BIJLAGE. bij. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Vergelijkbare documenten
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

10512/16 van/zr/as 1 DG E 1A

Zittingsdocument B7-0000/2012 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vragen voor mondeling antwoord B7-0000/2012 en B7-0000/2012

Tweede Kamer der Staten-Generaal

BIJLAGEN. bij. voorstel voor een besluit van de Raad

BIJLAGEN. bij. voorstel voor een besluit van de Raad

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 juni 2016 (OR. en)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Zittingsdocument B7-0000/2009 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vragen voor mondeling antwoord B7-0000/2009 en B7-0000/2009

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

(98/C 364/02) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130 S, lid 1,

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

12950/17 van/asd/dp 1 DG B 2B

AANGENOMEN TEKSTEN. P8_TA(2016)0356 Voornaamste doelstellingen voor de 17e Conferentie van de partijen bij de Cites in Johannesburg

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag met verzoek om mondeling antwoord B8-0324/2017

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Hendrik Segers Nationaal Knooppunt Biodiversiteit Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen

De Raad wordt verzocht in zijn zitting van 7 maart 2016 de in de bijlage opgenomen ontwerpconclusies aan te nemen.

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

10667/16 oms/hh 1 DGG 2B

*** ONTWERPAANBEVELING

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Zittingsdocument B7-0000/2013 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2013

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 27 juni 2017 (OR. en)

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITE EN HET COMITE VAN DE REGIO'S

Openbare raadpleging in het kader van de "fitness check" van de EU-natuurwetgeving (vogel- en habitatrichtlijn)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

EUROPEES PARLEMENT Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken ONTWERPVERSLAG

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument B6-0038/2006 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B6-0345/2005

EUROPEES PARLEMENT. Commissie cultuur en onderwijs PE v01-00

8361/17 asd/jel/sl 1 DG B 2B

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 april 2016 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2016 (OR. en) het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e deel)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Een nieuwe start voor sociale dialoog

BIJLAGEN. bij het. Gezamenlijk voorstel voor een Besluit van de Raad

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Handel in bedreigde dieren en planten Het CITES-verdrag in de praktijk

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gemeenschappelijk handelsbeleid in de context van duurzaamheidsvereisten voor natuurlijke (2018/C 263/05)

BIODIVERSITEIT, NATUUR EN BODEM

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voor de delegaties gaan in bijlage dezes de conclusies van de Raad over Jemen, die de Raad in zijn zitting op 18 februari 2019 heeft aangenomen.

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

OTA BESLUIT VAN DE RAAD houdende vaststelling van het standpunt van de Gemeenschap in de Commissie voor de tonijnvisserij in de Indische Oceaan

14391/15 van/gys/hh 1 DGB 3B

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE. Begeleidend Document. bij het Voorstel voor een

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

8792/1/16 REV 1 dui/cle/as 1 DG G 2B

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

GEMOTIVEERD ADVIES VAN EEN NATIONAAL PARLEMENT INZAKE DE SUBSIDIARITEIT

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2012 (27.11) (OR. en) 16320/12 ENFOCUSTOM 127 COSI 117

Voor de delegaties gaan hierbij de conclusies van de Raad over de EU-strategie voor Centraal-Azië, die de Raad op 19 juni 2017 heeft aangenomen.

AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie economische en monetaire zaken

ideale wereld te dichten, en dit al gedurende 40 jaar op internationaal vlak, en 30 jaar in België.

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 januari 2006 (28.02) (OR. en) 5467/06 LIMITE ENFOCUSTOM 8 ENFOPOL 8 CRIMORG 9 CORDROGUE 4

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 24 mei 2017 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

PUBLIC 8480/10 Interinstitutioneel dossier: 2009/0183 (NLE)

AANGENOMEN TEKSTEN. Meerjarig financieel kader en eigen middelen

9895/19 mak/van/hh 1 ECOMP.2B

14722/16 eer/rts/sl 1 DG G 2B

10254/16 ons/zr/as 1 DGC 2B

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

12494/1/07 REV 1 yen/il/lv 1 DG H 2B

BIJLAGE. bij. Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

EIR 2019: Selectie van de belangrijkste feiten over de stand van de uitvoering van de milieuwetgeving in Europa

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

9916/17 cle/van/oms/sv 1 DG D 2B

AANBEVELINGEN. AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 9 april 2014 over de kwaliteit van de rapportage over corporate governance ( pas toe of leg uit )

Datum 23 maart 2010 Betreft Aanloop naar en verloop van de 15e conferentie van partijen van CITES

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2011)0821),

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

10159/17 mak/gra/fb 1 DG D 1C

Transcriptie:

EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.7.2016 COM(2016) 437 final ANNEX 1 BIJLAGE bij Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot vaststelling van het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen ten aanzien van bepaalde voorstellen die worden voorgelegd aan de van 24 september tot en met 5 oktober 2016 in Johannesburg, Zuid-Afrika, te houden 17e vergadering van de Conferentie der Partijen (CoP17) bij de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (Cites) NL NL

BIJLAGE I Standpunt van de Unie over de voornaamste kwesties die zullen worden besproken op de van 24 september tot en met 5 oktober 2016 in Johannesburg, Zuid-Afrika, te houden 17e vergadering van de Conferentie der Partijen bij de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (Cites) A. ALGEMENE OVERWEGINGEN 1. De Unie beschouwt Cites als een essentiële internationale overeenkomst voor de instandhouding van de biodiversiteit en tegen de illegale handel in wilde dieren en planten. 2. De Unie moet op de Cites-CoP17 een ambitieus standpunt verdedigen dat overeenkomt met de relevante beleidslijnen van de Unie en haar internationale verbintenissen op dit gebied, in het bijzonder de doelstellingen betreffende wilde dieren en planten in het kader van duurzameontwikkelingsdoelstelling 15, het strategisch plan voor biodiversiteit 2011-2020, met inbegrip van de Aichidoelstellingen, overeengekomen in het Verdrag inzake biologische diversiteit (CBD, Convention on Biological Diversity), de strategische visie voor Cites 1 en resolutie 69/314 van de Algemene Vergadering van de VN inzake de illegale handel in wilde dieren en planten. Het EU-standpunt moet ook bijdragen aan de verwezenlijking van de op EU-niveau gestelde doelen in de EU-biodiversiteitsstrategie tot 2020, het actieplan van de EU tegen de illegale handel in wilde dieren en planten, de EU-aanpak ter bevordering van handel en duurzame ontwikkeling zoals die naar voren komt in de EU-strategie "Handel voor iedereen", en het actieplan van de EU voor de instandhouding en het beheer van het haaienbestand. 3. De Unie moet op de CoP17 van Cites uitgaan van de volgende prioriteiten: ten volle gebruikmaken van de Cites-instrumenten om de niet-duurzame internationale handel in bedreigde dier- en plantensoorten met een wetenschappelijke gefundeerde aanpak te reguleren; het weerwoord van de internationale gemeenschap op de illegale handel in wilde dieren en planten versterken; de transparantie en de verantwoordingsplicht binnen Cites versterken en ervoor zorgen dat passende voorwaarden worden overeengekomen die de nieuwe status van de EU als Partij bij de Overeenkomst weerspiegelen. 4. Het standpunt van de Unie over voorstellen tot wijziging van de bijlagen moet worden gebaseerd op de staat van instandhouding van de betrokken soorten en op de gedocumenteerde gevolgen die de handel voor die status heeft of zou kunnen hebben. Daartoe moeten bij de beoordeling van de voorstellen voor opname in de bijlagen de meest relevante en robuuste wetenschappelijke adviezen in aanmerking worden genomen. 5. In het standpunt van de Unie moet rekening worden gehouden met de bijdrage die het Cites-toezicht kan leveren aan de verbetering van de staat van instandhouding, en ook met de inspanningen van de landen en internationale organen die doeltreffende instandhoudingsmaatregelen hebben getroffen. De Unie moet erop toezien dat de efficiëntie van Cites door de tijdens de CoP17 genomen besluiten wordt 1 Zie Cites-resolutie Conf. 14.2. NL 2 NL

geoptimaliseerd door onnodige administratieve lasten tot een minimum te beperken en door praktische, kosteneffectieve en werkbare oplossingen te bereiken voor kwesties op het gebied van uitvoering en toezicht. 6. De CoP is het bestuursorgaan van Cites en een aantal op de CoP17 genomen besluiten zal worden uitgevoerd door het Permanent Comité, het belangrijkste ondersteunende orgaan van de CoP. Het voor de CoP17 vastgestelde standpunt van de Unie moet daarom ook als leidraad worden genomen voor het optreden van de EU tijdens de vergaderingen van het Permanent Comité die na de CoP17 plaatsvinden. B. SPECIFIEKE KWESTIES 1. De Unie was in 2015 de eerste regionale organisatie voor economische integratie die als Partij bij Cites toetrad. De modaliteiten voor de deelname van de Unie aan de Conferentie der Partijen zullen moeten worden vastgelegd in het reglement van orde van de vergadering, met name wat betreft de stemprocedure. De Unie is van mening dat het reglement van orde de tekst van de Cites-overeenkomst moet weerspiegelen (artikel XXI, leden 2 tot en met 6) en geen bepalingen mag bevatten die andere voorwaarden stelt aan de uitoefening van haar rechten als Partij dan in de Overeenkomst zijn voorzien. In dit opzicht is de Unie er voorstander van dat de tekst van het reglement van orde met betrekking tot regionale organisaties voor economische integratie wordt afgestemd op de bepalingen in het reglement van orde die in tal van andere internationale verdragen van kracht zijn (het Verdrag inzake biologische diversiteit, het Verdrag inzake de bescherming van trekkende wilde diersoorten, het Raamverdrag van de VN inzake klimaatverandering, het Protocol van Montreal en de verdragen van Stockholm, Bazel en Rotterdam). Omdat deze kwestie heeft geleid tot vragen van derden, moet de Unie in de aanloop naar de CoP informatie verstrekken over de verdeling van de stemmen tussen de Unie en de lidstaten. De Unie moet ook bereid zijn tot een zekere mate van flexibiliteit bij de besprekingen over het reglement van orde, op voorwaarde dat noch de rechten van de Unie als Partij, noch de verdeling van de bevoegdheden zoals vastgelegd in het VWEU worden ondermijnd. 2. De Unie is van mening dat de transparantie en de verantwoordingsplicht binnen Cites moeten worden versterkt om de legitimiteit en de integriteit van het besluitvormingsproces te vergroten en zal voorstellen hiertoe steunen. In dit verband steunt de Unie met name de resolutie voor de consolidatie van de transparante, door het Cites-secretariaat uitgevoerde regeling waarbij de deelname van vertegenwoordigers uit ontwikkelingslanden aan de CoP-vergaderingen met steun van donors mogelijk wordt gemaakt (het project "gesponsorde deelnemers"), en verzoekt daarnaast om transparantie van donoren die de deelname van vertegenwoordigers uit derde landen rechtstreeks buiten deze regeling om ondersteunen. 3. Er zijn voor de CoP17 in totaal 62 voorstellen tot wijziging van de Cites-bijlagen ingediend. Het standpunt van de Unie over dergelijke voorstellen moet worden gebaseerd op de staat van instandhouding van de betrokken soorten en op de gevolgen die de handel voor die soorten heeft of zou kunnen hebben. Daartoe moet de Unie rekening houden met de huidige bepalingen in resolutie Conf. 9.24 over de criteria voor wijziging van de bijlagen I en II. Met name de opvattingen van de landen in het verspreidingsgebied van de soorten waarop de voorstellen betrekking hebben, moeten door de Unie in aanmerking worden genomen. De Unie is verder van mening dat voorstellen tot wijziging van Cites-bijlagen in het algemeen moeten worden ondersteund als zij het resultaat zijn van de werkzaamheden van de Cites-comités NL 3 NL

dieren en planten. Er zal ook rekening worden gehouden met de beoordeling van de voorstellen door het Cites-secretariaat en door IUCN/Traffic 2, en (in het geval van mariene soorten) met de beoordeling door het desbetreffende adviesorgaan van deskundigen van de FAO, waarbij moet worden opgemerkt dat ook de beoordelingen van de bestanden en relevante gegevens van de regionale organisaties voor visserijbeheer in aanmerking zullen worden genomen. 4. Het opnemen van nieuwe mariene soorten en houtsoorten in de Cites-bijlagen zal voor de Unie op de CoP-vergadering een belangrijke kwestie zijn. 5. Conform haar bekende standpunt bevestigt de EU opnieuw dat Cites een geschikt instrument is om de internationale handel in mariene soorten te reguleren wanneer die soorten schadelijke gevolgen ondervinden van de handel en met uitsterven (kunnen) worden bedreigd, waarbij niet mag worden vergeten dat de instandhouding van de mariene biologische hulpbronnen onder de exclusieve bevoegdheid van de Unie valt. 6. De Unie merkt op dat de laatste jaren heel wat werk is verricht om capaciteit op te bouwen voor de uitvoering van Cites met betrekking tot mariene soorten, onder meer met financiële steun van de Unie. Deze inspanningen moeten ook in de toekomst zoveel mogelijk in het kader van Cites worden voortgezet. De Unie ziet uit naar de verslagen over de uitvoering en naleving van de Cites-vereisten met betrekking tot mariene soorten, en met name kraakbeenvissen, die door de Partijen en het Citessecretariaat na de CoP17 ter beschikking zullen worden gesteld. De Unie zal tevens een betere coördinatie tussen Cites en regionale organisaties voor visserijbeheer in het kader van hun respectieve mandaten ondersteunen, met als doel een beter bestuur te bewerkstelligen, de complementariteit te versterken en overlappingen en inconsistenties te vermijden. De Unie bevordert en steunt de opname van de in de bijlagen vermelde kraakbeenvissen en andere mariene soorten in de desbetreffende Cites-beoordelingsmechanismen, met name het Comité dieren, met als doel de beoordeling van die soorten vóór de CoP18 ter beschikking te stellen. Bovendien steunt de Unie, in afwachting van het meest recente wetenschappelijke advies, de opname van een aantal soorten kraakbeenvissen (de kanhaai Carcharhinus falciformis en voshaaien Alopias spp.) en de duivelsrog (Mobula spp.) in Citesbijlage II. De Unie zal het meest recente wetenschappelijke advies van het adviesorgaan van deskundigen van de FAO, IUCN/Traffic of andere bronnen van wetenschappelijk advies evalueren. Vanwege de zorgen over de wereldwijde instandhouding van aalsoorten en de gevolgen van internationale handel voor hun voortbestaan, steunt de Unie initiatieven om het Comité dieren van Cites meer relevante informatie over de handel in deze soorten te laten verzamelen en in overweging te laten nemen om aanbevelingen te ontwikkelen voor de Cites-CoP18. De Unie zal echter geen steun verlenen aan eventuele voorstellen die ertoe kunnen leiden dat de Europese aal op de CoP17 in Cites-bijlage I wordt opgenomen. 7. De internationale handel in tropische houtsoorten als grondstof voor de markt voor producten van palissanderhout is de afgelopen jaren aanzienlijk toegenomen. Uit de beschikbare gegevens blijkt dat het bij een groot deel van deze handel om nietduurzame hoeveelheden gaat die afkomstig zijn van illegale kap, zodat de handel in 2 De Internationale Unie voor natuurbehoud (IUCN, International Union for Conservation of Nature) en Traffic zijn grote organisaties die gespecialiseerd zijn in de handel in wilde dieren en planten en die voorafgaand aan elke CoP een grondige beoordeling van de voorstellen tot wijziging van de Citesbijlagen ter beschikking stellen. NL 4 NL

palissanderhout tegenwoordig zelfs geldt als een van de meest voorkomende vormen van illegale handel in wilde dieren en planten. Een klein aantal palissandersoorten wordt momenteel beschermd uit hoofde van Cites en de EU moet voorstellen ondersteunen om nog meer palissandersoorten in Cites-bijlage II op te nemen (Pterocarpus erinaceus, drie soorten Guibourtia en Dalbergia spp.). De Unie is van mening dat de op te nemen soorten zodanig moeten worden gekozen (via de desbetreffende annotaties) dat een zo groot mogelijk deel van de uitvoer uit de betrokken landen in het verspreidingsgebied eronder valt, op basis van de beschikbare informatie en het voorzorgsbeginsel. 8. Het standpunt van de Unie over voorstellen met betrekking tot de handel in wilde dieren en planten moet in overeenstemming zijn met de drie prioriteiten van het EU-actieplan inzake de illegale handel in wilde dieren en planten, namelijk: de illegale handel in wilde dieren en planten voorkomen en de achterliggende oorzaken aanpakken; de bestaande regels toepassen en handhaven en de georganiseerde misdaad met betrekking tot wilde dieren en planten effectiever bestrijden; en het mondiale partnerschap van oorsprongslanden, verbruikende landen en doorvoerlanden tegen de illegale handel in wilde dieren en planten versterken. 9. In overeenstemming met de eerste prioriteit ondersteunt de Unie een betere bescherming via Cites van soorten die momenteel in niet-duurzame hoeveelheden of illegaal in de EU worden ingevoerd (met name voor de handel in exotische huisdieren). Daarom steunt de Unie de voorstellen tot wijziging van de bijlagen met betrekking tot de berberaap (Macaca sylvanus), de grijze roodstaartpapegaai (Psittacus erithacus) en diverse soorten reptielen. De Unie steunt eveneens de opname in bijlage II van de kardinaalbaars van Banggai (Pterapogon kauderni), aangezien uit de beschikbare gegevens kan worden opgemaakt dat waarschijnlijk aan de criteria voor plaatsing op de lijst is voldaan, waarbij moet worden opgemerkt dat nadere besprekingen met Indonesië noodzakelijk zijn (het enige land in het verspreidingsgebied van de soort) om na te gaan of een gemeenschappelijke aanpak kan worden overeengekomen voor de duurzame handel in deze soort. 10. Uit hoofde van de eerste prioriteit steunt de Unie ook de vaststelling van een resolutie over corruptie, aangezien corruptie activiteiten die strijdig zijn met de Citesovereenkomst kan vergemakkelijken, en van aanvullende aanbevelingen en richtsnoeren voor het terugdringen van de vraag naar illegale producten op basis van wilde dieren en planten. De Unie zal erop toezien dat de besluiten van de Cites-CoP17 rekening houden met de behoeften en belangen van plattelandsgemeenschappen die erop van invloed kunnen zijn. 11. In overeenstemming met de tweede en derde prioriteit steunt de Unie krachtige maatregelen die ervoor moeten zorgen dat de Overeenkomst door de Partijen wordt uitgevoerd, en pleit voor een duidelijke tijdlijn en controlemechanismen (waaronder eventuele handelssancties) jegens Partijen die herhaaldelijk verzuimen om hun verplichtingen in het kader van Cites na te komen. Dit is met name van belang voor de aanpak van stroperij en de illegale handel in olifanten (zie onder), neushoorns, Aziatische grote katachtigen, palissanderhout en schubdierachtigen. In dit verband moet de Unie ook het voorstel steunen voor een resolutie om beter te controleren of NL 5 NL

wilde dieren niet op frauduleuze wijze worden verhandeld als in gevangenschap gefokte dieren. 12. De stroperij van olifanten en neushoorns en de illegale handel in ivoor en neushoornhoorns blijven op een alarmerend hoog niveau. Dit blijft een punt van grote zorg voor de EU en bij alle agendapunten met betrekking tot olifanten moet de prioriteit van de EU dan ook liggen bij het steunen van maatregelen die dit probleem rechtstreeks aanpakken, waarbij met name rekening wordt gehouden met de prioriteiten zoals vastgesteld in de door de EU gefinancierde studie "Groter dan olifanten. Elementen voor een strategische EU-benadering van het behoud van dieren en planten in het wild in Afrika". Wat olifanten betreft, is in een aantal landen in het verspreidingsgebied en in een aantal doorvoer- en bestemmingslanden aanzienlijke vooruitgang geboekt, niet in het minst dankzij de nationale ivooractieplannen (NIAPs) die in 19 landen zijn ontwikkeld op grond van besluiten tijdens de laatste Cites-CoP. Dat neemt niet weg dat er nog heel veel te doen is, met name in landen die "hotspots" blijven voor de olifantenstroperij en de illegale handel in ivoor. Daarom moet de Unie steun bieden aan een versterking van de NIAPs en een verscherping van het toezicht op de uitvoering ervan door de betrokken Partijen, inclusief de mogelijkheid om handelssancties op te leggen aan Partijen die blijven verzuimen passende maatregelen te nemen tegen olifantenstroperij en de illegale handel in ivoor. 13. De Unie merkt op dat in verband met handel in ivoor tal van vaak tegenstrijdige voorstellen door Partijen zijn ingediend. De internationale handel in ivoor is momenteel in het kader van Cites verboden. De Unie is van oordeel dat niet is voldaan aan de voorwaarden om deze handel weer toe te staan en verleent geen steun aan voorstellen die op de Cites-CoP17 worden gedaan om die handel te heropenen. De EU merkt op dat er geen vooruitgang is geboekt bij de ontwikkeling van het besluitvormingsmechanisme voor een ivoorhandelsproces en acht het niet dringend om op de CoP17 over een dergelijk mechanisme overeenstemming te bereiken. De Unie is niet gekant tegen een voortzetting van deze discussie in de toekomst, maar pas nadat de olifantenstroperij en de illegale handel in ivoor aanzienlijk zijn afgenomen. De Unie moet ook alle landen in het verspreidingsgebied van de Afrikaanse olifant aanmoedigen een dialoog aan te gaan om over een gemeenschappelijk standpunt over deze kwestie tot overeenstemming te komen. 14. De Unie merkt op dat er gevallen zijn geweest waarin de legale binnenlandse handel in ivoor in sommige Partijen bij de Cites-overeenkomst de internationale illegale handel in ivoor heeft vergemakkelijkt. In dergelijke gevallen moet de Unie bereid zijn steun te verlenen aan oproepen tot de instelling van een verbod op zulke binnenlandse handel door de betrokken Partijen. De Unie moet daarom openstaan voor de voorstellen die met betrekking tot deze kwestie zijn ingediend, mits de werkingssfeer daarvan voldoende duidelijk wordt gemaakt. Wanneer er geen verband is vastgesteld tussen de binnenlandse handel in ivoor en de illegale ivoorhandel (noch direct, als illegaal ivoor op de binnenlandse markt wordt witgewassen, noch indirect, als de legale handel de vraag naar illegaal ivoor stimuleert), zou het voor Cites niet passend zijn te pleiten voor een verbod op de binnenlandse handel in ivoor, met name als het gaat om ivoren voorwerpen die zijn verworven vóór de opname van de Afrikaanse olifant in Cites-bijlage I in 1990. 15. De Unie is van mening dat in het Cites-kader internationale richtsnoeren moeten worden overeengekomen om te garanderen dat jachttrofeeën van soorten in de Citesbijlagen I en II afkomstig zijn uit duurzame en legale bronnen. De Unie is ook een voorstander van meer controle door het Comité dieren van Cites voor de vaststelling NL 6 NL

van uitvoerquota voor jachttrofeeën van soorten in bijlage I, met name voor luipaarden en leeuwen. 16. De Unie moet ook streven naar een vermindering van de administratieve lasten voor marktdeelnemers en particulieren bij grensoverschrijdende verplaatsingen van onder Cites vallende producten, wanneer er weinig aanleiding is tot vrees dat deze verplaatsingen schadelijke gevolgen zouden kunnen hebben voor de betrokken soorten. Dit betreft met name muzikanten en de handel in eindproducten op basis van bepaalde Cites-soorten. 17. Door de crisissituatie rond de illegale handel in wilde dieren en planten, in combinatie met de uitbreiding van Cites met nieuwe soorten en Partijen, zijn de laatste jaren meer activiteiten onder de paraplu van Cites gaan vallen en is de werklast van het Citessecretariaat aanzienlijk toegenomen. De Unie moet met deze ontwikkelingen rekening houden wanneer zij beslist over haar prioriteiten voor de CoP17 en over de toekomstige begroting van het Cites-secretariaat. NL 7 NL