Zorgmodule Intensief Kort Ambulant Zorgaanspraak: Zorgaanbieder: Jeugdhulp Thuis Individueel Entréa HULPVRAAG Doelgroepen De doelgroep bestaat uit in Gelderland-Zuid woonachtige gezinnen waarvan één of meerdere normaal begaafde jeugdigen van 0 tot 18 jaar is (zijn) aangemeld voor kortdurende ambulante hulp van Entréa. De module Intensief Kort Ambulant is bedoeld voor gezinnen die in een (acute) crisissituatie verkeren. Het gezin heeft hulp nodig om uit de crisissituatie te komen, dan wel de reeds bestaande hulp stagneert vanwege de crisis. De kern van de crisis wordt bepaald door pedagogische problematiek waarbij tenminste één kind in de leeftijd van 0 tot 18 jaar betrokken is. Het gezin kan de ervaren opvoedingsproblemen niet meer op eigen kracht aan en bij de gezinsleden leeft het idee dat ze op deze wijze niet meer verder kunnen. De kern van de problemen in de gezinssituatie kan verschillende oorzaken hebben, maar centraal staan de opvoedings- en gedragsproblemen en de noodzaak én mogelijkheid deze thuis op te lossen. Als gevolg van de aanwezige problematiek zijn de onderlinge relaties in het gezin vaak verstoord, is er veel onderlinge ruzie en verloopt de communicatie in het gezin slecht. Daardoor is er sprake van een (dreigende) ontwikkelingsachterstand bij één of meerdere kinderen op één of meerdere gebieden. Doelstellingen. Binnen deze zorgmodule worden de doelen vastgesteld door het gezin, de ambulant medewerker en de casemanager van BJz. De doelen uit de indicatiestelling vormen daarbij het uitgangspunt. Deze doelen zijn veelal afkomstig uit de KWIS-domeinen gezin, gedrag en emotie en zijn geformuleerd in eindtermen per KWIS-domein. Voorbeelden van doelen zijn: Gezin - de crisissituatie is beëindigd; - de opvoeders zijn in staat de gezinstaken weer zelfstandig uit te voeren; - de communicatie tussen de gezinsleden is verbeterd; - het verbale geweld in het gezin is sterk afgenomen; - lichamelijke en/of geestelijke en/of seksuele mishandeling in het gezin is/zijn gestopt; - de opvoeders kunnen adequaat reageren op het gedrag van de jeugdige(n); - de feitelijke onveiligheid in het gezin is sterk afgenomen; - de opvoeders staan de jeugdige(n) toe weer thuis te wonen. Gedrag - de jeugdige(n) accepteert hiërarchie en gezag; - de jeugdige(n) heeft controle over zijn gedrag; - de gezinsleden houden zich aan de met elkaar gemaakte afspraken;
- de jeugdige gaat weer regelmatig naar school. Emotie - de opvoeders voelen zich weer zeker in hun opvoedingsvaardigheden; - de ervaren onveiligheid onder de gezinsleden is sterk afgenomen; - de jeugdige ervaart dat er naar hem wordt geluisterd. De ambulant medewerker inventariseert en concretiseert vervolgens met elk gezinslid individueel de doelen waaraan zij willen werken, waarna een uitwisseling tussen de gezinsleden plaatsvindt. Vervolgens worden aan de hand hiervan concrete afspraken gemaakt met de gezinsleden hoe zij gaan werken aan het verbeteren van de opvoedingssituatie en het oplossen van de crisis. Indicaties en contra-indicaties Indicaties: - het gezin is afkomstig uit Gelderland-Zuid; - het gezin verkeert in een (acute) crisis waarbij tenminste één jeugdige van 0 18 jaar is betrokken; - centraal in de crisis staan de opvoedings- en gedragsproblemen en de noodzaak én mogelijkheid deze thuis op te lossen; - tenminste één van de ouders/opvoeders is gemotiveerd aan de crisissituatie thuis met hulp iets te veranderen; - de ouders beheersen de Nederlandse taal voldoende om aanwijzingen en adviezen van de hulpverlener vlot te kunnen begrijpen en op te volgen. Contra-indicaties: - de aangemelde jeugdige(n) woont niet meer thuis of wordt binnenkort uithuis geplaatst, of de problemen in het gezin zijn zo ernstig, dat deze alleen door een uithuisplaatsing van de aangemelde jeugdige(n) opgelost kunnen worden; - er is bij de jeugdige(n) en/of bij de opvoeder(s) sprake van een IQ < 80; - er is bij de jeugdige en/of bij de overige gezinsleden sprake van een te overheersende psychiatrische problematiek of verslavingsproblematiek; - er is bij de jeugdige en/of een van de andere gezinsleden sprake van (te) moeilijk hanteerbaar gedrag, een te geringe agressieregulatie die niet hanteerbaar is in het gezin en waarvan niet verwacht kan worden dat hierin op korte termijn verandering komt; - er is geen minimale motivatie aanwezig bij de aangemelde jeugdige of opvoeders; - de aangemelde jeugdige(n) is niet bereid regels te accepteren en/of zich aan afspraken te houden. - er is geen biologische, pleeg- of adoptiefouder in de thuissituatie aanwezig; - de veiligheid van de gezinsleden en/of de ambulant medewerker kan niet gegarandeerd worden. HULPAANBOD Visie Een jeugdige heeft recht op (geïndiceerde) jeugdzorg wanneer dit noodzakelijk wordt geacht voor zijn ontwikkeling. De zorg dient zo tijdig mogelijk plaats te vinden, zo licht mogelijk van aard te zijn, zo kort mogelijk te duren en zo dicht mogelijk bij huis geboden te worden. De module Intensief Kort Ambulant is bedoeld voor die gezinnen die in een crisissituatie verkeren en intensieve kortdurende ambulante hulp nodig hebben om de oorzaak van de crisis te
analyseren, te komen tot oplossingen en het weer aanboren van de eigen competenties, om van daaruit het verstoorde evenwicht in het gezin te herstellen. De module richt zich op het gezin als opvoedingssituatie van de jeugdige(n). Dit betekent dat er binnen het gezin voldoende mogelijkheden aanwezig dienen te zijn om de problemen binnen het gezin te kunnen bewerken en oplossen zonder dat de veiligheid van de jeugdige(n) daarbij in het geding is. De noodzaak van een acute uithuisplaatsing is een contra-indicatie voor de module Intensief Kort Ambulant, al zijn er wel mogelijkheden om een time-out te bieden als daarmee de rust geboden kan worden om tot een oplossing te kunnen komen. Het is echter van belang de verstoring van het evenwicht binnen het gezin zoveel mogelijk te benutten om positieve veranderingen te bewerkstelligen. Het kenmerk van de module Intensief Kort Ambulant is inzet van snelle, intensieve, flexibele en kortdurende ambulante hulp. Daartoe moeten ouders gedurende de duur van de module voldoende beschikbaar zijn voor zowel de gesprekken en coaching alsook voor de uitvoering van de gemaakte afspraken. Intensief Kort Ambulant is gebaseerd op het idee dat het mogelijk is om escalaties te voorkomen door in een crisissituatie in het gezin gedurende korte tijd intensief te werken aan het vergroten van de competenties van de gezinsleden c.q. effectieve oplossingen te stimuleren. De (acute) crisis is een element dat extra mogelijkheden tot verandering biedt. Wanneer gezinsleden deze crisis ervaren zijn ze tijdelijk extra gemotiveerd en in staat om op korte termijn ander gedrag aan te leren. De ouders/verzorgers zijn en blijven primair verantwoordelijk voor de opvoeding van de jeugdige(n) en de individuele gezinsleden zijn verantwoordelijk voor het uitvoeren van hun wens tot verandering. De hulp is gericht op het gehele gezin en wordt zoveel mogelijk in overleg met de gezinsleden aangeboden en in samenwerking met hen vormgegeven. De doelen die het gezin presenteert staan centraal. Rol en houding ambulant medewerker Intensief Kort ambulant richt zich op het vergroten van de competentie van de gezinsleden, waarbij vooral wordt ingezet op de vaardigheden die de gezinsleden bezitten. De hulp vindt plaats in het gezin, daar waar de oplossing gevonden moet worden. Intensief Kort ambulant ziet de crisis als extra mogelijkheid tot verandering in het gezin. Hierbij is de houding van de ambulant medewerker van groot belang. In deze basishouding zal de ambulant medewerker de volgende uitgangspunten hanteren: - de hulpvragen van het gezin staan centraal; - het gezin houdt de regie in handen; - de ambulant medewerker erkent dat de ouders zelf het meest ervaren zijn m.b.t. hun kinderen en hun situatie en dat ze hiervoor zelf verantwoordelijk zijn; - de ambulant medewerker respecteert de normen en waarden van het gezin; - de ambulant medewerker gaat uit van de wil tot verandering van het gezin; - de ambulant medewerker kiest t.a.v. de gezinsleden een ondersteunende/structurerende en motiverende/aanmoedigende rol; - de ambulant medewerker is 5 dagen per week tijdens kantoortijden beschikbaar en bereikbaar voor het gezin, en op indicatie ook buiten kantoortijden. Rol overige betrokkenen. De behandelcoördinator is eindverantwoordelijke voor: - de aanmeldingsgesprekken; - de inschatting van de benodigde hulp en het verloop van het hulpverleningstraject; - de inhoudelijke werkbegeleiding van de ambulant medewerkers; - het opstellen van de eindverslagen;
- de methodiekontwikkeling. De afdelingsmanager: - faciliteert de medewerkers; - is leidinggevende van de medewerkers; - geeft dagelijkse organisatorische leiding aan de unit; - is eindverantwoordelijk voor de organisatie van de hulp; - onderhoudt contacten met plaatsers over de werkwijze; - informeert potentiële aanmelders. De collega-ambulant medewerker: - voert de tussenevaluatie in het gezin uit, in aanwezigheid van de ambulant medewerker die in het gezin werkzaam is. De inhoudelijke werkbegeleiding van de ambulant medewerkers wordt verzorgd door de behandelcoördinator en vindt minimaal eens per week plaats. De werkbegeleiding is individueel gericht. Tweemaal per maand vindt de teamvergadering plaats onder voorzitterschap van de afdelingsmanager. Hier worden inhoudelijke, organisatorische en praktische zaken besproken. Aanwezig hierbij zijn alle ambulant medewerkers en de behandelcoördinator. Methodiek Intensief Kort ambulant is gebaseerd op de crisistheorie, die ervan uitgaat dat: - er in een crisis sprake is van een situatie waarbij mensen tijdelijk niet in staat zijn hun competenties en bronnen aan te boren; - elk gezin in staat is tot oplossingen voor de problemen te komen. De (acute) crisis is een element dat extra mogelijkheden tot verandering en creativiteit biedt, vanwege de extra motivatie van mensen tot een oplossing te komen. Intensief Kort ambulant stelt zich ten doel de aanwezige competenties te vergroten en daarmee een mogelijke uithuisplaatsing van een jeugdige te voorkomen. In de crisissituatie wordt gedurende 6 tot 8 weken intensief in het gezin gewerkt aan het vergroten van de competenties van de gezinsleden. Halverwege deze periode vindt de tussenevaluatie plaats in het gezin. Tijdens deze evaluatie wordt besproken welke resultaten al zijn geboekt en wat nog aandacht van de gezinsleden vraagt voor de daaropvolgende periode. Het gezin wordt ondersteund in het oplossen van problemen die dermate veel energie kosten dat de opvoeding van de jeugdige(n) daardoor in het gedrang komt. De inzet van de ambulant werker vindt snel, krachtig, flexibel en kort plaats. Er wordt gebruik gemaakt van een aantal technieken uit de leertheorie en de systeemtheorie en basale vaardigheden worden getraind: - algemene interventies als ordenen, structureren, verhelderen; - technieken als actief luisteren, ondersteunende ik-boodschappen; - technieken om informatie te verzamelen. Hierbij wordt o.a. gebruik gemaakt van doelkaarten en genogrammen, het aanbrengen van prioriteiten in de geformuleerde doelen om uiteindelijke werkpunten te kunnen opstellen; - technieken voor het aanleren van sociale vaardigheden, gedragsoefeningen; - technieken voor het leren oplossen van problemen, onderscheiden van storende en helpende gedachten (vanuit de Rationele Emotieve Therapie);
- technieken m.b.t. het leren van vaardigheden voor het adequaat omgaan met emoties, zoals inzet van de agressiethermometer die de gebruiker in staat stelt op tijd alternatief gedrag aan te wenden. De aard van de interventies is doorgaans gericht op het weer positief laten verlopen van de communicatie in het gezin, het vergroten van sociale vaardigheden, het vergroten van het probleemoplossend vermogen van het gezin en het tijdelijk ondersteunen van ouders in hun gezins-/oudertaken. Daar waar de ambulant medewerker signaleert dat meer specialistische hulp nodig is (van schuldsanering of specialistische gezinshulp tot bijvoorbeeld de geestelijke gezondheidszorg), zal hij proberen de jeugdige(n) en ouders te motiveren tot het accepteren van gespecialiseerde (vervolg)hulp. Voor verdere informatie over methodische uitgangspunten en theoretische achtergronden wordt verwezen naar de onderstaande literatuur: - Spanjaard, H.J.M. & Haspels M.J.G. Families First; Handleiding voor gezinsmedewerkers. Utrecht 2005. NIZW. - Brinkman, F., Van Den Berg, R.,. Crisishulpverlening. Houten 2003. Bohn Stafleu. Duur en frequentie De module Intensief Kort ambulant biedt maximaal 8 weken intensieve ambulante hulp in het gezin. De hulp wordt beëindigd wanneer: - de doelen zijn gerealiseerd; - de maximale duur is verstreken; - er alsnog sprake blijkt van contra-indicaties. De ambulant medewerker bezoekt een aantal keren per week het gezin. De hulp vindt in principe plaats tijdens kantoortijden. Op indicatie bestaat de mogelijkheid daarvan af te wijken. De frequentie en intensiteit zullen in de loop van de weken geleidelijk afnemen, waarbij steeds meer een appèl gedaan zal worden op het toegenomen probleemoplossende vermogen van het gezinssysteem.