Gemeente Groesbeek. Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer



Vergelijkbare documenten
Rapportage trillingsmetingen

Woningen Thorbeckerstraat - Weth. Mooringstraat Zaltbommel Trillingsonderzoek SBR A en B

Advies wegverharding Het onderzoek en advies is uitgevoerd door het Wegenbouwlab te Heerhugowaard.

TPG locatie Nijmegen; verkennend trillingsonderzoek. Datum 19 november 2010 Referentie

Trillingsonderzoek conform SBR A ter plaatse van een woning gelegen aan de Postbaan 7 te Putte

Autorisatie: C.J. Fledderus Afdelingshoofd Advies. Datum : Paraaf :

Autorisatie: C.J. Fledderus Afdelingshoofd Advies. Datum : Paraaf :

TRILLINGSMETINGEN WIJNSTRAAT TE DORDRECHT

Gemeente Houten. Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai De Koppeling

het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân t.a.v. de heer S.M. Dijkstra Postbus AC JOURE Uw kenmerk:

Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat Oost en West Onderzoek Trillingen

Goed nabuurschap. Thematische studiedag Geluid goed gecommuniceerd 4 april 2013

Barendrecht. Akoestisch onderzoek. Uitbreiding Vrijenburgschool (versie 1.0) drs. R.A.P. Effting.

Bijlage 7. Trillingenonderzoek

Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu

GEMEENTE LOON OP ZAND

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Bestemmingsplan Agrarisch Buitengebied De Valk, hoek Hoge Valkseweg / Ganzenkampweg

Trillingsonderzoek Thamerweg 3 te Uithoorn; schade

Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu

Autorisatie: C.J. Fledderus Afdelingshoofd Advies. Datum : 20 maart Paraaf :

Geluidsmetingen Westergouwe te Gouda

MEETRAPPORT. Meting trillingen vanwege railverkeer bij woningbouwlocatie Knopenfabriek aan de Wallerstraat te Nijkerk

AK OESTISCH ONDERZOEK B E S T E MMINGSPLAN S T IPHOUT - GERWENSEWEG 58-60

Projectbesluit Twee woningen Vrouwgelenweg De Volgerlanden, gemeente Hendrik-Ido-Ambacht. Akoestisch onderzoek

Trillingsgevoeligheid Middelland

Trillingsanalyse met betrekking tot de uitgevoerde werkzaamheden aan de A4 Steenbergen ter plaatse van de Stoofdijk 35 te Steenbergen

Trillingsonderzoek Begijnenstraat 4 Winssen

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Bestemmingsplan Twee woningen Tulpstraat. 22 juni 2015

BUIJVOETS BOUW- EN GELUIDSADVISERING

Rapport. Onderzoek naar een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Heerlen. Datum: 31 augustus 2016 Rapportnummer : 2016/080

Nieuwbouw appartementen "Het Bruningmeyer" te Enschede. Reusltaten trillingsmetingen met betrekking tot hinder

Trillingen in woningen. normeringen grenzen en ambities

aantal rijstroken zonebreedten [m¹] aantal rijstroken zonebreedten [m¹] 1 of of of meer of 4 400

Akoestisch onderzoek Wilhelminalaan e.o.

Akoestisch onderzoek. Blauwe Steen, Beers. Gemeente Cuijk. Plannaam 1

Trillingsonderzoek railverkeer nieuwbouw Polderweg 1 Prognose trillingssterkte SBR Richtlijn B. Datum 21 februari 2017 Referentie

alblasserdam mercon-kloos besluit hogere waarden opdrachtgever : gemeente Alblasserdam nummer : datum : 27 juni 2008

Dijkversterking Werkendam Akoestisch onderzoek wegverkeer

Rapport akoestisch onderzoek Drogesestraat - Walterbos. Gemeente Cuijk

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Bouwplan Nieuwedijk maart 2015

Scanopy Ruimtelijke Ordening en applicatiebeheer T.a.v. de heer V. de Haan Antonius Matthaeuslaan AP Utrecht

contactpersoon /telefoon

Bijlage 3 Rapport akoestisch onderzoek

Dienst Stedelijke ontwikkeling & Beheer Team Milieu

Ontwerp Tracébesluit. N50 Ens-Emmeloord. Reconstructieonderzoek aanpassing Kamperweg gemeente Noordoostpolder. Datum 13 november 2013

Gemeente Wijdemeren. Akoestisch onderzoek herontwikkeling Kindertrefpunt Oud-Loosdrecht

Bijlage I (Advies Wetterskip Fryslân)

Akoestisch onderzoek Burgemeester Sloblaan 15a. Gemeente Zederik

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai Grevenhofsweg

Rapport akoestisch onderzoek Dorpskern Zijtaart

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Bestemmingsplan Dorpsstraat 8a te Lunteren

Akoestisch onderzoek Graafseweg

Trillingenonderzoek woningen Noord Zuidweg te Boven-Leeuwen. Trillingonderzoek DEFINITIEF

Akoestisch onderzoek Herontwikkeling Nassaulaan

Akoestisch onderzoek Schutboom 1, Boekel

Nota zienswijzen vaststelling hogere waarden, Wet Geluidhinder, Oud Gastel Noord

Bogermanschool Houten

Akoestisch Onderzoek. Helmond West Wijkhuis Brede School

Rapport akoestisch onderzoek Bestemmingsplan Prins Bernhardplein, Gemeente Loon op Zand

Onderzoek busstation Hart van Zuid te Rotterdam Bevindingen trilling predictie van busverkeer

Akoestisch onderzoek verkeerslawaai (Raadgevend ingenieursbureau Metz B.V.)

Postadres Postbus BC Alkmaar Telefoon Fax Akoestisch onderzoek

Akoestisch onderzoek Rhoonse baan Ten gevolge van wegverkeer

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Wijzigingsplan Nabij Anthony Lionweg juni 2015

Trillingsonderzoek vier woningen Gilze en Rijen Invloed verhoogde intensiteit goederenverkeer. Datum 5 februari 2016 Referentie

Akoestisch onderzoek bedrijventerrein Schoterhoek II, Nieuwveen

Datum: 10 juli 2014 Ons kenmerk: RH10664 Project: Nieuwbouw woningen aan de Bazemolenweg 31 te Ugchelen Betreft: Rapportage SRM1

RAPPORT AKOESTISCH ONDERZOEK

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Wijzigingsplan Agrarisch Buitengebied, Harskamp, Laarweg 14-16

1. Inleiding pag Grenswaarden pag Geluidsberekeningen pag Resultaten en toetsing pag Samenvatting en conclusie pag.

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai

Zuidradiaal Z80. Trillingsonderzoek (stap 3) Detailanalyse. 4 juni Versie 1.0

Veld 15 - Schuytgraaf, Arnhem. Haalbaarheidsonderzoek aspect trillingen nieuw te realiseren woontoren op veld 15

Onderwerp Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai Torenpad Oost te Boskoop Datum 28 juni 2013 Uitgevoerd door J.M.B. Boere Kenmerk

AP Concept Brief toename verkeers- en geluidsoverlast vd Eijndekade

Ontwerp besluit hogere waarden wegverkeerslawaai voor woningbouwproject Duinvallei fase 10, Katwijk aan Zee (v /K2V 11765)

Rapport akoestisch onderzoek Herwijnen, Achterweg 78. Gemeente Lingewaal

Akoestisch onderzoek. Bestemmingsplan t Auerschoot Gemeente Gemert-Bakel

V.O.F. De Beemster Compagnie. Akoestisch onderzoek. plan De Nieuwe Tuinderij west en oost

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Bestemmings-/wijzigingsplan Noord IJsseldijk. 10 februari 2015

Rapport akoestisch onderzoek Voorzieningen Laar-Parkstraat. Gemeente Bernheze

Pieter Kramerstraat 49a Zuidoostbeemster Grontmij

Inhoud. 1. inleiding. 2. Wettelijk kader. 3. Invoergegevens. 4. Resultaten, maatregelen en conclusie. Bijlage: Rekenbladen

Akoestisch onderzoek tennisvereniging de Munnik. Uitwerkingsplan de Plantage te Leiderdorp

AKOESTISCH ONDERZOEK UITWERKINGSPLAN

Akoestisch onderzoek (Standaard Rekenmethode I)

Geluidsmetingen en telgegevens N Aanleiding. 2 Meetomstandigheden

B i j l a g e 8. A k o e s t i s c h o n d e r z o e k w e g v e r k e e r s l a w a a i

Akoestisch onderzoek Pandelaar 40-60

Rapport akoestisch onderzoek Citadelstraat 2 te Lith. Gemeente Lith

Inleiding. Gemeente De Bilt Afdeling beleid en strategie De heer M. Bosman Soestdijkseweg Zuid AB BILTHOVEN. Geachte heer Bosman,


betreft Akoestisch onderzoek Kerkplein 10 te Bruchem

Akoestisch onderzoek Norit Nederland B.V. te Klazienaveen 11 op 12 december 2008

Akoestisch onderzoek Wet geluidhinder Tiendweg te Ameide

Akoestisch onderzoek Wet geluidhinder Noorderhemweg 12 te Roelofarendsveen

Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai. Bestemmingsplan Ede, OV Knoop - invloed Akulaan

W I J Z I GINGSPLAN B U I TE N GEBIED HELMOND

Geotechniek - Milieutechniek

Project : Varkensmarkt 24 te Hilvarenbeek. Opdrachtgever : Aeres Milieu. Projectnr : M Kenmerk : WS/WS/M Datum : 23 juni 2016

Transcriptie:

Gemeente Groesbeek Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

INHOUDSOPGAVE blz. 1. INLEIDING 1 1.1. Aanleiding 1 1.2. Leeswijzer 2 2. BEOORDELINGSKADER TRILLINGEN EN GELUID 3 2.1. Beoordelingskader trillingen 3 2.1.1. Effecten van trillingen (bestaande wegen) 3 2.1.2. Wet- en regelgeving trillingen 3 2.1.3. SBR-richtlijn A - Schade aan gebouwen 4 2.1.4. SBR-richtlijn B - Meet en beoordelingsrichtlijn Hinder voor personen in gebouwen 4 2.2. Beoordelingskader geluid (bestaande wegen) 6 2.2.1. Effecten van geluid 6 2.2.2. Wet- en regelgeving geluid (bestaande weg) 6 2.2.3. Beoordeling geluid en trillingen 7 3. INVENTARISATIE EN BESPREKING KLACHTEN 9 3.1. Klachten 9 3.2. Lokale grondslag 10 3.3. Lokale grondwaterstanden 12 4. METHODIEK ONDERZOEK 13 4.1. Globale beschrijving aanpak 13 4.1.1. Werkstap 1: inventarisatie 13 4.1.2. Werkstap 2: objectivering klachten door metingen 13 4.2. Uitwerking meetprogramma 15 4.3. Meet- en analyseapparatuur trillingsmetingen 17 4.4. Registratie en verwerking meetdata trillingen 18 4.5. Meet- en analyseapparatuur geluidsmetingen 18 4.6. Registratie en verwerking meetdata geluid 19 5. UITGANGSPUNTEN WEGEN EN WEGGEBRUIK 21 5.1. Inleiding 21 5.2. Verkeerstellingen 21 5.3. Uitgangspunten voor berekeningen 21 6. RESULTATEN EN ANALYSE TRILLINGEN BEMANDE METINGEN 23 6.1. Inleiding 23 6.2. Meetpunt 1 - woning Heerbaan 186 23 6.2.1. Bemande trillingsmetingen 24 6.2.2. Samenvatting analyse meetresultaten 25 6.2.3. Resumé trillingsmetingen 25 6.2.4. Geluidmetingen 25 6.3. Meetpunt 2 - woning Heerbaan 196 26 6.3.1. Bemande trillingsmetingen 26 6.3.2. Samenvatting analyse meetresultaten 27 6.3.3. Resumé trillingsmetingen 27 6.3.4. Geluidmetingen 27 6.4. Meetpunt 3 - woning Sint Willibrordstraat 9 28 6.4.1. Bemande trillingsmetingen 28 6.4.2. Samenvatting analyse meetresultaten 29

6.4.3. Resumé trillingsmetingen 29 6.4.4. Geluidmetingen 29 6.5. Meetpunt 4 - woning Heerbaan 141 30 6.5.1. Bemande trillingsmetingen 31 6.5.2. Samenvatting analyse meetresultaten 31 6.5.3. Resumé trillingsmetingen 32 6.5.4. Geluidmetingen 32 7. RESULTATEN EN ANALYSE TRILLINGEN ONBEMANDE METINGEN 33 7.1. Inleiding 33 7.2. Meetpunt 5 - woning Heerbaan 71 33 7.2.1. Onbemande metingen 34 7.2.2. Samenvatting analyse meetresultaten 34 7.2.3. Resumé trillingsmetingen 34 7.3. Meetpunt 6 - woning Heerbaan 127 34 7.3.1. Onbemande metingen 35 7.3.2. Samenvatting analyse meetresultaten 36 7.3.3. Resumé trillingsmetingen 36 7.4. Meetpunt 7 - woning Pastoor Graatweg 40 36 7.4.1. Onbemande metingen 37 7.4.2. Samenvatting analyse meetresultaten 37 7.4.3. Resumé trillingsmetingen 38 8. RESULTATEN BEREKENING EN METINGEN GELUID 39 8.1. Inleiding 39 8.2. Uitgangspunten geluidberekening 39 8.3. Berekeningsresultaten 39 8.4. Meetresultaten 39 8.5. Bespreking resultaten 40 9. VOORLOPIGE CONCLUSIES 41 9.1. Het onderzoek algemeen 41 9.2. Onderzoek naar de oorzaak van de overschrijdingen/klachten 42 9.3. Onzekerheden in de uitgevoerde metingen 44 10. REFERENTIES 45 laatste bladzijde 46 BIJLAGEN aantal blz. I Overzicht meetpunten en meetresultaten trillingen Heerbaan 186 4 II Overzicht meetpunten en meetresultaten trillingen Heerbaan 196 4 III Overzicht meetpunten en meetresultaten trillingen Heerbaan 141 4 IV Overzicht meetpunten en meetresultaten trillingen Sint Willibrordstraat 9 3 V Overzicht meetpunten en meetresultaten trillingen Heerbaan 71 4 VI Overzicht meetpunten en meetresultaten trillingen Heerbaan 127 4 VII Overzicht meetpunten en meetresultaten trillingen Pastoor Graatweg 40 4 VIII Overzicht metingen geluid (bemand) 15 IX Berekeningen geluid (modelinformatie) 9

1. INLEIDING 1.1. Aanleiding De Heerbaan (N840) is een doorgaande weg die door de woonkern van Millingen aan de Rijn loopt. De weg is onderdeel van een verbinding tussen Nijmegen en de Duitse grens (Kleve). De hoeveelheid verkeer op deze weg bedraagt, afhankelijk van het wegvak, globaal 3.000 tot 5.500 motorvoertuigen per etmaal. De weg is merendeels uitgevoerd met klinkerbestrating en is grotendeels ingericht en aangeduid als 30 km/uur zone, overeenkomstig haar categorisering als erftoegangsweg. Het aandeel zwaar vrachtverkeer bedraagt circa 1 tot 3 % van de totale verkeersstroom. In de nachtperiode tussen globaal 22.00 uur en 06.00 uur gaat het om gemiddeld 3 tot 5 stuks vrachtverkeer (bussen, vrachtwagens en trucks met opleggers samen). Afbeelding 1.1. Situatie Millingen aan de Rijn [bron: Google maps] In het verleden - en opnieuw in de eerste helft van 2013 - zijn door omwonenden langs de Heerbaan klachten geuit met betrekking tot vermeende trillingsoverlast. Deze klachten komen in 2013 niet alleen vanuit de bewoners van woningen langs de Heerbaan, maar komen nu ook van bewoners van andere lokale wegen, met name van enkele lokale wegen waar met lijnbussen wordt gereden. De gemeente Millingen heeft Witteveen+Bos gevraagd een onderzoek uit te voeren om de vermeende overlast op basis van metingen te objectiveren en eventuele knelpunten en oplossingsrichtingen aan te geven. In de periode globaal tussen oktober-november 2013 zijn op een aantal locaties trillingsmetingen (zowel bemand als onbemand) uitgevoerd. Daarnaast zijn berekeningen en metingen uitgevoerd om voor enkele maatgevende woningen de geluidbelasting in beeld te brengen. Op basis daarvan is een analyse gemaakt en is een (voorlopige) conclusie getrokken. Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 1

Voor u ligt de rapportage van het uitgevoerde onderzoek. 1.2. Leeswijzer In dit rapport wordt in hoofdstuk 2 ingegaan op het geldende beoordelingskader voor trillingshinder met de richtwaarden die daarbij horen. Tevens wordt ingegaan op het beoordelingskader geluid (bestaande weg). In hoofdstuk 3 wordt ingegaan op de inventarisatie van de bekende klachten. Daarna wordt in hoofdstuk 4 nader ingegaan op de methodiek waarmee het onderzoek is uitgevoerd. In hoofdstuk 5 wordt ingegaan op de uitgangspunten en het weggebruik tijdens de metingen. Vervolgens worden in hoofdstuk 6 en hoofdstuk 7 de meetresultaten van respectievelijk bemande en de onbemande trillingsmetingen weergegeven en beoordeeld. In hoofdstuk 8 wordt ingegaan op de berekeningen en metingen van de geluidsniveaus Het rapport wordt in hoofdstuk 9 afgerond met voorlopige conclusies. Tot slot zijn in hoofdstuk 10 enkele relevante achtergronddocumenten vermeld (referenties). 2 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

2. BEOORDELINGSKADER TRILLINGEN EN GELUID 2.1. Beoordelingskader trillingen Trillingen planten zich voort door de bodem en gebouwconstructies. Geluid is een trilling via de lucht die met het menselijk oor wordt waargenomen als geluid. In deze paragraaf wordt nader ingegaan op de effecten en het beoordelingskader met betrekking tot trillingen. Daarna wordt in paragraaf 2.2 nader ingegaan op de effecten en het beoordelingskader als gevolg van geluid van wegverkeer. 2.1.1. Effecten van trillingen (bestaande wegen) Net als bij geluid, varieert van persoon tot persoon de ervaren hinder vanwege een bepaald trillingsniveau. Bij extreme niveaus is het evident dat hinder zal worden ondervonden, bij middelmatige niveaus zijn trillingen misschien enige tijd acceptabel en bij lage niveaus kan het voor de één hinderlijk worden bij langdurige blootstelling terwijl een ander helemaal niets merkt. De meest gevoelige personen nemen vanaf een trillingsniveau van 0,1 mm/s trillingen nog net waar, in het algemeen zijn trillingen van 0,5 mm/s goed voelbaar. Naast hinder voor mensen kunnen de effecten van trillingen ook zijn schade of verstoring van trillingsgevoelige apparatuur. Schade als gevolg van trillingen wegverkeer treedt zelden of nooit op omdat op enige afstand van een weg de gemeten trillingsniveaus meestal lager zijn dan de kritische waarden waarbij schade niet kan worden uitgesloten. Dit blijkt uit vele onderzoeken en metingen die langs wegen zijn uitgevoerd. De kans op verstoring bij trillingsgevoelige apparatuur komt alleen voor indien deze apparatuur zonder verdere maatregelen op zeer korte afstand van een weg is geplaatst en er verder geen specifieke maatregelen zijn getroffen. Dit komt alleen incidenteel voor en in dat geval kan meestal met een op maatgemaakte aanpassing aan deze apparatuur de verstoring worden geminimaliseerd. In de praktijk is bij wegen vooral het effect hinder dat aandacht behoeft. Neemt niet weg dat voor de situatie in Millingen ook metingen en beoordelingen zijn uitgevoerd met betrekking tot schade als gevolg van trillingen (zie hoofdstuk 6 en hoofdstuk 7). 2.1.2. Wet- en regelgeving trillingen In tegenstelling tot de Wet geluidhinder bij geluid, bestaat in Nederland nog geen wettelijk kader voor trillingen. De SBR meet- en beoordelingsrichtlijn is in Nederland de meest gebruikte richtlijn voor het beoordelen van trillingen en bestaat uit 3 delen: - deel A: schade aan gebouwen; - deel B: hinder voor personen in gebouwen; - deel C: storing aan apparatuur. In SBR richtlijn A staan toetsingswaarden om te bepalen of in voorkomende situaties trillingen de oorzaak kunnen zijn van schade aan een gebouw. De trillingsniveaus die passerende voertuigen veroorzaken zijn in het algemeen dermate laag dat de kans op schade aan gebouwen (woningen) is te verwaarlozen. Voor metingen aan woningen categorie 3 (onderdelen van oude en monumentale panden en/of in slechte staat verkerende gebouwen geldt een ondergrens van 2 mm/s om schade uit te kunnen sluiten. In dit onderzoek wordt per woning de gemeten waarde weergegeven. Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 3

Storing van trillingsgevoelige apparatuur is in het onderzoeksgebied niet aan de orde. In dit onderzoek wordt daarom vooral ingegaan op de hinder aan personen in gebouwen. 2.1.3. SBR-richtlijn A - Schade aan gebouwen De richtlijn geeft voor verschillende fundatie- en gebouwconstructies drempelwaarden waarmede beoordeeld kan worden of als gevolg van trillingen schade kan worden verwacht. De grenswaarde, op basis van indicatieve metingen, in slechte staat verkerende gebouwen en bronnen die herhaald kortdurende trillingen veroorzaken (wegverkeer) bedraagt de drempelwaarde 1,3 mm/s bij dominante frequenties tussen 0 en 10 Hz en gemeten op of nabij de gevel/fundatie van het gebouw. Onder deze waarde is de kans als gevolg van trillingen als nihil te beschouwen Voor alle ander gebouwtypen ligt de drempelwaarde (aanzienlijk) hoger. In de praktijk komt het zelden voor dat als gevolg van trillingen als gevolg van wegverkeer bij woningen niveaus worden geregistreerd die hoger zijn dan de kritische drempelwaarde van 1,3 mm/s. 2.1.4. SBR-richtlijn B - Meet en beoordelingsrichtlijn Hinder voor personen in gebouwen Voor het beoordelen of trillingen van een bepaald niveau in objectieve zin wel of niet toelaatbaar zijn, is de SBR-richtlijn B, Meet- en beoordelingsrichtlijn Hinder voor personen in gebouwen, 2002 (2006) opgesteld. Door jurisprudentie heeft deze richtlijn inmiddels een solide basis in de regelgeving verworven voor trillingshinder vanwege industrie en wegverkeer (drempels bijvoorbeeld). De SBR richtlijn B (hierna: SBR-B) maakt onderscheid in de soort trillingen en in de trillingsgevoeligheid van een gebouwfunctie (bijvoorbeeld een hotel, school, woning of kantoor). De te beoordelen parameter is de effectieve trillingssnelheid V eff, een voortschrijdend gemiddelde dat elke periode van 30 seconden wordt bepaald. Per meetpunt en meetrichting wordt elke 30 seconden de maximaal gemeten effectieve trillingssnelheid V eff,max bepaald. Trillingen die door stoorbronnen worden veroorzaakt, dienen hierbij gemotiveerd buiten beschouwing te worden gelaten. De maximale trillingssterkte V max per (maatgevende) ruimte is vervolgens de hoogste van de gemeten V eff,max en wordt afzonderlijk bepaald voor de dag-, avond- en nachtperiode. In tabel 2.1 worden streefwaarden vermeld voor herhaald voorkomende kortdurende trillingen van weg- en railverkeer in een al bestaande situatie. Tabel 2.1. Streefwaarden voor herhaald voorkomende trillingen (bestaande situaties) gebouwfunctie dag (07.00-19.00 uur) en avond (19.00-23.00 uur) nacht (23.00-07.00 uur) A1 A2 A3 A1 A2 A3 gezondheidszorg, wonen 0,2 0,8 0,1 0,2 0,4 0,1 onderwijs en kantoor, bijeenkomst 0,3 1,2 0,15 0,3 1,2 0,15 De maximale trillingssterkte per ruimte V max wordt vergeleken met de onderste streefwaarde A1 voor de betreffende gebouwfunctie. Is de gemeten waarde lager dan de streefwaarde, dan is in het algemeen geen sprake van trillingshinder. 4 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

Is de gemeten waarde hoger dan de streefwaarde onder A1 en ook hoger dan de bovenste streefwaarde A2, dan dient rekening te worden gehouden met trillingshinder. Ligt de gemeten waarde tussen A1 en A2 dan wordt een over de periode (dag, avond en nacht) een periodegemiddelde waarde bepaald, de V per. Deze wordt vergeleken met de streefwaarde onder A3. Indien de V per de streefwaarde onder A3 overschrijdt, dan dient rekening te worden gehouden met trillingshinder. Als de V per onder de waarde van A3 blijft, dan is in het algemeen geen sprake van trillingshinder. In afbeelding 2.1 wordt de beoordeling volgens SBR-richtlijn B schematisch weergegeven. Afbeelding 2.1. Schematische weergave van beoordelingscriterium SBR-B v max < A 1 ja nee voldoet ja ja v max < A 2 nee v per < A 3 nee voldoet niet Voorbeeld 1: Tijdens passages van voertuigen wordt een Vmax (in de woning, nachtperiode) gemeten van 0,39 mm/s. De A1 waarde wordt overschreden (dus voelbaarheid/enige hinder kan niet op voorhand worden uitgesloten). De A2 waarde wordt niet overschreden. Het gaat om incidentele bewegingen, waardoor de Vper waarde 0,09 bedraagt. Op basis van de SBR-richtlijn kan dan worden geconcludeerd dat deze situatie voldoet (ondanks dat een trilling af en toe voelbaar is). Voorbeeld 2: Tijdens passages van voertuigen wordt een Vmax (in de woning, nachtperiode) gemeten van 0,39 mm/s. De A1 waarde wordt overschreden (dus voelbaarheid/enige hinder kan niet op voorhand worden uitgesloten). De A2 waarde wordt niet overschreden. Het gaat om vaak voorkomende bewegingen, waardoor de Vper waarde 0,2 bedraagt. Op basis van de SBR-richtlijn kan dan worden geconcludeerd dat deze situatie niet voldoet (omdat een trilling vaak voelbaar is). Opgemerkt moet worden dat wanneer niet aan de waarden zoals genoemd in de SBRrichtlijn wordt voldaan er nog geen wettelijke verplichting geldt om aanvullende maatregelen te treffen. Een richtlijn is geen wettelijke regeling. Ook diverse andere studies geven een indicatie bij welke trillingsniveaus een bepaalde mate van hinder is te verwachten. Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 5

In tabel 2.2 is een overzicht gegeven van de beoordeling van de hinderlijkheid die verschillende gradaties van de V max teweegbrengen bij een grote populatie. Tabel 2.2. Hinderkwalificatie voor wegverkeer Vmax hinderkwalificatie < 0,1 geen hinder 0,1-0,2 weinig hinder (bestaande situaties) 0,2-0,8 matige hinder 0,8-3,2 hinder > 3,2 ernstige hinder Opgemerkt dient te worden dat de hinderkwalificatie zoals opgenomen in tabel 2.2 gebaseerd is op de piekwaarden van trillingen. Trillingen zijn voor mensen voelbaar globaal vanaf 0.1 mm/s. Of er in de praktijk door een individu ook daadwerkelijk hinder wordt ondervonden is naast de hoogte van de trillingssterkte ook nog van andere omstandigheden afhankelijk (hoe vaak treedt de trilling op, aanvaardbaarheid van de bron, gewenning en dergelijke). Een algemeen aanvaarde dosis-effectrelatie tussen het niveau van trillingen en gezondheidsschade is op dit moment niet voorhanden. 2.2. Beoordelingskader geluid (bestaande wegen) Verkeer gaat altijd gepaard met een bepaalde geluidsbelasting van de directe omgeving. Alhoewel dit onderzoek zich richt op het inventariseren en beoordelen van trillingen, worden ook de effecten van geluid kort beschreven. 2.2.1. Effecten van geluid Hinder als geluid kan in beginsel optreden wanneer de geluidsbelasting buiten op de gevel hoger is dan circa 50 db. In de woning vanaf circa 33 db. Dit betekent niet dat hogere waarden in bestaande situaties niet mogen optreden en in de praktijk ook optreden. In een stedelijke omgeving treden vaak geluidbelastingen op de gevel op van circa 60 db of meer. Effecten van hoge geluidsbelastingen kunnen zijn hinder en eventueel slaapverstoring. In paragraaf 2.2.2 wordt nader ingegaan op de regelgeving die geldt om de effecten te beperken. 2.2.2. Wet- en regelgeving geluid (bestaande weg) Voor de beoordeling van wegverkeerslawaai is de Wet geluidhinder (hierna: Wgh) van toepassing. De beoordelingsgrootheid is het equivalente geluidniveau L den, een gewogen gemiddelde over de verschillende etmaalperioden dag (07.00-19.00 uur), avond (19.00-23.00 uur) en nacht (23.00-07.00 uur). In feite wordt voor wegverkeer van een gemiddelde geluidbelasting uitgegaan en niet van geluidpieken die kunnen voorkomen bij passages van afzonderlijke voertuigen. 1 De Wgh maakt onderscheid tussen bestaande en nieuwe situaties. Onder bestaande situaties wordt onder andere een wegreconstructie verstaan, ofwel een fysieke wijziging van de weg. 1 In de bepaling van de Lden waarde wordt wel rekening gehouden met aantallen voertuigen en maximale niveaus bij passages. De Lden-waarde is te zien als een jaargemiddelde geluidbelasting. 6 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

Dit is bijvoorbeeld het geval bij de aanleg van een rotonde of verkeersdrempel, of het aanbrengen van een extra rijstrook. Onder nieuwe situaties wordt verstaan de aanleg van een nieuwe weg. Voor het berekenen van de geluidsbelasting als gevolg van het wegverkeer is het Rekenen meetvoorschrift geluid 2012 (RMG 2012) van toepassing. Hierin worden fysieke kenmerken van de weg meegenomen, zoals de ligging van de weg en het type wegverharding, en ook de intensiteit van het wegverkeer en de maximaal toegestane rijsnelheid. Omdat verkeer bij een rotonde of kruispunt van snelheid verandert, kan een kruispunttoeslag worden toegepast. Voor een verkeersdrempel is in het RMG 2012 geen toeslag opgenomen omdat het effect op de L den relatief klein is 1. In dit onderzoek is met indicatieve geluidmetingen onderzocht of het effect vanwege de verkeersdrempel op het geluid te kwantificeren is in het piekgeluidniveau L Amax. Het gaat dan om het geluid van relatief losse delen van vrachtwagens en aanhangers die op de carrosserie klappen. Dit geeft een idee over de subjectieve hinderbeleving, maar heeft geen waarde als wettelijk toetsingsinstrument. De piekgeluiden (klappen van vrachtwagens) worden door de bewoners in de praktijk vaak als het grootste probleem ervaren 2. 2.2.3. Beoordeling geluid en trillingen In de nabijheid van verkeersremmende voorzieningen(zoals verkeersdrempels) kunnen in bepaalde situaties en als gevolg van bepaalde voertuigpassages gelijktijdig kortstondige piekniveaus als voelbare trillingen optreden. Vanuit de literatuur zijn er wel aanwijzingen dat in een dergelijke situatie de hinderbeleving toeneemt. Echter de wetgeving in Nederland kent geen algemeen aanvaarde beoordelingssystematiek waarbij de effecten van geluid en trillingen in samenhang of gecumuleerd worden afgewogen. 1 2 Indien een drempel met hoge snelheid wordt bereken kan er bij sommige voertuigpassages (denk aan vrachtauto s, aanhangers kortstondig wel een hoog geluidniveau optreden. We noemen dit piekniveaus (LA,max). Daarbij wordt door bewoners niet altijd onderscheid gemaakt tussen trillingen (bodemtrillingen) en geluid (via de lucht). Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 7

8 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

3. INVENTARISATIE EN BESPREKING KLACHTEN 3.1. Klachten De gemeente Millingen heeft op woensdagavond 13 maart 2013 een inloopavond gehouden over de plannen in de openbare ruimte rond het nieuwe Kulturhus. De plannen omvatten het gedeelte Heerbaan tussen de Burgemeester Eijckelhofstraat en de Van Lyndenstraat. Bovendien wordt het Kastanjeplein heringericht op de kruising Heerbaan- Zeelandsestraat. Tijdens de inloopavond is door meerdere bewoners geklaagd over vermeende trillingshinder. De klachten dateren van vóór de plannen en reiken tot buiten de plangrenzen. Afbeelding 3.1. Situatiekaart wegstructuur Millingen aan de Rijn De bij de gemeente bekende klachten variëren als volgt: - trillingen van voertuigpassages worden duidelijk gevoeld en geluid duidelijk waargenomen; - trillingen worden duidelijke waargenomen (trillen van serviesgoed en dergelijke); - schade in de vorm van lichte scheurvorming en dergelijke wordt toegewezen aan trillingen als gevolg van het verkeer; - met name het zware verkeer (passerende vrachtwagens en lijnbussen) worden genoemd als veroorzaker van trillingen en geluiden (het klappen op drempels); - ook personenauto s die met (te) hoge snelheid passeren worden als bron genoemd. In het verleden (2010/2011) zijn er door een aantal bewoners ook reeds klachten geuit met betrekking tot trillingshinder en -schade. De gemeente heeft toen voor de woningen Heerbaan 108 en 196 trillingsmetingen laten verrichten. Daaruit is toen niet gebleken dat de algemeen aanvaarde waarden zoals beschreven in de zogenoemde SBR-richtlijnen worden overschreden. Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 9

Afbeelding 3.2. De Heerbaan, in het centrum van Millingen, foto: Gerard Verschooten Op basis van de binnen de gemeente bekende klachten heeft Witteveen+Bos een onderzoeksprogramma opgesteld dat in de periode globaal tussen september 2013 en december 2013 is uitgevoerd. Het onderzoeksprogramma heeft als doel de bekende klachten te objectiveren en na te gaan of verbeteringen haalbaar zijn. In hoofdstuk 4 wordt nader ingegaan op de uitwerking van het onderzoeksprogramma. 3.2. Lokale grondslag Op basis van algemeen beschikbare gegevens heeft een inventarisatie plaatsgevonden naar het lokale bodemprofiel. Om een representatief beeld te krijgen is een viertal sonderingen opgevraagd. 10 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

Afbeelding 3.3. Situering sonderingspunten Op basis van de beschikbare informatie zijn de volgende bodemprofielen samengesteld: Afbeelding 3.4. Geïnterpreteerde bodemprofielen Enkele algemene opmerkingen met betrekking tot de bodemopbouw: - het maaiveld bevindt zich op circa + 12,5 meter NAP; - direct aan het maaiveld treft men los zand dan wel een dunne laag klei aan; - aan de zuidoost kant van Millingen (sondering S40G00045) ligt een slappe laag (humeuze) klei. Vanaf +10 meter NAP begint een schoon loszand laag die binnen een afstand van 1 tot 2 meter overgaat in matig vast gepakt zand. en vast gepakt zand. Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 11

Geconcludeerd kan worden dat Millingen is gebouwd op een pleistocene dekrandrug, waarbij recent afgezette samendrukbare lagen (klei/veen) slechts lokaal en zeer dun aanwezig zijn. Aannemelijk is dat de woningen in Millingen veelal direct op de eerste zandlaag (op staal) zijn gefundeerd. 3.3. Lokale grondwaterstanden Door een aantal bewoners is aangegeven dat bij hoge grondwaterstanden grondtrillingen beter kunnen worden waargenomen dan bij lage grondwaterstanden. Op basis van historische gegevens is nagegaan in welke mate de grondwaterstanden in Millingen kunnen variëren. Daarbij is gebruik gemaakt van meetgegevens in de periode 1949-1998. Afbeelding 3.5. Grondwaterstanden (historische gegevens) Uit afbeelding 3.5 kan worden geconcludeerd dat in natte perioden soms relatief hoge grondwaterstanden kunnen voorkomen. Maar er komen relatief grote verschillen voor. Opgemerkt moet worden dat andere meetputten in de directe omgeving eenzelfde beeld laten zien, maar dat de resultaten van de meetputten niet de grondwaterstanden bij de woningen aan de Heerbaan laten zien. 12 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

4. METHODIEK ONDERZOEK 4.1. Globale beschrijving aanpak In het totale onderzoek kunnen de volgende werkstappen worden onderscheiden: - werkstap 1: inventarisatie; - werkstap 2: objectivering klachten door metingen; - werkstap 3: beschrijving knelpunten en oplossingsrichtingen; - werkstap 4: inwinnen aanvullende informatie; - werkstap 5: globale uitwerken oplossingsrichting inclusief kostenraming; - werkstap 6: civieltechnische uitwerking en realisatie. Binnen de huidige opdracht zijn de werkstappen 1 tot en met 3 uitgevoerd en deze werkstappen worden in dit rapport beschreven. De werkstappen 4 tot en met 6 worden zo nodig nader ingevuld en maken geen deel uit van de opdracht van Witteveen+Bos. Hierna worden de werkstappen 1 tot en met 3 kort toegelicht. 4.1.1. Werkstap 1: inventarisatie In deze werkstap is alle relevante informatie die al beschikbaar is nader geïnventariseerd en gerubriceerd. 4.1.2. Werkstap 2: objectivering klachten door metingen Bemande metingen Op basis van werkstap 1 is een meetprogramma voorbereid en uitgevoerd. Op een aantal locaties is gedurende een dagdeel bemand trillingsmetingen worden uitgevoerd. Daarbij is per locatie een aantal voertuigpassages (licht voertuig en zwaar voertuig) met verschillende rijsnelheden gesimuleerd. Daarbij zijn zowel trillingsniveaus als piekniveaus (geluid) gemeten. Onbemande trillingsmetingen Daarnaast is op een aantal meetlocaties over een langere periode de trillingsniveaus geregistreerd. Daarbij is onbemand gemeten. Door gelijktijdig zowel buiten als binnen de woning te meten is er wel een correlatie mogelijk en kunnen de maximale trillingsniveaus in de woning gerelateerd worden aan verkeerspassages. Deze metingen geven een goede indruk welke (maximale) trillingsniveaus in de dag-, avond- en nachtperiode optreden. Geluidberekeningen en -metingen Voor een aantal woningen waar de trillingsmetingen hebben plaatsgevonden, is tevens op indicatieve wijze de geluidbelasting (L den ) berekend conform Standaard Rekenmethode II. Hiermede wordt een indicatie verkregen van de gemiddelde geluidbelasting over een etmaalperiode. Daarnaast zijn een aantal meetlocaties gelijktijdig met de trillingsmetingen de piekgeluidniveaus (L max ) gemeten. Hiermede wordt nader inzicht verkregen of geluid mede een bron van de klachten is. Verkeerstellingen De mate van geluid- en trillingshinder is sterk afhankelijk van de hoeveelheid en de soort voertuigen die dagelijks passeren. Om meer inzicht te verkrijgen in de werkelijk optredende verkeersgegevens en voertuigsamenstelling zijn door Witteveen+Bos op drie locaties op de Heerbaan mechanische telopstellingen geplaatst (zie afbeelding 4.1). Met behulp van telslangen is per richting de hoeveelheid verkeer geregistreerd. Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 13

Hierbij is onderscheid gemaakt in de volgende typen verkeer: - licht verkeer: motoren, auto s, lichte bestelbusjes; - middelzwaar verkeer: zware bestelbusjes, vrachtauto s met twee assen; - zwaar verkeer: vrachtauto s met meer dan 2 assen, landbouwvoertuigen. De tellingen zijn uitgevoerd tussen maandag 21 oktober en maandag 28 oktober op de volgende drie wegvakken: 1. Heerbaan (West) - tussen C.R. Waiboerweg en de Koningsdaalseweg; 2. Heerbaan (midden) - tussen Van Lyndenstraat en de Prinses Irenestraat; 3. Heerbaan (Oost) - tussen Wethouder Koenenstraat en Karel Doormanstraat. Afbeelding 4.1. Telpuntlocaties De resultaten van de verkeerstellingen zijn opgenomen in een afzonderlijke rapportage. Het betreft de rapportage Mechanische tellingen Heerbaan, rapport GB59-1/13-001.029 d.d. 12 december 2013. Op basis van de tellingen zijn de volgende verkeersintensiteiten geconstateerd dat de etmaalintensiteit per doorsnede varieert, globaal tussen 3.200 en 5.200 motorvoertuigen per etmaal. Het aantal middelzware en zware motorvoertuigen bedraagt circa 11 tot 12 % van de totale voertuigstroom. Toelichting op de gemeten intensiteiten Het telpunt Heerbaan (West) ligt op een gebiedsontsluitingsweg (50 km/uur) en kent een intensiteit van circa 5.100 mvt/werkdag. Vanuit Duurzaam Veilig geldt voor erftoegangswegen een maximum intensiteit van 10.000-15.000 motorvoertuigen/etmaal. De geregistreerde intensiteit op het wegvak ligt ruim onder deze grenswaarde, waardoor er verkeerskundig gezien qua verkeersafwikkeling geen probleem is. De telpunten Heerbaan (midden) en Heerbaan (Oost) liggen op een erftoegangsweg (30 km/uur). 14 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

De intensiteit op de Heerbaan (midden) ligt op circa 4.500 mvt/werkdag en op het Heerbaan (Oost) op circa 3.100 mvt/werkdag. Vanuit Duurzaam Veilig geldt voor erftoegangswegen een maximum intensiteit van 4.000 tot 6.000 motorvoertuigen/etmaal. De intensiteit op de Heerbaan (Oost) ligt onder deze grenswaarde en de intensiteit op de Heerbaan (midden) ligt in het 'grijze' gebied. Gezien de functie van de weg (hoofdroute door dorp) zijn de intensiteiten acceptabel en brengen verkeerskundig gezien geen problemen met zich mee. Toelichting op de voertuigverdeling De tellingen op de drie telpunten tonen de volgende voertuigverdeling: 88 á 89 % licht verkeer, 9 á 11 % middelzwaar verkeer en 1 á 2 % zwaar verkeer. Gezien de locatie en omgeving is dit een normale voertuigverdeling. Op basis van het omliggende wegennet wordt de Heerbaan nagenoeg alleen gebruikt door verkeer met een herkomst/bestemming in Millingen aan de Rijn of omgeving. Voor doorgaand verkeer (bijvoorbeeld tussen Nijmegen en Kleve) zijn er betere route alternatieven. Het middelzware verkeer bestaat uit bestelbusjes, kleine vrachtauto's en lijnbussen. De bestelbusjes en kleine vrachtauto's zullen vooral laden/lossen in Millingen aan de Rijn en de lijnbussen rijden naar de eindhalte van de bussen nabij de grens. Het aandeel zwaar verkeer (zware vrachtwagens en landbouwvoertuigen) heeft een zeer beperkt aandeel in de totale intensiteit. Rijsnelheden Tijdens de geluid- en trillingsmetingenmetingen is rijsnelheid van passerende voertuigen niet geregistreerd. De gemeente heeft in de periode tussen 22 oktober en 30 oktober 2013 wel snelheidsmetingen laten uitvoeren. Op basis daarvan kan worden geconcludeerd dat in het centrum van Millingen (30 km/uur gebied) 85 % van alle voertuigpassages per etmaal een rijsnelheid kent die rond de 40 km/uur ligt (en nabij het gemeentehuis rond 30 km/uur). Uit de metingen komt ook naar voren dat er incidenteel voertuigpassages voorkomen met een maximale rijsnelheid tussen 50 en 70 km/uur, met als maximum waarde van zelfs 80 km/uur. In hoofdstuk 5 zijn enkele uitgangspunten voor dit onderzoek vermeld. 4.2. Uitwerking meetprogramma In afbeelding 4.2 en afbeelding 4.3 zijn de geselecteerde meetlocaties weergegeven. Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 15

Afbeelding 4.2. Situering meetlocaties (A) Afbeelding 4.3. Situering meetlocaties (B) De meetlocaties zijn gesitueerd langs de Heerbaan en de St. Willibrordstraat. In tabel 4.1 is nader aangegeven welke metingen per locatie zijn uitgevoerd. 16 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

Tabel 4.1. Uitgevoerde metingen (trillingen/geluid) per meetlocatie meetpunt woning trillingen bemand trillingen onbemand 1 Heerbaan 186 x x 2 Heerbaan 196 x x 3 Sint Willibrordstraat 9 x x 4 Heerbaan 141 x x 5 Heerbaan 71 x 6 Heerbaan 127 x 7 Pastoor Graatweg 40 x 4.3. Meet- en analyseapparatuur trillingsmetingen geluid De metingen zijn uitgevoerd met trillingsmeetsets van het merk Profound, type Vibra+. Elke meetset bestaat uit een regelunit en een 3D-geofoon. Deze meetsystemen meten de versnellingen in X-, Y- en Z-richting tegelijk. De meetresultaten worden na wiskundige integratie opslagen als V top met de bijbehorende dominante frequentie (conform SBR-A), als V eff,max conform SBR-B) en als verplaatsing. Naast de opslag van periodieke hoogste waarden, zijn de meetsets ingesteld om van de twee hoogste V top -waarden per uur ook 2 seconden werkelijk signaal (een trace) op te slaan (zie afbeelding 4.4). Afbeelding 4.4. Voorbeeld van een trace De trace geeft gedurende 2 seconden de gemeten trillingssterkte in mm/s weer in drie richtingen. Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 17

Het gaat in dit onderzoek niet om de absolute waarde van V top, dat is een SBR-A parameter die voor dit onderzoek niet relevant is. Wij zijn geïnteresseerd in de vorm van het signaal om te bepalen of het om een resonantie gaat vanwege een voertuigpassage of een verstoring in de verblijfsruimte waar de trillingsmeter staat. 4.4. Registratie en verwerking meetdata trillingen De resultaten van alle uitgevoerde bemande (bewaakte) en onbemande (beperkt bewaakte) trillingsmetingen zijn lokaal opgeslagen. Op afstand, via GPRS- en UMTSdataoverdracht werd de continuïteit van de onbemande metingen bewaakt om eventuele uitval zo snel mogelijk te kunnen verhelpen. Tijdens de wisseling naar een volgende locatie zijn alle gegevens uitgelezen voor verdere verwerking. Met het uitleesprogramma Vibra 2.8 zijn de trillingsmeetsets uitgelezen. Voor een eerste indruk kunnen de meetresultaten met het programma op verschillende manieren worden geanalyseerd en traces worden bekeken als V eff (t) en als FFT. Van elke meetset is per meetpunt een meetbestand geëxporteerd in tekstformaat. De meetbestanden zijn vervolgens per meetpunt/woning gebundeld in MS-Excel verwerkingsbestand voor verdere analyse. De trillingsmetingen in woningen hebben plaatsgevonden in woningen zonder beperkingen aan de bewoners te stellen ten aanzien van het gebruik van de woning. Naast trillingen vanwege voertuigpassages zijn daarom ook stoortrillingen gemeten vanwege het rondlopen van bewoners in de verschillende vertrekken, het verschuiven van stoelen, het dichtslaan van deuren en andere activiteiten die in een huishouden voorkomen. Een schifting van meetresultaten vindt plaats door de hoogste metingen nader te analyseren op de volgende kenmerken: - vindt de trillingsevent plaats in alle meetpunten van de woning; - zijn de niveaus onderling van vergelijkbare ordegrootte of is er een uitschieter; - hoe ziet de trace in tijd- en frequentiedomein eruit. In de bepaling van de V per worden alle betrouwbare meetwaarden meegenomen. De meetwaarden worden per dag-, avond- en nachtperiode samengevoegd en per periode gemiddeld over de totale meetduur van de betreffende perioden. 4.5. Meet- en analyseapparatuur geluidsmetingen De geluidsmetingen zijn uitgevoerd met behulp van de volgende apparatuur: - Bruel & Kjaer geluidsniveaumeter, type 2250, serienummer 2645045, kalibratie geldig tot 25 juli 2015, logging module BZ-7224; - bij de geluidsniveaumeter behorende microfoon, type 4189, serienummer 2676794, kalibratie geldig tot 25 juli 2015; - bij de microfoon behorende voorversterker, type ZC-0032, serienummer 9144, kalibratie geldig tot 25 juli 2015; - bij de geluidsniveaumeter behorende kalibrator type 4231, serienummer 2642749, kalibratie geldig tot 24 juli 2015; - Bruel & Kjaer software type BZ-5503. 18 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

4.6. Registratie en verwerking meetdata geluid De geluidmetingen zijn gelijktijdig met de bewaakte trillingsmetingen uitgevoerd, steeds direct voor de gevel met uitzicht op de Heerbaan. De afstand tussen de gevel en de microfoon bedraagt steeds 1,0 m. De geluidmetingen zijn uitgevoerd met een Bruel & Kjaer 2250 geluidniveaumeter, met de microfoon aan een 10,0 m verlengkabel op een 5,0 m hoog statief. Direct voorafgaand en na afronding van de meting is de meetketen geverifieerd met een ijktoon, waaruit geen afwijking is geconstateerd. De geluidniveaumeter heeft tijdens de meetperiode in de logging-mode elke seconde het equivalente geluidniveau L Aeq en maximale geluidniveau L Amax (fast) opgeslagen. De meettechnicus heeft de voertuigpassages geregistreerd op tijd, type voertuig (al dan niet met aanhanger) en de richting waarin werd gereden. Met de analysesoftware van Bruël & Kjaer is naderhand het geluid van passages afgespeeld en zijn bijbehorende piekgeluidniveaus L Amax afgelezen. Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 19

20 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

5. UITGANGSPUNTEN WEGEN EN WEGGEBRUIK 5.1. Inleiding In dit hoofdstuk zijn de relevante uitgangspunten vermeld die zijn gehanteerd bij de berekeningen. 5.2. Verkeerstellingen In de week van 21 tot 28 oktober 2013 heeft Witteveen+Bos op drie locaties van de Heerbaan verkeerstellingen uitgevoerd. Een uitgebreide beschrijving van de resultaten is opgenomen in het rapport Mechanische tellingen Heerbaan, referentie GB59-1/13-001.029 d.d. 12 december 2013. Telpunt Heerbaan (midden) is het dichtst gelegen bij de locaties waar geluidmetingen hebben plaatsgevonden en de bijbehorende gegevens worden gebruikt voor het akoestisch onderzoek. 5.3. Uitgangspunten voor berekeningen In tabel 5.1 tot en met 5.3 zijn de gegevens voor respectievelijk de dag-, avond- en nachtperiode opgenomen zoals deze uit bovengenoemde rapportage zijn verkregen. Tabel 5.1. Dagperiode (07.00-19.00 uur), 79 % van etmaal (= 6,56 % van het etmaal per gemiddeld daguur) klasse absoluut in mvt relatief (%) gemiddeld per uur lichte voertuigen 3.108 88 259 middelzware voertuigen 334 9 28 zware voertuigen 83 2 7 totaal 3.524 100 294 Tabel 5.2. Avondperiode (19.00-23.00 uur), 14 % van etmaal (= 3,57 % van het etmaal per gemiddeld avonduur) Klasse absoluut in mvt relatief (%) gemiddeld per uur lichte voertuigen 596 93 149 middelzware voertuigen 36 6 9 zware voertuigen 6 1 2 totaal 639 100 160 Tabel 5.3. Nachtperiode (23.00-07.00 uur), 7 % van etmaal (= 0,87 % van het etmaal per gemiddeld nachtuur) Klasse absoluut in mvt relatief (%) gemiddeld per uur lichte voertuigen 261 84 33 middelzware voertuigen 47 15 6 zware voertuigen 4 1 1 totaal 311 100 39 Voor de geluidberekeningen is gebruik gemaakt van de onafgeronde getallen uit bovenstaande tabellen. Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 21

Ter plaatse van de woningen alwaar metingen zijn uitgevoerd gelden verder overal de volgende kenmerken: - de wettelijk geldende maximale rijsnelheid bedraagt 30 km/uur; - de bestrating (wegverharding) bestaat uit klinkers in keperverband. 22 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

6. RESULTATEN EN ANALYSE TRILLINGEN BEMANDE METINGEN 6.1. Inleiding In dit hoofdstuk worden per meetpunt de metingen en meetresultaten beschreven voor de bemande metingen. De bemande metingen zijn uitgevoerd op donderdag 10 en vrijdag 11 oktober 2013 en bij de metingen is gebruik gemaakt van een DAF containerwagen met een aslast van circa 5 ton inclusief aanhanger beladen met containers met gedurende de meetdagen wisselende belading en rijsnelheid. Afbeelding 6.1. Passage vrachtwagen tijdens meting gezien vanuit een woning (simulatie) Met behulp van de gesimuleerde vrachtwagenbeweging is de worst case situatie in beeld gebracht. De vrachtwagen heeft de meetpunten steeds met verschillende rijsnelheden gepasseerd (op basis van een vooraf afgesproken rijschema en rijsnelheden). In de praktijk bleek het echter voor de vrachtwagencombinatie (containerwagen) vrijwel onmogelijk om met een rijsnelheid van meer dan 30-40 km/uur een meetpunt te passeren. 6.2. Meetpunt 1 - woning Heerbaan 186 De woning van Heerbaan 186 bevindt zich direct aan de Heerbaan, het hotel maakt deel uit van hetzelfde gebouw en is hier direct achter gesitueerd. Dit onderzoek beperkt zich tot de woning. De wijze van fundering van het gebouw is, bij de eigenaar, onbekend. Op basis van informatie verkregen bij andere panden te Millingen aan de Rijn wordt aangenomen dat het gebouw niet is onderheid. De vloer van de begane grond is opgebouwd uit steen. De vloeren van de eerste en tweede verdieping zijn beide van hout. Juist voor de woning bevindt zich de opgang van een verkeersdrempel (verkeersplateau). De kortste afstand tussen de gevel van de woning en de verkeersdrempel bedraagt circa 5 meter. De ligging van de woning is weergegeven in afbeelding 6.2 en weergegeven met identificatienummer 01. Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 23

Afbeelding 6.2. Meetpunt 1 - woning Heerbaan 186 6.2.1. Bemande trillingsmetingen Trillingsmetingen zijn uitgevoerd op 10 oktober 2013 van 06.47 uur tot 11.23 uur met de volgende meetsets (aangeduid met serienummer) op de meetpunten. Tabel 6.1. Overzicht van meetpunten en meetsets (nr) meetpunt A (nr) meetpunt B (nr) meetpunt C (nr) gevel bg (VIB0033) stk 1 vdp1 (VIB1061) slk vdp2 (VIB1130) De situering van de meetpunten is opgenomen in bijlage I. De meetresultaten zijn eveneens opgenomen in bijlage I. Op basis van de waarnemingen (vanuit de studeerkamer op de eerste verdieping) ten tijde van de metingen is het volgende te melden: - de maatgevende trillingen worden veroorzaakt door de vrachtwagen welke door de gemeente is ingezet, gevolgd door de bussen; - zowel bussen als vrachtwagens zijn bij een normale passage van de drempel goed voelbaar (trillingen op de vloer). 1 stk staat voor studeerkamer. 24 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

6.2.2. Samenvatting analyse meetresultaten Uit de metingen aan de gevel van de woning blijkt dat de hoogst gemeten waarde van de V top (een indicator voor de kans dat schade optreedt door trillingen conform SBR richtlijn A) niet meer dan 1,0 mm/s bedraagt. De kans op schade aan de woning vanwege de verkeersdrempel is daarmee nihil. Voor een beoordeling van het hinderaspect van de trillingen is in tabel 6.2 voor elke gemeten verblijfsruimte (in de woning) de maximaal gemeten trillingssterkte V max (conform SBR richtlijn B) vermeld en per periode de periodegemiddelde trillingssterkte V per. De berekening is gebaseerd op de uitgevoerde verkeerstellingen. Tabel 6.2. Samenvatting meetresultaten SBR-B V max (A 2) V per (A 3) verblijfsruimte dag/avond (0,4), nacht (0,2) dag (0,05) avond (0,05) nacht (0,05) studeerkamer eerste verdieping 0,71 (voldoet niet aan A1) 0,014 -- -- slaapkamer tweede verdieping 0,38 0,007 -- -- Uit tabel 6.2 blijkt dat de hoogst geregistreerde waarde in de studeerkamer de streefwaarde voor zowel de A1 waarde als de A2 waarde overschrijdt. Hiermee kan beoordeling voor de studeerkamer objectief worden geclassificeerd onder matige hinder. 6.2.3. Resumé trillingsmetingen - schade aan woning Heerbaan 186 door trillingen kan op basis van trillingsmetingen worden uitgesloten; - in woonkamer en slaapkamer is trillingshinder op basis van overschrijding van de streefwaarde niet waarschijnlijk; - op grond van een overschrijding van de streefwaarde tijdens zware voertuigpassages kunnen trillingen tot matige hinder leiden (in de studeerkamer). 6.2.4. Geluidmetingen Ten tijde van de bemande trillingsmetingen heeft een geluidsmeting buiten voor de gevel van de woning Heerbaan 186 plaatsgevonden. De microfoon (aanduiding G, zie de schets in bijlage VIII) bevond zich ter hoogte van de eerste verdieping. De meetresultaten zijn opgenomen in bijlage VIII. Uit de uitgevoerde berekeningen kan worden geconcludeerd dat op de gevel: - voertuigpassages leiden tot piekniveaus van meer dan 80 db; - uitschieters tot zelfs 96 db (!) zijn gemeten (deze treden op als met een containerwagen met meer dan 30 km/uur over de drempel wordt gereden). De met betrekking tot geluid maatgevende gebeurtenissen betreft het rammelen van containers en de aanhanger van de door de gemeente ingezette vrachtwagen. De geluidwering van de gevel is niet precies bekend maar op basis van praktijkgegevens wordt verwacht dat deze (bij minimale ventilatiestand van de ramen) 15 tot 20 db zal bedragen. Dit betekent dat tijdens vrachtwagenpassages in de woning piekniveaus kunnen optreden van 60 db tot rond de 80 db. Geconcludeerd kan worden dat deze passages in de woning dus zeer goed kunnen worden waargenomen. Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 25

6.3. Meetpunt 2 - woning Heerbaan 196 De woning van Heerbaan 196 bevindt zich aan de Heerbaan, gescheiden door een trottoir en de voortuin. In ieder geval de voorzijde van het gebouw (daar waar de metingen zijn verricht) is op beton gefundeerd. De vloer van de begane grond bestaat uit houten latten op een zandlaag. De verdiepingsvloer is van hout. De kortste afstand tussen de gevel van de woning en de verkeersdrempel bedraagt circa 15 meter. De ligging van de woning is weergegeven in afbeelding 6.3 en weergegeven met identificatienummer 02. Afbeelding 6.3. Meetpunt 2 - woning Heerbaan 196 6.3.1. Bemande trillingsmetingen Trillingsmetingen zijn uitgevoerd op 10 oktober 2013 van 14.00 uur tot 1 uur met de volgende meetsets (aangeduid met serienummer) op de meetpunten. Tabel 6.3. Overzicht van meetpunten en meetsets (nr) meetpunt A (nr) meetpunt B (nr) meetpunt C (nr) gevel bg (VIB0033) wnk bg (VIB1130) slk vdp (VIB1059) De situering van de meetpunten is opgenomen in bijlage II. De meetresultaten zijn eveneens opgenomen in bijlage II. 26 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer

Op basis van de waarnemingen (vanuit de woonkamer op de begane grond) ten tijde van de metingen is het volgende te melden: - de maatgevende trillingen worden veroorzaakt door zowel vrachtwagens als bussen. - zowel bussen als vrachtwagens zijn bij een normale passage van de drempel goed voelbaar (trillingen op de vloer); bij enkele passages werkt de kap van de woning hetgeen met een krakend geluid gepaard gaat. 6.3.2. Samenvatting analyse meetresultaten Uit de metingen aan de gevel van de woning blijkt dat de hoogst gemeten waarde van de V top (een indicator voor de kans dat schade optreedt door trillingen conform SBR richtlijn A) niet meer dan 0,7 mm/s bedraagt. De kans op schade aan de woning vanwege de verkeersdrempel is daarmee nihil. Voor een beoordeling van het hinderaspect van de trillingen is in tabel 6.4 voor elke gemeten verblijfsruimte de maximaal gemeten trillingssterkte V max (conform SBR richtlijn B) vermeld en per periode de periodegemiddelde trillingssterkte V per. De berekening is gebaseerd op de uitgevoerde verkeerstellingen. Tabel 6.4. Samenvatting meetresultaten SBR-B V max (A 2) V per (A 3) verblijfsruimte dag/avond (0,4), nacht (0,2) dag (0,05) avond (0,05) nacht (0,05) woonkamer begane grond 0,15 (voldoet aan A1) n.v.t. n.v.t. n.v.t. slaapkamer eerste verdieping 0,52 0,010 -- -- Uit tabel 6.3 blijkt dat de hoogst geregistreerde waarde in de slaapkamer de streefwaarde A2 overschrijdt. Hiermee kan beoordeling voor de slaapkamer objectief worden geclassificeerd onder matige hinder. 6.3.3. Resumé trillingsmetingen - schade aan woning Heerbaan 196 door trillingen kan op basis van trillingsmetingen worden uitgesloten; - in de woonkamer is trillingshinder op basis van overschrijding van de streefwaarde niet waarschijnlijk; - op grond van een lichte overschrijding van de streefwaarde kunnen trillingen tot matige hinder leiden in de slaapkamer. 6.3.4. Geluidmetingen Ten tijde van de bemande trillingsmetingen heeft een geluidsmeting voor de gevel van de woning Heerbaan 196 plaatsgevonden. De microfoon (aanduiding G, zie de schets in bijlage VIII) bevond zich ter hoogte van de verdieping. De meetresultaten zijn opgenomen in bijlage VIII. Uit de uitgevoerde berekeningen kan worden geconcludeerd dat op de gevel: - voertuigpassages leiden tot piekniveaus van meer dan 79 db; - uitschieters tot zelfs 87 db (!) zijn gemeten (deze treden op als met een containerwagen met meer dan 30 km/uur over de drempel wordt gereden). Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer 27

De met betrekking tot geluid maatgevende gebeurtenissen betreft het rammelen van containers en de aanhanger van de door de gemeente ingezette vrachtwagen. De geluidwering van de gevel is niet precies bekend maar op basis van praktijkgegevens wordt verwacht dat deze (bij minimale ventilatiestand van de ramen) 15 tot 20 db zal bedragen. Dit betekent dat tijdens vrachtwagenpassages in de woning piekniveaus kunnen optreden van 59 db tot rond de 72 db. Geconcludeerd kan worden dat deze passages in de woning dus goed tot zeer goed kunnen worden waargenomen. 6.4. Meetpunt 3 - woning Sint Willibrordstraat 9 De woning van Sint Willibrordstraat 9 bevindt zich aan de Sint Willibrordstraat (dus op enige afstand van de Heerbaan) en heeft wel zicht op de Heerbaan (gescheiden door een parkeerplaats). De vloer van de begane grond bestaat uit houten vloerdelen op een zandlaag. De verdiepingsvloer is ook van hout. De kortste afstand tussen de gevel van de woning en de verkeersdrempel bedraagt circa 45 meter. De ligging van de woning is weergegeven in afbeelding 6.4 en weergegeven met identificatienummer 03. Afbeelding 6.4. Meetpunt 3 - woning Sint Willibrordstraat 9 6.4.1. Bemande trillingsmetingen Trillingsmetingen zijn uitgevoerd op 11 oktober 2013 van 07.00 uur tot 11.30 uur met de volgende meetsets (aangeduid met serienummer) op de meetpunten. 28 Witteveen+Bos, GB59-1/14-004.157 definitief d.d. 25 februari 2014, Trillingsonderzoek Heerbaan Millingen aan de Rijn wegverkeer