ADDENDA bij de beheersovereenkomst 2005-2009 1. Addendum 1 : Het jeugdwerkloosheid 2. Addendum 2 : Het meerbanenplan
Addendum 1 aan de beheersovereenkomst 2005-2009 tussen de VDAB en de Vlaamse Regering betreffende het steden- en gemeentenplan m.b.t. jeugdwerkloosheid Tussen De Vlaamse Regering, hierna genoemd de regering, vertegenwoordigd door de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, de heer Frank VANDENBROUCKE, enerzijds, en de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding, hierna genoemd VDAB, met zetel gevestigd te 1000 Brussel, Keizerslaan 11, vertegenwoordigd door het beheerscomité, met als voorzitter de heer Hubert COSSEY, en zijn administrateur-generaal, de heer Fons LEROY, anderzijds, wordt in toepassing van de artikelen 4, in fine, 13 en 25 van de beheersovereenkomst van 14 juli 2005 volgend addendum afgesloten. Hoofdstuk 1: Opdracht voor de VDAB Artikel 1 Het steden- en gemeentenplan goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 14 oktober 2005 omvat 2 luiken. Het eerste luik omvat de begeleiding en opleiding, het tweede luik omvat de buurt- en nabijheidsdiensten (lokale diensteneconomie).voor het eerste luik is de VDAB de regisseur van de trajectwerking en dus verantwoordelijk voor de intake, screening en trajectbepaling van de werkzoekende. Artikel 2 In partnerschap met de betrokken lokale besturen zal de VDAB in de 13 steden/gemeenten die kampen met hardnekkige jeugdwerkloosheid extra acties ontwikkelen die volledig geënt zijn op en complementair zijn met de sluitende aanpak.voor de uitvoering van deze acties doet de VDAB zoveel mogelijk en bij voorkeur beroep op de expertise van de lokale actoren. De extra acties hebben betrekking op toeleiding, begeleiding, opleiding en doorstroming naar een tewerkstelling in het economisch circuit. Artikel 3 De VDAB zal het draagvlak in de acties versterken door de sociale partners te consulteren en te betrekken via de geëigende overleg- en adviesstructuren.
Hoofdstuk 2: Doelgroep Artikel 4 De doelgroep betreft de -25 jarige laaggeschoolde jongeren in de preventieve aanpak; de -25 jarige jongeren die deeltijds leren en werken; de -25 jarige laaggeschoolde werkzoekenden, inclusief zij die gerechtigd zijn op maatschappelijke integratie of die gerechtigd zijn op een vervangende financiële maatschappelijke hulp omdat ze vanwege hun nationaliteit niet in aanmerking komen voor het recht op maatschappelijke integratie, op voorwaarde dat ze in het vreemdelingenregister zijn ingeschreven en de -25 jarige laaggeschoolde jongeren uit de curatieve doelgroep. Hoofdstuk 3:Periode Artikel 5 De uitvoering van de acties loopt van 1 januari 2006 tot en met 31 december 2007. Hoofdstuk 4: Objectieven Artikel 6 Van de totale doelgroep van -25 jarige werkzoekenden dient 60 % bereikt te worden met een uitstroom per stad/gemeente die minimaal 50% bedraagt en significant hoger is dan de nulmeting, waarvan een overzicht in bijlage bij de modelconvenant is opgenomen en integraal deel uitmaakt in dit addendum.
Hoofdstuk 5: Middelen Artikel 7 De Vlaamse minister van Werk stelt een supplementair budget van 6.100.000 ter beschikking voor de uitvoering van de acties m.b.t. begeleiding en opleiding. Met dit budget worden de acties gefinancieerd. Artikel 8 De VDAB beheert het budget. Artikel 9 Op jaarbasis wordt het budget als volgt verdeeld tussen de 13 betrokken gemeenten: Voorziene middelen vanuit Stad/gemeenten bevoegdheid Werk 1. Antwerpen 1.000.000 2. Genk 218.400 3. Gent 591.900 4. Ronse 100.000 5. Beringen 100.000 6. Maasmechelen 108.900 7. Mechelen 198.000 8. Heusden-Zolder 100.000 9. Oostende 137.700 10. Houthalen-Helchteren 100.000 11. Leuven 121.800 12. Hasselt 100.000 13. Aalst 168.000 TOTAAL 3.044.700 Hoofdstuk 6: Werkwijze Artikel 10 De engagementen worden vastgesteld in een convenant waarvan het model als bijlage is toegevoegd en integraal deel uitmaakt in dit addendum.
Hoofdstuk 7: Monitoring en evaluatie Artikel 11 Alle acties worden geregistreerd in dossiermanager. De VDAB zal een permanent monitoringsysteem uitwerken aan de hand van de acties zoals opgenomen in het actieplan en rekening houdend met artikel 6. Artikel 12 Een tussentijdse evaluatie wordt uitgevoerd midden 2006, waarna (eventueel) een bijsturing kan gebeuren, eind 2006 volgt dan een evaluatie van het eerste werkingsjaar en eind 2007 de definitieve evaluatie. Brussel, De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, Frank VANDENBROUCKE De voorzitter van het Beheerscomité, Hubert COSSEY De administrateur-generaal, Fons LEROY
Addendum 2 aan de beheersovereenkomst 2005-2009 tussen de VDAB en de Vlaamse Regering n.a.v. het meerbanenplan d.d. 10 februari 2006 Tussen De Vlaamse Regering, hierna genoemd de regering, vertegenwoordigd door de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, de heer Frank VANDENBROUCKE, enerzijds, En de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding, hierna genoemd VDAB, met zetel gevestigd te 1000 Brussel, Keizerslaan 11, vertegenwoordigd door zijn Raad van Bestuur, met als voorzitter de heer Hubert COSSEY, en zijn administrateur-generaal, de heer Fons LEROY, anderzijds, wordt in toepassing van de artikelen 4, in fine, 13 en 25 van de beheersovereenkomst van 14 juli 2005 volgend addendum afgesloten.
Hoofdstuk 1: Kader Artikel 1 Het Vlaamse meerbanenplan goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 10 februari 2006 omvat verschillende luiken waarin nieuwe opdrachten aan de VDAB worden toevertrouwd en bestaande opdrachten werden gewijzigd op het gebied van: - het bevorderen van de instroom: o de tewerkstellingspremie 50plus o de uitbreiding en de kwaliteitsverbetering van de individuele beroepsopleiding in de onderneming (IBO) o IBO interim - het bevorderen van de diversiteit: o JOBKANAAL - de versterking van de begeleiding, opleiding en toeleiding van specifieke groepen: o 50plusclubs voor ouderen o De begeleiding van werk naar werk bij herstructurering
Hoofdstuk 2: uitbetaling van de tewerkstellingspremie 50plus Artikel 2 Opdracht VDAB De VDAB verbindt zich tot de registratie van de aanvraag, de controle op de geldigheid van aanvraag, het uitvoeren van de betalingen aan de werkgever en het budgetbeheer in kader van de tewerkstellingspremie 50plus, volgens de modaliteiten overeengekomen in het besluit van de Vlaamse regering van XXX (moet nog verschijnen). Artikel 3 Middelen De dienst ontvangt 22 miljoen Euro voor 2006 en vanaf 2007 jaarlijks 30 miljoen voor de administratieve uitvoering van deze maatregel en voor de uitbetaling van de premies. Artikel 4 Monitoring en evaluatie De VDAB staat in de voor de budgettaire opvolging van de maatregel, zodat dreigende uitputting van het beschikbare budget tijdig kan worden aangekondigd. De VDAB zal hiervoor de noodzakelijke monitoringsinstrumenten ontwikkelen. Via de Servicelijn van de VDAB (call center) kunnen werkgevers navragen of een geplande aanwerving nog in aanmerking kan komen voor de premie. De SERR's hebben een opvolgingsbevoegdheid, onder de voorwaarden vastgesteld door het Beheerscomité van de VDAB, dat aanleiding kan geven tot een aan de VDAB gericht advies. De VDAB zal hiertoe per kwartaal aan de SERR rapporteren over de benutting van de premies. Twee jaar na datum van inwerkingtreding wordt de maatregel in overleg met de sociale partners geëvalueerd. De administratie Werkgelegenheid zal een evaluatierapport opstellen. In het bijzonder zal worden nagegaan of de maatregel effectief heeft geleid tot duurzame tewerkstelling (langer dan 1 jaar). Indien nodig wordt de maatregel bijgestuurd.
Hoofdstuk 3: de uitbreiding en kwaliteitsverbetering van de individuele beroepsopleiding in de onderneming (IBO) Artikel 5 Opdracht VDAB De VDAB verbindt er zich toe om het in de beheersovereenkomst vooropgesteld aantal IBO s te verhogen van 12000 tot 16000 en om de IBO kwalitatief te verbeteren door de IBO meer competentiegericht in te zetten; de verworven competenties na de IBO te certifiëren; de begeleiding meer te differentiëren naargelang de behoefte van het bedrijf en/of de cursist; een bijzondere aandacht voor de inschakeling van kansengroepen met het oog op het bereiken van een oververtegenwoordiging; een duidelijke communicatie naar werkgevers te voeren over onderscheid IBO IBOinterim instapopleiding; de inzet van bijkomende consulenten, waardoor de begeleiding geïntensifieerd wordt en de caseload van de consulenten daalt tot 130 opgestarte IBO begeleidingen per jaar. Artikel 6 Middelen Voor deze bijkomende inspanningen ontvangt de VDAB jaarlijks 4,225 miljoen euro (op jaarbasis, met aandacht voor infrastructurele middelen in jaar één) die worden aangewend voor de compensatie vergoeding, de begeleidingspremie en de inzet van 52.5 extra IBO consulenten. De begeleiding zal in de mate van het mogelijke uitbesteed worden. Artikel 7 Monitoring en evaluatie Deze afspraken worden gemonitord via de bestaande doelstellingsparameter 15. De maandelijkse kwantitatieve opvolging gebeurt door de SERR.
Hoofdstuk 4: de IBO interim Artikel 8 Opdracht VDAB De IBO interim heeft als doel de kans op een duurzame tewerkstelling van personen uit de kansengroepen te verhogen via interim en via kennisverwerving door opleiding. IBO interim richt zich hierbij exclusief op ouderen (50+), personen met een arbeidshandicap en allochtonen. Het IBO interim-traject bestaat uit maximum één maand uitzendarbeid voorafgaand aan een IBO van maximum 26 weken gevolgd door een contract van onbepaalde duur. De begeleiding tijdens de IBO gebeurt door het uitzendkantoor. De dienst sluit een samenwerkingsakkoord met FEDERGON voor de realisatie van 1000 IBO interim contracten met een uitstroomnorm van 90%. Indien de BTW-wetgeving wijzigt, inzonderheid de vrijstelling krachtens art. 44 2, 4, zal het vergoedingsmechanisme aangepast worden in functie van eventuele BTW-heffing. De VDAB krijgt de opdracht om : - het opleidings- en begeleidingsplan te evalueren en goed te keuren - de IBO s administratief te beheren - de uitzendkantoren te vergoeden voor de geleverde prestaties - de kwaliteitsborging van de begeleiding te verzekeren - de uitstroomnorm te bewaken De VDAB beslist over de toekenning, de stopzetting en de eventuele verlenging van de IBOinterim. Artikel 9 Middelen De dienst ontvangt 1 miljoen euro op jaarbasis voor de monitoring, de omkadering, de uitbetaling van de begeleidingspremie aan de uitzendkantoren, de uitbetaling van de compensatievergoeding en het administratief beheer. Artikel 10 Monitoring en evaluatie Aangezien de IBO interim een proeftuin is zullen tussentijdse evaluaties worden gemaakt door de VDAB. Na twee jaar volgt een grondige evaluatie met alle partners. De maandelijkse kwantitatieve opvolging gebeurt door de SERR. Er zal een nieuwe doelstellingsparameter 15bis worden ontwikkeld om het aantal gestarte IBO interim-trajecten en het % ongunstige stopzettingen te meten.
Hoofdstuk 5: JOBKANAAL Artikel 11 Opdracht VDAB Jobkanaal is een samenwerkingsverband tussen enerzijds een aantal partners, VOKA, UNIZO, VCSPO, die instaan voor het sensibiliseren van de werkgevers en voor de vacatureacquisitie, en anderzijds diverse bemiddelingsdiensten en organisaties die moeten zorgen voor de toeleiding en verwijzing van werkzoekenden naar werkgevers die een jobkanaalvacature plaatsen. Jobkanaal heeft als doel mee te werken aan het verwezenlijken van de evenredige participatie van ouderen, allochtonen en arbeidsgehandicapten op de arbeidsmarkt. Onder de voorwaarde dat de sensibiliseringsactie en toeleidingsinspanningen van de JOBKANAALpartners voldoende, nog niet bij de VDAB gekende vacatures opleveren verbinden de VDAB en andere partners in dit project er zich n.a.v. het meerbanenplan toe om op jaarbasis 5000 plaatsingen te realiseren van werkzoekenden uit de kansengroepen op vacatures die aangebracht zijn door Jobkanaal (samenwerkingsverband VOKA, UNIZO en VCSPO) Per jobkanaalvacature zal de VDAB 4 werkzoekenden uit de bovenvermelde kansengroepen verwijzen (tenzij in het werkzoekendenbestand van de VDAB niet voldoende voor de vacature geschikte kandidaten uit de kansengroepen aanwezig zijn). De VDAB verbindt er zich toe om op jaarbasis 600 jobcoachings te realiseren gekoppeld aan de bovengenoemde 5000 plaatsingen. Artikel 12 Middelen De dienst ontvangt hiervoor van de Vlaamse regering een bijkomend budget van 600.000 euro op jaarbasis voor de aanwerving van 12.5 FTE jobcoaches. Artikel 13 Monitoring en evaluatie Er zal een nieuwe monitoringsparameter M15 bis worden opgenomen die het aantal nieuwe vacatures van Jobkanaal meet, het aantal verwijzingen per vacature door VDAB per kansengroep en het aantal plaatsingen per kansengroep.
Hoofdstuk 6: begeleiding 50plussers Artikel 14 Opdracht VDAB Voor de toeleiding van de oudere werkzoekenden naar de arbeidsmarkt zullen in samenwerking met partners specifieke infosessies voor werkzoekende 50-plussers georganiseerd worden. Deze informatiesessies moeten oudere werkzoekenden inlichten over hun mogelijkheden en maximaal motiveren naar de arbeidsmarkt en naar trajectbegeleiding bij de 50plusconsulent. Deze begeleiding kan individueel zijn of deels collectief binnen de 50+ club, een specifieke en exclusieve daartoe georganiseerde oriëntatie- en sollicitatieruimte. De VDAB zal hiervoor specifieke consulenten aanwerven. Deze ingreep moet ervoor zorgen dat de in 2006 dalende participatie van oudere werkzoekenden aan de trajectwerking t.o.v. 2005 wordt omgebogen, zodat eind 2006 terug hetzelfde bereik van 2005 wordt gerealiseerd. In 2007 kunnen er via deze maatregel 5000 werkzoekenden meer worden bereikt als in 2006. In het beheerscontract werd voorzien om het objectief voor 2008 en 2009 te koppelen aan de evolutie van het beleidskader. Daarom stelt de dienst voor om dit objectief vast te leggen bij de evaluatie van het beleidskader voor de activering van werkzoekenden (samenwerkingsakkoord met federale overheid) half 2007, en eveneens te baseren op de ervaringen met de met de 50 plus clubs. Voorwaarden om deze objectieven te halen zijn: - een voldoende toeleiding naar de 50plusconsulenten vanuit de infosessies bij de VDAB en bij de partners. - eenzelfde niveau van instroom van ouderen in de werkloosheid - eenzelfde bereik in de trajectwerking van ouderen door de derden in 2006 en 2007 als in 2005 Artikel 15 Middelen De dienst ontvangt 5 miljoen euro op jaarbasis (met aandacht voor het infrastructurele aspect in jaar één) voor de aanwerving van de 50plusconsulenten, de installatie en werking van 25 50plusclubs en de organisatie en omkadering van de acties. Artikel 16 Monitoring en evaluatie De monitoring van het bereik van de actie 50plus gebeurt via de bestaande doelstellingsparameter 8 en via monitoringsparameter 9 en 12.
Hoofdstuk 7: begeleiding naar werk bij herstructurering Artikel 17 Opdracht VDAB De dienst krijgt de opdracht om de coördinatie en de organisatie van de tewerkstellingscellen te verzekeren via de sociale interventieadviseurs. Artikel 18 Middelen De dienst krijgt hiervoor jaarlijks 2.2 miljoen euro voor de aanwerving van bijkomende interventieadviseurs, de administratieve ondersteuning van de adviseurs, en de inrichting en de werking van de tewerkstellingscellen. Artikel 19 Capaciteit Maximale capaciteit : 17.400 ontslagen werknemers (300 tewerkstellingscellen met gemiddeld 58 bereikte werknemers) Artikel 20 Monitoring en evaluatie De monitoringsparameter 7 zal als volgt worden aangepast: Definitie Sociale interventieadviseurs Aantal bereikte werkgevers - waarvan KMO s (<50 werknemers) Aantal met ontslag bedreigde werknemers (= zelfde definitie als bereikte nu) Indien de VDAB een tewerkstellingscel opzet, zal over het bereik en het resultaat gerapporteerd worden: Tewerkstellingscellen Definitie Aantal bereikte werkgevers (inclusief toeleveringsbedrijven) naar aard van de tewerkstellingscel (permanent of ad hoc) - waarvan KMO s (<50 werknemers) Aantal bereikte werknemers (= begeleiding in tewerkstellingscel) naar aard van de tewerkstellingscel (permanent of ad hoc) Uitstroom na nog te bepalen aantal maanden en naar aard van de tewerkstellingscel (permanent of ad hoc)
In overleg met de VDAB zal het moment bepaald worden waarop zal gemeten worden of de bereikte werknemers nog werkzoekend zijn. De norm die in dit verband gehaald moet worden, zal in overleg met de VDAB worden vastgelegd. Van zodra de VDAB de regie over het Herplaatsingsfonds krijgt toegewezen zal gerapporteerd worden over de activiteiten ervan: Herplaatsingsfonds Definitie Aantal bereikte werkgevers (inclusief toeleveringsbedrijven) - waarvan KMO s (<50 werknemers) Aantal bereikte werknemers In overleg met de VDAB zal het moment bepaald worden waarop zal gemeten worden of de bereikte werknemers nog werkzoekend zijn. De norm die in dit verband gehaald moet worden, zal in overleg met de VDAB worden vastgelegd. Brussel, De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, Frank VANDENBROUCKE De voorzitter van het Beheerscomité, Hubert COSSEY De administrateur-generaal, Fons LEROY