Wmo en hulpvragers Een training voor betrokkenen Gerard Nass Martin Schuurman Andries Lever Kennismarkt Gehandicaptensector 6 maart 2015 1
Doel en opzet van de training Beoogd wordt het opstarten en ondersteunen van het samenwerkingsproces tussen gemeenten (ambtenaren, ondersteuners) én mensen met (verstandelijke) beperkingen. Opzet van de training: Vooronderzoek (gesprekken over kwesties, thema s, wensen en doelen); nulmeting Sessie met ambtenaren/ ondersteuners Sessie met mensen met verstandelijke beperkingen Gezamenlijke sessie Resultaten: (1) Afspraken over samenwerking en eigenaarschap (fundament voor duurzaamheid) (2) Advies over vervolgtraject
1. De invalshoek van ambtenaren en ondersteuners Bij hen gaat het om twee zaken: De context waarbinnen zij werken. Het verkrijgen van inzicht in de leefwereld en achtergrond van mensen met beperkingen en hun communicatie. 3
Ambtenaren en ondersteuners de context
Ambtenaren en ondersteuners de context In de ondersteuning werkend vanuit het schillenmodel (Bron: Handreiking ondersteuningsplannen, Kennisplein Gehandicaptensector, 2013) 5
Ambtenaren en ondersteuners de context Prestatievelden Wmo die aan de orde zijn voor mensen met verstandelijke beperkingen: Prestatieveld 1: Bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten. Prestatieveld 3: Geven van informatie en advies en cliëntondersteuning. Prestatieveld 5: Bevorderen van deelname aan het maatschappelijk verkeer en het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisch psychisch of psychosociaal probleem. Prestatieveld 6: Verlenen van individuele voorzieningen om de zelfstandigheid te behouden. 6
Ambtenaren en ondersteuners de context Werken en denken vanuit de context houdt dus in: De hervorming/transitie met zijn vier nieuwe wetten. Het aangescherpte ondersteuningsmodel (schillen). Wat betreft Wmo: gerichtheid op prestatievelden. Daarnaast zijn er ook nog: De Participatiewet. Het VN-Verdrag (als internationaal moreel en juridisch kader). 7
Ambtenaren en ondersteuners mensen met beperkingen Binnen die context gaat het om het verkrijgen van inzicht in de leefwereld en achtergrond van mensen met beperkingen en hun communicatie. Belangrijk hierbij is het onderscheid tussen concepten: Eigen regie/zelfbeschikking zelfredzaamheid/eigen kracht Eigen regie/zelfbeschikking keuzevrijheid Waarborgen van de eigen regie en autonomie van mensen. Bewustwording dat de autonomie van mensen met een beperking ons uitgangspunt moet zijn, overal en altijd. (Zie ook VN-Verdrag) Zonder autonomie is de mens krachteloos! Ad hoc duurzaam. 8
Ambtenaren en ondersteuners mensen met beperkingen 9
Ambtenaren en ondersteuners mensen met beperkingen Het gaat om: het samenbrengen van de beleidswerkelijkheid en de dagelijkse realiteit van de doelgroep. Dat is een uitdaging. Die kan worden aangegaan door vier zaken centraal te stellen: 1.Informatieoverdracht 2.Communicatie vaardigheden 3.Luisteren, goede verduidelijkingvragen stellen 4.Meteen al kennismaken met de doelgroep, en dan niet indirect maar via directe ontmoeting 10
Ambtenaren en ondersteuners - hulpbronnen 11
Ambtenaren en ondersteuners - hulpbronnen 12
Ambtenaren en ondersteuners - hulpbronnen 13
2. De invalshoek van mensen met verstandelijke beperkingen Bij hen gaat het om twee zaken: Deelnemen en invloed uitoefenen op allerlei terreinen (prestatievelden Wmo, Participatieladder) Zichzelf scholen en het verkrijgen van ondersteuning daarbij 14
Mensen met verstandelijke beperkingen - inbreng Niveaus van cliënteninbreng (Participatieladder): 1.Informeren en geïnformeerd worden. 2.Raadplegen en geraadpleegd worden. 3.Adviseren en om advies gevraagd worden. - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - 4.Coproductie, samen een advies of regeling opstellen. 5.Meebeslissen. 15
Mensen met verstandelijke beperkingen een cursus Onderdeel 1: Kennismaking Doel: ijs breken, mensen leren elkaar kennen en motieven om mee te doen. Voorstelrondje aan de hand van drie vragen: wie ben je, wat weet je van de WMO en wat denk je van de WMO. Degene die geweest is, wijst de volgende aan. Deelnemers schrijven hun eigen naambordje (indicatie voor schrijfvaardigheden). Regels voor gesprek met elkaar: 1.Blijf bij kern onderwerp 2.Duidelijk spreken en mensen aankijken 3.Geen gelijk maar hoe kun je elkaar helpen? 4.Alleen verduidelijkingsvragen (ik snap het niet) 5.Flap -over voor structureren input Onderdeel 2: Wat vind jij belangrijk in jouw leven? Iedereen noemt twee dingen die belangrijk zijn. Een van de aanwezigen schrijft deze als steekwoorden op flap over. 16
Mensen met verstandelijke beperkingen een cursus Onderdeel 3: Verbinden Prestatievelden We verbinden de steekwoorden uit onderdeel 2 met de prestatievelden ( ordening). De Prestatievelden: Goed kunt wonen in je dorp, wijk of buurt In makkelijke taal informatie en advies krijgt over hulp, en waar je naar toe kunt voor die hulp. Zelfstandig mee kunt doen in jouw de buurt. Denk aan de bus, de winkels. Maar ook aan andere mensen ontmoeten in clubs en het wijkcentrum. Dat je dingen kunt leren die nodig zijn om mee te blijven doen in de wijk ( b.v. computeren, kennis over gezondheid en omgaan met geld). Pauze Onderdeel 4: Afsluiting Wat is het belangrijkste (de belangrijkste twee dingen uit hun leven voor iedereen)? We maken een top 5. Die top 5 is de agenda waarmee we gaan nadenken hoe we verder gaan (b.v. overleg met de gemeente, etc.). 17
Presentatievelden Wmo Goed kunt wonen in je dorp, wijk of buurt In makkelijke taal informatie en advies krijgen waar je naar toe gaan voor die hulp Zelfstandig mee kunt doen in jouw buurt (denk aan de bus, de winkels maar ook andere mensen ontmoeten in clubs, wijkcentrum Dat je dingen kunt leren zoals computerles, gezondheid, omgaan met geld.
Huishoudelijke ondersteuning In 2015 krijg je alleen nog huishoudelijke hulp van de Wmo als je zelf niet kan schoonmaken als je niemand hebt om jou te helpen als je zelf geen schoonmaakhulp kan betalen
LFB werkgroep Samen Sterk WMO- INFORMATIE Regeringsplannen De regering wil bezuinigen op de zorg. Mensen moeten meer voor elkaar gaan zorgen. Dan wordt de samenleving ook echt samen leven. En dan kost de zorg minder geld. Van AWBZ naar WMO AWBZ is Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten AWBZ geeft geld aan zorginstellingen WMO is Wet Maatschappelijke Ondersteuning WMO geeft geld aan gemeentes Kans of probleem? Het voordeel is dat de WMO de samenleving wil verbeteren. De WMO wil mensen met een beperking laten meedoen. Het nadeel is dat de WMO moet bezuinigen op betaalde zorg. De WMO wil meer hulp van familie en vrijwilligers. 20
Vervoer Alleen voor mensen die door ziekte of beperking echt niet met openbaar vervoer kunnen. Eigen bijdrage.
Dagbesteding Gaat over naar de Wmo Overgangsrecht Het kan zijn dat je een andere begeleider of dagbestedingsplek krijgt.
3. Invalshoek van ambtenaren/ondersteuners en mensen met verstandelijke beperkingen samen Hier gaat het er om: Dat met elkaar de belangrijkste behoeften vanuit de Wmoprestatievelden en de Participatiewet (arbeid/onderwijs) worden geformuleerd. Daarna wordt, via de participatieladder van Arnstein, het soort participatie gekozen (informeren, raadplegen, adviseren of meebeslissen) en voor de realisatie daarvan samenwerking gezocht met maatschappelijke stakeholders. Centraal staat de communicatie van ambtenaren/ondersteuners met de doelgroep. Dat betekent kennismaken met elkaars dagelijkse praktijk/realiteit, wegnemen handelingsverlegenheid, aan de hand van de prestatievelden. 23
Keukentafelgesprek Welke hulp wil je vragen? Wat kan jij zelf doen en wat niet? Kan jouw partner of familie helpen? Kunnen buren of vrienden helpen? Kunnen vrijwilligers helpen? Is deskundige begeleiding nodig?
Voor meer informatie Gerard Nass gerardnass57@gmail.com Tel: 06.50295861 Martin Schuurman kalliopeconsult@ziggo.nl www.kalliopeconsult.nl Tel: 06.12871927 Andries Lever Tel:06.48778550 www.lfb.nu a.lever@lfb.nu 25