Nieuwe regels voor de aanvullende pensioenen vanaf 2016 De nouvelles règles pour les pensions complémentaires à partir de 2016 De wet van 18 december 2015 ter waarborging van de duurzaamheid en het sociale karakter van de aanvullende pensioenen en ter versterking van het aanvullend karakter ten opzichte van de rustpensioenen Tijdens het Integrale Academy -seminarie van 16 februari 2016 hebben we een stand van zaken opgemaakt over de nieuwe maatregelen van de aanvullende pensioenen. Deze maatregelen hebben een belangrijke invloed op de verplichtingen van de inrichters van aanvullende pensioenplannen bedrijven of paritaire comités - en op de rechten van de aangeslotenen. In dit overzicht sommen we de acties op die Integrale, de inrichters en de aangeslotenen eventueel moeten ondernemen. 1. Pensioenleeftijd in de pensioenreglementen en -overeenkomsten (zelfstandigen en werknemers) De eindleeftijd in onze reglementen ligt meestal vast op de leeftijd van 65 jaar. In sommige reglementen ligt deze lager, bijvoorbeeld op 60 jaar. In al onze reglementen is voorzien dat, als de aangeslotene blijft voldoen aan de aansluitingsvoorwaarden, deze eindleeftijd automatisch wordt opgetrokken met een of meerdere jaren, maar tegen het nieuwe, op dat ogenblik geldende tarief. De wet stelt dat de pensioenleeftijd in de nieuwe reglementen voortaan niet lager mag zijn dan de wettelijke pensioenleeftijd (momenteel 65 jaar). Als de pensioenleeftijd van een reglement wijzigt, dan mag de nieuwe pensioenleeftijd niet lager zijn dan de wettelijke pensioenleeftijd. Voor werknemers die vanaf 1 januari 2019 in dienst treden, moet de pensioenleeftijd minstens gelijk zijn aan de wettelijke pensioenleeftijd. Momenteel geen actie te ondernemen: wat de eindleeftijd betreft voldoen de reglementen van Integrale tot minstens 31 december 2018 aan de nieuwe wettelijke vereisten. 2. Gepensioneerden (zelfstandigen en werknemers) Als iemand zijn wettelijk pensioen krijgt, dan zegt de wet dat zijn rechten op aanvullend pensioen definitief zijn opgebouwd. Deze persoon kan dus niet meer deelnemen aan de aanvullende pensioentoezegging. Er is een overgangsbepaling voorzien. Deze bepaling stelt dat de actieve gepensioneerden die aangesloten waren bij een pensioenstelsel vóór 1 januari 2016, aangesloten blijven tot hun uittreding.
3. Minimumrendementsgarantie artikel 24 W.A.P. (werknemers) Ter herinnering: de minimumrendementsgarantie is geldig tot aan de uittreding, de pensionering of de opheffing van het plan. Deze garantie is ten laste van de inrichter. De minimumrendementsgarantie, enkel van toepassing op het type "vaste bijdragen", "cash balance" en de persoonlijke bijdragen, is zo herzien dat ze de evolutie van de intrestvoeten beter weergeeft. Voortaan is de minimumrendementsgarantie variabel en wordt ze eenmaal per jaar bepaald binnen een vork van 1,75% tot 3,75%. Vanaf 1 januari 2016 is de minimumrendementsgarantie 1,75%. Deze garantie is van toepassing op alle toegekende bedragen en gestorte premies vanaf januari 2016. Wat gebeurt er met de opgebouwde minimumgarantie op 31 december 2015? Ze wordt aangepast en wordt : - een rentevoet van 3,25% (werkgeversbijdrage) en 3,75% (persoonlijke bijdrage), bij toepassing van de horizontale methode; - een rentevoet van 1,75% (het nieuwe minimum) bij toepassing van de verticale methode. Voor de reglementen die van kracht waren voor 1 januari 2016, kan men de methode niet kiezen: - Ze is horizontaal als Integrale over de hele pensioentoezegging tot aan de eindleeftijd een bepaald resultaat garandeert in functie van de gestorte bijdragen (bij Integrale is dit het geval voor de meeste plannen); - Ze is verticaal in de andere gevallen (voorbeeld: financiering door collectieve kapitalisatie). Voor de nieuwe reglementen vanaf 1 januari 2016 kan men de methode kiezen (het reglement moet de gekozen methode vermelden). Integrale heeft haar plannen aangepast aan de nieuwe berekeningswijze van de minimumrendementsgarantie. Tijdens de jaarlijkse herziening van het plan bekijken we de financiering van deze garantie. We doen dit door het bedrag van de garantie te vergelijken met de verworven reserve. Indien nodig vragen we aan de inrichter om de tekorten in verhouding tot de garantie aan te vullen. Op 1 januari 2016 is dit tekort bijna nihil voor quasi alle plannen die door Integrale beheerd worden. 4. Pensioneringen, andere verschuldigde prestaties en informatie (zelfstandigen en werknemers) Nieuw principe: de prestaties worden van nu af aan verplicht betaald bij de pensionering van de aangeslotene! (ongeacht de pensioenleeftijd die in het reglement is voorzien)
Afwijking van het principe: als de aangeslotene de wettelijke pensioenleeftijd (momenteel 65 jaar) heeft bereikt, of als hij aan de voorwaarden voldoet om met vervroegd pensioen te gaan, kan hij, zonder effectief met vervroegd pensioen te gaan, de vereffening van de prestaties aanvragen, voor zover dat toegestaan is in het reglement. Overgangsbepalingen: A) afhankelijk van de leeftijd die men in 2016 heeft bereikt, is een minimumleeftijd voorzien voor de vereffening van het aanvullend pensioen, voor zover deze vereffening is toegestaan in het reglement dat van kracht was voor januari 2016. Voor de aangeslotenen die in 1958 of vroeger geboren zijn, is de minimale leeftijd voor de vereffening dus 60 jaar. Ook in dit geval moet de aangeslotene de aanvraag voor vereffening indienen. B) De aangeslotenen die op de leeftijd van minstens 55 jaar ontslagen worden met het oog op een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) in het kader van een herstructureringsplan meegedeeld aan de Regionale of Federale minister van Werk voor 1 oktober 2015 (bedrijven in moeilijkheden of in herstructurering) kunnen de vereffening van de prestaties op 60 jaar vragen voor zover het reglement, zoals het bestond op 31 december 2015, deze vereffening toelaat. In 2016 moet de onderneming de pensionering van actieve aangeslotenen minstens 90 dagen op voorhand melden aan Integrale. De slapende aangeslotenen moeten binnen dezelfde termijn Integrale rechtstreeks op de hoogte brengen van hun pensionering. Integrale informeert de aangeslotene over de te betalen prestaties, de uitbetalingswijzen (waaronder het recht om het kapitaal om te zetten in rente) de nodige betalingsgegevens (kopie van de identiteitskaart, bankrekeningnummer, ). Integrale betaalt de prestatie ten laatste 30 dagen nadat de aangeslotene de nodige betalingsgegevens bezorgd heeft, wetende dat de betalingsdatum niet vroeger kan vallen dan de pensioneringsdatum. Vanaf januari 2017 neemt SIGEDIS de verplichte mededeling van pensionering over.
Het aanvullend pensioen wordt verplicht betaald bij de pensionering. Als de onderneming of de slapende aangeslotene Integrale niet op de hoogte heeft gebracht van de pensionering, dan verplicht de nieuwe wet om te rekenen vanaf de datum van pensionering. Na deze datum is het Integrale niet meer toegestaan om nog rendement toe te kennen! 5. De pensioentoezegging blijft geldig tot de pensionering, behalve bij opheffing van de pensioentoezegging (zelfstandigen en werknemers) Even ter herinnering. Dit betekent namelijk: - voor de actieve aangeslotenen, dat de pensioentoezegging van toepassing is ongeacht hun leeftijd (voorbeeld: verderzetting van premiestortingen in een plan van het type vaste bijdragen ); - voor de slapende aangeslotenen die in de pensioentoezegging zijn gebleven, in een plan van het type "vaste bijdrage met rendementsgarantie van de inrichter of in een Cash Balance -plan, dat de inrichter hen dit rendement eveneens moet garanderen. In de pensioenplannen waar de pensioenleeftijd lager is dan 65 jaar, voorziet Integrale automatisch voor de slapers, al dan niet in de pensioentoezegging gebleven, dat ze haar eigen rendement toekent tot aan de pensionering. Voor de actieve aangeslotenen zagen we in punt 1 dat de optrekking van de eindleeftijd is voorzien in de pensioenregeling. 6. Voorschotten, inpandgevingen, aanwending van de afkoopwaarde bij de wedersamenstelling van een hypothecair krediet (zelfstandigen en werknemers) Het verwerven van onroerend goed wordt aangemoedigd. Maar de termijn van deze verschillende mogelijkheden, voor de nieuwe akten vanaf 2016, mag niet korter zijn dan de wettelijke pensioenleeftijd (momenteel 65 jaar). 7. Gunstige vervroegingsmaatregelen (zelfstandigen en werknemers) Alle regelingen die de verworven reserves en/of verworven prestaties doen stijgen omwille van pensionering of uittreding, zijn absoluut nietig! Voorbeeld: premies blijven storten tijdens de periode van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT), of een eenmalige premie betalen om een verlies van wettelijk pensioen, enzovoort te compenseren. De loopbaan financieren na uittreding is dus niet meer mogelijk, behalve voor de duur van de ontslagaanzegging (als het reglement dat toelaat).
Overgangsbepaling: we kunnen nog gunstige vervroegingsmaatregelen voorzien voor aangeslotenen die in 1961 of vroeger geboren zijn. Het kan gaan om bestaande regelingen maar er kan eventueel ook een nieuwe regeling ingevoerd worden. Integrale neemt de volgende maanden contact op met de aangesloten ondernemingen die dergelijke regelingen hebben ingevoerd om dit met hen te bespreken. 8. Nieuwe mogelijkheid voor de uittredingen vanaf 1 januari 2016 (werknemers) Herhaling van de mogelijkheden tot 31 december 2015: 1. In de pensioentoezegging blijven zonder wijziging. 2. De verworven reserve overdragen, eventueel vermeerderd met het tekort van de minimumrendementsgarantie, naar een onthaalstructuur (met de keuze tussen verschillende overlijdensdekkingen). 3. De verworven reserve overdragen, eventueel vermeerderd met het tekort van de minimumrendementsgarantie, naar de pensioeninstelling van de nieuwe inrichter, als de aangeslotene deelneemt aan de pensioentoezegging van deze inrichter. 4. De verworven reserve overdragen, eventueel vermeerderd met het tekort van de minimumrendementsgarantie, naar een pensioeninstelling die al haar winsten proportioneel verdeelt onder de aangeslotenen in verhouding tot hun reserves en die de beheerkosten beperkt. Mogelijkheid 1 wordt mogelijkheid 1.a. We voegen mogelijkheid 1.b toe: in de pensioentoezegging blijven met als enige wijziging een overlijdensdekking die overeenkomt met de verworven reserves. De overlijdensdekking van mogelijkheid 1.a. was immers vaak ontoereikend (in sommige gevallen was er zelfs géén overlijdensdekking). In mogelijkheden 1.a en 1.b blijft de inrichter financieel verantwoordelijk. In de andere mogelijkheden verdwijnt de financiële relatie met de vorige inrichter na de overdracht en na aanzuivering van eventuele tekorten. Goed om te weten: de aangeslotene heeft in principe een maand om te antwoorden. Doet hij dat niet, dan krijgt hij volgens de wet een nieuwe termijn van 11 maanden om mogelijkheid 1.b. te kiezen. In al die tijd kan hij de mogelijkheden 2, 3 en 4 kiezen. Antwoordt hij niet, dan wordt hij geacht mogelijkheid 1.a. te kiezen. Integrale heeft het antwoordformulier voor de uittredingen vanaf 1 januari 2016 aangepast en het beheer van de nieuwe keuzemogelijkheid op punt gesteld.
9. Uittreding light (werknemers) De werknemers die, hoewel ze nog in dienst zijn, niet voldoen aan de aansluitingsvoorwaarden omdat ze bijvoorbeeld van statuut veranderen, krijgen de mogelijkheden 1.a. en 1.b. aangeboden. 10. Jaarverslag over het beheer van de pensioentoezegging (werknemers) Het jaarverslag moet vanaf nu nieuwe informatie vermelden, waaronder : de methode van minimumrendementsgarantie, het huidige financieringsniveau van deze garantie en de technische grondslagen van de tarifering. Integrale zal deze nieuwe bepalingen geleidelijk aan opnemen bij de jaarlijkse aanpassingen van de pensioenplannen.. 11. Herschrijven van pensioenregelingen (werknemers en zelfstandigen) De wet verplicht om de regelingen aan te passen voor 31 december 2018. Integrale stelt nieuwe algemene voorwaarden op. Deze voorwaarden zullen de komende weken beschikbaar zijn. Onze teams analyseren de wijzigingen aan de bijzondere voorwaarden van elke pensioenregeling. Tijdens deze periode van drie jaar nemen we contact op met de verschillende ondernemingen. Opgelet: de gevolgen van de nieuwe wet worden van kracht op 1 januari 2016. Bij het herschrijven moet men uiteraard de voorziene procedures inzake beslissings- en adviesbevoegdheid (werknemers) respecteren.