Aan de gemeenteraad Agendapunt 7/290104

Vergelijkbare documenten
Onkruidbestrijding. Rapportage milieuvriendelijke alternatieven. Tevens bijlage bij de kadernota

INHOUDSOPGAVE. Inhoudsopgave 1

Alternatieven voor chemische onkruidbestrijding

Aan de commissie: Datum vergadering: Agendapunt : Raadsvergadering: 26 mei 2005 Nummer raadsnota: 15 Onderwerp:

Raadsvergadering, 28 juni Voorstel aan de Raad. Onderwerp: Onkruidbestrijding op verharding

NOTITIE. Afdeling Wijkbeheer: T. van Hove/C. Groeneveld/F. van der Neut. Onkruidbestrijding op verharding en de milieueffecten

Prijsbewust kiezen voor heetwateronkruidbestrijding

Toedieningstechnieken. Methoden Machines Milieu-effecten Kostprijs Innovaties

*Z0499F6DB39* 1. Wat zijn de resultaten van de proef met Ultima van Ecostyle als alternatief voor de onkruidbestrijding op verhardingen?

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 25 september 2011) Nummer 2551

Raadsvoorstel. Bestrijding onkruid op verharding

Initiatiefvoorstel. Initiatiefvoorstel van het raadslid de heer Van Lammeren, getiteld: Amsterdam gifvrij. De Gemeenteraad van Amsterdam,

Bevindingen praktijkproef. onkruidbestrijding d.m.v. Ultima en Heetwater. in de gemeente Slochteren

Bioherbiciden: is het iets of is het niets?

B en W. nr d.d

Advies: de bijgevoegde RIB ter informatie aan de gemeenteraad aan te bieden.

De DOB Methode. De DOB Methode. Naar duurzamer onkruidbeheer op verhardingen. Publieksrapport. Supported by EU Life

HARTELIJK WELKOM TUINPROFESSIONALS VAN NEDERLAND

Milieubewust kiezen voor heetwateronkruidbestrijding

Toezegging Raad 29 juni 2006: Herziening onkruidbestrijdingsmethode op verhardingen, keuze wel of niet chemisch. 1. Toelichting Raadsvoorstel

Ultima een duurzaam alternatief voor onkruidbestrijding


Onkruidbeheer op verhardingen in Lelystad. Kosten en milieueffecten van verschillende onkruidbestrijdingstechnieken

Het beste alternatief voor onkruidbestrijding

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d. 15 juli 2013) Nummer Onderwerp Gebruik glyfosaat

Voor onkruidbestrijding in de openbare ruimte zijn er verschillende methoden voor handen, welke in de bijlagen kort worden toegelicht.

DOB 2.0 Shortlist 2: Inzet van bestrijdingsmiddelen op de plaatsen waar dit volgens DOB 2.0 Shortlist 1 is toegestaan.

Aan Van Doorkiesnummer

Duurzaam Onkruid Beheer op verhardingen

Pesticidenreductie. Wetgevend kader: historiek

Evaluatie onkruidbestrijding 2016

Onkruidbestrijding op verhardingen. Pascal Verkroost Beleidsdocument» Gemeente Waterland» juli 2014

Verbod chemische onkruidbestrijding op verhardingen -Informatieblad-

Algemene Inspectiedienst. aid. Gewasbeschermingsmiddelen en Openbaar Groen. Mei 2008

Onkruidbestrijding op verhardingen. Een zoektocht naar niet chemische alternatieven

DOB 2.0 Shortlist 2: Inzet van bestrijdingsmiddelen op de plaatsen waar dit volgens DOB 2.0 Shortlist 1 is toegestaan.

L21GRR013 Onderhouden bestratingen. Extra toelichting en vragen maken hoofdstuk 1: Inleiding

Ander onkruidbeheer op trottoirs en wegen in Súdwest-Fryslân

Duurzaam gebruik van pesticiden op bedrijventerreinen

Bevindingen praktijkproef. gebruik Ultima. in de gemeente Rotterdam

Beslisfactoren voor onkruidbestrijding op verhardingen

Gemeente Den Haag. de gemeenteraad

Algemene Inspectiedienst. Inspectie- en opsporingsdienst van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)

CONCEPT* Evaluatie onkruidbeheersing op verhardingen 2018 en Plan van aanpak 2019

Onkruidbeheer. Dis is de inleiding uit de cursus: onkruidbeheer op verhardingen

Bestrijding volgens het boekje. 10 Tips voor een verantwoorde aanpak van onkruid, plantenziekten en ongedierte

De auteurs zijn werkzaam bij respectievelijk PPO AGV te Lelystad, Peter van Welsem Advies & Beheer te Deventer en WUR-PRI te Wageningen.

Resultaten enquête Praktijknetwerk Duurzaam Terreinbeheer

Afwegingskaders. Doel DOB-project. Emissie draagt bij aan normoverschrijding. Beginsel-ethiek Religie, intrinsieke waarden,...

288445/ gebruik chemische gewasbeschermingsmiddelen en kunstmest

Onkruidbeheer op verhardingen

Gebaiik van bestrijdingsmiddelen bij het onderhoud van verharding in de gemeente Heerhugowaard

Vraag 1 dient u altijd te beantwoorden, ongeacht of u al dan niet gebruik maakt van bestrijdingsmiddelen of beheer van verhardingen uitvoert.

Duurzame onkruidbestrijding op verhardingen

Evaluatie Duurzaam Onkruidbeheer (DOB) op verhardingen 2005

Beheerplan onderhoud groen

B en W. nr d.d

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

O * Evaluatie onkruidbeheer op verhardingen 2016

2: vermindering van koolmonoxide, kooldioxide, zwaveldioxide en stikstofoxide en dat is erg goed om het broeikaseffect tegen te houden.

Beheersing. OMNIclear Allround. Schone bestrating in een handomdraai. Dosering en toediening. Samenstelling en werking

Samenvatting, conclusies en aanbevelingen

Let op: niet toepassen in bestaand gazon. Wettelijk gebruiksvoorschrift. Dit etiket is een boekje. Trek deze open rechts onderin.

GEMEENTE RENSWOUDE. Scenario s onkruidbeheersing op verhardingen

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Oplegnotitie bestrijding Japanse duizendknoop.

Milieubarometerrapport 2013

Huidig beleid WSHD met betrekking tot gebruik van het bestrijdingsmiddel roundup

Onderwerp: Noodzakelijke intensivering chemievrij Onkruidbeheer BBV nr: 2017 /

Xylamon Houtwormdood. Algemene informatie Pagina 2. Technische informatie Pagina 4. Veiligheid informatie Pagina 5-6.

ADVIES VOOR DE M.E.R.-BEOORDELING OVER DE PRODUCTIE VAN PRIMAIR ALUMINIUM BIJ ALUMINIUM DELFZIJL 28 MEI 2001 INHOUDSOPGAVE

DOB 2.0 Shortlist 1: richtlijnen voor tactische planning (jaarplanning) onkruidbeheer verhardingen

DOB klaar voor convenant gewasbescherming

zonweringsdoeken gemaakt van planten THE FIRST SUNSCREEN FABRIC IN THE WORLD WITH CRADLE TO CRADLE CERTIFIED GOLD

Reiniging openbare ruimte

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 maart 2003 (OR. en) 7276/03 LIMITE AGRILEG 49 ENV 150

Van: Verzonden: Aan: CC: Onderwerp: Bijlagen: Gemeente Woerden

Reiniging bedrijfskleding

Weg met onkruid! Onkruidwerend ontwerpen

3.D.1 Keteninitiatief. Samen zorgen voor minder CO2

1 9 DEC Gemeente V Hellendoorn. Nota Voor burgemeester en wethouders Nummer: 17INT Datum vergadering:

Teelthandleiding. 6.2 beperking middelengebruik

Kwantificeren van Milieuprestatie. Mantijn van Leeuwen

Ruud Jongejan Coordinator Werkgroep Partij voor de Dieren Voorne-Putten Social Media Beheerder Partij voor de Dieren afdeling Zuid-Holland

Milieubarometerrapport 2014

Onkruidbestrijding op bestrating. Ree, Catharina

Raad : 20 mei 2003 Agendanr. : 12 Doc.nr : B : Civiele en Cultuurtechniek RAADSVOORSTEL. : Groenbeheerplan gemeente Heusden.

De NVWA toezicht op gewasbescherming. A.C.L. (Toon) Driessen Inspecteur Toezicht Ontwikkeling Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA)

DOB 2.0 Shortlist 1: richtlijnen voor tactische planning (jaarplanning) onkruidbeheer verhardingen

Evaluatie Proef Ultima (augustus december 2013)

Inventarisatie onkruidbestrijding op verhardingen

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Handleiding online DTB-Registratiemodule. Algemeen. Versie Aanmelden

Raadsvergadering, 31 januari Voorstel aan de Raad. Onderwerp: Nota bodembeheer De Kamp

Helder, schoon... Rivierwater. Het belang van schoon oppervlaktewater in Nederland

ONDERHOUDINSTRUCTIES

CO2 Emissie Reductie initiatieven DOLMANS LANDSCAPING GROUP

Extra geld onkruidbestrijding onvoldoende voor heel Gorinchem

Transcriptie:

Aan de gemeenteraad Agendapunt 7/290104 Roden, 22 januari 2004 Onderwerp Preventieve onkruidbestrijding Preventieve onkruidbestrijding is het voorkomen van onkruidgroei door toepassing van speciale soorten verhardingen en ondergrond. Deze vorm van onkruidbestrijding is er weliswaar een van lange termijn perspectief, maar dient de eerste pijler te zijn waarop de onkruidbeheersing rust. Er bestaan goede mogelijkheden om door een preventieve benadering te voorkomen dat onkruid bestreden dient te worden. De inzet van speciale bestratingsmaterialen en technieken maakt het nagenoeg onmogelijk dat onkruid tot groei en ontwikkeling kan komen. Ter overbrugging van de periode die nodig is om de preventieve aanpak volledig tot zijn recht te laten komen, kan de methode van select sprayen met chemische middelen in eigen beheer worden toegepast. Voorstel 1. Ter overbrugging van de periode die nodig is om de preventieve aanpak volledig tot zijn recht te laten komen, kan de methode van select sprayen met Roundup- Evolution in eigen beheer worden toegepast. 2. Om de preventieve benadering te kunnen realiseren zal een standaardmaatwerkplan worden opgesteld. Motivering Het voorstel wordt gedaan naar aanleiding van: - recente klachten vanuit de plaatselijke bevolking betreffende het huidige straatbeeld binnen de gemeente Noordenveld en - een mogelijke besparing van naar verwachting 34.500,00 euro per jaar Advies Geadviseerd wordt de onkruidbeheersing op verharding te gaan uitvoeren volgens de detecterende onkruidbeheersing-methode met Roundup- Evolution (werkzaam middel). Daarnaast de ontwikkelingen in de markt blijven volgen voor de komende jaren. Uitgangspunt daarbij is een verdere vermindering van de milieubelasting tegen een lager kostenniveau. Indien zich biologische middelen en/of methoden aandienen, wordt geadviseerd bij voldoende geschiktheid daarvan over te gaan op deze methodiek. Aanleiding / probleemstelling De chemische onkruidbeheersing op verhardingen in de gemeente Noordenveld is sinds 1998 gestaakt. Er is sindsdien gekozen voor de veel kostbaardere alternatieve mechanische methoden. "Het College voor de Toelating van Bestrijdingsmiddelen" (C.T.B.) heeft besloten de toelating van bestrijdingsmiddelen op basis van de werkzame stof glyfosaat te beperken, om te komen tot een verminderde belasting 1

van het oppervlaktewater. De volgende beslissingen over glyfosaat zijn genomen: Beslissing CTB De toepassing droge slootbodems en verhardingen is verboden voor alle middelen met uitzondering van Roundup Evolution. De toepassing op akkerranden is slechts toegestaan indien gebruik wordt gemaakt van methoden en toestellen die geen drift veroorzaken, zoals onkruidbestrijkers en toestellen met een afgeschermde spuitdop. De besluiten zijn per 1 juli 2002 in werking getreden, waarbij een opgebruik- en afleveringstermijn tot 1 november 2002 is vastgesteld. De overige toepassingen van middelen op basis van glyfosaat zijn toegelaten tot 1 juli 2012. Besluit Het CTB heeft op 12 juni 2002 besloten de toepassing van middelen op basis van glyfosaat te beperken, wegens overschrijding van de milieucriteria. De beperking moet leiden tot een reductie van de afspoeling naar het oppervlaktewater. Alleen de niet-milieu kritische formuleringen van glyfosaat mogen nog op verhardingen en droge slootbodems worden gebruikt en dan ook nog selectief. Het middel Roundup Evolution is wegens zijn samenstelling zo n niet milieukritische formulering. Het wettelijke gebruiksvoorschrift van Roundup Evolution voor de toepassing op verhardingen luidt als volgt: Toegestaan is uitsluitend het gebruik als onkruidbestrijdingsmiddel voor pleksgewiize toepassing op verhardingen (permanent onbeteeldeterreinen).toepassing dient te geschieden door toepassingstechnieken gestuurd door onkruidsensor en/of onkruidbestrijkers of in geval dit niet mogelijk is (bijvoorbeeld obstakels) door een rugspuit met spuitlans" Onkruidbeheersing door biologische middelen. In 1996 is het middel TopGun op de markt gekomen, een volledig uit natuurlijk werkzame stoffen opgebouwd middel dat zowel selectief als volvelds verwerkt kan worden. De belangrijke voordelen van het middel waren de lage milieubelasting en kostprijs ten opzichte van mechanische methoden, het nadeel van dit middel was dat het de ondergrondse delen van de plant niet doodt. In 1999 is de wettelijke toelating voor gebruik van dit middel ingetrokken voor professioneel gebruik en is het van de markt genomen. Onkruidbeheersing door chemische middelen. Bij chemische middelen wordt een herbicide gebruikt die, verdund met water, over het onkruidplantje wordt gespoten. Hierbij wordt de stof door het onkruid opgenomen en wordt dit gedood tot in de wortel (geen hergroei). Deze behandeling kan met handkracht selectief worden uitgevoerd, door met een rugspuit alleen daar te spuiten waar onkruid wordt aangetroffen. Machinaal was tot 1 juli 2002 een volveld (volledig oppervlak) behandeling nog toegestaan. Vanaf die datum is enkel nog selectief spuiten toegestaan, wat een aanzienlijk lager gebruik van het middel als voordeel heeft. 2

Onkruidbeheersing op mechanische wijze Borstelen, branden, stomen of bevriezen zijn methoden die bruikbaar zijn om de onkruidbeheersing op mechanische wijze uit te voeren. Deze methoden tasten slechts de bovengrondse delen van de planten aan en laten de wortels intact, de hergroei van onkruiden komt daardoor dan ook weer versneld opgang. Afhankelijk van de weersomstandigheden zijn er minimaal drie behandelingen per groeiseizoen nodig. Borstelen heeft daarbij als extra nadeel dat de borstels slijtage aan de toplaag van de verharding veroorzaken, er onder droge omstandigheden overlast van vrijkomend stof kan optreden en dat een bewerking altijd gecombineerd moet worden met een extra veegbeurt om de losgeborstelde onkruidresten en het vrijkomende metaal van de borstels (slijtage/breuk) te verzamelen. Branden, stomen, en bevriezen van onkruid vragen een hoge energie- en waterinput om warmte dan wel kou op te wekken en zijn om die reden minder milieuvriendelijk. Daarnaast zullen deze methoden gecombineerd moeten worden met borstelen omdat de onkruidresten vast blijven zitten. Bovendien vormen zich in de loop van het groeiseizoen pollen die een verkeersonveilig en onverzorgd straatbeeld geven. Als alternatief voor de chemische onkruidbeheersing is in Noordenveld gekozen voor de mechanische methoden. Met de huidige inzichten en wetenschap omtrent de nadelen daarvan - milieueffecten zoals broeikaseffect (uitstoot CO2), smogvorming (uitstoot CO,NOx en koolwaterstoffen), vermesting en verzuring, slijtage, stof, energieverbruik, acceptatiebeeld, kostprijs - is het moment aangebroken om tot een wijziging in het raadsbesluit te komen en een beperkte toelating van chemie weer mogelijk te gaan maken. Recente marktontwikkeling. Een bruikbaar alternatief voor Top Gun (biologische methode), al dan niet zonder toepassing van een extra mechanische aanvulling op de werkzaamheden, is waarschijnlijk op termijn niet te verwachten. Uit het oogpunt van wetgeving, verkeersveiligheid, sociale rust (schone omgeving) en kostenbeheersing is met de toepassing van met detectie uitgeruste spuitmachines een zeer goede oplossing voorhanden. Het chemische middel Roundup Evolution is een verbetering van het bekende middel Roundup, maar dan in een nieuwe samenstelling die aanzienlijk minder milieubelastend is. Roundup Evolution heeft zelfs een zodanige toxicologisch profiel dat er geen "Andreaskruis" op het etiket vermeld hoeft te worden. Het middel doodt de plant tot in de wortel en is toegelaten voor het gebruik in de openbare sector. Naast dit nieuwe middel is er ook een enorme vooruitgang geboekt bij de verwerking ervan. Onder de noemer detecterende onkruidbeheersing is een methode ontwikkeld waarbij op geavanceerde wijze selectief kan worden gespoten. Met behulp van infrarood sensoren wordt het onkruid gesignaleerd, waarna alleen het onkruidplantje bespoten wordt en de tussenliggende onkruidverharding niet. Door deze methode is aanzienlijk minder bestrijdingsmiddel nodig. De gevoeligheid waarmee de sensor het onkruid detecteert is instelbaar, hierdoor is het bijvoorbeeld mogelijk om alleen onkruid vanaf een bepaalde grootte of vanaf een bepaalde bezettingsgraad te behandelen. De benaming voor deze methode is: 'Weedit- IT selectie sprayen". 3

Toepassing binnen de gemeente Noordenveld Voor een adequate onkruidbeheersing zijn met de onkruiddetecterende methode twee werkgangen van respectievelijk twee weken en een week nodig, waarvan de geraamde kosten bij uitvoering in (eigen beheer / uitbesteding) ca. 35.200,-- bedragen. Dit betekent een besparing van 34.500,-- ten opzichte van de gebruikte mechanische methoden van branden en borstelen. De besparing is vooral te danken aan de uitvoering door één persoon met tractie, aan een sterke reductie van hoeveelheid bestrijdingsmiddel en energie, gecombineerd met een doelgerichte effectieve toepassingsmethode. Hiermee blijven de kosten binnen het beschikbare budget. Schematisch overzicht methoden voor onkruidbeheersing. Aantal be- watervervuiling energiegebruik smog verzuring handelingen/ jaar. Borstelen 2 - xx xx xx Branden 3 - xx xxx xx Stomen 2 - xxx xxx xxx Selectief 2 xx x x x sprayen x = relatief gering effect xx = relatief gemiddeld effect xxx = relatief groot effect.(uit: Groenwerk, kruiden op verharding) Mechanische onkruidbestrijding (borstelen, branden, stomen) Selectieve chemische behandeling (met spuitlans) Selectief behandelen met Roundup kostprijs resultaat milieubelasting. +++ +++ +++ ++ ++ +++ (1) + +++ + (2) + =Iaag ++ =matig +++ = hoog. 1. Een vergelijking tussen handmatig spuiten, uitgevoerd met een rugspuit met spuitlans en de detectiemethode geeft voor handmatig spuiten een verhoogd middelverbruik van ongeveer 36 % ten opzichte van de detectiemethode. (bron: reductie door detectie). 2. Door toepassing van de detectiemethode is relatief zeer weinig bestrijdingsmiddel nodig. Hetzelfde geldt voor het energie- en waterverbruik en de milieubelasting. Geschat wordt dat voor de gemeente Noordenveld na uitvoering van een inhaalslag slechts 8-20 liter Roundup Evolution nodig hetgeen overeenkomt met 2.9 tot 7.2 ka werkzame stof (1 liter Round-up Evolution bevat slechts 360 gram werkzame stof). 4

Elke methode van onkruidbestrijding heeft effecten op natuur en milieu. Het gebruik van chemische middelen kan leiden tot verontreiniging van bodem, lucht, grond en oppervlaktewater. Deze verontreiniging kan een bedreiging vormen voor de gezondheid van mens, voor de flora, fauna en drinkwatervoorziening (gedeeltelijke omzetting van glyfosaat tot AMPA = AmoniumMethyIPhosphonicAcid). Een ander gedeelte van de uitgangstof wordt door mineralisatie uiteindelijk afgebroken tot natuurlijke basisbouwstenen als water, kooldioxide e.d. (Bron: Biologische afbreekbaarheid van Glyfosaat Ir. Ing. W. W. M.Brouwer, P.D.,afd. Fytofarmacie). Op grond van een evaluatie van beschikbare gegevens wordt aangenomen dat het beide weinig toxische verbindingen betreft. (Bron: Hopman en Puijker,1996;NTPChemical Repository,1991), waarbij opgemerkt dient te worden dat van AMPA nog niet alle gegevens beschikbaar zijn. De aanwezigheid van voornoemde stof in het oppervlaktewater vormt voor oppervlaktewater verwerkende drinkwaterbedrijven een belangrijk onderwerp voor studie. De verbinding blijkt tot een niveau van enkele microgrammen per liter in het water van onder meer de Rijn en de Maas voor te komen. Uit onderzoeken is gebleken dat deze stof onder meer een omzettingproduct is van glyfosaat. Gezien de concentratie en vrachten waarin AMPA in oppervlaktewateren voorkomt en de mate waarin het middel Glyfosaat wordt toegepast, kan niet worden uitgesloten dat er mogelijk nog (een) andere 'bron(nen) is/zijn waaruit de stof wordt gevormd. Op grond van hun molecuulstructuur zouden stikstof-bevattende fosfonaten potentiële bronnen voor de vorming van AMPA kunnen zijn. Deze fosfonaten worden toegepast als 'surfacanf (=capillair- actieve stof) in wasmiddelen en als complexvormer in koelwatersystemen. Door hydrolyse en/of onder invloed van microbiologische activiteiten zouden de fosfonaten kunnen worden omgezet tot AMPA (bron: Schowanek,1990; Gledhill and Feijtel, 1992). Daarnaast is de vorming van AMPA, - gekenmerkt door een relatief eenvoudige structuur - uit van nature voorkomende stikstof-fosforverbindingen zoals eiwitten en aminozuren ook niet geheel uit te sluiten. Ook niet-chemische bestrijdingsmethoden hebben effecten op het milieu. In de regel is bij deze methoden het gebruik van water, energie en materiaal hoger, komen er meer uitlaatgassen vrij en moet relatief veel mankracht aangewend worden. Ook kan er sprake zijn van hinder voor de burgers door een verhoogde geluid-, stof- en/of stank belasting. Het vergelijken van de "milieuscore" van verschillende methoden is wat lastig omdat er sprake is van verschillende milieu-effecten die niet bij elkaar opgeteld kunnen worden (appels en peren). Bij vergelijking van de milieueffecten van de verschillende bestrijdingsmethoden moet worden uitgegaan van de jaarlijkse milieu-effecten (energie, emissies). Dit betekent dat rekening gehouden moet worden gehouden met de arbeidsproductiviteit van voornoemde methoden (m2/uur) en het aantal benodigde behandelingen. Vergelijkingen van de verschillende methoden op basis van milieueffecten per productie-uur kunnen derhalve een vertekend beeld geven. Bij de interpretatie van de tabellen is het volgende van belang. De relatieve bijdrage van het beheer van verhardingen aan de totale vervuilingproblematiek in een stedelijke omgeving, is bij de watervervuiling in de orde van grootte van procenten. Bij energie, smogvorming en verzuring is deze aanmerkelijk geringer, in de orde van grootte van duizendsten van procenten. (Bron: De Boer & Trimbos 1997). Uit een rapport van de Universiteit van Amsterdam is tevens gebleken dat zowel mechanische als chemische onkruidbestrijding schadelijk zijn voor organismen in kleine oppervlaktewateren zoals grachten en sloten. Opvallend in dit rapport is dat 5

de methode borstelen in combinatie met bosmaaier-gebruik redelijk hoog scoort in het effect voor waterdieren. De onderzoekers wijten dat aan het 'weglopen' van zware metalen (zoals nikkel en vanadium) uit stortplaatsen. (Bron: Beslisfactoren onkruid bestrijding op verhardingen, T.& L. 14-2002). Bij het gebruik van borstelmachines zijn de belangrijkste milieueffecten het gebruik van energie en grondstoffen (brandstof en staal voor de borstels), de uitlaatgassen en het optreden van hinder door stof en geluidsoverlast. Bij het borstelen van verhardingen kan tot ca. 20 kg. staalslijpsel per ha. in het milieu terechtkomen. (Bron: gemeente Ermelo, 1999). Vanuit het beheer van de openbare wegen zijn ook kanttekeningen te plaatsen bij het gebruik van vooral het borstelen. Het gevolg van deze toepassing is een verhoogde slijtage aan tegels en stenen, waardoor de levensduur van deze bestratingsmaterialen bekort wordt. Zo zijn er gemeenten die het borstelen in de binnenstad hebben gestopt omdat schade ontstond aan de onvervangbare historische bestratingsmaterialen en aan bouwwerken. Onderzoek heeft uitgewezen dat voor het schoonhouden van deze verhardingen naast het borstelen ook nog kostbare veeg/zuigauto's nodig zijn. Dan nog zou de verharding zeer snel slijten, maar bovenal de waterdoorlatendheid zou direct verloren gaan. (Bron: Discussienota; Utrechts groen op het hard). Bij onkruidbestrijding met behulp van "heet water" bestaan twee systemen, te weten de Waipuna en de H20. De gemeente Breda experimenteert op dit moment met de Waipuna met als toevoeging kokosolie aan het hete water. Men is echter tot het besef gekomen dat deze methode niet optimaal is in woonwijken: "De productiviteit is te laag". Men komt tot een gemiddelde kostprijs per m2 van ca. 0.17 eurocent. (Bron: E. Asscheman, T&L.7-2001). De gemeente Veenendaal heeft een experiment uitgevoerd met de H20 methode (dieselolie en leidingwater). Hier kwam men tot de conclusie dat deze methode het milieu nogal belastte door het gebruik van fossiele brandstof. De verbruikte hoeveelheid dieselolie komt overeen met het jaarlijks gebruik van twee personenauto's. De hoeveelheid water staat gelijk aan het jaarlijks gebruik door vijf gezinnen van gemiddelde grootte. (Bron; T&L. 8). Volgens een Technische info in T&L. nr 14 van 2001 is het waterverbruik van de H20 machine een waterverbruik dat instelbaar is tot 30 Vmin.(men kan met een tank van 1.000 Iiter. heet water ca. 75 min werken) en heeft deze een brandstofverbruik van 70-80 Iiter dieselolie per dag. De geluidsbelasting ligt rond de 68db(A) bij 1.800 toeren vol belast (Bron: M. Kolkmeijer T&L. 142001). Bij verbranding van LPG en propaan komen weinig verzurende en smogvormende stoffen vrij in vergelijking met dieselbrandstof. Vrijkomende kooldioxide en dergelijke dragen echter wel bij aan het broeikaseffect Er bestaan twee systemen van branden te weten infra-rood en stootbranders. De werking is gebaseerd op verhitting van de cellen in de groene plantendelen die na behandeling vernietigd zijn. 6

Kostenvergelijking van werkpakketten in eurocent/m2/jaar. werkpakket directe kosten indirecte kosten frequentie /jaar Chemisch 2,3-9 1 2,5 Borstelen + bosmaaier 18,5-22,4 9,6 3 Borstelen+ chemie 19,7-23,9 10.8 3 Heet water 34-56,8 2,5 Branden 14,4-18 4 (Bron: beslisfactoren voor onkruidbestrijding op verhardingen T.&L. 14-2002). Onder indirecte kosten moet onder meer verstaan worden de kosten die waterleidingbedrijven moeten maken voor de zuivering van door werkpakket vervuild water. Conclusie en aanbeveling Er bestaan goede mogelijkheden om door een preventieve benadering te voorkomen dat onkruid bestreden dient te worden. De inzet van speciale bestratingsmaterialen en technieken maakt het nagenoeg onmogelijk dat onkruid tot groei en ontwikkeling kan komen. Een preventieve benadering is er weliswaar een van lange termijn perspectief, maar dient de eerste pijler te zijn waarop de onkruidbeheersing rust. Ter overbrugging van de periode die nodig is om de preventieve aanpak volledig tot zijn recht te laten komen, kan de methode van select sprayen met chemische middelen in eigen beheer worden toegepast. Ter inzage liggende stukken Voor aanvullende informatie verwijst de CDA-fractie naar de informatiemap die door de vakafdeling is samengesteld naar aanleiding van de informatieavond over onkruidbestrijding, november 2003. Deze map is reeds in het bezit van een aantal fracties. De andere fracties kunnen de map op de griffie ophalen. De map bevat onder meer een notitie onkruidbestrijding op verharding en een samenvatting van de informatieavond. CDA - Noordenveld Ben Hartholt Gerrit Alssema Jan Stevenson 7