Studiehandleiding Leerling-Leerkracht Interactie (7014A416DY)

Vergelijkbare documenten
Studiehandleiding Leerling-Leerkracht Interactie (7014A416DT)

Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY)

Studiehandleiding Taal en diversiteit

Studiehandleiding Testleer en Testgebruik (7013K400CY)

Studiehandleiding Doelgroepen en Fenomenen in de Forensische Orthopedagogiek

Studiehandleiding Onderzoekspracticum (PW GY)

Masterclass Forensische Orthopedagogiek (7014B458DT)

Studiehandleiding Sociale Pedagogiek ( AT)

Studiehandleiding. Instructie en Leren ( AY) Bachelorjaar: 2 Cursusjaar: 2013/2014 Semester: 1, blok 2. Docent: dr. M.

Psychische Stoornissen en Opvoeding (7014A422AY)

studiehandleiding Schoolorganisatie ( AT)

Diagnostiek Behandel Combinatie bij Ontwikkelings- en Opvoedingsproblemen (7014A421AT)

Studiehandleiding Grondslagen, methodologie en analyse van pedagogisch praktijkgericht onderzoek II (7014C445AY)

Studiehandleiding Beleid en organisatie van onderwijs en opvoeding ( AY)

Studiehandleiding Grondslagen, methodologie en analyse van pedagogisch praktijkgericht onderzoek I (7014C445DY)

Studiehandleiding. Forensische Orthopedagogiek (7014B413DY) Masterjaar: Semester 1

Studiehandleiding Gedragsproblemen en Jeugdzorg ( AY)

Studiehandleiding Forensische Orthopedagogiek (7014B413DT)

Studiehandleiding Psychologie (70710P13AY) Semester 2, blok 5 en 6

Studiehandleiding Onderwijskunde, theorie en contexten I ( AY)

Studiehandleiding Onderzoek(svoorstel) ( DY)

Psychologie: ontwikkeling, persoonlijkheid en leren ( CT)

Studiehandleiding Wetenschapsfilosofie ( DT)

Studiehandleiding Testconstructie en onderzoeksverslaglegging AY (Pedagogiek) DY ULP13 (UPVA)

Studiehandleiding. Psychologie: ontwikkeling, persoonlijkheid en leren ( CY) Bachelorjaar 1 Cursusjaar: Semester: 2, blok 2 en 3

Studiehandleiding Neurobiologische ontwikkeling

Studiehandleiding Geschiedenis van opvoeding en onderwijs ( AY)

Studiehandleiding Rekenen jaar 1 (studiegidsnr.: 70710P14LY) Universitaire Pabo van Amsterdam. Nieuwe Prinsengracht 130.

Kinderen en jongeren actief in wetenschappelijk onderzoek

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Universitaire Pabo van Amsterdam. Nieuwe Prinsengracht VZ Amsterdam.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Studiehandleiding Inleiding Pedagogiek ( AY)

Studiehandleiding Psychotherapeutische stromingen ( DY)

Studiehandleiding Curriculum Studies ( AY)

Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen

Studiehandleiding Propedeuse POWL en UPvA Argumentatieleer hoorcolleges & werkgroepen /practica v1.1

Studiehandleiding Cognitieve Ontwikkeling & Leerproblemen ( AT/7012S230ET)

Studiehandleiding Bachelorscriptie Pedagogische wetenschappen ( AY) 6EC

Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen College of Child Development and Education Graduate School of Child Development and Education

Studiehandleiding Beroepsvaardigheden 1

Studiehandleiding Schoolorganisatie ( AY)

Studiehandleiding Grondslagen, methodologie en analyse van pedagogisch praktijkgericht onderzoek I (7014C445DT)

Studiehandleiding Inleiding Pedagogiek ( AY)

Studiehandleiding Onderwijs in Onderzoekend en Ontwerpend leren (studiegidsnr: DY)

Studiehandleiding Cognitieve Ontwikkeling & Leerproblemen ( AY)

Studiehandleiding Interventie in de Orthopedagogiek (7014A400AY)

Studiehandleiding Schoolorganisatie ( AY)

Morele Ontwikkeling en Behandeling (7012K441AY)

Studiehandleiding Interventie in de Orthopedagogiek (7014A400AT)

Studiehandleiding Geschiedenis van opvoeding en onderwijs ( AT)

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR

Studiehandleiding Geschiedenis (studiegidsnr.: MY)

Studiehandleiding Beroepsvaardigheden 4 (70710P04MY)

Studiehandleiding Sociaal-emotionele ontwikkeling in opvang en onderwijs

Studiehandleiding ONDERWIJSSOCIOLOGIE ( AT)

Studiehandleiding Inleiding Pedagogiek (studiegidsnr: 70710P09AY)

Studiehandleiding Psychopathologie ( AT/7012S255ET)

Toetsplan Bacheloropleiding Kunsten, Cultuur en Media

Neerlandistiek CROHO 60849

De OER in gewoon Nederlands

Studiehandleiding Gespreksvaardigheden ( DY)

Studiehandleiding Cognitieve Ontwikkeling & Leerproblemen (studiegidsnr.: EY)

Midden-Oostenstudies CROHO 60842

Studiehandleiding Filosofie van Opvoeding en Onderwijs ( AY)

BA 1 NTC Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 vaktitel vakcode 7 collegewekeweken. tentamen. schriftelijk. schriftelijk. tentamen. tentamen.

Studiehandleiding Seksuele Opvoeding in Maatschappelijke Context 7012K443AY

Inleiding 2. Het toelatingsexamen 3. NVO-examen 6. Het Pre-masterprogramma 7. Studeren in deeltijd 9

Studiehandleiding Beleid en organisatie van onderwijs en opvoeding ( AT)

Studiehandleiding Bachelorstage: 7012K470CY: 9 ECT 7012K470AY: 6 ECT

Toetsplan Bachelor CIW

Studiehandleiding Forensische Orthopedagogiek & Recht (7014B474DT)

Wetenschapsfilosofie Onderwijskunde ( AY)

Beoordelingskader Pilot Bijzonder Kenmerk Ondernemen

Studiehandleiding beeldende vorming 2

Deel B: Bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur voor het studiejaar Inhoud:

Inhoudsopgave : PARAGRAAF 4 EXAMEN 6 Artikel 4 Iudicium 6

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur,

Studiehandleiding Inleiding Onderwijskunde ( AY)

Bijlage Onderwijs- en Examenregeling (OER) Master Programma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

EXAMENREGELING TWEEDE JAAR PSYCHOLOGIE

Studiewijzer BACHELOR PSYCHOBIOLOGY VAK: BEHAVIOR-BASED ROBOTICS STUDIEJAAR: 3 E JAAR

: Afstudeerproject BSc KI : Bachelor Kunstmatige Intelligentie Studiejaar, Semester, Periode : semester 2, periode 5 en 6

JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2. (her)toetsing Griekse grammatica en

- MastertracksKlassieke en Mediterrane Archeologie - Archeologie van Noordwest Europa

Certificaten Daltononderwijs KPZ Wenke Daltonconsultants

Studiehandleiding Leerstoornissen (7014A426AY)

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Pedagogische Wetenschappen. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Studiehandleiding Methodisch werken in de opvoedingsondersteuning (7014C440CT)

Studiewijzer. Bachelor Informatica. Inleiding Programmeren Studiejaar en semester: jaar 1, semester 1 (blok 1)

Inleiding 2. Het toelatingsexamen 3. NVO examen 5. Het schakelprogramma 6. INHOLLAND met doorstroomminor 8. Studeren in deeltijd 9

Inleiding 2. Het toelatingsexamen 3. NVO-examen 6. Het Pre-masterprogramma 7. Studeren in deeltijd 9

Reactie bachelor OER

Programma van toetsing

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Duitse taal en cultuur,

EXAMENREGELING TWEEDE JAAR PSYCHOLOGIE

21 januari 2011 Amsterdam. 1. Stresstheorie. 2. Onderzoek naar probleemgedrag en leraarstress. 3. Affectieve relaties en mentale representaties

EXAMENREGELING BACHELOR-PROPEDEUSE PSYCHOLOGIE

Inleiding 2. Het toelatingsexamen 3. NVO-examen 5. Het Pre-masterprogramma 6. Studeren in deeltijd 8

Transcriptie:

Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen College of Child Development and Education Graduate School of Child Development and Education Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam infopow@uva.nl Studiehandleiding Leerling-Leerkracht Interactie (7014A416DY) Masterjaar: 1 Cursusjaar: 2013/2014 Semester: 1 Coördinator/contactdocent: dr. H.M.Y. Koomen (tel. 020-5251524; e-mail:h.m.y.koomen@uva.nl) Uitvoerende docenten: dr. F.C. Jellesma dr. H.M.Y. Koomen Amsterdam, oktober 2013 1

1. Deelname aan het onderwijs en tentamen Deelname onderwijs/tentamen Om deel te kunnen nemen aan het onderwijs en/of eerste afsluitingsgelegenheid (tentamen) in deze module moet je je binnen de aanmeldingsperiode aanmelden via het Studenteninformatiesysteem (SIS). De aanmeldingsperiode van het eerste semester loopt van 17 juni t/m 01 juli 2013. De aanmeldingsperiode van het tweede semester loopt van 02 december t/m 16 december 2013. Mocht je problemen hebben bij het aanmelden voor de vakken via SIS neem dan tijdens de aanmeldingsperiode contact op met de onderwijsadministratie via infopow@uva.nl. De onderwijsadministratie zoekt dan samen met jou uit wat het probleem is en lost het samen met jou op. Zie voor meer informatie www.student.uva.nl/mpw in de A-Z lijst Vak- en tentamenaanmelding en SIS. Let op na de aanmeldingsperiode kun je je niet meer zelf via SIS voor vakken aanmelden. De aanmelding is dan gesloten. Na de aanmeldingsperiode kun je uitsluitend via de onderwijsadministratie worden aangemeld voor vakken op een vaste na-aanmeldingsdag* onder de volgende voorwaarden: 1. uiterlijk tot en met de eerste week waarin het vak is gestart 2. uitsluitend dan wanneer er nog plaats beschikbaar is 3. én tegen betaling van 70 euro administratiekosten * datum van de na-aanmeldingsdag moet nog worden vastgelegd. Deze datum wordt t.z.t. doorgegeven door de onderwijsadministratie via een e-mailbericht aan alle studenten. Deelname herkansing De aanmelding geldt voor het onderwijs alsmede voor de eerste afsluitingsgelegenheid. Studenten die het vak niet bij de eerste afsluitingsgelegenheid hebben behaald worden door de onderwijsbalie voor de herkansing aangemeld. Meld je op tijd af voor vak(ken) waar je niet aan gaat deelnemen. 2. Inleiding In deze module staan de interactie en relatie tussen leerkracht en leerling centraal. Leerkrachtleerlinginteracties en relaties blijken belangrijk voor het functioneren van leerlingen op school, zowel voor gedrag, sociaal-emotioneel functioneren als schools leren. In deze module zullen studenten actief bezig zijn met theorieën die centraal staan in het onderzoek naar leerkracht-leerlinginteracties en de uitkomsten en implicaties van belangrijke empirische studies. Daarnaast wordt tijdens praktische opdrachten kennis gemaakt met meetinstrumenten voor interacties en relaties, zoals observatieschalen en vragenlijsten, en met mogelijkheden voor interventie in problematische interacties en relaties. 2

Deze module sluit aan bij stof uit de modules Onderwijsleerproblemen (BA) en Interventie in de Orthopedagogiek (MA). 3. Voorkennis en aansluiting bij andere modulen De studenten dienen het bachelorexamen Pedagogische Wetenschappen of een vergelijkbaar examen gehaald te hebben om te kunnen deelnemen aan deze module. Of het laatste voldoende is voor toelating, wordt beoordeeld door de studieadviseur. Deze module bouwt direct voort op de kennis die in eerdere modulen is aangeboden. Wellicht ten overvloede: er wordt vanuit gegaan dat deelnemende studenten de stof uit de bachelorfase voldoende beheersen en waar nodig opfrissen. Dit geldt in het bijzonder voor de module Onderwijsleerproblemen. 4. Leerdoelen De volgende leerdoelen worden beoogd: Kennis en inzicht (Dublindescriptor): 1. Kennis over en inzicht in belangrijke theorieën en empirisch onderzoek over interacties en relaties tussen leerkrachten en leerlingen (master PW 1) 2. Kennis over en inzicht in de rol die leerling-leerkrachtinteracties en relaties spelen in de ontwikkeling van kinderen op school op het gebied van gedrag, sociaal functioneren en schools leren (master PW 1) 3. Kennis over en inzicht in interacties en relaties van leerkrachten met kinderen met leer- en gedragsproblemen (master PW 1) 4. Kennis over en inzicht in belangrijke meetinstrumenten voor diverse aspecten van interacties en relaties tussen leerkrachten en leerlingen (eindtermen master PW 2) 5. Kennismaking met interventies ter bevordering van interacties en relaties tussen leerkrachten en leerlingen (master PW 2) Toepassen kennis en inzicht (Dublindescriptor) 1. Het kunnen combineren van de verschillende theorieën die centraal staan in het onderzoek naar interacties en relaties tussen leerkrachten en leerlingen (master PW 1 en 3) Oordeelsvorming (Dublindescriptor): 1. Het kunnen koppelen van de eigen bevindingen en ervaringen tijdens de praktische opdrachten aan de onderzoeksliteratuur (master PW 3) 2. Een mening kunnen vormen over de werkbaarheid en het verwachte succes van interventies gericht op het verbeteren van de leerkracht-leerlingrelatie, op basis van de te lezen literatuur en discussie tijdens de colleges (master PW 5) 3

5. Inhoud De interactie tussen leerkracht en leerling is een sleutelfactor in de ontwikkeling van kinderen op school. Volgens ecologische ontwikkelingsmodellen zijn leerling-leerkrachtinteracties immers belangrijke proximale processen, waarbinnen het sociale en cognitieve leren op school vorm krijgt. Drie belangrijke domeinen die binnen leerkracht-leerlinginteracties onderscheiden worden zijn: emotionele ondersteuning, klasorganisatie en instructiekwaliteit. Voor alle drie domeinen geldt dat enerzijds gekeken kan worden naar de pedagogisch-didactische stijl van de leerkracht en het handelen ten opzichte van groepen leerlingen en anderzijds naar de dyadische interactie of afstemming op individuele leerlingen. Aan alle genoemde aspecten wordt kort aandacht besteed in de module. Op basis van diverse theoretische invalshoeken is onderzoek gedaan naar leerling-leerkrachtinteractie, waarbij zowel aandacht is besteed aan antecedenten ofwel factoren die van invloed zijn op de kwaliteit van deze interacties, als zogenaamde consequenten ofwel de gevolgen van interacties voor welbevinden, gedrag en leren. De laatste 15 jaar is het meeste onderzoek verricht vanuit de gehechtheidsbenadering, waarin de affectieve kwaliteit van de relatie tussen leerkracht en individuele leerling centraal staat. Verondersteld wordt dat zowel leerkracht als leerling, ieder op basis van de eigen relatiegeschiedenis, een mentaal model van de onderlinge relatie vormen, dat vervolgens beïnvloedt hoe ze zich zullen gedragen in de onderlinge interactie. Daarnaast is relevant onderzoek gedaan vanuit sociaal-motivationele theorieën waarin de kwaliteit van het handelen van leerkrachten wordt afgemeten aan de mate waarin deze is afgestemd op de fundamentele psychologische behoeften van kinderen aan verbondenheid, competentie en autonomie. Een derde theorie is de interpersoonlijke benadering van Leary op grond waarvan interactieprocessen tussen leerkracht en leerling fijnmazig kunnen worden geanalyseerd én beïnvloed aan de hand van de affectieve dimensies affiliatie en controle. Aan centrale concepten en onderzoeksbevindingen uit alle drie benaderingen wordt in de module aandacht besteed en tevens aan meetmethoden en instrumenten voor interacties en relaties en mogelijkheden tot interventie die in deze tradities ontwikkeld zijn. Een belangrijk onderwerp in de module betreft de interactie van leerkrachten met kinderen met leeren gedragsproblemen, de relaties die leerkrachten met deze kinderen ontwikkelen en de rol die de kwaliteit van deze interacties en relaties speelt in de ontwikkeling van kinderen op school. 4

6. Literatuur Artikelen op Blackboard: zie bijeenkomsten in 8. Rooster. 7. Onderwijsvormen Onderwijsvormen: - Hoorcollege, literatuurstudie, zelfstudie middels schriftelijke opdrachten, videobeoordeling en plenaire discussie. - Er worden geen webcolleges beschikbaar gesteld voor dit vak. - Verdeling studiebelasting (3-puntsmodule = 84 uur): Contacturen colleges: 4 x 3 = 12 uur Maken opdrachten: 3 x 6 = 18 uur Literatuurstudie: ruim 300 pagina s / gemiddeld 6 pagina s per uur = 51 uur Schriftelijk Tentamen: 3 uur Totaal: 84 uur - Op Blackboard vind je onder Studenten POW de cursusevaluaties van afgelopen jaar. Je kunt hierin lezen welke cursusaanpassingen plaatsvinden naar aanleiding van de evaluaties door de studenten en de docent(en). 8. Rooster Vier colleges: Van 31/10/2013 t/m 12/12/2013. Donderdag, van 13.00 tot 16.00 uur. De locatie van het onderwijs vind je op http://rooster.uva.nl. Houd de website http://www.student.uva.nl/mpw en/of de blackboardomgeving van dit keuzevak in de gaten voor roosterwijzigingen. Bijeenkomst Onderwerp 1: 31/10/2013 Leerkracht-leerlinginteracties en relaties: relevante begrippen en theorieën Docenten: Helma Koomen Onderwerpen: Relevante theorieën; interactie versus relatie; dyadische interactie/relatie versus leerkrachtstijl en klasklimaat; emotionele ondersteuning, gedragsmanagement en instructiekwaliteit. Literatuur (Blackboard): Pianta, R.C., Hamre, B., & Stuhlman, M. (2003). Relationships between teachers and children. In W. M. Reynolds, G. E. Miller & I. B. Weiner (Eds.), Hand- 5

book of psychology: Vol.7. Educational Psychology (pp. 199-234). Hoboken, NJ: Wiley. Koomen, H. M. Y., Verschueren, K., & Thijs, J. T. (2006). Assessing aspects of the teacher-child relationship: A critical ingredient of a practice-oriented psychodiagnostic approach. Educational and Child Psychology, 23, 50-60. Sabol, T. J., & Pianta, R. C. (2012). Recent trends in research on teacher-child relationships. Attachment & Human Development, 14, 213-231. CASTL (2010). Using the Classroom Assessment Scoring System CLASS to Assess and Improve Teacher Effectiveness. (vooral pg 1-3) Opdracht voor bijeenkomst 2 (zie BB): Opdrachten ter verwerking van de literatuur van bijeenkomst 2 (uiterlijk inleveren in postvak coördinator op maandag 11/11). 2: 14/11/2013 Leerkracht-leerling interactie en sociaal-emotioneel functioneren Docent: Helma Koomen Onderwerpen: dyadische relatie; emotionele veiligheid kind en sensitiviteit leerkracht; mentale representaties van relaties; meetinstrumenten: vragenlijsten (STRS/LLRV), leerkrachtinterview (TRI/LRI), observatie sensitiviteit leerkracht; interacties en relaties van leerkrachten met leerlingen met emotionele en gedragsproblemen Literatuur: Verschueren, K., & Koomen, H. M. Y. (2012). Teacher-child relationships from an attachment perspective. Attachment & Human Development, 14, 205-211. Doumen, S., Buyse, E., Colpin, H., & Verschueren, K. (2011). Teacher-child conflict and aggressive behavior in first grade: The intervening role of children s selfesteem. Infant and child Development. Advance online publication. DOI: 10.1002/icd.725. Thijs, J. T., & Koomen, H. M. Y.(2008). Task-related interactions between kindergarten children and their teachers: the role of emotional security. Infant and Child Development, 17, 181-197. Roorda, D. L., & Koomen, H. M. Y., Spilt, J. L., Thijs, J. T., & Oort, F. J. (2013) Interpersonal behaviors and complementarity in interactions between teachers and kindergartners with a variety of externalizing and internalizing behaviors. Journal of School Psychology, 51, 143-158. Spilt, J.L., & Koomen, H.M.Y. (2010). Het Leerkracht Relatie Interview: Interviews met leerkrachten over hun relaties met kleuters met gedragsproblemen. Kind en Adolescent, 31, 58-70. Silver, R.B., Measelle, J.R., Armstrong, J.M., & Essex, M. J. (2005). Trajectories of classroom externalizing behavior: Contributions of child characteristics, family characteristics, and the teacher child relationship during the school transition. Journal of School Psychology, 43, 39 60. Opdrachten voor bijeenkomst 3 (zie BB): 1. Afname relatievragenlijst bij één kind en één leerkracht en verslaglegging resultaten (uiterlijk inleveren in postvak coördinator op donderdag 5/12). 2. Schrijfopdracht ter verwerking van de literatuur van bijeenkomst 3 (uiterlijk inleveren in postvak coördinator op maandag 25/11). 3: 28/11/2013 Leerkracht-leerlinginteractie en schools leren Docent: Francine Jellesma Onderwerpen: sociaal-motivationele theorie; interpersoonlijke theorie; interpersoonlijk leerkrachtgedrag en schools leren; complementariteit in leerkracht-kind interacties en schools leren 6

Literatuur Roorda, D.L., Koomen, H. M. Y., Spilt, J. L., & Oort, F.J. (2011). The influence of affective teacher-student relationships on student s school engagement and achievement: a meta-analytic approach. Review of Educational Research, 81, 493-529. Wubbels, T., & Brekelmans, M. (2005). Two decades of research on teacherstudent relationships in class. International Journal of Educational Research, 43, 6-24. Fisher, D., Brok, P.J. den, Waldrip, B., & Dorman, J.P. (2011). Interpersonal behaviour styles of primary education teachers during science lessons. Learning Environments Research, 14(3), 187-204. Niemiec, C. P., & Ryan, R. M. (2009). Autonomy, competence, and relatedness in the classroom: Applying self-determination theory to educational practice. Theory and Research in Education, 7, 133-144. Opdrachten voor bijeenkomst 4 (zie BB): Opdrachten ter verwerking van de literatuur van bijeenkomst 4 (uiterlijk inleveren in postvak coördinator op maandag 9/12). 4: 12/12/2013 Leerkracht-leerlinginteractie en interventie Docent: Helma Koomen Onderwerpen: verschillende interventiemogelijkheden: gericht op dyadische interactie, relaties of aspecten van klasklimaat + nabespreken opdracht relatievragenlijsten (bijeenkomst 2) Literatuur: Uit Sabol & Pianta (bijeenkomst 1): Training teachers from a relational perspective (pg 222-225) Pianta, R.C., Mashburn, A.J., Downer, J., Hamre, B.K., & Justice, L. (2008). Effects of web-mediated professional development resources on teacher-child interactions in pre-kindergarten classrooms. Early childhood Research Quarterly, 23, 431-451. Driscoll, K.C., & Pianta, R.C. (2010). Banking time in Head Start: early efficacy of an intervention designed to promote supportive teacher-child relationships. Early education and Development, 21, 38-64. Spilt, J. L., Koomen, H. M. Y., Thijs, J. T., & van der Leij, A. (2012). Supporting teachers relationship with disruptive children: the potential of relationship focused intervention. Attachment & Human Development, 14, 305-318. Roorda, D. L., & Koomen, H. M. Y., Thijs, J. T., & Oort, F.J. (2013). Changing interactions between teachers and socially inhibited kindergarten children: An interpersonal approach. Journal of Applied Developmental Psychology, online publication: doi.org/10.1016/j.appdev.2013.03.002 Tentamen donderdag 19 december 2013 (9.00-12.00) Herkansing donderdag 6 februari 2013 (13.00-16.00) 7

9. Van de student verwachte activiteiten Voorafgaand aan iedere bijeenkomst wordt de opgegeven literatuur bestudeerd. Bijwonen van colleges: kennis van de behandelde collegestof is essentieel voor het succesvol afleggen van het tentamen (kennis van alleen Powerpoint slides volstaat niet). Uitvoeren c.q. maken van opdrachten, waaronder het afnemen van relatievragenlijsten bij een leerling en leerkracht. NB De gemaakte schriftelijke opdracht moet steeds geprint in het postvak van coördinator Helma Koomen worden ingeleverd op de maandag voor de volgende bijeenkomst (zie data in rooster). NB Het verslag van de opdracht afname relatievragenlijst bij één kind en één leerkracht moet verplicht geprint in het postvak van de coördinator Helma Koomen worden ingeleverd (uiterlijk op 5/12/2012). Actieve participatie in gezamenlijke bespreking van gemaakte opdrachten en discussies over de stof op basis van kennis van de opgegeven literatuur. 10. Beoordeling 10.1 Tentamen en hertentamen - De kennis van de stof behandeld in de 4 colleges zal getoetst worden door middel van een tentamen. De toets zal bestaan uit schriftelijke open vragen (essayvragen) die verband houden met de opdrachten die tijdens de module zijn gemaakt. - Daarnaast moeten (als handelingsdeel) de onder 9. vermelde opdrachten verplicht worden ingeleverd. Deze opdrachten worden niet beoordeeld maar wel steekproefsgewijs bekeken door de docent en gebruikt voor terugkoppeling in de volgende bijeenkomst. - Het tentamen vindt plaats op donderdag 19 december 2013 van 9.00 tot 12.00 uur. De herkansing vindt plaats op donderdag 6 februari 2014 van 13.00 tot 16.00 uur. - Let op: Studenten moeten zich vooraf aanmelden voor de herkansing van het vak. Wanneer je niet bent aangemeld voor de herkansing kan je cijfer niet in SIS geregistreerd worden. 10.2 Onderwijs- en Examenregeling: OER In de Onderwijs- en Examenregeling (OER) vind je meer algemene informatie over toetsing, bijvoorbeeld over de voorwaarden om aan tentamens te mogen deelnemen, herkansingen en de geldigheidsduur van uitslagen. Zorg ervoor dat je van deze informatie op de hoogte bent! Je vindt de OER in de digitale studiegids, en op http://www.student.uva.nl/mpw onder Onderwijs- en examenregeling (OER). De OER bevat ook andere belangrijke informatie, zoals over volgordeverplichtingen, aanwezigheidsverplichtingen, keuzepunten en minoren. 8

NB. In de OER is het volgende vastgelegd: 5.3.3. In geval van een paper, verslag, opdracht of scriptie, zoals beschreven in artikel 5.5, lid 3, is de herkansing in de vorm van revisie. 5.8.2. De eindbeoordeling van een onderdeel is voldoende bij een 5,5 of hoger. Eindbeoordelingen tussen 5,0 en 6,0 worden in de registratie afgerond op hele cijfers. 5.8.3. Bij deeltoetsingen wordt de eindbeoordeling bepaald op basis van een (gewogen) gemiddelde van de samenstellende delen. Daarbij worden geen minimumeisen gesteld aan het niveau waarop de afzonderlijk deeltoetsen worden afgesloten, tenzij deze voor aanvang van het onderdeel zijn goedgekeurd door de examencommissie en zijn opgenomen in de studiehandleiding. 5.9.5. Indien de afsluiting van een onderdeel bestaat uit meerdere tentamenvormen, worden deze afzonderlijk beoordeeld en bepalen deze deelresultaten tezamen het eindcijfer. Deelresultaten zijn geldig gedurende één studiejaar. Uitzondering hierop zijn resultaten van schriftelijke deeltentamens, zoals beschreven in artikel 5.5, lid 3. Deelresultaten van schriftelijke tentamens vervallen indien bij de eerste tentamengelegenheid deze gezamenlijk een onvoldoende resultaat opleveren en het eindcijfer van het onderdeel onvoldoende is. De herkansing van deeltentamens in de vorm van schriftelijke tentamens is altijd overkoepelend; schriftelijke tentamens kunnen niet in delen worden herkanst. In uitzonderlijke gevallen kan een deelresultaat langer gehandhaafd blijven, mits dit vooraf door de examencommissie is goedgekeurd, in de studiehandleiding is opgenomen en een maximale duur betreft van hooguit een extra studiejaar. 11. Feedback Feedback wordt gegeven bij inzage van het gemaakte tentamen. Op Blackboard wordt bekend gemaakt wanneer het tentamen kan worden ingezien. 12. Belangrijk Evaluatie van het onderwijs Docenten en het onderwijsinstituut hebben behoefte aan feedback van de studenten op de kwaliteit van het gegeven onderwijs. Waar nodig kan een betreffende module verbeterd worden voor de volgende groep studenten. Maar evalueren kan ook een goed leermoment zijn voor jou als student, omdat je zo extra nadenkt over je eigen leerproces en nagaat hoe je achteraf kijkt naar de inhoud van een module. Binnen de FMG wordt gewerkt met een vragenlijst die UvA-breed wordt toegepast. Bij het laatste college of na afloop van het tentamen zal je gevraagd worden deze vragenlijst in te vullen. Vul deze vragenlijst zo eerlijk mogelijk in, de resultaten ervan hebben geen consequenties voor de uitslag van het tentamen. Bovendien blijf je bij het invullen van de vragenlijst anoniem. Indien uit de resultaten 9

van de vragenlijst blijkt dat toelichting nodig is op de evaluatie van de betreffende module, organiseert het Onderwijsinstituut een panelgesprek. Hiertoe worden een aantal studenten uitgenodigd en wordt samen met de docent en de onderwijsdirecteur of studieadviseur gesproken over het verloop en de inhoud van de betreffende module. Studenten kunnen indien gewenst ook zelf een panelgesprek aanvragen. Op Blackboard vind je onder Studenten POW de cursusevaluaties van afgelopen jaar. Je kunt hierin lezen welke cursusaanpassingen plaatsvinden naar aanleiding van de evaluaties door de studenten en de docent(en). Fraude Onder fraude wordt verstaan het handelen of nalaten van de student dat erop gericht is het vormen van een juist oordeel door de examinator omtrent kennis, inzicht en vaardigheden van de student geheel of gedeeltelijk onmogelijk te maken. Een voor iedereen duidelijk herkenbare vorm van fraude is bijv. het op enigerlei wijze spieken tijdens het tentamen. Een helaas vaak voorkomende vorm van fraude, die in de wetenschappelijke wereld zeer zwaar wordt aangerekend, is het plegen van plagiaat. Plagiaat Een wetenschappelijke tekst moet controleerbaar zijn en daarom dien je gebruikte (internet)bronnen altijd vermelden in een zogenaamde bronvermelding. Als je een stuk tekst of tabel van iemand overneemt geef je precies aan wie de auteur is en waar je de tekst of tabel hebt gevonden. Doe je dat niet en wek je dus de indruk dat die tekst of die gegevens van jezelf zijn, dan wordt dat plagiaat genoemd. Het plegen van plagiaat in een paper of scriptie betekent altijd uitsluiting van de betreffende tentamen- of scriptiegelegenheid. Bovendien kan de examencommissie nog zwaardere straffen opleggen. Zorg dus dat je altijd goed je bronnen vermeldt en niet zomaar stukken tekst of gegevens van anderen overneemt. Zie ook de studentenwebsite http://www.student.uva.nl/mpw, in de A-Z lijst onder Fraude, plagiaat en bronvermelding,, en OERen bachelor- en masteropleiding Pedagogische wetenschappen en Onderwijskunde, deel A, artikel 3.11. Beroepsmogelijkheden Als je het niet eens bent met een beslissing van een examinator, is het verstandig om je eerst te wenden tot de Examencommissie POW met het verzoek om een uitspraak te doen over je eventuele klacht. Na die uitspraak kun je besluiten om binnen 4 weken beroep aan te tekenen bij de COBEX. Raadpleeg de studieadviseurs voor advies en de procedure. Je kunt hen bereiken via een e-mailbericht aan studieadviseurs-pow@uva.nl. 10

Onderwijs- examenregeling (OER) Algemene en specifieke informatie die geldig is voor de bachelor- en mastervakken kan gevonden worden in de Onderwijs- en examenregeling (OER). De OER is gepubliceerd op de studentenwebsite in de A-Z lijst onder OER en in de UvA Studiegids 2013-2014. 11

Bijlage 1. Dublindescriptoren kennis en inzicht toepassen van kennis en inzicht oordeelsvorming communicatie leervaardigheden Bachelor Heeft aantoonbare kennis en inzicht van een vakgebied, waarbij wordt voortgebouwd op het niveau bereikt in het voortgezet onderwijs en dit wordt overtroffen, functioneert doorgaans op een niveau met ondersteuning van gespecialiseerde handboeken, enige aspecten voorkomen waarvoor kennis van de laatste ontwikkelingen in het vakgebied vereist is. Is in staat om zijn/haar kennis en inzicht op een dusdanige wijze toe te passen, dat dit een professionele benadering van zijn/haar werk of beroep laat zien, en beschikt verder over competenties voor het opstellen en verdiepen van argumentaties en voor het oplossen van problemen op het vakgebied. Is in staat om relevante gegevens te verzamelen en interpreteren (meestal op het vakgebied) met het doel een oordeel te vormen dat mede gebaseerd is op het afwegen van relevante sociaalmaatschappelijke, wetenschappelijke of ethische aspecten. Is in staat om informatie, ideeën en oplossingen over te brengen op een publiek bestaande uit specialisten en niet-specialisten. Bezit de leervaardigheden die noodzakelijk zijn om een vervolgstudie die een hoog niveau van autonomie veronderstelt aan te gaan. Master Heeft aantoonbare kennis en inzicht, gebaseerd op de kennis en het inzicht op het niveau van Bachelor en deze te overtreffen en/of verdiepen, als mede een basis of kans bieden om een originele bijdrage te bieden aan het ontwikkelen en/of toepassen van ideeën, vaak in onderzoeksverband. Is in staat om kennis en inzicht en probleemoplossende methodes toe te passen in nieuwe of onbekende omstandigheden binnen een bredere (of multidisciplinaire) context die gerelateerd is aan het vakgebied; is in staat om kennis te integreren en met complexe materie om te gaan. Is in staat om oordelen te formuleren op grond van onvolledige informatie en daarbij rekening te houden met sociaalmaatschappelijke en ethische verantwoordelijkheden, die zijn verbonden aan het toepassen van de eigen kennis en oordelen. Is in staat om conclusies, alsmede de kennis, motieven en overwegingen die hieraan ten grondslag liggen, duidelijk en ondubbelzinnig over te brengen op een publiek van specialisten en niet-specialisten. Bezit de leervaardigheden die hem of haar in staat stellen een vervolgstudie aan te gaan met een grotendeels zelfgestuurd of autonoom karakter. 12

Bijlage 2. Eindtermen van de opleidingen, zoals beschreven in de OER. OPLEIDING PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN Eindtermen Master Pedagogische Wetenschappen Kennis en inzicht De afgestudeerde heeft grondige en specialistische kennis van en inzicht in: 1. theorieën en bevindingen én van methoden en technieken van de gekozen specialisatie alsmede van onderwerpen binnen of buiten die specialisatie die voor gebruik van genoemde theorieën en bevindingen van belang zijn; 2. de psychodiagnostiek en behandelingsmethoden, dan wel van de pedagogische probleemformulering en handelings- of interventiemethoden. Toepassen kennis en inzicht De afgestudeerde is in staat tot: 3. het toepassen van pedagogische kennis binnen een voor de pedagogisch relevant werkterrein en dit te relateren aan empirisch onderzoek en theoretische posities binnen de pedagogiek. Oordeelsvorming De afgestudeerde is in staat tot: 4. het hanteren van geavanceerde technieken voor pedagogisch onderzoek; 5. het zelfstandig opstellen en uitvoeren van een onderzoeks- of beïnvloedingsplan in verschillende fasen, zoals het verzamelen van relevante literatuur en het verzamelen, verwerken en interpreteren van gegevens; 6. het plannen, nemen van beslissingen en dragen van verantwoordelijkheid in de beroepssituatie. De afgestudeerde heeft: 7. specialistische vaardigheid op het gebied van psychodiagnostiek en behandeling dan wel van pedagogische probleemformulering en handelingstrategie of interventie; 8. specialistische vaardigheid op het gebied van gesprekvoering, observatie en rapportage; 9. inzicht in de consequenties van het eigen handelen voor anderen in de beroepssituatie; 10. besef van de ethische aspecten van de beroepsmatige omgang met anderen, zowel cliënten als proefpersonen, met inbegrip van de bredere consequenties van eigen onderzoeksresultaten en praktijkbeoefening; 11. besef van eigen beperkingen, d.w.z. op het juiste moment inroepen van deskundigheid van anderen en het zich op het juiste ogenblik onthouden van handelen. Communicatie De afgestudeerde heeft: 12. vaardigheid in het omgaan met anderen, het werken in teamverband. Leervaardigheden De afgestudeerde heeft: 13. bereidheid tot het herzien van eigen standpunten in de beroepssituatie. 13