Ontwerpbestemmingsplan Plattelandswoningen Someren Gemeente Someren



Vergelijkbare documenten
Inhoudsopgave. Bijlage regels

REGELS behorend bij: Wijzigingsplan Buitengebied Lingewaard, Van der Mondeweg 82 Haalderen. Gemeente Lingewaard. 26 mei 2017

GEMEENTE LINGEWAARD Wijzigingsplan Muntstraat 11 te Huissen

Uitwerkingsplan Herziening Bedrijventerrein Bodegraven-Oost Ontwerp

Bestemmingsplan Zuidhoek, 1e herziening

Regels 5e herziening Dubbeldam, locatie Noordendijk 430

Regels 1e herziening 'Smitsweg', locaties Noord en Midden

Bestemmingsplan Herziening Laagraven - Oudwulverbroek Gemeente Houten

Regels wijzigingsplan Zeedijk 5f

Hoevensestraat 14 Vught. Regels. Wijzigingsplan. Opdrachtgever: Datum vrijgave. Opstellers: Rapportnummer: Dhr. en mevr. H.J.G. Hendriks.

1e partiële herziening Recreatiepark Reeuwijkse Hout

Inhoudsopgave. Regels 3

Bestemmingsplan. 1e herziening Velmolen Oost fase 3. Plan ROS Adviesbureau voor ruimtelijke plannen

wijzigingsplan Buitengebied, Hasjesstraat 1 Hoek

Regels bestemmingsplan '7e herziening Dubbeldam, gebied Haaswijkweg - Oudendijk'

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels

Regels 1e herziening Nieuwe Dordtse Biesbosch, locatie Zanddijk

datum: 8 september 2017 NL.IMRO.0531.VolgerlOst2eWPB1-3001

Bestemmingsplan Buitengebied, tweede herziening

Ruurlo, Bedrijventerreinen 2011, herziening (Stationsstraat 14)

REGELS. DATUM 3 juli Mees Ruimte & Milieu Postbus AW Zoetermeer

Tweede partiële herziening Bedrijven Zuid Regels

Bestemmingsplan. Buitengebied West, 1 e herziening. Ontwerp

Regels bestemmingsplan '3e herziening Wielwijk, Crabbehof en Zuidhoven, locatie Tromptuinen

BESTEMMINGPSLAN. Geluidszone Nieuw Zevenbergen, Buitengebied Bernheze. Regels. Gemeente Bernheze De Misse BZ Heesch T:

Bestemmingsplan Meerstad-Midden, partiële herziening 2015 VASTGESTELD

Delden Zuid 2015, wijzigingsplan kade Delden

Bestemmingsplan Buitengebied, geluidzone De Laarberg Planregels

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels

Parapluherziening industrielawaai 't Heen. parapluherziening bestemmingsplan Middelmors en bestemmingsplan Sportpark De Krom

Gemeente Wervershoof / Partiële herziening bestemmingsplan Onderdijk- Woningbouwlocatie

N307 Passage Dronten (9071)

Nieuw-Amsterdam, bedrijfswoning Verlengde Herendijk

Rho adviseurs voor leefruimte

bestemmingsplan Parapluplan Parkeren Gemeente Oegstgeest regels

Van Spoorbrug tot Sluis Regels

Geluidruimteverdeling Wageningen Campus e.o.

Fortuinlaan Krommenie Regels

UITWERKINGSPLAN MORTIERE FASE 4C3. GEMEENTE MIDDELBURG onherroepelijk 17 december ruimte voor ideeën

Toelichting 3. Regels 9

Nieuwe VerbindingGrenscorridorN69-1e herziening

Ontwerp wijzigingsplan. Wormerweg 17. Gemeente Beemster

Beheersverordening Koudekerk aan den Rijn 2018

uitwerkingsplan Mortiere fase 7

Bestemmingsplan. N307 Passage Dronten (9071)

EERSTE HERZIENING BESTEMMINGSPLAN STEDELIJKE BEDRIJVENTERREINEN VLISSINGEN

pompstation Breehei te Leunen REGELS

Regels, behorende bij "1 e herziening Uitwerkingsplan Mortiere fase 4 van het bestemmingsplan Mortiere van de gemeente Middelburg

Bestemmingsplan Ter Aar en Bovenland, 1e herziening

PLANREGELS BEHEERSVERORDENING WATERPARK BELTERWIEDE

Parapluplan plattelandswoningen Venlo

GEMEENTE HILLEGOM REGELS. onderdeel van het bestemmingsplan Fietspad Hillegom - Bennebroek van de gemeente Hillegom

Bedrijvenpark Zuid Groningen, Geluidszonering

planstatus ontwerp referentie 03511HZSWLMEERPAAL / pagina 2 van 10

Zaandam Oost en West Regels

Regels bestemmingsplan "3e herziening van het bestemmingsplan Oud- en Nieuw Krispijn, locatie Laan der VN"

Bestemmingsplan Voetgangersverbinding. Castricum Limmen REGELS

Paraplubestemmingsplan parkeernormering

Regels. 9 vastgesteld bestemmingsplan "Parapluherziening verbod bedrijfswoningen 2009"

Regels. Kenmerk: R05

BESTEMMINGSPLAN RUINERWEG, ECHTEN BOS BIJ VAN HARTE

Wijzigingsplan Groenedijk 1 te Ouddorp. Gemeente Goeree-Overflakkee. Planstatus: vastgesteld wijzigingsplan Datum: 27 september 2016

P l a n r e g e l s vrs

GEMEENTE HAREN BEHEERSVERORDENING BEDRIJVENPARK NESCIOLAAN REGELS

Voormalige vliegbasis Twenthe Zones. Regels

Inhoudsopgave. Bestemmingsplan Bestemmingsplan Luttermolenveld, 4e partiële herziening Vastgesteld

1.1. Bestemmingsplan: De geometrische bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende

Regels 31. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 33. Artikel 1 Begripsbepalingen 33. Hoofdstuk 2 Bouw- en gebruiksregels 35

Bedrijventerreinen VAS TG E S TE LD

Ossenwaard (perceel tussen 3 en 5) - Cothen

Inhoudsopgave. ontwerp gemeente Groningen - bestemmingsplan Gasleiding Groningen-Winschoten 2

Parapluplan Nieuwe Hollandse Waterlinie

Artikel 1 Begrippen 2. Artikel 3 Verkeer 4. Artikel 8 Slotregel 7

Bestemmingsplan Voormalige Vliegbasis Twenthe - Zones. Status: Vastgesteld

Reparatiebesluit Bestemmingsplan Buitengebied Valkenburg aan de Geul Regels

R e g e l s rgl

Eemsmond. Herziening Bestemmingsplan Warffum. bestemmingsplan. identificatie. planstatus. NL.IMRO.1651.BP12HZWarffum concept voorontwerp ontwerp

1.3 gevel bouwkundige constructie die een ruimte in een woning of gebouw scheidt van de buitenlucht, daaronder begrepen het dak;

Regels bestemmingsplan 1e partiele herziening Veersedijk

T oelichting. Hoofdstuk 1 Inleiding. Afstemming op SVBP2012

2e partiële herziening Uitwerkingsplan Velmolen Buiten

Paraplubestemmingsplan Omzetten woningen

1.1. Bestemmingsplan: De geometrische bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende

Bestemmingsplan. Partiële herziening Dedemsvaart-Zuid Gemeente Hardenberg. Planregels. projectnr revisie september 2009

Windpark Greenport Venlo - deelgebied Trade Port Noord

Partiële herziening bestemmingsplan Grensmaas: geluidzone L Ortye. Gemeente Stein

Inhoudsopgave 1. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 1 Artikel 1 Begrippen 1. Hoofdstuk 2 Bestemmingregels 2 Artikel 2 Herziening van de regels 2

Regels planstatus vastgesteld referentie BP00003 / pagina 29 van 37

Purmerweg 35/35a

Bestemmingsplan Reeuwijk-Dorp, herziening Kaagjesland 10

Inhoudsopgave. Heerde Dorp, Brede School Heerde West, 1 e herziening Vastgesteld

Parapluherziening De Puurveense Molen ontwerp

1 van :15

Bestemmingsplanregels

Regels. Bestemmingsplan Windturbines Netterden - Azewijn

Bestemmingsplan. Buitengebied, herziening 1. Gemeente Sliedrecht. Onderdeel Regels

Regels. Bestemmingsplan Binnenstad. Plandeel locatie voormalige Generaal - Berghuijskazerne

Inhoudsopgave. Regels 3

Regels Grooterkamp-Gorssel Gemeente Lochem

Windpark Greenport Venlo - deelgebied Zaarderheiken

Transcriptie:

Inhoud Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Toepassingsbereik 3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 3 Herziening bestemmingsplan Buitengebied Someren 5 Artikel 4 Herziening bestemmingsplan Buitengebied 2013 8 Artikel 5 Herziening bestemmingsplan Buitengebied 2014 11 Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels 15 Artikel 6 Overgangsrecht 15 Artikel 7 Slotregel 16 1

2

Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen In deze regels wordt verstaan onder: plan: het bestemmingsplan 'Plattelandswoningen Someren' met identificatienummer NL.IMRO.0847.BP02015005-OW01 van de gemeente Someren; bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels. Artikel 2 Toepassingsbereik 2.1 Buitengebied Someren a De verbeelding van het bestemmingsplan 'Buitengebied Someren' van de gemeente Someren (zoals vastgesteld op 29 juni 2011) wordt herzien zoals aangegeven op de verbeelding van dit bestemmingsplan. Voor het overige blijft de verbeelding van het bestemmingsplan 'Buitengebied Someren' ongewijzigd van toepassing. b De regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied Someren' van de gemeente Someren (zoals vastgesteld op 29 juni 2011), inclusief de herziening 'Buitengebied Someren (2011), eerste partiële herziening' (zoals vastgesteld op 25 september 2014) worden herzien zoals aangegeven in hoofdstuk 2 van deze regels. Voor het overige blijven de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied Someren', inclusief de herziening 'Buitengebied Someren (2011), eerste partiële herziening' ongewijzigd van toepassing. 2.2 Buitengebied 2013 a De verbeelding van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' van de gemeente Someren (zoals vastgesteld op 26 juni 2013) wordt herzien zoals aangegeven op de verbeelding van dit bestemmingsplan. Voor het overige blijft de verbeelding van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' ongewijzigd van toepassing. b De regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' van de gemeente Someren (zoals vastgesteld op 26 juni 2013) worden herzien zoals aangegeven in hoofdstuk 2 van deze regels. Voor het overige blijven de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' ongewijzigd van toepassing. 3

2.3 Buitengebied 2014 a De verbeelding van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2014' van de gemeente Someren (zoals vastgesteld op 26 juni 2014) wordt herzien zoals aangegeven op de verbeelding van dit bestemmingsplan. Voor het overige blijft de verbeelding van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' ongewijzigd van toepassing. b De regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2014' van de gemeente Someren (zoals vastgesteld op 26 juni 2014) worden herzien zoals aangegeven in hoofdstuk 2 van deze regels. Voor het overige blijven de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2014' ongewijzigd van toepassing. 4

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels Artikel 3 Herziening bestemmingsplan Buitengebied Someren De regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied Someren', inclusief de herziening 'Buitengebied Someren (2011), eerste partiële herziening' worden als volgt herzien: 3.1 Herziening van artikel 4.2.4 Artikel 4.2.4 (Bedrijfswoningen) wordt in zijn geheel vervangen door: Artikel 4.2.4 Bedrijfswoningen/plattelandswoningen 1 Per bestemmingsvlak is één bedrijfswoning toegestaan tenzij op de verbeelding een ander getal is aangegeven. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning' is gebruik van de voormalige bedrijfswoning als plattelandswoning toegestaan. 2 Bij herbouw mag de bedrijfswoning of plattelandswoning uitsluitend gesitueerd worden ter plaatse van de bestaande fundering en als er sprake is van uitbreiding daar direct op aansluitend. 3 De inhoud van een bedrijfswoning of plattelandswoning mag niet meer bedragen dan 750 m³, de inhoud van kelders wordt niet meegeteld. 4 Indien de inhoud van de bestaande bedrijfswoning of plattelandswoning op de datum van ter visie legging van het ontwerpbestemmingsplan al meer bedraagt, geldt de bestaande inhoud plus maximaal 10% als maximaal toegestaan. Bij vervangende nieuwbouw geldt dat de woning tot maximaal de bestaande inhoud mag worden teruggebouwd. 5 Voor woonboerderijen geldt de totale inhoud van het pand als de maximaal toegestane inhoud. 6 De afstand tot de as van de weg moet tenminste 15 m¹ zijn. 7 De goothoogte mag niet meer bedragen dan 6 m¹. 8 De hoogte mag niet meer bedragen dan 10 m¹. 3.2 Herziening van artikel 4.2.5 Artikel 4.2.5 (Bijgebouwen bij bedrijfswoning) wordt in zijn geheel vervangen door: Artikel 4.2.5 Bijgebouwen bij bedrijfswoningen/plattelandswoningen 1 Per bedrijfswoning of plattelandswoning is een bijgebouw toegestaan met een oppervlakte van maximaal 100 m². 2 De maximaal toegestane goothoogte is 3 m¹. 3 De maximaal toegestane bouwhoogte is 5,5 m¹. 5

3.3 Herziening van artikel 4.2.6 Artikel 4.2.6 (Andere bouwwerken bij bedrijfswoning) wordt in zijn geheel vervangen door: Artikel 4.2.6 Andere bouwwerken bij bedrijfswoning/plattelandswoning 1 Per bedrijfswoning of plattelandswoning mag één carport worden gebouwd met een oppervlakte van maximaal 20 m² en een maximale hoogte van 3 m¹. 2 Voor andere bouwwerken geldt een hoogte van maximaal 1 m¹ vóór de voorgevelrooilijn en van 2 m¹ achter de voorgevelrooilijn. 3.4 Herziening van artikel 4.3.1 Artikel 4.3.1 (Afwijkende situering bedrijfswoning) wordt in zijn geheel vervangen door: Artikel 4.3.1 Afwijkende situering bedrijfswoning/plattelandswoning Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor de (her)bouw van een bedrijfswoning of plattelandswoning op een andere plaats binnen het bestemmingsvlak. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden. 1 De nieuwe locatie ligt niet minder dan 5 m¹ van de bestemmingsgrens en niet minder dan 15 m¹ uit de as van de weg waaraan wordt gebouwd. 2 In het geval van de herbouw van een plattelandswoning, dient herbouw plaats te vinden binnen de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning'. 3 De stedenbouwkundige en cultuurhistorische kenmerken van de woning in zijn omgeving mogen niet onevenredig worden aangetast. 4 Met de nieuwe situering is sprake van een planologische verbetering. 5 De woning wordt gebouwd ter vervanging van de bestaande woning. 6 De ontwikkelingsmogelijkheden van (niet-)agrarische bedrijven in de nabijheid van de woning mogen niet worden belemmerd. 7 De sloop van de oorspronkelijke woning is duurzaam verzekerd. 8 In het geval van de herbouw van een bedrijfswoning, dient te worden aangetoond dat de bedrijfswoning noodzakelijk is vanuit bedrijfseconomisch oogpunt. 9 De ruimtelijke kwaliteit wordt gewaarborgd conform de bepalingen uit artikel 34.1. 3.5 Herziening van artikel 4.4 Artikel 4.4 (specifieke gebruiksregels) onder 1 wordt vervangen door: 1 Het gebruik van gebouwen anders dan de bedrijfswoning of plattelandswoning voor bewoning. 6

3.6 Toevoeging wijzigingsbevoegdheid naar plattelandswoning Artikel 4.7.4 wordt toegevoegd: Artikel 4.7.4 Wijzigingsbevoegdheid naar plattelandswoning Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen ten behoeve van het toekennen van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning' aan een bestaande bedrijfswoning. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden: 1 Het ter plaatse gevestigde agrarisch bedrijf is in werking, wat blijkt uit een vergunning of melding die van kracht is op het moment van vaststelling van het wijzigingsplan. 2 De bedrijfswoning is minimaal 10 jaar in gebruik geweest als bedrijfswoning. 3 Er is ter plaatse van de woning uit het oogpunt van luchtkwaliteit sprake van een goed woon- en leefklimaat. 4 Er is sprake van een goede landschappelijke inpassing conform de uitgangspunten van het Beeldkwaliteitsplan Buitengebied 2011. 5 De bouwregels van artikel 4.2 zijn van overeenkomstige toepassing. 7

Artikel 4 Herziening bestemmingsplan Buitengebied 2013 4.1 Herziening van artikel 4.1.1 Aan artikel 4.1.1 (Algemeen) wordt lid r toegevoegd: r Binnen het bestemmingsvlak met de aanduiding specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning is bewoning van de bedrijfswoning door derden die geen relatie hebben met het agrarisch bedrijf toegestaan. 4.2 Herziening van artikel 4.2.4 Artikel 4.2.4 (Bedrijfswoningen) wordt in zijn geheel vervangen door: Artikel 4.2.4 Bedrijfswoningen/plattelandswoningen a per bestemmingsvlak is één bedrijfswoning toegestaan tenzij anders aangeduid ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden'. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning' is gebruik van de voormalige bedrijfswoning als plattelandswoning toegestaan; b bij herbouw mag de bedrijfswoning of plattelandswoning uitsluitend gesitueerd worden ter plaatse van de bestaande fundering en als er sprake is van uitbreiding daar direct op aansluitend; c de bedrijfswoning of plattelandswoning mag een inhoud hebben van maximaal 750 m 3. De inhoud van een kelder wordt niet meegeteld; d indien de inhoud van de bestaande bedrijfswoning of plattelandswoning op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan of op basis van een eerder verleende vergunning al meer bedraagt, geldt de bestaande inhoud plus maximaal 10% tot een maximum van 900 m 3, als maximaal toegestaan. Bij vervangende nieuwbouw geldt dat de woning tot maximaal de bestaande inhoud mag worden teruggebouwd; e voor woonboerderijen geldt de totale inhoud van het pand op het moment van inwerkingtreding van het bestemmingsplan als de maximaal toegestane inhoud; f de maximaal toegestane goothoogte is 6 m 1 ; g de maximaal toegestane bouwhoogte is 10 m 1 ; h de dakhelling dient tussen de 20 en 60 graden te zijn; i de afstand tot de bestemmingsgrens is ten minste 5 m 1 ; j de afstand tot de as van de weg is ten minste 15 m¹; k ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - noodwoning' is een noodwoning toegestaan waarbij de bebouwing die bestaat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan gedeeltelijk mag worden vernieuwd of veranderd met inachtneming van de bestaande oppervlakte, goot- en bouwhoogte. Uitbreiding is niet toegestaan. 8

4.3 Herziening van artikel 4.2.5 Artikel 4.2.5 (Bijbehorende bouwwerken ten behoeve van de bedrijfswoning) wordt in zijn geheel vervangen door: Artikel 4.2.5 Bijbehorende bouwwerken ten behoeve van de bedrijfswoning/ plattelandswoning a per bedrijfswoning of plattelandswoning is een bijbehorend bouwwerk toegestaan met een oppervlakte van maximaal 100 m². b de maximaal toegestane goothoogte is 3 m 1 ; c de maximaal toegestane bouwhoogte is 5,5 m 1 ; d bijbehorende bouwwerken dienen op een afstand van ten minste 1 m 1 achter de voorgevelrooilijn van de bedrijfswoning of plattelandswoning te worden gebouwd; e de afstand tot de bestemmingsgrens is ten minste 5 m 1 ; f de afstand tot de as van de weg is ten minste 15 m¹. 4.4 Herziening van artikel 4.2.6 Artikel 4.2.6 (Bouwwerken geen gebouwen zijnde behorende bij bedrijfswoning) wordt in zijn geheel vervangen door: Artikel 4.2.6 Bouwwerken geen gebouwen zijnde behorende bij bedrijfswoning/plattelandswoning a per bedrijfswoning of plattelandswoning mag één carport worden gebouwd met de volgende maatvoering: 1 oppervlakte niet meer dan 20 m²; 2 bouwhoogte niet meer dan 3 m 1 ; 3 de carport dient op een afstand van ten minste 1 m 1 achter de voorgevelrooilijn van de bedrijfswoning of plattelandswoning te worden gebouwd; 4 afstand tot de bestemmingsgrens is ten minste 5 m¹; 5 de afstand tot de as van de weg is ten minste 15 m 1 ; 6 de bouwhoogte van overige bouwwerken, met uitzondering van erfafscheidingen, is maximaal 2,5 m 1 met een afstand tot de bestemmingsgrens van ten minste 5 m 1 ; b de bouwhoogte van erfafscheidingen vóór de voorgevelrooilijn mag maximaal 1 m 1 zijn en voor het overige maximaal 2 m 1. 9

4.5 Herziening van artikel 4.3.2 Artikel 4.3.2 (Herbouw bedrijfswoning) wordt in zijn geheel vervangen door: Artikel 4.3.2 Herbouw bedrijfswoning/plattelandswoning Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 4.2.4, ten behoeve van de herbouw van een bedrijfswoning of plattelandswoning op een andere plaats binnen het bestemmingsvlak. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden: a de nieuwe locatie ligt niet minder dan 5 m¹ van de bestemmingsgrens en niet minder dan 15 m¹ uit de as van de weg waaraan wordt gebouwd; b In het geval van de herbouw van een plattelandswoning, dient herbouw plaats te vinden binnen de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning'. c de bedrijfswoning of plattelandswoning wordt gebouwd ter vervanging van de bestaande bedrijfswoning of plattelandswoning; d de ontwikkelingsmogelijkheden van (niet-)agrarische bedrijven in de nabijheid van de woning mogen niet worden belemmerd; e de stedenbouwkundige en cultuurhistorische kenmerken van de woning in zijn omgeving mogen niet onevenredig worden aangetast; f met de nieuwe situering is sprake van een milieukundige en ruimtelijke kwaliteitsverbetering; g de sloop van de oorspronkelijke bedrijfswoning of plattelandswoning is duurzaam verzekerd; h de ruimtelijke kwaliteit wordt gewaarborgd conform de bepalingen uit artikel 32.2. 4.6 Herziening van artikel 4.4.1 Artikel 4.4.1 strijdig gebruik) onder f wordt vervangen door: f het gebruik van gebouwen anders dan de bedrijfswoning of plattelandswoning voor bewoning; 4.7 Toevoeging wijzigingsbevoegdheid naar plattelandswoning Artikel 4.7.7 wordt toegevoegd: Artikel 4.7.7 Wijzigingsbevoegdheid naar plattelandswoning Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen ten behoeve van het toekennen van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning' aan een bestaande bedrijfswoning. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden: a Het ter plaatse gevestigde agrarisch bedrijf is in werking, wat blijkt uit een vergunning of melding die van kracht is op het moment van vaststelling van het wijzigingsplan. b De bedrijfswoning is minimaal 10 jaar in gebruik geweest als bedrijfswoning. c Er is ter plaatse van de woning uit het oogpunt van luchtkwaliteit sprake van een goed woon- en leefklimaat. d Er is sprake van een goede landschappelijke inpassing conform de uitgangspunten van het Beeldkwaliteitsplan Buitengebied 2011. e De bouwregels van artikel 4.2 zijn van overeenkomstige toepassing. 10

Artikel 5 Herziening bestemmingsplan Buitengebied 2014 5.1 Herziening van artikel 4.2.5 Artikel 4.2.5 (Bedrijfswoningen) wordt in zijn geheel vervangen door: Artikel 4.2.5 Bedrijfswoningen/plattelandswoningen a per bestemmingsvlak is één bedrijfswoning toegestaan tenzij anders aangeduid ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden'. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning' is gebruik van de voormalige bedrijfswoning als plattelandswoning toegestaan; b bij herbouw mag de bedrijfswoning of plattelandswoning uitsluitend gesitueerd worden ter plaatse van de bestaande fundering en als er sprake is van uitbreiding daar direct op aansluitend; c In het geval van de herbouw van een bedrijfswoning, dient te worden aangetoond dat de bedrijfswoning noodzakelijk is vanuit bedrijfseconomisch oogpunt. d herbouw van een woonboerderij is alleen mogelijk indien dit is gericht op behoud en/ of herstel van de cultuurhistorisch waardevolle bebouwing; e de bedrijfswoning of plattelandswoning mag een inhoud hebben van maximaal 750 m 3. De inhoud van een kelder wordt niet meegeteld; f indien de inhoud van de bestaande bedrijfswoning of plattelandswoning op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan op basis van een eerder verleende vergunning al meer bedraagt of mag bedragen, geldt de bestaande inhoud plus maximaal 10% tot een maximum van 900 m 3, als maximaal toegestaan. Bij herbouw geldt dat de woning tot maximaal de vergunde inhoud mag worden teruggebouwd; g voor woonboerderijen geldt de totale inhoud van het pand als de maximaal toegestane inhoud; h de maximaal toegestane goothoogte is 6 m 1 ; i de maximaal toegestane bouwhoogte is 10 m 1 ; j de dakhelling dient tussen de 20 graden en 60 graden te zijn; k de afstand tot de bestemmingsgrens is ten minste 5 m 1 ; l de afstand tot de as van de weg is ten minste 15 m¹; m de ruimtelijke kwaliteit wordt gewaarborgd conform de bepalingen uit artikel 23.2; n ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - noodwoning' is een noodwoning toegestaan waarbij de bebouwing die bestaat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan gedeeltelijk mag worden vernieuwd of veranderd met inachtneming van de bestaande oppervlakte, goot- en bouwhoogte. Uitbreiding is niet toegestaan. 11

5.2 Herziening van artikel 4.2.6 Artikel 4.2.6 (Bijbehorende bouwwerken ten behoeve van de bedrijfswoning) wordt in zijn geheel vervangen door: Artikel 4.2.6 Bijbehorende bouwwerken ten behoeve van de bedrijfswoning/ plattelandswoning a per bedrijfswoning of plattelandswoning is een bijbehorend bouwwerk toegestaan met een oppervlakte van maximaal 100 m²; b de maximaal toegestane goothoogte is 3 m 1 ; c de maximaal toegestane bouwhoogte is 5,5 m 1 ; d bijbehorende bouwwerken dienen op een afstand van ten minste 1 m 1 achter de voorgevelrooilijn van de bedrijfswoning te worden gebouwd; e de afstand tot de bestemmingsgrens is ten minste 5 m 1 ; f de afstand tot de as van de weg is ten minste 15 m¹. 5.3 Herziening van artikel 4.2.7 Artikel 4.2.7 (Bouwwerken geen gebouwen zijnde behorende bij bedrijfswoning) wordt in zijn geheel vervangen door: Artikel 4.2.7 Bouwwerken geen gebouwen zijnde behorende bij bedrijfswoning/plattelandswoning a per bedrijfswoning of plattelandswoning mag één carport worden gebouwd met de volgende maatvoering: 1 oppervlakte niet meer dan 20 m²; 2 bouwhoogte niet meer dan 3 m 1 ; 3 de carport dient op een afstand van ten minste 1 m 1 achter de voorgevelrooilijn van de bedrijfswoning te worden gebouwd; 4 afstand tot de bestemmingsgrens is ten minste 5 m¹; 5 de afstand tot de as van de weg is ten minste 15 m 1 ; 6 de bouwhoogte van overige bouwwerken, met uitzondering van erfafscheidingen, is maximaal 2,5 m1 met een afstand tot de bestemmingsgrens van ten minste 5 m 1 ; b de bouwhoogte van erfafscheidingen vóór de voorgevelrooilijn mag maximaal 1 m 1 zijn en voor het overige maximaal 2 m 1. 12

5.4 Herziening van artikel 4.3.3 Artikel 4.3.3 (Herbouw bedrijfswoning) wordt in zijn geheel vervangen door: Artikel 4.3.3 Herbouw bedrijfswoning/plattelandswoning Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 4.2.5, ten behoeve van de herbouw van een bedrijfswoning of plattelandswoning op een andere plaats binnen het bestemmingsvlak. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden: a de nieuwe locatie ligt niet minder dan 5 m¹ van de bestemmingsgrens en niet minder dan 15 m¹ uit de as van de weg waaraan wordt gebouwd; b In het geval van de herbouw van een plattelandswoning, dient herbouw plaats te vinden binnen de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning'; c de bedrijfswoning of plattelandswoning wordt gebouwd ter vervanging van de bestaande bedrijfswoning of plattelandswoning; d In het geval van de herbouw van een bedrijfswoning, dient te worden aangetoond dat de bedrijfswoning noodzakelijk is vanuit bedrijfseconomisch oogpunt. e de ontwikkelingsmogelijkheden van (niet-)agrarische bedrijven in de nabijheid van de woning mogen niet worden belemmerd; f de stedenbouwkundige en cultuurhistorische kenmerken van de woning in zijn omgeving mogen niet onevenredig worden aangetast; g met de nieuwe situering is sprake van een milieukundige en ruimtelijke kwaliteitsverbetering; h de sloop van de oorspronkelijke bedrijfswoning of plattelandswoning is duurzaam verzekerd; i de ruimtelijke kwaliteit wordt gewaarborgd conform de bepalingen uit artikel 23.2. 5.5 Herziening van artikel 4.4.1 Artikel 4.4.1 strijdig gebruik) onder f wordt vervangen door: f het gebruik van gebouwen anders dan de bedrijfswoning of plattelandswoning voor bewoning; 5.6 Toevoeging wijzigingsbevoegdheid naar plattelandswoning Artikel 4.7.5 wordt toegevoegd: Artikel 4.7.5 Wijzigingsbevoegdheid naar plattelandswoning Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen ten behoeve van het toekennen van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning' aan een bestaande bedrijfswoning. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden: a Het ter plaatse gevestigde agrarisch bedrijf is in werking, wat blijkt uit een vergunning of melding die van kracht is op het moment van vaststelling van het wijzigingsplan. b De bedrijfswoning is minimaal 10 jaar in gebruik geweest als bedrijfswoning. c Er is ter plaatse van de woning uit het oogpunt van luchtkwaliteit sprake van een goed woon- en leefklimaat. d Er is sprake van een goede landschappelijke inpassing conform de uitgangspunten van het Beeldkwaliteitsplan Buitengebied 2011. e De bouwregels van artikel 4.2 zijn van overeenkomstige toepassing. 13

14

Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels Artikel 6 Overgangsrecht 6.1 Overgangsrecht bouwwerken a Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot, 1 gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; 2 na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan. b Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a met maximaal 10 %. c Het bepaalde onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. 6.2 Overgangsrecht gebruik a Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. b Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind. c Indien het gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. d Het bepaalde onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan. 15

Artikel 7 Slotregel Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Plattelandswoningen Someren'. 20 juli 2015 16