Niets zo goed voor kleine kinderen om lekker buiten te spelen en de natuur te ontdekken. Je wilt ze graag lekker zelf aan laten rommelen. Dit betekent echter wel dat je er op moet kunnen vertrouwen dat ze dit kunnen doen in een veilige omgeving. Hoe weet je of jullie tuin veilig is? Hier onder vind je alles op één lijst. Uitprinten en afvinken maar!
Veilig hek om de tuin. Zodat uw kind niet bij de buren in onveilige situaties kan komen. Weet waar regenwater in kan zijn gelopen. Zoals lege bakken en dergelijke. Leeg deze dingen direct voordat uw kind de tuin ingaat. Badje in tuin: telefoon buiten. Zodat u niet naar binnen hoeft om de telefoon op te nemen. Als dat wel moet, neem dan altijd uw kind mee. Opblaasbadje en emmers: direct na gebruik legen en opbergen. Zodat ze niet vol kunnen lopen met regenwater. Veilig gebruik vijver/ jacuzzi/ zwembad Planten in huis en tuin: soort bekend. Weet welke planten er in uw huis en tuin staan. Sommige veelvoorkomende plantensoorten zijn erg giftig. Kunt u niet op internet vinden welke planten u in uw huis of tuin hebt staan, neem er dan een foto van en pluk een blad en bloem of vrucht en neem ze mee naar het lokale tuincentrum. Daar kunnen ze u zeer waarschijnlijk de naam van de plant vertellen. Ga er niet van uit dat iets niet giftig is alleen omdat u er vogels of andere beesten van ziet eten. Planten: uitleg aan kinderen over veilig gedrag. Uw kinderen weten dat zij iets van buiten nooit mogen eten zonder het eerst aan u te vragen.
Tuin: paddenstoelen verwijderen. Draag bij het verwijderen hiervan handschoenen. De tuin Onkruidverdelger/insecticide en planten (Don t) gespoten? Laat kinderen hier niet spelen. Groentekas in tuin: veiligheidsglas. Of scherm de kas af met een hek, zodat kinderen er niet bij kunnen. Grasmaaiers: alleen door volwassenen te gebruiken. Dit geldt ook voor snoeischaren, randenknippers en dergelijke. tuin no-gozone (verboden gebied) voor jonge kind tijdens het maaien. Laat kinderen jonger dan zes jaar niet in de tuin tijdens het maaien. Speeltoestellen: Grond onder speeltoestellen is zacht. o Harde opgedroogde modder, stenen en asfalt zorgen niet voor een zachte landing en vergroten de kans op letsel. Een landing op rubber, hout snippers of los zand zorgt ervoor dat als uw kind valt, er een kleinere kans is dat hij ernstig letsel oploopt. o De zachte ondergrond moet aan alle kanten van het speeltoestel 1,8 meter uitsteken. o Hoe hoger het speeltoestel, hoe dieper de zachte ondergrond moet zijn (15 of 30 cm voor toestellen tot respectievelijk 1,5 en 2,3 meter). Speeltoestellen voor peuters: lager dan 0,9 meter. Speeltoestellen voor kleuters: lager dan 1,5 meter. Schommelen baby/jonge kindje: niet te hoog. Als u uw baby of nog jonge kindje in een schommel duwt, duw hem dan niet te hoog. Door
zijn relatief grote hoofd en gebrekkige motoriek tuimelt hij er gemakkelijk uit en is er een grotere kans dat hij op zijn hoofd belandt. Springtouw: geef kinderen uitleg over veilig gebruik. Sta niet toe dat ze touwen, sjaals en dergelijke vastbinden aan glijbanen en andere speeltuintoestellen. Sjaal, capuchon, helm, etc.: niet dragen bij speeltoestellen (glijbaan, klimrek). Wees u ervan bewust dat een kind zich per ongeluk kan verhangen aan bijvoorbeeld een ketting, sjaal, capuchon of helm. Zorg er daarom voor dat uw kind deze niet draagt als hij speelt op speeltoestellen of dat u uw kind altijd in het zicht houdt. Onthoud dat verhanging een stille gebeurtenis is. Trampoline: Continue toezicht. Let altijd op als uw kinderen op een trampoline springen. Eén kind per keer. Toch meerdere kinderen: gewichtsverschil klein. Indien u toch meerdere kinderen samen wilt laten springen, voorkom dat dat er een te groot gewichtsverschil (leeftijdsverschil) tussen de springende kinderen is. Het kleinste kind krijgt namelijk meer krachten op zijn lijfje te verduren dan dat het aan kan en is daar door altijd degene die gewond raakt. Veiligheidsmat: andere kleur dan springgedeelte. o Veiligheidsmat: over stalen buitenrand én de veren. o Veiligheidsnet: aan binnenzijde van veren gespannen. Zodat uw kinderen niet op de veren kunnen springen. Als u geen veiligheidsnet wilt gebruiken, graaf de trampoline dan in de grond en houd rondom een vrije valzone van 2,5 meter aan waar geen bomen, waslijnen, fietsjes en ander speelgoed of voorwerpen staan. Deze vrijevalzone heeft een zachte ondergrond nodig, zoals los zand, rubber of houtsnippers (dus geen harde opgedroogde modder, hard gras, stenen, etc.). Trampolinegebruik: o Geen acrobatische sprongen (salto s etc.).
o Niet onder trampoline kruipen. o Niet van trampoline afspringen. Leer uw kind bij het ontbreken van een net om niet van de trampoline af te springen. Barbeque: no-gozone (verboden gebied) voor kinderen Zorg ervoor dat kinderen niet in de buurt van de barbecue spelen, leg uit dat dit gevaarlijk kan zijn. Barbecue: spiritus en benzine niet gebruiken. In verband met steekvlam. Lampenolie: veilig opbergen. Lampenolie is vaak mooi gekleurd en erg aantrekkelijk voor kinderen. Hij is echter ook giftig. Berg ook de lampen gevuld met lampenolie na gebruik veilig op.