Fonds Stimulering Cultureel Ondernemerschap, tweede ronde Aan het college van burgemeester en wethouders Den Haag, juli 2013 Inhoudsopgave A. B. Adviezen Fonds Stimulering Cultureel Ondernemerschap 1. Huis van Gedichten 2. De Dutch Don t Dance Division 3. Nederlands Dans Theater 4. Muziekacademie Den Haag 1
A. Bij amendement rv 88.2012/f op het Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur 2013-2016 Haagse Nieuwe heeft de gemeenteraad besloten een Fonds Stimulering Cultureel Ondernemerschap op te richten en hiervoor eenmalig 200.000,00 beschikbaar te stellen. Het fonds is bestemd voor realistische en goed onderbouwde plannen van Haagse cultuurinstellingen die hun cultureel ondernemerschap blijvend versterken. Aanvragen voor het fonds worden in volgorde van binnenkomst behandeld. Er kunnen subsidies worden verstrekt totdat het fonds is uitgeput. Tot op heden zijn drie aanvragen met een bijdrage uit het Fonds Stimulering Cultureel Ondernemerschap gehonoreerd voor een totaalbedrag van 55.000,00. Eén aanvraag is afgewezen. Er resteert dus een budget van 145.000,00. In dit worden vier nieuwe aanvragen beoordeeld. De aanvragen zijn ambtelijk beoordeeld en besproken door Cultuur en Economie, resulterend in het volgende advies. 2
B. Adviezen Fonds Stimulering Cultureel Ondernemerschap Gegevens aanvrager Nummer : 1 Aanvrager : Huis van Gedichten Gevraagd subsidiebedrag : 7.435,00 : Gedeeltelijk honoreren voor een bedrag van 5.711,00 Huis van Gedichten wil het ondernemerschap van de eigen organisatie versterken door middel van kennisontwikkeling en het opstellen van een businessplan met een aangescherpte missie, visie, doelstellingen en strategie. Daartoe heeft Huis van Gedichten een gefaseerd plan opgesteld. Onderdeel van het plan zijn het volgen van een Leergang Cultuuronderwijs door de directeur van de instelling, vergelijkend onderzoek uitvoeren naar bedrijfsvoering van vergelijkbare collega-instellingen, enkele brainstormsessies organiseren, het opstellen van het businessplan en tot slot opdrachtgevers en partners uit het bedrijfsleven verleiden om zich voor meerdere jaren aan Huis van Gedichten te verbinden. De totale kosten van het project worden begroot op 22.058,00. Huis van Gedichten draagt uit eigen middelen een bedrag van 4.415,00 bij in de kosten. Daarnaast wordt de Leergang Cultuuronderwijs gedeeltelijk gefinancierd met een privebijdrage en is een bijdrage in natura opgenomen. Aan het Fonds Stimulering Ondernemerschap wordt een subsidie gevraagd van 7.435,00. Huis van Gedichten wil met de voorliggende aanvraag laten zien dat het serieus werk maakt van het versterken van het ondernemend vermogen binnen de organisatie. Gekozen wordt voor een gefaseerde aanpak waarbij kennisvergaring en -ontwikkeling een centrale plek inneemt en moet resulteren in een businessplan. Hoewel in de aanvraag wordt beschreven op welke wijze Huis van Gedichten de opgedane kennis en ervaring met de culturele sector wil delen, wordt in de aanvraag geen beeld geschetst van te verwachten opbrengsten van het project. Niet geheel zeker is dan ook of op termijn Huis van Gedichten daadwerkelijk minder afhankelijk is van subsidie en aan slagkracht en stabiliteit heeft gewonnen. Desalniettemin wordt dit voorgestelde verdiepingstraject beoordeeld als een zinvolle exercitie voor deze kleine en efficiënte (aldus de adviescommissie Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur) organisatie. Huis van Gedichten ontvangt een meerjarige subsidie van 40.000,00 in het kader van het Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur. Deze subsidie dient met name ter ondersteuning van de binnenschoolse educatieplannen. Enkele onderdelen van het voorgestelde traject moeten in dit kader worden gezien als een basistaak van een professionele organisatie waarvoor ondersteuning met een additionele subsidie niet op zijn plaats is. Als positief wordt beoordeeld dat men zelf investeert in deelname aan een leergang. Het is aannemelijk dat het voor de kleine organisatie niet haalbaar is om binnen de huidige begroting het benodigde aantal extra uren te investeren om het voorgestelde project te realiseren. Om die reden wordt geadviseerd om de aanvraag gedeeltelijk te honoreren met een bijdrage specifiek bestemd voor de organisatie, inhoudelijke voorbereiding en begeleiding van de brainstormsessies en het schrijven van het strategisch businessplan. Gedeeltelijk honoreren met een bedrag van 5.711,00 3
Gegevens aanvrager Nummer : 2 Aanvrager : De Dutch Don t Dance Division Gevraagd subsidiebedrag : 15.000,00 : Honoreren De Dutch Don t Dance Division (DeDDDD) vraagt een financiële bijdrage ter versterking van het project De Dutch Junior Dance Division. DeDDDD constateert dat slechts een zeer klein percentage van de dansers die afstuderen aan het kunstvakonderwijs een langdurig contract krijgt bij één van de vier grote dansgezelschappen in Nederland. De meeste afgestudeerde dansers zullen projectmatig moeten gaan werken. Dit project bereidt dansers voor op projectmatig werken, leert hen breder te kijken en te denken en een realistisch beeld te creëren van hun mogelijkheden om een succesvolle carrière op te bouwen in de danssector. In het traject neemt DeDDDD jonge talentvolle dansers mee door de wereld van dans en podiumkunsten; nationaal en internationaal, op de planken en achter de schermen, van creatieproces tot uitvoering en van projectplan tot afrekening. Het project biedt DeDDDD kansen om op een meer gestructureerde manier commerciële activiteiten te kunnen ontwikkelen, waardoor men verwacht verhoging van de eigen inkomsten te realiseren. DeDDDD doet een aanvraag van 15.000,00 bij het Fonds Stimulering Cultureel Ondernemerschap voor de beschrijving en ontwikkeling van de methodiek en werkwijze van dit coachingtraject, evenals voor de opbouw van een vast repertoire met marketingmaterialen ten behoeve van de acquisitie van meer commerciële optredens. Dit moet voor DeDDDD groeien tot een succesvol verdienmodel. De totale kosten van het project worden begroot op 160.000,00. Met een eigen bijdrage en inkomsten uit activiteiten realiseert DeDDDD zelf 50.000,00. Het resterende budget wordt bij verschillende fondsen aangevraagd. In het meerjarenbeleidsplan 2013-2016 beschrijft DeDDDD haar plannen voor de Junior Dance Division. De commissie Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur kwalificeerde deze plannen als ambitieus en sprak de hoop uit dat DeDDDD erin slaagt om deze waar te maken onder formulering van noodzakelijke kwaliteitseisen en doelstellingen. De commissie achtte beide artistiek leiders in staat om op flexibele en pragmatische wijze een deel van het gat tussen de dansvakopleidingen en het werkveld te dichten. In het verlengde van het advies in het Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur 2013-2016 gaat DeDDDD de methodiek en werkwijze van het project verder ontwikkelen en beschrijven. Daarnaast wil DeDDDD de dansers die aan het project verbonden zijn een vast repertoire laten instuderen dat geschikt is voor commerciële optredens. Met het ontwikkelen van marketinginstrumenten en inzet op snelle producties, sales en aftersales ziet DeDDDD kansen om de inkomsten uit commerciële activiteiten verder te laten groeien. Hiervoor vraagt men een eenmalige bijdrage aan het Fonds Stimulering Ondernemerschap. In de voorliggende aanvraag wordt door DeDDDD op overtuigende wijze onderbouwd hoe met een extra eenmalige bijdrage (marketing)instrumenten en activiteiten kunnen worden ontwikkeld die het ondernemerschap van de eigen organisatie blijvend versterken. Geadviseerd wordt de aanvraag te honoreren. Honoreren 4
Gegevens aanvrager Nummer : 3 Aanvrager : Nederlands Dans Theater Gevraagd subsidiebedrag : 30.000,00 : Niet honoreren Nederlands Dans Theater (NDT) zet met ingang van 2013 groot in op het bereiken van nieuw, jong publiek en het betrekken van bestaand publiek met als doel een stijging van de bezoekcijfers. NDT ziet een stijging in bezoekcijfers als essentieel voor de verdere ontwikkeling van het gezelschap en van zijn cultureel ondernemerschap. Door het investeren in publieksbereik verwacht NDT de eigen inkomsten van 2,3 miljoen in 2012 te vergroten naar 5 miljoen in 2016. In 2013 wordt een nieuwe IT-infrastructuur aangelegd. De nieuwe website wordt ingericht naar voorbeeld van goede e-commercewebsites en is volledig gericht op conversie. Er worden conversiefunnels voor kaartverkoop en het doen van een gift ingericht. Door de integratie van update.seven met de website kan een goede en volledige database worden opgebouwd. Met het initiatief NDT MOTUS richt NDT zich op nieuw publiek. Vier keer per jaar gaat NDT in een Nederlandse club jonge bezoekers een programma met ballet van NDT op muziek van DJ s bieden. Mogelijke programmaonderdelen zijn een foto-expositie, videokunst, live muziek en/of vertoning van de Pathé live-optredens van NDT. Voor beide onderdelen van het project samen vraagt NDT een subsidie uit het Fonds Stimulering Cultureel Ondernemerschap van 30.000,00. De totale kosten bedragen in 2013 223.000,00, in 2014 254.000,00 en in 2015 253.000,00. Voor de dekking wordt hoofdzakelijk een beroep gedaan op fondsen en het bedrijfsleven. NDT investeert zelf 5.000,00 in het eerste jaar, 37.000,00 in 2014 en een bedrag van 37.000,00 in 2015. De keuze van NDT om de komende jaren extra in te zetten op het bereiken van nieuw publiek en het versterken van de band met de huidige bezoekers, is een belangrijk onderdeel van het nieuwe beleid. NDT zet daarbij enerzijds in op het versterken van het marketing en sales team met een databasemarketeer en een e-marketeer. Anderzijds wil NDT met NDT MOTUS moderne dans naar een nieuw publiek brengen en de bekendheid van het dansgezelschap versterken. NDT heeft hoge ambities geformuleerd. In de aanvraag wordt echter niet op overtuigende wijze gemotiveerd hoe deze ambities worden behaald met de beschreven acties. Zo blijft van het kostbare, maar overigens aantrekkelijke, concept van NDT MOTUS onduidelijk wat de verwachte opbrengsten zullen zijn. De vraag is of met het voorleggen van nieuwe proposities aan 2.000 bezoekers per jaar de investering op termijn wordt terugverdiend. Van een organisatie met de (financiële) omvang van het NDT mag worden verwacht dat men keuzes maakt binnen de eigen begroting en investeringen doet om bijvoorbeeld de marketingactiviteiten aansluiting te laten vinden bij de laatste ontwikkelingen. In de aanvraag spreekt NDT echter over een eigen bijdrage van 5.000,00 in het eerste jaar, oplopend tot 37.000,00 in 2015. Het is niet overtuigend dat NDT in de eigen exploitatie zo weinig ruimte kan vinden en de gevraagde subsidie noodzakelijk zou zijn. Geadviseerd wordt de aanvraag niet te honoreren. Niet honoreren 5
Gegevens aanvrager Nummer : 4 Aanvrager : Muziekacademie Gevraagd subsidiebedrag : 36.000,00 : Honoreren voor maximaal 23.500,00 onder voorwaarden Stichting Muziekacademie Den Haag heeft tot doel het bieden van kwalitatief hoogwaardig muziekonderwijs in Den Haag. De stichting tracht dit doel onder meer te bereiken door het oprichten en in stand houden van een academie die muziekopleidingen biedt aan een zo breed mogelijke doelgroep. De Muziekacademie beoogt te starten op 1 september 2013 met een team van ruim 40 ervaren docenten in een nog nader te bepalen huisvesting. Bij het zoeken naar een geschikt pand wordt Muziekacademie bijgestaan door een makelaarskantoor. Men verwacht op korte termijn een definitieve keuze te maken. De Muziekacademie streeft naar de hoogste kwaliteit met de laagste overhead en verwacht kostendekkend te gaan draaien op basis van een budgetmodel. Alle kosten zullen direct gelieerd zijn aan de inkomsten per lesuur. De stichting heeft geen middelen voor de kosten die zijn verbonden aan de opstart van de academie en zoekt hiervoor financiering. Bij het Fonds Stimulering Cultureel Ondernemerschap wordt een eenmalige bijdrage van 36.000,00 gevraagd voor de aanschaf van Orff-instrumentarium (voor introductiecursussen), cd-spelers en lessenaars, voor het opzetten en inrichten van de organisatie, het vinden van huisvesting en het realiseren van marketing- en communicatietools. Met deze eenmalige subsidie verwacht Stichting Muziekacademie Den Haag zonder exploitatiesubsidie het muziekonderwijs aan te kunnen bieden. Stichting Muziekacademie Den Haag is met gedrevenheid aan het werk om met ingang van het nieuwe schooljaar hoogwaardig muziekonderwijs aan Hagenaars te kunnen bieden. De stichting heeft in een korte tijd vele gesprekken gevoerd en een plan opgesteld voor een nieuw op te richten muziekacademie. In het plan zijn de doelen en ambities van de organisatie, evenals het aanbod en niveau en de beoogde doelgroepen, adequaat verwoord. Met de kennis en ervaring van betrokken professionals, en met steun van partners, ligt er een goede basis voor het realiseren van de inhoudelijke ambities. Met de netwerkorganisatie Koorenhuis wordt overleg gevoerd over samenwerking. Muziekacademie Den Haag heeft met Prinsegracht 27 de mogelijkheden verkend voor inhuizen in het voormalige gebouw van het Koorenhuis waar gebruik kan worden gemaakt van de daar aanwezige voorzieningen, materialen en Orff instrumentarium. Vooralsnog lijkt de stichting de voorkeur te geven aan eigen huisvesting. Hoe haalbaar eigen huisvesting is met de daarvoor in de begroting opgenomen middelen zal moeten blijken. Dit is mede afhankelijk van de nog te voeren onderhandelingen door de stichting met de toekomstige huisbaas, evenals de bijkomende kosten voor beheer, huurdersonderhoud, verzekeringen, enz. Voor een organisatie met tientallen docenten en honderden lesuren per week is de geraamde overhead van één dag in de week aan de lage kant. Dit is zeker het geval als de verhuurder niet bereid is of in staat is de noodzakelijke service (zoals portier, beheerder, schoonmaak) te leveren voor de geraamde huisvestingslasten en men zelf taken moet oppakken. De begroting geeft geen duidelijkheid hoe wordt omgegaan met BTW. Tot slot is de arbeidsconstructie voor de docenten onduidelijk. Het plan stelt dat zij niet als ZZP-ers verbonden zullen zijn aan de muziekacademie, maar het plan spreekt niet over werkgeverslasten en deze zijn ook niet te herleiden uit de begroting. 6
De ambitie om per 1 september 2013 te starten met het lesaanbod noodzaakt de Muziekacademie Den Haag om in een hoog tempo aan de realisatie te werken. In de aanvraag wordt overtuigend beargumenteerd dat een eenmalige bijdrage uit het Fonds Stimulering Cultureel Ondernemerschap de opstart van de academie mede mogelijk maakt. De stichting vraagt een eenmalige bijdrage van 36.000,00 waarvan een bedrag van 12.500,00 is bestemd voor de aanschaf van Orff-instrumentarium (voor introductiecursussen), materialen en transport van piano s. Gezien de noodzaak om gemeentelijke subsidies zo efficiënt mogelijk in te zetten en het feit dat Orff instrumentarium, lesmaterialen en voorzieningen reeds voor particulier muziekonderwijs in Den Haag beschikbaar zijn aan de Prinsegracht 27, is het niet wenselijk om het subsidieverzoek van de stichting voor de aanschaf van materialen en Orff instrumentarium en de transportkosten voor piano s te honoreren. Voor het opzetten en inrichten van de organisatie, het vinden van huisvesting en het realiseren van marketing- en communicatietools vraagt de stichting een bedrag van 23.500,00. De organisatiestructuur en exploitatie dienen echter verder uitgewerkt en onderbouwd te worden om de aanvraag voor dit deel van de opstartkosten definitief te kunnen honoreren. Om de subsidie van maximaal 23.500,00 te kunnen verlenen zal de stichting vóór 1 september 2013 moeten voldoen aan de volgende voorwaarden: 1. De stichting heeft een overeenkomst gesloten voor de huisvesting van de muziekacademie en kan de gemeente duidelijkheid geven over locatie, kosten en beheerstructuur; 2. De stichting heeft een sluitende exploitatie op basis van de daadwerkelijk afgesproken huur, servicekosten en serviceniveau met een daarop afgestemde overhead. De Muziekacademie in de gelegenheid te stellen om vóór 1 september 2013 een aangepast plan in te dienen dat voldoet aan de twee bovengenoemde voorwaarden en bij positieve beoordeling van dat plan maximaal 23.500,00 te verlenen. 7