Advies nr. 61 van 9 maart 2015 betreffende de vermaatschappelijking van de zorg



Vergelijkbare documenten
Historiek en vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg

Netwerk Geestelijke Gezondheid ADS. Situering Netwerkdag 25 januari 2019 Vanessa De Roo Netwerkcoördinator Netwerk GG ADS

Al gehoord van de 107? Mieke Craeymeersch, directeur Similes

De Sociale plattegrond

DE VIJF FUNCTIES BINNEN HET VERNIEUWDE MODEL GEESTELIJKE GEZONDHEID

PopovGGZ vzw. PopovGGZ/2014/RVB/GN/067ter 26/2/2015

Van twee naar één netwerk Een nieuw netwerk Een nieuwe naam

Club 107. voor een vernieuwde GGZ in de regio Mechelen Rupelstreek. een initiatief van GGALIMERO

NETWERK GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG REGIO IEPER - DIKSMUIDE

Naar een betere geestelijke gezondheidszorg. door de realisatie van zorgcircuits en netwerken

ADVIES BETREFFENDE DE TOEKOMSTIGE ONTWIKKELING VAN DE PSYCHIATRISCHE ZORG IN DE THUISSITUATIE IN DE SECTOR VAN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG

Samenvatting. Adviesvragen

preventie, promotie ggz, vroegdetectie, screening en diagnosestelling (Functie 1)

tractor 30 maart 2011 ACT Assertive Community Treatment

Naar een betere geestelijke gezondheidszorg. door de realisatie van zorgcircuits en netwerken

Mobiele teams in Zuid-West- Vlaanderen stand van zaken

ADVIES INZAKE HET ONTWERP VAN SAMENWERKINGSAKKOORD MET BETREKKING TOT JONGEREN MET EEN PSYCHIATRISCHE PROBLEMATIEK DIE EEN DELICT HEBBEN GEPLEEGD

Met de zesde staatshervorming is de bevoegdheid voor de moeder-kindeenheden naar Vlaanderen overgeheveld.

PRIT praat INTERSECTORAAL. 12 december 2013

De Sociale plattegrond

FEDERALE ADVIESRAAD VOOR OUDEREN Advies 2016/4

Actieplan 1 Informatie- en preventiebeleid naar de Zeelse bevolking toe op het vlak van o.m. (kinder)armoede, gezondheid, participatie

De vertrouwensrelatie: de basis van een veranderende GGZ

Jaarverslag PVT St.-Jozef Campus Tongeren en Munsterbilzen. Externe Ombudsfunctie Ingrid Meuwis

Decreet betreffende de organisatie en ondersteuning van het geestelijk gezondheidsaanbod

AUTONOMIE: HOEKSTEEN OF STRUIKELBLOK?

Voorstelling visietekst 'Naar een geïntegreerde en herstelgerichte zorg voor mensen met een verslavingsprobleem'

Nieuwe ontwikkelingen in het Netwerk GG ADS: opstart mobiele teams

Toekomst van de psychiatrie Waas en Dender in het kader van artikel 107

Gids voor pilootprojecten Frequently Asked Questions

radar RADAR is het netwerk geestelijke gezondheid voor kinderen en jongeren in Oost-Vlaanderen. connect 0-4 is een programma dat instaat

Artikel 107, de hervorming van de geestelijke gezondheidszorg

decreet Werk- en zorgtrajecten Goedgekeurd in plenaire zitting Vlaams parlement 23 april 2014

Nieuwe gids GGB K&J 1

Bijlage 11: Stellingen voor focusgroepen activering. Thema s voor de focusgroepen activering

West-Vlaams Integrerend Netwerk Geestelijke Gezondheid voor kinderen, jongeren en hun context

Hoofdstuk 4 Preventie 67 1 Inleiding 67 2 Praktijkoverwegingen 69 3 Wetenschappelijke onderbouwing 78 4 Aanbevelingen 87 Noten 90 Literatuur 90

CAR netwerk Waas & Dender

Hoe omgaan met een verzoek om euthanasie? Een leidraad

ADVIES OVER HET FONDS TER STIMULERING VAN STEDELIJKE EN PLATTELANDSINVESTERINGEN

Infomoment. Advies & Coaching GG ADS

Symposium woondag 6/12

29/04/2019 MINDER VERSNIPPERING MEER ZORG CHRONISCHE ZORG EN DE VERHOUDING TUSSEN DE ACTOREN

Kwadraat = niet zomaar een naam

Voorwoord 11 Inleiding 13

Langdurige psychiatrische zorg

Beroepsgeheim in de drughulpverlening

Nieuw aanbod jongerenprogramma De Sleutel

Euthanasie bij psychisch lijden: Een ethische visie

> Retouradres Postbus EJ Den Haag. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Achtergronddocument Specifieke groepen binnen de GGZ

PSYCHOSOCIALE REVALIDATIE

Visiedocument Expertisenetwerk Kinder- en Jeugdpsychiatrie (EKJP)

Jaap van der Stel Lector GGz Hogeschool Leiden Senior-onderzoeker GGZ ingeest Adviseur beleid Brijder-Parnassia

Project Tabaco. (Filippijnen)

Themadag LOOT/LOMOZ. Wat betekenen de ontwikkelingen voor de Geestelijke Gezondheidszorg. 19 juni 2013 Marianne van Duijn

Het (gedeeld) beroepsgeheim

DECREET. betreffende het algemeen welzijnswerk

ADVIES van de permanente werkgroep "psychiatrie" van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoomeningen :

Opendeur bij SSeGA. opendeur bij SSeGA

Vermaatschappelijking van de zorg: artikel 107 in cijfers

FREDERIK DECLERCQ ARBEIDSCOACH MIRABELLO

Vzw De Lork Vzw Beschut Wonen De Lariks. Lieve Dekempeneer STUDIEDAG GIBBIS

WELKOM. Aanbod GGZ voor kinderen en jongeren - regio Dendermonde

Advies. Over de financiering en de organisatie van de eerstelijnspsychologische interventies in Vlaanderen. Brussel, 27 september 2018

Financiering psychologische zorg in de 1 ste lijn. Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Maggie De Block

Notitie. GGZ Rivierduinen. GGZ Rivierduinen Samen kiezen voor kwaliteit Zorgvisie 2015

ZORG VOOR EEN MENSWAARDIG LEVENSEINDE

3 de integratie krijgt vorm zowel via de zorgcircuits alsook door de netwerking;

Uitdagingen bij de vermaatschappelijking van de zorg

HET VLAAMS CHARTER VAN DE RECHTEN VAN DE CLIENT/PATIENT

Netwerkdag chronische zorg en zorgregio s Domus Medica 21 maart Jo Vandeurzen Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin

Een stap verder in forensische en intensieve zorg

WAALDERLAND. Jaarverslag 2011

Hoofdverpleegkundigen en directies verpleegkundigen. Verandering na verandering. Klinisch leiderschap als motor van hervorming in de gezondheidszorg

11/12/2018 HOE DE ORGANISATIE VAN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG VOOR OUDEREN VERBETEREN? Vraag van de FOD Volksgezondheid. onderzoekvragen en methode

ADVIES ONTWERP BESTUURSDECREET

1. Is de minister van plan deze 56 aanbevelingen ter harte te nemen? Hoe wil hij hiermee aan de slag?

Inleiding Sociale psychiatrie 19 Ivonne van der Padt. 2 Elementen van een sociaal- psychiatrische methodiek 45 Ben Venneman

Ethische adviezen bemoeizorg en vrijheidsbeperking in de ggz

Handboek innovatieve praktijken

Synergiën en Convergenties tussen werk en welzijn. Hendrik Delaruelle, Commissie W² Vlaams Welzijnsverbond

DRAAIBOEK GESPREKSDRIEHOEK

Geestelijke gezondheid!? Ik stel u voor. Cijfers voor Gent. Tijd om normaal te doen over geestelijke gezondheidsproblemen.

Enkele toepassingsproblemen en voorstellen van mogelijke oplossingen in de sector geestelijke gezondheidszorg

Cliëntoverleg binnen de thuiszorg

Naar een betere GGZ door de realisatie van zorgcircuits en zorgnetwerken

Jo Vandeurzen. Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin

Samenwerkingsverband GGZ De Vlaamse Ardennen

Inhoud. Voorwoord 5. Inleiding 15 Bauke Koekkoek

Strategisch plan Netwerk GGZ Kempen

BS 26/07/1999 in voege 26/07/1990


over het Besluit van de Vlaamse Regering ter uitvoering van het decreet algemeen welzijnswerk

Jeugdzorg in ontwikkeling

Uw rechten en behandeling

Inwoners met een ernstig psychiatrische aandoening in de wijk

Onderzoek naar de afstemming tussen zorgvraag en aanbod in de Oost-Vlaamse drughulpverlening

In en exclusiecriteria

Transcriptie:

Advies nr. 61 van 9 maart 2015 betreffende de vermaatschappelijking van de zorg

A. Vraag om advies Volgende vraag werd gesteld door dhr. J. Reyntens, voorzitter van de commissie voor medische ethiek Spes et Fides in een brief, gedateerd op 24 oktober 2012, maar ontvangen op 13 december 2012: De Belgische overheid stuurt met artikel 107 van de ziekenhuiswet aan op een reorganisatie van de geestelijke gezondheidszorg, inclusief een reconversie van de residentiële psychiatrische zorgverlening. Naar verluidt is het haar uiteindelijke bedoeling de chronificatie van de psychiatrische patiënt tegen te gaan, door hem op een emancipatorische en geïntegreerde manier te laten participeren aan het maatschappelijke leven. Een aangepaste huisvesting en een meer gepersonaliseerde, ambulante zorg zijn in deze sleutelbegrippen. Ofschoon de vermaatschappelijking van de psychiatrische zorg ongetwijfeld bijdraagt tot de integratie en bijgevolg mogelijk tot de verbetering van de patiënt, is de Commissie voor ethiek Spes et Fides, die actief is voor zeven psychiatrische ziekenhuizen in Oost-Vlaanderen die betrokken zijn in een proefproject op basis van het voormelde artikel107, bezorgd om het respect voor de ethische principes in elke zorgrelatie die mogelijks in het gedrang kunnen komen. Vanuit die bezorgdheid heeft de commissie tijdens de laatste vergaderingen enkele bedenkingen geformuleerd, die zij graag voorlegt aan de achtbare leden van het Belgisch Raadgevend Comité voor Bio-ethiek, met het verzoek om hieromtrent een eigen standpunt in te nemen en kenbaar te maken. Volgens de Commissie voor ethiek Spes et Fides dreigen belangrijke waarden zoals rechtvaardigheid, participatie en levenskwaliteit, door de effecten van de herstructurering die uit het proefproject op basis van artikel 107 van de Ziekenhuiswet kan voortvloeien voor alle psychiatrische ziekenhuizen in het gedrang te komen. Deze bedenkingen zijn geconcentreerd rond de volgende vragen: -In hoeverre kan de chronische psychiatrische patiënt, die meestal op diverse niveaus disfunctioneert en uitgebreid moet worden bijgestaan, ook effectief op deze zorgen een beroep doen, gezien het huidige tekort aan gekwalificeerde zorgverstrekkers en de nu al bestaande wachtlijsten in de ggz? -Wat wanneer men in het kader van de behandeling bij een vooropgesteld zorgtraject, om welke redenen dan ook, niet komt tot een informed of negotiated consent, in de geest van de wet op de patiëntenrechten? -Is de samenleving in al haar segmenten bereid om de vermaatschappelijking ten volle te aanvaarden en te implementeren, in de wetenschap dat de tolerantie ten aanzien van minderheden, in casu mensen met ernstige psychiatrische aandoeningen, verminderd is? -Zijn de financiële implicaties voor de patiënten en voor de samenleving voldoende bekend en betaalbaar, te weten dat onderzoek in het buitenland (onder meer Nederland) wijst op een substantiële verhoging van de kosten? -Welke impact zal de afbouw van het aantal T-bedden hebben, op het opnamebeleid van psychiatrische ziekenhuizen ten aanzien van patiënten met chronische en complexe problemen? -Is er voor voornoemde doelgroep voldoende aangepaste en betaalbare huisvesting beschikbaar, aangezien ook hier de wachtlijsten zeer uitgebreid zijn, de wetgeving stringent is en de kosten blijven stijgen? Definitieve versie 2

Het is dus verre van zeker, dat de reorganisatie die de wetgever ambieert, ook een betere zorg genereert voor mensen met een ernstige psychiatrische aandoening. De rechtvaardige verdeling of herverdeling van diensten en goederen volgens de werkelijke behoeften is een lovenswaardig principe dat de gelijkwaardigheid van zieke en gezonde mensen ondersteunt, en waarvoor bijgevolg evenredige middelen moeten worden vrijgemaakt. De participatie aan het maatschappelijk leven veronderstelt immers niet alleen gelijke kansen, maar ook gelijke uitkomsten, wat impliceert dat de integratie en de inclusie door alle actoren wordt gerealiseerd. De levenskwaliteit veronderstelt bovendien een zekere vorm van autonomie en houdt verband met een psychisch, fysisch, relationeel, sociaal en spiritueel welbevinden, waarbij naast objectieve ook subjectieve aspecten worden onderkend en gerespecteerd. Daarenboven is bij gebrek aan parameters overeenkomstig de gangbare praktijk bij wetenschappelijke experimenten (of volgens het SMART-principe dat toelaat algemene beleidsdoelstellingen te evalueren) onduidelijk wat er zal gebeuren indien de vooropgestelde doelstellingen, zoals eerder beschreven, niet worden gehaald, en dreigen in dat geval de gevolgen voor de doelgroep en mogelijkerwijs ook voor de samenleving buitenproportioneel te zullen worden. Wij hopen dat bovenvermelde bedenkingen van aard zijn, het Belgisch Raadgevend Comité voor Bio-ethiek ertoe te bewegen het probleem te onderzoeken en desgevallend hieromtrent een standpunt in te nemen en bekend te maken. B. Artikel 107 van de Ziekenhuiswet Artikel 107 van de Ziekenhuiswet maakt het mogelijk voor psychiatrische ziekenhuizen om maximaal 10% van de middelen waarmee momenteel de zorg voor opgenomen patiënten gerealiseerd wordt, op een andere manier aan te wenden. Deze voorzieningen kunnen dus met een gedeelte van hun financiering van ziekenhuisbedden nieuwe zorgvormen creëren, zoals mobiele teams voor de zorg van patiënten in de thuissituatie ter preventie en/of vervanging van een residentiele behandeling. Deze multidisciplinaire mobiele teams zijn intensieve ambulante behandelteams in de thuisomgeving van de patiënt voor (sub)acute (mobiele crisisteams) en chronisch psychiatrische problemen. Dit maakt deel uit van een bredere hervorming van de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) naar een vraaggestuurde, herstelgerichte zorg die de patiënt (en zijn/haar wensen, noden, veerkracht en sterktes) centraal stelt, en georganiseerd wordt in een gecoördineerd netwerk of zorgcircuit. Het doel van de zorg is herstel, emancipatie en participatie: symptomen doen verdwijnen of verminderen en/of een kwaliteits- en zinvol leven uitbouwen in de samenleving ondanks symptomen en beperkingen. Men spreekt dan over vermaatschappelijking van de zorg. De sleutel daartoe is eigen krachten en mogelijkheden ontdekken en ontplooien gesteund door zijn naasten. Het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek steunt unaniem dit ambitieus lange termijn hervormingsproject voor een bredere vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) door het uitbouwen van een laagdrempelig en gespecialiseerde hulp in nauwe samenwerking met de eerste lijn, zodat de geestelijke gezondheidszorg toegankelijker en meer herstelgericht wordt. C. Antwoorden op de gestelde vragen Definitieve versie 3

Wij zullen de zes gestelde vragen afzonderlijk beantwoorden vanuit een ethisch perspectief. Vraag 1: In hoeverre kan de chronische psychiatrische patiënt, die meestal op diverse niveaus disfunctioneert en uitgebreid moet worden bijgestaan, ook effectief op deze zorgen een beroep doen, gezien het huidige tekort aan gekwalificeerde zorgverstrekkers en de nu al bestaande wachtlijsten in de GGZ? Art. 107 schept een kader om o. a. bestaande ziekenhuismiddelen en dus ook zorgverstrekkers in de volwassenenpsychiatrie anders aan te wenden (met name voor mobiele teams) en houdt een verschuiving maar geen vermindering in van deze middelen. Het probleem van de wachtlijsten situeert zich eerder in de ambulante GGZ-diensten en niet in de ziekenhuisafdelingen volwassenenpsychiatrie. Problematischer is artikel 33 van deze GGZ-hervorming op gemeenschapsniveau (Vlaams decreet van 19 mei 1999 betreffende de geestelijke gezondheidszorg), dat de Centra voor Geestelijke gezondheidszorg (CGG) toelaat tot 10% van hun bestaande middelen te gebruiken voor de bedoelde hervormingen. De ambulante CGG kennen inderdaad wachttijden en een verschuiving van middelen en personeel naar preventie, vroeginterventie of mobiele teams is beslist minder evident. Een hervorming van de GGZ die vermaatschappelijking van de zorg beoogt, zou immers ook de klassieke ambulante GGZ moeten versterken naast de uitbouw van mobiele teams. Vraag 2: Wat wanneer men in het kader van de behandeling bij een vooropgesteld zorgtraject, om welke redenen dan ook, niet komt tot een informed of negotiated consent, in de geest van de wet op de patiëntenrechten? Mobiele teams bieden zorg aan in het kader van de Patiëntenrechtenwet en dus rekening houdend met informed or negociated consent (geïnformeerde toestemming). De wils- of beslissingsbekwame patiënt kan het zorgaanbod weigeren; de volgens de modaliteiten van art. 107 geboden zorg is geen vorm van gedwongen behandeling. Nochtans kunnen de mobiele teams op een regelmatige en herhaalde manier hun zorgaanbod doen en zowel de patiënt als zijn omgeving wijzen op de noodzaak ervan. Vanuit ethisch oogpunt meent het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek dat mobiele teams de mogelijkheid moeten hebben op een meer assertieve manier zorg aan te bieden. Men spreekt in deze context soms van bemoeizorg 1. Ook bij deze manier van werken wordt echter een weigering van zorg of behandeling door een wilsbekwame patiënt gerespecteerd conform de Patiëntenrechtenwet. Vanuit ethisch en juridisch oogpunt kunnen hier bij wils- of beslissingsbekwame patiënten drie situaties onderscheiden worden. (1) Als de patiënt zijn geïnformeerde toestemming geeft, kan de 1 In de veertiende, herziene uitgave van de van Dale gedefinieerd als (de) sociaalpsychiatrische hulpverlening waarbij de hulpverlener actief ingrijpt in en praktische hulp biedt bij het leven van de patiënt. Definitieve versie 4

betreffende zorg en behandeling geboden worden. (2) Als hij deze zorg weigert, wordt deze weigering gerespecteerd en wordt uiteraard op dat moment geen zorg en behandeling geboden. (3) Tot slot kan zich een situatie voordoen waarbij ambivalentie aanwezig is en geen toestemming gegeven wordt, maar ook geen duidelijke weigering geformuleerd wordt. In dat geval kan bij ontstentenis van een geïnformeerde toestemming - een behandeling niet gestart worden, maar is er wel ruimte voor onderhandeling, herhaald aanbieden en voorstellen van zorg, in contact blijven met de patiënt, Het probleem van mogelijke zorgweigering door de patiënt is niet specifiek voor dit project van een vermaatschappelijkte GGZ. Het stelt zich ook buiten de context van art. 107 en dient passend beantwoord te worden. Zo moet onder andere nagegaan worden of er een ernstig gevaar is en of de andere criteria voor gedwongen opname vervuld zijn (cf. de wet van 26 juni 1990 op de bescherming van de persoon van de geesteszieke). Verder moet de specifieke wils- of beslissingsbekwaamheid van de patiënt (betreffende deze weigering) geëvalueerd worden. Zoals bepaald in de Patiëntenrechtenwet van 22 augustus 2002 zal dan in bepaalde situaties de vertegenwoordiger van de patiënt de geïnformeerde toestemming kunnen geven. Omdat deze situaties niet specifiek zijn voor de mobiele teams, worden ze hier niet verder uitgewerkt. Vraag 3: Is de samenleving in al haar segmenten bereid om de vermaatschappelijking ten volle te aanvaarden en te implementeren, in de wetenschap dat de tolerantie ten aanzien van minderheden, in casu mensen met ernstige psychiatrische aandoeningen, verminderd is? Het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek deelt unaniem deze bezorgdheid van de vragers en is zich ervan bewust dat er een belangrijk maatschappelijk stigma bestaat ten aanzien van deze kwetsbare patiëntengroep, maar dit overstijgt de problematiek van art. 107 en moet als dusdanig onderzocht worden. De vermaatschappelijking van de GGZ is niet alleen een opdracht voor de sector, maar evenzeer voor de samenleving om mensen met een psychische kwetsbaarheid met openheid tegemoet te treden, een evenwaardige plaats te geven en in te schakelen in wonen, werken en sociaal leven. Vraag 4: Zijn de financiële implicaties voor de patiënten en voor de samenleving voldoende bekend en betaalbaar, te weten dat onderzoek in het buitenland (onder meer Nederland) wijst op een substantiële verhoging van de kosten? Deze vraag naar de financiële implicaties van art. 107 voor de betrokken patiënten is volkomen terecht en verdient nader onderzoek. Langdurig gehospitaliseerde psychiatrische patiënten in Psychiatrisch Ziekenhuizen (PZ) of Psychiatrisch Verzorgingstehuis (PVT) hebben weinig kosten voor hun huisvesting, voeding en medicatie dankzij een belangrijke tussenkomst van het RIZIV in de ziekenhuisfactuur. In een vermaatschappelijkte zorg moeten patiënten deze kosten zelf dragen. Het is problematisch en paradoxaal dat in het kader van vermaatschappelijkte zorg patiënten Definitieve versie 5

méér zouden moeten betalen. De overheid streeft ernaar dat art. 107 voor de psychiatrische ziekenhuizen budgetneutraal is, maar dit zou ook voor patiënten moeten bewaakt worden. Het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek pleit voor een wetenschappelijk onderzoek om de financiële implicaties van art. 107 voor de patiënten nader in kaart te brengen en de budgetneutraliteit voor de patiënt als doelstelling op te nemen in de verdere hervorming van de GGZ. Vraag 5: Welke impact zal de afbouw van het aantal T-bedden hebben, op het opnamebeleid van psychiatrische ziekenhuizen ten aanzien van patiënten met chronische en complexe problemen? Aan de art. 107 hervorming is een opvolgingsonderzoek voorzien en deze vraag dient zeker hierin opgenomen te worden. Het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek deelt deze bezorgdheid echter in mindere mate om volgende redenen. (1) Het aantal psychiatrische bedden (pro rata) in België is bijzonder hoog. (2) De buitenlandse ervaring leert dat mobiele teams opnames voorkomen, vervangen en verkorten. De sector staat wel voor de opdracht om de resterende bedden optimaal te (her)organiseren in functie van de zorgnoden, met goede regionale spreiding, afstemming, taakverdeling en afspraken. Vraag 6: Is er voor voornoemde doelgroep voldoende aangepaste en betaalbare huisvesting beschikbaar, aangezien ook hier de wachtlijsten zeer uitgebreid zijn, de wetgeving stringent is en de kosten blijven stijgen? Het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek deelt de bezorgdheid dat een hervorming van de GGZ die vermaatschappelijking van de zorg beoogt, gepaard zou moeten gaan met goede afstemming met heel wat maatschappelijke domeinen en beleidssectoren: huisvestingsbeleid, werk, sociale zekerheid, D. Slotbemerkingen en besluit Het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek onderschrijft de principes van deze hervorming van de GGZ ten volle en ziet geen principiële ethische bezwaren. Het bestaande juridische kader voor de GGZ, met onder andere de Patiëntenrechtenwet, is voldoende geschikt voor de nieuwe zorgmodaliteiten zoals de mobiele teams en is uiteraard onverkort van toepassing. De problemen van bv. zorgweigering en wilsonbekwaamheid zijn zeker niet specifiek voor deze nieuwe zorgmodaliteiten, maar stellen zich ongetwijfeld op een andere manier in andere contexten, zoals de weigering van zorg thuis of in een instelling. Om door deze hervorming tot betere zorg te komen die de patiënt ten goede komt, adviseert het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek dat in de uitvoering van deze hervorming voldoende aandacht en middelen gaan naar maatschappelijke acceptatie en integratie van deze patiënten en bestrijding Definitieve versie 6

van stigma, naar de maatschappelijke domeinen die hand in hand moeten gaan met de vermaatschappelijking van de GGZ (huisvestingsbeleid, arbeidsmarkt, sociale zekerheid, ), naar kostenneutraliteit van deze hervorming voor de patiënt, naar de klassieke ambulante zorg (CGG) als belangrijke pijler van een vermaatschappelijkte GGZ en naar een herorganisatie van de resterende hospitalisatiecapaciteit om aan de zorgnoden tegemoet te komen. Het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek trekt de aandacht op de situatie van de ambulante Centra voor Geestelijke gezondheidszorg, die het nu al moeilijk hebben hun actuele taken te vervullen. Het Comité adviseert verder dat bovenstaande elementen opgenomen worden in het opvolgingsonderzoek gekoppeld aan deze hervorming. * * * Dit advies werd op 9 maart 2015 goedgekeurd door de plenaire vergadering van het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek, op basis van een ontwerp, opgesteld door hh. Paul Cosyns en Joris Vandenberghe, leden van het Comité. De werkdocumenten betreffende dit advies kunnen op het Documentatiecentrum van het Comité worden geraadpleegd en gekopieerd. Dit advies kan worden geraadpleegd op www.health.belgium.be/bioeth, linkerkolom onder de rubriek Adviezen. Definitieve versie 7