De leerling: weet dat astronauten robotarmen

Vergelijkbare documenten
Uit welk land komt deze raket?

Tijd. 10 min. 55 minuten

Pak voor de activiteit Hoe eten astronauten? de foto van de etende astronaut uit de bijlage.

Vormen van een raket Raketten

De leerling: weet dat de aarde groter is dan de maan ontdekt dat iets kleiner lijkt als het verder weg staat. aarde en de maan

Vormen van een raket Raketten

zich wast last kan hebben van misselijkheid gewichtsloos is om in de kleding van een astronaut te werken

gaat, totdat het iets tegenkomt de schaduw verandert als de positie van de lichtbron verandert

van een plant en zonlicht nodig heeft om te leven voor zuurstof die mensen nodig hebben om te leven bakjes met tuinkers 10 min.

staat waar iedereen uit de klas woont

Maak voor de activiteit Warm of koud? een voorbeeldaarde van een sinaasappel. Zorg dat het klaslokaal verduisterd kan worden. 10 min.

met Marskanalen 15 min.

dampkring voorstelt en een fles die een planeet zonder dampkring voorstelt

weet dat een zonnepaneel net als een batterij energie levert weet waar een auto aan moet voldoen om op zonnepanelen een auto die op zonneenergie

Snel, sneller, snelst Raketten

De leerling: weet wat luchtdruk is weet dat je met een barometer de luchtdruk kunt meten

nodig hebt om contact te leggen over een grote afstand

Kijken naar het heelal

neerslag: regen, hagel en sneeuw ringen in het weer waarnemen regen meten

Licht. Tip. De leerlingen maken in deze les allemaal een eigen periscoop. 10 min. 60 minuten

van Mars is nagemaakt

om te zien waarvan sommige uit zichzelf licht geven en andere door mensen gemaakt zijn geen kleuren kunt zien

Heel veel sterren! Kijken naar de sterren

Zorg voor de activiteit Licht door wrijving voor vuursteentjes.

Kijken naar sterrenbeelden

Reis naar andere hemellichamen

9. Aftrekken met de kralenketting

lesdoelen De leerling: oefent zijn motoriek kan iets nabouwen kan activiteiten benoemen die hij dagelijks doet weet waaruit een dorp is opgebouwd

Brandstof voor de raket Raketten

een kleine zonnewijzer binnen een grote zonnewijzer buiten

Kijken naar het heelal

Reis naar andere hemellichamen

Muziekinstrument. Introductie klassikaal, uitvoering in teams van 3-4 leerlingen

Wie ben jij? HANDLEIDING

Heel veel sterren! Kijken naar de sterren

thermometer, luchtvochtigheidsmeter met internet

Kijken naar de sterren

de ruimte gestuurd worden voor aliens schap aan aliens kunt sturen 10 min.

een spectroscoop 5 min.

Lichtweerkaatsing Licht

dag- en nachtdieren land dag is het dan nacht is aan de andere kant van de wereld de zon op is de zon onder is

Tijd. een tijdlijn met daarop verschillende gebeurtenissen sinds het ontstaan van het heelal tot nu. 60 minuten


Groepsvorming en een positief sociaal klimaat, waar leerlingen zich mede verantwoordelijk voor voelen,

van zwaartekracht hebben weet dat hoe groter de zwaartekracht van een hemellichaam is, hoe kleiner hun sprong is

Waar is de schaduw? Licht

Licht en donker Licht

LES: Wie van de drie?

16. Luister naar wat ik vertel

Stappenplan: maken van een beloningskaart Je kind stimuleren door aanmoediging

1. Verdeel de klas in 8 groepen van 3 à 4 leerlingen. 3 liberalen, 3 confessionelen en 2 socialisten.

Hulp voor piet in samenwerking met OBS De Driekleur, s Gravenzande

Resultaat van een eerlijke verdeling in de vorm van deel van een geheel naar deel van een aantal.

Reis door het zonnestelsel

- De leerling gooit de bal op het moment dat er een grote kans is om een loper te raken.

Tip. In de herfst en winter is de maan vroeg in de ochtend goed te zien.

De planeten Reis door het zonnestelsel

* Hoe werkt de tijd? Zonnewijzer maken *

Strategieën bedenken om ongestructureerde hoeveelheden te schatten. liniaal, potlood kopieerblad Olifanten 1970 en 1989

LES: Toverboek 2. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Tover een getal (zie p. 5) potlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

Weet wat een wiel is en waar die voor wordt gebruikt PILOT. Leert het verschil tussen schuiven, dragen/tillen en rollen

Thema: Nieuw biljet van vijf euro. Handleiding en opgaven niveau A2. Opgave 1: Samen

Leerdoel: De leerlingen oefenen met herkennen van symmetrie van verschillende vormen.

Observatorium in samenwerking met Jet-Net Junior

Deze les levert een bijdrage aan kerndoel 3 voor rekenen: De leerlingen leren omgaan met tijd in alledaagse situaties

Reis naar andere hemellichamen

LES: Waslijn. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Stapjes maken (zie p. 5) potlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

LES: Getallenmuurtje 2

LES: Eerlijk verdelen

Maak de afstand kleiner. Maak de afstand groter. Te makkelijk? afstand in een rechte lijn zo snel

Tellen Meten Meetkunde

Schattend rekenen Maatkennis over gewichten Gebruik van referentiematen. Per tweetal: kopieerblad Lift een groot vel papier

Lees en bekijk de activiteitkaarten bij de activiteiten. Hierop. staat de uitleg van de activiteit. met tekst en plaatjes.

Onderdeel nummer 5 Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen

groep 5/6 Thema: Water groep 1/2 groep 3/4 groep 7/8

LES: Groepjes maken 2

LES: Getallenmuurtje. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Kies twee blokjes (zie p. 5) potlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

Handleiding Strategieles Voorspellen niveau A

Het klimaat. Tip. Gebruik kleine bekers, dan heb je minder klei nodig.

Werkblad 3, erfgoed presenteren groep 8

Les 13a Zoek de verschillen

8a De 'Los het op!-kaarf

Thema: Wereldwijd internet via ballonnen

Proefjes. Jouw werkbladen in de klas. In de klas. versie A. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Mijn naam:

Voorbereiding op je bezoek bij het muzieum

Aansluitles Les 1 Overzicht van de Componenten. Basis

Lesbrief. Uitgeverij Leopold, in samenwerking met het Mauritshuis. Groep 1, 2, 3 en 4

1. Wat zie je vanuit de lucht?

De Kunstenaar. Korte lessenserie bij het gelijknamige prentenboek. Doelgroep Groep 6-8. Leerdoelen

t Fort, een vesting vol vroeger les 3 Handleiding voor de leerlingen

Handleiding. UNICEF Handleiding lessuggestie Schoolplein groep 3-4. Schoolplein

Uitwerking vrije lessen

lende hemellichamen verschillende zijn qua temperatuur, zwaartekracht, atmosfeer en zuurstof andere hemellichamen anders uit zouden zien

ONTDEK HET ZELF...EN LAAT JE NIETS WIJSMAKEN!

40 Suggesties met...

aan het water koeler is dan op het land langzamer afkoelt dan aarde

Transcriptie:

Ruimtetechnologie GROEP 5-6 60 50 minuten De leerling: weet dat astronauten robotarmen gebruiken om 1, 44, 45 en 54 reparaties uit te voeren buiten het ruimtestation ontdekt dat als een robot- arm langer gemaakt wordt, het moeilijker is om iets vast te pakken ontdekt dat de robotarm zonder scharnieren niet werkt Maak voor de activiteit Maak een robotarm twaalf materiaalbakken klaar. Leg in elke bak acht ijslollystokjes, een schaar, splitpennen en twee gummen. 10 min. Verdeel de groep in tweetallen. Geef elk tweetal een set eetstokjes. Vertel dat ze de eetstokjes gaan gebruiken om hun arm te verlengen en dat ze de eetstokjes aan het uiteinde moeten vastpakken om zo hun armen zo lang mogelijk te maken. Laat hen proberen om hiermee een pingpongbal en een gum vast te houden. Vraag hierna of het gelukt is. Waarom lukte het wel of niet? Wat ging er mis? Was het moeilijker om de gum of de pingpongbal vast te pakken? Vertel dat astronauten soms iets moeten vastpakken wat ver weg is. Ze gebruiken dan geen eetstokjes om hun armen langer te maken, maar speciale robotarmen. Kijk naar de foto's op de praatplaat van de echte robotarm en de astronaut die daardoor wordt vastgehouden. Wat wordt er met de robotarm gedaan? Ze gebruiken hem om reparaties uit te voeren buiten het ruimtestation. Ze kunnen daar dan niet gewoon heen lopen. Vertel dat astronauten erg precies te werk moeten gaan met de robotarm. De leerlingen maken een robotarm met scharnieren waar ze op afstand voorwerpen mee kunnen vastpakken. PAGINA 355RuimtetechnologieLES 60

30 min. Kijk terug naar de verkenningsactiviteit Vastpakken. Wat maakt het vastpakken daar lastig? Stel samen met de leerlingen de voorwaarden vast voor de robotarm die ze gaan maken. Noem in ieder geval de volgende voorwaarden: Verdeel de groep in tweetallen. De leerlingen maken een ontwerp van hun robotarm met behulp van de aanwezige materialen. Vertel dat elk ontwerp goedgekeurd moet zijn, voordat de leerlingen het kunnen gaan maken. Geef de tweetallen een materiaalbak met de benodigdheden. De leerlingen kunnen dan zien wat ze voor hun robotarm kunnen gebruiken. Dit verwerken ze in hun ontwerp. De leerlingen maken opdracht 1 van het doeblad. De leerlingen maken hierna de robotarm aan de hand van het stappenplan en het ontwerp. De leerlingen testen de robotarm. Ze pakken er weer de pingpongbal en de gum mee vast. Werkt de arm? Wat werkt niet? Wat kan er nog worden verbeterd? 10 min. Hoe zou je de robotarm beter kunnen laten werken? Wat gebeurt er als je hem langer maakt? Of korter? Is het makkelijker om te werken met een lange of een korte robotarm? Laat de leerlingen de verschillende mogelijkheden uitproberen met hun eigen robotarm. Hierna vullen ze opdracht 2 van het doeblad in. Bespreek de antwoorden. Als de robotarm langer wordt gemaakt, kost het meer kracht om iets op te pakken, omdat de arm zelf zwaarder is en omdat er een grotere afstand moet worden afgelegd. Een kortere robotarm werkt gemakkelijker. Als één of meer scharnieren losgehaald wordt, werkt de robotarm niet meer. Net zoals de verlengde arm van eetstokjes uit de verkenningsactiviteit. PAGINA 356RuimtetechnologieLES 60

6 GROEP 5-6 gixxkgcxxk 60 PAGINA 357 ä Ruimtetechnologie ä LES 60

PAGINA 358RuimtetechnologieLES 60

PAGINA 359RuimtetechnologieLES 60

PAGINA 360RuimtetechnologieLES 60

GROEP 5-6 60 1 Maak een robotarm PAGINA 361RuimtetechnologieLES 60

PAGINA 362RuimtetechnologieLES 60

2 Werken met de robotarm PAGINA 363RuimtetechnologieLES 60

PAGINA 364RuimtetechnologieLES 60