Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Vergelijkbare documenten
Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

De inrichting is gelegen aan de Graanweg 17 te Moerdijk, kadastraal bekend Klundert, sectie C, nummer 1995.

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Huidige vergunning. Verzoek tot intrekking. Bekendmaking ontwerp-beschikking III

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Het verzoek BESCHIKKING. Gebr. van Vijfeijken BV Postbus BA SOMEREN. Procedure ex artikel 8.24 Wet milieubeheer.

I. BESLISSING DE WIJZIGING. II.A. Beschrijving van de inrichting

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

WIJZIGINGSVERGUNNING WET MILIEUBEHEER

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

De verandering betreft: het plaatsen van een opslagloods ten behoeve van de opslag van non-ferro metalen.

BESLUIT AMBTSHALVE WIJZIGING OMGEVINGSVERGUNNING

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

(ONTWERP)BESLUIT AMBTSHALVE WIJZIGING OMGEVINGSVERGUNNING

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

De inrichting is gelegen aan De Schans nummers 14 en 16 te Soest, kadastraal bekend gemeente Soest, sectie A, nummers 5385 en 5387.

Reinigingsbedrijf Midden Nederland. Soest

Voor de bezwaarmogelijkheid verwijzen wij kortheidshalve naar bijgaand besluit. Een gewaarmerkt exemplaar van uw melding doen wij u hierbij toekomen.

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

2. Procedure De melding ingevolge artikel 8.19 Wet milieubeheer gedateerd 3 april 2007 is bij ons ingekomen op 4 april 2007.

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

(Ömgevingstí ienst Midden- en West-Brabant

2. Procedure De melding ingevolge artikel 8.19 Wet milieubeheer gedateerd 4 januari 2007 is bij ons ingekomen op 11 januari 2007.

2. Procedure De melding ingevolge artikel 8.19 Wet milieubeheer, gedateerd 4 december 2007, is bij ons ingekomen op 5 december 2007.

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

I. BESLISSING HET VERZOEK. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van het verzoek en de inrichting

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WET MILIEUBEHEER VOOR NV AREA REINIGING TE HOOGEVEEN

Gedeeltelijke acceptatie melding ex artikel 8.19 Wet milieubeheer

Wijziging van de vergunning ingevolge de Wet milieubeheer op verzoek van de vergunninghoudster.

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

WET MILIEUBEHEER BESCHIKKING

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

B E S C H I K K I N G Omgevingsvergunning Uitgebreide procedure Omgevingsvergunning wijzigen

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

I. BESLISSING DE AANVRAAG. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van de aanvraag

Aan deze procedure is een projectnummer gekoppeld. Gelieve bij correspondentie dit nummer (19972) te vermelden.

BIJGEVOEGDE KENNISGEVING PUBLICEREN IN: Dagblad in de regio Drunen. PER SE EDITIE VAN: 16 maart 2007

SAPA Profiles NL BV Postbus AB DRUNEN. Melding ex artikel 8.19 Wet milieubeheer

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

TEERDE STATEN VAN GELDERLAND. Ingevolge artikel 8.24 Wet milieubeheer 1 FEITEN

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

2. Procedure De melding ingevolge artikel 8.19 Wet milieubeheer gedateerd 30 augustus 2006 is bij ons ingekomen op 31 augustus 2006.

Milieuverzorging van Kaathoven BV Eversestraat SR SINT-OEDENRODE. Melding ex artikel 8.19 Wet milieubeheer

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Milieuvergunningen. Recycling Dongen BV De Leest RC DONGEN. Uitspraak Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State

Besluit melding Verordening stikstof en Natura 2000 Noord-Brabant

OMGEVINGSVERGUNNING. : het wijzigen van de grens van een inrichting bedoeld voor de zuivering van rioolwater

Het verzoek. NV Afvalverbranding Zuid-Nederland (AZN) Postbus AA MOERDIJK

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Aircraft Fuel Supply B.V. Postbus ZS Luchthaven Schiphol

De intrekking heeft betrekking op 203 schapen ouder dan 1 jaar, inclusief lammeren tot 45 kg (B1).

GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

4.. ir. Omgevingsdienst. Groningen BESLUITOMGEVINGSVERGUNNING. : Renewi Nederland B.V. verleend aan. : het verplaatsen van een opslagvoorziening

2. Procedure De melding ingevolge artikel 8.19 Wet milieubeheer, gedateerd 22 april 2008, is bij ons ingekomen op 25 april 2008.

I. BESLISSING. I.A. Algemeen

Besluit melding Verordening stikstof en Natura 2000 Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Besluit melding Verordening stikstof en Natura 2000 Noord-Brabant

Besluit melding Verordening stikstof en Natura 2000 Noord-Brabant

Beslissing. De aanvraag

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

I. SAMENVATTING BESLUIT

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WET MILIEUBEHEER VOOR CUBRI PALLET- EN HANDELSMIJ BV TE SCHOONEBEEK

provinci renthe - Aanvraagformulier d.d , ontvan gen 21 november 2014, kenmerk gemeente

Besluit melding Verordening stikstof en Natura 2000 Noord-Brabant

(ONTWERP)BESCHIKKING AMBTSHALVE INTREKKING VOORSCHRIFTEN VAN DE OMGEVINGSVERGUNNING. Schipper Recycling B.V.

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Besluit melding Verordening stikstof en Natura 2000 Noord-Brabant

Besluit melding Verordening stikstof en Natura 2000 Noord-Brabant

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Besluit melding Verordening stikstof en Natura 2000 Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

tômgevingsd/msŕ jc Midden- ca Wts-t-Brabaat

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Transcriptie:

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op het op 7 december 2005 bij hen ingekomen verzoek van het waterschap Brabantse Delta aan Bergschot 69-1 te Breda om wijziging van de voorschriften voor een rioolwaterzuiveringsinstallatie met slibverwerking aan de Biezenstraat 7 te Breda.

Brabantlaan 1 Postbus 90151 5200 MC s-hertogenbosch Telefoon (073) 681 28 12 Fax (073) 614 11 15 info@brabant.nl www.brabant.nl Bank ING 67.45.60.043 Postbank 1070176 Waterschap Brabantse Delta Postbus 5520 4801 DZ BREDA Onderwerp Beschikking ingevolge de Wet milieubeheer. Directie Ecologie Ons kenmerk 1187558 I I.A Het verzoek Beschrijving van het verzoek Op 7 december 2005 hebben wij een verzoek van het waterschap Brabantse Delta (hierna: de aanvraagster) ontvangen voor het wijzigingen van de Wet milieubeheervergunning (Wm artikel 8.24) van de rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) Nieuwveer. De inrichting is gelegen aan de Biezenstraat 7 te Breda, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie L, nummer 301 (bron: uittreksel uit de kadastrale kaart mei 2003). Het verzoek betreft: - het intrekken van de voorschriften genoemd in paragraaf 12.3 (Opslag gevaarlijke stoffen in emballage van 0 tot 10 ton) en paragraaf 12.10 (Gasflessen) uit de op 23 maart 2004 verleende revisievergunning ingevolge de Wet milieubeheer en - het toevoegen van de van toepassing zijnde voorschriften uit de PGS 15 1 voor de opslag van verpakte gevaarlijke stoffen en gasflessen aan de op 23 maart 2004 verleende Wet milieubeheervergunning. 1 Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 15: Opslag van verpakte gevaarlijke stoffen, richtlijn voor brandveiligheid, arbeidsveiligheid en milieuveiligheid. -2-

I.B Aanleiding voor het indienen van het verzoek Het verzoek is ingediend omdat de terreinindeling gewijzigd wordt. Hiervoor is, eveneens op 7 december 2005, een melding ex artikel 8.19 Wm ingediend. Deze is door ons op 12 januari 2006 geaccepteerd. Aanvraagster wil voor de opslag van verpakte gevaarlijke stoffen en gasflessen aansluiten bij de meest recente wet- en regelgeving, zijnde de PGS 15. I.C Huidige vergunningsituatie Voor de inrichting is op 23 maart 2004 een revisievergunning ingevolge de Wm verleend. Tevens hebben wij van aanvraagster de volgende meldingen ex artikel 8.19 Wm ontvangen: a. melding met betrekking tot de wijziging van de lavafilters en het aanleggen van een kortsluitvoorziening tussen de influentkelder en de effluentgoot, door ons geaccepteerd op 11 januari 2005; b. melding met betrekking tot de wijziging van de terreinindeling, door ons geaccepteerd op 12 januari 2006. II Procedure van het verzoek voor het wijzigen van de milieuvergunning II.A Ontvangst van het verzoek Het verzoek is door ons op 7 december 2005 ontvangen en is op 9 januari 2006 doorgestuurd naar de wettelijke adviseur, te weten het college van burgemeester en wethouders van Breda. II.B Bekendmaking ontwerp-beschikking De kennisgeving over de ontwerp-beschikking op het verzoek en de bijbehorende stukken is gepubliceerd in een ter plaatse verschijnend regionaal dagblad op 3 februari 2006. Vervolgens heeft de ontwerp-beschikking gedurende zes weken ter inzage gelegen, namelijk van 6 februari 2006 tot 20 maart 2006. Naar aanleiding van de ontwerp-beschikking op het verzoek zijn, binnen de door de wet gestelde termijn, geen zienswijzen of adviezen ingekomen. III Artikel 8.8 tot en met 8.10 Wet milieubeheer III.A Algemeen De artikelen 8.8 tot en met 8.10 Wm omvatten het toetsingskader voor de beslissing op het verzoek. Hierna geven wij aan hoe het verzoek zich tot dat toetsingskader verhoudt. Hierbij beperken wij ons tot die onderdelen van het toetsingskader die ook werkelijk op onze beslissing van invloed zijn. -3-

III.B Opslag van verpakte gevaarlijke stoffen (0 10 ton) III.B.1 Het kader voor de bescherming van het milieu als gevolg van opslag van verpakte gevaarlijke stoffen In de PGS 15 zijn richtlijnen opgenomen voor de opslag van verpakte gevaarlijke stoffen. Door toepassing van deze richtlijnen wordt een aanvaardbaar beschermingsniveau voor mens en milieu gerealiseerd. III.B.2 De gevolgen van de opslag van verpakte gevaarlijke stoffen Binnen de inrichting bevinden zich momenteel geen opslagen van verpakte gevaarlijke stoffen. Dit blijkt uit de bijlage die bij dit verzoek is gevoegd. Die bijlage betreft een brief van TNO aan aanvraagster (referentienummer brief: 05DV3/0918/17469). TNO heeft onderzocht of de door aanvraagster gebruikte stoffen vallen onder de noemer van verpakte gevaarlijke stoffen conform de PGS 15. Uit de brief blijkt dat geen van de gebruikte stoffen aangemerkt dient worden als een gevaarlijke stof in de zin van de PGS 15. Omdat aanvraagster niet uitsluit dat in de toekomst wel verpakte gevaarlijke stoffen worden opgeslagen, in hoeveelheden die onder de werkingssfeer van de PGS 15 vallen, worden voorschriften uit de PGS 15 opgenomen. Hierover heeft telefonisch overleg plaatsgevonden op 10 januari 2006 tussen provincie en aanvraagster. III.B.3 De in het verzoek opgenomen maatregelen en voorzieningen voor de opslag van verpakte gevaarlijke stoffen Wanneer verpakte gevaarlijke stoffen worden opgeslagen, die onder de werkingssfeer van de PGS 15 vallen, dan dient de opslagvoorziening gerealiseerd te worden conform de PGS 15. III.B.4 Beoordeling en conclusie Om te garanderen dat de opslag plaatsvindt conform de BBT (Best Beschikbare Technieken), schrijven wij de richtlijnen uit de PGS 15 voor. III.C Gasflessen III.C.1 Het kader voor de bescherming van het milieu als gevolg van opslag van gasflessen In de PGS 15 zijn richtlijnen opgenomen voor de opslag van gasflessen. Door toepassing van deze richtlijnen wordt een aanvaardbaar beschermingsniveau voor mens en milieu gerealiseerd. III.C.2 De gevolgen van de opslagactiviteiten Binnen de inrichting mogen zich de volgende gasflessen bevinden: Soort gas Inhoud per fles (l.)* Maximaal in opslag (l.)* Gevaarsaspect Acetyleen 60 120 Brandbaar Zuurstof 90 270 Brandbevorderend Propaan 9 27 Brandbaar Stikstof 60 60 Verstikkend LPG 25 25 Brandbaar *: liters waterinhoud. -4-

III.C.3 De in het verzoek opgenomen maatregelen en voorzieningen voor de opslag van gasflessen De opslag wordt gerealiseerd conform de PGS 15. III.C.4 Beoordeling en conclusie Om te garanderen dat de opslag plaatsvindt conform de BBT, schrijven wij de richtlijnen uit de PGS 15 voor. IV Besluit Gelet op het voorgaande en de ter zake geldende wettelijke bepalingen besluiten wij: a. De voorschriften in paragraaf 12.3 van de vigerende vergunning ingevolge de Wet milieubeheer verleend op 23 maart 2004 onder nummer 937537 te vervangen door; Algemeen 12.3.1 De opslag dient te voldoen aan het gestelde in de voorschriften 3.1.1, 3.1.2, 3.1.3, 3.1.4, 3.1.6, 3.2.3.1, 3.2.4.2, 3.2.4.3, 3.2.4.4, 3.7.1, 3.9.1, 3.21.1 en 3.23.1 van de richtlijn PGS 15. 12.3.2 Lege, ongereinigde verpakkingen van gevaarlijke stoffen moeten worden opgeslagen overeenkomstig de voorschriften voor volle verpakkingen van gevaarlijke stoffen van deze vergunning. Inpandige opslagvoorziening 12.3.3 De opslagvoorziening dient te voldoen aan het gestelde in de voorschriften 3.2.1.1, 3.2.1.2, 3.2.1.3, 3.2.1.4, 3.2.1.5, 3.10.1, 3.10.2 en 3.16.1 van de richtlijn PGS 15. Uitpandige opslagvoorziening 12.3.4 De opslagvoorziening dient te voldoen aan het gestelde in de voorschriften 3.2.2.1, 3.2.2.2, 3.8.1, 3.16.1 en 3.20.1 van de richtlijn PGS 15. 12.3.5 Indien blijkt dat op grond van de NEN 1014 een bliksembeveiligingsinstallatie nodig is voor de opslagvoorziening, dan dient de opslagvoorziening voorzien te zijn van een bliksembeveiligingsinstallatie die voldoet aan de norm NEN 1014. Stellingen 12.3.6 Stellingen in een opslagvoorziening moeten voldoen aan de voorschriften 3.4.1, 3.4.2, 3.4.3, 3.4.4 en 3.4.5 van de richtlijn PGS 15. Verpakking en etikettering 12.3.7 De verpakking en etikettering van verpakte gevaarlijke stoffen moeten voldoen aan de voorschriften 3.11.1, 3.11.2, 3.11.3 en 3.11.4 van de richtlijn PGS 15. -5-

Gebruik opslagvoorziening 12.3.8 Het gebruik van verpakte gevaarlijke stoffen in opslagvoorzieningen moet voldoen aan de voorschriften 3.12.1, 3.13.1, 3.13.2, 3.13.3, 3.13.4, 3.13.5, 3.14.1, 3.14.3, 3.15.1, 3.16.1, 3.16.2, 3.17.1 en 3.18.1van de richtlijn PGS 15. 12.3.9 Voor elke 200 m² vloeroppervlakte van een opslagvoorziening, of een gedeelte hiervan, moet ten minste één draagbaar blustoestel aanwezig zijn met een vulling van ten minste 6 kg of liter blusstof. Het blustoestel moet tegen weersinvloeden zijn beschermd. Het gekozen type blustoestel moet geschikt zijn om een beginnende brand van de opgeslagen stoffen te blussen. b. De voorschriften in paragraaf 12.10 van de vigerende vergunning ingevolge de Wet milieubeheer verleend op 23 maart 2004 onder nummer 937537 te vervangen door; Algemeen 12.10.1 De opslag van gasflessen dient te voldoen aan het gestelde in de voorschriften 3.1.1, 3.1.3, 3.2.4.2, 3.2.4.3, 3.2.4.4, 3.7.1, 3.21.1, 3.23.1, 6.2.1, 6.2.3, 6.2.4, 6.2.5, 6.2.6, 6.2.7, 6.2.8, 6.2.9, 6.2.10, 6.2.11, 6.2.12, 6.2.13, 6.2.14, 6.2.15 en 6.2.16 van de richtlijn PGS 15. 12.10.2 Lege gasflessen moeten worden opgeslagen overeenkomstig de voorschriften voor volle gasflessen van deze vergunning. Uitpandige opslagvoorziening 12.10.3 De opslagvoorziening voor gasflessen dient te voldoen aan het gestelde in de voorschriften 3.2.2.1, 3.2.2.2, 3.16.1 en 3.20.1 van de richtlijn PGS 15. Verpakking en etikettering 12.10.4 De verpakking en etikettering van de gassen moeten voldoen aan de voorschriften 3.11.1, 3.11.2, 3.11.3 en 3.11.4 van de richtlijn PGS 15. Gebruik opslagvoorziening 12.10.5 Bij het gebruik van gasflessen in een opslagvoorziening moet voldaan worden aan de voorschriften 3.15.1, 3.16.1 en 3.16.2 van de richtlijn PGS 15. 12.10.6 Voor elke 200 m 2 vloeroppervlakte van een opslagvoorziening, of een gedeelte hiervan, moet ten minste één draagbaar blustoestel aanwezig zijn met een vulling van ten minste 6 kg of liter blusstof. Het blustoestel moet tegen weersinvloeden zijn beschermd. Het gekozen type blustoestel moet geschikt zijn om een beginnende brand van de opgeslagen stoffen te blussen. -6-

c. Het begrip CPR 15-1 uit de begrippenlijst van de vigerende vergunning ingevolge de Wet milieubeheer verleend op 23 maart 2004 onder nummer 937537 te vervangen door het begrip PGS 15. Dat betekent voor de in deze beschikking opgenomen voorschriften, dat de begrippen van toepassing zijn zoals die zijn opgenomen in de PGS 15 onder hoofdstuk 10 Begrippenlijst op pagina 59; d. het origineel van dit besluit te zenden aan het waterschap Brabantse Delta, Postbus 5520, 4801 DZ Breda en een afschrift te zenden aan: - het college van burgemeester en wethouders van Breda, Postbus 90156, 4800 RH Breda; - Regionale Milieudienst West-Brabant, Postbus 16, 4700 AA Roosendaal; e. deze beschikking bekend te maken op 28 april 2006. s-hertogenbosch, 19 april 2006. Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, namens deze, ir. J.P.M. van Erdewijk, bureauhoofd Bouw, Voedingsmiddelen en Metaal. -7-