Beginnen met De Computer. Deel 1: Windows. Marlou Ruijter



Vergelijkbare documenten
Windows is het meest gebruikte besturingssysteem ter wereld.

Op het bureaublad staan pictogrammen. Via de pictogrammen kunnen programma s worden gestart en mappen en bestanden worden geopend.

6. Tekst verwijderen en verplaatsen

Windows Windows voor beginners

Opstarten Word 2013 bij Windows 7 Opstarten Word 2016 bij Windows 10

Wat kan je allemaal met het programma Word 2010?

INSTRUCT Samenvatting Basis Word 2010, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1

Hoofdstuk 1. Microsoft Word

Mappen en bestanden. In dit hoofdstuk leert u het volgende:

Hoe moet je een prachtige presentatie maken?

Een nieuwe presentatie maak je met de sneltoets <Ctrl+N> of via het tabblad,. Vervolgens kies je Lege presentatie en klik je op de knop Maken.

Extra les Muis en toetsenbord

Windows 8, Windows 8.1, deel II

1 Een presentatie bekijken

Vaardigheid met het toetsenbord

Microsoft Word Kennismaken

Verder zijn er een aantal producten die je hierop kan aansluiten, hier zijn een aantal producten:

Windows. Een computer, wat is dat voor ding?

Microsoft Office Tekstdocument alle systemen

Kennismaking met de computer. ibuurt-project OCMW Merelbeke. In deze cursus ontdek je stap voor stap de computer.

INSTRUCT Samenvatting Basis Word 2007, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1

Excel 2010, H1 HOOFDSTUK 1

Kennismaking. Versies. Text. Graph: Word Logo voorbeelden verschillende versies. Werkomgeving

Handleiding Word de graad

LINC vzw Maria-Theresiastraat Leuven Tel: 016/ Ontwerp LINC logo: Colofon

Mini Word-cursus. Paginanummers. Opmaakprofielen. Inhoudsopgave

Office LibreOffice Tekstdocument gebruiken

Computercursus voor beginners

HOOFDSTUK 1. beginnen met excel

Basiscursus Laptop. De Brug Hasselt vzw

1. Kennismaken met Impress

199 Kruidvat

Inhoud. Onbegrensd - Initiatiecursus computergebruik WINDOWS VISTA 1

Effectief gebruik van Word

apple_gebruiken/ /pag 1/9 Apple gebruiken

Proefhoofdstuk ter inzage

Beginnersles 2 Computerles Windows 7

Via de het tabblad Bestand kun je bijvoorbeeld een nieuwe werkmap maken, werkmappen openen, opslaan en afdrukken.

INRICHTEN VAN DAXIS CLOUD

Microsoft Word 365. Kennismaken AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365

ICT ICT 01. Voordat je begint met het maken van een tekst. moet je weten wat het toetsenbord kan. J.P.Siebelink. Office 2003

Deel 1: PowerPoint Basis

INHOUD. Ten geleide De computer van dichtbij bekeken 15

Aan de slag met Windows 10

Dit bundeltje is van. Werken in. Hoe doe ik dat? Dit bundeltje is van. Leen Van Damme. Pagina 1

PDF XCHANGE EDITOR Waarom PDF XHCANGE Editor?

Inhoudsopgave. Voorwoord... 7 Wat doet SeniorWeb?... 8 Wat heeft u nodig?... 9 Hoe werkt u met dit boek? De schermafbeeldingen...

Microsoft Word Weergave

Vragenlijst Computerbrevet voor senioren

Inhoudsopgave Voorwoord 11 Nieuwsbrief 11 Introductie Visual Steps 12 Wat heeft u nodig? 12 Uw voorkennis 13 Hoe werkt u met dit boek?

Informatie gebruik Digi Bord

Lijnen/randen en passe-partouts maken met Photoshop.

Bestanden ordenen in Windows 10

ICT: EEN VERJAARDAGSKAART

Figuren in Word. Vul de Wat weet ik al?-kaart in van les 7. Als je nog niet alles weet en kan, zoek het dan op in les 7.

I. Vorming 1 (12/04/2012) 1. Werken met een tekstverwerker p2 2. Mappenstructuur op een computer p6 3. Externe USB- stick gebruiken p10

Om paint te openen volgen we dezelfde weg als bij de rekenmachine:

194 Aldi Windows Laatst gewijzigd 15 oktober 2012 Uw keuze voor het maken van een fotoboek is Aldi. Deze cursus bestaat uit 5 delen.

Microsoft PowerPoint Basics Hoe maak je een presentatie in Microsoft PowerPoint 2010? Handleiding voor kinderen

Microsoft Word 365. Weergave AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365

Basistechnieken Microsoft Excel in 15 minuten

Inhoudsopgave Voorwoord 5 Nieuwsbrief 5 Introductie Visual Steps 6 Wat heeft u nodig? 6 Uw voorkennis 7 Hoe werkt u met dit boek?

Instructie XUBUNTU. Alle snoeren aangesloten? De stekkers in het stopcontact?

Inhoudsopgave Voorwoord 7 Nieuwsbrief 7 Introductie Visual Steps 8 Wat heeft u nodig 8 Hoe werkt u met dit boek? 10 De website bij het boek

Het uiterlijk lijkt erg op Word, een paar belangrijke verschillen geven we aan in de schermafdruk hieronder.

2013 Visual Steps - Dit is de inhoudsopgave van de Visual Steps-titel Windows 7 voor senioren deel 1 ISBN

Afbeeldingen Module 11

Je ziet het ontwerpscherm voor je. Ontwerpen is actief en dat zie je aan de linkeronderkant van je scherm net boven de taakbalk.

2. Meer muisgebruik in Windows Vaardigheid met het toetsenbord

Inhoudsopgave. Mail 36 Agenda 38 Rekenmachine 39 Gamebalk 42 Groove 42 Kaarten 43 Films en tv 45 Paint 45 Foto s 47 WordPad 49

Opdracht ICT-trainer Reeks 2 Computergebruik. 2A Start en info

Inhoud. Handleiding Dododent. Beste tandarts of praktijkmanager,

Aan de slag met Word 2016? Ontdek de basisfuncties. Maak een nieuw document aan, typ teksten en maak het geheel vervolgens netjes op.

193 Albelli/Hema Windows

Invoegen... 8 Invulpunt... 9 Nieuwe bouwsteen maken... 9 Bouwsteen opslaan Wijze van werken in Outlook Informatie...

Inhoudsopgave Voorwoord 13 Nieuwsbrief 13 Introductie Visual Steps 14 Wat heeft u nodig 14 Uw voorkennis 16 Hoe werkt u met dit boek?

Werkbalk Snelle toegang Titelbalk. Tabbladen

Microsoft Word Selecteren

Hoofdstuk 8 - Snelfiches Word

Handicom. Symbol for Windows. Image Manager. (Versie 4) Handicom, 2011, Nederland

Knippen en Plakken. Het verschil tussen knippen en kopiëren.

INSTRUCT Samenvatting Basis PowerPoint 2013/2016, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1. PowerPoint opstarten, verkennen en afsluiten

Inhoudsopgave Visual Steps B.V.

HANDLEIDING Windows XP Deel 1

Microsoft WordPad Sinaleri Opleiding

15. Tabellen. 1. wat rijen, kolommen en cellen zijn; 2. rijen en kolommen invoegen; 3. een tabel invoegen en weer verwijderen;

De tekst staat nu aan de linkerkant. De tekst staat nu aan de rechterkant. De tekst staat nu in het midden.

1. Mappen, documenten en bestanden

Toets Cursusboek Computergebruik voor anderstaligen (Windows XP) Cursusboek Windows XP voor beginners

DEEL: THEMA. Klik op Thema. Nu verschijnen er een aantal thema s. Dubbelklik op een thema en je krijgt het volgende schermpje:

Sneltoetsen. Inhoud. Inleiding

Handleiding Word 2010

Inhoudsopgave Voorwoord 13 Nieuwsbrief 13 Introductie Visual Steps 14 Wat heeft u nodig? 14 Uw voorkennis 16 Hoe werkt u met dit boek?

Handleiding voor bloemenboek (open boek)- PP 2007

File: M.Peters / Powerpoint 1

Ledenlijsten + etiketten maken

Inhoudsopgave: Handleiding Paint

1. Kennismaken met Calc

Transcriptie:

Beginnen met De Computer Deel 1: Windows Marlou Ruijter Uitgeverij Tobi Vroegh 2010

Colofon Beginnen met de computer. Deel 1: Windows Tekst: Marlou Ruijter Aanpassingen: Sonh Lövdahl Illustratie voorkant: Jaap Huizinga Lay-out: Marlou Ruijter, Bas Krommenhoek Druk: Kaboem, Amsterdam Uitgeverij Tobi Vroegh 2010 Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en of openbaar gemaakt zonder vooraf gegeven schriftelijke toestemming van de uitgever.

Beginnen met De Computer Deel 1: Windows Marlou Ruijter Uitgeverij Tobi Vroegh 2010

Beginnen met de computer Contents Inleiding 5 Hoofdstuk 1: Wat is een computer? 7 Hoofdstuk 2: Wat is Windows? 13 Hoofdstuk 3: Tekenen met Paint 19 Hoofdstuk 4: Schrijven met Wordpad 25 Hoofdstuk 5: Combineren 31 Hoofdstuk 6: Zoeken en Help 35 Hoofdstuk 7: Instellingen van Windows 39 Woordenboekje 45 4

Deel 1: Windows Inleiding Besturingsysteem In deze editie van deel 1 van de serie Beginnen met de computer gebruiken wij het besturingsysteem Windows XP. Dit is een wat verouderd systeem die de komende jaren steeds minder te zien zal zijn. Het is echter een stabiel systeem wat op een aantal punten beter functioneert dan de nieuwere versie Windows Vista. Binnenkort verschijnt de doorontwikkelde versie van Vista, Windows 7. Voorlopig is Windows XP dus nog steeds de meest geschikte versie om mee te werken. Om meer te leren over de verschillen met oudere versies van Windows kun je in het help bestand kijken. Veel succes! 5

Beginnen met de computer 6

Deel 1: Windows Hoofdstuk 1 Wat is een computer? Een computer is een apparaat dat kan rekenen, schrijven en tekenen. Het Engelse werkwoord to Compute betekent (be)rekenen. Het Franse compter betekent tellen. Het is een Latijnse samenvoeging van com (samen) en putare (in het reine brengen). Windows is een systeem dat de computer bedienbaar maakt. Hoofdstuk 2 gaat over Windows. De onderdelen De onderdelen van de computer noemen we hardware, in tegenstelling tot de programma s, die noemen we software. a. Monitor/beeldscherm Wat je het eerst ziet is de monitor, ofwel het beeldscherm. Het beeldscherm geeft weer wat je bijvoorbeeld schrijft op de computer maar is zelf niet de computer. Onderaan je beeldscherm zitten een aantal knopjes waarmee je de instelling kan wijzigen. De maat van een beeldscherm wordt, net als bij een TV, weergegeven in inches en diagonaal gemeten (een inch is 2,54 cm, dus een 15 inch beeldscherm is 38,1 cm en 17 inch is 43,18 cm). Het beeld is opgebouwd uit pixels. Hoe meer pixels hoe scherper het beeld. Een typische resolutie is 1024x768 pixels. Om te zien hoeveel pixels jou scherm heeft: Bureaublad > Rechtermuisknop > Eigenschappen > Tabblad instellingen Opdracht 1.1: Hoeveel pixels is het scherm van je lescomputer? Er zit ook een aan- en uitknop op je beeldscherm. Als je het beeldscherm uitzet staat de computer nog steeds aan! 7

Beginnen met de computer b. Systeemkast In de systeemkast zitten de onderdelen van de computer. De belangrijkste onderdelen van de computer zijn: moederbord, processor, harde schijf, ram geheugen en voeding. Aan de voorkant van de systeemkast zie je verschillende aansluitingen: usb poorten, ingang voor koptelefoon, microfoon, een en cd of dvd speler/brander. Een speler kan alleen schijfjes afspelen, een brander kan ook cd s/dvd s maken. Aan de achterkant zitten aansluitingen voor alle onderdelen die bij de computer horen zoals toetsenbord, beeldscherm en muis. Opdracht 1.2: Welke apparaten zitten aan jouw computer vast? Kun je nog meer apparaten verzinnen die er aan kunnen? Data bewaren kan op de harde schijf. Het kan ook op een usb-stick of op een cd of dvd. Het voordeel van een usb-stick is dat je eindeloos de bestanden kan wissen en vervangen dit in tegenstelling tot de cd/dvd. Laptop of desktop? Tegenwoordig zijn laptops heel populair. Vooral de kleine laptops: de netbooks maken een grote opmars. Bedenk wel dat deze pc s niet zo krachtig zijn en dus minder mogelijkheden bieden. Verder is de werkhouding bij een laptop minder goed en kan dus sneller tot rsi en/of rug en nekklachten leiden. De processor. Tegenwoordig hebben processoren meerdere kernen. Twee of vier is gebruikelijk. Verder is de snelheid van belang. Rond de 2 ghz is normaal. Werkgeheugen: tussen de 2 en 4 gb is nodig om Windows Vista goed te laten draaien. De harde schijf: op het moment is 500 tot 1000 gb normaal voor een desktopcomputer. Voor een laptop is 160 tot 320 gb normaal. Van bytes naar terabytes. Een byte is de kleinste rekenhoeveelheid van een computer. De veel gehoorde kreten megabyte en gigabyte zijn een vermeningvuldiging van bytes om een hoeveelheid aan te geven. de hoeveelheid bytes bij opslagmedia zoals een usb-stick of harde schijf geeft aan hoeveel data je op kan slaan. Een liedje is b.v. rond de 5 mb een teksdocument 30kb een en film 500mb. Hoe gaat dat in zijn werk? De formule gaat als volgt: 1 byte naar 1000 bytes = 1 Kilobyte (kb) 1000 kilobytes = 1 megabyte (mb), 1000 megabyte = 1 gigabyte (gb) 1000 gigabyte = 1 terabyte (tb). Zoals je kunt zien wordt er steeds met een factor duizend vermenigvuldigd. 8

Deel 1: Windows Een computer aanschaffen? De ontwikkelingen op computergebied gaan razendsnel. De bovenstaande informatie over computerspecificaties verouderd snel. Daarom kan het zijn dat deze specificaties al verouderd zijn. Wat ook van belang is, is wat je nog meer krijgt. Is de prijs inclusief beeldscherm? Printer? Software? Speakers? Wil je dat er wel bij? En: Wat heb je nodig? Waar wil je je computer voor gebruiken? Opdracht 1.3: Start je computer op. Vaak moet je het beeldscherm apart aanzetten. Na een paar minuten verschijnt het inlogscherm. Controleer dat bij het vakje gebruikersnaam het woord : gebruiker is ingevuld. Het vakje wachtwoord kan je leeglaten. Opdracht 1.4: Klik met je rechtermuisknop op het pictogram deze computer. Van het menu dat er uit komt rollen kies je met de linkerknop het onderste vakje: Eigenschappen. Kijk vervolgens bij het kopje algemeen. Hier kun je zien hoeveel werkgeheugen jouw computer heeft. Ook kun je zien welke Windowsversie er wordt gebruikt en welk merk processor erin zit. Sluit dit venster weer door met de linkermuisknop op het kruisje rechtsboven te klikken. Hoeveel werkgeheugen is er?... MB Ram Opdracht 1.5: Dubbelklik met de linkermuisknop op deze computer. Klik vervolgens op C:. Hier kun je zien hoeveel harde schijf ruimte er op je computer zit. Ook zie je hoeveel er in gebruik is, en hoeveel er nog beschikbaar is. c. De muis Bij een computer hoort ook een muis. De muis helpt je om de computer te bedienen. Met de muis kun je een aantal verschillende dingen doen. De belangrijkste zijn: # Aanwijzen: Je kunt met de muis de pijl op het scherm bewegen # Klikken: Druk op de linkermuisknop en laat weer los (als er staat klik met de muis op wordt bijna altijd de linkermuisknop bedoeld) # Dubbelklikken: Klik tweemaal snel achter elkaar op de linkermuisknop en laat weer los # Slepen: Druk op de linkermuisknop, houd deze ingedrukt en verplaats de muis. Laat weer los. Rechtsklikken: Er verschijnt een menu met verschillende opties. 9

Beginnen met de computer Opdracht 1.6: Zet je muisaanwijzer op Deze computer Klik 1 keer (met links) op het plaatje - pictogram (het is beter jezelf aan te leren om op het plaatje te klikken en niet op de tekst daaronder).wat gebeurt er? Dubbelklik nu op het plaatje. Als het goed is zie je het volgende: Slepen Je kunt ook iets verslepen met de muis. Opdracht 1.7: Klik in het blauwe balkje van het nu geopende venster en houd de muisknop ingedrukt. Beweeg nu naar rechts. Het venster beweegt mee. 10 d. Het Toetsenbord Er zitten meer dan 100 toetsen op je toetsenbord. Het belangrijkste zijn de letters, maar er zijn ook allerlei andere toetsen. (zie bladzijde 11). Bovenaan zie je de Escape-knop (Esc). Afhankelijk van het programma dat je gebruikt, kun je deze vaak gebruiken om een programma af te sluiten of een opdracht te annuleren. De functie-toetsen (F1 t/m F12). Worden nauwelijks nog gebruikt. Je kunt aan die toetsen een speciale functie toekennen, bijvoorbeeld F1 = je eigen naam. Aan de rechterkant zijn de rekentoetsen, ofwel numeriek toetsenbord. Als het lichtje bij NUMLOCK aan is kun je deze gebruiken. Vooral als je aan het rekenen bent met de computer zijn deze toetsen erg handig. Met de pijltjestoetsen kun je de cursor verplaatsen. De cursor is het knipperende witte streepje in de tekst, het is de plek waar de volgende letter die je typt terecht gaat komen. Twee toetsen die je nodig hebt als je een type-foutje maakt zijn de backspace en de delete-toets. De ene gumt naar achteren en de andere naar voren. CAPSLOCK betekent hoofdletters. Er gaat rechts een lampje branden als dit aanstaat. Met ALT, SHIFT en CTRL (control) kun je in combinatie met een andere toets een bepaalde functie oproepen, afhankelijk van het programma. Met de spatiebalk maak je een witte ruimte tussen twee woorden. Met de entertoets ga je naar een nieuwe regel. Vaak kun je ook op enter drukken als de computer oké? vraagt. Op de meeste toetsenborden zit ook nog een speciale windowstoets. Probeer die maar eens. Druk vervolgens op Escape (Esc).

Deel 1: Windows 11

Beginnen met de computer Opdracht 1.8: Geef in het plaatje op bladzijde 8 aan welke toetsen welke zijn. Probeer ze zonodig uit. Opdracht 1.9: Vergelijk jouw toetsenbord met dat op het plaatje. Komt het helemaal overeen of zijn er verschillen? Wat zijn die verschillen? d. Andere apparaten We hebben nu de muis, het toetsenbord, de monitor en de systeemkast nader bekeken. Er zijn nog een aantal apparaten die je aan de computer kunt vastmaken. Opdracht 1.10: Noem hier minstens 3 voorbeelden van. Welk apparaat lijkt jou het belangrijkste? Opdracht 1.11: Maak een schematische tekening van de computer, de monitor, de muis, het toetsenbord en de printer. Geef aan waar ze met elkaar verbonden zijn. Extra: De muis vasthouden Houd de muis tussen je duim en je pink losjes vast met je wsijsvinger en middelvinger boven de linker en rechtermuisknop. Zorg dat je onderarm op de tafel leunt. Zet geen kracht, bewegen gaat heel gemakkelijk. Kijk niet naar je hand maar naar het scherm. In hoofdstuk 3 gaan we oefenen met de muis bewegen over het scherm. 12

Deel 1: Windows Hoofdstuk 2 Wat is Windows? Besturen van een computer In hoofdstuk 1 hebben we de hardware van de computer bekeken. Je hebt echter niets aan al deze apparatuur als je geen besturingssysteem hebt. Het besturingssysteem is software, het staat op een CD-ROM of DVD. Zonder besturingssysteem doet je computer helemaal niks. Hij is dan nog analfabeet: doof en blind voor het toetsenbord en de muis. Pas als de computer een besturingssysteem heeft begrijpt hij de signalen die de gebruiker geeft. Windows XP en Vista zijn dus computerprogramma s ofwel software met de speciale eigenschap dat het tevens besturingssystemen zijn. Andere voorbeelden zijn Linux, Unix of MacOS. Computerprogramma s die geen besturingssystemen zijn, zijn bijvoorbeeld Word, Excel en Photoshop, om er maar eens een paar te noemen. Als je een nieuwe PC koopt staat Windows Vista er meestal standaard op. Zonder besturingssysteem kan de computer immers helemaal niets. Opdracht 2.1: Er zijn ook computers op de markt waar geen besturingssysteem bijgeleverd wordt. Waarom zou dat zijn? Software kost geld. Je kunt het vaak gemakkelijk illegaal kopieren, maar de programmeurs, die er vaak jaren mee bezig zijn om het te ontwikkelen, willen meestal ook wel wat verdienen (soms niet hoor, er zijn vele hobbyisten). Windows Vista Premium kost nu los in de winkel rond de 120 Waarom Windows? Windows betekent vensters. Op je scherm zie je allerlei vensters waartussen je kunt schakelen en informatie uitwisselen. De vensters zijn met de muis en het toetsenbord te bedienen. In verhouding tot andere systemen, zoals DOS en Unix is het een overzichtelijk geheel, dat niet al te moeilijk aan te leren is. Een ander gemakkelijk te bedienen systeem is MacOS, maar daarvoor moet je in het bezit zijn van een Apple-Macintosh computer. De laatste jaren komen er steeds meer interessante alternatieven voor de PC op de markt die werken met het besturingssysteem Linux. Voor een leek is dit echter nog niet genoeg 13

Beginnen met de computer ontwikkeld. Het is vaak moeilijk om op zo n systeem een nieuwe printer of een fotocamera aan te sluiten. De ontwikkelingen gaan echter snel en worden steeds toegankelijker. Windows (of eigenlijk de fabrikant van Windows, Microsoft) blijft echter de marktleider, misschien wel simpelweg omdat het al zo wijd verspreid is. Als je solliciteert op een kantoorbaan, gaat men ervan uit dat je met Windows kunt werken. Opdracht 2.2: Start je computer op. Het bureaublad Nadat je de computer hebt aangezet en het systeem is opgestart zie je het bureaublad voor je. Op het bureaublad staan een aantal pictogrammen (plaatjes) met hun naam er onder. Bijvoorbeeld deze computer en prullenbak. Opdracht 2.3: Welke pictogrammen staan er op jouw bureaublad? Opdracht 2.4: Klik met je rechtermuisknop ergens op het beeldscherm. Er komt nu een menu te voorschijn waar je eigenschappen selecteert, door er met de linkermuisknop op te klikken. Je ziet een lijstje met mogelijke modellen voor je bureaublad. Selecteer er eentje en klik (met links) op oké. Zie je verandering? woordenboek op een echt bureau. Op je eigen computer kun je het bureaublad zo indelen dat programma s of documenten waar je vaak mee werkt steeds op je bureaublad staan, net zoals een pennenbakje of een De taakbalk Onderaan het scherm zie je de taakbalk. Hier wordt weergegeven welke programma s er geopend zijn. In de linkerhoek van de taakbalk zie je de startknop. Rechts is de volumeregeling te zien (icoon luidspreker). Door erop te klikken kan je het volume veranderen. Probeer maar! 14

Deel 1: Windows Bureau-accessoires Bureau-accessoires zijn eigenlijk cadeautjes die je krijgt als je het Windows besturings-systeem koopt. Er is een tekenprogramma, een schrijfprogramma, een rekenmachine en een adresboek. Ook krijg je er een paar spelletjes bij, die erg nuttig zijn als je nog niet zo goed met de muis kan omgaan. Opdracht 2.5: Klik op Start (met de linkerknop). Loop over het menu naar boven tot programma s. Kies nu Ontspanning. Kies uit dit rijtje het spelletje Patience. Klik op met je linkermuisknop op het woord Patience. Als je het spelletje niet kent kun je hulp vragen, maar je kunt ook de computer vragen om je te helpen. Kies help en zoek je weg daarin. Opdracht 2.6: Klik op Start, dan programma s, dan bureau-accessoires en vervolgens Rekenmachine. Je ziet dat er nu twee windows over elkaar heen op je scherm staan. In de taakbalk wordt weergegeven welke dat zijn. Door dan weer op de ene, dan weer op de andere te klikken, kun je schakelen tussen de twee programma s. Indeling van de vensters Als een venster geopend is ziet elk windows-programma er in beginsel hetzelfde uit. Bovenaan zie je een (meestal blauwe) balk, de titelbalk. In de linkerbovenhoek staat eerst een pictogram (een klein plaatje of een logo) en daarachter de naam van het programma dat aanstaat. Bijvoorbeeld de reken machine. In de rechterbovenhoek zie je drie knopjes: een minteken, een vierkantje of twee vierkantjes over elkaar heen, en een kruisje. Opdracht 2.7: Klik op het minteken van de rekenmachine. Wat gebeurt er? Zie je de rekenmachine nog ergens op je scherm? 15

Beginnen met de computer Opdracht 2.8: Klik op het vierkantje van patience. Wat gebeurt er? Klik nog een keer op het vierkantje. Wat is het verschil? Opdracht 2.9: Klik op het kruisje van patience. Wat gebeurt er? Als je op het kruisje drukt schakel je het betreffende programma uit. Om het weer aan te zetten moet je weer naar start, programma s, bureau-accessoires etc. Opdracht 2.10: Start het programma Patience opnieuw op. Recapitulatie: Geef een uitleg bij elk van de volgende tekens: Probeer ze zo nodig nog eens uit. Schakelen Alle programma s die aan staan worden weergegeven op de taakbalk onderaan het scherm. Als het goed is heb je nu de rekenmachine en het spel patience aanstaan. Om het scherm van de rekenmachine weer naar voren te halen klik je op de knop rekenmachine onderaan het scherm. Wil je het spel Patience weer naar voren halen, dan klik je weer op patience in de taakbalk. Dit heet schakelen tussen programma s. Let op: De rekenmachine heeft wel een vierkantje in de rechterbovenhoek, maar dat is grijs. Als je er op klikt gebeurt er niks. Als een functie bij Windows niet beschikbaar is wordt deze functie grijs i.p.v. zwart weergegeven. Je kunt de rekenmachine niet groter of kleiner maken. We zullen nog meer voorbeelden tegenkomen van grijsgekleurde functies. Menubalk Laten we nog een keer kijken naar het scherm van de rekenmachine. Je ziet dat onder de bovenste balk (de titelbalk) weer een balk staat, met de woorden bewerken, beeld en help. Opdracht 2.11: Klik op het woord Beeld. Je kunt hier kiezen tussen standaard en wetenschappelijk. Selecteer Wetenschappelijk, door erop te klikken. Klik vervolgens nogmaals op beeld en dan op standaard. In alle programma s van windows zit een menubalk met de woorden bestand, beeld en help. Bij de meeste programma s staan er nog wel meer woorden in de menubalk. Opdracht 2.12: Klik bij de rekenmachine op het menu bewerken en help. Is er een woordje grijs? Wat betekent dat? 16

Deel 1: Windows Opdracht 2.13: Klik bij help op help onderwerpen. Wat gebeurt er met de taakbalk (onderaan). Als je vragen hebt over de werking van de rekenmachine kun je hier hulp vragen. Probeer maar uit. Opdracht 2.14: Schakel naar het programma patience. Welke woorden staan er bij patience op de menu-balk. Kijk eens onder opties. Wat kun je hiermee doen? Schuifbalken In patience en de rekenmachine zien we geen schuifbalken. Je kunt het scherm niet naar onderen of naar boven of opzij schuiven. Een voorbeeld van een programma waarbij dat wel kan is kladblok. Het kladblok is bedoeld voor teksten zonder opmaak. Opdracht 2.15: Klik op start, vervolgens op programma s, bureau-accessoires en dan op kladblok. Titelbalk schuifbalken menubalk 17

Beginnen met de computer De computer afsluiten In de taakbalk staan ook nog steeds de andere programma s die je hebt opgestart. Sluit alle programma s nu af door op het kruisje te klikken. Voordat je de computer uit kan zetten moet je Windows afsluiten. Het is niet zo erg als je dat een keertje vergeet, maar het systeem moet in principe de kans hebben om alles even te ordenen voordat je de stroom eraf haalt. Als je dit vergeet, duurt het opstarten de volgende keer wat langer. En met je lescomputer moet je natuurlijk zorgvuldig omspringen. Opdracht 2.16: Sluit de computer af. Doe dit als volgt: Klik op start, afsluiten en ja. Lees zorgvuldig de verschillende opties. Wacht tot het systeem zichzelf heeft uitgeschakeld en klik dan pas op de aan/uit knop op de systeemkast. Opmerking: Bij sommige computers moet je het beeldscherm apart uitzetten. Je kan dit zien aan het lichtje onderop de monitor. 18

Deel 1: Windows Hoofdstuk 3 Tekenen met Paint Als je nog niet eerder met de muis hebt gewerkt moet je een beetje oefenen voordat je het goed beheerst. Kijk nog eens op bladzijde 12 hoe je de muis moet vasthouden. We gaan nu proberen een tekening te maken: Opdracht 3.1: Klik op start, programma s, bureau-accessoires en dan op paint. Maximaliseer het venster als dat nog niet zo is. Tekenen gaat als volgt: je klikt met de muis ergens op het papier en houdt de linkermuisknop ingedrukt. Als je nu de muis verplaatst krijg je een lijn. Probeer maar. Na een poosje zul je merken dat je al veel gemakkelijker met de muis kunt omgaan. Opdracht 3.2: Klik op Beeld. Zorg dat de kleurenset en de werkset aangevinkt staan. Probeer de verschillende soorten lijnen van de werkset uit. Probeer ook eens een paar verschillende kleuren. Opdracht 3.3: Klik op bestand en dan op nieuw. Er verschijnt een venster: wijzigingen in naamloos1 opslaan? Klik op de knop nee. Er verschijnt weer een leeg vel. Maak een tekening van je eigen huis. Foutje? Er zijn verschillende manieren om een fout te verbeteren: In de werkset vind je een gum. In het menu bewerken kun je de laatste 3 veranderingen ongedaan maken. Dit kan ook door de knop Ctrl en de Z tegelijk in te drukken [Ctrl+Z]. Onder het kopje Afbeelding vind je Afbeelding Wissen. Probeer maar! 19

Beginnen met de computer Een document bewaren Als je tevreden bent over je tekening, wil je hem natuurlijk bewaren. Je kunt iets opslaan op een usb-stick of op de harde schijf. Als je thuis een computer hebt, kun je het beste je documenten opslaan op de harde schijf. Als je een lescomputer gebruikt, is het beter om je eigen documenten op een usb-stick te bewaren, om de volgende redenen: Niemand anders hoeft ze te zien Een tekening neemt ruimte in. Als iedere cursist een stukje ruimte op de harde schijf inneemt wordt deze snel vol en bovendien zit de computer na verloop van tijd vol met dingen die niemand meer bekijkt. De kans bestaat dat iemand anders je document verandert of weggooit. Een usb-stick heeft verschillende namen afhankelijk van de fabrikant. Het is handig om de naam van je usb-stick te wijzigen in je eigen naam. Op die manier kan je makkelijk de stick herkennen bij het opslaan en openen van bestanden. De lescomputers zijn beveilig tegen misbruik daarom heb jij als cursist beperkte gebruikersrechten. Daarom kan onderstaande actie niet uitgevoerd worden op een lescomputer tenzij je ingelogd ben met volledige gebruikersrechten (Administrator). Deze computer > rechter muisknop > naam wijzigen > je naam invoeren > op leeg plekje clicken met de linkermuisknop Je kan zelf een usb-stick in de winkel kopen deze kosten rond de 10 voor 4gb. (prijspijl 2010) Indien voorradig kan je ze ook bij de ACC s aanschaffen. Opdracht 3.4: Klik op Bestand en dan op Opslaan. De computer vraagt nu waar je je tekening wilt opslaan. Er verschijnt een menu waarin je drie dingen kunt wijzigen. Doe dit zorgvuldig, het is een van de belangrijkste handelingen bij het werken met de computer! (1): Je stick opzoeken. De driveletter kan verschillend zijn afhankelijk van welke computer je gebruikt. In onderstaand voorbeeld is dat station E en de naam is LaCie. Bij BESTANDSNAAM (2): Hier verschijnt standaard naamloos. Wijzig dit in huis. Bij BESTAND OPSLAAN ALS (3): Standaard wordt de tekst opgeslagen als BMP. De naam wordt dan huis.bmp. BMP betekent bitmap, dit is een van de manieren waarop de computer een plaatje opslaat. Als iets een bmp-file is, weet Windows dat het gemaakt is in Paint en ook gelezen kan worden in Paint. Als je alles juist hebt ingevuld klik je op OPSLAAN (4). 20

Deel 1: Windows naamloos 24-bits bitmap (*.bmp, *.dib) Opslaan en Opslaan als Als je iets voor de eerste keer opslaat maakt het niet uit of je klikt op opslaan of opslaan als in het menu bestand. Daarna wel. Stel, je maakt een tekening en slaat die op. Dan wil je er toch nog wat aan veranderen. Je doet dat en slaat de tekening weer op. Als je nu op opslaan klikt, wordt de nieuwe versie van de tekening automatisch bewaard en de oude versie weggegooid. Als je op opslaan als klikt, vraagt de computer om een nieuwe naam, bijvoorbeeld huis2 en dan worden beide versies bewaard. Opdracht 3.5: Probeer dit uit. Breng een kleine wijziging aan in je tekening en sla deze opnieuw op met opslaan als. Geef de tekening ook de naam huis2. Een nieuwe tekening Klik op bestand en dan op nieuw. Als je je tekening nog niet had opgeslagen of nog iets veranderd hebt, vraagt de 21

Beginnen met de computer computer: Wijzigingen opslaan? Je kunt kiezen of je dit wel of niet wilt. Daarna verschijnt er weer een wit scherm. Regelmatig je werk opslaan is erg belangrijk. Als de computer uitvalt, door een stroomstoring of als er een probleem ontstaat met het geheugen, kun je je laatste versie meestal wel weer openen. Met een tekening is dit niet zo belangrijk, maar stel dat je net een boek van 200 pagina s aan het schrijven bent... Je moet deze handeling dus snel uit je hoofd leren! Opdracht 3.6: Probeer de computer op deze bladzijde na te tekenen. Sla de tekening dan op met de naam computer. Kijk eventueel naar de uitleg bovenaan de bladzijde. Opdracht 3.7: Sluit nu het programma PAINT af met het kruisje in de rechterbovenhoek. Weer een stap verder: een tekening openen Alle afbeeldingsbestanden 22

Deel 1: Windows Een document of een tekening openen kan op verschillende manieren. De meest gebruikelijke manier is als volgt: Open het programma Paint (zie pagina 15). Klik op Bestand en dan Openen.... Windows gaat standaard eerst altijd de map mijn documenten op de harde schijf openen. Maar je tekeningen staan op je usb-stick, de E:-schijf. Klik dus op het driehoekige pijltje naast mijn documenten. In ons voorbeeld klikken we op LaCie (E:). Als het goed is staat huis.bmp nu tussen de gevonden bestanden. Je kunt het openen door huis.bmp te selecteren (er één keer op klikken) en vervolgens op de knop Openen rechtsonder te klikken. Opdracht 3.8: Open de tekening van je huis. Usb-stick verwijderen: Voordat je de usb-stick kan verwijderen moet je ervoor zorgen dat de stick veilig verwijderd kan worden. Dat doe je door rechts onderin op het groene pijltje te klikken > klikken op tekst (Usb apparaat voor massaopslag veilig verwijderen >wachten op de melding : hardware kan veilig worden verwijderd Afdrukken Het is natuurlijk leuk om te zien hoe je tekening er op papier uitziet. Voordat je gaat afdrukken moet je controleren of de printer aanstaat en of er papier in zit. Als je kleuren in je tekening hebt gebruikt moet je je er op voorbereiden dat er waarschijnlijk geen kleureninkt in de printer zit, dus dat de tekening niet zo sprankelend zal zijn als op je beeldscherm. Opdracht 3.9: Klik op bestand en dan op afdrukvoorbeeld. Met in- en uitzoomen kun je het beeld groter en kleiner maken. Kijk of de tekening goed op de pagina past. Als dat zo is, kun je op afdrukken klikken en komt hij uit de printer rollen. Extra opdracht: Kijk eens wat er verder in de menubalk staat. vooral onder Afbeelding kun je een paar grappige dingen doen met je tekening! Opdracht 3.10: Sluit het programma Paint weer af zonder de wijzigingen op te slaan. 23

Beginnen met de computer Extra: Een goede werkhouding voorkomt veel problemen De laatste tijd hoor en lees je regelmatig over RSI. RSI staat voor Repetitive Strain Injury en is een ernstige spieraandoening die je kunt oplopen door regelmatig in de verkeerde houding en onder stress met een computer te werken. Vooral het regelmatig herhalen van kleine bewegingen is funest. Bijvoorbeeld spelletjes met de muis. Om te voorkomen dat je last krijgt van je schouders, nek, handen, polsen of rug, kun je met een paar dingen rekening houden: Zorg dat je rechtop zit en niet te lang achter elkaar achter het beeldscherm werkt. Neem na maximaal een uur steeds een pauze. 24

Deel 1: Windows Hoofdstuk 4 Schrijven met Wordpad Nu je een beetje met de muis hebt geoefend kunnen we eens gaan kijken naar het toetsenbord. Op je computer zijn verschillende programma s geïnstalleerd waar je mee kunt schrijven. Om te beginnen gaan we oefenen met Wordpad. Opdracht 4.1: Open het programma Wordpad. Het staat bij de bureauaccessoires. Vergelijk de menubalk met die van Paint. Zie je verschillen? Linksboven op je scherm zie je een knipperend streepje. Dat heet de CURSOR. De cursor staat altijd te knipperen op de plek waar je het laatste getypt of met de muis geklikt hebt. Maar als je print zie je hem niet op de afdruk. Opdracht 4.2: Typ de volgende tekst: Deze zin is veel te lang om in zijn geheel op een regel te worden geplaatst en wordt daarom door WORDPAD automatisch aan het einde van de regel afgebroken. Je hoeft dus niet op ENTER te drukken. De ENTER-toets gebruik je alleen als je een volgende alinea wilt beginnen. Als je een typefout maakt kun je die ongedaan maken door op de backspace-toets of de Delete-toets te drukken. Je tekst bewaren Opslaan in Wordpad verschilt niet van opslaan in Paint. Het besturingssysteem zorgt ervoor dat standaard handelingen in elk programma gelijk zijn. Opdracht 4.3: Sla de zojuist getypte tekst op op je usb-stick. Geef de tekst de naam TEKST1. Kijk op de bovenste regel van je beeld, de titelbalk. Zie je een verandering met voor je de tekst opgeslagen had? 25

Beginnen met de computer Er is nog een andere manier om je tekst te bewaren met wordpad. klik op Beeld in de menubalk. Controleer of de Werkbalk Standaard aangevinkt staat. Zoniet, zet hem dan aan door er op te klikken. Onder de menubalk zie je nu een rij met plaatjes. Het plaatje voor opslaan is de derde van links. Opdracht 4.4: Beweeg met je muis langzaam over de plaatjes en lees wat ze betekenen. Ergens staat ook de printer. Print de tekst uit. Opdracht 4.5: Een andere manier om af te drukken is via het menu bestand. Probeer dit. Wat is het verschil? Wordpad is een eenvoudige tekstverwerker. In de vervolgcursus kun je meer leren over Word. Met Word heb je meer mogelijkheden dan met Wordpad. Het is ook ingewikkelder. Een nieuwe tekst In deze oefening ga je je eerste brief op de computer schrijven. Het mag serieus zijn maar het mag ook een verzonnen brief zijn, bijvoorbeeld aan je buurman/vrouw. Volg de aanwijzingen op. Wordpad maakt zelf de kantlijnen. Daar hoef je dus niet op te letten. Kijk maar naar de print die je hebt gemaakt van tekst1. Opdracht 4.6: Begin je brief met het typen van je eigen naam en adres. Daaronder typ je de naam en het adres van de geadresseerde. Daaronder typ je plaats en datum. Dan schrijf je je brief. Schrijf bijvoorbeeld over je computercursus en of het goed gaat. Als je klaar bent schrijf je je naam er onder en je laat een stukje wit voor je handtekening, later. Als je klaar bent kijk dan even naar het afdrukvoorbeeld. Dit kan niet met het pictogram print, je moet hiervoor naar bestand en dan printvoorbeeld. Vind je dat je brief er mooi uit ziet? Of moet er nog iets aan de lay-out gebeuren? Layouten Lay-out (letterlijk uit-leggen) ofwel opmaak wordt steeds belangrijker en ook steeds gemakkelijker met de computer. We gaan nu eerst kijken naar de verschillende letters die je kunt gebruiken. Let op: Als je een stuk van je tekst wilt veranderen moet je dat eerst selecteren. Als je de opmaak van je hele tekst wilt veranderen moet je de hele tekst selecteren. Om (een deel van) de tekst te selecteren zet je de muisaanwijzer op het punt waar je wilt beginnen met selec- 26