Inhoud. Tochttecknieken

Vergelijkbare documenten
Een overzicht van de meest gebruikte tochttechnieken

Tochttechnieken Verkenners Scouting Boekel

Tochttechnieken. Route bepalen met kaart en kompas. Door: Maurits Westerik Jong Nederland De Lutte. December 2008

Landkaarten en coördinaten

De vectorroute bestaat er in twee varianten: Met een vaste noordpijl en met een draaiende noordpijl.

Tochttechnieken Cursus Coördinatie Bijlage cursus 5

Beste Gidsen, Wat gaan we doen? Zoals we hebben besproken gaan we jullie kennis van de tochttechnieken schriftelijk testen.

Pooltocht 2015 Routetechnieken

HIKE BOEKJE #RSW-NVF

Scoutinggroep JohnMcCormick. Zoetermeer. Hikeboekje. Scouts

1 Smiley. 2 Fotoroute

Striproute Kruispunten route

HIKE BOEKJE 2012 HIKEBOEKJE VERKENNERS RENÉ VAN AALDEREN/ MARTIJN BRUS VERKENNERS JMC

Wandel Experience Dag Route 15 KM. In samenwerking met:

Bolletje-Pijltje routetechniek:

KOMPAS(STREKEN) EN ROUTETECHNIEKEN DE 32 KOMPASSTREKEN

INSTRUCTIEBOEKJE SCOUTS

Hike Boekje #RSW-NVF

Inleiding. Wij hopen dat jullie iets aan dit boekje hebben tijdens de voorbereidingen en de hike zelf.

Stafkaart DOCK. Dropping Oudleiding Chiro Kaart hoogtelijn. kilometervak. akkerland. weiland. naaldbos. loofbos

Reader oriëntatietechnieken

Tekst. Zoeken. Kruispuntroute

4X4 DRIVERS ROADBOOKS

St. Scouting St. Franciscus Wijchen

Les Deux Morvans. Wandel Gids. Les Deux Morvans

Kaart en kompas. Oriënteren met kaart en kompas. Amundsenvendel Ermelo. Kaart en kompas. E r m e l o

Geocachen langs trage wegen

Wandel Experience Dag Route 7 KM. In samenwerking met:

Etappe 11 KONINKLIJKE REFLECTORROUTE

ROUTE TECHNIEKEN. Scott W T 60 B INRIT VAN EEN PAAR METER ONVERHARDE WEG

EN DE PUZZELOPLOSSINGEN TEKST EN TEKENINGEN VAN HET DTT

Voor alle 3: Identificatie (bv. adres).

Richtingen, coördinaten en oriënteren

Oriënteren Kaart en Kompas

/ :::::-- - y :yf~ INSIGNE. N ~:fi" '"I:" I :,' I, ;.;. ORIENTEREN --_----J/

WEETJES OM TE GEBRUIKEN TIJDENS HET TRAPPERSKAMP

MIDWINTERHIKE fotofantastisch. 7 8 mei KOPPELNUMMER

Rekentijger - Groep 7 Tips bij werkboekje A

Binnen Scouting Nederland wordt veel met het zogenaamde Recta kompas gewerkt. Aan dit kompas kunnen we verschillende onderdelen benoemen.

WISKUNDE-ESTAFETTE 2011 Uitwerkingen

Tafelkaart: tafel 1, 2, 3, 4, 5

Registratie van boringen.

Evenwichtsoefeningen Radboud universitair medisch centrum

Calcudoku. Vakantie Puzzelboek. door Patrick Min

GPS - CURSUS. Peter Sinot Vragen: Downloaden PDF: Peter Sinot -

Opdracht 2.1 a t/m c. Er zijn veel mogelijkheden. De vorm hoeft dus niet gelijk te zijn om toch een vierkant van dezelfde grootte te krijgen.

We beginnen met een proeflapje je zou dit in KLEUR 3, 4 of 5 kunnen doen. Van deze kleur houden we de meeste wol van over.

Een basisschool project van het IVN Veldhoven / Vessem voorjaar 2011

Beverbadges Steven Stroom

Simon de schildpad J van Weert 1

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1

Uitleg. Welkom bij de Beverwedstrijd Je krijgt 15 vragen, die je in maximaal 45 minuten moet beantwoorden.

Winterse speurtochten. Algemene organisatietips

Sudoku s. Annelies Veen Noud Aldenhoven

4 Meetkunde. Rekenen en wiskunde uitgelegd Kennisbasis voor leerkrachten basisonderwijs. Uitwerkingen van de opgaven bij de basisvaardigheden

Toerklasse - voorlopige ideale controlekaarten

Lichteffecten. Dia 1. Lichteffecten.doc blz. 1/14

Eigen routes maken. voor Fiets, Voetganger en Auto

Adventure Race Tips & Tricks

Tochttechnieken. Cursus kaart en kompas. Bijlage cursus 5. Door: Maurits Westerik Jong Nederland De Lutte. December 2008.

Maak een ketting van 15 lossen, doe dit niet te strak. Draai de ketting om zodat de achterkant zichtbaar is.

Oriëntatieloop Handleiding

Het. Nuttige-info-boekje

mei 2014 vanaf 9 jaar Doe normaal tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof

Werkblad 2 Kracht is een vector -Thema 14 (NIVEAU BETA)

Op het einde van de fotozoektocht moet je een klein stukje langs een vrij drukke straat stappen. Wees dus voorzichtig en hou uiterst links!

Meetkunde 015. Opgave 1 Teken een route. Opgave 2 Teken een route. Hoeveel kilometer is je route? km. Naam: Meetkunde 015 September / 11


Cursus Kaart en Kompas

1. Wandeling Kala Nera Milies Kala Nera

Leerdoel: De leerlingen oefenen met herkennen van symmetrie van verschillende vormen.

45 e. 26/27 mei Uitleg Deel 1 INSTAP-TOUR-SPORT

Deel A. Breuken vergelijken

Verkeersbordenspeurtocht

Een klok met wijzers Voorkennis: Rekenen en graden Leerdoel: Systeem tijd opvragen Werken met variabele Tussen verschillende sprites signalen sturen

Uitleg Traject 1. A-Klasse

3.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen [1]

Getallen en breuken. /1 Schrijf de helen als breuken, of haal de helen uit de breuk. 2 Verdeel de breuken. 3 Verdeel de breuken.

Zelf albumbladen maken in Word 2003

Leaflet. Connector Ability. Brochure kandidaten. Touwbaan AB Gorinchem T E info@interselect.nl

Brandweerman Sam. Veel haakplezier.

Wat is de som van de getallen binnen een cirkel? Geef alle mogelijke sommen!

Plantenhanger knopen

Zo gaat jouw kunstwerk er straks uitzien. Of misschien wel heel anders.

Basisblok 2 - Haak drie basisblokken

Traject Assen - Anderen 11,5 km

Handleiding Klokkijker. Versie 5.0. Datum September Inleiding.

Simon de schildpad J van Weert 1

How to - poortmap en tunen.doc

Doe- pad Watertorenweg

Deze cache is alleen na zonsondergang te doen, zorg daarom voor de volgende zaken:

TEKENEN. beeldende vorming. Vlakvullingen. hoofdstuk 13: vlakvulling

Derde klas. Instructie. Osbornegroep Biddinghuizen

OPDRACHTKAART. Thema: Multimedia/IT. Audio 4. Digitaliseren MM

Inhoudstabel. Habils Kenny 2

AANVULLENDE PROEFLES ACCORDEON

Route 12: Densberg Kellerwaldturm Dodenau - Densberg

In de fietsrouteplanner staan veerponten aangegeven als een stippellijn met daarbij een POI Veerponten.

Sketch-Up: Vogelhuisje (6)PACK versie 2.0

Jubileum Route Size: (regular) Difficulty: Terrain:

Transcriptie:

Tochttechnieken N W O Z

Auteur: Peter Colpa Impeesa-Zoetermeer www.impeesa-zoetermeer.nl Uitgave: 31 januari 2016

Inhoud Kruispuntenroute (KP-route)... 3 Kruispuntenroute met oriëntatiepunt... 3 Zoektocht / sporentocht... 4 Fototocht... 4 Smiley-route... 5 Knipoog smiley... 5 Smiley kijkt een kant op... 5 Kralentocht... 6 Knopentocht... 6 Kompas-route... 7 Kompas-route met windstreken... 7 Kompas-route m.b.v. graden... 7 Kompasschieten... 8 Routeschets... 9 Strippenkaart (of strippentocht)... 10 Doolhof... 10 Bolletje-pijltje-route (BP-route)... 11 Kruispunten variant... 11 Met kompas... 11 Met kompas en noordpijl (vector-kruispuntenroute)... 11 Helikopter-Route... 12 Variant 1... 12 Variant 2... 12 Bolletje-Streepje-Route (BS-route of bolletje-bolletje-route)... 13 Doorsteek... 14 Doorsteek met kompas... 14 Doorsteek met kaart... 14 Oleaat... 15 Vlieglijn... 15 Coördinaten (kaarthoekmeter)... 16 Kruispeiling... 18 Kruispeiling met passer... 18 Blinde kaart, blinde vlek... 19 Klokken... 20 Kruispuntenroute methode... 20 Vector-kruispuntenroute methode... 20 1

Digitale klokken... 20 2

Kruispuntenroute (KP-route) Dit is waarschijnlijk de simpelste routetechniek van allemaal. Het is eigenlijk een soort situatieschets van een kruispunt met daarop (of daarin) aangegeven de richting die je op moet gaan. Ieder kruispunt dat je tegen komt staat getekend. De pijl geeft dus aan welke weg je in moet. Je komt altijd van onder het getekende kruispunt binnen. Op het moment dat de kruising in het echt er niet hetzelfde uit ziet als op je routebeschrijving, zit je dus fout. Kruispuntenroute met oriëntatiepunt Hetzelfde kunnen we doen met een oriëntatiepunt. I.p.v. aan te geven vanaf welk punt je komt aanlopen, kun je ook een oriëntatiepunt aangeven (waarbij je dus niet altijd vanaf onder aankomt). 3

Zoektocht / sporentocht De zoektocht of sporentocht is waarschijnlijk de meest bekende tocht. Met behulp van sporen moet je de weg vinden. Deze sporen kunnen bestaan uit krijtsporen, draadjes in de bomen of struiken, papiertjes, enzovoort. Deze sporen kunnen ook moeilijker worden gemaakt door ze bijvoorbeeld vragen te laten bevatten. Fototocht Een variant op de zoektocht is de fototocht. De sporen bevinden zich nu niet langs de tocht, maar op een velpapier aan de hand van foto s. Deze foto s leiden je langs de tocht. Op deze foto s kunnen bijvoorbeeld een huis, brug, straatnaambordje, enzovoort staan. 4

Smiley-route De smiley-route is een relatief makkelijk tochttechniek. Er zijn verschillende versies mogelijk. Knipoog smiley Het principe is simpel: een gezichtje met twee oogjes geeft d.m.v. knipogen aan welke kant je op moet gaan. Is het linkeroog dicht dan moet je linksaf, is het rechteroog dicht dan moet je rechtsaf. Knipoogt het gezichtje niet dan moet je rechtdoor. Voorbeelden staan hiernaast. Variaties zijn natuurlijk mogelijk. Bijvoorbeeld: indien de smiley droevig kijkt (mondhoeken hangen naar beneden), moet je precies de andere kant op. Smiley kijkt een kant op Een variant van de smiley-route, is een smiley die een kant op kijkt. De kant die de smiley op kijkt, moet je ook heen lopen. Kijkt de smiley omhoog, dan loop je rechtdoor. Voorbeelden staan hiernaast. Variaties zijn natuurlijk mogelijk. Bijvoorbeeld: indien de smiley droevig kijkt (mondhoeken hangen naar beneden), moet je precies de andere kant op. Variaties op de smiley-route Je kunt de smiley-route moeilijker maken, door variatie aan te brengen. Voorbeelden zijn: een rode of droeve (mond hangt omlaag) smiley liegt, dus moet je precies de andere kant op. Een mond als kruis geeft een gevaarlijke kruispunt aan. Enzovoort. Op het internet zijn heel veel soorten smileys te vinden. Deze kun je ook gebruiken om de route mee te maken. Dan hoef je ze niet zelf te tekenen. 5

Kralentocht Bij een kralentocht krijg je een koord met kralen. Elke kraal geeft een richting aan. Zo kan een rode kraal rechtsaf betekenen, een groene linksaf en geel rechtdoor. Voor elk kruispunt zit er een kraal aan het koord. Knopentocht Een variatie op de kralentocht is een knopentocht. De kralen zijn vervangen door knopen. Elke knoop geeft een richting aan. Bijvoorbeeld: een halve steek betekent rechtsaf, dubbele halve steek rechtdoor en een achtknoop is linksaf. In het koord zitten dus diverse knopen. Ook hier is er voor elke kruispunt een knoop. 6

Kompas-route Het bijzondere van een kompas is, dat deze altijd naar het noorden wijst. Het wijst op een kruispunt dus altijd naar dezelfde richting. Aan de hand van deze referentie kun je de route bepalen. Dus als je een richting moet bepalen, eerst de pijl naar het noorden laten wijzen. Kompas-route met windstreken Een kompas is verdeeld in vier windrichtingen, met de klok mee: noord, oost, zuid en west. We noemen ze de vier hoofdwindrichtingen. Om deze te onthouden kun je het ezelsbruggetje Nooit Op Zondag Werken gebruiken. Tussen de hoofdwindrichtingen in liggen andere windrichtingen: noord-oost (ligt tussen noord en oost), zuidoost, zuid-west en noord-west. Tussen deze windrichtingen ligt nog een onderverdeling. Bij deze benaming wordt eerst de hoofdwindrichting, waar deze het dichtst bij ligt genoemd. Daarna de tussenliggende windrichting. Dus de richting tussen noord en noord-oost wordt noord - noord-oost. Op sommige kompassen staan de windrichtingen in het Engels vermeld: North East South West (N E S W). Kompas-route m.b.v. graden Een cirkel en dus ook een kompas, is verdeeld in 360 graden. Deze verdeling loopt met de klok mee. Het kompas wijst altijd naar het noorden, dit is dan ook 0 (0 graden). Moet je het pad nemen welke op 90 ligt, dan kijk je op het kompas waar de 90 heen wijst. 90 is dus haaks rechtsaf. Standaard lees je een kompas oost-om (richting het oosten, rechtsom). Om het moeilijker te maken, staat de richting weleens west-om aangegeven. Je moet nu de graden linksom bepalen (richting het westen). Vaak is de makkelijkste methode van west-om naar oost-om omrekenen. De berekening is: 360 - de waarde west-om. Bijvoorbeeld: 90 west-om = 360-90 = 270 oost-om. W NW W ZW NW WNW W WZW ZW NNW ZZW N Z N Z N Z 0 NNO ZZO NO O NO ZO ZO O ONO O OZO 270 90 180 7

Kompasschieten Kompasschieten is eigenlijk hetzelfde als de kompas-route met graden, met dient nauwkeuriger te worden uitgevoerd. Stel je moet naar een punt op 135. Stel de verdraaibare schijf in op 135. Let op de schaal! Bij sommige kompassen loopt deze van 0 naar 36. Een cirkel heeft 360. Je hebt dus te maken met een faktor 10. Dus je stelt het kompas dan niet in op 135, maar op 13,5. Draai het kompas zodanig, dat de naald van het kompas naar de N van de schijf wijst (laat de verdraaibare schijf staan). Dus N of wel 0 van de schijf wijst nu naar het noorden. Het kompas wijst nu de richting aan dit je moet lopen (135 ). Noorden N 135 instellen S Looprichting 8

Routeschets Vaak zie je de routeschets in tabel-vorm. De route wordt globaal getekend en er is een kolom waar de route met woorden beschreven wordt. Ook is er een kolom voor overige gegevens zoals: afstand, tijdsduur, kompasrichting, enz. Het is makkelijker als je alle gegevens in één tekening zet. Dan zie je in één oogopslag alle gegevens. De volgende gegevens kunnen in een routeschets terug te vinden zijn: markante punten kompasrichting afstand hoogteverschil tijdsduur Een routeschets is dus eigenlijk een zelf gemaakte kaart waar alleen dingen op staan die voor jou van belang zijn. Ongeveer 20 min. B 200m 340 560m 200m 320 Bos A 500m 0 Meertje N Industrie 9

Strippenkaart (of strippentocht) De strippenkaart is tegelijk heel simpel en heel moeilijk. De strippenkaart bestaat uit een verticale lijn met daaraan vast een aantal streepjes naar links of naar rechts. Het idee is dat de verticale lijn de weg is die je loopt en de streepjes naar links en rechts zijn wegen die je niet in moet gaan. Een strippenkaart lees je altijd van onder naar boven. In de afbeelding hiernaast zie je een voorbeeld. Links de route, rechts de strippenkaart. Bij het eerste punt, moet je een weg links laten liggen. Links is er geen weg en de volgende weg die je links kan laten liggen (je draait als het waren door) is de weg rechtdoor. Je moet dus rechtsaf. Bij de tweede moet je een weg links en rechts laten liggen, je moet dus rechtdoor. Bij de derde moet je een weg rechts laten liggen. Ook nu is de eerste die je rechts kan laten liggen, de weg die rechtdoor gaat, je gaat dus linksaf. Bij de vierde moeten we twee wegen rechts laten liggen: die van rechtsaf en rechtdoor. We gaan dus links. Bij de vijfde moeten we twee wegen links laten liggen, die van linksaf en rechtdoor, dus gaan we rechtsaf. Doolhof Het doolhof (a) is min of meer een afgeleide van de strippenkaart. Eerst puzzel je uit hoe het doolhof loopt. Als je de weg door het doolhof hebt gevonden, zie je met een beetje hulp al een strippenkaart ontstaan (b). Maak je van dit gevonden pad (denkbeeldig) een rechte lijn, dan ontstaat er een strippenkaart (c). a b c 10

0 360 180 Bolletje-pijltje-route (BP-route) Van de bolletje-pijltje-route zijn verschillende versies in omloop. Kruispunten variant De eerste versie lijkt op de kruispuntenroute. In plaats van een kruispunt, geeft een bolletje aan waar je staat. Dit bolletje staat altijd onderaan. Een pijl geeft aan waar je naar toe moet. De overige wegen worden niet getoond. Met kompas De tweede versie is wat lastiger. Het bolletje geeft wederom aan waar je staat. De pijl geeft echter de windrichting (van een kompas) aan. Je hebt voor deze versie dus een kompas nodig. Wijst de pijl naar boven, dan moet je naar het noorden. Wijst de pijl naar beneden, dan moet je naar het zuiden. Wijst de pijl naar rechtsboven, dan moet je naar het noordoosten. Het is vaak verleidelijk de weg in te slaan waar de pijl heen wijst (zoals bij de kruispunt variant), terwijl deze dus totaal niet overeen hoeft te komen met de richting die het kompas aangeeft (die juiste is)! Met kompas en noordpijl (vector-kruispuntenroute) De variant met kompas, komt ook voor met een noordpijl. M.a.w. de dikke pijl geeft de richting van het noorden, de dunnere pijl de richting waarin je moet lopen. Bij het gebruik van de kaarthoekmeter, dient het midden van de kaarthoekmeter op het kruispunt van de pijlen te liggen. (Deze versie komt ook voor zonder het bolletje aan de onderzijde). 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0 0 10 20 30 40 50 60 70 90 80 100 100 90 80 70 60 50 40 30 10 0 100 0 10 20 30 40 20 50 60 70 80 90 11

Helikopter-Route De Helikopter-Route is een lastigere tochttechniek en bestaat ook in twee varianten. Variant 1 Je ziet een aantal lijntjes en een aantal nummers. Je begint met de lijn die naar boven wijst en draait dan met de klok mee. Het getal dat bij het lijntje staat is de richting (in graden of als richting aangegeven) die je op moet. De lengte van het lijntje geeft aan hoe ver je moet. Je moet dus: 1. het lijntje opmeten 2. de schaal bekijken 3. de richting bekijken en opzoeken met je kompas Bijv. het eerste lijntje is 1 cm lang en geeft 315 aan. De schaal is 1:50.000. 1 cm = 0,5 km (1 cm = 50.000 cm = 500 m = 0,5 km) in het echt. Je moet dus 500 meter in de richting van 315 lopen (= noordwest). Het tweede lijntje is ook 1 cm. Je loopt nu dus 500 meter in de richting van 227. 150 132 12 315 305 227 270 90 Variant 2 De helikopter bestaat deze keer ook weer uit lijntjes en getallen erbij maar de getallen geven alleen de volgorde aan waarin je ze moet lezen. Elk lijntje geeft een windrichting aan t.o.v. de noordpijl. Hiernaast zie je een voobeeld. De dikke pijl is de noordpijl. Elke lijn geeft een kruising aan. Je begint bij 1, dan 2, enz. Lijn 1 ligt ten zuidwesten t.o.v. het noorden. Lijn 2 ligt ten oostnoordoosten van het noorden. Dit zijn dus de richtingen die je moet lopen van kruising naar kruising. In feite is dit gewoon een vector-kruispuntenroute met meerdere richtingen. Zie dan ook het hoofdstuk vector-kruispuntenroute voor meer uitleg. 7 3 1 5 2 6 12

Bolletje-Streepje-Route (BS-route of bolletje-bolletje-route) De bolletje-streepje-route lijkt op de bolletje-pijltje-route met kompas. Het verschil hierbij is dat je een soort optelsom moet maken van streepjes. Elk streepje geeft een hoofdwindrichting (N O Z W) aan. Je leest deze techniek van onder naar boven en telt ze als het ware bij elkaar op. Hiernaast zie je drie voorbeelden: 1: betekent naar het noorden. 2: betekent noord + west = noordwest. 3: betekent oost + noord + oost = oostnoordoost. Let op dat je onderaan begint! 1 2 3 13

Doorsteek Doorsteek met kompas Bij een doorsteek met kompas loop je aan de hand van je kompas recht door een terrein, indien mogelijk. Je stelt het kompas in op de richting waarin gelopen moet worden. Vervolgens probeer je deze richting zoveel mogelijk aan te houden. Het is echter mogelijk, dat je tegen obstakels aanloopt. Nu moet je proberen om om dit obstakel heen te lopen, zonder (teveel) van richting te veranderen. Dit kun je bijvoorbeeld doen, door een ander persoon achter het obstakel te laten staan, die in lijn staat met de juiste richting. De plek waar deze persoon moet gaan staan, kun je aan de hand van het kompas bepalen. Voorbeeld: Je komt bij een slootje. Persoon 1 blijft bij de sloot staan, persoon 2 loopt om. Persoon 1 stuurt met behulp van het kompas persoon 2, zodat deze in lijn staat met de richting die je moet lopen. Als deze is bepaald, loopt persoon 1 om en blijft persoon 2 staan. Daarna kun je vanaf de plek waar persoon 2 staat, je weg vervolgen aan de hand van het kompas. Meestal eindigt een doorsteek met kompas bij een duidelijk herkenningspunt. Doorsteek met kaart Bij een doorsteek met kaart, krijg je een beginpunt en een eindpunt. Vervolgens trek je een (denkbeeldige) lijn op de kaart van het beginpunt naar het eindpunt. Nu neem je de handigste weg van het beginpunt naar het eindpunt. 14

Oleaat Het oleaat is een tochttechniek die veelal gebruikt wordt in beboste gebieden aangezien de meeste andere tochttechnieken niet uitermate geschikt zijn voor deze gebieden. Het probleem in bossen is namelijk wat is een weg en wat niet? Het oleaat is hiervoor een makkelijke oplossing. Het oleaat is in feite een stukje ingetekende route dat op een doorzichtig stuk papier of folie is getekend. Het heeft een begin- en eindpunt en je kunt B het zonder problemen op je kaart leggen en N zo precies zien hoe en waar je naartoe moet. Het oleaat is rechts afgedrukt en zoals je ziet kun je het zonder problemen op het kaartje A leggen zodat je weet hoe en waar je moet Route Oleaat lopen. Om het wat moeilijker of leuker te maken kan het oleaat soms vergroot of verkleind zijn, het kan op gewoon papier zijn afgedrukt of het begin- en eindpunt kunnen weggelaten zijn. De laatste optie zorgt ervoor dat je goed moet bijhouden op de kaart waar je bent in de tocht, anders wordt het bijna onmogelijk om te achterhalen waar je het oleaat moet leggen om de juiste route te vinden. Vlieglijn De vlieglijn lijkt wat op het Oleaat. Bij het Oleaat is echter de gehele tocht uitgetekend, bij een vlieglijn is de kortste weg van beginpunt naar eindpunt getekend (hemelsbreed), waarbij geen rekening is gehouden met wegen en paden. De wegen en paden dienen zelf B gezocht te worden. N De vlieglijn is wel op schaal getekend en het noorden is aangegeven. Je kunt de vlieglijn (net als het Oleaat) dus op de kaart leggen om het begin en eindpunt te bepalen. A Route Vlieglijn 15

Coördinaten (kaarthoekmeter) Bij een coördinatenroute maak je gebruik van een stafkaart en kaartcoördinaten om je route te kunnen lopen. Als je de schaal van de stafkaart weet, kun je tot op 10 meter nauwkeurig bepalen waar je bent. Op de stafkaart staan van boven naar beneden (noord naar zuid) en van links naar rechts (west naar oost) lijnen getekend. Deze lijnen zijn genummerd: de noord-zuidlijnen zijn genummerd van 1 tot 299 en de west-oostlijnen van 300 tot 600. De lijnen vormen het coördinatengrid; in dit geval van het Nederlands Rijksdriehoeks-grid. Ieder vierkantje van de stafkaart beslaat in werkelijkheid een gebied met een grootte van 1 km bij 1 km. Omdat de schaal van een stafkaart 1:25.000 is, vormen deze lijnen dus kaartvierkanten van 4 bij 4 cm. De kaartvierkanten kunnen we door middel van een kaarthoekmeter nog verder onderverdelen, in 100 stapjes in de breedte en 100 stapjes in de hoogte. Wanneer je met de kaarthoekmeter één zo n kaartvierkant opmeet, zie je namelijk dat hij 100 breed is, en 100 hoog. Wanneer je een kaartcoördinaat krijgt, kan deze er bijvoorbeeld als volgt uitzien: 090.89 453.69. De nummers 090 en 453 staan voor de lijnen op de kaart (in dit geval kaart 30H, maar dat is voor de verdere uitleg even van wat minder belang). Het eerste getal is de noord-zuidlijn, het tweede getal is de west-oostlijn. De nummers.89 en.69 zijn de onderverdelingen van het vak. Bij een coördinatenroute krijg je meerdere coördinaten, en loop je daarmee van coördinaat naar coördinaat. Op de volgende pagina is het voorbeeld met de coördinaten 090.89 en 453.69 verder uitgewerkt met een kaarthoekmeter en een stafkaart. 455 454 453 452 089 090 091 092 093.100.69 453.0.0.89.100 090 16

Je zoekt de coördinaat als volgt op met het ezelsbruggetje: huisje in, trappetje op (zie de afbeelding onderaan deze pagina): Je legt de punt van de kaarthoekmeter op de kruising van lijn 090 en lijn 453. Langzaam schuif je de kaarthoekmeter naar rechts langs de zuidlijn naar het oosten tot je bij.89 aankomt; huisje in (één streepje = 0.02). Dan schuif je de kaarthoekmeter omhoog langs de westlijn tot je bij.69 komt; trapje op De plaats die de punt van de kaarthoekmeter (het nulpunt) aanwijzt, is het coördinaat wat je wilt weten Het kan voorkomen dat er in de coördeinaat geen punt of komma staat. Deze moet je er dan zelf tussen denken. Ook het aantal cijfers kan afwijken. De punt of komma wordt altijd na het derde cijfer geplaatst. Als je met een kaarthoekmeter werkt, mag je het derde cijfer na de punt of komma vergeten. De kaarthoekmeter is niet nauwkeurig genoeg om op een duizendste te werken. 0 360 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0 100 090 0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 180 100 90 80 70 60 80 50 0 0 10 50 20 30 40 10 40 30 70 90 20 60 090 091 17

Kruispeiling Bij een kruispeiling krijg je vier coördinaten op. Deze bepaal je op de kaart. Vervolgens verbind je het punt linksboven met het punt rechtsonder en het punt rechtsonder met linksboven. Op een bepaalt punt kruizen deze lijnen zich. Dit is de locatie waar je heen moet. Kruispeiling met passer Bij een kruispeiling met passer krijg je 3 coördinaten en bij elk coördinaat een afstand. Maak de afstand tussen de passerpunt gelijk aan de afstand die opgeven wordt (op schaal van de kaart). Zet de scherpe punt op de plaats van de coördinaat en trek een cirkel. Herhaal dit voor de overige punten. Op één punt zullen de cirkels elkaar kruizen en dat is het punt waar je naar toe moet. + + + 18

Blinde kaart, blinde vlek Een blinde kaart of blinde vlek is een kaart (techniek) waar een aantal vlakken de kaart bedekken. Vaak wordt de blinde kaart of blinde vlek in combinatie met een andere techniek gebruikt, zoals bijvoorbeeld bij een oleaat, vlieglijn of kaarthoekmeter. Met behulp van het aantal vlakken en de grote van de vlakken kan de moeilijkheids-graad worden vergroot of verkleind. 19

Klokken De klokken worden op twee manieren gebruikt. Het is alleen vaak lastig om te zien welke methode er bedoelt wordt. Kruispuntenroute methode Deze manier lijkt het meest op een kruispuntenroute. Bij deze techniek wordt de weg waar je vandaan komt aangegeven met behulp van de kleine wijzer. De grote wijzer geeft de richting aan die je moet volgen. De klok geeft bijvoorbeeld 10 over 10 aan (zie voorbeeld hiernaast). De klok wordt dan zo gedraaid, zodat de kleine wijzer naar de richting wijst waar je vandaan komt (naar je toewijst). In het voorbeeld wijst nu de kleine wijzer naar onder (naar je toe) en geeft de grote wijzer de richting aan die gevolgd moet worden. We moeten dus de weg naar (bijna) links volgen. Bij Impeesa maken we eigenlijk alleen gebruik van deze methode. Vector-kruispuntenroute methode De klok wordt nu gezien als een vector-kruispuntenroute. De grote wijzer geeft het noorden aan en de kleine wijzer de richting waarheen gelopen moet worden. Zie ook pagina page 11 in dit boekje. Digitale klokken In plaats van analoge klokken, kun je de techniek ook tegenkomen met digitale klokken. Om de juiste richting te bepalen, zet je de digitale klok om in een analoge klok. Indien in de tocht de tijd 10:10 wordt opgegeven, dan wordt die eerst omgezet in de analoge tijd: 10 over 10. Vervolgens kun je voor je zelf een klok tekenen en de techniek zoals hierboven beschreven toepassen. 20