 2013 R.J.E. Peeters. Opstelling waterschappen t.a.v. GLB en POP3. Schelwald, A.J.M..

Parafering besluit PFO Ber B Conform Geparafeerd door: Dragt, J. D&H H Conform Geparafeerd door: Dragt, J.

Parafering besluit PFO Woo B Gewijzigd akkoord Ingetrokken D&H B Conform Geparafeerd

ALGEMENE VERGADERING. Stuw Voorstertocht De stuw is conform planning en binnen het beschikbaar gestelde krediet vervangen. Dit onderdeel is afgerond.

Gecombineerde Commissie

Parafering besluit PFO Mid B - Geparafeerd door: Boer, G. de D&H Geparafeerd door: Boer, G. de

Toetsing waterhuishouding

VOORSTEL AB AGENDAPUNT :

AANVRAAG INVESTERINGSPLAN EN KREDIET GEMAAL HARNASCHPOLDER (MIDDEN- DELFLAND)

De grondverwerving is geregeld met de proefboerderij Zegveld voor zowel de omleiding als voor de naast gelegen grond.

Schade door wateroverlast Voorkomen, afkopen of vergoeden?

PROVINCIAAL BLAD. gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten, d.d. 27 november 2018;

Nota van toelichting bij de delegatiedocumenten

BESTUURLIJKE SAMENVATTING AFSTEMMEN INVESTERINGEN

Vervolg en gebiedsproces WBP 5

Projectplan Verplaatsen stuw Arendsduinbrug (Waalblok)

M E M O. Reg.nr.: Aan: Commissie BOD, 12 september Cc: Stand van zaken vaarweg- en nautisch beheer. Datum: 21 augustus 2012

Projectplan Gemaal Foppenpolder Zuid in de gemeente Maassluis

Bijdrageverordening deltafonds hoge zandgronden Noord-Brabant gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten, d.d.

ALGEMENE VERGADERING. Relevante kaders - Waterwet - Verordening voor de Fysieke Leefomgeving Flevoland (VFL) Lelystad, 21 maart 2013

FAZ: ja AB: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra

Datum 14 januari 2011 Opgemaakt door afdeling Planvorming. Huidige samenwerking in de Veluwse afvalwaterketen

Inspraakrapport ontwerp -beleidslijn gedifferentieerd onderhoud natuurgebieden Kromme Rijngebied

Integraal Peilbesluitplan Smilde Streekbijeenkomst

Projectplan Vervangen stuw , polder Schieveen. Gemeente Rotterdam

WATERKLIMAATPLAN PIJNACKER-NOOTDORP HELDER OVER WATER EN KLIMAAT

PEILVERHOGING IN HET VEENWEIDEGEBIED; GEVOLGEN VOOR DE INRICHTING EN HET BEHEER VAN DE WATERSYSTEMEN

Hoogheemraadschap van Delfland

AGENDAPUNT 7. Onderwerp: Aankoop percelen BBL Nummer: Voorstel

Watergebiedsplan Greenport regio Boskoop Wateroverlast en zoetwatervoorziening Informatiebijeenkomst 30 september 2013

Parafering besluit PFO Ber B (Geen) Geparafeerd D&H H (Geen) Geparafeerd door: Heijloo, R.W.N.

Bijdorp. 15 maart Watersysteem Bijdorp. Geachte mevrouw, heer,

Raadsstuk. 1. Inleiding. 2. Voorstel aan de raad. 3. Beoogd resultaat. 4. Argumenten en kaders

Projectplan Aanleg stuwen skivijver te Naaldwijk, Gemeente Westland

Gevraagd besluit Verenigde Vergadering Het Investeringsplan voor het project Kraaiennest naar beneden bij te stellen tot 610.

Uitvoeringsbesluit regionale waterkeringen West-Nederland 2014

AGENDAPUNT 4 ONTWERP. Nummer: v9. Onderwerp: Extra krediet watergebiedsplan Zegveld & Oud-Kamerik. Gelezen

Actueel Waterbericht Week 3 Jaar 2015

op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van 12 november 2013, kenmerk 33461;

Bijlage1 : vervallen prestatie-indicatoren uit Begroting 2014

A L G E M E E N B E S T U U R

Ontwerp-MER Waterkwaliteit Volkerak-Zoommeer

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE A

Aan de leden van de verenigde vergadering

Raadsstuk. Haarlem. Onderwerp Verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan

Nota Veegplannen 2014 gemeente Valkenswaard

Voordracht aan Provinciale Staten. van Gedeputeerde Staten. Provinciale waterregelgeving. 1 Ontwerpbesluit. Provinciale Staten van Zuid-Holland,

Bestuursrapportage 2014 waterschap Vechtstromen Versie 24 november 2015

Memo. Zaaknr. : Kenmerk : Barcode : : Ronald Loeve en Julian Maijers. Via :

agendapunt 3.b.13 Aan College van Dijkgraaf en Hoogheemraden

Waterschap Hollandse Delta. dynamiek in de delta

AGENDAPUNT 6 ONTWERP. Onderwerp: Visie op de legger Nummer: Voorstel

Antwoordnota bij zienswijzen op ontwerp peilbesluit Sint Philipsland Documentnummer: Datum:

Projectplan duiker Noordlandseweg Polder Nieuwland en Noordland

Behorende bij: Raadsvoorstel ter vaststelling van het verbreed gemeentelijk rioleringsplan 5 (vgrp-5)

AANVRAAG INVESTERINGSPLAN EN KREDIET PROGRAMMATISCHE AANPAK KRW- OPGAVE NATTE ECOLOGISCHE ZONES

Afdeling: Beleid Leiderdorp, Onderwerp:

Agendapunt van de vergadering van het algemeen bestuur van 16 december 2014.

2. Regio Midden-Holland, vertegenwoordigd door haar portefeuillehouders, de heer D. De Haas en de heer C. De Jong;

agendapunt 3.b.6 Aan College van Dijkgraaf en Hoogheemraden SAMENWERKINGSOVEREENKOMST WATER RIJSWIJK-ZUID Datum 7 november 2011

agendapunt 3.a.9 Aan College van Dijkgraaf en Hoogheemraden PROJECTPLAN WATERGANG HERON Datum 17 april 2012 Afstemming Bijlagen 3 Zaaknummer 26984

I ,13 ten laste van de exploitatie te brengen, dit is reeds verwerkt bij de eerste bestuursrapportage (BURAP 1) 2012.

Aan Commissie Watersystemen - kwaliteit en kwantiteit INVESTERINGSPLAN EN KREDIET KRAAIENNEST EN PEILSCHEIDING DORPPOLDER

Commissie Bestuur, Middelen & Waterketen. 1 juni Commissie Water & Wegen. Datum vergadering CHI. 15 juni 2016

Plan van aanpak voor een tussentijdse evaluatie beleidsplan Sociaal Domein

STUREN MET WATER. over draagvlak en draagkracht in de westelijke veenweiden

Oplegvel. 1. Onderwerp Brief aan provincie en kaders opwekking duurzame energie 2. Rol van het

Hoe gaan waterschappen om met waterberging op groene daken?

ALGEMENE VERGADERING. 29 september 2011 Planvorming Waterbeheer

PROVINCIE FLEVOLAND. Mededeling. Onderwerp Mededeling Voortgangsrapportage Verbetering doorstroming N307 Roggebot - Kampen

Aan de leden van de verenigde vergadering. Rotterdam, 18 oktober 2005 V.V.: 30 november Agendapuntnr: 19

Advies. aan de provincie Zuid-Holland en het Hoogheemraadschap van Rijnland inzake

A L G E M E E N B E S T U U R

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13

agendapunt 04.B.10 Aan Commissie Gezond, schoon en gezuiverd water MAATREGELPLAN LOKALE KNELPUNTEN EN KANSEN WATERKWALITEIT 5DE RONDE

INTENTIEVERKLARING HOOGWAARDIG FIETSNETWERK GOOI EN VECHTSTREEK

Rotterdam, 18 oktober 2005 V.V.: 30 November Agendapuntnr: 18

Bijlage I: Raamplan Kern Pijnacker

HAMERSTUK. Beslispunt 1 is aangepast in die zin dat in te stemmen met gewijzigd is in kennis te nemen van.

OVERZICHT MOTIES/AMENDEMENTEN AB 2011

Transcriptie:

Eerste Uitwerking Programma Doelmatige Aanpak Wateropgave Wateroverlast Auteurs: Joost Heijkers (P&A) Astrid van Veldhoven (WSB) Epke van der Werf (P&A)

2 Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast Inleiding Met de vaststelling van de Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast (IS-WW) door het algemeen bestuur op 28 mei 2014 kan er een start worden gemaakt met de volgende fase in het Wateropgave Wateroverlast-traject: de uitwerking ervan in een Programma Doelmatige Aanpak Wateropgave Wateroverlast. Op dit moment is er een eerste uitwerking van dit programma gereed. Met de vaststelling van deze eerste uitwerking kan er proefgedraaid worden met de deelstrategieën die nieuw zijn en waarin het waterschap nog niet veel ervaring heeft. Begin 2016 wordt het programma eventueel bijgesteld en de definitieve versie voorgelegd aan het Algemeen Bestuur. De opbouw van deze eerste uitwerking van het Programma is als volgt: 1) Korte toelichting WW, IS-WW en restopgave; 2) Uitwerking van de 7 deelstrategieën, het communicatieplan en het monitoringplan; 3) Uitvoering: de organisatie van het Programma.

Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast 3 1) DE IMPLEMENTATIESTRATEGIE WATEROPGAVE WATEROVERLAST IN VOGELVLUCHT De Wateropgave Wateroverlast (WW) is gedefinieerd als: De totale oppervlakte met wateroverlastknelpunten veroorzaakt door inundatie vanuit het oppervlaktewatersysteem De WW wordt uitgedrukt in hectares en heeft betrekking op de huidige waterhuishoudkundige situatie, gegeven de huidige klimatologische omstandigheden. De huidige Wateropgave Wateroverlast (WW) bedraagt circa 1150ha. De Implementatie Strategie Wateropgave Wateroverlast (IS-WW) is erop gericht de wateroverlastproblematiek tot een minimum te beperken. HDSR doet dit met een zevental (I t/m VII) geprioriteerde doelmatige deelstrategieën. De uitvoeringsperiode is 2015 2021. Het gaat om de volgende deelstrategieën: I. Uitvoering van door het AB vastgestelde maatregelen; II. Waar mogelijk uitvoering van nieuwe, doelmatige maatregelen; III. Aanpassing van de provinciale waterverordening voor HDSR; IV. Slimmer operationeel sturen; V. Het benutten van synergiekansen; VI. Inzetten Blauwe Diensten; VII. Schade Achteraf Regelen. Deelstrategieën I V hangen nauw met elkaar samen en zijn gericht op het voorkomen van schade door wateroverlast met een pakket doelmatige maatregelen die door waterschap (en provincie) worden getroffen. Deelstrategieën VI en VII zijn gericht op het accepteren van wateroverlast, met een regeling gericht op vooraf compenseren voor blauwe diensten en een regeling gericht op achteraf vergoeden van schade. Deelstrategieën I en II bevatten de fysieke maatregelen die het waterschap zelf neemt om de Wateropgave Wateroverlast te verminderen. Dit zijn grotendeels maatregelen uit de watergebiedsplannen. De restopgave is de Wateropgave Wateroverlast die overblijft na uitvoering van de deelstrategieën I en II. De prognose van de restopgave bedraagt circa 375ha. Oftewel 2/3 van de Wateropgave Wateroverlast wordt opgelost door deelstrategieën I en II. Een ruimtelijke verdeling van de restopgave is gegeven in bijlage A. Meer informatie is te vinden in de achtergrondrapportage Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast [DM: 793371]. Beantwoording vragen 28 mei 2014 Bij de behandeling van de IS-WW op 28 mei 2014 is afgesproken dat bij de oplevering van het Programma Doelmatige Aanpak Wateropgave Wateroverlast inzicht wordt geboden in de kosten die het volledig schadevrij houden van ons beheergebied in tijden van wateroverlast met zich meebrengt. Om dit inzicht te bieden is van het volgende scenario uitgegaan: In de exercitie is alleen het Oude Rijngebied beschouwd. Dit gebied heeft de grootste restopgave. De reeds vastgestelde maatregelen en de te verwachten maatregelen uit de watergebiedsplannen in planvorming zijn uitgevoerd. Geen van de andere deelstrategieën (III t/m VII) wordt toegepast. Dus ook geen aanpassing van de provinciale waterverordening en niet Slimmer Operationeel Sturen. Het oplossen van de restopgave gebeurt gebruikelijk volgens de trits vasthouden bergen afvoeren. De deelstrategieën III-VII zetten met name in op het vasthouden van water. Ook de schaderegeling is een vorm van vasthouden. In het beschouwde scenario zijn dus bewust de vasthouden maatregelen niet ingezet. Vervolgens resten nog de opties bergen en afvoeren. De aanname is gedaan dat het aanleggen van extra berging op veel weerstand stuit en niet uitvoerbaar is. In het beschouwde scenario is dus bewust de maatregel bergen niet ingezet. Dus blijft de strategie afvoeren over. Let op: het gaat hier uiteraard om een theoretisch scenario gebaseerd op bovenstaande aannames om gevoel te krijgen bij de inspanning die geleverd moet worden om de restopgave opgelost te krijgen door middel van fysieke (afvoer)maatregelen. De restopgave wordt in dit scenario dus volledig opgelost door gebruik te maken van de bestaande infrastructuur en door de afvoer van gemalen en andere kunstwerken te vergroten. Het gevolg is dat de capaciteit van 8 poldergemalen vergroot moet worden. Als gevolg hiervan moet ook de afvoercapaciteit van het watersysteem op sommige plekken vergroot worden: 4 km aan afvoerende

4 Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast watergangen moet worden verbreed, 8 stuwen verbreed, ca 25 duikers vervangen en ca 200(!) bruggen vervangen. Om te voorkomen dat de extra capaciteit aan poldergemalen tot overbelasting van de boezem leidt en daardoor tot maalstops in andere polders, zijn extra boezemgemalen nodig met een totale capaciteit van ca. 1500 m3/min. Dit is een veelvoud van de capaciteit van gemaal Waardsedijk dat een groter deel van de Wateropgave Wateroverlast oplost. Er is bovendien geheel nog geen rekening gehouden met de effecten van de extra boezemgemalen op onze buurwaterschappen. Het systeem gedraagt zich zeer niet-lineair. De oorzaak hiervan is dat als alleen ingezet wordt op afvoer, zoals in de analyse, de gemaalcapaciteit nagenoeg gelijk op moet gaan met de intensiteit van de bui, die veel hoger ligt dan de normale gemaalcapaciteit van 13 mm/dag. NB. Hieruit blijkt nog maar eens dat er zeer veel inspanning nodig is om het laatste restant aan WW op te lossen: Ook blijkt hieruit dat het watersysteem in het Oude Rijngebied aan z n limiet zit wat betreft afvoeren. Tevens is gevraagd om inzicht te bieden in de effecten van klimaatverandering (conform de nieuwe KNMI 2014 Klimaatscenario s) op de Wateropgave Wateroverlast. De klimaatscenario s zijn later opgeleverd dan verwacht aan het waterschap. De effecten worden momenteel doorgerekend. Programma Doelmatige Aanpak Wateropgave Wateroverlast in relatie tot de recente Kockengen-problematiek Eind juli 2014 is een enorme hoeveelheid neerslag gevallen op de dorpskern van Kockengen en het omliggend landelijk gebied. Dit heeft binnen deze dorpskern en in het omliggende gebied tot inundaties geleid en daarmee tot vele problemen voor burgers binnen ons beheergebied. De ervaringen uit Kockengen zullen, waar relevant, zoveel mogelijk worden meegenomen bij de verdere opbouw en uitvoering van dit programma. Echter, het is ook goed om te beseffen dat de grote neerslaghoeveelheid die in juli in Kockengen is gevallen buiten de normen van de Wateropgave Wateroverlast valt waarvoor het waterschap het systeem op orde moet hebben. De uitvoering van dit programma zal er niet voor zorgen dat bij zulke neerslaghoeveelheden er geen overlast ontstaat.

Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast 5 2) De Deelstrategieën In dit hoofdstuk wordt per deelstrategie aangegeven wat het doel is, de stand van zaken, de kosten, baten en planning. Bovendien wordt aangegeven wat nu in deze eerste uitwerking van het programma wordt vastgesteld en wat straks in de definitieve versie. Deelstrategie I : Uitvoering van door het AB vastgestelde werkzaamheden Deze deelstrategie betreft de uitvoering van reeds -door het AB- vastgestelde maatregelen, met als belangrijkste maatregel de bouw van gemaal Waardse Dijk. Schatting Kosten & Planning In de diverse watergebiedsplannen en projectplannen voor het westelijk deel van het beheergebied van het waterschap staan maatregelen voor het verminderen van de wateropgave wateroverlast. Onderstaand de stand van zaken per 1 september 2014. Maatregel Uitvoering Kosten Opmerking Waterberging Vrijwel gereed 250.000 Tevens natuurontwikkeling. Grechtkade oost Rest in 2015 Verbreden watergangen Oud-Kamerik en Kamerik Circa 75% gereed 325.000 Sommige grondeigenaren willen (nog niet) meewerken. Waterberging in plas de Zwaan Verbreden watergangen polder Spengen Rest in 2015 Moet nog gebeuren in 2015-2016 Moet nog gebeuren In 2015-2016 45.000 Tijdstip afhankelijk van besluitvorming over collectieve hoogwatervoorziening in polder Spengen. 110.000 Gaat niet door als collectieve hoogwatervoorziening Spengen niet wordt aangelegd. Waterberging Geestdorp Gaat niet door 40.000 Niet mogelijk i.v.m. archeologische waarde locatie. Verbreden watergang Gerverscop Waterberging N401 Kockengen Gemaal Waardse Dijk, inclusief systeemaanpassing Bergingsgebied Oudewater Oost Bypass en bergingsgebied Landgoed Linschoten Waterberging Hooge Boezem Gaat niet door 270.000 Vanwege moeizame verwerving (veel kopeinden) en omdat het voor de hoogwatervoorzieningen in Gerverscop niet nodig is (wordt niet aangelegd). Moet nog plaatsvinden In 2015-2016 Moet nog plaatsvinden in 2015-2017 Moet nog plaatsvinden in 2015-2017 Moet nog plaatsvinden in 2016-2018 70.000 Wordt waarschijnlijk betrokken bij problematiek kern Kockengen. 3.500.000 Nog geen uitvoering vanwege moeizaam proces voor grondverwerving. 1.000.000 Nog geen uitvoering vanwege moeizaam proces voor grondverwerving 1.300.000 Moet nog worden uitgewerkt, ook qua afspraken met de eigenaar van het landgoed. Gereed 650.000 In september 2014 succesvol getest. Deelstrategie I en II zorgen tezamen voor een vermindering van de Wateropgave Wateroverlast met 67% (ca. 750 ha). In deze eerste uitwerking is een schatting gegeven van de totale baten. Voor het definitieve programma is per maatregel uitgewerkt wat de kosten en baten zijn en wordt de stand van zaken gegeven van de dan reeds uitgevoerde maatregelen en de nog uit te voeren maatregelen.

6 Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast Deelstrategie II: Waar mogelijk uitvoering van nieuwe, doelmatige maatregelen Deze deelstrategie betreft het uitwerken van nieuwe maatregelen die aantoonbaar doelmatig zijn. Nieuwe maatregelen kunnen in principe overal getroffen worden, maar zullen zich in de beschouwde periode voornamelijk voordoen in Bodegraven-Noord en het Eiland van Schalkwijk, waar op dit moment watergebiedsplannen worden opgesteld. Planning planvorming Het raamwaterplan voor het Eiland van Schalkwijk wordt in het voorjaar 2015 voorgelegd aan het Algemeen Bestuur. Voor het watergebiedsplan Bodegraven Noord worden de voorkeursvarianten medio 2015 voorgelegd aan het AB. Deelstrategie I en II zorgen tezamen voor een vermindering van de Wateropgave Wateroverlast met 67% (ca. 750 ha). Deelstrategie II zet in op het oplossen van de totale Wateropgave Wateroverlast in de gebieden waar de watergebiedsplannen BoNo en EvS worden opgesteld. Voorwaarde is wel dat er doelmatige maatregelen worden gevonden. Is dat niet (geheel) mogelijk, dan worden in deze gebieden ook deelstrategieën III t/m VII ingezet. In deze eerste uitwerking is aangegeven dat deelstrategie II met name inzet op de watergebiedsplannen BoNo en EvS en de baten. Voor het definitieve programma zijn beide watergebiedsplannen verder uitgewerkt en is het mogelijk een kostenindicatie aan te geven alsmede reële baten en een planning voor de uitvoering.

Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast 7 Deelstrategie III: Aanpassing van bepalingen in de provinciale waterverordening Deelstrategie III zet in op een aantal aanpassingen aan de provinciale waterverordening voor HDSR: 1) Het expliciet maken van het uitgangspunt dat er niet meer geïnvesteerd zal worden in het voorkomen van wateroverlast buiten het groeiseizoen in graslandgebieden, aangezien analyses hebben uitgewezen dat deze investeringen ondoelmatig zijn. 2) Het concretiseren van richtlijnen over het te hanteren maaiveldcriterium, aangezien dit in de huidige verordening is nagelaten. Het betreft het percentage laagst gelegen land dat mag inunderen zonder bij te dragen aan de Wateropgave Wateroverlast. We streven daarbij naar een maaiveldcriterium van 10% in grasland gebieden, conform de Zuid- Hollandse waterverordening. Bij de huidige bepaling van de Wateropgave Wateroverlast is een maaiveldcriterium van 5% toegepast. Aanpassing naar 10% zal de Wateropgave Wateroverlast verkleinen. 3) Het opnemen van de mogelijkheid voor een besluit tot afstel van het treffen van fysieke maatregelen. Dit besluit tot afstel is noodzakelijk om de deelstrategieën VI en VII mogelijk te maken. 4) Het opnemen van bepalingen over wanneer het watersysteem op orde moet zijn in deelgebieden waar een nieuwe opgave wordt vastgesteld, aangezien de huidige verordening geen rekening houdt met voortschrijdend inzicht. Sinds de vaststelling van de IS-WW zijn de ambtelijke overleggen gestart om de verordening aangepast te krijgen. Bestuurlijke besluitvorming (bij de provincie Utrecht) kan, naar verwachting, in 2015 plaatsvinden. Schatting Kosten De verwachting is dat er geen financiële consequenties zijn. Wel zal er inzet van ambtelijke capaciteit noodzakelijk zijn. Deze kan, uitgaande van de huidige formatieruimte, worden geleverd. De verwachting is dat deze deelstrategie bijna 10% van de Wateropgave Wateroverlast oplost. Schatting Planning De provincie Utrecht heeft op ambtelijk niveau aangegeven dat besluitvorming over een aangepaste waterverordening pas in 2015 plaats kan vinden, omdat eerst het provinciale waterplan dient te worden vastgesteld. Die vaststelling staat gepland in december 2014. Tot die tijd zal in elk geval ambtelijk worden gewerkt aan de voorbereiding van het aanpassingsproces. We verwachten 2015 nog nodig te hebben om tot een aangepaste verordeningtekst te komen die vervolgens op bestuurlijk niveau besproken kan worden. In deze eerste uitwerking is aangegeven waar deelstrategie III op in zet. Voor het definitieve programma is duidelijk of en op welke punten de provinciale waterverordening aangepast wordt en wanneer deze vastgesteld wordt. Deelstrategie IV: Slimmer operationeel sturen Deze deelstrategie is erop gericht om beter te kunnen anticiperen op (mogelijke) wateroverlastsituaties met als doel om deze wateroverlast (zoveel mogelijk) te voorkomen. Onderzoek tot dusver laat zien dat er tal van mogelijkheden zijn om op diverse ruimtelijke niveaus slimmer te sturen. De verbetering kan met behulp van diverse sturingsconcepten worden bewerkstelligd: 1) Binnen Polders: Binnen polders kan met verbeterde sturingsinformatie en slimmere sturing van met name stuwen het water in (voorspelde) natte tijden beter worden verdeeld binnen de polder (gebruikmakende van zogenaamde polderregelingen), zodat daarmee de kans op wateroverlast afneemt. Bij Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier wordt al jaren gewerkt met dit concept en de resultaten zijn zeer positief;

8 Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast 2) Polder-Boezem: De sturing van ons hoofdsysteem (boezem) kan beter worden afgestemd op de sturing van de polders. Aan deze verbetering wordt al gewerkt in het kader van het CAW Data, Communicatie & Telemetrie-Project; 3) Boezem-Buitenwater: Slim Watermanagement is een uitwerking van het Deltaprogramma Zoet Water. Het gaat om een nieuwe manier van gezamenlijk sturen en beter communiceren op regionaal niveau in plaats van op beheergebied- of boezemniveau. Voor de uitwerking van dit gedachtegoed werkt het waterschap actief samen in de regio (met Rijkswaterstaat en buurwaterschappen), maar draaien we ook mee in een STOWA-traject en het landelijke Rijkswaterstaat-traject op dit vlak. Uiteindelijk doel is de oplevering van een gezamenlijk Beslissings Ondersteunend Systeem (BOS; met de relevante communicatie- en monitoringmiddelen) in 2020.; 4) Sturen met Water: Het Sturen met Water-concept lijkt een mogelijke manier om met agrariërs afspraken te maken over het tijdelijk onder water zetten van bijvoorbeeld de laagste percelen om wateroverlast in andere delen van het bedrijf of de polder te voorkomen. Het gaat hier om maatwerk op perceelsniveau door toepassing onderwaterdrainage in combinatie met op remote sensing gebaseerde technieken. Het is een concept waarbij zowel de agrariër als het waterschap voordelen bij heeft. NB. Dit concept was genomineerd voor de water innovatieprijs 2014. Er is landelijk veel interesse voor dit concept en de verwachtingen zijn hoog. Schatting Kosten Binnen Polders: De verwachting is dat dit weinig extra kosten met zich mee zal brengen, omdat het de aanpassing van de sturingsregels van bestaande kunstwerken betreft. Wat wel nodig is, is tijd om analyses uit te voeren en de polderregeling te programmeren en dat kan via de vaste formatie, maar daar moet dan wel de komende jaren de tijd voor worden genomen; Polder-Boezem: Het genoemde CAW Data, Communicatie & Telemetrie-Project wordt momenteel uitgevoerd. Dit brengt geen extra kosten met zich mee voor het Programma Doelmatige Aanpak Wateropgave Wateroverlast; Boezem-Buitenwater: De uitwerking van het Slim Watermanagement traject zal met name uren kosten en vanuit het Programma Doelmatige Aanpak Wateropgave Wateroverlast geen extra kosten met zich meebrengen daar het een uitwerking is van het Deltaprogramma Zoet Water. Het grootste deel van de kosten zal, zoals het er nu naar uitziet, door de Rijksoverheid worden opgebracht. Later dit jaar zal hier meer duidelijkheid over ontstaan; Sturen met Water: De inzet is om het Sturen met Water-concept zodanig te ontwikkelen dat er voor het waterschap zo min mogelijk financiële consequenties zijn. Om beter te kunnen sturen dient ook de informatie op grond waarvan gestuurd wordt te worden verbeterd. Deze extra informatiewensen staan uitgewerkt onder het onderdeel Monitoringplan. De verwachting is dat deze deelstrategie ruim 10% van de Wateropgave Wateroverlast kan oplossen. Met name de sturingsconcepten Binnen Polders en Polder-Boezem dragen hier in significante wijze aan bij. Schatting Planning De verwachting is dat de nieuwe aanpassingen in de sturing van ons watersysteem omstreeks 2020 zijn geïmplementeerd binnen de organisatie. Sommige maatregelen zijn al veel eerder gereed, zoals het CAW-systeem (wat nu al wordt uitgevoerd)en de polderregelingen (waar nu al mee wordt getest). In deze eerste uitwerking is aangegeven welke sturingsconcepten gaan bijdragen aan deelstrategie IV. Voor het definitieve programma zijn de sturingsconcepten verder uitgewerkt, is met een aantal sturingsconcepten al proefgedraaid en is duidelijk wat er nodig is aan extra monitoring om effectief te kunnen sturen.

Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast 9 Deelstrategie V: Het benutten van synergiekansen Er zijn de afgelopen maanden diverse mogelijkheden in beeld gebracht om maatregelen uit te voeren die bijdragen aan het voorkomen van wateroverlast en die ook gunstig zijn voor de KRWdoelstellingen, anti-verdrogingsdoelstellingen, natuur- en bosontwikkeling in het algemeen en de bestrijding van de watertekort-problematiek. Deze synergiekansen zullen we de komende jaren ten volle gaan benutten daar waar ze zich voordoen. Met name via de watertoets verwachten we doelmatige kansen te vinden. Schatting Kosten Om snel, effectief en doelmatig om te kunnen gaan met kansen is een WW kansenpot opgezet. Het gaat om een jaarlijks krediet van 100.000,- voor de periode 2015-2021. Dit bedrag is reeds opgenomen in de begroting 2015 en in de VJN. De kansenpot wordt ingezet voor zowel eigen investeringen als voor bijdragen aan derden die doelmatige maatregelen treffen om de Wateropgave Wateroverlast te verminderen. Een doelmatigheidstoets wordt onderdeel van deze strategie. Afhankelijk van de zich voordoende kansen is de verwachting dat deze deelstrategie een kleine 10% van de Wateropgave Wateroverlast kan oplossen. Schatting Planning De Wateropgave Wateroverlast kansenpot wordt ingesteld voor de periode 2015-2021. Gestreefd wordt om voor 2021 alle relevante kansen te pakken. Echter, we zijn bij deze strategie wel zeer afhankelijk van derden. Tussentijds wordt steeds geëvalueerd of deze strategie voldoende oplevert. Als dat niet het geval is wordt of actiever naar kansen gezocht of wordt meer ingezet op een van de andere deelstrategieën. In deze eerste uitwerking is aangegeven dat met name via de watertoets en met een Wateropgave Wateroverlast kansenpot op doelmatige wijze synergiekansen worden gepakt. Voor het definitieve programma wordt de stand van zaken van de synergiekansen, tot dan toe, gegeven en is ook de doelmatigheidstoets gereed. Tevens wordt dan ook voor de rest van de looptijd (2017-2021) het kansenpot-krediet aangevraagd. Deelstrategie VI: Inzetten Blauwe Diensten Bij deze deelstrategie gaat het er om dat vooraf (voordat wateroverlast optreed in de gebieden waar nog een Wateropgave Wateroverlast is) afspraken worden gemaakt met agrariërs, zoveel mogelijk gebruikmakende van de mogelijkheden die het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) ons op dat vlak biedt. Onderzoek leert dat er in feite drie mogelijkheden zijn: I. Blauwe Dienst Waterberging. Bij deze mogelijkheid leveren agrariërs (via gebiedscollectieven) een dienst aan het waterschap waarbij zij accepteren dat er vaker dan de gestelde norm wateroverlast is op hun percelen. Het voordeel van deze aanpak is dat er al een voorstel op dit vlak vanuit de Unie van Waterschappen richting de Europese Commissie (EC) is gegaan en dat deze dienst mogelijk wordt opgenomen in de GLB- catalogus en dat er dus medefinanciering vanuit Brussel mogelijk is. De provincie is het uitvoeringsorgaan dat contracten sluit met de gebiedscollectieven waarin deze groen-blauwe diensten kunnen worden opgenomen (gelijk aan diensten tbv de KRW doelen). Daar het een dienst via het GLB betreft wordt het niet gezien als staatssteun. Een grote kanttekening is dat op dit moment nog niet duidelijk is of het bergen van water op eigen terrein door de provincie Utrecht en Zuid- Holland wordt erkend als een groen-blauwe dienst in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). Over deze erkenning bestaat pas in april 2015 zekerheid. Indien de provincies instemmen dan raden wij deze aanpak sterk aan. II. Een fiscale regeling. Een dergelijke regeling zou kunnen impliceren dat agrariërs op wiens percelen inundatie wordt verwacht minder lasten gaan betalen aan het waterschap. Een

10 Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast bestaande regeling van deze aard is niet eerder bekend en is zeer ingewikkeld en complex in zijn uitwerking en implementatie. Deze aanpak wordt sterk afgeraden.; III. Een schaderegeling, bijvoorbeeld zoals de Brabantse schaderegeling. Dit is een lastig traject, omdat deze schaderegeling kan worden aangemerkt als ongeoorloofde staatssteun, de term schaderegeling lastig communiceerbaar is en omdat de ervaring bij andere waterschappen die een schaderegeling hebben uitwijst dat er weinig tot geen gebruik van wordt gemaakt. Tenslotte heeft deze aanpak geen mogelijkheid om aan het GLB gekoppeld te worden en mist daarom de financiële voordelen die een Blauwe Dienst Waterberging wel heeft. Derhalve raden wij een schaderegeling af en gaan we voor de blauwe dienst waterberging. Voorgesteld wordt om in te zetten op de eerste optie (blauwe dienst waterberging) en niet op de andere twee opties. De regeling Blauwe Dienst Waterberging geldt alleen voor percelen waar sprake is van een Wateropgave Wateroverlast. Conform de voorgenomen wijzigingen in de provinciale waterverordening (deelstrategie III) gaat het om waterberging tijdens het groeiseizoen. Iedere 6 jaar, gelijk aan de hertoetsing van de Wateropgave Wateroverlast, zal de regeling worden geëvalueerd en zal er mogelijk een aanpassing plaatsvinden. Dan zijn ook ruimtelijke aanpassingen mogelijk als de hertoetsing daar aanleiding toe geeft. Schatting Kosten De bijbehorende vergoeding zal vooraf, als blauwe dienst, worden uitbetaald voor de looptijd van het contract. Dit omdat de verwachting is dat dit tot meer draagvlak in de streek leidt en omdat het risico s op kostenoverschrijdingen minimaliseert. Op dit moment is in de begroting 350.000,- jaarlijks gereserveerd voor de contracten met gebiedscollectieven. Deze GLB-gelden zijn bestemd voor zowel de KRW als de WW doelen. Uiteraard wordt zoveel mogelijk getracht om de diensten te koppelen zodat ze zowel bijdragen aan de KRW doelstellingen als aan het verminderen van de Wateropgave Wateroverlast. Een doelmatigheidstoets wordt onderdeel van deze strategie. De baten hangen zeer af van de bereidheid van gebiedscollectieven om deze dienst te leveren en van de mogelijkheid om dit via de provincie (POP3) te realiseren. Er is al veel overleg met gebiedscollectieven in het westelijk deel van het beheersgebied en daaruit blijkt interesse en een bereidheid om deze blauwe diensten te leveren. De verwachting is dat deze deelstrategie een kleine 10% van de Wateropgave Wateroverlast kan oplossen. Schatting Planning Juist omdat deze deelstrategie nieuw is en zeer afhankelijk is van gebiedsactoren is een schatting van de planning lastig te geven. Gestreefd wordt naar het bereiken van formele afstemming op dit vlak met de diverse collectieven in 2018. In deze eerste uitwerking is aangegeven dat het waterschap wil inzetten op de blauwe diensten. Deze deelstrategie is een zinvolle strategie als het bergen van water op eigen terrein door de provincie Utrecht en Zuid-Holland wordt erkend als een groen-blauwe dienst in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). Over deze erkenning bestaat pas in april 2015 zekerheid. Voor het definitieve programma is duidelijk of deze strategie ingezet kan worden en zo ja, dan is al proefgedraaid met de eerste gebiedscollectieven en mogelijk al contracten afgesloten.

Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast 11 Deelstrategie VII: Schade Achteraf Regelen Algemeen: Iedereen die schade denkt te ondervinden door het op zich rechtmatig handelen door het waterschap kan verzoeken om nadeelcompensatie ex artikel 7.14 Waterwet en/of een beroep doen op de bestaande Nadeelcompensatieregeling van het waterschap, voor zover de gevolgen van dit handelen verder reiken dan de grenzen van het maatschappelijk toelaatbaar risico. In de gebieden waar het waterschap een Wateropgave Wateroverlast heeft en niet voldoet aan haar inspanningsveplichting om deze aan te pakken is het mogelijk voor iedereen een verzoek om nadeelcompensatie te doen. Schatting Kosten Indien Deelstrategie VI (blauwe dienst waterberging) effectief kan worden ingezet, is de verwachting dat er relatief gezien weinig gebruik gemaakt zal gaan worden van deze regeling. Voor de situaties dat er wel gebruik wordt gemaakt van de Nadeelcompensatieregeling worden de reserves van het waterschap ingezet. Deelstrategie VII wordt ingezet in de gebieden waar het waterschap een Wateropgave Wateroverlast heeft en niet voldoet aan haar inspanningsverplichting. Op dit moment pleegt het waterschap een grote inspanning om de Wateropgave Wateroverlast aan te pakken (bijvoorbeeld door de uitvoering van watergebiedsplannen). Schatting Planning Het doel is om in 2021 het aandeel van deze deelstrategie aan de Wateropgave Wateroverlast terug te brengen tot 0%. Oftewel: het waterschap voldoet dan in heel haar gebied aan de inspanningsverplichting. De bestaande Nadeelcompensatieregeling van het waterschap is reeds geschikt om in te zetten daar waar het waterschap nog niet voldoet aan haar inspanningsverplichting om de Wateropgave Wateroverlast aan te pakken. In het definitieve programma wordt deze deelstrategie dan ook niet verder uitgewerkt. Wel wordt dan de stand van zaken gegeven van de eventuele inzet van deze deelstrategie. Indien toch veel gebruik wordt gemaakt van deze regeling wordt de financiering van deze deelstrategie heroverwogen.

12 Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast Communicatieplan De uitwerking van de implementatiestrategie Wateropgave wateroverlast is een project met grote impact. Niet alleen krijgen veel interne medewerkers hier nu en straks mee te maken. Ook kan het project een grote impact op de omgeving hebben. Denk hierbij alleen al aan de deelstrategie om met Blauwe Diensten de wateropgave wateroverlast aan te pakken, of de nasleep van de wateroverlast in Kockengen. Daarom wordt voorgesteld voor de communicatie over de nieuwe wijze van omgaan met wateroverlast, de zogenaamde factor C aanpak toe te passen: de communicatie-aanpak om omgevingsbewust te werken. Bij Factor C draait het om het samen met de interne collega s en de portefeuillehouder, ontwikkelen en uitvoeren van een omgevingsbewuste communicatieaanpak. Dat gebeurt al door meteen bij de start van het project met communicatie aan de slag te gaan. Dat gaat volgens het 3 K stappenplan. De eerste K staat voor Krachtenveld. Met de direct betrokkenen van het project wordt gekeken: met wie hebben we allemaal te maken? Welke rol hebben deze personen of organisaties? Hoe willen we ze in het project te betrekken? De tweede K staat voor Kernboodschap. Samen gaan we na welke vragen de actoren kunnen hebben over het project. Daarna geven we antwoorden op deze vragen. Hieruit destilleren we een kernboodschap die aansluit bij de beleving van de verschillende actoren. De derde K staat voor Kalender. In de kalender zetten we de mijlpalen van het project. Daarna bepalen we welke communicatieactiviteiten we gaat inzetten om de mijlpalen te behalen. Bij de communicatie met het gebied over de IS-WW zijn twee communicatiedoelen van belang: Het geven van duidelijkheid over de omvang van de nu nog aanwezige wateropgave per deelgebied; Het geven van duidelijkheid over de door het waterschap te volgen aanpak om die deelgebieden op orde te krijgen binnen de planperiode. Schatting Kosten Het ontwikkelen van de omgevingsbewuste communicatieaanpak gebeurt met eigen mensen en eigen uren. Hier zijn nog geen kosten aan verbonden. Indien voor het uitvoeren van de ontwikkelde communicatieaanpak krediet nodig is wordt dit aangevraagd in het definitieve programma. Goede communicatie met onze omgeving is doorslaggevend voor het behalen van de programmadoelen. Schatting Planning De communicatieaanpak wordt in 2015 ontwikkeld met de factor C aanpak en is gereed tezamen met het definitieve programma. In 2015 wordt al intensief met de omgeving samengewerkt, met name met overheden en gebiedscollectieven: - Provincie Utrecht: aanpassing provinciale waterverordening én het opnemen van blauwe diensten in het natuurbeheerplan; - Gebiedscollectieven: verkennende gesprekken ten behoeve van de blauwe diensten; - Samenwerking met andere waterschappen en Rijkswaterstaat ten behoeve van de deelstrategie Slimmer Sturen en gezamenlijke monitoring; - Overleg met gemeenten indien zich bij de watertoets synergie kansen voordoen. - En tot slot de interactie met de omgeving in het kader van watergebiedsplannen (zowel de in planvorming als de in uitvoering zijnde watergebiedsplannen). De komende tijd worden de communicatieplannen van de watergebiedsplannen afgestemd, indien nodig, binnen het programma. In deze eerste uitwerking is aangegeven dat in 2015 de omgevingsbewuste communicatieaanpak volgens factor C wordt ontwikkeld. Voor het definitieve programma is deze communicatieaanpak gereed. Het programma Doelmatige Aanpak Wateropgave Wateroverlast zorgt voor samenhang tussen de communicatieplannen van de verschillende deelstrategieën.

Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast 13 Monitoringsplan Een aantal van de deelstrategieën kunnen alleen slagen indien aanvullende informatie wordt verzameld. Daarnaast is het van groot belang om de voortgang van de verschillende deelstrategieën kritisch te volgen zodat tijdig gesignaleerd wordt indien een deelstrategie niet het gewenste resultaat oplevert. Op dat moment kan worden bijgestuurd. Dat bijsturen kan enerzijds door meer in te zetten op de betreffende deelstrategie of door te schuiven zodat de andere deelstrategieën een groter deel van de Wateropgave Wateroverlast aanpakken. De monitoring valt dus in twee onderdelen uiteen: 1) Voortgangs-monitoring: Het kritisch volgen van de voortgang van de verschillende deelstrategieën en het creëren van overzicht van de stand van zaken Wateropgave Wateroverlast. De programmamanager is belast met deze monitoring en rapporteert regelmatig aan de stuurgroep, het College en het AB. Hieronder valt ook het tijdig opstarten van de periodieke hertoetsing van het watersysteem: eens in de 6 jaar wordt de Wateropgave Wateroverlast gebiedsdekkend in beeld gebracht. 2) Informatie-monitoring: Het waarnemen en verzamelen van informatie ten behoeve van de deelstrategieën. De volgende vormen van informatie-monitoring worden onderscheiden: a) Inundatie-monitoring: noodzakelijk om te weten waar inundatie is opgetreden.; b) Monitoring Faalkans; noodzakelijk om te weten wat voor neerslaggebeurtenis er heeft plaatsgevonden. c) Monitoring Actuele Bodemberging, inclusief actuele grondwaterstand: ten behoeve van deelstrategie IV: Slimmer Operationeel Sturen; d) Monitoring Neerslaghoeveelheden & Herhalingstijd: ten behoeve van deelstrategie IV: Slimmer Operationeel Sturen; Schatting Kosten De voortgangs-monitoring stand van zaken Wateropgave Wateroverlast kost alleen uren van (o.a.) de programmamanager. De periodieke hertoetsing kost tussen de 50.000-75.000. De hertoetsing wordt vanaf 2018 weer opgestart. Tzt zal het benodigde krediet op de begroting worden opgevoerd. De kosten voor de informatie-monitoring is sterk afhankelijk van of HDSR dit alleen oppakt of binnen een consortium van andere waterschappen én van de manier waarop het aanbesteed wordt. De voortgangs-monitoring is belangrijk om op een effectieve en doelmatige wijze de Wateropgave Wateroverlast aan te pakken. Het voorkomt dat te lang wordt ingezet op een niet-succesvolle deelstrategie en voorkomt ook dat bij zeer veel succes op alle deelstrategieën meer dan 100% van de Wateropgave Wateroverlast wordt opgelost! De informatie-monitoring is noodzakelijk voor de doelmatige uitrol van diverse deelstrategieën, zoals de deelstrategie Slimmer Operationeel Sturen, Blauwe Diensten en Schade Achteraf Regelen. De inundatie-monitoring en monitoring faalkans zullen vanaf 2015 nodig zijn onafhankelijk van de gekozen implementatie strategie, aangezien vanaf 2015 het systeem op orde dient te zijn. Daarnaast zal verbeterde monitoring bij tal van andere waterschapstaken voordelen bieden. Schatting Planning De voortgangs-monitoring wordt in 2015 opgezet en is eind 2015 gereed. In 2015 wordt de informatie-monitoring verder uitgewerkt, de samenwerking met andere waterschappen gezocht en de aanbesteding voorbereid. Zodra het monitoringsplan is vastgesteld (tezamen met de definitieve programmaplan) wordt in 2016 aanbesteed en uitgevoerd zodat deze (naar verwachting) in 2017 gereed is.

14 Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast In deze eerste uitwerking is aangegeven welke monitoring noodzakelijk is voor het effectief uitvoeren van de Wateropgave Wateroverlast. Voor het definitieve programma is de voortgangsmonitoring gereed en is bekend wat er nodig is aan informatie-monitoring. Dan is ook bekend wat hiervoor de kosten zijn waarvoor op dat moment krediet wordt aangevraagd. 3) Organisatie van het Programma Doelmatige Aanpak Wateropgave Wateroverlast De omvang en complexiteit van de Wateropgave Wateroverlast maken het wenselijk om de uitwerking met een programma aan te pakken. De 7 deelstrategieën leveren ieder een aandeel aan het oplossen van de Wateropgave Wateroverlast: Deelstrategie Aandeel oplossen WW Aandeel oplossen restopgave I: Vastgestelde maatregelen 67 % - II: Maatregelen in planvorming III: Aanpassen provinciale ~8 % 25% Waterverordening IV: Slimmer Operationeel Sturen ~11 % 35% V: Synergiekansen ~7 % 20% VI: Inzetten Blauwe Diensten ~7 % 20% VII: Schade achteraf regelen 0 % 0% Het aandeel van deelstrategieën III-VII zijn schattingen. Het Programma Doelmatige Aanpak Wateropgave Wateroverlast zorgt voor grotere flexibiliteit. De genoemde percentages bij de deelstrategieën kunnen wijzigen als een bepaalde deelstrategie heel doelmatig blijkt te zijn (zodat het bijvoorbeeld 20% ipv 10% wordt). Het programma zorgt voor samenhang tussen de diverse deelstrategieën en zorgt ervoor dat het beoogde doel (het doelmatig aanpakken van de Wateropgave Wateroverlast) met zo min mogelijk inspanning wordt bereikt. De programmamanager krijgt opdracht van de stuurgroep. Deze stuurgroep bestaat uit de afdelingshoofden van de meest betrokken afdelingen (WSB, P&A, JZ, MO). De verschillende deelstrategieën hebben allen hun eigen projectleider die verantwoordelijk zijn voor hun eigen project/deelstrategie. Naast de projectleiders is er één verantwoordelijke voor het communicatieproces in het algemeen en één verantwoordelijke voor de informatie-monitoring. De programmamanager is geen lijn-verantwoordelijke van de projectleiders, maar kan hen wel aanspreken op gemaakte afspraken en kan desnoods via de stuurgroep bijsturen indien het programmadoel in gevaar komt. De programmamanager rapporteert regelmatig over de voortgang aan de stuurgroep, het College en het AB. De aanpak van de Wateropgave Wateroverlast zal verankerd worden in het WaterBeheerPlan.

Uitwerking Implementatiestrategie Wateropgave Wateroverlast 15 Bijlage A: Van Wateropgave Wateroverlast naar de restopgave Op basis van berekeningen met het HDSR hydrologische modelinstrumentarium, in combinatie met expert-judgement van de beheerders en hydrologen, is een inschatting gemaakt van de effecten van de fysieke maatregelen (de deelstrategieën I en II) op de reductie van de Wateropgave Wateroverlast. De restopgave bedraagt 375 ha. Deelstrategie I en II leveren gezamenlijk dus 2/3 van de aanpak van de Wateropgave Wateroverlast. Deelgebied HDSR West Wateropgave Wateroverlast (ha) 2013 Restopgave Oude Rijn Gebied 585 237 Lopikerwaard 29 29 Nieuwegein-Rijnenburg en Leidsche Rijn & Omliggende Landelijke Omgeving 410 90 HDSR Oost Eiland van Schalkwijk 26 10 Kromme Rijn Gebied 23 9 Groenraven-Oost & Langbroekerweteringgebied 0 0 Maartensdijk 77 0 Stad Utrecht 0 0 Totaal 1.150 375