Voedingsadvies bij diabetes



Vergelijkbare documenten
DE ACTIEVE VOEDINGSDRIEHOEK: OM DAGELIJKS EVENWICHTIG TE ETEN EN VOLDOENDE TE BEWEGEN.

Het preoperatieve dieet voor een obesitas operatie Obesitas Centrum Waregem O.L.V. van Lourdes Ziekenhuis

De zuur-base tabel van Dr. Alex Guerrero De volgende tabel komt uit het boek In Balance for Life van Dr. Alex Guerrero.

MEDISCH HUIS COLIN vzw (MHC vzw) De Bruynlaan Wilrijk Tel.: 03/ Fax.: 03/

PATIËNTENFOLDER Interne Geneeskunde Dieetadvies

RESTENRIJKE VOEDING. Jan Yperman Ziekenhuis Briekestraat Ieper N

HET RESTENARM DIEET. Jan Yperman Ziekenhuis Briekestraat Ieper N

Koolhydraatruilwaarden

HET LEVERSPAREND DIEET

Het leversparend dieet

VOEDING BIJ ZWANGERSCHAPSDIABETES

Vezelarme voeding. Informatiefolder. ter attentie van. OLV Ziekenhuis DIEETAFDELING

Maagdarmsparende voeding

Afdeling Diëtetiek. Dieet bij een verhoogd cholesterolgehalte

Base ++ Base + Zuur - Zuur - -

Voedingsadvies bij zwangerschapsdiabetes. diabetes gravidarum

Dieetadvies bij zwangerschapsdiabetes

Voeding na transplantatie Universitair Ziekenhuis Gent

10 tips voor een gezond eetpatroon

UMC St Radboud. Voeding bij Diabetes Mellitus

Eiwitbeperkt dieet. Over een eiwitbeperkt dieet. Almere, Dieetadvies voor: Eiwitbeperkt à gram eiwit per dag

VOEDING BIJ ZWANGERSCHAPSDIABETES

VOEDING OP DE BUURDERIJ

Eiwitbeperkt dieet Radboud universitair medisch centrum Radboud universitair medisch centrum

De voedingsmiddelendriehoek.

Dieetadvies bij diabetes mellitus (voor insuline afhankelijke diabetespatiënten)

Dieet bij zwangerschapsdiabetes

Overzicht Glycemische Index van diverse voedingsmiddelen

praktische raadgevingen voor de patiënt met type 2 diabetes

Zwangerschapsdiabetes en voeding

Beter Leven met diabetes type 2

De actieve voedingsdriehoek. VIGeZ 2012

gezonde voeding, een kwestie van gezond verstand

diabetesvoeding Mieke Roelants

Dia$presentatie$van$mevrouw$Nelle$Pauwels,$diëtiste$van$de$dienst$hepatologie,$KU$ Leuven$,$tijdens$onze$themadag$op$zaterdag$24$oktober$2015.!

Voeding bij zwangerschaps diabetes. Diabetes Gravidarum

Voedingsadviezen bij zwangerschapsdiabetes

Gezond eten met de actieve voedingsdriehoek

Voeding bij diabetes mellitus

Afdeling: Diëtetiek. Onderwerp: Voeding bij diabetes gravidarum

Voeding bij diabetes gravidarum

CHOLESTEROLARME VOEDING

VOEDING OP DE BUURDERIJ

Restenarme voeding bij diabetes

Hoe werk je nu met de driehoek?

Voedingsadviezen bij twee maal daags insulinegebruik

GEZONDE VOEDING. Duur 90 min.

Voedingsadvies bij diabetes voor senioren

aardbeien-115, bosbessen-95, frambozen-85, grapefruit-85, nectarine-90, netmeloen-115, perzik-75, papaja-85, watermeloen-75.

Voedingsadviezen bij twee maal daags insulinegebruik

Vakantie vitamines: hoe voorkom je vakantie kilo s? Jantine Blaauwbroek Diëtist

Zwangerschapsdiabetes en voeding

Gezond leven betekent dat je; - voldoende beweegt - gezond eet

Gezonde voeding. Jan Yperman Ziekenhuis Briekestraat Ieper N Diensthoofd keuken

Diëtetiek Eiwitbeperkt dieet

Melk- en melkvervangende producten

ALLES OVER VOEDINGS- STOFFEN

Een operatie? Let op uw voeding!

De actieve voedingsdriehoek

Voedingsadvies bij verhoogd glucosegehalte in het bloed

Ik heb cholesterol Wat nu?

Dieet bij zwangerschapsdiabetes

DIEET BIJ CF-GERELATEERDE DIABETES. In deze folder vindt u informatie over het Dieet bij CF-gerelateerde Diabetes

Restenarme voeding bij coloscopie

Voedingsadvies bij verhoogde bloedsuikers tijdens de zwangerschap

Diabetes type 2 Het belang van gezonde voeding

Eet smakelijk René de Groot

H Voedingsadvies voor ouderen met (dreigende) ondervoeding

Lekker eten met minder zout

Diëtetiek VOEDING EN ZWANGERSCHAPSDIABETES

Koolhydraatarm dieet en diabetes mellitus

Glycemische index. Aantal koolhydraten in grammen per portie. index van 50 gram koolhydraten. lading per gebruikelijke portie.

KALIUMARME VOEDING. Freija Debruyn: Scarlett Imberechts:

Bijlage: Dieet zonder koolhydraten

Regelmatig bewegen in combinatie met een evenwichtige voeding draagt bij tot het behoud van gezondheid en een goede fitheid.

Restenarme voeding bij diabetes - coloscopie

Meloen Abrikozen. Blauwe bessen Bramen. Perziken Cranberries. Nectarines Zwarte bessen. Frambozen

Voedingsadviezen na een Whipple-operatie

Gezonde Voeding. Nieuwe voedingsdriehoek Heleen Casteleyn

Dieetadvies bij diabetes mellitus (voor insuline afhankelijke diabetespatiënten)

Dieet bij zwangerschapsdiabetes

Dieetadviezen bij zwangerschapsdiabetes

Bereide maaltijden ( 151

Patiënteninformatie. Dieetadvies bij onderbuikbestraling

Bijlage: Dieet zonder koolhydraten

Algemene voedingsadviezen diabetes mellitus

Voedingsadviezen bij tablet-gereguleerde diabetes mellitus

Gezonde voeding voor 75-plussers

KALIUMARME VOEDING. Freija Debruyn: Scarlett Imberechts:

Mini-symposium. Diëtisten

Energie- en eiwitrijke voeding bij diabetes

Dieetadviezen bij zwangerschapsdiabetes

Koolhydraatruilwaardenlijst

FOSFOR QUIZ : WORDT FOSFORSLIM!

RICHTLIJNEN BIJ EEN ENERGIEBEPERKTE VOEDING

Om de darm zo weinig mogelijk te belasten wordt er dus een restenarme voeding opgestart.

Voeding bij ziekte en herstel

Zoet beleg. Zoet beleg. Belangrijke opmerking!

De glucose kan de cellen niet in waardoor het bloedglucosegehalte te hoog wordt.

Transcriptie:

metabole en cardiovasculaire aandoeningen info voor de patiënt Voedingsadvies bij diabetes UZ Gent, Centrum voor voedings- en dieetadvies

Voedingsadvies bij diabetes Inleiding Inleiding 3 Insuline en diabetes 4 Evenwichtige voeding: de actieve voedingsdriehoek 5 Aandacht voor het lichaamsgewicht 6 Beoordeling van het lichaamsgewicht 6 De energiebalans 7 Voeding en diabetes 9 Koolhydraten 10 - Soorten koolhydraten 10 - De glycemische index 11 Suiker 12 Zoetstoffen 13 - Energievrije zoetstoffen 13 - Energieleverende zoetstoffen 15 - Gemengde zoetstoffen 15 - Andere bulkstoffen 16 Vetten 16 Voedingscholesterol 18 Eiwitten 18 Alcohol 18 Voedingsmiddelenkeuze 20 Vrij te gebruiken 20 In bepaalde hoeveelheden te kiezen: broodwaarden of koolhydraatporties 21 Uitzonderlijk te gebruiken 28 Praktische maten en gewichten 30 Wenst u meer informatie 31 Boeken, brochures en verenigingen 32 Deze brochure is bestemd voor personen met diabetes mellitus (suikerziekte), voornamelijk voor patiënten die insuline spuiten (diabetes mellitus type 1) en/of (orale) anti-diabetica innemen die hypo s kunnen veroorzaken (diabetes mellitus type 2). De 3 hoekstenen voor een goede controle van diabetes zijn: gezonde voeding, lichaamsbeweging en insuline. 2 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 3

Insuline en diabetes Insuline is een hormoon dat wordt aangemaakt in de pancreas (alvleesklier). Met behulp van insuline kan de bloedsuiker (glucose) de lichaamscellen binnen om er verbrand te worden. Wat niet onmiddellijk nodig is als brandstof wordt opgestapeld, eerst in de lever als glycogeen, nadien als reservevet in de vetweefsels. Ook hierbij is insuline nodig. Bij niet-diabeten wordt net zoveel insuline geproduceerd als nodig om de glucose in het bloed op een normaal peil te houden. Bij diabetes mellitus type 2 is aanvankelijk nog insuline aanwezig maar deze werkt onvoldoende door de insulineresistentie (de insuline kan niet binnen in de cellen). Hierdoor blijft er ook teveel glucose rondcirkelen in het bloed. De behandeling bij type 2 is er in de eerste plaats om te zorgen dat de werking van de aanwezige insuline verbeterd wordt. Dit kan door een voedingsaanpassing, aangevuld met anti-diabetica. Nadien is na verloop van tijd aanvullend insuline nodig. Dan geldt hetzelfde voedingsadvies als bij diabetes mellitus type 1. Bij diabetes mellitus type 1 is er een volledig tekort aan insuline door vernietiging van de beta-cellen, gelegen in de eilandjes van Langerhans van de pancreas, waardoor geen insuline meer kan worden geproduceerd. Door het gebrek aan insuline blijft er te veel glucose in het bloed. Een verhoogd glucosegehalte in het bloed wordt hyperglycemie of een verhoogde glycemie genoemd. De nieren halen het grootste deel er uit en scheiden glucose uit met de urine (glucosurie). Bijna steeds begint diabetes mellitus type 1 met duidelijke klachten zoals hevige dorst, overvloedig plassen, ernstige vermagering en neiging tot keto-acidose door overmatige en onvolledige vetverbranding. Aangezien de beta-cellen van de pancreas geen insuline meer kunnen produceren zal er insuline ingespoten moeten worden om normale bloedsuikergehaltes (glycemie) te kunnen bekomen. Een te lage bloedsuiker of hypoglycemie kan ontstaan wanneer na een insulineinspuiting te weinig koolhydraten worden gegeten of wanneer extra inspanning wordt gedaan. Het is dus belangrijk dat de hoeveelheid insuline en de hoeveelheid koolhydraten met elkaar in evenwicht zijn. Daarom is het belangrijk om te weten welke voedingsmiddelen koolhydraten bevatten en hoeveel. Hier wordt dieper op ingegaan in de rubriek voeding en diabetes. Evenwichtige voeding: de actieve voedingsdriehoek De actieve voedingsdriehoek Een gezonde keuze maken uit een enorm aanbod van verschillende voedingsmiddelen is niet eenvoudig. Als hulpmiddel werd daarom de voedingsdriehoek ontworpen. De voedingsdriehoek is een praktische gids voor gezonde voeding, ook wanneer u diabetes hebt. De voedingsmiddelen worden er ondergebracht in 8 verschillende vakken. Kies elke dag uit ieder vakje van de driehoek. De grootte van het vak geeft u een idee van de hoeveelheid die u ervan nodig heeft. De basisproducten staan onderaan in het grootste vak. De producten uit het topje van de voedingsdriehoek (bv. gebak, koekjes, alcoholische dranken, ) zijn niet essentieel om aan een gezonde voeding te voldoen en worden best minder genomen. Voor de juiste hoeveelheden: raadpleeg uw persoonlijk voedingsschema. 4 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 5

Aandacht voor het lichaamsgewicht Beoordeling van het lichaamsgewicht Het normale lichaamsgewicht wordt bepaald door de lichaamslengte, maar ook de leeftijd en de lichaamsbouw spelen een rol: de zwaarte van het beendergestel en de ontwikkeling van de spieren. Het ideale gewicht zal van persoon tot persoon licht verschillen. Om het gewicht te beoordelen gebruiken we de Quetelet-index (Q.I.) of Body Mass Index (B.M.I.). De index wordt als volgt berekend: Gewicht in kg Q.I. = ------------------------------- Lengte (m) x Lengte (m) Beoordeling: Q.I. lager dan 18,5 = te mager Q.I. tussen 18,5 en 25 = normaal gewicht Q.I. tussen 25 en 30 = overgewicht licht verhoogd gezondheidsrisico Q.I. boven de 30 = obesitas verhoogd tot sterk verhoogd gezondheidsrisico O.I. boven de 40 = morbide obesitas zeer sterk verhoogd gezondheidsrisico Voorbeeld 1: een vrouw met een lengte van 1,60 m en een gewicht van 67 kg 67 Q.I. = ----------------- = 26 1,60 x 1,60 Beoordeling: overgewicht Voorbeeld 2: een man met een lengte van 1,85 m en een gewicht van 112 kg 112 O.I. = ----------------- = 32,7 1,85 x 1,85 Beoordeling: obesitas Ook de plaats waar het lichaamsvet zich bevindt is van belang. Vooral vetopstapeling in de buikstreek is nadelig voor de gezondheid. Middelomtrek (man) Middelomtrek (vrouw) Verhoogd risico vanaf 94 cm vanaf 80 cm De energiebalans Voeding en activiteit moeten in evenwicht zijn. Het lichaam heeft energie nodig voor de werking van de organen en spieren en voor het op peil houden van de lichaamstemperatuur. De nodige energie wordt uit de verbranding van voedingsstoffen gehaald. Koolhydraten (=zetmeel en suiker), vetten, eiwitten en alcohol kunnen als brandstof dienen. De hoeveelheid energie wordt uitgedrukt in kilocalorieën (kcal) of in kilojoules (kj): 1 kcal =4,2 kj. 1 g koolhydraten = 4 kcal (=17 kj) 1 g vetten = 9 kcal (=38 kj) 1 g eiwitten = 4 kcal (=17kJ) 1 g alcohol = 7 kcal (=29 kj) Hoeveel energie u precies nodig heeft hangt af van uw leeftijd, geslacht, lengte en lichamelijke activiteit voor beroep en ontspanning (sport). De energiebalans is in evenwicht wanneer u evenveel energie via de voeding opneemt als u verbruikt. Dan blijft uw gewicht gelijk. Neemt u meer voeding dan u nodig hebt dan neemt uw gewicht toe: de niet verbrande voedingsstoffen worden dan omgezet in lichaamsvet. Meestal is het overschot niet zo groot en gaat de gewichtstoename langzaam (maar zeker). Neemt u minder voeding dan u verbruikt, dan wordt het lichaamsvet terug aangesproken en daalt uw gewicht. 6 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 7

U zal meer energie verbruiken door meer lichaamsbeweging te nemen. Beweging en sport doen u niet spectaculair vermageren, maar geven meer effect op lange termijn. Bovendien verbetert de werking van insuline bij meer lichaamsactiviteit. Sport beoefenen is zeer goed, maar ook in het dagelijks leven zijn er mogelijkheden om uw spieren actiever te gebruiken: op een hometrainer fietsen; boodschappen doen te voet of met de fiets; de trap nemen in plaats van de lift; een halte te vroeg van de bus stappen, zodat nog wat wandelen overblijft; een frisse avondwandeling maken in plaats van urenlang T.V. te kijken; een fietstocht ondernemen op een luie namiddag; een actieve, meer sportieve vakantie nemen. Breng dus wat extra beweging in uw dagelijks leven: minstens 30 minuten lichaamsbeweging/dag is aangewezen. Uw lichamelijke conditie zal er wel bij varen en bovendien verhoogt dit uw zelfvertrouwen. Voeding en diabetes De voeding voor diabeten verschilt in principe niet van de richtlijnen voor een gezonde voeding. De doelstellingen van het voedingsadvies zijn: het verkrijgen en behouden van normale bloedsuikerwaarden door de voeding, de medicatie en de lichamelijke activiteit zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen; het verkrijgen of behouden van optimale waarden voor de cholesterol en de vetten in het bloed; het verkrijgen of behouden van een normaal lichaamsgewicht; in geval van overgewicht wordt een energiebeperkt dieet aangeraden in combinatie met wat extra lichaamsbeweging; het voorkomen van acute verwikkelingen (hypo- en hyperglycemie); het vermijden van complicaties op lange termijn zoals problemen aan de ogen, de nieren, de bloedvaten en de zenuwen. Om dit alles te bereiken is het belangrijk dat het voedingsadvies individueel aangepast wordt. De hoofdbestanddelen van onze voeding zijn: - koolhydraten - vitaminen - vetten - mineralen - eiwitten - water - voedingsvezels Samen zorgen deze voedingsstoffen, aanwezig in verschillende voedingsmiddelen, er voor dat het lichaam goed kan functioneren. De voedingsmiddelen die koolhydraten bevatten verdienen bijzondere aandacht bij diabetes omdat zij rechtstreeks te maken hebben met insuline. 8 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 9

Koolhydraten Koolhydraten zijn de belangrijkste brandstoffen voor het lichaam. Koolhydraten zijn voedingsstoffen die het lichaam de nodige energie leveren voor warmteproductie, spierarbeid en werking van de organen. Een goede voeding haalt minstens 55% van de energie uit koolhydraten. Ze komen voor onder de vorm van zetmeel en suikers. Alle zetmeel en suikers uit het voedsel worden door de vertering omgezet in enkelvoudige suikers, hoofdzakelijk glucose, die in het bloed worden opgenomen. Soorten kolhydraten Koolhydraten kunnen ingedeeld worden in: 1. Meervoudige koolhydraten komen voor in zetmeelhoudende producten zoals brood, deegwaren, rijst, peulvruchten, aardappelen en groenten. Deze vorm van koolhydraten is aan te bevelen. Zij doen de bloedsuiker zeer geleidelijk stijgen en zijn waardevol omdat zij naast koolhydraten ook andere belangrijke voedingsstoffen en voedingsvezels bevatten. Volle graanproducten zoals volkorenbrood, bruinbrood, volkoren deegwaren, ongepelde rijst zijn te verkiezen boven witbrood en andere geraffineerde (witte) graanproducten. 2. Eenvoudige koolhydraten komen voor in druivensuiker, gewone suiker, bruine suiker, kandijsuiker, kandijsiroop, jam, honing, gesuikerde dranken en gerechten, snoep, gesuikerd gebak, ijs, frisdranken,.... Ze worden doorgaans vlug omgezet in glucose en doen de bloedsuiker snel stijgen. Ze bevatten geen andere belangrijke voedingsstoffen. Met deze vorm van koolhydraten moet voorzichtig omgesprongen worden. Veel suiker eten is voor niemand goed. Voor diabeten was suiker vroeger zelfs taboe. Nu wordt suiker met mate in het voedingspatroon ingewerkt zoals in elke gezonde voeding. Zoetigheden worden bij voorkeur in combinatie met een maaltijd gegeten (zie glycemische index). Bij te lage bloedsuiker (hypoglycemie) zijn de eenvoudige koolhydraten wel aan te bevelen. Twee klontjes suiker of 4 tabletten druivensuiker of een half glas frisdrank (100-125 ml) kunnen een te lage bloedsuiker snel herstellen. Fruit en melkproducten zoals melk, yoghurt en karnemelk (behalve kaas) behoren ook tot de groep van de eenvoudige koolhydraten. Fruit bevat koolhydraten onder de vorm van fructose (=vruchtensuiker). Melk, yoghurt en karnemelk (géén kaas) bevatten koolhydraten onder de vorm van lactose (=melksuiker). Fruit en melkproducten zijn goede bronnen van koolhydraten en aan te bevelen. De glycemische index De glycemische index vergelijkt het effect van verschillende koolhydraten op de bloedsuiker. Hoe sneller de koolhydraten in het bloed terecht komen, hoe hoger de index. Glucose of druivensuiker heeft de hoogste index en wordt gelijkgesteld aan 100. Toch is de glycemische index een onvoldoende basis om koolhydraten te kiezen. De aanwezigheid van voedingsvezels, eiwitten en vetten naast koolhydraten in de voeding, vertragen de vertering en de opname van glucose. Gemengde maaltijden, vooral rijk aan voedingsvezels, zijn dus te verkiezen boven eenzijdige koolhydraatmaaltijden. Vooral de voedingsvezels of onverteerbare stoffen uit grof brood, volkoren graanproducten, peulvruchten, groenten en fruit hebben een gunstige regelende werking op de eetlust, de darmwerking, de glucose-opname in het bloed en de bloedlipiden. De voeding bij diabetes vraagt extra aandacht voor de verdeling van koolhydraten bij gebruik van insuline en/of orale anti-diabetica die hypo s kunnen veroorzaken. De hoeveelheid glucose en insuline in het bloed moeten met elkaar in evenwicht zijn. Bij iemand zonder diabetes gaat dat vanzelf. Een diabeet moet echter zelf voor dat evenwicht zorgen. De hoeveelheid insuline moet afgestemd worden op de hoeveelheid koolhydraten in de voeding. Koolhydraten beïnvloeden dus rechtstreeks de insulinebehoefte. 10 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 11

Enkele belangrijke punten De koolhydraten gelijkmatig over de dag verdelen, zodat de glucose zeer geleidelijk in het bloed komt en de glycemie zo weinig mogelijk schommelt. Zoals in elke gezonde voeding zijn 3 hoofdmaaltijden (ontbijt, middagmaal en avondmaal) noodzakelijk. De hoeveelheid en soort insuline die u dagelijks spuit afstemmen op de hoeveelheid koolhydraten in de voeding. Het is belangrijk dat u elke dag dezelfde koolhydraatverdeling aanhoudt en geen maaltijden overslaat. Eet dus regelmatig en op vaste tijdstippen. Het gebruik van tussendoortjes is afhankelijk van de soort insulinetherapie. Suiker Suiker is een zeer eenzijdig voedingsmiddel, dat geen noodzakelijke voedingsstoffen bevat. Het levert veel energie en leidt snel tot overgewicht. Suiker is bovendien schadelijk voor de tanden. Daarom is het voor iedereen beter er slechts met mate van te gebruiken. Na het eten van suiker zal de bloedsuiker snel stijgen. Daarom werd suiker in het verleden strikt verboden bij diabetes. De opnamesnelheid wordt echter sterk beïnvloed door de aanwezigheid van andere voedingsstoffen (zie glycemische index). Het gebruik van kleine hoeveelheden suiker kan, maar moet dus individueel bekeken worden: In ieder geval moeten er goede en stabiele bloedsuikerwaarden aanwezig zijn, glycemiepieken worden best vermeden. Zoetigheden brengen meestal veel energie, weinig voedingsvezels en vaak ook veel verzadigd vet en cholesterol aan. Bij overgewicht wordt suiker beter vervangen door energievrije zoetstof (zie pagina 13). Ook het tijdstip speelt een rol. Eet zoetigheden liefst in combinatie met een maaltijd. Wel: - jam of peperkoek op bruinbrood, als deel van de maaltijd, liever dan speciale dieetproducten. - een klein gebakje of ijsje als dessert - een vezelrijke koek als gezond tussendoortje Niet: - suiker in koffie of thee - gewone frisdranken - snoep, gebak of ijs tussendoor In dranken en zelfbereide nagerechten kan suiker heel gemakkelijk door zoetstof vervangen worden. Opgelet: vergeet niet het voedingsmiddel waarin suiker aanwezig is mee te tellen in uw persoonlijk voedingsschema (bespreek dit met uw diëtiste). Zoetstoffen 1. Energievrije zoetstoffen* Dit zijn zoetstoffen die geen of verwaarloosbare hoeveelheden energie leveren (dus ook geen koolhydraten). Ze zijn het meest geschikt ter vervanging van suiker. Tot deze groep rekent men aspartaam, acesulfaam-k, cyclamaat en sacharine. Deze zoetstoffen worden door de industrie ook gebruikt bij de bereiding van jam, koekjes, frisdranken, snoepjes, extra zoete suikerklontjes, chocolade,. De Belgische wetgeving regelt het gebruik van deze additieven of toevoegsels in het voedsel omdat ze in grote hoeveelheden schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid. De maximale hoeveelheid die op de verpakking staat vermeld, mag niet overschreden worden. Normaal volstaat een veel kleinere hoeveelheid voor het zoeten van gerechten. Aanbevolen wordt om niet meer dan ½ liter light frisdranken per dag te drinken. Bij overmatig gebruik van light frisdranken kan men wel aan de grens van de aanvaardbare dosis komen. Dit geldt zeker voor kinderen. De ADI (Acceptable Daily Intake) geeft de aanvaardbare dagelijkse dosis aan. 12 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 13

Zoetstof ADI (mg/kg lichaamsgewicht) Zoetkracht t.o.v. suiker (suiker = 1) Aspartaam 40 mg 150-200 Cyclamaat 7 mg 20-40 Sacharine 2,5 mg 300-500 Acesulfaam-K 9 mg 150-200 Sucralose 15 mg 600 Neohespiridine 5 mg 400-600 Thaumatine A** 2000 * Voor handelsmerken: zie Handleiding bij het winkelen ** A betekent aanvaardbaar omdat de toxiciteit beperkt is, er wordt geen maximum waarde vastgesteld. Aspartaam geeft een uitstekende smaak, maar verdraagt geen verhitting boven de 180 C. Aspartaam wordt gemengd met een draagstof om klontervorming te voorkomen. Deze draagstof geeft wel energie maar door de sterke zoetkracht zijn de nodige hoeveelheid en de energieaanbreng veel lager dan voor suiker, dus praktisch te verwaarlozen. Acesulfaam-K geeft eveneens een uitstekende natuurlijke zoete smaak en is wel bestand tegen verhitting. Het komt meestal voor in combinatie met andere zoetstoffen. Sacharine en cyclamaat zijn bestand tegen verhitting. Sacharine kan een bittere nasmaak geven. Sucralose heeft een enorme zoetkracht en is zeer stabiel tijdens koken en bakken. Neohesperidine wordt vaak gebruikt om onaangename smaken te verbergen en de smaak van zoetstofmengsels te verbeteren. Thaumatine is afkomstig uit de bessen van een West-Afrikaanse plant. Deze zoetstof is 2000 keer zoeter dan suiker. 2. Energieleverende (bulk) zoetstoffen Energieleverende zoetstoffen zijn zoetstoffen die wel nog een zekere hoeveelheid energie leveren. Hiertoe behoren producten gezoet met fructose (vruchtensuiker) en met suikeralcoholen (polyolen). Producten gezoet met fructose Fructose wordt ook vaak als suikervervangend product gebruikt. De energetische waarde is vergelijkbaar met die van gewone suiker (1 gram suiker = 4 kcal). Fructose wordt vaak verwerkt in koekjes en chocolade maar die bevatten nog steeds een belangrijke hoeveelheid vet (vnl. verzadigde vetten) en zijn bijgevolg energierijk. Praktisch wordt diabetespatiënten aangeleerd om producten die uitsluitend gezoet zijn met fructose toch mee te tellen als koolhydraatbron, ondanks de tragere opname. Producten gezoet met suikeralcoholen Polyolen of suikeralcoholen (sorbitol, lactitol, maltitol, xylitol, mannitol, isomalt) worden ook wel extensieve zoetstoffen genoemd. De energie-aanbreng (kcal) blijft belangrijk. Zoetigheden zoals koeken, chocolade, pralines, snoepjes,... waarin deze energieleverende zoetstoffen gebruikt worden, blijven dikmakers omdat in deze producten nog steeds veel vet zit (vnl. verzadigde vetten). Polyolen als dusdanig, in beperkte mate gebruikt, hebben echter weinig invloed op de glycemie. Een overmatig gebruik kan darmklachten geven zoals winderigheid, krampen en diarree. Praktisch moeten polyolen in de diabetesvoeding niet meegeteld worden als koolhydraataanbrenger gezien de minimale beïnvloeding van de glycemie maar wel als energie-aanbrenger (kcal) omwille van de aanwezigheid van vet in deze producten. 3. Gemengde zoetstoffen Gemengde zoetstoffen bevatten suiker waaraan één of meerdere energievrije zoetstoffen zijn toegevoegd. Door het gebruik van een energievrije zoetstof wordt de zoetkracht van suiker veel sterker en moet er minder van gebruikt worden. Maar de aanwezigheid van suiker zal dus wel nog een invloed hebben op de glycemie en levert nog steeds energie (kcal)! 14 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 15

4. Andere bulkstoffen Inuline, oligofructose en polydextrose Inuline, oligofructose en polydextrose zijn eigenlijk een soort voedingsvezels die slechts in beperkte mate door het maagdarmkanaal verteerd worden omdat ons lichaam niet over de enzymen beschikt die deze suikerketens kan afbreken. Op deze manier leveren ze minder energie dan suiker en hebben ze ook weinig invloed op het bloedsuikergehalte. Inuline, oligofructose en polydextrose worden momenteel enkel industrieel verwerkt bij de bereiding van ijsdesserten, chocolade, gebak, koekjes,.... Inuline en polydextrose worden gebruikt als vetvervangers waardoor het vetgehalte laag kan gehouden worden. Oligofructose wordt eerder gebruikt als koolhydraatvervanger. Tagatose Tagatose wordt verkregen uit lactose. Door hydrolyse wordt lactose opgesplitst in glucose en galactose. Galactose wordt dan door een enzymatisch proces omgezet in tagatose. Tagatose heeft weinig tot geen invloed op de glycemie, levert minder calorieën dan gewone suiker en heeft een prebiotische werking (bevordert de groei van goedaardige darmbacteriën). Vetten Vetten zijn rijke energiebronnen. Zij verhogen vaak ongemerkt de energietoevoer van de maaltijd. Vetten leveren dubbel zoveel energie (kcal) als koolhydraten en eiwitten. Teveel vet leidt dus gemakkelijk tot overgewicht. Beperk het gebruik van vet in de voeding, zowel het zichtbaar vet (smeer- en bereidingsvetten) als het onzichtbaar vet (in volle zuivelproducten, vet vlees, koeken, gebak, vette snacks, chips, ). Het is belangrijk te kiezen voor vetten* met een goede vetzuursamenstelling en in een juiste verhouding. Het zijn vooral de verzadigde vetzuren die een ongunstige invloed hebben op de bloedvetten of bloedlipiden, wat hart-en vaatziekten in de hand werkt. Vetten zijn grotendeels opgebouwd uit vetzuren. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen verzadigde vetzuren en onverzadigde vetzuren. 1. Verzadigde vetzuren Verzadigde vetzuren hebben een ongunstige invloed op de bloedlipiden. Verzadigde vetzuren, ook harde of slechte vetten genoemd, komen voornamelijk voor in dierlijke vetten (boter, halfvolle boter, room, koffieroom, kaas, volle melkproducten, vlees, vleeswaren, geharde visolie) maar ook in harde en geharde plantaardige vetten (palmolie, palmvet, kokosolie, kokosvet, harde plantaardige smeer-en bereidingsvetten, frituurvet), gebak, zoutjes, taart, chocolade, koekjes. 2. Onverzadigde vetzuren Onverzadigde vetzuren komen voor onder 2 vormen: mono-onverzadigde vetzuren en poly-onverzadigde vetzuren. Mono-onverzadigde vetzuren of enkelvoudig onverzadigde vetzuren (vb. oliezuur) zijn zachter van structuur dan de verzadigde vetzuren. Ze hebben een gunstige invloed op de bloedlipiden. Ze doen de slechte cholesterol (LDL) lichtjes dalen en de goede cholesterol (HDL) lichtjes stijgen en hebben vooral een positieve invloed op de triglyceriden in het bloed. Enkelvoudig onverzadigde vetzuren zijn vooral aanwezig in arachide-olie, koolzaadolie, raapzaadolie, lijnzaadolie, notenolie, olijfolie, noten (amandelen, cashewnoten, hazelnoten, pinda s), avocado, olijven, bepaalde zachte smeer-en bereidingsvetten* op basis van olijfolie, bepaalde vloeibare bereidingsvetten*. Poly-onverzadigde vetzuren of meervoudig onverzadigde vetzuren zijn zeer zacht tot vloeibaar van structuur. Deze vetzuren hebben een positieve invloed op het slechte cholesterol (LDL), ze verlagen de totale cholesterol maar ook de goede cholesterol (HDL). Tot de meervoudig onverzadigde vetzuren behoren de omega-3-vetzuren en omega-6-vetzuren: omega-3-vetzuren (vb. linoleenzuur, DHA en EPA): Omega-3-vetzuren hebben een beschermend effect op de bloedvatwand. Ze houden onze bloedvaten soepel en zorgen voor een goede bloedcirculatie. Ze komen voor in vette vis, niet geharde visolie, lijnzaadolie, walnoten en zaden. omega-6-vetzuren (vb. linolzuur): Omega-6-vetzuren doen de totale cholesterol en de LDL-cholesterol dalen. Ze komen voor in de meeste plantaardige oliën zoals druivenpitolie, maïsolie, notenolie, saffloerolie, sojaolie, zonnebloemolie en in zachte smeer-en bereidingsvetten*. 16 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 17

Voedingscholesterol Cholesterol is een vetachtige stof die het lichaam nodig heeft voor de opbouw van lichaamscellen, de productie van hormonen en galzuren, voor de werking van de hersenen en het zenuwstelsel. Ons lichaam maakt zelf voldoende cholesterol. Bij een te hoog aanbod van cholesterol uit de voeding in combinatie met veel verzadigde vetzuren kan de cholesterol in het bloed te hoog worden. Cholesterol is aanwezig in voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong zoals vlees, vleeswaren, eierdooiers, orgaanvlees, kaas, volle melkproducten. In een gezonde voeding wordt aanbevolen om niet meer dan 300 mg cholesterol per dag te gebruiken. * Voor handelsmerken: zie Handleiding bij het winkelen Eiwitten koolhydraten. Op een receptie wordt best gebruik gemaakt van hapjes zoals belegde broodjes, versierde toastjes, kaaskoekjes,.... Blokjes kaas, salami, vis, dipgroenten,... vullen wel de maag maar doen de bloedsuikerwaarde niet stijgen. Belangrijk is ook rekening te houden met het eventueel laat hypoglycemisch effect van alcohol, tot zelfs 36 uur later. Een koolhydraatrijke snack voor het naar bed gaan en een eventuele controle van de glycemie s nachts kan nodig zijn. Bespreek met uw arts of diëtist(e) of alcohol in uw geval kan en op welke wijze. Alcohol moet in het dieet berekend worden. Alcoholvrije wijnen of -bieren worden niet aangeraden: ze bevatten weliswaar weinig of geen alcohol maar zijn vaak rijker aan koolhydraten. Eiwitten zijn voedingsstoffen die vooral een opbouwende en beschermende functie hebben. Eiwitten bestaan uit verschillende aminozuren, die na opname in het bloed en vervoer naar de cellen, omgezet worden tot nieuwe eiwitten, nodig voor herstel of groei van de weefsels. Te veel eiwit moet als brandstof weggewerkt worden. Vooraf wordt echter een gedeelte afgesplitst dat door de nieren wordt uitgescheiden. Een te hoge eiwitinname is belastend voor de nieren. Daarom is een matige portie eiwitrijk voedsel aanbevolen bij diabetes. Eiwitten komen voor in melkproducten, kaas, vlees, vis, ei maar ook in plantaardig voedsel zoals brood, graanproducten, peulvruchten en plantaardige vleesvervangers. Alcohol Voor een goed geregelde diabeet zonder complicaties mag een matige hoeveelheid alcohol op een verstandige wijze ingeschakeld worden. Toch zijn er een aantal gevolgen, die u ongetwijfeld moet kennen: Alcohol levert veel energie (kcal). Gebruik liever geen alcohol als je wil vermageren. Alcohol versterkt de werking van bloedglucoseverlagende medicatie en insuline en kan een plotse bloedsuikerdaling veroorzaken. Wees daarom steeds matig met alcohol (max. 1 pintje bier of glaasje wijn per dag voor vrouwen en max. 2 voor mannen) en gebruik het uitsluitend binnen een maaltijd met 18 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 19

Voedingsmiddelenkeuze Rekening houdend met deze algemene principes, worden de levensmiddelen gerangschikt naargelang de koolhydraat- en energiewaarde en de vetsamenstelling in: Vrij te gebruiken In bepaalde hoeveelheden te kiezen: broodwaarden of koolhydraatporties Uitzonderlijk te gebruiken De hoeveelheden die u kan gebruiken, staan vermeld in uw persoonlijk dieetschema. Vrij te gebruiken Deze voedingsmiddelen leveren praktisch geen energie en doen de bloedsuiker niet stijgen. Ongesuikerde dranken: thee, koffie, oploskoffie, cichorei, mineraalwater, spuitwater, magere ongebonden vleesbouillon en groentebouillon, energievrije light frisdranken die minder dan 6 kcal per 100 ml light frisdrank bevatten (voor kinderen maximum 0,5 liter per dag). De meeste verse groenten en diepvriesgroenten: ajuin, andijvie, asperge, aubergine, bleekselder, bloemkool, boerenkool, broccoli, champignons, chinese kool, courgette, groene kool, knolselder, komkommer, koolraap, paprika, pastinaak, postelein, prei, prinsessenbonen, raap, radijs, rammenas, rode kool, sla, schorseneren, snijboon, sojascheuten, spinazie, spruiten, tomaat, tuinkers, veldsla, waterkers, witlof, witte kool, wortelen, zuurkool. Bepaalde vruchten: citroen, limoen, rabarber. Tuinkruiden: bazielkruid, bieslook, citroenmelisse, dille, dragon, kervel, lavas, look, marjolein, munt, mierikswortel, rozemarijn, salie, sjalot, selder, peterselie, venkelblad, zurkel. Specerijen en smaakstoffen: anijs, chili-poeder, essences (amandel, kirsch, rum, munt, vanille), gember, kaneel, kerrie, kruidnagel, komijn, koriander, laurier, nootmuskaat, magere bouillonblokjes, paprikapoeder, peper, saffraan, sambal, (selderijzout), tijm, tomatenpuree, vanillestok, (zout). Tafelzuur: augurken, azijn, kappertjes, mosterd, pickles, zilveruitjes. Bepaalde bindmiddelen: agar-agar, gelatine, pectine, wit van ei, johannesbroodpitmeel. Energievrije zoetstoffen: zie hiervoor pagina 13. In bepaalde hoeveelheden te kiezen: broodwaarden of koolhydraatporties Wie pas diabetes heeft, vertrekt het best van een vaste dosis insuline (door de arts bepaald) en houdt de inname van de koolhydraten constant (persoonlijk voedingsdagschema in overleg met de diëtiste). Nadien kan men leren om de koolhydraatinname te wisselen en de insulinedosis hieraan aan te passen. De koolhydraatinhoud van uw maaltijden constant houden wil echter niet zeggen dat u elke dag hetzelfde moet eten, variatie is noodzakelijk in een gezonde voeding. Om dit te bereiken is het belangrijk te weten welke voedingsmiddelen koolhydraten (Kh) bevatten en in welke mate. Als hulp kan u hiervoor gebruik maken van het koolhydraatruilwaardensysteem. Hierin zijn alle koolhydraathoudende voedingsmiddelen herleid tot eenzelfde koolhydraatgehalte. De ruilwaarden voor koolhydraatbronnen noemen we ook: Broodwaarden of Koolhydraatporties. 1 Kh portie = 12,5 g koolhydraten (12 tot 13 g koolhydraten) = 1 Broodwaarde of 1 gemiddelde snede brood (30 g) Bij het berekenen van de koolhydraatporties kunnen zich verschillen voordoen door gebruik van andere voedingsmiddelentabellen of door afrondingen. Men moet er eveneens rekening mee houden dat de samenstelling van de voedingsmiddelen door de fabrikant kan aangepast worden. Volgende voedingsmiddelen zijn in bepaalde hoeveelheden te kiezen: raadpleeg uw persoonlijk voedingsschema. Het is niet nodig elk voedingsmiddel telkens te wegen. Er wordt zoveel mogelijk gewerkt met huishoudmaten. 20 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 21

Koolhydraatbronnen 1 Brood 1 koolhydraatportie of 1 broodwaarde: +/- 60kcal/250kJ = 1 snede (30 g) van een groot vierkant brood: volkorenbrood, roggebrood, bruin brood = 25 g wit brood, turks brood, pittabrood, melkbrood, rozijnenbrood, sandwich = 2 vierkante beschuiten, 2 ronde beschuiten, 2 sneetjes knäckebröd, 2 craquotten, 1 grote ovalen toast, stokbrood, piccolo, pistolet (20 g) 2 Ontbijtgranen 1 koolhydraatportie of 1 broodwaarde: +/- 60kcal/250kJ = 6 afgestreken eetlepels graanstaafjes met zemelen (25 g) vb. All Bran Plus = 4 afgestreken eetlepels graanvlokken met zemelen (20 g) vb. All Bran Flakes = 3 afgestreken eetlepels ongesuikerde muesli, Brinta, havermout (20 g) = 3 afgestreken eetlepels ongesuikerde ontbijtvlokken (15 g) vb. cornflakes ongesuikerd, gepofte en gegrilde rijstkorrels,... 3 Aardappelen, rijst, deegwaren en peulvruchten 1 koolhydraatportie of 1 broodwaarde: +/- 60kcal/250kJ = 1 schoongemaakte aardappel, formaat van 1 groot ei (70 g) = 3 volle eetlepels aardappelpuree (100 g) = 1 volle eetlepel (15 g) ongekookte ongepelde rijst, parboiled rijst, boekweit, bulghur, couscous, tarwekorrels (45 g gekookt of 2 volle eetlepels) = 15 g ongekookte volkoren deegwaren zoals macaroni, spaghetti, spirelli, (50 g gekookt of ¼ van een diep bord) = 20 g gerst, gierst, kamut, polenta, quinoa, spelt (ongekookt) = 2 afgestreken eetlepels (30 g) droog gewogen peulvruchten zoals witte bonen, bruine bonen, linzen, kikkererwten (100 g gekookt) = 3 afgestreken eetlepels (50 g) droog gewogen sojabonen (150g gekookt) = 35 g bataat, cassave Slechts af en toe: +/- 130kcal/550kJ = 35 g frietjes = 2 aardappelkroketten (60 g) 4 Bindmiddelen 1 koolhydraatportie of 1 broodwaarde: +/- 60kcal/250kJ = 2 afgestreken eetlepels bindmiddel (15 g) : aardappelzetmeel, boekweitmeel, griesmeel, maïszetmeel, puddingpoeder, tapioca, tarwebloem, tarwemeel, roggebloem, vermicelli, volkoren- of meergranenbloem 5 Melk 1 koolhydraatportie of 1 broodwaarde: +/- 100 kcal/420kj = 2 bekers (400 ml) calciumverrijkte sojamelk, sojayoghurt natuur = 2 tassen (300 ml) magere melk, magere yoghurt, karnemelk = 250 ml magere fruityoghurt 0% vet, gezoet met energievrije zoetstof en met minder dan 6 gram koolhydraten per 100 ml* = 1 boltas (200 ml) pap van magere melkproducten met 3 % bindmiddel (2 afgestreken koffielepels) = 200 ml melksaus van magere melkproducten met 3 % bindmiddel (2 afgestreken koffielepels) en kruiden = 1 dessertschaaltje (150 ml) vla of pudding van magere melk met 5 % bindmiddel (1 afgestreken eetlepel) en zoetstof * Voor handelsmerken: zie handleiding bij het winkelen 6 Groenten (vers, diepvries, glas, blik) 1 koolhydraatportie of 1 broodwaarde: +/- 70 kcal/295 kj = minstens 300 g bereide groenten = 150 g maïs, pompoen, rode biet = 100 g artisjok, extra fijne doperwten, pastinaak = 70 g topinamboer (aardpeer) 7 Fruit (vers, diepvries, conserven op eigen sap of water) 1 koolhydraatportie of 1 broodwaarde: +/- 50 kcal/210 kj = 250 g aardbeien, cranberry s, rode bessen, watermeloen = 200 g bosbessen, braambessen, clementines, frambozen, guave, perzik, sterfruit, zwarte bessen = 150 g abrikozen, nectarine, passievrucht, pompelmoes, pruimen, tangerine = 125 g appel, blauwe bessen, kiwi, kruisbessen, mandarijnen, morellen, peer, sinaasappel, witte bessen = 100 g ananas, cavaillon, druiven, kersen 22 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 23

= 70 g banaan (een halve), granaatappel, lychee, kaki, mango = 125 ml ongezoet fruitsap 8 Suiker en gesuikerde producten 1 koolhydraatportie of 1 broodwaarde Met mate te gebruiken Broodbeleg = 2 koffielepels (20 g) gewone confituur = 3 koffielepels (30 g) light confituur = ± 65 g zelfgemaakte confituur zonder suiker = 2 koffielepels (20 g) chocopasta met hazelnoten = 1 sneetje peperkoek (20 g) Tussendoortjes, droge koekjes = 2 rijstwafels (15 g) = 2 koekjes Prince start 30% minder suiker (20 g) = ½ pakje Evergreen krenten (=1 koek) = 1 volkoren speculaas of 2 kleine speculaasjes (15 g) = 2 Petit beurre koekjes (15g) = ½ pakje Vitabis (=1 koek) = 1 pakje Betterfood junior (=2 koeken) = 3 Boudoirs of 12 koekjes Nic-nac of 1 koekje Sultana (15 g) Versnaperingen = 25 g chocolade = 1 praline (17 g) = 1 minimars = 1 bol ijs of sorbet (50 g) = 1 sneetje cake (30 g) = 1 stuk appeltaart (45 g) = 1 kant-en-klare pannenkoek (60 g) = 1,5 Kh-portie In geval van hypoglycemie (te lage bloedsuiker): = 2 klontjes suiker = 4 tabletten druivensuiker van 3 gram = 100-125 ml frisdrank (1/2 glas) Eiwitbronnen Deze voedingsmiddelen bevatten geen koolhydraten en zijn omgerekend tot praktische hoeveelheden die overeenstemmen met 100 kcal/420 kj (0 broodwaarden). Gebruik bij voorkeur: eiwitbronnen met weinig vet of met meer onverzadigd vet (beter voor de bloedvaten) Gebruik slechts af en toe: eiwitbronnen die vetter zijn en dus meer geconcentreerde energie leveren of meer verzadigd vet en cholesterol bevatten. De porties die 100 kcal. leveren zijn doorgaans kleiner Kaas* Gebruik bij voorkeur zeer magere kaas: 100 kcal = 150 g magere wittekaas. matig vette kaas: 100 kcal = 50 g (2 driehoekjes of 2 sneetjes) magere smelten smeerkaas 20+; = 45 g vaste kaas 20+, Camembert 30+; = 30 g vaste kaas 30+. Gebruik slechts af en toe vette kaassoorten: 100 kcal = 25 g volvette Gouda, Boursin, Brie50+, Cheddar, Edammer, Emmentaler, Parmezaan; = 35 g Camembert 45+, half vaste kaassoorten. * Voor handelsmerken: zie Handleiding bij het winkelen 24 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 25

Vlees, vis, ei en vervangproducten Gebruik bij voorkeur zeer mager: 100 kcal = 100 g zeer mager rauw vlees van rund, paard, kalf, varken, kip, kalkoen, struisvogel zoals rosbief, biefstuk, kalfslapje, varkensmignonnet, varkenshaasje, kippenfilet, kalkoenfilet, struisvogelfilet (zonder vel) of 80 g toebereid; = 80 g magere vleeswaren zoals kippenwit, kalkoenham, struisvogelham, rosbief 1ste keus; = 125 g magere verse vis zoals baars, kabeljauw, pieterman, pladijs, poon, rog, schar, schelvis, snoek, staartvis, tarbot, tong, wijting of 100 g toebereid; = 125 g mosselen; = 100 g gepelde garnalen; = 135 g krab in eigen nat; = 75 g tofu (sojakaas); = 120 g Quorn. mager: 100 kcal = 70 g mager rauw vlees van gevogelte (eendenfilet, fazant zonder vel, kip zonder vel, kalkoen, patrijs), wild (haas, konijn, ree), lam, varken, zoals mager gebraad, varkensfiletkotelet, kalfsblanket, kalfsgehakt, americain of 60 g toebereid; = 60 g magere vleeswaren zoals filet d Alsace, filet de Saxe, filet rose, filet de York, magere casselerrib, rund- en paardenrookvlees, ontvette ham, runderfilet, Ardennenfilet, gerookte kalkoenfilet; = 100 g verse forel, heilbot, tonijn en zalmforel of 80 g toebereid of ingeblikt in eigen nat; = 90 g gerookte forelfilet, pilchards in tomatensaus. matig vet: 100 kcal = 50 g rauwe ham, bacon, corned beef; = 50 g vette vis zoals haring, makreel, paling, zalm: vers of gemarineerd of ingeblikt op eigen nat; = 50 g gerookte paling, gerookte heilbot, gerookte sprot, gerookte zalm. Gebruik slechts af en toe vet vlees, orgaanvlees en eieren (rijk aan cholesterol en verzadigde vetzuren) 100 kcal = 70 g orgaanvlees zoals lever, nier, tong, hersenen, uier; = 50 g gemiddeld vet rauw vlees van rund, lam, kalf en varken zoals stoofvlees, hamburger, mager soepvlees,... of 40 g toebereid; = 30 g vet vers rauw vlees zoals braadworst, gehakt, schapenragout, spieringkotelet, soepkip; = 30 g vette vleeswaren zoals knakworst, leverpastei, salami; = 65 g ei = 1 groot ei (max. 3 eieren per week, verwerking inbegrepen); = 35 g verse paling, maatjes. Smeer- en bereidingsvet* Gebruik bij voorkeur vetstoffen rijk aan onverzadigde vetzuren 100 kcal = 75 g (5 afgestreken eetlepels) minarine (15% vet); = 45 g (3 afgestreken eetlepels) minarine (25% vet); = 30 g (2 afgestreken eetlepels) minarine (40% vet); = 20 g (1 gewone eetlepel) margarine (65% vet); = 15 g (1 afgestreken eetlepel) zachte margarine (80-85 % vet); = 10 ml (1 dessertlepel) olie. Gebruik slechts af en toe gewone vetstoffen 100 kcal = 15 g (1 afgestreken eetlepel) boter; = 15 g (1 afgestreken eetlepel) mayonaise; = 15 g (1 afgestreken eetlepel) gewone (harde) margarine; = 30 g (2 afgestreken eetlepels) halfvolle boter; = 35 g (2 eetlepels) light dressing; = 50 g (3 eetlepels) yoghonaise. * Voor handelsmerken: zie Handleiding bij het winkelen 26 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 27

Opmerking: Vetten, rijk aan onverzadigde vetzuren, leveren evenveel energie (kcal) als gewone vetten. Ze mogen dus niet extra gebruikt worden, maar enkel in de plaats van andere vetten. Uitzonderlijk te gebruiken Volgende voedingsmiddelen zijn uitzonderlijk te gebruiken omdat ze ofwel: een te snelle stijging van de bloedsuiker veroorzaken; te veel energie aanbrengen en niet van essentieel belang zijn voor uw gezondheid; veel verzadigde vetzuren en/of veel cholesterol aanbrengen. Suiker alle soorten suiker: witte suiker, bruine suiker, rietsuiker, kandijsuiker, glucose, druivensuiker, producten gezoet met fructose; suikerwaren: alle snoep, confituur, honing, stroop, chocolade, chocopasta, hagelslag; gesuikerde gerechten. Dranken gesuikerde (fris)dranken, vruchtensappen, nectar; alcoholische dranken: bier (ook bier met verlaagd suiker- of alcoholgehalte), wijn, sterke dranken, aperitief, cocktails,. Kant- en klaarproducten gebruiksklare bereidingen zoals soep in pakjes, gekochte soep; instant puddingen en vla s; gepaneerde gerechten; gewone diepvriesmaaltijden. Vetstoffen meer dan de in uw persoonlijk dieetschema voorziene portie smeer- en bereidingsvetten of olie; frituurvet, gewoon bak- en braadvet, room, koffieroom, rundvet, kalfsvet, varkensvet, spek; gewone (niet ontvette) vleesbouillon, roomsausen, eiersausen. Vlees, vis en eieren zeer vette vleessoorten: zeer vet rund-, varkens- en schapenvlees (vet soepvlees, spek, vet stoofvlees), gans, eend; zeer vette vleeswaren: vette ham, salami, cervelaatworst, allerlei worstsoorten, pasteien, bacon, geperste kop, gebruiksklare vleessalades; visconserven op olie, vissalades, vissticks; eieren: meer dan 3 eieren per week, eidooier verwerkt in bereidingen. Melk en kaas volle melkproducten: volle melk, schapenmelk, geitenmelk, volle yoghurt, volle geëvaporeerde en condensmelk, gebruiksklare pap en vla; gesuikerde melkproducten: fruityoghurt, wittekaas met fruit en suiker, chocolademelk, milkshakes, roomijs en vruchtenijs; vette kaassoorten (40+ en meer): roomkaas, vette wittekaas, gegiste kaas, schimmelkaas, gewone smeerkaas,.... Fruit gesuikerde vruchten: vruchten op siroop; gedroogde vruchten: abrikozen, dadels, krenten, pruimen, rozijnen, vijgen; gekonfijte en geglaceerde vruchten, gesuikerde diepvriesvruchten; bepaalde verse vruchten: avocado s, noten, verse dadels. Aardappelen vette aardappelbereidingen: gebakken aardappelen, frieten, kroketten, vette puree, vette stamppot, chips. Brood gesuikerde broodsoorten: melkbrood, suikerbrood, rozijnenbrood, boterkoeken, brioches, koekjes, gebak, speculaas, wafels, pannenkoeken, oliebollen, zoute koekjes en versnaperingen. 28 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 29

Praktische maten en gewichten Wenst u meer informatie? Servies 1 koffietas = 150 ml 1 vlaschaaltje = 150 ml 1 beker = 200 ml 1 soepbord = 250 ml Glaswerk 1 borrelglas = 35 ml 1 sherryglas = 50 ml 1 wijnglas = 100 ml 1 limonadeglas = 200 ml 1 bierglas = 250 ml Dieetconsultatie U kan een afspraak maken met de diëtiste van het Centrum voor Voedings- en Dieetadvies op telefoonnummer 09 332 21 71 of 09 332 25 98. De consultaties vinden plaats in de dieetpolikliniek 6K12 IE, Universitair Ziekenhuis Gent. Afhankelijk van het type diabetes en de diabetesbehandeling is er soms een tussenkomst voor een consult bij de diëtiste. Voor meer inlichtingen vraag raad aan uw diabetesteam en ziekenfonds. Website Centrum voor Voedings- en Dieetadvies http://www.voedings-advies.com Bestek 1 koffielepel vloeistof = 5 ml 1 eetlepel vloeistof = 15 ml 1 afgestreken koffielepel bloem of zetmeel = 3 g 1 afgestreken eetlepel bloem of zetmeel = 8 g 1 eetlepel olie = 10 g 1 afgestreken eetlepel vetstof = 15 g 1 pollepel vloeistof = 200 ml Brood 1 sneetje van rechthoekig brood van 400 g = 20-25 g 1 sneetje van rechthoekig brood van 800 g = 30-35 g 1 sneetje van rond brood van 400 g = 25 g 1 sneetje van rond brood van 800 g = 45 g 30 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 31

Boeken, brochures en verenigingen Uw medisch dieet R. Rottiers en A. Notte-De Ruyter, Centrum voor Voedings- en Dieetadvies, Vakgroep Inwendige Ziekten, UZ, Universiteit Gent. Uitgegeven door Stichting Kunstboek, 1999. Eet gezond en naar hartelust A. Notte-De Ruyter, Centrum voor Voedings- en Dieetadvies, Vakgroep Inwendige Ziekten, UZ, Universiteit Gent. Uitgegeven door Stichting Kunstboek, 2002. Lekker koken en gezond vermageren Centrum voor Voedings- en Dieetadvies, Vakgroep Inwendige Ziekten, UZ, Universiteit Gent en KAV-Praktische School. Uitgegeven door de Standaard Uitgeverij, 2002. Creatief koken voor diabetici P. Huysentruyt en in samenwerking met de Vlaamse Diabetes Vereniging. Uitgegeven door de Standaard Uitgeverij, 2003. Kookboek voor mensen met diabetes C. Provoost. Uitgegeven door Kluwer, 2004. Het vegetarisch kookboek voor diabeten D. Declercq. Uitgegeven door C. De Vries-Brouwers/Antwerpen, 2004. Tijdschrift Diabetes Info Uitgegeven door de Vlaamse Diabetes Vereniging. Weet u voldoende over diabetes Uitgegeven door de Vlaamse Diabetes Vereniging. Belgische Voedingsmiddelentabel NUBEL Uitgegeven door Nubel vzw, 2009. Website: www.nubel.com Nederlandse Voedingsmiddelentabel (NEVO-tabel) Uitgegeven door het Voedingscentrum, Den Haag, 2006. De actieve voedingsdriehoek Folder / affiche / zelfklever. Uitgegeven door het Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie en Ziektepreventie vzw, G. Schildknechtstraat 9, B-1020 Brussel. Website: www.vigez.be De Eetbriefrecepten Uitgegeven door Biblo n.v., Brasschaatsteenweg 308, B-2920 Kalmthout. Vlaamse Diabetes Vereniging (VDV) Ottergemsesteenweg 456, 9000 Gent Tel.: 09 220 05 20 Fax: 09 221 00 82 Diabetes infolijn (gratis): 0800-96 333, alle werkdagen van 9 tot 17 uur. E-mail: vdv@diabetes.vdv.be Website: http://www.diabetes-vdv.be Vlaamse Beroepsvereniging van Voedingsdeskundigen en Diëtisten (VBVD) Vergote Square 43, B-1030 Brussel Tel.: 02 380 80 98 Fax.: 02 380 83 60 E-mail: info@dietistenvereniging.be Website: http://www.vvvd.be 32 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 33

Vragen? Noteer ze hier Vragen? Noteer ze hier 34 Voedingsadvies bij diabetes Voedingsadvies bij diabetes 35

metabole en cardiovasculaire aandoeningen Centrum voor voedings- en dieetadvies Tel. 09 332 25 98 of 09 332 21 71 Fax 09 332 44 04 www.voedings-advies.com Catering & Services/Dieetafdeling UZ Gent Tel. 09 332 25 91 Dienst Endocrinologie Prof. dr. J.M. Kaufman Tel. 09 332 21 38 v.u.: F. Colardyn, afgevaardigd bestuurder UZ Gent, De Pintelaan 185, 9000 Gent Deze brochure werd enkel ontwikkeld voor gebruik binnen het UZ Gent. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het UZ Gent. Universitair Ziekenhuis Gent De Pintelaan 185-9000 Gent Tel. +32 (0)9 332 21 11 - Fax +32 (0)9 332 38 00 info@uzgent.be - www.uzgent.be MODULO.be 118338 - Augustus 2009