2 Hoofdgroenstructuur



Vergelijkbare documenten
Groenbeleidsplan Alkmaar Deel 1: Groenvisie en -programma

HOOFDWEGEN. Wat: Routes de stad in en uit Helpen om je te oriënteren in de stad Hebben status

Ontwerpbesluit: Toekomstige beheerscenario s openbare ruimte

Inspraak januari Groenbeleidsplan

Startnotitie (gewijzigd) ACTUALISATIE GROENBELEIDSPLAN

Integrale Visie Openbare Ruimte (IVOR)

GROENBEHEERPLAN GEMEENTE BEUNINGEN

GROTE POLDER ZOETERWOUDE. Bedrijventerrein zet in op biodiversiteit: bloeiend en boeiend

Stadsronde 1 november 2016 Groenbeheer en onkruidbestrijding. Team Wonen en Leefkwaliteit

BIJLAGE 3: Toetsingskader

HET POORTJE; Toelichting stedenbouwkundige inpassing Datum:

Analyse landschappelijke inpassing Recreatiecentrum Zandpol

bedrijventerrein t58 tilburg Bedrijvenpark te midden van groen en water, aan de rand van de snelweg

Park Vliegbasis Soesterberg

Groenstructuurplan. Publieksversie

Service Level Agreement (SLA) historische binnenstad Alkmaar

6. Kansen en Bedreigingen (verbreding N279)

Wijkvisie op de Vosseparkwijk

Zwembad De Vijf Heuvels Potdijk 5 te Markelo BEELDKWALITEITPLAN

Visie Beheer Openbare Ruimte

Beheerplan onderhoud groen

Oplegnotitie Prioritering Groenbeleid Gemeente Leusden bij Groene rijkdom in beeld, Groenbeleidsplan gemeente Leusden

Hulst Visie Grote Kreekweg gemeente Hulst. nummer: datum: 21 mei 2014

Beter groen. naar een kwaliteitsimpuls voor recreatiegebieden in Zuid-Holland. provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland

Routing Delft - Delftse Hout Delft

Naam en telefoon. Portefeuillehouder

Beleidskader Duurzaam Beheer. Evaluatienotitie

Project v1.0 Notitie nieuwbouw school in Hillegom Opdrachtgever Gemeente Hillegom De heer R. van Thienen Hoofdstraat EC HILLEGOM Inlei

Kwaliteit openbare ruimte Nijmegen Het Marikenniveau

De verschillen tussen de onderhoudsniveaus basis en accent zijn aangegeven in de tekst door middel van een onderstreping.

Kaart zonneveld Farm Frites gebiedsvisie

GEMEENTE WAALWIJK natuurlijk groen

Actualisatie Groenbeleid Presentatie Raadswerkgroep Nieuwe ruimte Sector Ruimtelijke Expertise 1 maart 2016

Menu 1: Eenvoudig. Huidige kwaliteit wordt lager / gelijke onderhoudskosten. Kwaliteit C tot D

SAMENVATTING KWALITEITSHANDBOEK WERVEN AAN DE GRACHT

INRICHTINGSVISIE ANNA S HOEVE CONCEPT

Groenbeleidsplan Stein

Nota aan burgemeester en wethouders

Druten Commissie Ruimtelijke Kwaliteit. Druten! Jaarverslag Zorg voor een mooi. Druten

voor een aantal woonwijken zoals De Whee 1 en Tuindorp.

ONTWIKKELINGSBEELD NOORD-HOLLAND NOORD (streekplan in de zin van Art. 4a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening)

KASSABON ENERGIEOPBRENGST ha zonneveld- 155 GWh/jaar. aantal huishoudens: LANDSCHAPPELIJKE INVESTERING. kosten aankoop/aanleg: LAAG

Groenbeleidsplan Stein

4 Groenstructuur 4 GROENSTRUCTUUR

Initiatiefvoorstel (Groene) Ruimte voor verbetering

Managementsamenvatting 2013

Herinrichting Oude Willemsweg. Ondertitel. Beeldenboek oplossingsrichtingen

Service Level Agreement (SLA) Bedrijventerrein Overdie/Laanenderweg

Afstudeeropdracht. Win - Win

Welstandsparagraaf Locatie Voorweg

AANVULLING BEELDKWALITEITSPLAN OLDEBROEK-WEST II (HOGEKAMP)

Tjuchem, november 2018 Verdubbeling N33 Zuidbroek - Appingedam

Cuijk - De Valuwe. Openbare ruimte De Valuwe

Natuurwaarden versterkt rond surfplas, woonwijk en bedrijventerrein

Een b(l)oeiend sportpark

*ZEA3E9FBA15* Raadsvergadering d.d. 22 maart 2016

INRICHTINGSVOORSTEL BEELDKWALITEITSPLAN AKKERWEG 6 TE RIEL

Hoe groen zijn de partijprogramma s

Gebruik en waardering van het open water in Leiden. Uitkomsten peiling LeidenPanel

Kwaliteit Openbare Ruimte Krimpen aan den IJssel 2008

Harderbos en Harderbroek verbonden

RUIMTELIJKE ANALYSE. Historische route

Aantal bijlagen: 1 Agendapunt: 11

Groen en blauw. 1 Conclusies. Bewonerspanel over het groen en water in Papendrecht

Ervenconsulentadvies 1880 DS: Mennistensteeg ongenummerd

Beeldkwaliteit sport- en recreatiezone De Groote Wielen SO/ROS Sonja de Jong, februari 2004

f. OW BIJ beleidsplan Onderhoud Groen 2014-O.docx Grip op groen.veilig en heel

Notitie. Milieu Drielanden-West

B E E L D KWA L I T E I T

NOORDWIJKERHOUT BEELDKWALITEITPLAN PARKPLEIN DE ZILK (CONCEPT) 01 FEBRUARI 2018

Waterparken. Tijdelijke oplossingen voor braakliggende terreinen. Voorbeeldenboek

3.2.1 Dorpskarakteristiek

PRACHTLANDSCHAP NOORD-HOLLAND! Leidraad Landschap & Cultuurhistorie. Provinciale structuur: (Bebouwings-) linten. Twisk, Dorpsweg Theo Baart

Beelden van de openbare ruimte. Pocketversie Beheercatalogus

Openbare ruimte Reitdiepzone

Oplegvel Collegebesluit

WELSTANDSNOTA RIJSSEN-HOLTEN Rijssen Bedrijven Gebiedsgerichte criteria 31 mei 2012

Park van buijsen pijnacker-nootdorp. Een bijzonder groene en waterrijke uitbreiding

MEMO maaibeleid. Beheergroep Streefbeeld en maairegime Waar kan dit voorkomen Gazon

: Ruud Tak. MEMO/Landschappelijke inpassing uitbreiding Roekenbosch te Blitterswijk 1. 1 artikel 3.1. Verordening ruimte provincie Brabant 2014

Ecologische beoordeling masterplan. Erasmusveld-Leywegzone

Kwaliteitshandboek. onderhoud openbare ruimte

Oranjepark Score Waarden Identiteit 4 15 Gastvrij en Bruikbaar 4 37 Gezond 4 16 Duurzaam 3 18

Geen huizenbouw in park Oudegein!

Ruimtelijke onderbouwing

DE RIETVELDEN - DE VUTTER S-HERTOGENBOSCH

Versie: 24 mei Beheerplan Wegen Waterland

Zelfbeheer Openbaar Groen

Raadsbijlage Voorstel inzake de Strategienota Dommelzone binnen de

Programma van Eisen beheer en onderhoud De Krogten

De gemeente formuleert de volgende uitgangspunten voor de deelname aan het project in de Boterhuispolder:

Subsidie voor aanleg natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen

INRICHTING & BEHEER EN STARING ADVIES

Structuurvisie Losser. Commissie Ruimte 24 april 2012

Etten-Leur. (Bron: www. nederland-in-beeld.nl)

Westflank Haarlemmermeer

Beeldkwaliteitplan Tolweg, Muntendam. februari 2007

Subsidie voor aanleg natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen

Groenbeleidsplan Stein

Onderwerp Kwaliteitsplan openbare ruimte en kapitaalgoederen

Transcriptie:

Versie:26 september '05 (vastgesteld) 2 Hoofdgroenstructuur Alkmaar streeft naar het creëren, in stand houden en ontwikkelen van een groene hoofdstructuur in de stad. Deze hoofdstructuur bestaat uit de grotere groenelementen als parken en de verbindingen daartussen. Deze hoofdstructuur heeft betekenis voor iedereen in de stad, voor sfeer, herkenning en voor het recreatieve gebruik, zoals wandelen, fietsen en verblijven. Binnen de hoofdgroenstructuur is de ecologische hoofdstructuur een belangrijk element. De omvang en continuïteit van het groen in de hoofdstructuur maken een op natuurontwikkeling gerichte inrichting en het bijbehorende beheer mogelijk. De hoofdgroenstructuur bestaat uit: Parken Groene lineaire elementen Boomstructuur, Netwerk van langzaamverkeerroutes in het groen Ecologische verbindingszones van bermen, hagen, singels en houtwallen Historische, landschappelijke lijnen Waterlopen en natte ecologische verbindingszones Relaties met het buitengebied. Het groenbeleid richt zich op het in stand houden van de essentiële waarden van deze hoofdstructuur. Deze waarden worden gevormd door de omvang, de aaneensluiting en samenhang van de gebieden, de leeftijd en de resultaten van (langdurige) ontwikkelingsprocessen. Het resultaat zijn waarden ten aanzien van cultuurhistorie, ecologie, gebruiksmogelijkheden, beleving en structuur die zich niet laten vervangen of compenseren. Alkmaar moet zuinig zijn op het groen en daarom de hoofdgroenstructuur en ecologische hoofdstructuur beschermen om niet meer te herstellen verliezen te voorkomen. In de dynamiek van de stad wordt er soms niet aan ontkomen dat groen opgeofferd wordt. Groencompensatie zou een algemene inspanningsverplichting moeten zijn. Niet in de eerste instantie voor kwantiteit maar voor verbeteren van (leef)kwaliteit. 2.1 Hoofdstructuur: parken De parken bieden Alkmaar grootschalig, binnenstedelijk groen en zijn van grote waarde voor de stad. De grote variatie aan stadsparken in Alkmaar zorgt voor een bijzondere betekenis voor natuur, cultuurhistorie gebruik en daarmee voor de leefkwaliteit van de stad. De waarde van de individuele parken is gelegen in hun karakter en ontstaansgeschiedenis. Juist door hun omvang bieden ze uitstekende mogelijkheden voor ecologische ontwikkelingen en gebruik. Het groenbeleidsplan legt daarom de begrenzing van de parken vast. Structuur Elke stadsbewoner in Alkmaar heeft op een redelijke afstand een park. De identiteit van elk park wordt bepaald door vele factoren waaronder historie, grondsoort, ontwerp en toegepaste beplantingstypen. Elk park biedt basisvoorzieningen voor de omliggende wijken, zoals speel- en wandelmogelijkheden (zie volgende paragraaf), maar heeft een eigen karakter. blad 12

Parken: 1.1 Alkmaarderhout 2.1 Oudorperhout 2.2 Strandwal Oudorp 2.3 Groenstrook De Nollen (Beverkoog) 3.1 Oosterhout 3.2 Zandput 4.1 Egmonderhout 4.2 Viaanse Molen 4.3 Stadkwekerij (toek.) 6.1 Rekerhout 7.1 Groenstrook t Rak 7.2 Groene Voet 8.1 Bolwerk 8.2 Victoriapark 9.1 Geesterambacht (Provincie) 9.2 Uitbreiding Geestmeramb. (Prov. toek.) 10 Heiloerbos (gem. Heiloo) De gemeente Alkmaar streeft naar het vasthouden en uitbouwen van deze variatie, zodat de hoofdstructuur van parken als geheel in de stad een scala aan belevingen en mogelijkheden levert. De verschillen tussen de parken trekken juist mensen uit een grotere omgeving naar een bepaald park; bijvoorbeeld naar het historische karakter van het Bolwerk, het water in de Oudieplas, het bos in de Alkmaarderhout of de polder in de Oudorperhout. Gebruik en functies Door de grotere omvang bieden de parken andere recreatieve gebruiksmogelijkheden dan de rest van de stad. Voor de directe omgeving moet elk park speelruimte in de vorm van velden (rennen, voetballen, vliegeren) en wandelmogelijkheden bieden met rust- en zitplekjes (rondje met de hond, ommetje). Aanvullend kunnen parken bijzondere functies hebben die voor een groter gebied aantrekkingskracht hebben zoals volkstuinen, kinderboerderij, educatieve voorzieningen, waterrecreatie, skatebanen. Daarbij is een zekere flexibiliteit nodig omdat een deel van deze gebruiksvormen aan mode en trends onderhevig is. Ecologie De parken vormen de belangrijke kerngebieden voor de ecologische hoofdstructuur in de stad. Met uitzondering van het Bolwerk en het Victoriepark is in alle parken in (en om) Alkmaar natuurbehoud en ontwikkeling door middel van ecologisch beheer en (her)inrichting belangrijk. Het onderstaande overzicht geeft voor elk park een indruk over de afweging tussen de ecologische en de cultuurlijke inrichting en beheer. Zo wordt ontwikkeling in de Alkmaarderhout voor eenderde gestuurd door natuurontwikkeling en voor tweederde door cultuurlijke waarden in groen en inrichting. Beheer De parken vormen een belangrijk element in de identiteit van de groenstructuur in Alkmaar. Om recht te doen aan deze bijzondere kwaliteit is de beheerkwaliteit hoog. Dit betekent een schone omgeving (weinig onkruid en zwerfvuil) en een technisch goed onderhoud van groen. blad 13

Noordhollands Kanaal Zuid- Scharwoude Koedijk Bergen Sint Pancras Heerhugowaard Oudorp Alkmaar Heiloo BOOMSTRUCTUUR bestaande boomstructuur Noordhollands Kanaal ontwikkelen en versterken gewenst maar niet realistisch binnen planperiode groenstructuur rijk/provincie Ingenenieursbureau Oranjewoud B.V. Heerenveen (kleur of zw-visie)-visie-alkmaar_boomstructuur Zuidschermer

2.2 Hoofdstructuur: groene lijnen Groene lijnen verbinden de parken en het buitengebied en vormen een eigen, samenhangende structuur door de stad. Er zijn diverse typen lijnen c.q. functies: Boomstructuur Recreatieve routes; langzaamverkeerroutes in het groen Wegen Historisch, landschappelijke lijnen (dijken, wegen) Bermen, singels, houtwallen e.d. als onderdeel van de ecologische hoofdstructuur Gezamenlijk vormen deze lijnen een onderdeel van de hoofdgroenstructuur en van de ecologische hoofdstructuur. De functies van de groene lijnen zijn daarmee dus leefgebied voor plant en dier, verbindingszones voor het verplaatsen in de stad en naar het buitengebied (voor mens en dier), aankleding en begeleiding van de verkeersstructuur. Boomstructuur Bomen zijn belangrijke dragers van de ruimtelijke groenstructuur. Oude bomenlanen komen in Alkmaar maar weinig voor of zijn niet meer volledig. Voor een optimale oriëntatie en beleving concentreert het beleid zich daarom op het realiseren van een continue, volledige ruimtelijke hoofdstructuur van (laan)bomen. Deze structuur bestaat uit: Ontsluitingswegen van randweg naar stadscentrum Wijkontsluitingswegen Stadsgrachten Accenten op markante plekken als pleinen. Op de kaart is de gewenste hoofdstructuur aangegeven, waarbij ook niet realistische, maar wel gewenste, lanen zijn aangegeven. De groeiomstandigheden in de stad zijn niet optimaal voor bomen. Vaak ontbreekt zowel de bovengrondse als de ondergrondse ruimte om voor lange tijd een goede plek te bieden en tot een volwassen oude boom uit te kunnen groeien. Het realiseren van een boomstructuur in de bestaande stad is in de afgelopen jaren dan ook een lastige opgave gebleken. Omdat de boomstructuur een speerpunt is in het beleid moet er aan de voorwaarden voor deze ruimte worden gewerkt. De benodigde groeiplaatsomstandigheden moeten concreet en helder in beeld zijn bij het maken van plannen in de stad. De gemeente moet deze ontwerprichtlijnen hanteren in eigen plannen en communiceren naar andere partijen. Ruimte maken en houden voor bomen vraagt daarbij een goede regie op de ondergrondse ruimte en overleg met de nutsbedrijven. Waar geen of onvoldoende ruimte is worden geen bomen geplant. Op deze plekken kan met andere ontwerpmiddelen en bijzondere groen accenten aan de herkenbaarheid en oriëntatie worden bijgedragen Historische en landschappelijke lijnen In Alkmaar zijn een aantal historische landschappelijke lijnelementen aanwezig. Ze zijn niet altijd volledig herkenbaar, maar vormen wel bijzondere structuren waaraan de geschiedenis van Alkmaar af te lezen is. Het herstel van de Westfriese Ommeringdijk, waaronder de Rekerdijk, is al in divers beleid van de gemeente Alkmaar opgenomen. Dit herstel wordt ook ondersteund in het groenbeleidsplan. blad 16

Gebruik en functies Veel van de groene lijnelementen zijn begeleidende structuren langs wegen of randen zonder bijzondere gebruiksfunctie. In een enkel geval zijn ze aangelegd om bebouwing aan het zicht te onttrekken. Deze groene lijnelementen tussen de kerngebieden vormen aantrekkelijke routes voor (recreatieve) fietspaden in de stad en van de stad naar het buitengebied. Om optimaal van dergelijke verbindingszones gebruik te kunnen maken is het noodzakelijk dat de lijnen samen een netwerk of structuur vormen. De groene begeleiding van de recreatieve fietspaden sluit aan bij de kenmerken van de omgeving en de ecologische doelstelling. Op hoofdlijnen zijn dit opgaande elementen als singels, houtwallen en bosjes of natte zones met moerasvegetaties, kruidenbermen, rietbermen en waterlopen. De doelstelling en inrichting van de zones richten zich op de recreatieve, groene kwaliteit. Dit kan betekenen dat de fietspaden niet altijd aan de doelstellingen voor sociale veiligheid voldoen (zicht, overzicht, verlichting). Er zijn dan altijd alternatieve routes nodig. Zie hiervoor de paragraaf (sociale) veiligheid in deel 2.9 Beleidsthema s. Ecologische hoofdstructuur Ecologie De groene ecologische hoofdstructuur wordt gevormd door bermen, hagen, singels, houtwallen en bomenrijen tussen de kerngebieden. Een belangrijke plaats in de hoofdstructuur nemen de bermen en taluds van de spoorlijn en de randwegen in. De ambitie van het groenbeleid richt zich in de ecologische hoofdstructuur (zie kaart) op goed functionerende ecologische verbindingszones, die door een passende inrichting en beheer voldoen aan de gestelde natuurdoelstellingen. Om dit te bereiken zijn in veel verbindingszones nog verbeteringsplannen nodig omdat de inrichting en het beheer niet afgestemd zijn op het gewenste natuurdoeltype. Daarbij moeten barrières door verkeerswegen worden opgeheven. Door bijvoorbeeld faunapassages kunnen veilige oversteekmogelijkheden voor fauna worden gecreëerd. Om dit beleid vorm te kunnen geven moet voor elke verbindingszone in de ecologische hoofdstructuur de natuurdoelstelling worden vastgelegd (doeltypen en doelsoorten). In deel 2.3 Ecologische hoofdstructuur zijn de voorkomende natuurdoeltypes in Alkmaar beschreven en toegekend aan de kerngebieden en verbindingzones. Per natuurdoeltype is een indicatie gegeven voor de maatvoering. Beheer De kwaliteit van het beheer en onderhoud in de hoofdgroenstructuur en ecologische hoofdstructuur is hoog voor zowel het cultuurlijke groen als het ecologische groen. Voor de totaalindruk van Alkmaar is het belangrijk dat groene lijnen, zoals fietspaden, schoon zijn. Veel mensen komen immers langs deze lijnen Alkmaar binnen. In de hoofdstructuur wordt ook naar een optimale ontwikkeling van het groen gestreefd en daarbij past een onderhoud dat altijd op tijd wordt uitgevoerd en waar weinig schades worden geaccepteerd. blad 17

R 1R K UG O V QG D QD D ROO.D =XLG 6FKDUZRXGH.RHGLMN %HUJHQ *U RH QH / R SH U 6LQW 3DQFUDV +HHUKXJR ZDDUG 2XGRUS KR RUG 1R OODQG.D QDD O 2 +RRUQVH 9DDUW PY DO. ROK RUQ $ONPDDU DDO V NDQ %/$8:( /23(5.$$57 (&2/2*,6&+( +22)'6758&7885 *(0((17(/,-.( (+6 NHUQJHELHGHQ EHVWDDQG HFRORJLVFKH YHUELQGLQJV]RQH +HLORR VHFXQGDLUH HFRORJLVFKH YHUELQGLQJV]RQH WRHNRPVWLJ JURHQJHELHG 1RR UGKR.DQ OODQGV DDO 5(/$7,( 0(7 '( 5(*,2 UHJLRQDOH SURYLQFLDOH HFRORJLVFKH YHUELQGLQJV]RQH UHJLRQDOH JURHQJHELHGHQ,QJHQHQLHXUVEXUHDX 2UDQMHZRXG % 9 +HHUHQYHHQ NOHXU RI ]Z YLVLH DONPDDUBHFRORJLH =XLGVFKHUPHU

Noordhollands Kanaal Zuid- Scharwoude Koedijk Bergen Sint Pancras Heerhugowaard Oudorp BLAUWE LOPER Alkmaar Heiloo HOOFDSTRUCTUUR: BLAUWE LIJNEN Noordhollands Kanaal grachten en kanalen ecologie volgens waterplan Ingenenieursbureau Oranjewoud B.V. Heerenveen zw-visie-alkmaar_blauwe lijnen Zuidschermer

2.3 Hoofdstructuur: blauwe lijnen Net als de groene structuur vormen de waterlopen en natte milieus een blauwe structuur van verbindingen door de stad. Ook deze hebben ecologische, landschappelijke en recreatieve waarde voor de bewoners van Alkmaar. Voor een goede kwaliteit van waterlopen en oevers is in het algemeen een goede waterkwaliteit een basisvoorwaarde. Het (groen)beheer streeft daarom naar het niet gebruiken van chemische bestrijdingsmiddelen in het groen (zie deel 2.9 chemische onkruidbestrijding ). Structuur In Alkmaar is het hele watersysteem een belangrijke drager van het stedelijk landschap en bepalend voor de ordening. In de beleving is het een aantrekkelijk element; om langs te fietsen of te wandelen, om langs de oever te spelen. Bruggen vormen als vanzelf bijzondere markeringspunten. In al deze gevallen is het van belang water zichtbaar (en bereikbaar) te maken in de stedelijke structuur. Er is onderscheid te maken in twee soorten oevers. De singels, grachten en kanalen hebben harde, strakke oevers in de stad. De singels en grachten omsluiten en dooraderen de binnenstad en laten hier de historie van de stad zien en dragen ook bij aan de bijzondere sfeer van de binnenstad. Bij de andere waterlopen wordt gestreefd naar oevers met oever- en rietvegetaties. De flauwe taluds maken naast de mogelijkheden voor natuurontwikkeling de oevers ook beter bereikbaar en veiliger. Gebruik en functies Het water in de stad biedt allerlei gebruiksmogelijkheden. Van rondvaarten rondom de binnenstad, tot varen, kanoën, schaatsen, vissen e.d. Vanuit het Waterplan zijn voor verschillende gebruikersgroepen recreatieroutes en voorzieningen ontwikkeld; Vergroten bereikbaarheid en toegankelijkheid oevers Aanleg van aanlegplaatsen, uitstap- en overstapplaatsen Water en ecologie Ecologie Langs de ecologische verbindingszones is de natuurontwikkeling richtinggevend voor inrichting, beheer en gebruik. Deze waterlopen en de oevers zijn natuurvriendelijk ingericht en worden natuurvriendelijk onderhouden. Dit betekent goed ontwikkelde ruigtekruiden-, oever- en rietvegetaties en flauwe oevers (geen steile oevers en oeverbeschoeiingen). De watergebonden ecologische verbindingszones hebben overgangszones van land naar water (plas-dras, natuurlijke oevers). Het water en de oevers hebben betekenis voor de watervegetatie, dieren als vissen en amfibieën insecten en libellen. De natuurlijke oevers vormen een belangrijke bijdrage aan de beleving van water en oever, zoals rietbermen. Het Waterplan voor 2002-2012 heeft de volgende ambitie: Belangrijke knelpunten in de infrastructuur zijn opgelost en het functioneren van de ecologische structuur is sterk verbeterd. Er zijn goede vestigingsmogelijkheden voor ondergedoken waterplanten. De kwaliteit van het water is verbeterd. Op vele plaatsen zijn overwinteringsplaatsen en paaiplaatsen voor vissen. Het Groenbeleidsplan sluit bij deze ambitie aan. Dit geldt ook voor de inrichting van de natuurvriendelijke oevers. Beheer Het beheer richt zich op de ecologische doelstelling en heeft een kwaliteit hoog, gelijk aan de groene verbindingszones. In de hoofdstructuur wordt ook naar een optimale ontwikkeling van het groen gestreefd en daarbij past een onderhoud dat altijd op tijd wordt uitgevoerd en waar weinig schades worden geaccepteerd. blad 20

2.4 Hoofdstructuur: Relatie met de regio In het buitengebied rondom Alkmaar komt een variatie aan landschappen en natuurgebieden voor, zoals de poldergebieden aan de westzijde, het Heilooërbos aan de zuidzijde, de boezemlanden van Beverkoog en de Schermerringvaart, het recreatiegebied Geesterambacht en de Kleimeer aan de noordzijde. Veel van deze gebieden liggen buiten de gemeentegrenzen en/of de gemeente heeft weinig invloed op de inrichting en het beheer. Ze zijn wel van belang voor de groene gebieden in Alkmaar als brongebied voor de ecologische hoofdstructuur en als recreatief uitloopgebied. Daarom richt het groenbeleid zich op het realiseren van goede verbindingszones naar deze gebieden. Voor het groenbeleid van Alkmaar betekent dit aandacht voor de ecologische en recreatieve verbindingen tussen het groen in de stad en het buitengebied. Daarbij sluit het gemeentelijke beleid aan op het reeds in gang gezette regionale en provinciale beleid, waarvan de gemeente ook delen realiseert. De verbindingen zijn: Provinciale ecologische hoofdstructuur (PEHS) Otterplan (=regionale structuur) Groene loper (HAL) Blauwe loper (HAL) Herinrichting Bergen-Egmond-Schoorl (BES) blad 21

3 Groen in de wijken De inwoners van Alkmaar kunnen de hoofdgroenstructuur en de ecologische hoofdstructuur gebruiken om te recreëren en van de natuur en cultuurhistorie genieten. Buiten deze hoofdstructuur zorgt het fijnmazige groen in de woonwijken voor een directe bijdrage aan de leefbaarheid, omgevingskwaliteit en een vriendelijk en beschut leefklimaat. Het groen beïnvloedt dus dagelijks de ervaring van de openbare ruimte en moet daarom voldoen aan de gewenste uitstraling, sfeer en herkenbaarheid. De wensen van de bewoners van Alkmaar zijn richtinggevend binnen de gestelde kaders van het beleid. Het groen in de wijken is gesplitst in binnenstad en centrumgebieden (paragraaf 3.1), woonwijken (paragraaf 3.2) en bedrijventerreinen (paragraaf 3.3) omdat groen in elk van deze gebieden een andere functie heeft. 3.1 Binnenstad en centrumgebieden In de binnenstad en de centrumgebieden in de wijken wordt veel waarde gehecht aan een hoogwaardige openbare ruimte als verblijfsgebied. Het groen heeft een (zeer) geringe omvang en vervult vooral een representatieve functie, aanvullend op de stedenbouwkundige en architectonische sfeer. Structuur Het groen vormt de blikvangers door kleine accenten van bijzondere elementen, zoals (lei)-bomen, vaste planten of bloembakken. Het groen is daarmee vooral een sierobject in de openbare ruimte. De bomen zijn de belangrijkste dragers van een ruimtelijke structuur. In de binnenstad vormen het Bolwerk en het Victoriepark gezamenlijk een belangrijke groenstructuur als onderdeel van de hoofdgroenstructuur. Gebruik en functies Het groen in de binnenstad en de winkelcentra is vooral representatief kijkgroen en aankleding/decoratie. Ecologie In deze gebieden ligt geen nadruk op de ecologische waarde van het groen, toch zijn er kleine waardevolle elementen. Er moet in de binnenstad daarom aandacht zijn voor het behoud en de ontwikkeling van: Muurvegetaties op kademuren Oude bomen met betekenis voor vogels en vleermuizen Gelegenheid voor vogels (gierzwaluwen) en vleermuizen (o.a. ijskelder Bolwerk) Stinsenflora op het Bolwerk Beheer In de binnenstad en in de winkelcentra richt het beheer zich op een traditioneel netheidsbeheer van een hoge kwaliteit. Naar het schoonhouden van het groen en de verhardingen gaat veel aandacht naar uit. De verhardingen worden zelfs dagelijks ontdaan van zwerfvuil. Dit heeft te maken met de bijzondere positie van deze centra als visitekaartjes naar de bewoners en de bezoekers. Daarnaast is door de keuze van het assortiment beplanting deze hoge kwaliteit noodzakelijk om een acceptabele beeldkwaliteit te handhaven. blad 22

3.2 Woonwijken De oudste wijken, zoals de binnenstad, Spoorbuurt en Rekerbuurt, kennen vooral stenige straatprofielen. Er zijn nauwelijks voortuinen en het openbare groen is beperkt tot bomen en kleinere pleintjes en plekken. In de vooroorlogse wijken, zoals de Nassaukwartier, de Hout en Emmastraten-kwartier komt vervolgens veel meer privé-groen. Lanen en groenstroken langs waterlopen bieden hier ook een openbare structuur en geven de wijken een parkachtig karakter. De naoorlogse flatwijken (De Hoef) kenmerken zich juist door grote oppervlakten openbaar groen. De laagbouwwijken van de jaren 70 en 80 hebben veel groen, zowel privé als openbaar. Zowel in de straten als in zones rondom of in de wijken wordt veel groen aangebracht. Enkele van deze wijken, zoals Huiswaard-2, kenmerken zich door heel veel kleinschalig groen. In de jongere wijken, zoals Daalmeer wordt het openbaar groen weer geconcentreerd in grotere parkachtige gebieden én is veel privé-groen. In de jongste wijk Vroonermeer is er zowel privé als openbaar minder groen, het openbaar groen is overwegend structureel. Het gebruiksgroen is geconcentreerd in centrale zones. De opzet van het groen in de woonwijken is sterk afhankelijk van de periode waarin de wijk is ontstaan en laat zo in combinatie met de stedenbouwkundige opzet de historie van de stad zien. Deze opzet met een bepaalde omvang en spreiding van de groene ruimte is nauwelijks aan te passen. Met de vormgeving, beplantingskeuze, kleurgebruik en het beheer zijn echter de sfeer, uitstraling en gebruiksmogelijkheden te beïnvloeden. Het groenbeleid gaat uit van het handhaven van het areaal groen in de wijken, met uitzondering van uit te geven snippergroen (zie deel 2.9 Beleidsthema). Structuur, opzet groen Voor een goede kwaliteit van de woonomgeving is versterken van de belevingskwaliteit belangrijk. Het beleid richt zich op het verhogen van de kwaliteit door: Een eenvoudige, degelijke inrichting Hoog verzorgingsniveau Accentpunten voor de fleur en kleur Deze kwaliteitsslag is voor elke wijk of buurt maatwerk op basis van de specifieke kenmerken in areaal, beplantingstypen en assortiment, stedenbouwkundige structuur en architectuur. Hierdoor ontstaat een goed beheerbaar groen dat zonder chemische middelen heel en schoon gehouden kan worden. Veel groen in de wijken moet worden omgevormd. Door de inrichting eenvoudig te houden, en beter te onderhouden wordt een kwaliteitsslag gemaakt, waarbij verpaupering wordt voorkomen. In deel 2 2.1 Groenkarakteristieken is dit beleid per buurt omschreven. Op bijzondere punten en ontmoetingsplaatsen krijgt het groen accenten, door bijv. perkplanten, kleur en vormgroen (hagen). Door dit bewust toe te passen op plekken ontstaat hier een meerwaarde voor variatie, herkenbaarheid, beleving en oriëntatie. Een combinatie met beeldende kunst versterkt dit accent nog. Een belangrijke aanleiding voor deze kwaliteitsslag is het niet meer toepassen van chemische onkruidbestrijding. Hierdoor is veel aanwezige beplanting te arbeidsintensief om op een acceptabel beeld te beheren, waardoor onkruid en zwerfvuil gaan domineren. Een eenvoudige, degelijk inrichting Voorbeelden van keuzes voor de omvorming van groen in de wijk zijn: (grote) grasvelden met bomen en boomgroepen natuurlijk nat karakter met waterlopen, bloemrijke grasvelden, riet, wilgen e.d. afwisseling van gras, heesters en bosplantsoen in strakke of juist losse ontwerp. Als uitgangspunt voor een beter groen in de wijken kiest de gemeente voor openbaar groen dat aanvullend is op het privé-groen. Daar waar bijvoorbeeld privé-tuinen voor veel sierwaarde en ruimte zorgen kan het openbare groen zich richten op een ruimtelijke en rustige structuur. Ontbreekt privé-groen dan biedt het openbare groen meer sier- en kijkgroen. Ook hierbij is de aanwezigheid van (straat)bomen van belang omdat in tuinen over het algemeen maar weinig (grote) bomen voorkomen. Bij de keuze voor de inrichting, sfeer en gebruiksmogelijkheden van de directe woonomgeving wil de gemeente meer tegemoet komen aan wensen van (groepen) bewoners. Bijvoorbeeld door ruimte te geven aan zelfbeheer door bewonersinitiatieven of bedrijven. blad 23

Gebruik en functies In de directe woonomgeving en de eigen straat spelen de kijk- en sierwaarde een hoofdrol. Het groen vormt een decoratie en aankleding en geeft daarmee het straatprofiel een eigen identiteit. In de directe omgeving spelen vervolgens de gebruiksmogelijkheden mee. Het moet aantrekkelijk zijn voor wandelen (een ommetje, de hond uitlaten, etc.) en spelen. Daarvoor zijn zowel speelplekken met toestellen, sportveldjes (verharde basketbal, tennis, voetbalvelden) als speelruimte in de vorm van grasvelden en ruige bosjes gewenst. In deel 2.9 Beleidsthema s zijn het hondenbeleid en het spelen in relatie met het groenbeleid nog verder toegelicht. Ecologie Buiten de hoofdgroenstructuur zijn natuurwaarden in het groen geen speerpunt, maar wel een aandachtspunt. De ecologische waarde wordt daarbij gezocht in combinatie en kleinere elementen, zoals soorten die voor vogels of vlinders belangrijk zijn. Het stimuleren van de natuurwaarden draagt dan immers bij aan een gevarieerde en aantrekkelijke omgeving, door kleur, bessen, vogels, vlinders. e.d. De basis voor de natuurwaarden in de woonomgeving vormt het kiezen voor inheemse en natuuraantrekkelijke soorten beplanting, zoals vlinderstruiken en besdragende struiken. Het groen in de woonomgeving krijgt daarmee meer betekenis voor kleine zoogdieren, vogels, vleermuizen en insecten. De afweging tussen sierwaarde, gebruik en ecologie is afhankelijk van de wijk en de beschikbare oppervlakten groen. Beheer Het beheer en onderhoud van de groene elementen in de woonomgeving richt zich op een duurzame instandhouding. De beheerkwaliteit van het technisch onderhoud is daarbij basis, wat een praktische manier van onderhoud betekent gericht op veiligheid en het voorkomen van achterstand. Het beheer richt zich vooral op de netheid van het groen en de verhardingen. In de woonwijken speelt de integrale samenhang in kwaliteit een belangrijke rol bij de verloedering en verpaupering van het groen. Om dit te voorkomen moet de groene ruimte schoon zijn van zwerfvuil en onkruid. De verhardingen zijn schoon van zwerfvuil; kwaliteitsniveau hoog. Daarnaast wordt enige, maar niet storende onkruidgroei op de verharding geaccepteerd; kwaliteitsniveau basis. blad 24

3.3 Bedrijventerreinen Groen op bedrijventerreinen is vaak ondergeschikt aan de functionaliteit. Het groen in de straten belemmert het gebruik, raakt beschadigd of wordt opgeofferd voor parkeer-plaatsen en draaicirkels van vrachtwagens. Alleen rondom het terrein zijn bredere groenstroken aanwezig, soms als onderdeel van de ecologische- of de hoofdgroenstructuur, soms als een rand groen om de bedrijfsgebouwen aan het zicht te onttrekken. Structuur Op het bedrijventerrein draagt het groen bij aan de aankleding en uitstraling. Voor een gelijkwaardige verhouding tussen de grootschalige gebouwen zijn grotere eenheden groen (grasstroken, blokken heesters, hagen) nodig. In de randen wordt gebruik gemaakt van de grotere oppervlakten om aan te sluiten bij de groenstructuur en ecologische verbindingszones. Voor de toekomstige bedrijventerreinen worden de keuzes vastgelegd zodat voor een passende inrichting en continuïteit in het beheer gezorgd kan worden. Zichtlokaties Het grootste conflict tussen groen en bedrijven speelt zich af op zichtlocaties. Vanuit het groenbeleid zijn er de volgende randvoorwaarden: Als het groen onderdeel is van de hoofdgroenstructuur en/of ecologische hoofdstructuur kan worden gezocht naar de mogelijke combinatie door zichtlijnen, de hoofdgroenstructuur is hierbij bepalend. De gebouwen moeten in een dergelijke combinatie ook representatief en architectonisch fraai zijn. Groen dat geen onderdeel is van de hoofdgroenstructuur kan wanneer wenselijk worden verwijderd voor zichtlijnen op de bedrijven. Het ontwerp en beeldkwaliteitsplannen moeten zich dus zorgvuldig richten op de toekomstig te verwachten ontwikkelingen op het bedrijventerrein. Gebruik en functies Het groen op bedrijventerreinen heeft geen specifieke gebruiksfunctie maar dient vooral als aankleding en kijkgroen. Op enkele plekken in grotere zones zijn eventueel mogelijkheden voor een lunchwandelingetje en een luchtje scheppen. Voorzieningen hiervoor zijn kleine aantrekkelijke plekjes met bankjes. Ecologie De bermen en grotere groenstroken door en om bedrijventerreinen lenen zich uitstekend voor ecologisch beheer. Ook hier kan een inrichting en beplantingskeuze met aandacht voor natuur aantrekkelijk zijn voor bedrijven, zoals bloemrijke bermen, waterlopen met riet etc. Dit kan zowel in het openbare groen als op de bedrijventerreinen zelf. Kwaliteitsniveau Laag Beheer Het beheer van het openbare groen en de verhardingen op bedrijventerreinen is gelijk aan de woongebieden. Het technische onderhoud is op een basis-kwaliteit, terwijl het schoonhouden van het groen zich op kwaliteitsniveau hoog richt. De gemeente is verantwoordelijke voor het onderhoud van de openbare ruimte maar ziet parkmanagement als een positieve ontwikkeling, bijvoorbeeld door het onderhoud van het openbare en particuliere groen bij één partij of parkmanagement-organisatie onder te brengen. De ondernemers krijgen daarbij meer invloed op de gewenste kwaliteit. blad 25

4 Kosten groenvisie De inrichting en aanleg leggen het fundament voor de kwaliteit van het openbaar groen zoals deze dagelijks worden beleefd door de bewoners in hun woonwijken, recreanten in de parken en bezoekers in het centrum en van bedrijventerreinen. Ook het beheer en onderhoud van het openbaar groen speelt hierin een belangrijke rol. Het duurzaam op peil houden van die inrichting wordt beheerkwaliteit genoemd. Een mooi ontwerp verliest alle aantrekkingskracht als niet-gerepareerde schades, onkruid en zwerfvuil het beeld domineren. In voorgaande hoofdstukken zijn de ambities verwoord voor de beheerkwaliteit en voor de groenstructuur. In dit hoofdstuk wordt specifiek ingegaan op de kosten ven de realiseringsmogelijkheden van de groenvisie. De kosten voor het realiseren van de Groenvisie in Alkmaar bestaan uit twee soorten kosten: - structurele kosten voor het duurzaam in stand houden van de gewenste beheerkwaliteit. - eenmalig kosten voor reconstructies. Aan het eind van dit hoofstuk wordt aangegeven wat er thans kan; vooralsnog uitgaan van een Realistisch beeld qua ambitie een stap lager dan het Acceptabel beeld van de groenvisie. In hoofdstuk 5 is het programma voortkomend uit het beleid omschreven. 4.1 Huidige begroting openbaar groen De afspraken tussen het bestuur en de sector Stadsbeheer over het beschikbaar budget voor het openbaar groen liggen vast in de productbegroting van de gemeente Alkmaar. In de productbegroting 2003 staat voor het product Beheer groenvoorzieningen een budget van 6,3 miljoen. De onderstaande tabel geeft de specificatie van dit bedrag in de werkbegroting. Werkbegroting Openbaar Groen Alkmaar 2003 onderhoud (planmatig) eigen dienst 2.374.880 37% onderhoud (planmatig) derden 813.350 13% Totaal planmatig onderhoud 3.188.230 50% servicekosten 135.200 2% specifieke taken 127.465 2% overige taken 126.160 2% Totale kosten 3.577.055 56% afschrijvingen en rente 315.464 5% apparaat en organisatie 769.040 12% bijdragen aan derden 213.800 3% toegerekende kosten (aandeel) 496.900 8% Totaal begroting openbaar groen (excl. spelen en NME) 5.372.259 84% speelgelegenheden 563.360 8% natuur en mileu educatie 180.700 3% stadsboerderij 257.000 4% baten openbaar groen -/- 42.000 1% TOTAAL OPENBAAR GROEN 6.331.319 100% Naast de productbegroting hanteert de gemeente Alkmaar een meerjarenbegroting waarin de investeringen zijn opgevoerd. Voor 2003 is in de meerjarenbegroting een bedrag van 304.000,- voor investeringen opgenomen. Dit bedrag is deels bestemd voor vervangingen binnen het openbaar groen, deels voor reconstructie in parken en deels voor projecten, zoals de renovatie van de Bloemenklok en de Rekerhout e.d.. blad 26

4.2 Huidige begroting Reiniging Voor het schoonhouden van de verharding staat in de productbegroting Reiniging een bedrag van 1,3 miljoen. Met dit bedrag worden de verhardingen in de totale stad schoon gehouden. De activiteiten die voor dit budget worden uitgevoerd zijn: - Machinaal vegen van de goten - Handmatig vegen - Legen prullenbakken - papierprikken - Borstelen van trottoirs De begroting ziet er als volgt uit. Begroting reiniging 2003 BINNENSTAD machinaal vegen 192.400 handmatig vegen 90.700 afvalbakken 116.200 papierprikken 34.000 onkruidborstelen 53.900 Subtotaal 487.200 WIJKEN/WINKELCENTRA machinaal vegen 492.800 afvalbakken 98.500 papierprikken 109.200 onkruidborstelen 189.600 Subtotaal 890.100,00 TOTAAL REINIGING 1.377.300 Het budget omvat de uitvoeringskosten van het schoonmaken van de verhardingen. Deze kosten zijn gebaseerd op een technische onderhoudsstrategie. Dit betekent voor de praktijk een kwaliteitsniveau laag. De studie Verzorging van de verharding, Zwerfvuil en onkruid, een uitvoerige analyse is opgenomen in deel 2.8. blad 27

4.3 Kosten acceptabel beeld Het berekende benodigde budget voor planmatig onderhoud is gebaseerd op de gewenste beheerkwaliteit in het scenario acceptabel beeld (zie paragraaf 1.1.4. beheer ). Meer informatie over de onderzochte scenario s zijn te vinden in Deel 2.4 Beheerkwaliteit & Scenario s. Cultuurlijk groen Natuurlijk groen Het acceptabel beeld Wijken Centrumgebied Bedrijventerrein Technische staat Verzorging Technische staat Verzorging Technische staat Verzorging Ecologische verbindingzone Technische Verzorging staat Parken Technische staat Verzorging Bomen Onkruid op verharding Zwerfvuil op verharding Benodigd budget Planmatig onderhoud Groen Benodigd budget Verzorging verharding 4.713.000,- 1.477.300,- Zeer hoog Hoog Basis Laag Dit scenario betekent een structurele verbetering van de kwaliteit van het beheer en onderhoud. Om dit scenario te realiseren is een structureel budget nodig van 4,7 miljoen voor het totaal planmatig onderhoud. In de huidige werkbegroting is 3,2 miljoen beschikbaar. De kwaliteitsverbetering leidt dus tot een vraag van 1,5 miljoen extra budget voor het groenonderhoud. Voor de verzorging van de verharding is een structurele verhoging van 100.000 nodig. 4.4 Kosten reconstructie groen De kosten voor het realiseren van de groenvisie bestaan naast jaarlijkse kosten voor planmatig onderhoud ook uit éénmalige kosten in reconstructies van het groen. Hierbij moet gedacht worden aan: - Tegengaan van verdere verpaupering van het groen - Vervangen versleten/verouderde beplanting - Knelpunten opheffen in inrichting zoals bosplantsoen in smalle stroken - Knelpunten opheffen in achterstanden in kwaliteit. Door éénmalig ingrijpen met een beheermaatregel wordt een lage kwaliteit terug gebracht naar de gewenst kwaliteit. Hierbij moet gedacht worden aan het wegwerken van snoeiachterstanden in beplantingen. In deel 2.5 Beheerkwaliteit & Organisatie zijn deze knelpunten benoemd en gekwantificeerd. Daarnaast is ingegaan op de benodigde organisatie. De totale kosten voor de reconstructies zijn berekend op 3,0 miljoen. Dit zijn de kosten voor het wegwerken van de knelpunten door middel van reconstructies in de totale gemeente Alkmaar. Het accent van deze reconstructies ligt echter in de woonwijken. In het bedrag is ook rekening gehouden met kosten voor een tijdelijke projectorganisatie (projectleider, planuitwerking, voorbereiding en toezicht e.d.) blad 28

4.5 Nadere Financiële uitgangspunten In augustus 2003 heeft het college ingestemd met de groenvisie zonder dat er daarvoor nog financiële ruimte in de begroting beschikbaar was. Bij de begrotingsbehandeling over 2005 in november 2003 heeft de gemeenteraad een motie over verhoging van groenonderhoud aangenomen. Resultaat is dat 300.000 incidenteel voor 2005 in de begroting wordt opgenomen en dat de structurele verhoging met dit bedrag na 2005 afhankelijk is van integrale afweging in het kader van begrotingsvoorstellen voor latere jaren. Door de verkoop van de Kabelaansluitingen van de CAI aan UPC is geld beschikbaar gekomen wat besteed zal worden om de leefbaarheid voor de burger in Alkmaar te verbeteren. Het college heeft een voorstel ingediend voor 1,5 miljoen te besteden aan groenreconstructies in de wijken Zuid, Oudorp, Overdie, West en de Mare. Het groenbeleidsplan gaat komende jaren uit van deze financiële randvoorwaarden: Planmatig onderhoud groen: 3,2 miljoen + 0,3 miljoen = 3,5 miljoen. Eenmalige reconstructiekosten: 1,5 miljoen (CAI-gelden) Jaarlijkse vervangingsinvestering: 205.000 4.6 Geadviseerde koers; Realistisch beeld Voorlopig zal met een minder hoge ambitie genoegen genomen moeten worden. Met bovenstaande financiele uitgangspunten wordt het realistisch beeld voorgesteld: Het groen wordt duurzaam in stand gehouden op het technisch basisniveau. Met uitzondering van de centrumgebieden waar het groen een klein stukje boven de rest van de stad uitstijgt doordat deze op basis-plus niveau onderhouden zal worden. Het zwaartepunt ligt op het instandhouden van het groen. Het beeld van de omgeving is redelijk. Op termijn lijkt deze omgeving door gebruiksslijtage en ouderdom e.d. wat sober en smoezelig. Ten opzichte van het acceptabel beeld is er minder budget voor het ecologisch beheer wat ten kosten zal gaan van de ecologische (potentiële) kwaliteit. De kwaliteitsniveaus voor onkruid en zwerfvuil op verharding zijn voorlopig gelijk aan het acceptabel beeld. Ten opzichte van het acceptabele beeld zal het totale netheidsbeeld van de stad een stuk minder zijn. Cultuurlijk groen Het realistisch beeld Wijken Centrumgebied Bedrijventerrein Technische staat Verzorging Technische staat Verzorging Technische staat Verzorging Ecologische verbindingzone Technische Verzorging staat Parken Technische staat Verzorging Natuurlijk groen Bomen Onkruid op verharding Zwerfvuil op verharding Hoog Basis Benodigd budget Groen Benodigd budget Verzorging verharding 3.488.250,- 1.477.300,- Basis-plus Basis-min blad 29

Met deze aanpak wordt het resultaat van de groenvisie nog niet bereikt. Het kwaliteitsbeeld van het realistisch beeld is aanzienlijk lager dan het acceptabel beeld. Hoewel het groen in de stad een positieve impuls krijgt is niet met zekerheid te zeggen dat verpaupering overal voorkomen zal kunnen worden. Uitstel van reconstructies brengt tevens op termijn hogere kosten met zich mee. Het fundament voor de toekomst is wankel, de nadruk van structuur, ecologie, gebruik, functies en beheer ligt meer op behoud dan op ontwikkeling. De koers die geadviseerd wordt voor een doeltreffende aanpak op dit moment is de volgende: Indien de voorgestelde 1.500.000 vanuit de CAI-gelden beschikbaar komt, kunnen in 2004 reconstructieplannen worden uitgewerkt en in 2005 en 2006 worden uitgevoerd; eenvoudige inrichting gericht op groeiplaatsomstandigheden en onderhoudsvriendelijk beheer met enkele accenten (zie ook deel 2 2.8 Aanvraag CAI-gelden Reconstructie Groen in de Wijken ). Voorlopig lagere eisen stellen aan de kwaliteit van het groen en verzorging van de verharding. En deze beperken tot het Realistisch beeld (rond basis-niveau, zie schema hieronder) Gedurende deze periode de beheerkwaliteit, de inrichting en het benodigde budget monitoren. Met het monitoren krijgt de gemeente inzicht in de prijskwaliteit verhouding. Jaarlijks een tussenrapportage geven aan het bestuur over de stand van zaken reconstructies en de groenkwaliteit. Na drie jaar volgens het realistisch beeld beheren, de ingezette koers evalueren en de resultaten rapporteren aan het bestuur Op basis van de evaluatie de koers van het groenprogramma voor de jaren daarna opnieuw door de gemeenteraad laten bepalen. blad 30

blad 31 Groenbeleidsplan Alkmaar

5 Actieprogramma In dit hoofdstuk zijn de concrete acties benoemd die voortvloeien uit de visie en het beleid. De reconstructies van groen vormen een groot project dat over langere periode tot uitvoer komt. Afhankelijk van het beschikbare budget voor deze investeringen moet steeds per jaar een actieprogramma worden opgesteld. Om tot een prioriteitskeuze te komen van acties moet worden aangesloten bij de volgende lijn. 1 Reconstructies in revitaliseringswijken (ISV) Financiering uit GBP is aanvullend! 2 Reconstructies in achterstandswijken bv. Huiswaard II, De Mare, Overdie, Oudorp 3 Reconstructies aansluitend op overig beleid en bestaande projecten water, natuurontwikkeling 4 Reconstructies vanuit knelpunten in het groen Voor het eerste jaren van uitvoering zijn daarbij als extra criteria te benoemen: wijken die snel of relatief gemakkelijk op het gewenste niveau te brengen zijn, reconstructies in parken en ecologische verbindingszones als dit noodzakelijk is voor het verbeteren van het beheerniveau. Het actieprogramma van het Groenbeleidsplan loopt tot de voor 2007 geplande evaluatie. Het programma daarna zal op basis van die evaluatie tot stand komen. Het actieprogramma kent vijf groepen plannen: uitwerken van de groenreconstructies opstellen van inrichtings- en beheerplannen opstellen van onderhoudsplannen per wijk ( zomerbestek en winterbestek ) plannen gericht op verbetering van de werkwijze verantwoording en evaluatie blad 32

Actieprogramma Groenbeleidsplan Onderwerp Toelichting Jaar Groenreconstructies 1 Groenreconstructies CAI Vanuit de CAI-gelden is 1,5 miljoen beschikbaar voor 2004 groenreconstructies in 2005/2006. In het CAI-programma zijn de volgende gebieden genoemd: Zuid; Oudorp; Overdie; West; De Mare Hiervoor worden uitvoeringsplannen gemaakt in nog nader te bepalen volgorde. Beheer- en inrichtingsplannen 2 Beheerplannen parken Voor de volgende parken en in de aan de aangegeven volgorde worden beheerplannen opgesteld: Rekerhout Strandwal Oudorp Bolwerk Victoriepark Groene Voet Egmonderhout (evaluatie) Alkmaarderhout (evaluatie) t Rak Noord 3 Beheerplan Ecologische Zones Voor de verschillende ecologische verbindingszones moet het beheer worden uitgewerkt. Dat gebeurt in één of meer beheerplannen (groepering nog nader bepalen). Overzicht van knelpunten en te treffen maatregelen. 4 Bomenbeheerplan Een bomenbeheerplan, gericht op versterking van de bomenstructuur in de gehele stad. Onderhoudsplannen 5 Zomer- en winterbestek Jaarlijks worden voor iedere wijk (8 wijken) onderhoudsplannen opgesteld (in samenhang met de Wijkplannen). Verbetering werkwijze 6 Systematiek beheerbewust ontwerpen en reconstrueren Om inrichting beter bij beheer te laten aansluiten moet er meer inzicht zijn in de betekenis van de inrichting voor het beheer. In de systematiek aandacht o.a. voor beplantingsplannen, kwaliteit uitgangsituatie en materiaal. Uitwerking groentypen, onderscheid wijken en accentplekken. Onderdeel hiervan is het voorkomen van onkruid op verharding door aanpassen materiaal 7 Intergraal beheer Het beheer van het groen en de verharding moeten op elkaar worden afgestemd. Aanpassen van bestekken en organisatie. 8 Beeldsystematiek Het ontwikkelen van een beeldsystematiek op basis van BOR, met behulp waarvan per wijk een kwaliteitsbeeld (met fotomateriaal) met bijbehorende budgetten zichtbaar kan worden gemaakt. 9 Monitoring ecologisch beheer 10 Monitoring beeldkwaliteit Verantwoording en Evaluatie De effecten van het beheer op de natuurontwikkeling moeten goed in kaart gebracht worden. Daarvoor wordt een monitoringsprogramma ontwikkeld De effecten van het beheer en de reconstructies op de beleving van de beeldkwaliteit wordt een monitoringsprogramma ontwikkeld 11 Jaarlijkse rapportage Jaarlijkse rapportage stand van zaken reconstructies, groenkwaliteit en ecologie 12 Evaluatie Groenbeleidsplan Na enkele jaren ervaring met de werkwijze van dit Groenbeleidsplan moet geëvalueerd worden welke de effecten zijn op het kwaliteitsbeeld van de werkwijze en de beperkt beschikbare middelen. Met deze evaluatie kan de gemeenteraad het de programmaring van het Groenbeleidsplan bijstellen. 2004 2004 2005 2005 2006 2006 2006 2007 2006 2007 Ieder Jaar 2004 2005 2006 2006 2006 2004-2007 2007 Uitwerking 13 Groencompensatie Opstellen richtlijnen Groencompensatie in samenwerking met ANMO. 2005 14 Zichtlijnen Opstellen uitwerking zichtlijnen bij bedrijventerreinen. Maakt zichtlocatie deel uit van de hoofdgroenstructuur? Zo ja is er een 2005 blad 33

6 Organisatie Het slagen van het groenbeleid is afhankelijk van heldere doelen en een goede organisatie om deze inhoudelijke doelen te realiseren. De kwaliteit van de openbare ruimte staat hierbij centraal. Verschillende afdelingen bij de gemeente hebben iets met de openbare ruimte, met groen of water te maken. Om tot een kwalitatief hoogwaardige openbare ruimte te komen is het van belang dat alle onderdelen, inrichting en beheer op elkaar zijn afgestemd. Een straat met prachtig groen, maar met zwerfvuil en voortdurend te weinig parkeerruimte zal door de gebruikers niet als hoogwaardig worden ervaren. Aandacht voor alle kwaliteiten vraagt samenwerken, afstemmen, keuzes maken en het toetsen van deze keuzes. Het gaat dus om het maken van een organisatie waarin beleid en operationeel beheer van de openbare ruimte een coproductie is. Daarbij zijn de volgende randvoorwaarden belangrijk: duidelijke taken en verantwoordelijkheden het organiseren van intern én extern draagvlak voor het te voeren beleid gebruik van dezelfde taal en terminologie tussen ruimtelijke ordening en beheer. Als vervolg op het groenbeleidsplan zal een stappenplan voor het richten van de organisatie op deze omgevingskwaliteit moeten worden gemaakt. Communicatie en draagvlak Het draagvlak en de acceptatie voor de inrichting en het (ecologisch) beheer moet verder worden versterkt. Op basis van een communicatieplan kunnen daarvoor acties worden opgepakt. Voorbeelden zijn: wijkgericht samenwerken, waarbij het beheer en onderhoud zich ook op de wensen van de bewoners en gebruikers richt. samenwerken met organisaties gerelateerd aan groen en omgeving (natuur, spelen, e.d.) het opstellen en uitvoeren van jaarprogramma s natuur- en milieueducatie. Met als leidraad de Kaderregeling Inspraak en Participatie zal per deelproject (groenreconstructies en inrichtings- en beheerplannen) een communicatieplan worden opgesteld. Uitgangspunten daarbij zijn: overleg met betrokken bewoners en betrokken belangenorganisaties; gebruik maken van de netwerken van Wijkgericht Samenwerken. Bij de communicatie zal gebruik gemaakt worden van de BOR-systematiek: keuze van kwaliteitsniveaus communiceren met foto-beelden en daaraan gekoppelde kosten. Bijhouden basisgegevens De basis voor een effectief beleid is voldoende, actuele en goede informatie. Voor het beheer staan hierbij de geautomatiseerde beheersystemen en kaarten centraal. Er moet capaciteit zijn om deze actueel te houden en zo steeds informatie te kunnen leveren over areaal, beheerkwaliteiten, werkprogramma s en budgetberekeningen. blad 34