Bij besluit van 13 april 2012, kenmerk XXXX, heeft verzoeker de verklaring van geen bezwaar van de ambtenaar ingetrokken.

Vergelijkbare documenten
Bij brief van 5 januari 2012 heeft de ambtenaar zijn zienswijze kenbaar gemaakt op het zojuist bedoelde voornemen.

Advies. Adviesaanvraag nr. ABB/2010/ Verzoeker: XXXX. 1. Feiten en procesverloop

Bij besluit van 15 mei 2012 heeft XXXX de ambtenaar ontheven uit zijn functie en hem geschorst in zijn ambt.

Vanaf 26 april 2010 is de ambtenaar op medische gronden die verband houden met een verslaving ongeschikt zijn functie te vervullen.

De heer XXXX (hierna: de ambtenaar) was van 10 oktober 2005 tot 1 september 2008 aangesteld als XXXX bij XXXX voor een bepaalde tijd van XXXX.

Advies. Adviesaanvraag nr. ABB/2011/ Verzoeker: XXXX. 1. Feiten en procesverloop

Advies AGFA: geen beletselen om uitvoering te geven aan een voorgenomen ontslag

Advies. Adviesaanvraag nr. ABB/2010/ Verzoeker: XXXX. 1. Feiten en procesverloop

Advies. Adviesaanvraag nr. ABB/2015/ Verzoeker: de Minister van Defensie. 1. Feiten en procesverloop

De heer XXXX (hierna: de ambtenaar) is sinds 1 november 1996 werkzaam als XXXX bij de XXXX.

Advies. Adviesaanvraag nr. ABB/2014/ Verzoeker: de Minister van Defensie. 1. Feiten en procesverloop

Bij uitspraak van 17 september 2015 heeft de rechtbank Rotterdam het beroep van de ambtenaar tegen het besluit van 3 maart 2015 ongegrond verklaard.

Advies. Adviesaanvraag nr. ABB/2016/ Verzoeker: de Minister van Defensie. 1. Feiten en procesverloop

Advies. Adviesaanvraag nr. ABB/2014/ Verzoeker: de Minister van Defensie. 1. Feiten en procesverloop

Verzoeker: de Directeur-generaal van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (hierna: AIVD)

Advies. Adviesaanvraag nr. ABB/2017/ Verzoeker: de Minister van Defensie. 1. Feiten en procesverloop

Bij brief van 1 augustus 2008 heeft XXXX, advocaat te Utrecht, de zienswijze van de ambtenaar kenbaar gemaakt inzake het zojuist bedoelde voornemen.

Advies. Adviesaanvraag nr. ABB/2015/ Verzoeker: XXXX. 1. Feiten en procesverloop

Verzoeker: de Directeur-Generaal van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (hierna: AIVD)

Toespraak van voorzitter Job Cohen, voorzitter AGFA, tijdens het 25-jarig jubileumsymposium op 17 november 2017

Advies. Adviesaanvraag nr. ABB/2017/ Verzoeker: de Directeur-Generaal van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst

Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst De vertrouwensfunctie & het veiligheidsonderzoek

SAMENVATTING UITSPRAAK

ECLI:NL:RBDHA:2016:1622

ECLI:NL:RBGEL:2016:2558

Gemeente Den Haag BSD/ RIS

ECLI:NL:RBZLY:2012:BX0557

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. F.J.

Advies. Adviesaanvraag nr. ABB/2015/ Verzoeker: de Minister van Defensie. 1. Feiten en procesverloop

ECLI:NL:RBDHA:2017:8134

Regeling commissie bezwaarschriften rechtspositie gemeente Den Helder

ECLI:NL:CRVB:2005:AT3000

Ons kenmerk [VERTROUWELIJK] Contactpersoon [VERTROUWELIJK]

ECLI:NL:RBAMS:2010:BM8140

Raadsvoorstel 48 Vergadering 27 juni Gemeenteraad. Onderwerp : Verordening behandeling bezwaarschriften Helmond 2017.

Beslissing op bezwaar

UITSPRAAK. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen

SAMENVATTING. het bestuur van de Stichting A, gevestigd te B, verzoeker, hierna te noemen het bevoegd gezag gemachtigde: de heer mr.

ECLI:NL:RBAMS:2014:970

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Sliedrecht; Regeling behandeling rechtspositionele bezwaren regio Drechtsteden

Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden

UITSPRAAK in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen

ECLI:NL:RBGEL:2015:699

Vertrouwensfuncties en veiligheidsonderzoeken

BINDEND ADVIES VASTE COMMISSIE CAO VOOR HET OMROEPPERSONEEL. Inzake: tegen: 1. Taak en samenstelling van de Vaste Comissie

uitspraak rechtbank gedeeltelijke intrekking bouwvergunning geluidsscherm A59

Bezwaar toelaatbaarheidsverklaring speciaal onderwijs is ongegrond, omdat de school handelingsverlegen is geworden.

2006 no. 14 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

Zaaknummer : 2014/282 en Datum uitspraak : 26 januari 2015 : Verzoeker en Hogeschool Rotterdam

Tweede Kamer der Staten-Generaal

BESLISSING OP ONTSLAGAANVRAAG. [de hogeschool], gevestigd te [vestigingsplaats], hierna te noemen de hogeschool gemachtigde: de heer mr. M.A.

Beleidsregels behorend bij de Verordening Wet inburgering Helmond 2015

ECLI:NL:RVS:2017:1997

KLOKKENLUIDERSREGELING. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het St. Michaël College

SAMENVATTING Bezwaar tegen de waardering als Docent B, schaal 10; HBO

ECLI:NL:RBNHO:2016:1706

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. tegen de uitspraak in zaak nr. 07/604 van de rechtbank Assen van 6 december 2007 in het geding tussen:

Onderwerp: Te volgen procedure voor gewijzigd bouwplan voor Nieuwkuijksestraat 72

SAMENVATTING UITSPRAAK

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ECLI:NL:RBNNE:2017:214

De aangeboden school voor so is voor de leerling voldoende nabij, waardoor op dit punt is voldaan aan de zorgplicht van de school.

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Uitspraaknr. G644-G645-G646. Datum: 8 november Soort geschil: Interpretatiegeschil

Klachtenregeling CVO t Gooi

ECLI:NL:CRVB:2017:2145

ECLI:NL:RBOBR:2016:4015

ECLI:NL:CRVB:2013:2879

ECLI:NL:RBZWB:2016:7164

Regeling melden vermoeden misstand Werk en Inkomen Lekstroom

tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 21 mei 2015 in zaak nr. 14/10078 in het geding tussen:

Bijlage E2: Reglement Commissie van Bezwaar en Beroep

ECLI:NL:CRVB:2015:1003

vanstate /1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 18 februari 2019 in de zaak tussen

ECLI:NL:RBROT:2016:9569

95e Wijziging in de gemeentelijke Rechtspositieregeling

ECLI:NL:RBMNE:2014:5220

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hardinxveld-Giessendam,

Bezwaarschriftenprocedure

ECLI:NL:RVS:2004:AR4275

ECLI:NL:RBGEL:2017:3403

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBSGR:2012:BW4490, Meerdere afhandelingswijzen

SOCIAAL PLAN INLEIDING

ECLI:NL:CRVB:2014:1035

ECLI:NL:CRVB:2016:4970

27 BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN DOOR DE COMMISSIE VAN ADVIES VOOR BEZWAARSCHRIFTEN PERSONELE AANGELEGENHEDEN

gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet;

ECLI:NL:CRVB:2014:3947

vakbekwaamheid van appellant voor het vak maatschappijleer vanwege de voortdurende ontwikkeling van dit vak, is ongemotiveerd nu er geen enkel onderzo

ECLI:NL:CRVB:2009:BJ1071

Beslissing op bezwaar

Regeling melden vermoeden van een misstand in de sector VO

ECLI:NL:RBALK:2011:BQ1956

CVDR. Nr. CVDR98200_2

ECLI:NL:RBUTR:2006:AZ7766

Leiden. U heeft een bezwaarschrift ingediend. Wat nu?

Beoordeling. h2>klacht

Transcriptie:

De commissie accepteert het negatieve resultaat van het onderzoek naar de mogelijkheden om de ambtenaar te herplaatsen binnen de organisatie van de werkgever. Daarbij tekent de commissie aan dat de kans van slagen van dit onderzoek sowieso gering was, omdat het overgrote deel van de functies bij deze werkgever is aangewezen als vertrouwensfunctie. De commissie adviseert, voor de ambtenaar te ontslaan, hem nog enkele maanden de tijd te geven een externe functie te vinden. Hiervoor dient hij breder te zoeken dan voorheen en zich niet alleen te richten op de functie van beveiliger, maar ook op de functies van chauffeur en koerier. Advies Adviesaanvraag nr. ABB/2012/09901 Verzoeker: XXXX 1. Feiten en procesverloop XXXX (hierna: de ambtenaar) is sinds 1 november 2005 werkzaam als burgerlijk ambtenaar bij XXXX. Sindsdien heeft hij bij dit ministerie achtereenvolgens de functies vervuld van Beveiligingsbeambte en Eerste Beveiligingsbeambte. Bij besluit van 13 april 2012, kenmerk XXXX, heeft verzoeker de verklaring van geen bezwaar van de ambtenaar ingetrokken. Bij besluit van 17 april 2012 heeft verzoeker, voor deze XXXX, XXXX (hierna: de toenmalige directeur), de ambtenaar met toepassing van artikel 10, tweede lid, van de Wet veiligheidsonderzoeken ontheven uit zijn functie. Daarbij heeft de toenmalige directeur een onderzoek aangekondigd naar de mogelijkheden om de ambtenaar binnen XXXX te herplaatsen in een functie die geen vertrouwensfunctie is. Tevens heeft hij aangegeven dat de commissie, wanneer dit onderzoek niet leidt tot resultaat, zal worden verzocht om advies over een voorgenomen ontslag op grond van artikel 125e, tweede lid, van de Ambtenarenwet. Bij e-mailbericht van 22 mei 2012 heeft XXXX, medewerker Personeel bij XXXX, diverse onderdelen van XXXX benaderd met het verzoek haar te berichten of daar mogelijkheden bestaan om de ambtenaar te herplaatsen in een functie die geen vertrouwensfunctie is. Bij e-mailbericht van 27 juni 2012 heeft de voornoemde medewerker Personeel het negatieve resultaat van dit onderzoek gerapporteerd aan de personeelsadviseur XXXX die dit onderzoek heeft aangevraagd. Bij brief van 2 juli 2012 heeft verzoeker, voor deze de huidige Directeur XXXX, (hierna: de huidige directeur), de ambtenaar bericht dat hij binnen XXXX niet kan worden herplaatst in een functie die niet is aangewezen als vertrouwensfunctie en dat hij daarom is aangemeld bij de Bemiddelings- en Begeleidingsorganisatie. Daarbij heeft de huidige directeur de ambtenaar tevens in kennis gesteld van het voornemen hem te ontslaan op grond van artikel 125e van de Ambtenarenwet en van het op grond van artikel 120 XXXX bij de commissie in te winnen advies. Op 20 augustus 2012 heeft de ambtenaar een intakegesprek gevoerd bij het re-integratiebedrijf Conclusion Mobiliteit. Na dit gesprek is de begeleiding van de ambtenaar opgedragen aan de mobiliteitsadviseur XXXX. Op 29 augustus 2012 heeft deze samen met de ambtenaar een plan van aanpak opgesteld. Bij brief van 10 oktober 2012 heeft verzoeker, voor deze de Hoofddirecteur Personeel, bij de commissie advies aangevraagd met betrekking tot het voorgenomen ontslag van de ambtenaar. Bij e-mail van 11 maart 2013 heeft de personeelsadviseur XXXX een rapportage van dezelfde datum overgelegd van de mobiliteitsadviseur XXXX van het re-integratiebedrijf Conclusion Mobiliteit. In deze rapportage zet XXXX zijn visie uiteen op het verloop van het re-integratietraject en op de kansen van de ambtenaar op de arbeidsmarkt. 1/5

De adviesaanvraag van 10 oktober 2012 is behandeld ter zitting van de commissie op 26 maart 2013. De commissie bestond uit mr. M.J. Cohen (voorzitter), mevrouw E.L. Snoey (lid) en de heer dr. J.S. Timmer (lid) en werd bijgestaan door de heer mr. C.F. Sparrius (secretaris). Namens verzoeker zijn ter zitting verschenen XXXX, personeelsadviseur bij XXXX en een medewerker Juridische Zaken van de XXXX Inlichtingen- en Veiligheidsdienst die heeft verzocht zijn naam niet in dit advies op te nemen. De ambtenaar is in persoon verschenen. Bij brief van 27 maart 2013 is de ambtenaar in de gelegenheid gesteld de correspondentie met de Secretaris-Generaal XXXX en XXXX waarop hij de aandacht heeft gevestigd tijdens de hoorzitting van de commissie, binnen twee weken aan de commissie toe te zenden. Van deze gelegenheid heeft de ambtenaar geen gebruik gemaakt. Daarop heeft de commissie besloten een advies uit te brengen op basis van de stukken die zij heeft ontvangen van XXXX en het besprokene tijdens de hoorzitting. 2. Standpunt bevoegd gezag Het bevoegd gezag is tevreden over het functioneren van de ambtenaar. Dit blijkt uit een tweetal toekenningsbesluiten van functioneringsgratificaties en uit een verslag van een voortgangsgesprek. Blijkens het besluit van 19 november 2009, waarbij de ambtenaar een functioneringsgratificatie is toegekend van 500,-, onderscheidt deze zich vooral door zijn flexibiliteit, motivatie en commitment en daarnaast door het geheel ontbreken van ziekteverzuim. De motivering van de functioneringsgratificatie van 100,- die de ambtenaar is toegekend bij besluit van 16 december 2011, is gelegen in de extra inzet die hij heeft getoond als gevolg van het extra beroep dat op hem is gedaan voor het invullen van het dienstrooster. Dat de ambtenaar ook ten tijde van de toekenning van deze gratificatie nog naar behoren functioneerde, kan worden afgeleid uit het verslag van het voorgangsgesprek van 26 oktober 2011. Blijkens dit verslag is in dit gesprek met de ambtenaar afgesproken de dienstuitvoering op dezelfde wijze voort te zetten. Uit een e-mailbericht van XXXX van 27 juni 2012, dat deel uitmaakt van de rapportage van het onderzoek naar de mogelijkheden om de ambtenaar binnen XXXX te herplaatsen in een functie die niet is aangewezen als vertrouwensfunctie, kan worden afgeleid dat dit onderzoek om de volgende redenen niet heeft geleid tot het daarmee beoogde resultaat: de inkrimping van de personeelsformatie in Den Haag als gevolg van bezuinigingen en de daarmee samenhangende opheffing van een aantal locaties; het ontbreken van vacatures in Den Haag; de Toelage Onregelmatige Dienst die de ambtenaar genoot, die tot gevolg heeft dat hij feitelijk werd bezoldigd op het niveau van schaal 5/6, terwijl zijn functie is gewaardeerd op schaal 4. In zijn rapportage van 11 maart 2013 heeft de mobiliteitsadviseur XXXX, die de ambtenaar begeleidt in opdracht van verzoeker, zijn visie op het verloop van het re-integratietraject, de opstelling van de ambtenaar in dit traject en de kansen van de ambtenaar op de arbeidsmarkt uiteengezet als volgt: Bij aanvang van de bemiddeling is gebleken dat XXXX in principe over voldoende opleidingen beschikt om te werken als beveiliger, chauffeur of koerier. Aangezien dit de voornaamste zoekrichtingen zijn van kandidaat, heeft hij zich hier met name voor ingespannen. XXXX stelt zich actief op om een andere baan te vinden. Hij is goed in staat om te verwoorden wat hij wil en kan. Hij solliciteert actief door te reageren op passende vacatures en door spontaan contact op te nemen met bedrijven om na te gaan wat de mogelijkheden zijn om voor hen te werken. XXXX beschikt over voldoende sollicitatievaardigheden om redelijkerwijs kans te maken op een baan bij sollicitaties. Omdat hij nog niet ingedeeld was voor de trainingen, hebben we in de individuele begeleiding stil gestaan bij het gebruik van verschillende netwerk- en sollicitatietechnieken. XXXX richt zich met name op functies als beveiliger waarbij zijn voorkeur uitgaat naar een functie als chauffeur/beveiliger waardetransport. Hij heeft naar aanleiding van enkele sollicitaties een aantal gesprekken gevoerd. Deze hebben helaas nog niet geleid tot een baan. Op het moment van schrijven heeft XXXX een oriënterend gesprek voor een functie als beveiliger nabij Schiphol. Omdat XXXX zich realiseert dat de mogelijkheden om als beveiliger passend werk te vinden in de huidige arbeidsmarkt redelijk beperkt zijn, zoekt hij ook actief naar alternatieve functies. De individuele begeleiding heeft zich vooral gericht op het genereren van contacten met bedrijven. Wij hebben de mogelijkheden voor XXXX bekeken om gebruik te maken van het netwerk van Conclusion. Helaas heeft dit nog niet geleid tot het vinden van een passende baan. XXXX heeft zich ingeschreven om deel te nemen aan een netwerkevent Adviescommissie grondrechten en functie-uitoefening ABB/2012/09901 2/5

van Conclusion om zo met verschillende bedrijven in contact te komen. XXXX blijft actief solliciteren en stelt zich proactief op, hij vraagt hierbij weinig hulp vanuit zichzelf. Ik ga er dan ook vanuit dat hij op termijn een passende baan zal vinden. Hierbij wil ik wel de opmerking maken dat de kans op een passende baan vergroot wordt wanneer XXXX zijn voorwaarden naar beneden bij zal stellen. Het gaat dan met name om het inleveren op inkomen. Tijdens de hoorzitting heeft de vertegenwoordiger van de XXXX Inlichtingen- en Veiligheidsdienst ontkend dat deze dienst een bezwaarschrift van de ambtenaar heeft ontvangen tegen de intrekking van zijn verklaring van geen bezwaar. De personeelsadviseur heeft de volgende uiteenzetting gegeven over de maatregelen die achtereenvolgens ten aanzien van de ambtenaar zijn getroffen. Nadat het voornemen was bekendgemaakt om de verklaring van geen bezwaar van de ambtenaar in te trekken, mocht hij nog uitsluitend onbewapend dienst doen. Na de definitieve intrekking van zijn verklaring van geen bezwaar is hij ontheven uit zijn functie en is hij zonder resultaat aangeboden aan diverse onderdelen van het XXXX. Momenteel ontvangt hij begeleiding bij het vinden van een werkkring op de externe arbeidsmarkt. Na afloop van de hoorzitting heeft de personeelsadviseur in aanwezigheid van de ambtenaar ten overstaan van de secretaris van de commissie het vermoeden uitgesproken dat het bezwaarschrift waarop de ambtenaar tijdens de hoorzitting heeft gedoeld, zijn schriftelijke zienswijze is inzake het voornemen om zijn verklaring van geen bezwaar in te trekken. De brief die de ambtenaar heeft ontvangen van de XXXX Inlichtingen- en Veiligheidsdienst, zou dan het intrekkingsbesluit zijn van zijn verklaring van geen bezwaar. 3. Zienswijze ambtenaar Tijdens de hoorzitting heeft de ambtenaar de intrekking van zijn verklaring van geen bezwaar toegeschreven aan de aanwezigheid van pornografische afbeeldingen van kinderen in zijn computer. Iemand met wie hij nachtelijke chatsessies onderhield, heeft deze afbeeldingen in zijn computer geladen. Zelf kon hij deze afbeeldingen niet openen, maar de Koninklijke Marechaussee kon dat wel. Momenteel loopt het hoger beroep in de strafzaak. Daarin moet de ambtenaar bewijzen dat hij de afbeeldingen niet heeft gezien. Enkele dagen nadat de ambtenaar op de hoogte was gesteld van de intrekking van zijn verklaring van geen bezwaar, heeft hij hierover een brief gestuurd aan de Secretaris-Generaal van XXXX en heeft hij hiertegen bezwaar gemaakt bij de XXXX Inlichtingen- en Veiligheidsdienst. Van deze dienst heeft hij een schriftelijke reactie ontvangen op zijn bezwaarschrift. Daarin gaat deze dienst nader in op de belangenafweging die zij heeft gemaakt, maar komt deze dienst niet tot een ander oordeel. De ambtenaar heeft de lezing van de personeelsadviseur niet betwist dat zijn brief aan de XXXX Inlichtingen- en Veiligheidsdienst over de intrekking van zijn verklaring van geen bezwaar een schriftelijke zienswijze is geweest op het voornemen om daartoe over te gaan en dat de reactie van deze dienst op deze brief het definitieve intrekkingsbesluit was. De ambtenaar voert momenteel periodiek gesprekken met de mobiliteitsadviseur XXXX over het verloop van zijn zoektocht naar een werkkring op de externe arbeidsmarkt. Hij loopt banenmarkten af en neemt binnenkort deel aan een sollicitatiecursus. 4. Overwegingen Bij de beoordeling van de adviesaanvraag staat voorop dat de intrekking van de verklaring van geen bezwaar van de ambtenaar niet ter beoordeling staat van de commissie. Uitgaande van de lezing van de personeelsadviseur van XXXX die door de ambtenaar niet is betwist dat zijn brief aan de XXXX Inlichtingen- en Veiligheidsdienst over de intrekking van zijn verklaring van geen bezwaar een schriftelijke zienswijze was op het voornemen om daartoe over te gaan, heeft de ambtenaar geen bezwaar gemaakt tegen het definitieve intrekkingsbesluit van zijn verklaring van geen bezwaar. In elk geval heeft de XXXX Inlichtingen- en Veiligheidsdienst geen bezwaarschrift van de ambtenaar tegen dit besluit ontvangen. Daarmee is dit besluit in rechte komen vast te staan. Adviescommissie grondrechten en functie-uitoefening ABB/2012/09901 3/5

Hieraan doet niet af dat de ambtenaar hoger beroep heeft ingesteld tegen de rechterlijke uitspraak waarop de intrekking van zijn verklaring geen bezwaar is gebaseerd. De Beleidsregeling justitiële antecedenten bij veiligheidsonderzoeken stelt niet als voorwaarde dat een veroordeling onherroepelijk moet zijn om daarop de intrekking van een verklaring van geen bezwaar te kunnen baseren. Mocht het hoger beroep van de ambtenaar slagen, levert dat een nieuw feit op als bedoel in artikel 4:6 van de Algemene wet bestuursrecht, op grond waarvan hij de XXXX Inlichtingen- en Veiligheidsdienst kan verzoeken terug te komen op de intrekking van zijn verklaring van geen bezwaar. Voor dit moment beschouwt de commissie deze intrekking echter als een gegeven. Artikel 125e, tweede lid, van de Ambtenarenwet, verleent aan verzoeker een discretionaire bevoegdheid om eervol ontslag te verlenen aan een ambtenaar die vanwege het bepaalde in artikel 10, tweede lid, van de Wet veiligheidsonderzoeken uit een vertrouwensfunctie moet worden ontheven. Voor de ontslagverlening als bedoeld in artikel 125e, tweede lid, van de Ambtenarenwet is de medewerking of machtiging vereist van verzoeker. Deze is gehouden het advies in te winnen van de commissie. Bij de adviesaanvraag van 10 oktober 2012 heeft verzoeker aan deze verplichting voldaan. Ter beoordeling van de commissie staat de zorgvuldigheid van de wijze waarop het voorgenomen ontslag is voorbereid. De commissie beoordeelt daartoe allereerst de zorgvuldigheid van het onderzoek dat is uitgevoerd naar de mogelijkheden om de ambtenaar binnen XXXX te herplaatsen in een passende functie die niet is aangewezen als vertrouwensfunctie. Volgens een e-mailbericht van XXXX van 27 juni 2012 is dit onderzoek om de volgende redenen zonder resultaat gebleven: de inkrimping van de personeelsformatie in Den Haag als gevolg van bezuinigingen en de daarmee samenhangende opheffing van een aantal locaties; het ontbreken van vacatures in Den Haag; de Toelage Onregelmatige Dienst die de ambtenaar genoot, die tot gevolg heeft dat hij feitelijk werd bezoldigd op het niveau van schaal 5/6, terwijl zijn functie is gewaardeerd op schaal 4. Naar het oordeel van de commissie heeft het onderzoek naar de mogelijkheden om de ambtenaar te herplaatsen binnen XXXX gelet op de zojuist genoemde omstandigheden kunnen leiden tot een negatief resultaat. Daarbij tekent de commissie aan dat de kans van slagen van zo n onderzoek ook afgezien van deze omstandigheden al gering is, omdat ongeveer 85% van de burgerfuncties bij XXXX is aangewezen als vertrouwensfunctie en daarmee niet toegankelijk is voor iemand die geen verklaring van geen bezwaar meer heeft. De bovenstaande overwegingen leiden tot de conclusie dat het onderzoek naar de mogelijkheden om de ambtenaar te herplaatsen binnen XXXX voldoende zorgvuldig is verlopen. Aan de voorbereiding van een ontslag als bedoeld in artikel 125e, tweede lid, van de Ambtenarenwet, stelt de commissie eveneens de zorgvuldigheidseis dat de ambtenaar, alvorens hem ontslag wordt verleend, begeleiding ontvangt bij het vinden van een passende functie buiten XXXX. Aan deze zorgvuldigheidseis is eveneens voldaan, nu de ambtenaar zeven maanden begeleiding heeft ontvangen van het re-integratiebedrijf Conclusion. Blijkens de rapportage van de mobiliteitsadviseur XXXX van dit bedrijf beschikt de ambtenaar over voldoende kwalificaties voor een functie op de externe arbeidsmarkt en over voldoende vaardigheden om zo n functie te verwerven. Bovendien is tijdens de hoorzitting gebleken dat hij binnenkort deelneemt aan een sollicitatiecursus. Wel acht de commissie het evenals de mobiliteitsadviseur XXXX van belang dat de ambtenaar zich breder gaat opstellen bij de selectie van de vacatures waarop hij solliciteert. Niet alleen vergroot hij daarmee de kans van slagen van zijn sollicitaties, maar ook elimineert hij daarmee het juridische risico dat hij een functie in de beveiliging waarvoor hij is aangenomen, niet mag gaan uitoefenen, omdat hij de daarvoor benodigde toestemming van de politie niet krijgt. Bovendien is voor functies in de beveiliging achter de douane op de luchthaven Schiphol naast deze toestemming ook een verklaring van geen bezwaar van XXXX vereist. Gelet op de aard van het strafbare feit waarvoor de ambtenaar is veroordeeld, en waarvan hij hangende zijn hoger beroep tegen deze veroordeling wordt verdacht, moet hij serieus rekening houden met de mogelijkheid dat XXXX hem de afgifte van een verklaring van geen bezwaar voor een vertrouwensfunctie in de beveiliging op de luchthaven Schiphol weigert. Adviescommissie grondrechten en functie-uitoefening ABB/2012/09901 4/5

De ambtenaar doet er dan ook verstandig aan, niet op dergelijke vertrouwensfuncties te solliciteren en functies als chauffeur en koerier, waarvoor hij eveneens is gekwalificeerd, mede in aanmerking te nemen. De commissie adviseert de ambtenaar nog enkele maanden in de gelegenheid te stellen om met behulp van deze verbrede zoekstrategie vanuit zijn huidige werkkring bij XXXX een werkkring op de externe arbeidsmarkt te verwerven. De duur van deze periode kan echter beperkt blijven tot enkele maanden, omdat de ambtenaar al een geruime tijd begeleiding ontvangt bij het betreden van de externe arbeidsmarkt. Daarom komt de commissie tot het volgende advies. 5. Advies De Adviescommissie grondrechten en functie-uitoefening acht geen beletselen aanwezig om de ambtenaar met ingang van 1 juli 2013 met toepassing van artikel 125e, tweede lid, van de Ambtenarenwet te ontslaan. De commissie stelt het op prijs een afschrift te mogen ontvangen van het besluit dat wordt genomen op basis van het bovenstaande advies. Den Haag, 15 april 2013, mr. M.J. Cohen, voorzitter mr. C.F. Sparrius, secretaris Adviescommissie grondrechten en functie-uitoefening ABB/2012/09901 5/5