De straat, je werkplek

Vergelijkbare documenten
Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Summary 124

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility.

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim

Closing brothels is closing eyes

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en

Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping. The Relation Between Personality, Stress and Coping

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource.

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen

Differences in stress and stress reactivity between highly educated stay-at-home and working. mothers with spouse and young children

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering

Academisch schrijven Inleiding

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie

Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive

Determinanten en Barrières van Seksuele Patiëntenvoorlichting. aan Kankerpatiënten door Oncologieverpleegkundigen

Intercultural Mediation through the Internet Hans Verrept Intercultural mediation and policy support unit

Kwalitatieve Studie naar Motivatie en Barrières van Etnische Minderheden uit Amsterdam

mr. M.K.A. Wijnbelt officier van justitie Mensenhandel

De Invloed van Innovatiekenmerken op de Intentie van Leerkrachten. een Lespakket te Gebruiken om Cyberpesten te Voorkomen of te.

GOAL-STRIVING REASONS, PERSOONLIJKHEID EN BURN-OUT 1. Het effect van Goal-striving Reasons en Persoonlijkheid op facetten van Burn-out

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work.

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS

binnen een vrij Onderzoek Amsterdamse prostitutiebranche

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior

Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van. The explanation of the physical activity of elderly by determinants of

Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch

De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen.

S e v e n P h o t o s f o r O A S E. K r i j n d e K o n i n g

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit

Mentaal Weerbaar Blauw

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.

Inhoudsopgave Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?

Luister alsjeblieft naar een opname als je de vragen beantwoordt of speel de stukken zelf!

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten

De Invloed van Familie op

Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim.

De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een. Vergelijking met Rusten in Liggende Positie

The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope

Running head: OPVOEDSTIJL, EXTERNALISEREND PROLEEMGEDRAG EN ZELFBEELD

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur

De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl. The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style

Understanding and being understood begins with speaking Dutch

General info on using shopping carts with Ingenico epayments

Verbanden tussen Coping-Strategieën en. Psychologische en Somatische Klachten. binnen de Algemene Bevolking

Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN

De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden

Behandeleffecten. in Forensisch Psychiatrisch Center de Rooyse Wissel. Treatment effects in. Forensic Psychiatric Centre de Rooyse Wissel

Motivationele oriëntatie bij sociale vergelijking: Wanneer, waarom en met wie vergelijken?

Houdt u er alstublieft rekening mee dat het 5 werkdagen kan duren voordat uw taalniveau beoordeeld is.

Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie.

5. CONCLUSIES. 5.1 Overlast

Samenvatting. Aanleiding en doel van het onderzoek

De Invloed van Religieuze Coping op. Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie. Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar

Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women. Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere

Onderzoek naar Chinese bedrijven sinds 2007

De Invloed van Werkeisen en Hulpbronnen op de. Psychische Vermoeidheid en het Plezier in het Werk bij Werknemers. and Work Satisfaction of Employees

Appendix A: List of variables with corresponding questionnaire items (in English) used in chapter 2

SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE. Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het

1. In welk deel van de wereld ligt Nederland? 2. Wat betekent Nederland?

Executief Functioneren en Agressie. bij Forensisch Psychiatrische Patiënten in PPC Den Haag. Executive Functioning and Aggression

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen

van Werknemers Well-being Drs. P.E. Gouw

(1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs. (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme

De relatie tussen depressie- en angstsymptomen, diabetesdistress, diabetesregulatie en. proactieve copingvaardigheden bij type 2 diabetespatiënten

(SOCIALE) ANGST, GEPEST WORDEN EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen

LinkedIn Profiles and personality

Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie

MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate

Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen. Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en

Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer?

Impuls - Onderzoekscentrum maatschappelijke zorg

bij Kinderen met een Ernstige Vorm van Dyslexie of Children with a Severe Form of Dyslexia Ans van Velthoven

De Relatie tussen Lichamelijke Gezondheid, Veerkracht en Subjectief. Welbevinden bij Inwoners van Serviceflats

Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education

Media en creativiteit. Winter jaar vier Werkcollege 7

De bijsluiter in beeld

De Relatie tussen Momentaan Affect en Seksueel Verlangen; de Modererende Rol van de Aanwezigheid van de Partner

Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer

Bijlage 2: Informatie met betrekking tot goede praktijkvoorbeelden in Londen, het Verenigd Koninkrijk en Queensland

CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden

Externalisering van het migratiebeleid en de schaduwzijde van de EU-Turkije Deal.

De Relatie tussen de Fysieke Omgeving en het Beweeggedrag van Kinderen gebruik. makend van GPS- en Versnellingsmeterdata

Transcriptie:

Rachel Levi De straat, je werkplek Een onderzoek naar de rol van huiskamerprojecten in de hulpverlening en gezondheidsbevordering voor vrouwen in de straatprostitutie Afstudeerscriptie voor de opleiding Toegepaste Communicatie Wetenschap Faculteit Gedragswetenschappen Universiteit Twente, Enschede Afstudeercommissie: Dr. H. Boer (Universiteit Twente) Dr. C.H.C. Drossaert (Universiteit Twente) Drs. P. Houwing (Stichting Hulpverlening Opvang Prostituees) Augustus, 2004. Foto op omslag: Artist s wife, Egon Schiele (1917)

Weer gaat de wereld als een meisjeskamer open Het straatgebeuren zeilt uit witte verten aan (Paul Rodenko) De straat, je werkplek 2

Samenvatting Beleidsverschuivingen ten aanzien van straatprostitutie in Nederland hebben er toe geleid dat de zo goed gefaciliteerde tippelzones met huiskamerprojecten die in de jaren 70 zijn ingericht ter bestrijding van overlast in woonwijken en gezondheidsproblemen onder straatprostituees nu in een aantal steden mogelijk weer worden gesloten. Directe aanleiding voor de sluiting zijn de georganiseerde handel in vrouwen en drugs op en rond de tippelzones, die gemeenten en politie boven het hoofd groeien. Uit de bestaande literatuur over straatprostitutie blijkt dat juist straatprostituees, hoewel een relatief kleine groep onder de prostituees in Nederland (5% van de prostitutiepopulatie), een zeer kwetsbare groep vrouwen vormen. Straatprostituees hebben te maken met problemen op verschillende leefgebieden, waar dakloosheid, verslaving, dwang en financiële problemen er enkele van zijn. Tevens blijkt uit de literatuur dat seksuele contacten van straatprostituees relatief vaak van een hoog risicogehalte zijn, waardoor straatprostitutie in de context van de seksuele netwerken theorie een gevaar kan vormen voor de volksgezondheid als het gaat om verspreiding van SOA s en HIV/AIDS. De interventies die voor straatprostituees via huiskamerprojecten zijn opgezet zijn voornamelijk gebaseerd op het terugdringen van gedrag dat aan de problemen van de vrouwen en bedreiging van de volksgezondheid ten grondslag ligt, in de vorm van gezondheidsvoorlichting en gezondheidsbevorderende activiteiten (zoals ondersteuning met condooms en schone spuiten). In dit rapport zijn een drietal onderzoeksvragen aan de orde gesteld om meer inzicht te krijgen in de zorgverlening rond straatprostituees en de veranderingen die men kan verwachten wanneer tippelzones en huiskamerprojecten sluiten. De eerste onderzoeksvraag luidde: Hoe is de zorgverlening aan straatprostituees in Nederland georganiseerd en welke rol spelen huiskamerprojecten in het zorgnetwerk?. Ter beantwoording van deze onderzoeksvraag is een deelonderzoek verricht onder informanten werkzaam bij verschillende typen instellingen uit het hulpverleningcircuit. De eerste doelstelling van het onderzoek onder hulpinstellingen was het achterhalen van de (gezondheids) problemen van straatprostituees die bij de hulpverlening bekend zijn: Het blijkt dat hulpverleners straatprostituees identificeren als een zorgbehoevende groep vrouwen met veel problemen, op alle leefgebieden. De problemen die het vaakst door instellingen geïdentificeerd zijn betreffen verslaving (en hieraan gerelateerde spuitabcessen), problemen met de hygiëne/gezondheid en huisvesting. De tweede doelstelling van het onderzoek was het in kaart brengen van de organisatie van zorg aan straatprostituees. Om in alle verschillende hulpvragen te kunnen voorzien bestaat een complex netwerk van waaruit het zorgaanbod aan straatprostituees wordt gedaan. Het zorgaanbod is De straat, je werkplek 3

gecombineerd en wordt geleverd vanuit zeven typen zorginstellingen, te weten: huiskamerprojecten, preventieve gezondheidszorg, medische gezondheidszorg, geestelijke gezondheidszorg & maatschappelijk werk, maatschappelijke opvang, verslavingszorg en politie & justitie. Het grootste deel van het zorgaanbod vanuit deze instellingen vindt plaats via of door de huiskamerprojecten. De derde doelstelling van het onderzoek was het evalueren van de hulpverlening aan straatprostituees met informanten uit het hulpverleningcircuit. Er is bij hulpinstellingen nauwelijks inzicht in de objectieve, cijfermatige effectiviteit van interventies die voor de straatprostituees zijn opgezet. Bekend is dat hulpinstellingen via de huiskamerprojecten ongeveer 90% van de straatprostituees kunnen bereiken, wat een uitzonderlijk hoog bereik is voor een gezondheidsinterventie. Naast het bereik via de huiskamerprojecten zijn alleen cijfers bekend over de Hepatitis B vaccinatiecampagne van de GG&GD. Daaruit blijkt dat in de eerste vaccinatieronde een groot aantal (straat)prostituees bereikt worden, maar dat het lost to follow up percentage bij deze groep hoog is (bijna 60%), wat gezien kan worden als een groot probleem voor de gezondheid van straatprostituees. Hulpinstellingen ervaren dat het belang van zorg voor straatprostituees groot is en dat het aanbod via de huiskamers effectief is. Instellingen beoordelen het eigen zorgaanbod en dat van andere instellingen positief. De vierde en laatste doelstelling van het deelonderzoek onder hulpinstellingen was het in kaart brengen van de mogelijke effecten van het wegvallen van huiskamerprojecten op het functioneren van het hulpnetwerk dat voor straatprostituees is opgezet. De resultaten hiervan worden besproken onder de derde centrale onderzoeksvraag. De tweede onderzoeksvraag waarop het rapport ingaat luidde: Wat zijn de opvattingen van straatprostituees ten aanzien van de zorgverlening en welke rol spelen de huiskamerprojecten voor hen? Ter beantwoording hiervan is onderzoek gedaan onder een steekproef van straatprostituees, werkzaam op de Haagse tippelzone. In de eerste plaats is in kaart gebracht op welke schaal straatprostituees gebruik maken van het zorgaanbod in de vorm van de tippelzone, van de verschillende onderdelen van de huiskamer en het zorgaanbod buiten de huiskamer om. Het blijkt dat door straatprostituees op grote schaal gebruik wordt gemaakt van de tippelzone en huiskamer. Via de huiskamer wordt vooral gebruik gemaakt van de medische en facilitaire diensten. De zorgvraag van straatprostituees is veelzijdig. Met name financiële problemen, problemen op het gebied van huisvesting en illegaliteit komen vaak voor. De zorgvraag wordt voornamelijk bij de huiskamer neergelegd. Buiten de huiskamer om wordt door straatprostituees nauwelijks gemaakt van andere hulpverlening. In de tweede plaats is in kaart gebracht welke associaties en opvattingen straatprostituees hebben bij de tippelzone en huiskamer en welk belang zij hieraan toekennen. Naar voren is gekomen dat de huiskamer door straatprostituees zeer gewaardeerd wordt, de opvattingen die zij hebben ten aanzien van de huiskamer als belangrijkste interventie in het zorgaanbod zijn positief om verschillende De straat, je werkplek 4

redenen. Straatprostituees geven aan dat zij zich in de huiskamer thuis voelen, zij hier zichzelf kunnen zijn, de nodige rust kunnen vinden, maar ook sociale contacten indien hieraan behoefte bestaat. Ten aanzien van de tippelzone, het meest basale onderdeel van het zorgaanbod, bestaan gemengde gevoelens. Enerzijds voelen straatprostituees zich financieel zeer sterk afhankelijk van de tippelzone, anderzijds is bij een aanzienlijk deel van de straatprostituees sprake van gevoelens van onveiligheid wanneer zij op de tippelzone aan het werk zijn. Op de afwerkplekken zijn deze gevoelens van onveiligheid minder aanwezig. Op de afwerkplekken voelen straatprostituees zich voldoende beschermd door collega s en politie. Het derde en laatste doel van het deelonderzoek onder straatprostituees was het in kaart brengen hoe het huidige gezondheidsgedrag van straatprostituees is waar het gaat om drugs en condoomgebruik en welke ontwikkelingen zij ten aanzien hiervan verwachten wanneer de tippelzone en huiskamer uit het zorgaanbod wegvallen. Het gezondheidsgedrag van straatprostituees in de steekproef bleek positiever dan op basis van de literatuur werd aangenomen. Er werd door een minderheid van de straatprostituees in de steekproef drugs gebruikt, doch niet intraveneus. Condoomgebruik onder straatprostituees was hoog en bovendien consequent. Straatprostituees hebben de verwachting dat zij ook na het sluiten van de tippelzone tijdens hun werk consequent condooms zullen gebruiken. De derde en tevens laatste kernvraag die in het rapport aan de orde komt is: Wat zijn de effecten van het sluiten van tippelzones en huiskamerprojecten volgens zorgverleners en straatprostituees? De analyse van de resultaten uit beide deelonderzoeken heeft geleid tot een aantal conclusies ten aanzien van de mogelijke effecten van het sluiten van tippelzones. Op basis van de resultaten uit de beide deelonderzoeken wordt in dit rapport beargumenteerd dat het voortzetten van een gecombineerd zorgaanbod via de huiskamerprojecten, al dan niet in combinatie met de tippelzones, zowel voor hulpinstellingen als straatprostituees het meest wenselijk is. Naar voren is gekomen dat bij het wegvallen van huiskamerprojecten uit het zorgnetwerk de hulpvragen van straatprostituees zullen blijven bestaan. De meerderheid van de straatprostituees verwacht te blijven tippelen, ook zonder tippelzone. Door hulpinstellingen wordt verwacht dat zij in deze situatie echter niet meer zullen kunnen voorzien in een deel van de hulpvragen van straatprostituees. Het bereiken van straatprostituees zonder centrale plaats waar zij verzameld zijn lijkt onmogelijk. Straatprostituees hebben bovendien niet de verwachting dat zij bij het verdwijnen van de huiskamer gebruik zullen maken van andere hulpinstellingen. In het rapport worden naast de aanbeveling om huiskamerprojecten voort te zetten echter ook enkele zorgalternatieven voor de huiskamerprojecten besproken. De straat, je werkplek 5

Summary A population of 1500 street prostitutes in the Netherlands is being confronted with the closure of their legal, well facilitated working environment; the so called streetwalkers districts with special drop-in centers where the street prostitutes can rest, buy cheap condoms and get medical care. Amsterdam was first in a row to close its streetwalkers district. Other cities will follow in the near future. After a review of the literature on street prostitution the following conclusions, inter alii, were drawn: Street prostitutes, although a minority within the Dutch prostitution population, are a very vulnerable group of women, confronted with many health and social problems. Street prostitution can be associated with high risk sexual contacts and is a threat to public health in the context of the sexual networks theory. It is possible to fight the risks and problems related to street prostitution by means of health communication and measures beneficial to health (for example provision of condoms, medical examination). It was not certain what effects can be expected in case streetwalkers districts are closed and whether and/or to what extent public health in general and the health of street prostitutes specifically will be threatened. It was therefore decided to set up an investigation with the aim of finding answers to three central questions in this report. The first question was: In what way is the care for street prostitutes in the Netherlands organised and how important are drop-in centers for the effective provision of healthcare to street prostitutes?. This question was answered in the first of two sub-investigations. Data was gathered by means of interviews with informants from several health institutions aiming at street prostitutes. First goal of the investigation was to gain insight in street prostitutes problems, identified by informants from health institutions. Health institutions identify street prostitutes as a worrisome population, with problems in several areas. Most common problems are related to addiction, hygiene and housing. Second goal of the investigations was to gain insight in the way healthcare for street prostitutes is organised. Healthcare to street prostitutes is locally provided for by seven different sectors, which together form a health-network. These sectors are: drop-in centers, medical healthcare, preventive healthcare, psychiatric care, organizations for addiction and drug assistance, services for the homeless and police and judicature.the supply of healthcare by health institutions within the network is done to a great extent by way of the drop-in centers at the streetwalkers districts. Third goal was to evaluate the current health interventions by the institutions within the health network. It seems that institutions within the health network hardly have any (scientific) insight in the effectiveness of their services and interventions. Nevertheless, informants evaluate interventions De straat, je werkplek 6

positively. Through drop-in centers, health institutions are able to reach the majority of the street prostitutes; an estimated 90% of the street prostitution population, which is an extremely good result. The Hepatitis B campaigns through drop-in centres seem to be successful as well, although the lost to follow up rates are high (almost 60%), which can be seen as a threat to public health. Fourth goal was to gain insight in the possibilities to maintain a certain level of health support for street prostitutes after current facilities on which they depend, are closed. The results of this sub question will be discussed at the end of this summary. The second research question was: What attitudes do street prostitutes have towards the (health) care that is set up for them and what do drop-in centers mean for them? Data to answer this question was gathered by means of an oral questionnaire among a sample of street prostitutes and provided the following results. Street prostitutes requests for help are versatile. Most common requests for help concern financial problems, housing problems and illegality. Requests for help are mainly reported at/ through the drop-in center. Street prostitutes hardly have needs that are not covered by the current health supply. The drop-in centers are highly appreciated by street prostitutes. The drop-in center s services are well used. Particularly the provision of medical care and the facilities at the drop-in center are used by street prostitutes at a large scale. Street prostitutes have contradictory feelings towards the streetwalkers district as part of the care supply. On one hand, they feel very dependent on the streetwalker s district in a financial way, but on the other hand, street prostitutes have the feeling that it is unsafe at the streetwalkers district when they are at work. Health institutions worried about the (lack of) condom use by street prostitutes. Condom use among the street prostitutes seemed to be high and consistent. Street prostitutes do not expect that their condom use will change in case the streetwalker s district should be closed. The third and last question in this report is: What would be the effects of closing the streetwalkers districts and drop-in centers, according to health workers and street prostitutes?. The analysis of the results has led to the conclusion that health institutions within the local health-networks strongly depend on the drop-in centers for their supply of health. Both the institutions and the street prostitutes highly appreciate the streetwalkers districts and the drop-in centers and would prefer to keep them open as demand and offer of (health)care intertwine at the drop-in center. Support for the current health interventions (by way) of the drop-in centers is found in the literature as well, and this thesis highly recommends to reconsider closure of both the streetwalkers districts and the drop-in centers and to debate other solutions to combat current injustice and criminal offences related to streetwalkers districts. Should the streetwalkers districts be closed after all, this thesis argues that for maintaining help and support for the most vulnerable group of street prostitutes and preventing threats to public health, there are realistic alternatives for healthcare beside the drop-in centers. These alternatives are discussed in this thesis as well. De straat, je werkplek 7

Voorwoord Mensen die mij langer kennen stonden niet versteld van mijn keuze voor dit onderzoek. Vanuit mijn ideologische aard was het een logische keuze om in het studietraject dat ik de afgelopen vier jaar heb doorlopen te zoeken naar de inzetbaarheid van communicatieonderzoek op humanitair, sociaalmaatschappelijk vlak. Voor mij vormt dit onderzoek naar de zorgverlening en voorlichting aan straatprostituees dan ook met recht de afsluiting van mijn opleiding. Het laat wat mij betreft zien dat de kennis en de mogelijkheden van de communicatiewetenschapper geenszins beperkt zijn tot de commerciële wereld van reclame en imago-onderzoek zoals vaak door mensen gedacht wordt. Dank gaat uit naar mijn begeleiders, Henk Boer en Stans Drossaert, twee uiterst creatieve mentoren, die mij met hun betrokkenheid en scherpte hebben geprikkeld om verder te denken en te doen. Soms kwam ik duizelend van de overload aan feedback uit de vergaderingen met mijn begeleiders, maar altijd heeft deze feedback geleid tot een positieve impuls, hernieuwde inzet en vertrouwen dat het allemaal goed zou komen. Daarnaast wil ik Petra Houwing bedanken, die vanuit SHOP Den Haag heel wat gezellige, nachtelijke uurtjes met mij op de tippelzone heeft doorgebracht om met de vrouwen daar te spreken en die mij er steeds weer op wees de groep straatprostituees niet teveel over één kam te scheren. Dank gaat tevens uit naar alle andere hulpverleners en vrouwen die mij hebben geholpen aan informatie en die bereid zijn geweest hun mening met mij te delen. Zelfs voor een ambitieuze en overenthousiaste studente is het soms moeilijk voor te stellen dat zoveel mensen zich vrijwillig hebben ingezet voor dit onderzoek. Zonder hen zou dit onderzoek nooit zijn geworden wat het nu is. Naast deze mensen zijn er nog een aantal belangrijke personen in mijn leven die ik op deze plaats wil bedanken. Ik wil allereerst dank uitspreken aan mijn ouders, die mij iedere keer naar de Waldorpstraat hebben gebracht en s nachts weer gehaald, terwijl zij de volgende dag vroeg op moesten en ik nog even kon uitslapen. Ten slotte wil ik Sander bedanken voor alles wat hij voor me gedaan en betekend heeft. Sander, ik vind het hartverwarmend en heel speciaal hoe jij altijd voor me klaar stond, hoe je me hebt geholpen met het vertalen van de vragenlijst en me met je liefde rust gaf wanneer ik door de spreekwoordelijke bomen het bos niet meer zag. Jij wist me op de juiste momenten te motiveren, maar gelukkig ook onverbiddelijk terug te fluiten wanneer dat nodig was. Bedankt! Rachel Levi De straat, je werkplek 8

Inhoud 1. INLEIDING 12 1.1 BASISGEGEVENS OVER PROSTITUTIE IN NEDERLAND 13 1.2 VERSCHIJNINGSVORMEN PROSTITUTIE 14 1.2.1 OPEN VORMEN (WERVING VINDT PLAATS IN HET OPENBAAR) 14 1.2.2 GESLOTEN VORMEN (WERVING VINDT PLAATS IN DE BESLOTENHEID) 15 1.3 STRAATPROSTITUTIE EN HAAR PROBLEMATIEK 15 1.4 DWANG IN DE PROSTITUTIE 18 1.5 PROBLEEMSTELLING 19 1.6 OPBOUW VAN HET RAPPORT 21 2. GEZONDHEID EN WELZIJN VAN PROSTITUEES 22 2.1 GEWELD 23 2.2 DRUGSGEBRUIK 23 2.3 SOA EN HIV-PREVALENTIE ONDER PROSTITUEES IN NEDERLAND 25 2.4 AANTAL ONVEILIGE SEKSUELE CONTACTEN VAN PROSTITUEES IN NEDERLAND 27 2.5 DETERMINANTEN VAN CONDOOMGEBRUIK 30 2.5.1 BESCHERMINGSSTIJLEN 30 2.5.2 SITUATIONELE ASPECTEN 33 2.5.3 COPING 34 2.5.4 COGNITIES 35 2.6 MODELLEN VAN GEDRAG 36 2.7 HIV EN SEKSUELE NETWERKEN 38 2.8 VOORWAARDEN VOOR EFFECTIEVE INTERVENTIES VOOR GEDRAGSVERANDERING 40 2.8.1 DIFFUSION OF INNOVATIONS 41 2.8.2 SOCIAAL COGNITIEVE THEORIE 43 2.9 OVERZICHT ONDERZOEKEN 46 3. HET ZORGAANBOD AAN STRAATPROSTITUEES 49 3.1 INLEIDING EN ONDERZOEKSVRAGEN 49 3.2 INFORMANTEN 50 3.2.1 INTERVIEWS MET HULPVERLENERS 50 3.2.2 NONRESPONS 51 3.2.3 DEELNEMENDE INSTELLINGEN 52 3.3 METHODE VAN ONDERZOEK 52 De straat, je werkplek 9

3.3.1 INTERVIEWS MET HULPVERLENERS 52 3.3.2 HET INTERVIEWSCHEMA 53 3.3.3 PROCEDURE VAN HET INTERVIEWEN 55 3.4 RESULTATEN 56 3.4.1 PROBLEMEN VAN STRAATPROSTITUEES ZOALS BEKEND BIJ DE HULPVERLENING 56 3.4.2 DE INSTELLINGEN IN DE HULPVERLENING AAN STRAATPROSTITUEES OP STEDELIJK EN LANDELIJK NIVEAU 57 3.4.3 DE ROL VAN DE HUISKAMERPROJECTEN IN DE SAMENWERKING TUSSEN HULPINSTELLINGEN 60 3.4.4 EVALUATIE VAN DE HUIDIGE HULPVERLENING AAN STRAATPROSTITUEES 62 3.4.5 VERWACHTINGEN TEN AANZIEN VAN DE HULPVERLENING NA SLUITING VAN TIPPELZONES 69 3.5 CONCLUSIES 70 3.6 DISCUSSIE 72 4. DE ZORGVRAAG VAN STRAATPROSTITUEES 75 4.1 INLEIDING EN PROBLEEMSTELLING 75 4.2 METHODE VAN ONDERZOEK 76 4.2.1 DE PROCEDURE VAN WERVING 76 4.2.2 RESPONS 77 4.2.3 INSTRUMENT 78 4.2.4 PRETEST 81 4.2.5 DE PROCEDURE VAN INTERVIEWEN 81 4.2.6 VERWERKING EN ANALYSE 82 4.3 RESULTATEN EN CONCLUSIES 82 4.3.1 STEEKPROEFBESCHRIJVING 82 4.3.2 PROSTITUTIE GERELATEERDE VARIABELEN 84 4.3.3 DAKLOOSHEID EN DRUGSGEBRUIK 85 4.3.4 GEBRUIKMAKING VAN DE HAAGSE EN ANDERE TIPPELZONES 85 4.3.5 GEBRUIKMAKING VAN HULPVERLENING VIA EN BUITEN DE HUISKAMER 87 4.3.6 OPVATTINGEN TEN AANZIEN VAN DE TIPPELZONE 88 4.3.7 OPVATTINGEN TEN AANZIEN VAN DE HUISKAMER 90 4.3.8 ZORGBEHOEFTE NA SLUITING VAN DE HUISKAMER 91 4.3.9 GEZONDHEIDSGEDRAG IN DE HUIDIGE SITUATIE 94 4.3.10 VERWACHTE GEZONDHEIDSEFFECTEN NA SLUITING VAN DE TIPPELZONE 95 4.4 DISCUSSIE 96 4.5 RESUMÉ 99 De straat, je werkplek 10

5. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 101 5.1 CONCLUSIE 101 5.2 AANBEVELING: HET AANHOUDEN VAN HUISKAMERPROJECTEN 104 5.3 ALTERNATIEVE MOGELIJKHEDEN VOOR ZORG IN DE TOEKOMST 107 5.3.1 ZORGVERLENING AAN DRUGSGEBRUIKENDE STRAATPROSTITUEES (DGS) 107 5.3.2 ZORGVERLENING AAN NIET GEBRUIKENDE STRAATPROSTITUEES 109 5.4 RANDVOORWAARDEN EN AANBEVELINGEN VOOR ALTERNATIEF ZORGMODEL 110 5.5 AANBEVELINGEN VOOR VERVOLGONDERZOEK 112 5.6 TOT SLOT 113 LITERATUUR 115 De straat, je werkplek 11

1 Inleiding Naar het buitenland profileert Nederland zich als vrijgevochten land, waar de mensen haast onbegrensde tolerantie voor elkaar opbrengen. Vol trots worden de Amsterdamse wallen met haar raamprostitutie gepresenteerd als trekpleister voor het buitenlandse toerisme ( London talks about it, Paris thinks about it, Rome dreams about it, but Amsterdam has it! ). Wie s avonds door het centrum van de hoofdstad loopt wordt aangetrokken door felle neonverlichting van de vele seksclubs die de stad rijk is. Uit cijfers over prostitutie in Nederland blijkt dat er zo n 25.000 prostituees werkzaam zijn, in verschillende vormen van prostitutie, zoals escort, raamprostitutie en straatprostitutie. Samen zorgen zij voor gemiddeld 50.000 betaalde sekscontacten per dag. Dat prostitutie in al haar vormen getolereerd wordt is echter een schijnwerkelijkheid. Onlangs nog zorgde het bezoek van Amsterdams wethouder Rob Oudkerk aan prostituees op de tippelzone voor een hoop consternatie, waardoor hij gedwongen werd af te treden. Met zijn prostitutiebezoek was de wethouder te ver gegaan. Omdat op de tippelzone (die inmiddels gesloten is) sprake zou zijn van criminele circuits, vrouwenhandel en geweld was het voor de wethouder not done de vrouwen op de tippelzone te bezoeken. Het incident toont niet alleen aan dat in Nederland een dubbele moraal bestaat ten aanzien van prostituees (ze worden wel geaccepteerd, zolang ze maar niet bezocht worden), maar laat ook zien hoe met name rond de groep straatprostituees in Nederland een stigma hangt, dat hun positie alleen maar kwetsbaarder maakt. Het aftreden van Rob Oudkerk was niet de eerste keer dat de Amsterdamse Theemsweg in het nieuws was. In 2002 nog, werd op de Theemsweg een razzia gehouden om migrante straatprostituees van de tippelzone te houden en uit te zetten naar het land van herkomst. Het Parool bericht hierover: Het heeft veel weg van een invasie. Politiewagens en bussen rijden in colonne de tippelzone van de Theemsweg op. Agenten met honden speuren langs een hek.( )Tijdens de politieactie van vannacht, die deel uitmaakt van een serie arrestaties van illegale criminelen, probeert één vrouw ongemerkt langs de agenten te komen. Het lukt haar niet. Ze wordt teruggevoerd naar de afwerkplaats, waar inmiddels de hele groep prostituees als een kudde schapen bijeen is gedreven. De prostituees staan dicht op elkaar. Eén agent kan het niet aanzien dat de vrouwen zo gehurkt bij elkaar zitten. ''Zo inhumaan. Kijk nou naar die vrouwen. Het lijkt wel de Tweede Wereldoorlog. Dit was onder Nordholt nooit gebeurd. Wat maakt de politie er een show van,'' moppert hij (Parool, 24 september 2002). De Nederlandse tippelzones zijn tot stand gekomen om een aantal redenen: het voorkomen dan wel beperken van overlast van straatprostitutie; het vergroten van de veiligheid van de tippelaarsters; en het verbeteren van de hulpverlening en de medische zorg aan tippelaarsters. Recentelijk ligt de aandacht voor de tippelzones vooral op het sluiten ervan. In Amsterdam is in december 2003 de Theemsweg gesloten. Ook in Rotterdam en Den Haag is aangekondigd dat de tippelzones in 2005 waarschijnlijk de hekken moeten sluiten. Vanuit de gemeenten zijn de De straat, je werkplek 12

beweegredenen duidelijk: de tippelzones zijn een broeinest van criminele activiteiten, mensenhandel en drugspraktijken. Maar vergeet men dan niet waar de tippelzones ooit om begonnen zijn? Zolang de aandacht ligt op de nevenverschijnselen van straatprostitutie vergeet men waar het op de tippelzones nu werkelijk om gaat: het bieden van bescherming en hulp aan een groep vrouwen die toch al zeer kwetsbaar is. Het beeld ontstaat dat het niet alleen de tippelzones zijn die gesloten worden, maar ook de ogen. In dit inleidende hoofdstuk wordt een beschrijving gegeven van het verschijnsel prostitutie in Nederland. Hierbij zullen enkele basisgegevens uiteengezet worden, waarna de nadruk vooral zal liggen op de straatprostitutie en haar problematiek, omdat deze problematiek de aanleiding vormt voor de onderzoeken die in dit rapport worden beschreven. 1.1 Basisgegevens over prostitutie in Nederland Binnen het terrein van de prostitutie in Nederland is veelvuldig onderzoek gedaan. Demografen, sociologen en psychologen hebben veel interesse getoond in de prostitutie en bijkomende randverschijnselen. Met hun onderzoek probeerden ze onder meer inzicht te krijgen in het vóórkomen van verschillende vormen van prostitutie en vrouwenhandel, te achterhalen wat de determinanten zijn die voor vrouwen de doorslag gaven om in de prostitutie te gaan werken en een profiel te geven van de klanten die gebruik maken van seksuele diensten die door prostituees worden geleverd. Hoewel er nog veel gegevens missen, is er een aardige schets te geven van prostitutie in Nederland. Met name onderzoek van de Mr. A. de Graafstichting, instituut voor prostitutievraagstukken en onderzoek van Ron de Graaf (1995) draagt bij aan een beter inzicht in de Nederlandse situatie met betrekking tot prostitutie. Bij alle instanties die het toekomstig prostitutiebeleid moeten gaan dragen is een gebrek aan kennis over de basiskenmerken van prostitutie in Nederland, waardoor het nog niet mogelijk is een betrouwbaar gedetailleerd beeld te geven. In Nederland wordt het aantal vrouwen dat op jaarbasis in de prostitutie werkzaam is geschat op 25.000 (De Profeitstudie, 1999). Omdat de doorstroom in de prostitutie groot is, wordt het aantal prostituees dat op dag- of weekbasis werkt geschat op 12.500. In bijna een op de drie Nederlandse gemeenten komt prostitutie voor. Met name in de grote steden en in de grensgemeenten in Limburg, Groningen, Twente, West-Brabant en Zeeland zijn naar schatting zesduizend prostituees werkzaam. Prostitutie wordt zowel door vrouwen (90%) als door mannen (5%) en transgenders (5%) uitgeoefend, maar het grootste deel van de prostituees bestaat uit vrouwen. Dat blijkt uit De Profeitstudie, een inventarisatie van de mr. A. de Graafstichting in opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek en Documentatiecentrum (WODC) van het ministerie van Justitie (1999). Dit was de eerste zogenoemde nulmeting die verricht is naar de omvang van de Nederlandse seksindustrie. De straat, je werkplek 13

1.2 Verschijningsvormen prostitutie De prostitutie in Nederland kent verschillende verschijningsvormen. Er worden open vormen van prostitutie onderscheiden en gesloten vormen. Bij open vormen van prostitutie vindt de werving van klanten plaats in de openbaarheid. Dit in tegenstelling tot de gesloten vormen, waarbij klanten in de beslotenheid worden geworven. Hieronder volgt een overzicht en uitleg van de verschillende verschijningsvormen. Omdat straatprostitutie in dit onderzoek de belangrijkste plaats inneemt zal hierop de nadruk liggen. Tabel 1.1. Overzicht aantallen werkzame prostituees naar de verschillende verschijningsvormen van prostitutie. Werkzaam (dagelijks) Werkzaam (jaarlijks) Percentage (van totale prostitutie) Raamprostitutie 2000 5000 20% Straatprostitutie 320 1250 5% Seksclubs, Privé-huizen 3500-4000 11.250 45% Escort 3750 15% Thuis 1250 5% Anders 2500 10% Totaal 12.500 25.000 100% (Bron: Visser & Oomens, 1999) 1.2.1 Open vormen (werving vindt plaats in het openbaar) Raamprostitutie De prostituee huurt een raam plus werkruimte van een exploitant voor een bepaalde tijdsperiode, vaak per dag of dagdeel. De prostituee is verder onafhankelijk en werft zelf haar klanten en onderhandelt ook zelf over de prijs en de te verlenen diensten. De prostituee bepaalt een bedrag waarvoor de klant mag binnenkomen, waarna hij voor elke extra dienst die zij aanbiedt bijbetaalt (uitpezen). In 12 steden in Nederland komt raamprostitutie voor en naar schatting zijn daar gemiddeld op een dag 2000 raamprostituees werkzaam. Straatprostitutie (tippelen) De prostituee werft haar klanten op straat en/of in publieke ruimtes zoals een station of café. Na onderhandelingen over prijs en diensten neemt zij de klant mee naar een plek waar zij hem de beloofde seksuele diensten kan verlenen. Dit kan buiten (afwerkplek) of in de auto zijn, maar ook bij de klant thuis of in een prostitutiehotel (hotel in rosse buurt waar kamers voor een korte periode te huur zijn). In paragraaf 1.3 wordt uitgebreider aandacht besteed aan deze vorm van prostitutie omdat deze in dit onderzoek de belangrijkste rol inneemt. De straat, je werkplek 14