Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) Bronhouders- en afnemersoverleg (BAO) Hofstraat 110 Postbus 9046 7300 GH Apeldoorn Telefoon (088) 183 3400 Toelichting kwaliteitsrapportage september 2015 Inhoud 1 Inleiding 2 2 Postcodes en nummeraanduidingen 3 2.1 Ongeldige postcodes volgens PostNL (tabblad QA_NUM_PCD_Ongeldig)*... 3 2.2 Adresseerbare objecten met dezelfde postcode-huisnummer combinatie en een verschillende openbare ruimte (tabblad QA_NUM_PCD_Conflict)*... 3 2.3 Identieke nummeraanduidingen met dezelfde niet-historische status (tabblad QA_NUM_PCD_Dubbel)*... 4 2.4 4-cijferige postcodes die over meerdere woonplaatsen (tabblad QA_NUM_PCD4_WPL_Ongeldig)*... 5 2.5 Verschillende postcode-huisnummer-huisletter/huisnummertoevoeging combinaties (tabblad QA_NUM_PCD_HNR_Conflict)*... 7 2.6 Objecten zonder postcode (tabblad QA_NUM_PCD_Ontbreekt)*... 7 2.7 Nevenadressen aan dezelfde openbare ruimte als het hoofdadres (tabblad QA_ADO_PCD_Nevenadres)*... 8 2.8 Onlogische reeksen in huisletter en huisnummertoevoegingenveld (tabblad QA_NUM_Gebruik_Huisnrtoev)*... 8 3 Objecten in onderzoek en geconstateerd 10 3.1 Gegevens in onderzoek (tabblad QA_OBJ_PCD_In_Onderzoek)*... 10 3.2 Objecten die langer dan 6 maanden op geconstateerd staan (tabblad QA_OBJ_Geconstateerd)*... 10 4 Statusconflicten 12 4.1 Verkeerde statuscombinaties van panden, verblijfsobjecten en nummeraanduidingen (tabblad QA_OBJ_Statusconflict)*... 12 4.2 Nummeraanduidingen zonder adresseerbaar object (tabblad QA_NUM_Zonder_ADO en te downloaden in Mijn Kadaster) *... 14 5 Bouwjaren, oppervlaktes, gebruiksdoelen 15 5.1 Onwaarschijnlijke bouwjaren (tabblad QA_PND_OnwaarschijnlijkBouwjaar en te downloaden in Mijn Kadaster)*... 15 5.2 Bouwjaren en datum inmeting pand verschilt (tabblad QA_Bouwjaar_Datum_Ingemeten)*... 15 5.3 Gebruiksoppervlakten (tabblad QA_VBO_GDL_Oppervlakte)*... 16 6 Geometrie 17 6.1 Verblijfsobjecten buiten pandgeometrie (tabblad QA_VBO_niet_in_Pand en te downloaden in Mijn Kadaster)*... 17 Blad 1 van 18
6.2 Afwijkende relatering adresseerbaar object aan woonplaats (tabblad QA_ADO_Afwijkende_woonplaats)*... 17 1 Inleiding De kwaliteit van de BAG is een belangrijke voorwaarde voor het gebruik ervan. Daarom ontvangt u regelmatig rapportages met opvallende BAG gegevens om u te ondersteunen bij het beheer van de BAG. De rapportage wordt niet gebruikt om uw BAG te beoordelen. Wel geven de rapportages in grote lijnen inzicht in het aantal opvallende gegevens en of er nieuwe gevallen bij komen en hoeveel er worden gecorrigeerd. Daarom herhalen we iedere analyse minstens één keer per jaar. In deze toelichting vindt u uitleg over de verschillende analyses. Het is nu ook mogelijk om sommige analyses te downloaden in Mijn Kadaster. Uitleg over hoe en waar u de rapportage kunt downloaden vindt u op de quick reference cards op de internetpagina BAG rapportages. Uitleg kwaliteitsrapportage (excelbestand) en toelichting De onderwerpen in dit document zijn gerangschikt per thema. Onderwerpen die in de vorige rapportage waren meegenomen zijn gemarkeerd met een * in de titel. Ieder tabblad in het excelbestand bevat de resultaten van een bepaald onderwerp. In de tabbladen vindt u de objecten die volgens ons opvallende of foute gegevens bevatten. Bij de objecten staan de bijbehorende identificatiecodes. Bij nieuwe gevallen t.o.v. de vorige rapportage staat NIEUW in de kolom NIEUW_BESTAAND. Als u de gegevens in de vorige rapportage al heeft gecontroleerd hoeft u dus alleen naar de nieuwe gegevens te kijken. Ook al zijn de oude gegevens juist, we kunnen deze helaas niet weglaten uit de rapportage. De peildatum van de rapportage die u per mail ontvangt is de 8 e van de maand september. We verzoeken u de gegevens in de rapportage te controleren en eventueel aan te passen. Hoe u dit doet en hoe u fouten in de toekomst voorkomt, vindt u in dit document. Voor het corrigeren van de gegevens verwijzen we regelmatig naar het BAG Processenhandboek en het document BAG vraag en antwoord. Als wij naar uw mening iets over het hoofd hebben gezien dan stellen wij het op prijs dat van u te vernemen. Tabblad _overzicht Dit tabblad is een samenvatting. Hier vindt u voor uw gemeente hoeveel bevindingen in de verschillende tabbladen staan. Blad 2 van 18
2 Postcodes en nummeraanduidingen De postcode wordt door veel afnemers gebruikt en daarom is dit een belangrijk onderdeel van de kwaliteitsrapportage. Bij wijzigingen in postcodes adviseren we u om vooraf met uw collega s van de BRP (Basisregistratie personen) te bespreken hoe zij deze correcties zullen verwerken, vanwege de eventuele doorwerking in hun processen en die van hun afnemers. 2.1 Ongeldige postcodes volgens PostNL (tabblad QA_NUM_PCD_Ongeldig)* PostNL is eigenaar van de postcodes en geeft deze uit. De combinaties van postcode+huisnummer+(huisletter)+huisnummertoevoeging in bovengenoemd tabblad komen niet voor in de tabellen van PostNL. Dit vormt een probleem omdat de postcodes onrechtmatig geregistreerd zijn en bewoners van deze adressen geen post kunnen ontvangen. Ook kan het voorkomen dat ten onrechte gepubliceerde postcodes in de BAG inmiddels aan andere adressen zijn toegekend. Dit komt voor bij sloop/nieuwbouw. Controleer de postcode met het bericht van PostNL, misschien is er sprake van een typefout. U kunt dit eventueel verifiëren met uw PostNL contactpersoon. U kunt de postcode aanpassen volgens het proces 7.3.2 muteren gegevens nummeraanduiding in het Processenhandboek. Als de postcode wel overeenkomt met het bericht van PostNL, verzoekt PostNL om contact op te nemen en het bericht op te sturen. Als u geen bericht heeft, verzoeken we u om een postcode aan te vragen bij PostNL. Ook als een nummeraanduiding ooit is ingetrokken maar het huisnummer opnieuw is gebruikt voor een andere nummeraanduiding, dient u een nieuwe postcode aan te vragen. Verblijfsobjecten met gebruiksdoel overig krijgen geen postcode. Als deze verblijfsobjecten in bovengenoemd tabblad staan, verzoeken we u om deze postcode te verwijderen. Om de aanvraag te versnellen adviseert PostNL om de volgende zaken mee te sturen: huisnummerbesluit, situatietekening en gebruiksdoel. Voorkom typefouten en vraag altijd een postcode aan bij een nieuwe nummeraanduiding, zoals beschreven staat in het Convenant inzake postcodes. 2.2 Adresseerbare objecten met dezelfde postcode-huisnummer combinatie en een verschillende openbare ruimte (tabblad QA_NUM_PCD_Conflict)* Blad 3 van 18
Samen met het huisnummer vormt de postcode een unieke code voor elk adres. In de rapportage vindt u dezelfde postcode-huisnummer combinaties in verschillende openbare ruimten. We adviseren om eerst o.b.v. de berichten van PostNL te controleren of de juiste postcode is opgevoerd. Indien nodig vraagt u, of een andere bevoegd ambtenaar, nieuwe postcodes aan. U kunt ook een nieuw bericht aanvragen als u niet zeker bent of het bericht van PostNL dat u heeft, klopt of nog bruikbaar is als brondocument. De gebeurtenis ontvangst toegekende postcode van PostNL in paragraaf 2.2.3 van het Processenhandboek is hierop van toepassing. U wijzigt de gegevens volgens het proces 7.3.2 muteren gegevens nummeraanduiding zoals beschreven staat in het Processenhandboek. Altijd via PostNL een postcode aanvragen en deze juist verwerken om te voorkomen dat er dezelfde postcode-huisnummer combinaties opgenomen worden in de BAG. 2.3 Identieke nummeraanduidingen met dezelfde niet-historische status (tabblad QA_NUM_PCD_Dubbel)* Identieke postcode-huisnummer-huisnummerletter/-toevoeging combinaties in dezelfde openbare ruimte, bij actuele verblijfsobjecten (d.w.z. verblijfsobjecten met de status in gebruik, in gebruik (niet ingemeten) en gevormd). Verblijfsobjecten met de status gevormd en in gebruik / in gebruik (niet ingemeten) kunnen naast elkaar bestaan, maar we kijken naar verblijfsobjecten met de status gevormd en een ingangsdatum vóór 2012. Dit kan wijzen op verblijfsobjecten die vergeten zijn om ingetrokken te worden. Ten opzichte van de vorige rapportages hebben we hier een nieuwe analyse aan toegevoegd: het kan voorkomen dat een postcode-huisnummer-huisletter/-toevoeging combinatie dubbel voorkomt, maar waarbij de huisletter of toevoeging in een verschillend veld staat. Bijv. huisnummer 434 H: in het ene voorkomen staat de H in het huisletterveld en bij het tweede voorkomen staat de H in het huisnummertoevoegingenveld. Blad 4 van 18
Controleer of de verblijfsobjectstatussen kloppen en of het inderdaad gaat om twee dezelfde actuele nummeraanduidingen. Zo ja, verwijder dan één van de twee nummeraanduidingen. Zo nee, pas de verblijfsobject statussen aan en/of corrigeer de foute nummeraanduiding. U kunt makkelijk bij elkaar horende nummeraanduidingen vinden in het excelbestand door eerst te sorteren op postcode en dan op huisnummer. Afhankelijk van de situatie zijn de processen 7.1.6 afvoeren verblijfsobject, 7.2.3 afvoeren standplaats, 7.2.6 afvoeren ligplaats, 7.2.3 muteren gegevens nummeraanduiding, 7.3.3 afvoeren nummeraanduiding uit het Processenhandboek van toepassing. Voorkom typefouten en ken de juiste statussen toe aan verblijfsobjecten. Trek verblijfsobjecten in wanneer bij nieuwbouw, verbouwing of splitsing een verblijfsobject verdwijnt zodat deze niet naast het nieuwe verblijfsobject blijft bestaan. Verblijfsobjecten die ontstaan bij een ingrijpende verbouwing, splitsing of samenvoeging krijgen de status gevormd wanneer de vergunning wordt verleend. Zie het Processenhandboek par. 2.4.3 en 2.4.4. Nummeraanduidingen die geen relatie hebben met een verblijfsobject kunnen bestaan naast verblijfsobjecten met dezelfde nummeraanduiding. Bij onderwerp 6.1 vindt u deze losse nummeraanduidingen en de werkwijze om ze in te trekken. 2.4 4-cijferige postcodes die over meerdere woonplaatsen (tabblad QA_NUM_PCD4_WPL_Ongeldig)* Het woonplaatsbeginsel is leidend in het postcodesysteem. Dat wil zeggen dat postcodes uniek zijn per woonplaats. In deze analyse hebben we de postcodes per wijk en woonplaats die bekend zijn bij PostNL vergeleken met de BAG. Op het tabblad staan de postcodes die in een andere woonplaats voorkomen dan bekend is bij PostNL, en daarmee in meerdere woonplaatsen voorkomen. Dit is onjuist. Het kan zijn dat in het verleden een woonplaats- of gemeentegrens wijziging heeft plaatsgevonden maar dat geen nieuwe postcode is aangevraagd. Het verschil met de vorige rapportage is dat we nu ook de nummeraanduidingid s met de foute postcodes rapporteren. Controleer de postcode met het postcode bericht van PostNL. Als de postcode klopt volgens het bericht, verzoeken we u een nieuwe postcode aan te vragen bij PostNL. Bij gemeente- en woonplaatsgrenswijzigingen vraagt u een nieuwe postcode aan bij PostNL. Een speciale situatie ontstaat als een pand met verblijfsobject in woonplaats A ligt, maar wordt ontsloten door een openbare ruimte in woonplaats B. De nummeraanduiding krijgt dan Blad 5 van 18
een postcode uit woonplaats A. Zie voor een uitgebreide uitleg vraag 5.13 in het het document BAG vraag en antwoord. Blad 6 van 18
2.5 Verschillende postcode-huisnummer-huisletter/huisnummertoevoeging combinaties (tabblad QA_NUM_PCD_HNR_Conflict)* De postcode-huisnummer combinatie zou uniek moeten zijn. Maar er komen postcodehuisnummer-huisletter/huisnummertoevoegingen combinaties voor waarbij het huisnummer hetzelfde is maar de postcodes verschillen. Deze situatie komt regelmatig voor bij zorgcomplexen. Controleren van de postcode met het brondocument (het bericht van PostNL) en aanpassen van de postcode volgens het proces 7.3.2 muteren gegevens nummeraanduiding in het Processenhandboek. In het geval van adresseerbare objecten zonder eigen postaal afgiftepunt verzoeken wij u volgens het nieuwe postcodeconvenant te werken. Dit is dezelfde werkwijze als de tijdelijke oplossing voor zorgcomplexen die door het Ministerie van Infrastructuur en Milieu en PostNL was afgesproken. Juiste overname van de postcode uit het bericht van PostNL en zorgen dat alle huisnummerhuisnummertoevoeging combinaties met hetzelfde huisnummer, dezelfde postcode krijgen. 2.6 Objecten zonder postcode (tabblad QA_NUM_PCD_Ontbreekt)* Verblijfsobjecten zonder postcode waar die wel wordt verwacht. Dit is het geval bij alle gebruiksdoelen, behalve bij het gebruiksdoel overig. Een oorzaak kan zijn dat het proces rond het aanvragen van de postcode nog loopt. Daarom nemen we in deze rapportage alleen verblijfsobjecten mee die ouder zijn dan vier maanden. Eventueel een postcode bij PostNL opvragen en deze opvoeren via het proces 7.3.2 Muteren gegevens nummeraanduiding in het Processenhandboek. Of het gebruiksdoel aanpassen volgens het proces 7.1.5 muteren gegevens verblijfsobject. Blad 7 van 18
Verblijfsobjecten met de functie cel of logies zonder postcode kunnen duiden op cellen of hotelkamers. Deze worden meestal niet afgebakend als verblijfsobject, maar alleen de gehele gevangenis of hotel. Wanneer cellen en hotelkamers zijn afgebakend als verblijfsobject, moeten zij ingetrokken worden. Verblijfsobjecten met gebruiksfunctie overig, zoals transformatorhuisjes, krijgen geen postcode en zouden de gebruiksfunctie overig moeten krijgen. Adresseerbare objecten zonder postaal afgiftepunt kunnen nu ook een postcode aanvragen, zie hiervoor onderwerp 2.3 in dit document. 2.7 Nevenadressen aan dezelfde openbare ruimte als het hoofdadres (tabblad QA_ADO_PCD_Nevenadres)* Nevenadressen die aan dezelfde openbare ruimte (NA_OPENBARERUIMTENAAM) liggen als het hoofdadres (HA_OPENBARERUIMTENAAM). Dit is opvallend omdat nevenadressen vooral bedoeld zijn om toegangen te lokaliseren die een wezenlijke betekenis hebben bij het aanduiden van het object omdat ze aan een andere openbare ruimte liggen dan het hoofdadres. Zoals een relevante distributie ingang aan de achterzijde van een winkelstraat. In de kolom AANTAL_NA vindt u het aantal nevenadressen per hoofdadres. Door de identificatienummers nummeraanduiding van de hoofdadressen (kolom HA_IDENTIFICATIE_NUM) op volgorde te zetten vindt u de hoofd- en nevenadressen die bij elkaar horen. We verzoeken u deze nevenadressen na te lopen en, indien van toepassing, in te trekken of te wijzigen in een hoofdadres. De gebeurtenis 2.4.5 Hernummeren adresseerbaar object in het Processenhandboek is van toepassing. Door nevenadressen niet te gebruiken om ruimten in een pand een adres te geven. Alleen als deze ruimten voldoen aan de definitie van verblijfsobject krijgen ze een (hoofd)adres. 2.8 Onlogische reeksen in huisletter en huisnummertoevoegingenveld (tabblad QA_NUM_Gebruik_Huisnrtoev)* In deze analyse hebben we gekeken naar 3 opvallende verschijningsvormen van reeksen in huisletter en huisnummertoevoegingen. De gegevens zijn geldig volgens de BAG, maar voor Blad 8 van 18
afnemers en automatiseringssystemen vaak moeilijk te onderscheiden of onlogisch. In het overzicht wordt de hele reeks getoond zodat duidelijk te zien is welk geval in de reeks opvalt om de volgende redenen: 1. Binnen een reeks staat een huisletter of toevoeging afwisselend zowel in het huisletterveld als huisnummertoevoegingenveld. Bijv. 1a met a in het huisnummerveld en 1 b met b in het huisletterveld. 2. Huisletters in het huisnummertoevoegingenveld terwijl het huisletterveld leeg is. 3. Verschillende nummeraanduidingen waarbij het onderscheid in het adres alleen de locatie is van de toevoeging, en in sommige gevallen ook het gebruik van hoofd- en kleine letters. Bijv. 1a en 1 a of 1 A waarbij a in het eerste geval in het huisletterveld staat en in het tweede geval in het huisnummertoevoegingenveld. Voor afnemers is dit verschil moeilijk te onderscheiden. We adviseren om de nummeraanduidingen zodanig te wijzigen dat de reeksen op dezelfde manier geregistreerd zijn. Indien van toepassing vragen we de huisletter in te vullen in het daarvoor bestemde veld. Het proces 7.3.2 muteren gegevens nummeraanduiding in het Processenhandboek is hierop van toepassing. Daarnaast adviseren we om meervoudig gebruik van dezelfde huisnummer- huisletter/huisnummertoevoeging combinaties te vermijden. Uniform vullen van de huisletter- en huisnummertoevoegingvelden en de juiste velden gebruiken. Blad 9 van 18
3 Objecten in onderzoek en geconstateerd De indicaties in onderzoek en geconstateerd worden meegenomen in de beheer audit rapportage. Om u voor te bereiden op de inspectie geven we u een overzicht van objecten met deze indicaties. In het document BAG vraag en antwoord staan enkele veelgestelde vragen over de indicaties geconstateerd en in onderzoek. 3.1 Gegevens in onderzoek (tabblad QA_OBJ_PCD_In_Onderzoek)* Wettelijk is het verplicht om gegevens niet langer dan 6 maanden in onderzoek te laten staan. Om te voorkomen dat gegevens langer dan 6 maanden in onderzoek staan wijzen wij u ook op gegevens die tussen de 3 en 6 maanden in onderzoek staan. De kolom NUM_IO geeft weer of een nummeraanduiding in onderzoek staat, de kolommen VBO_IO en PND_IO doen dat voor verblijfsobjecten en panden. Controleer of de indicatie in onderzoek nog van toepassing is. In hoofdstuk 5 Terugmeldingen, correctieverzoeken en andere aanwijzingen voor onjuistheden van het Processenhandboek vindt u de juiste werkwijzen. Aanpassing van het proces zodat gegevens sneller onderzocht worden. 3.2 Objecten die langer dan 6 maanden op geconstateerd staan (tabblad QA_OBJ_Geconstateerd)* Verblijfsobjecten, panden en nummeraanduidingen die de status geconstateerd hebben zijn nog niet geformaliseerd door een officieel brondocument. Dit is een onwenselijke situatie vanwege de onduidelijkheid in de BAG: de geconstateerde situatie kan gelegaliseerd worden, of de oude situatie kan gehandhaafd gaan worden. De BAG schrijft echter niet voor dat gemeenten verplicht zijn één van deze acties uit te voeren. Er is dan ook geen wettelijke termijn vastgesteld voor de status geconstateerd. Toch willen we de geconstateerde objecten onder uw aandacht brengen. Door het overzicht in de rapportage kunt u zelf Blad 10 van 18
makkelijker bepalen of nader onderzoek naar deze objecten nodig is. We hebben ervoor gekozen u te informeren over de objecten die langer dan 6 maanden op geconstateerd staan. Controleren van de gegevens en eventueel de objecten legaliseren of de oude situatie herstellen. Zie het Processenhandboek de gebeurtenissen 5.7 Opname of herstel feitelijke situatie bij signalering of constatering en 5.8 Handhaving of legalisering in de BAG. Aanpassing van het proces zodat sneller duidelijker wordt of de feitelijke situatie hersteld of het object gelegaliseerd moet worden. Blad 11 van 18
4 Statusconflicten Binnen dit thema hebben we gekeken naar opvallende combinaties van objectstatussen. Daarnaast hebben worden de nummeraanduidingen zonder adresseerbaar object gerapporteerd. 4.1 Verkeerde statuscombinaties van panden, verblijfsobjecten en nummeraanduidingen (tabblad QA_OBJ_Statusconflict)* Combinaties van statussen die niet mogen voorkomen. Bij een ingetrokken en gesloopt pand de bijbehorende verblijfsobjecten de status ingetrokken geven. Een verblijfsobject krijgt de status niet gerealiseerd als het pand dezelfde status heeft (zie Processenhandboek 7.1.6 Afvoeren verblijfsobject ). De nummeraanduidingen moeten ingetrokken worden (zie Processenhandboek 7.3.3 Afvoeren nummeraanduiding. Mutaties van objecten vindt u bij 7.1.2 Muteren gegevens pand, 7.1.5 Muteren gegevens verblijfsobject en 7.3.2 Muteren gegevens nummeraanduiding ). Wij verzoeken u alleen om actuele objecten te wijzigen. Wanneer een pand de status niet gerealiseerd heeft en het verblijfsobject is ingetrokken, hoeft u dit niet te wijzigen. Door de juiste processen te gebruiken bij gebeurtenissen in de BAG. Ter controle vindt u hieronder een tabel met de juiste combinaties. Regelmatig terugkerende onjuiste combinaties komen voor door een verkeerde registratie van verbouw. De juiste werkwijzen bij kleine en ingrijpende verbouwingen staan beschreven in het document BAG vraag en antwoord, vraag 2.8, de vragen in hoofdstuk 10 en de gebeurtenis 2.4.3 Wijziging van gegevens bij verbouw in het Processenhandboek. Blad 12 van 18
Pandstatus Verblijfsobjectstatus Nummeraanduidingstatus Bouwvergunning verleend Bouw gestart In gebruik (niet ingemeten) In gebruik Sloopvergunning verleend Buiten gebruik Gesloopt Gevormd Niet gerealiseerd Gevormd Niet gerealiseerd Gevormd In gebruik (niet ingemeten) In gebruik Niet gerealiseerd Buiten gebruik Gevormd In gebruik (niet ingemeten) In gebruik Niet gerealiseerd Buiten gebruik Gevormd In gebruik (niet ingemeten) In gebruik Niet gerealiseerd Buiten gebruik Buiten gebruik Niet gerealiseerd Niet gerealiseerd Buiten gebruik Uitgegeven Uitgegeven Uitgegeven Uitgegeven Uitgegeven Niet gerealiseerd Niet gerealiseerd Tabel 1. Geldige statuscombinaties Blad 13 van 18
4.2 Nummeraanduidingen zonder adresseerbaar object (tabblad QA_NUM_Zonder_ADO en te downloaden in Mijn Kadaster) * Er mogen geen zwevende nummeraanduidingen in de BAG staan, d.w.z. nummeraanduidingen zonder relatie met een adresseerbaar object. Nummeraanduidingen zonder verblijfsobject moeten worden ingetrokken. Het proces 7.3.3 Afvoeren nummeraanduiding in het Processenhandboek is hierop van toepassing. Wanneer correctie nog niet mogelijk is in uw applicatie, adviseren we u om in ieder geval wel de juiste objecten met nummeraanduiding op te nemen in de BAG. Nu de validatie is uitgeschakeld controleert de LV niet meer op losse objecten die worden opgevoerd. We willen u er daarom op wijzen om altijd samengestelde berichten te versturen: een nummeraanduiding wordt altijd samen met een verblijfsobject opgevoerd of afgevoerd. Blad 14 van 18
5 Bouwjaren, oppervlaktes, gebruiksdoelen Binnen dit thema wordt gerapporteerd op opvallende bouwjaren, gebruiksoppervlakten en gebruiksdoelen. 5.1 Onwaarschijnlijke bouwjaren (tabblad QA_PND_OnwaarschijnlijkBouwjaar en te downloaden in Mijn Kadaster)* - Panden met bouwjaren voor 2009 en de status vergunning verleend of bouw gestart. Deze twee pandstatussen zijn alleen voorbehouden voor nieuwbouw. Daarom is deze combinatie opvallend, hoewel uitstel van de bouw een mogelijke verklaring is. - Bouwjaren voor 1000 zijn onwaarschijnlijk en kunnen wijzen op typefouten. - Het jaar waarin de rapportage is aangevraagd + 2 jaar lijkt onwaarschijnlijk. - In de rapportage hebben we ook verblijfsobjecten opgenomen met de status gevormd en een begindatum vóór 2009. - Bouwjaren die meer dan één jaar afwijken van het jaar van ingebruikname. Deze jaartallen zouden hetzelfde moeten zijn. Door controle en correctie van het bouwjaar en eventueel de pandstatussen. Zie het proces 7.1.2 Muteren gegevens pand in het Processenhandboek. - Alert zijn op typefouten en het bouwjaar aanpassen wanneer de melding bouw gereed is ontvangen (gebeurtenis 2.4.1 Melding of waarneming dat de bouw gebruiksgereed is in het Processenhandboek). - Bij een niet gerealiseerd pand de juiste status toekennen (gebeurtenis 2.2.4 Intrekken omgevingsvergunning of afzien van bouw ). - Oude bouwjaren in combinatie met pandstatussen vergunning verleend en bouw gestart kunnen wijzen op een onjuiste registratie van verbouw. Zie onderwerp 4.1 in dit document voor een verwijzing naar de juiste werkwijze. 5.2 Bouwjaren en datum inmeting pand verschilt (tabblad QA_Bouwjaar_Datum_Ingemeten)* Blad 15 van 18
Het bouwjaar verschilt met de datum waarop de pandstatus omgezet is van bouw gestart naar in gebruik (niet ingemeten). Dit zou het moment moeten zijn dat de bouw gereed is en daarmee wordt ook het bouwjaar vastgesteld. U vindt in de excelsheet zowel het bouwjaar en pand begindatum wanneer het pand de status pand in gebruik (niet ingemeten) kreeg als de actuele status van het pand. Controleer het bouwjaar en pas dit aan. Het proces 7.1.2 Muteren gegevens pand in het Processenhandboek is hierop van toepassing. Correcte bouwjaren en statussen opvoeren. En de gebeurtenis verbouw correct registreren, zie onderwerp 4.1 in dit document voor een verwijzing naar de juiste werkwijze. 5.3 Gebruiksoppervlakten (tabblad QA_VBO_GDL_Oppervlakte)* Zeer grote (>2.700 m 2 ) en zeer kleine (<14 m 2 ) gebruiksoppervlakten van verblijfsobjecten met alleen het gebruiksdoel woonfunctie, zijn niet realistisch en kunnen duiden op maatwerkwaarden of waarden waarbij een cijfer is vergeten (bijv. 2 m 2 i.p.v. 21 m 2 ). Ten opzichte van de vorige rapportage zijn de oppervlakten aangepast. In deze rapportage hebben we daarnaast opvallende (zoals 999, 9.999, 99.999 en 999.999 m 2) en zeer kleine oppervlakten (<10 m 2 ) meegenomen voor alle gebruiksdoelen. Bij oppervlakten <10 m 2 is het gebruiksdoel overig buiten beschouwing gelaten. Vooral van verblijfsobjecten van 1 m 2 kan gezegd worden dat functionele zelfstandigheid en duurzaam menselijk verblijf (in het geval van alle gebruiksdoelen behalve overig ) onmogelijk is en daarom fout. In alle gevallen zijn objecten met de status gevormd of in gebruik (niet ingemeten) niet meegenomen. Door te controleren of het gebruiksdoel overeenkomt met het vergunde gebruiksdoel en of het gebruiksoppervlak klopt. We verzoeken u deze gegevens te corrigeren a.d.h.v. het proces 7.1.5 Muteren gegevens verblijfsobject in het Processenhandboek. Bij een klein oppervlak verzoeken we u te controleren of het verblijfsobject voldoet aan de definitie en deze eventueel in te trekken a.d.h.v. het proces 7.1.6 Afvoeren verblijfsobject. Blad 16 van 18
De juiste gebruiksdoelen en gebruiksoppervlakten registreren, en verblijfsobjecten volgens de wettelijke definitie afbakenen. 6 Geometrie 6.1 Verblijfsobjecten buiten pandgeometrie (tabblad QA_VBO_niet_in_Pand en te downloaden in Mijn Kadaster)* Verblijfsobjecten liggen buiten de pandgeometrie of op de rand van het vlak. De catalogus BAG schrijft voor dat de geometrie van het verblijfsobject binnen de pandgeometrie moet liggen. Bij opvoer van een verblijfsobject controleert de LV of het verblijfsobject in het pand ligt, maar wanneer de geometrie later wordt aangepast vindt geen controle plaats. In de kolom AFSTAND_TOT_PAND ziet u hoeveel meter het verblijfsobject naast het pand ligt. Controleer of de pandgeometrie klopt en pas daarna de verblijfsobjectgeometrie aan volgens het proces 7.1.2 Muteren gegevens pand in het Processenhandboek. Wanneer de pandgeometrie wijzigt, controleer of het verblijfsobject nog binnen de pandgeometrie ligt. 6.2 Afwijkende relatering adresseerbaar object aan woonplaats (tabblad QA_ADO_Afwijkende_woonplaats)* Een adresseerbaar object is gerelateerd aan een woonplaats waar het geometrisch niet in ligt. Daarnaast zijn er gevallen waar objecten gerelateerd zijn aan een ingetrokken woonplaats. In de kolom WOONPLAATSSTATUS_ADMIN ziet u of de woonplaats waar het object administratief aan gerelateerd is, actueel is ( aangewezen ) of ingetrokken. Hetzelfde vindt u onder WOONPLAATSSTATUS_GEO voor de woonplaats waar het object geometrisch ligt. In Blad 17 van 18
de kolommen WOONPLAATSNAAM en WPL_IDENTIFICATIE vindt u voor zowel de geometrische als de administratieve afleiding de verschillende woonplaatsen. Controleer waar het object daadwerkelijk gelegen is en pas de administratieve woonplaats aan de geometrische woonplaats aan volgens het proces 7.3.2 Muteren gegevens nummeraanduiding in het Processenhandboek. Wanneer het object in dezelfde woonplaats ligt als de openbare ruimte waardoor het ontsloten wordt, hoeft er geen aparte relatie met een woonplaats gelegd te worden. Wanneer een object in een andere woonplaats ligt dan de openbare ruimte, vult u de optionele identificatiecode bijbehorende woonplaats in. Zie voor een uitgebreide uitleg ook vraag 5.13 in het document BAG vraag en antwoord. Blad 18 van 18