Beleidsplan 2014-2018 Commissie Europa en internationaal Inleiding De Commissie Europa en Internationaal heeft als opdracht om de belangen te behartigen van de Nederlandse Gemeenten in de Europese Unie, de Raad van Europa, de Verenigde Naties en tijdens Europese of internationale debatten en bestuurlijke overleggen in Nederland. Daarnaast volgt de commissie actief de ontwikkelingen op de Europese en internationale aspecten van gemeentelijke beleidsterreinen en verbindt deze met de vakinhoudelijke werkzaamheden op deze beleidsterreinen in de verschillende beleidscommissies van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). De Commissie Europa en Internationaal tracht haar doel te bereiken door: a het uitdragen van de standpunten van de VNG in de Europese Unie, de Raad van Europa, de Verenigde Naties en tijdens Europese of internationale debatten en bestuurlijke overleggen in Nederland; b de advisering van het bestuur, de verschillende beleidscommissies van de VNG en VNG International over Europese en internationale ontwikkelingen. c de VNG te vertegenwoordigen in Europese en internationale gremia, zoals de Europese koepelvereniging Council of European Municipalities and Regions, de wereld koepelvereniging United Cities and Local Governments, het Comité van de Regio s, het Congres van Lokale en Regionale Overheden van de Raad van Europa; d met zusterorganisaties in het buitenland samen te werken Januari 2014 De Commissie Europa en Internationaal bestaat uit maximaal uit 37 leden die werkzaam zijn in de volgende vijf delegaties: a De VNG-leden naar de Council of European Municipalities and Regions; b De VNG-leden naar de United Cities and Local Governments; c De gemeentelijke leden en plaatsvervangende leden naar het Comité van de Regio s; d De gemeentelijke leden en plaatsvervangende leden naar het Congres van Lokale en Regionale Overheden van de Raad van Europa; 1
De internationale delegatie van de VNG bestaande uit bestuurders die actief zijn in internationale programma s van VNG International. Iedere bestuurlijke commissie van de VNG stelt voor de periode 2014-2018 een eigen beleidsplan op. Hieronder wordt het beleidsplan van de commissie Europa en Internationaal weergegeven. Prioritaire thema s De Commissie Europa en internationaal zal in de volgende mandaatperiode 2014-2018 werkzaam zijn aan de volgende zes prioritaire thema s: De mondiale en Europese stedelijke agenda; Duurzaamheid en klimaat; Bestuurlijke vernieuwing in de Europese en mondiale context; Innovatie en lokale economische en sociale ontwikkeling; Ontwikkelingsbeleid; EU-budget en -fondsen. Deze thema s zijn gebaseerd op Europese en internationale ontwikkelingen, alsmede prioritaire thema s in Nederland en binnen de VNG. Binnen bovenstaande thema s zijn bestuurlijke portefeuillehouders in de verschillende delegaties benoemd. Per thema zullen de portefeuillehouders samenwerken, zodat in alle Europese en internationale gremia het zelfde standpunt zal worden uitgedragen. De thema s creëren tevens dwarsverbanden tussen de delegaties (ook tussen Europa en internationaal) en dit zal de cohesie binnen de Commissie versterken. Voor deze thema s zal worden samengewerkt met de relevante VNG beleidscommissies. Prioritaire dossiers Op basis van de zes prioritaire thema s en de actuele politieke ontwikkelingen maakt de VNG elk jaar een selectie van de voor gemeenten belangrijke onderwerpen en stelt vervolgens een lijst met Europese en internationale prioritaire dossiers op. De Europese prioriteiten zijn gebaseerd op het werkprogramma van de Europese Commissie en de Raad van Europa voor het betreffende kalenderjaar én de algemene prioriteiten van de VNG. Bestaande prioritaire dossiers, waarvan het Europese besluitvormingstraject nog niet is afgerond, worden overgeheveld naar lijst prioritaire dossiers voor het daaropvolgende kalenderjaar. De internationale dossiers zijn zoveel mogelijk aansluitend bij de algemene prioriteiten van de VNG - gebaseerd op de beleidsagenda van het ministerie van Buitenlandse Zaken, Verenigde Naties, Wereldbank e.a., alsmede ontwikkelingen voortkomende uit de projecten en programma s van VNG International. De jaarlijkse lijst met prioritaire dossiers dient in eerste instantie als richtinggevend voor acties die op Europees en internationaal terrein binnen de VNG worden ondernomen. De lijst wordt ook gebruikt ten behoeve van een efficiënte samenwerking met de Nederlandse gemeenten, het IPO, het Rijk, de Europese Commissie, het Europees Parlement, het Comité van de Regio s (CvdR), het Congres van Lokale en Regionale Overheden (het Congres) van de Raad van Europa, de Council of European Municipalities and Regions (CEMR), de Europese koepel van verenigingen van gemeenten en regio s en United Cities and Local Goverment (UCLG), de wereldkoepel van (verenigingen van) gemeenten en regio s. Vereniging van Nederlandse Gemeenten 2
Zes Europese en internationale thema s: meerjarenplan (2014-2018) De Commissie Europa en internationaal heeft voor de periode 2014-2018 de volgende zes prioritaire thema s vastgesteld: A De Europese en mondiale stedelijke agenda Steden zijn de economische motoren en hebben een sleutelrol bij het versterken van de internationale concurrentiepositie van Nederland. Europa heeft haar steden en stedelijke regio s nodig voor het realiseren van haar beleidsdoelstellingen voor slimme groei, maar ook voor haar doelstellingen op het gebied van duurzame en inclusieve groei. De belangrijke positie van de steden in de Europese maatschappij vormt de aanleiding voor initiatieven van de lidstaten en de Europese Commissie om een stedelijke agenda voor de EU op te stellen, die ondanks een eerder initiatief eind jaren negentig en talloze politieke verklaringen en documenten nog steeds niet van de grond is gekomen. Bovendien is er te weinig coherentie tussen de verschillende Europese beleidsinitiatieven en subsidieprogramma s. De discussie rond de Europese stedelijke agenda richt zich op de rol van Europa en de lidstaten t.a.v. steden, stedelijke gebieden en hun ommeland, de inhoud (focus) en vorm van de stedelijke agenda. De discussie moet in 2016 tijdens het Nederlands EU-voorzitterschap leiden tot een gezamenlijke verklaring van de lidstaten over de Europese stedelijke agenda (Verklaring van Amsterdam). Ook in VN-verband wordt het belang van steden erkend. Momenteel wordt in VN-verband de Nieuwe Stedelijke Agenda voorbereid, in opvolging van de Stedelijke agenda uit 1996, welke in 2016 tijdens de volgende Habitat III-conferentie wordt vastgesteld. De stedelijke agenda voor de EU kan hieraan een bijdrage leveren. De erkenning van het belang van steden voor duurzame en inclusieve groei, maar ook voor sociale cohesie en stabiliteit, biedt goede kansen om de rol van lokale overheden in de internationale samenwerking te versterken. Binnen de VNG wordt een gemeenschappelijke visie op de mondiale en Europese stedelijke agenda opgesteld. De inhoudelijke focus ligt hierop op drie aspecten van duurzaamheid: Economische duurzaamheid; economische groei en de koppeling met de arbeidsmarkt. Hierbij wordt gekeken waar steden van toegevoegde waarde zijn en met investeringen groei en werkgelegenheid kunnen stimuleren. Sociale duurzaamheid; Inclusiviteit en sociale cohesie. In steden leven mensen met verschillende achtergronden en uiteenlopende talenten en beperkingen. Het potentieel van steden wordt alleen benut als deze verscheidenheid erkend wordt en op een constructieve manier tot uiting komt. Sociale cohesie is hier zowel de basis voor als het resultaat van. Ecologische duurzaamheid; Steden spelen een belangrijke rol spelen in duurzame ontwikkeling, en hebben belangrijke taken op het gebied van milieu, energie, klimaatadaptatie en het versterken van veerkracht van steden. Europees stedelijk beleid: dhr. Bas Verkerk, burgemeester van Delft Mondiale stedelijke agenda: dhr. Selçuk Akinci, wethouder te Breda B Duurzaamheid, klimaat en energie Gemeenten hebben in Nederland talrijke taken op het gebied van milieubeleid en energiebeleid. Zij zijn verantwoordelijk voor de vormgeving, uitvoering en handhaving van belangrijke milieurichtlijnen. Bovendien is energie een prioritair thema voor de VNG en is in 2013 het energie-akkoord ondertekend. Een belangrijk strategisch kader voor het Europees milieubeleid voor de komende jaren is het Zevende Milieuactieprogramma (7e MAP), dat in juni 2013 werd aangenomen. De belangrijkste uitgangspunten zijn het Vereniging van Nederlandse Gemeenten 3
beschermen en verbeteren van het natuurlijk kapitaal, de overgang naar een hulpbronefficiëntie, groene en concurrerende koolstofarme economie en het beschermen van burgers tegen milieu-gerelateerde risico s voor de volksgezondheid. Nieuw is daarbij een prioritaire doelstelling voor duurzaamheid in steden. Ook het Europese plattelandsontwikkelingsbeleid speelt een belangrijke rol bij de verduurzaming van de economie en het behoud en beschermen van het natuurlijk kapitaal. Voor de invulling van de EU klimaat en energie-agenda heeft het rijk in september 2013 met een reeks partijen, waaronder de VNG, het SER energie akkoord afgesloten. Dit akkoord is vertaling van EU doelen op gebied van energiebesparing en duurzame energie voor 2020. VNG kijkt hoe vanuit EU gemeenten ondersteund kunnen worden met EU subsidies en netwerken bij uitvoering van het energieakkoord. Tevens zijn er in 2014 EU doelen vastgesteld voor 2030. Bij de uitwerking zal de VNG kijken naar de invloed op afspraken uit het energie-akkoord en de gevolgen voor gemeenten. Waar nodig wordt hiervoor een beleidslobby gestart. Ook tijdens internationale discussies over de duurzaamheidsdoelen krijgt de stedelijke duurzaamheid nadruk. VNG International is verantwoordelijk voor de duurzaamheidsmeter, die jaarlijks door 200 gemeenten wordt ingevuld en die duurzaamheid vanuit een mondiaal perspectief benadert. Gekeken wordt of deze manier van het meten van duurzaamheidsinspanningen, dan wel een doorontwikkeling ervan, ook kan worden geëxporteerd. Bij de uitwerking van de duurzame ontwikkelingsdoelen (zie ook onder e.) en de implementatieaspecten ervan, wordt immers ook nadrukkelijk gekeken naar meetbare indicatoren en instrumenten in dat verband. Europees milieubeleid: dhr. Cor Lamers, burgemeester van Schiedam dhr. André van de Nadort, burgemeester van Ten Boer Europees plattelandsbeleid: mw. Annemiek Jetten, burgemeester van Sluis Internationaal duurzaamheidsbeleid dhr. Gerrit Post, wethouder te Urk C Bestuurlijke vernieuwing in de Europese en mondiale context Lokaal beleid raakt steeds meer verbonden met internationaal en Europees beleid. Het EU beleid heeft bijvoorbeeld een steeds grotere impact op gemeenten, maar is regelmatig moeilijk uitvoerbaar voor gemeenten. Op dat lokale niveau zien we dat door samenwerking tussen overheid, burgers, bedrijfsleven en maatschappelijke instellingen (vaak op regionaal niveau) er steeds meer maatwerk wordt geleverd voor (grensoverschrijdende) maatschappelijke uitdagingen als klimaatverandering, energievoorziening, werkgelegenheid, etc, waar op Europees en internationaal niveau afspraken over worden gemaakt en doelstellingen voor worden gesteld. Hierdoor ontstaat op lokaal niveau een nieuwe governance, met een Europees en mondiaal karakter. Voor het EU beleid betekent dit dat er ruimte moet zijn voor lokaal maatwerk (subsidiariteit en proportionaliteit) en voor samenwerking tussen alle bestuurslagen. Hoe kunnen daarnaast deze lokale ervaringen van buiten naar binnen worden gehaald en met elkaar worden vergeleken? VNG werkt actief aan een betere regelgevingsagenda waarbij vermindering van regeldruk, kwaliteit van regels en een betere verankering van de positie van VNG in EU positiebepaling in Den Haag en in Brussel centraal staan. Dit kan op Europees en internationaal niveau tot nieuwe oplossingen leiden. Binnen de Raad van Europa zijn de principes voor politieke, administratieve en financiële autonomie vastgelegd in het Europees Handvest inzake Lokale Autonomie, dat is geratificeerd door de 47 landen van de Raad van Europa. Aanbevelingen voor Nederland gaan over het belang van een breder belastinggebied en meer autonome taken. Ook heeft de Raad van Europa aandacht voor goed bestuur en mensenrechten op lokaal niveau in alle 47 lidstaten. De VNG-delegatie in de Raad van Europa heeft aandacht voor deze zaken. Vereniging van Nederlandse Gemeenten 4
Het verzamelen van informatie over en analyseren van lokale autonomie op politiek, administratief en financieel vlak is wereldwijd een aandachtspunt van de internationale koepelvereniging United Cities and Local Governments. Elke drie jaar brengt zij een rapport uit over de staat van lokaal bestuur wereldwijd, vanuit verschillende invalshoeken. Europese governance (CvdR): dhr. Cornelis Visser, burgemeester van Twenterand Grensoverschrijdende samenwerking (CvdR en Congres): dhr. Bert Bouwmeester, burgemeester van Coevorden Lokale democratie: monitoring, verkiezingswaarnemingen en opvolging daarvan (Congres): mw. Luzette Wagenaar, burgemeester van Waterland dhr. Jos Wienen, burgemeester van Katwijk Europees mensenrechtenbeleid (Congres): dhr. Harald Bergmann, burgemeester Middelburg Actuele zaken omtrent goed bestuur en asiel en immigratiebeleid (Congres): mw. Amy Koopmanschap, burgemeester van Diemen mw. Jetty Eugster, Burgemeester van Schijndel Goed bestuur (CvdR en Congres): dhr. Rik de Lange, burgemeester Duiven Decentralisatie en lokaal bestuur (internationaal): dhr. Frans Mencke, gemeentesecretaris van de gemeente Hoorn D Innovatie en lokale economische en sociale ontwikkeling Europa 2020 is de Europese strategie met concrete doelstellingen om meer duurzame groei en werkgelegenheid te creëren in de Europese Unie. Hiertoe wordt op Europees niveau beleid gemaakt. Zoals het HORIZON 2020 programma dat erop gericht is zowel fundamenteel als toegepast onderzoek te stimuleren. De Europese Commissie ziet hierbij steeds meer het belang van steden als aanjager van economische groei en innovatie. Een voorbeeld hiervan is het door de Europese Commissie opgerichte Europees Innovatie Partnerschap (EIP) Smart Cities and Communities. Daarnaast wordt jaarlijks aan de lidstaten gevraagd plannen te maken om de doelstellingen van de Europa 2020 Strategie te vertalen naar nationale doelstellingen. Bij het behalen van een groot aantal van deze doelstellingen, zoals energie-efficiëntie, arbeidsparticipatie, armoedebeleid, onderwijs & talentontwikkeling, vroegtijdig schoolverlaten en innovatie, staat het beleid van decentrale overheden centraal. Naast uitvoering van rijksbeleid gaat het veelal ook om eigen beleid en ambities op het gebied van innovatie en energie. Ook op internationaal niveau zijn deze thema s prioritair voor samenwerking. Er is een verschuiving van traditionele ontwikkelingshulp naar handel en economische samenwerking zichtbaar. Het lokaal bestuur speelt een belangrijke rol om randvoorwaarden te verbeteren waardoor op lokaal niveau economische ontwikkeling kan plaatsvinden. Nederlandse steden en gemeenten zijn steeds vaker geïnteresseerd in die samenwerkingsvormen waarbij het eigen bedrijfsleven kan profiteren. Tegelijkertijd zijn de ontwikkelingssamenwerkingsprojecten steeds vaker gericht op het ontwikkelen van lokale economie in ontwikkelingslanden. De rijksoverheid erkent dat lokale overheden via hun stedenbanden/netwerken, inclusief de uitwisseling op het gebied van cultuur en sport, en door deelname van bestuurders in economische missies een belangrijke ambassadeursrol vervullen voor Nederland. Dit in aanvulling op het rijk. Daarom is de VNG vertegenwoordigd in de Dutch Trade and Investment Board. Europees economisch- en industriebeleid: dhr. Ahmed Aboutaleb, burgemeester van Rotterdam Interne markt: dhr. Rob Jonkman, wethouder te Opsterland Innovatie en ICT: mw. Ingrid van Engelshoven, wethouder te s-gravenhage Sociale zaken en werkgelegenheidsbeleid: Onno Hoes, burgemeester te Maastricht Internationale aspecten van lokale economische ontwikkeling: dhr. Joost van Keulen, wethouder te Groningen Vereniging van Nederlandse Gemeenten 5
E Ontwikkelingsbeleid In september 2015 worden de nieuwe ontwikkelingsdoelen vastgesteld voor de komende 15 jaar. Deze doelen zijn de opvolging van de millenniumdoelen en zullen een grote focus leggen op duurzaamheid op sociaal, economisch en ecologisch terrein. Er wordt een stevige lobby gevoerd om er voor te zorgen dat voor de lokale aspecten van elk van de doelen aandacht is en tegelijkertijd wordt er ingezet op een sustainable urbanization goal. Er wordt een grotere erkenning van de rol van lokaal bestuur in ontwikkeling(ssamenwerking) waargenomen op nationaal, Europees en internationaal niveau, en daar zal in de toekomst nog verder op ingezet worden. In dat kader is er ook zicht op een strategisch partnerschap tussen de EU en de Europese koepelvereniging van gemeenten (CEMR) en de internationale koepelvereniging (UCLG) ter versterking van de netwerken die zich bezighouden met ontwikkelingssamenwerking. Binnen het Comité van de Regio s heeft Hans Janssen inmiddels een erkende positie opgebouwd mbt het Europees ontwikkelingsbeleid. In 2015 krijgt zijn tweede rapporteurschap op dit terrein vorm en daar zullen we de komende jaren op voortbouwen.het biedt een goede basis voor vroegtijdig contact binnen de Europese Commissie en het Europees Parlement. Op nationaal niveau wordt ingezet op een structurele dialoog met het ministerie van Buitenlandse Zaken ten aanzien van de standpuntbepalingen inzake ontwikkelingssamenwerking in Europese en internationale gremia alsmede over de programma s en projecten ter versterking van lokaal bestuur, zoals het Local Government Capacity Programme (LGCP). Speciale aandacht wordt hierin gegeven aan thema s als vrede en veiligheid en de rol van lokale overheden in het bevorderen van dialoog en sociale cohesie, en wederopbouw van de gemeentelijke capaciteit na (natuur)rampen om zaken als bevolkingsadministratie, basisdienstverlening, planning e.d. weer op orde te krijgen. Bij al deze thema s speelt ook de vraag hoe Nederlandse gemeenten met hun ervaring en expertise van toegevoegde waarde kunnen zijn ten opzichte van andere partijen, en hoe, in het verlengde van de Millennium Gemeente Campagne, de rol ten opzichte van de eigen gemeenschap het beste vorm kan krijgen. Ook zal specifieke aandacht gevraagd worden voor de rol van cultuur, onderwijs en sport in internationale samenwerking. Met name cultuur en onderwijs kunnen immers een belangrijke bijdrage leveren aan ontwikkeling, een betere economie en dialoog voor vrede en veiligheid. Post 2015 ontwikkelingsdoelen: dhr. Ton Rombouts, burgemeester van s-hertogenbosch Europees ontwikkelingsbeleid: dhr. Hans Janssen, burgemeester van Oisterwijk Local Government Capacity Programme: dhr. Rik Gommers, wethouder te Winterswijk City Diplomacy en fragiele staten: dhr. Jan van Zomeren, burgemeester van Gemert-Bakel Rampen (internationaal): dhr. Rob Metz, burgemeester van Soest Gemeentelijke internationaal netwerk: Mw. Marloes Borsboom, wethouder te Rijswijk F EU-budget en fondsen Met het aantreden van de nieuwe Europese Commissie eind 2014, zal een start worden gemaakt met de voorbereiding van de midterm-review van de EU-begroting 2014-2020 in 2016. De voorgestelde tussentijdse evaluatie is nieuw, waardoor de gevolgen voor de gemeenten relevante fondsen nog onbekend zijn. Reden om pro-actief de tussentijdse evaluatie te volgen. Deze evaluatie vormt de opmaat voor de voorstellen van de Europese Commissie voor het meerjarig financieel kader (MFK) voor de EU voor de periode 2021-2028, die uiterlijk medio 2018 worden verwacht. Het MFK vormt het budget van de EU waarmee voor gemeenten belangrijke beleidsprogramma s als het cohesiebeleid en plattelandsontwikkeling worden gefinancierd. Gezien de verschillende meningen van rijk en decentrale overheden over het Europese cohesiebeleid (het rijk wil het cohesiebeleid voor rijke lidstaten afschaffen), is het van belang om al vroeg in het proces steun voor het decentrale standpunt te genereren in Brussel en andere hoofdsteden. Vereniging van Nederlandse Gemeenten 6
In dit beleidsplan is het Europese budget een horizontaal thema. Het is nauw verbonden met de thema s: stedelijke agenda (thema a), duurzaamheid, klimaat en energie (thema B) en innovatie en lokale economische en sociale ontwikkeling (thema d). De invulling van dit thema f wordt daarom integraal met de andere thema (en in samenwerking met de betrokken bestuurlijke portefeuillehouders) opgepakt. Europees Cohesiebeleid: dhr. Henri Lenferink, burgemeester van Leiden VNG De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is de koepelorganisatie van de Nederlandse gemeenten. De VNG is de vereniging van en voor alle mensen, die bestuurlijk en ambtelijk in de Nederlandse Gemeenten werken. Samen met alle gemeenten stáát de VNG voor kracht en kwaliteit van het lokale bestuur. De VNG heeft in Brussel een ambtelijke voorpost. Daarnaast werkt de VNG samen met veel andere organisaties en is lid van o.a. de Europese koepel van verenigingen, de Council of European Municipalities and Regions (CEMR) en de internationale koepel United Cities and Local Governments (UCLG). Vereniging van Nederlandse gemeenten Postbus 30435 2500 GK Den Haag Tel. +31 (0)70 3738200 www.vng.nl De Commissie Europa en internationaal De Commissie Europa en internationaal is één van de 10 beleidscommissies van de VNG. Voor meer informatie zie: http://www.vng.nl/vereniging/platform/vng-commissies/commissie-europa-en-internationaal Secretariaat van de Commissie Europa en internationaal: Simone Goedings Coördinator van de Nederlandse delegatie naar het CvdR Directie Europa Simone.goedings@vng.nl Anika Timmerman Secretaris van de Nederlandse delegatie naar het Congres VNG International Anika.timmerman@vng.nl Irene ten Teije Secretaris van de internationale delegatie VNG International Irene.tenteije@vng.nl Vereniging van Nederlandse Gemeenten 7