geschreven door W.W. de Wolf



Vergelijkbare documenten
Handboek Stichting Audicienregister

Kwaliteitsregister Doktersassistent

Reglement accreditatie Absg

ACCREDITATIEREGLEMENT SKJ, versie 1.2 d.d. 29 februari 2016

Procedure 3 Toegang voor reeds geregistreerde osteopaten 4 Toegang voor nieuwe nog te registreren osteopaten 5 Uitleg van de menuknoppen 6

Kwaliteitsregister Doktersassistent

Permanente Educatie Stichting LOOP tijdvak 2013 t/m 2015

Specifiek beoordelingskader accreditatie van de NVK Herziene versie [Vastgesteld in de algemene leden vergadering van de NVK dd 4 november 2010]

Reglement Erkenning Leerbedrijven Curaçao

Kwaliteitsregister Doktersassistent

Kwaliteitsregister Paramedici: Dispensatie- en herintrederregeling

Kwaliteitsregister NVHVV. April 2011

Handleiding voor opleidingsorganisaties. Een erkenning voor de kraamzorgopleiding, hoe werkt dat?

Reglement voor Opleiding en Accreditatie

Schematisch inhoudsoverzicht van de normen gehanteerd door de Raad voor Accreditatie. RvA (ISO/IEC 17011) accreditatie van conformiteitbeoordelende

Accreditatie procedure

Kwaliteitsregister Paramedici: Dispensatie- en herintrederregeling

REGLEMENT PERMANENTE EDUCATIE REGISTER OPERATIONAL AUDITORS

Een leven lang leren draagt bij aan het op peil houden van de bekwaamheid draagt bij aan kwaliteitsbevordering.

Algemeen Privacybeleid Second Opinion Hoortoestellen b.v.

CONCEPT KETENREGISSEUR VERSIE 1.0 d.d

KAA: Dispensatie- en herintrederregeling

Handleiding Branche erkende opleidingen. Voor opleidingsorganisaties over de erkenning branche erkende opleiding(en)

Reglement Permanente Educatie (PE) Leden Actuaris AG en Leden Actuarieel Analist AG. Geldend vanaf 1 januari 2013

Registratienormen Ingangsdatum en versie: 1 oktober 2016

PCSN IV Procedures van Certificering Inhoud

Kwaliteitsregister Doktersassistent Dispensatie- en herintrederregeling

Reglement Permanente Educatie (PE) Leden Actuaris AG en Leden Actuarieel Analist AG. Geldend vanaf 1 januari 2016

Het Titelregistratiesysteem van de

Algemene voorwaarden

Reglement accreditatie scholingsactiviteiten NVvPO

REGLEMENT Tijdelijke stimuleringsregeling EVC Gehandicaptenzorg

REGLEMENT VOOR HERCERTIFICERING

Gelet op artikel 12e, tweede lid, van de Wet op de architectentitel;

De 7 zekerheden van het Nationaal Keurmerk Hulpmiddelen

De regeling NGK Erkende Smederij treedt in werking op

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d

Reglement RegistratieCommissie GAGS

Nota Accreditatie. Datum Januari Peter de Haas, Rene Bults, Joan van Houtum, leden van de Opleidingscommissie SVN.

Begripsomschrijving REGLEMENT VOOR PERMANENTE EDUCATIE. Artikel 1. In dit Reglement wordt verstaan onder:

Reglement van registratie preventieassistenten

Document Visitatiesystematiek en afspraken ten aanzien van het NKDkeurmerk

Door het e-academy Bureau, onderdeel van Thuiswinkel e-academy, vastgesteld en in werking getreden op 23 september 2015.

Regeling Scholing Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening per 1 juli 2015

Gelijkwaardigheid van niet-geaccrediteerde laboratoria (conform NEN-EN ISO/IEC 17025)

BIJSCHOLINGSBELEID KADER

1. Voor welke deelregelingen wilt u zich certificeren?

Certificatieproces Kwaliteitsnorm Speciaal Onderwijs

Informatie over StAr

Kwaliteitscriteria. Een toelichting voor de oefentherapeut

Reglement voor de Permanente Educatie van in het NFFI ingeschreven deskundigen 23 oktober 2015

Regeling Toekomstgerichte Scholing FLOW

Proceseisen ('hoorzorgeisen')

1 Inleiding Examencommissie Toelating Toelatingseisen Vrijstellingen De inrichting van toetsen...

REGLEMENT Erkenning leerbedrijven van Kenniscentrum PMLF januari Uitgave: PMLF Loire AK Den Haag E I

Centraal Kwaliteitsregister NGS

Reglement Permanente Educatie (PE) voor de Actuaris AG. Ingaande per 1 januari 2010

PROF OF NIET, WE DELEN DEZELFDE PASSIE! Bijscholingsbeleid Kader. Onderscheiden op basis van kwaliteit

Kies voor. CERCAT gecertificeerde. catering

Evaluatie en verbetering kwaliteitsysteem

Gebruikershandleiding PE online zoals gebruikt bij IIA.

Informatiepakket C HERREGISTRATIE

Uitvoeringsregeling Vrijstellingen Brandweeronderwijs

SANA KEURMERKREGELING

Register Vaktherapie. Accreditatiereglement profilering

Reglement voor de Permanente Educatie van in het LRGD ingeschreven deskundigen 7 december 2015

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d

INLEIDING 2 PROCEDURE AANVRAGEN VAN ACCREDITATIE IN PE ONLINE 3 ACCOUNT AANMAKEN 3 AUTORISATIE AANVRAGEN 4 AANVRAAG ACCREDITATIE INDIENEN 5

Bijlage 6 Huishoudelijk Reglement Accreditatiecommissie

Uitgangspunten voor accreditatie PE NaVU

Plan van Aanpak 2018/2019 Commissie Deskundigheidsbevordering (Cie DB)

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d

Reglement Centrale College van Deskundigen voor het Keurmerk Touringcarbedrijf

VIII. Besluiten, contracten en formulieren

KvINL. Centraal College van Deskundigen. Huishoudelijk Reglement CCvD

Inhoud. PCSN II - Implementatie Certificering Bosbeheer

Begrippenlijst. Kwaliteitsregister Verpleegkundigen & Verzorgenden. Register Zorgprofessionals. Uitvoeringsregelingen

BESLUIT ERKENNINGSVOORWAARDEN CONTROLE-INSTANTIES VERORDENINGEN HYGIËNEMAATREGELEN (PPE) 2011

Beoordelingsprogramma REOB Onderhoudsbedrijf CCV-certificatieschema Onderhoud Blusmiddelen versie 4.0

Nascholingsreglement. Commissie Accreditatie & Herregistratie

Inleiding 2. Rubriek A: Vakkennis 3. Rubriek B: Bijdrage Vakontwikkeling 4. Rubriek C: Publicaties 5. Rubriek D: Case Study 6

Kaderregeling accreditatie herregistratie

REGLEMENT Centraal Kwaliteitsregister Dierenartsen (CKRD)

Verantwoordingsdocument

Algemene informatie ISO 9001

Regeling Scholing Kinderopvang per 1 juli 2015

Regeling Scholing Jeugdzorg

BDT Certificatie reglement

Accreditatiereglement Stichting Raad van Eerste Hulp Diploma 2015

REGLEMENT CENTRAAL KWALITEITSREGISTER FYSIOTHERAPIE

Regeling Kwalificerende opleidingen

Criteria voor registratie in het kwaliteitsregister voor radiodiagnostisch- en radiotherapeutisch laboranten

het Reglement NVLF-Registers

Regeling Kwaliteit Register Tandprothetici

- Natuurgeneeskundig therapeut hanteert de uniforme werkwijze, zoals beschreven in eisenpakket van KZAG

AANVRAAG TOT ERKENNING

BASIS-PUNTENSYSTEEM IN HET KADER VAN DE HERTOETSING VAN CMC-LEDEN (VERSIE 7.0)

II Informatie over het 'handboek'

Transcriptie:

Lesstof StAr geschreven door W.W. de Wolf StAr staat voor Stichting Audicienregister. Waar houdt StAr zich mee bezig? Zoals de naam al doet vermoeden is het een bureau wat zich bezighoudt met het registreren van audiciens en het verstrekken van keurmerken en certificaten voor audicienbedrijven. StAr heeft als doel: Een verdere professionalisering van de audicienbranche en de bewaking van de kwaliteit. Het gaat daarbij om opleiding, bij- en nascholing, kwaliteitsnormering en beoordeling. Een commissie van de NVAB heeft in 2000 protocollen ontwikkeld voor hoortoestelaanpassingen en kwaliteitsnormen. Daarnaast is er een systeem ontwikkeld wat controle hierop mogelijk maakt. Het geheel is hiermee een erkenningsregeling geworden dat ISO 9001-2000 omvat. Dit erkenningsysteem wordt door StAr uitgevoerd en onderhouden tot een blijvend en actueel erkenningsysteem. StAr bestaat uit een aantal verschillende onderdelen, er is een dagelijks bestuur én er zijn drie commissies. Het bestuur Het bestuur is zeer divers samengesteld zodat alle betrokkenen uit het veld bij het dagelijks bestuur vertegenwoordigd zijn. Het bestuur bestaat uit drie personen die de audiciens vertegenwoordigen. Daarnaast zijn er aanwezig een audioloog, een KNO arts, een lid van de GAIN-groep (fabrikanten en importeurs) en een bestuurslid van de NVVS. Commissies Naast het bestuur zijn er een aantal commissies actief. Er is een normencommissie, een scholingscommissie en een beoordelingscommissie. De samenstelling van deze commissies is net zo divers als het dagelijks bestuur. Op deze wijze worden ieders belangen zo goed mogelijk vertegenwoordigd. De normencommissie De normencommissie is verantwoordelijk voor het bijhouden en actualiseren van de kwaliteitsnormen. In deze commissie hebben naast audicienbedrijven ook vertegenwoordigers van de vereniging van slechthorenden, voorschrijvers en leveranciers zitting. De scholingscommissie Voor opleidingen en bij- en nascholing is de scholingscommissie verantwoordelijk. Deze commissie onderhoudt het contact met de MBO- en HBO-opleiding (SBBO en Fontys) en stelt jaarlijks de bij- en nascholingsdoelen vast. Ook de 'accreditatie' van- en door derden (bijvoorbeeld leveranciers) verzorgde cursussen, wordt door de scholingscommissie gedaan. Later in de tekst komen we op nascholing terug. 1

De commissie kent, evenals de normencommissie, een brede samenstelling waarin alle belanghebbende groeperingen deelnemen. Een vertegenwoordiger van de vakopleiding wordt uitgenodigd als 'waarnemer'. Vroeger werden de seminars verzorgd door stichting vakopleiding F.I.D.A.. Hierin waren vertergenwoordigd de Fabrikanten, Importeurs en Detaillisten van Audiologische apparatuur. Echter om alles controleerbaar te houden en omdat kwaliteitsbeoordelingen moeten doorwerken in de bij- en nascholing wordt nu alles centraal door de stichting StAr bijgehouden en in de scholingscommissie behandeld. Structuur van de opleidingen (niet door StAr verzorgd) De SBBO krijgt haar input vanuit de SVGB. Deze organisatie verzorgt het kwalificatiedossier. (wat het uitstroomniveau van een audicien beschrijft, dit is het niveau wat een audicien moet hebben als hij/zij de SBBO-opleiding verlaat) De SVGB krijgt vanuit de branche input om dit kwalificatiedossier te onderhouden. Op de website van de SVGB is dit kwalificatiedossier terug te vinden. De HBO-opleiding is gerealiseerd door de Stichting Beroepsopleidingen Audiologie. In deze stichting werkt de audicienbranche samen met fabrikanten en importeurs en met voorschrijvers van hoortoestellen. De beoordelingscommissie De beoordelingscommissie is het instituut dat beslist over registratie van audiciens, keurmerkverlening aan filialen en certificering van (keten)bedrijven. De beoordelingen en controles worden uitbesteed aan een bij de Raad voor Accreditatie goedgekeurde certificatie-instelling. StAr is zèlf overigens ook ingericht conform de Europese Norm EN 4512,de norm waaraan door de Raad voor Accreditatie goedgekeurde certificatieinstellingen moeten voldoen. De rapportages van de auditteams worden aan deze commissie ter beoordeling aangeboden. Vervolgens is het de commissie die het betreffende bedrijf informeert over de resultaten. Auditteams Dan zijn er de auditteams, die hun bevindingen zoals gezegd rapporteren aan de beoordelingscommissie. De auditteams zijn over het algemeen samengesteld uit twee personen, een auditor van een extern certificeringinstituut en een onafhankelijke materiedeskundige. Dus iemand die ruime ervaring heeft in de hoortoestellenbranche en zich onafhankelijk kan opstellen. Organigram STAR StAr laat zich in een organigram als volgt zien: 2

Organigram StAr. Register Audiciens zijn opgenomen in het bestand van de StAr register-audiciens. Voorwaarde om hier in te staan is dat het SBBO-diploma (of een gelijkwaardige opleiding) is behaald, dat voldaan wordt aan de benodigde na- en bijscholing en dat de beroepsuitoefening wordt uitgevoerd conform de door StAr opgestelde voorwaarden. (zie handboek StAr op de website) Keurmerkaudiciens Als een audicienbedrijf werkt volgens de normen die StAr heeft opgesteld, dan krijgt het bedrijf een keurmerk. Dit keurmerk heet De Audicien. Logo van het keurmerk de Audicien Certificaat Mocht een bedrijf meerdere filialen hebben dan is een keurmerk ook mogelijk voor alle filialen ineens. Voorwaarde is dat er een kwaliteitszorgdossier voor de onderneming is geschreven en wordt uitgevoerd, wat goedgekeurd wordt door StAr. Verder worden er audits uitgevoerd op centraal niveau om te bepalen hoe de organisatie de procedures uit het kwaliteitsdossier vorm geeft. Daarnaast worden er op steekproefbasis audits in filialen gehouden, om de naleving van het eigen kwaliteitszorgdossier te toetsen. Maar hierover later meer. Het StAr handboek 3

Dit document is te downloaden vanaf de website www.audicienregister.nl. Kies vervolgens Star-net en kies daarna download hier het Star-handboek. Let op, het zijn wel ruim 100 bladzijden! Dit onderdeel Star-net waar het handboek te downloaden is, wordt later een besloten deel waarop alleen de geregistreerde audicien informatie kan ophalen. Het handboek beschrijft de eerder genoemde kwaliteitsnormering. Hierin is de vakuitoefening van de audicien beschreven van eerste ontmoeting met de cliënt tot en met nazorgverlening op het hoortoestel en alles wat hier aan verrichtingen tussenin zit. Lesstof StAr-handboek Op het StAr-handboek willen we dieper ingaan. Het StAr-handboek beschrijft, de kwaliteitseisen voor de audiciens. 1) Het gaat om de competenties van de audicien en de noodzakelijke randvoorwaarden waaronder hij of zij werkzaam is. 2) En de verplichtingen die men aangaat om te handelen conform de kwaliteitseisen die gesteld worden aan de vakuitoefening. Competenties en randvoorwaarden De audicien beschikt over het audiciens-diploma afgegeven door de SVGB of door de SBBO. Audiciens met een FIDA-diploma hebben een SVGB-conversiecursus moeten volgen en daarna een deregulatiecursus. Ook audiciens met een wat ouder SVGB-diploma moeten de deregulatiecursus succesvol hebben doorlopen. In het buitenland behaalde diploma s kunnen in Nederland bij het SBBO voor een EVC-procedure in aanmerking komen. Indien dit succesvol wordt afgerond kan het diploma worden omgezet naar een SBBO-diploma. Voorwaarde is dat de audicien in de afgelopen twee jaar bij minimaal 50 hoortoestelgebruikers een hoortoestelaanpassing heeft verricht. Aangezien dit niet erg hoog ligt, is dit over het algemeen geen enkel probleem. Handelen conform kwaliteitseisen De audicien moet verklaren te zullen handelen conform de kwaliteitseisen (hier komen we later op terug). Er moet voor iedere behandelde klant een klantendossier worden bijgehouden. En er moet meegewerkt worden aan de kwaliteitsbeoordelingen uit te voeren door of namens StAr. Verder moet er meegewerkt worden aan een klachtenprocedure opgesteld door StAr. De werkgever mag alleen audiciens de vakuitoefening laten uitvoeren door geregistreerde audiciens. De werkgever moet de audicien een adequate ruimte ter beschikking stellen voor een betrouwbare vakuitoefening. Ook moet de werkgever onafhankelijkheid van de audicien erkennen, zodat deze in staat is op een verantwoorde manier de noodzakelijke keuzes te maken. Als laatste moet de werkgever medewerking verlenen aan, door StAr uit te voeren, beoordelingen. Het StAr-handboek gaat nog niet uit van het uitvoeren van een Triage. Zodra het AZOZ-onderzoeksrapport is afgerond en er hieromtrent de nodige maatregelen genomen zijn, zal het handboek worden aangepast, zodat dit onderdeel ook mee beoordeeld kan worden. 4

Audits Er zijn twee soorten audits. Er is een audit voor zelfstandige audicienbedrijven en er zijn audits voor ketenbedrijven. Zelfstandige audicienbedrijven: Deze worden ge-audit volgens de kwaliteitsrichtlijnen in het StAr-handboek. Soms hebben bedrijven bepaalde onderdelen uit het werkproces beschreven als hun werkwijze. Hoe bijvoorbeeld een intake moet verlopen of hoe compleet een gehoortest moet zijn of andere procedures. Dit is erg nuttig, ook als er van het zelfde bedrijf een paar filialen zijn die hier mee moeten werken. De auditors zullen deze proceduregang dan in de praktijk checken. Ketenbedrijven: Bij ketenbedrijven ligt de gang van zaken iets anders. Als eerste wordt het moederbedrijf (hoofdkantoor) onder de loep genomen. Deze is veelal ISO gecertificeerd. Vervolgens heeft een ketenbedrijf vaak een eigen kwaliteitsdossier of procedureboek. Deze wordt op hoofdkantoor niveau eerst helemaal doorgenomen, om goed duidelijk te krijgen wat de werkwijze in de filialen moet zijn. Het hoofdkantoor krijgt dus eerst te maken met een audit om te registreren hoe er gewerkt wordt. Dit doen de auditors met de beroepsuitoefeningseisen uit het StAr-handboek in het achterhoofd. Daarna vindt er steekproefsgewijs controle plaats bij filialen van dit ketenbedrijf. Daar moet het auditteam de situatie aantreffen zoals op het hoofdkantoor wordt geschetst. In onderstaand processchema kunt u zien welke onderdelen van de vakuitoefening er in het StAr-handboek wordt beschreven. Dit zijn tevens de onderdelen die tijdens een audit door StAr worden doorlopen. 5

Processchema uit StAr-handboek 6

Procedure rond audits Bij audits gaat het om de controle van de kwaliteitseisen van de professionele beroepsuitoefening. Dit wordt de beroepsstandaard genoemd. De beroepsstandaard wordt uitgewerkt in (deel) processen. Dit noemen we protocollen. Instructies voor handelingen noemen we werkinstructies. Bij audits wordt uiteindelijk naar de uitoefening van de werkinstructies gekeken. Het gaat er om, of er gewerkt wordt conform de kwaliteitseisen die door StAr zijn opgesteld. Het auditteam neemt de stand van zaken op en bespreekt de bevindingen met het bedrijf. Het auditteam rapporteert aan de beoordelingscommissie. De beoordelingscommissie neemt uiteindelijk een besluit en laat dit formeel aan het bedrijf weten. Bij de audits wordt naar algemene punten rondom de bedrijfsvoering gekeken én wordt het traject wat de cliënt doorloopt, onder de loep genomen. Het audit onderdeel waarin algemeen zaken aan de orde komen: Wie werken er bij het bedrijf, zijn de diploma s en/of certificaten van de mensen aanwezig. Zijn er medewerkers die onder verantwoordelijkheid van de audicien verrichtingen doen, zo ja hoe wordt de inbreng van de verantwoordelijke audicien dan in het cliëntendossier vastgelegd. In algemene zin wordt er gekeken naar het maken van back-ups. Wordt alles wel goed meegenomen en is het betrouwbaar. Hoe zit het met de privacygegevens van cliënten. Is het voor de cliënt mogelijk om zelf zijn/haar eigen dossier in te zien. Zijn de aanpaskamers geschikt om in te werken met cliënten. Verder wordt er vaak een rondgang door de zaak gemaakt om alle ruimtes te laten zien en de routing van het bedrijf weer te geven. Ook wordt naar apparatuur gekeken, welke apparatuur wordt gebruikt en wanneer is de apparatuur voor het laatst geijkt. Hoe zit het met de bevoegdheden van de audicien als deze niet de eigenaar van de zaak is? Staat op papier wat de audicien zelf mag beslissen en wat niet. Vooral bij zelfstandige bedrijven speelt dit een rol. Bovenstaande voorbeelden zijn voorbeelden van algemene zaken die worden doorgenomen tijdens een audit. Het audit onderdeel waarin cliëntbehandeling en dossiervorming centraal staat: Tijdens de audits worden er een aantal cliëntdossiers gelicht die met u van begin tot eind worden doorgenomen. Hierin wordt uw handelswijze gecontroleerd en de compleetheid van gegevens bekeken. Zorgdossier Als eerste komt aan de orde of er een zorgdossier of cliëntendossier aanwezig is en of deze volledig is ingevuld. Audiogrammen Wanneer gewerkt wordt met een voorschrift, is dit dan ook compleet? Hoe wordt het door de voorschrijver aangeleverd en wat wordt er gedaan als het niet compleet is. De audicien dient het audiogram te beoordelen. Een compleet voorschrift voor een hoortoestel bevat toonaudiometrie met lucht- en beengeleiding, een spraakaudiogram en een UCL. Wanneer niet gewerkt wordt met een voorschrift, wat is dan de basis waarop de audicien aan het werk gaat. Ook hier moet dezelfde basis liggen. Hier zal het auditteam aandacht aan geven. Zorgvraag Vervolgens komt de zorgvraag aan de orde, waarin de anamnese zit opgenomen. De cliënt wordt dus bevraagd over het verleden, over actuele ziektebeelden, over klachten, over oorsuizen, over allergieën enz. enz. Hoe oud is het voorschrift, hebben zich tussentijdse wijzigingen voorgedaan? 7

Er vindt een controle plaats over hoe deze gegevens in het cliëntendossier worden vastgelegd. In de zorgvraag komen ook de specifieke gehoorklachten aan de orde en inventariseert de audicien de wensen betreffende cosmetiek, bediening, eigenbijdrage en dergelijke Mogelijk- en onmogelijkheden worden met de cliënt doorgenomen en de gehoor-verbeterdoelen worden vastgesteld. Voor het auditteam is het van belang hoe de audicien tot keuzes komt en hoe dit wordt vastgelegd. Behandelplan/revalidatieplan Een volgende stap in het proces is het opstellen van het behandelplan. Ook wel revalidatieplan genoemd. In het behandelplan wordt een voorlopige keuze gemaakt over merk en type toestellen. Hoe komt de audicien tot deze keuze en in hoeverre is er een relatieve merkkeuzevrijheid voor de audicien. Dat is iets waar het auditteam weer graag kennis van neemt. In het behandelplan worden acties bepaald, testmomenten gekozen en een planning gemaakt voor vervolgbezoeken. Er kan gewerkt worden met een checklist om niets te vergeten, of anders gezegd dat alles in ieder geval met cliënt is doorgesproken. Ook de verwachtingen die de audicien van de cliënt heeft kunnen bij de bespreking van het behandelplan aan de orde komen. Immers de cliënt vervult zelf een actieve rol in het geheel. De cliënt kan en moet zijn/haar instemming aan het plan geven. Oorafdruk Daarna kan er, indien nodig, een oorafdruk worden gemaakt. Wie maakt deze afdruk en mag deze persoon dit ook doen. Wederom is dit een punt waar het auditteam op let. Is de intake/anamnese goed gedaan om problemen met gehoorgang, vorm, operatieoren, of ziekten, bij de het maken van de afdrukken te onderkennen? Hoe zit het met de vastlegging van de bestelling van oorstukjes en waar wordt deze bon gedurende hele traject, en daarna bewaard? Adminstratief/logistiek Hierna volgt de gang van zaken rondom het bestellen van goederen. De logistieke volgorde in het bedrijf. Waar staan de cliëntendossiers in de fases van wachten, bellen, afleveren enz. Zit hier een vaste en volgbare lijn in, is wederom iets voor het auditteam. Aanpassing hoortoestellen Vervolgens begint de aanpassing van een hoortoestel. Passen van het oorstukje (i.v.t.), het nabewerken van het oorstukje, waar gebeurt dit, hoe ziet de werkplaats van de audicien eruit. Is er bijvoorbeeld afzuiging aanwezig en is alle apparatuur zoals; uitwerkmachine, föhn, ultrasonorereiniger, ultraviolet licht aanwezig? Dan wordt het hoortoestel aangepast. Het auditteam wil graag zien wat er tijdens het bezoek van de cliënt globaal is besproken, wat bevindingen van de cliënt zijn en wat er afgesproken wordt. Dit wordt meestal gedaan in de vorm van een sessieverslag. Elk bezoek van de cliënt wordt hier in vastgelegd. Mocht er een andere audicien met de cliënt aan het werk moeten dan is direct duidelijk wat er eerder met de cliënt gedaan is. Om deze reden moet er bij het sessieverslag vermeld worden door wie de cliënt geholpen is. Overigens wordt aangeraden om het sessieverslag al vanaf het allereerste bezoek te gebruiken. Zo kan de cliënt prima worden gevolgd en is later naspeurbaar wanneer en wat er is gedaan. De audicien dient voor de auditors inzichtelijk te maken wat de manier van werken is. Controle bezoeken Daarna volgen er voor de cliënt een aantal controle/beoordelingsbezoeken. De resultaten worden besproken en de audicien heeft de mogelijkheid om de hoortoestellen opnieuw in te stellen. Ook heeft de audicien de mogelijkheid om vrijeveld metingen te maken, een richtinganalyse te maken en insertiongain (REM) metingen te verrichten. Dit zijn controlemiddelen om te kunnen beoordelen of het resultaat voldoende is. Wat er wordt gemeten en hoe en waar dit wordt vastgelegd is wil het auditteam weer graag van de audicien weten en zien. 8

Het resultaat wat de cliënt met de hoortoestellen heeft moet worden geverifieerd met de in het behandelplan opgestelde wensen van de cliënt. Verslaglegging/vastlegging Uiteindelijk vindt er een verslaglegging plaats naar de voorschrijver van het hoortoestel en wordt het eindrapport opgesteld. Ook als er geen eindcontrole door de voorschrijver van het hoortoestel plaats vindt, is het toch verstandig een einddocument te maken waarin het behaalde resultaat wordt geregistreerd. Tezamen met het voorschrift, de intake de zorgvraag, het behandelplan en het verslag van alle sessie s, vormt het dan een compleet cliëntendossier. Afhandeling Daarna volgt het afhandeltraject met de nota voor de zorgverzekeraar en de cliënt. Tevredenheidsverklaringen en tevredenheidsonderzoek. Hoe is dit geregeld? Nazorg Als laatste komt het nazorgtraject. Heeft de klant hiervoor een arrangement afgesloten of is het gratis. Kan de auditor de voorwaarden van de nazorg zien. Is de nazorg inzichtelijk? Heeft de cliënt deze ook meegekregen? Is de audicien in staat om te voldoen aan een verzoek van recall? Dit zijn nazorgpunten die door de auditors worden doorgenomen. Samenvattend: Is het voorschrift, of zijn de eigen metingen compleet genoeg om mee te starten? Hoe is het met de naspeurbaarheid en de vastlegging van gegevens? Wie doet welke handelingen en is hij/zij daartoe bevoegd? Is er een navolgbare wijze van werken? (of uit het StAr-handboek of eigen kwaliteitsdossier) Hoe is het geregeld met de back-up van computerdata? Hoe is het gesteld met de privacygegevens van de klant? Is de apparatuur waarmee gewerkt wordt geijkt? (Geldigheid) Hangt het diploma aan de muur of is het in het filiaal aanwezig (kopieën) Worden er voldoende hoortoestel-merken aangeboden? Als de audicien niet de eigenaar is, is er dan een lijst met bevoegdheden/taken? Hoe is nazorg en tevredenheidsonderzoek geregeld, wordt er iets over vastgelegd? Wat gebeurt er als een bedrijf niet voldoet aan de kwaliteitseis van de beroepsuitoefening? 1 Als er kleine afwijkingen zijn dan leidt dit tot verbetersuggesties, deze worden in de rapportage aan de beoordelingscommissie meegenomen en in een volgende controle door het auditteam opnieuw bekeken. Het audicienbedrijf blijft het keurmerk behouden en bij een volgende controle wordt er bekeken wat er met de suggesties is gedaan. 2 Mochten er structurele hiaten zijn in de beroepsuitoefening dan leidt dit tot een corrigerende maatregel. Het bedrijf moet dan aangeven hoe het probleem gaat worden aangepakt, en verzoekt StAr om opnieuw te komen voor een audit. 3 Kritieke afwijkingen leiden tot een directe intrekking van de erkenning. Het bedrijf zal dan eerst structureel anders moeten gaan werken om opnieuw voor een audit in aanmerking te komen. 4 Als blijkt bij controle en hercontrole dat er gewerkt wordt volgens de kwaliteitseis dan verkrijgt en behoudt het beoordeelde bedrijf het Keurmerk de audicien. Het belang van geregistreerd zijn bij StAr Hoe belangrijk is het om aan bovenstaande eisen te voldoen? 9

Ieder bedrijf moet daar uiteraard zijn eigen beslissingen in nemen. De aanmelding voor een audit is vrijwillig en is op eigen initiatief van de bedrijven. U kunt uw bedrijf dus aanmelden en laten controleren of u aan de StAreisen van beroepsuitoefening voldoet. Voor deze audits wordt door StAr een bedrag in rekening gebracht. De audicien die aan de gestelde eisen voldoet, onderscheidt zich van de bedrijven die het keurmerk De Audicien niet mogen dragen. Dit kan naar klanten toe een sterk argument zijn. Ook zal de audicien in toenemende mate te maken krijgen met het zelf meten van het gehoor, het diagnosticeren en het nemen van een beslissing (triage). Er is gebleken dat de audicien, wil hij/zij de triage goed kunnen uitvoeren, er extra trainingen moeten komen. Het kan zijn dat de audiciens die het keurmerk De Audicien hebben, in het mogen uitvoeren van de triage een voorsprong hebben. Immers de werkwijze van deze audiciens is gecontroleerd én deze audiciens zijn allemaal gediplomeerd. (Op dit moment wordt het uitvoeren van de triage nog niet meegenomen bij een audit, in een volgende auditronde zal dit naar alle waarschijnlijkheid wel het geval zijn.) Verder hebben we te maken met de zorgverzekeraar die hun eisen stellen aan de leveranciers van hoortoestellen. Op het moment van dit schrijven is de eerste zorgverzekeraar bekend, die bij contractering de eis stelt dat men StAr-geregistreerd en erkend moet zijn om hoortoestellen te mogen leveren. Scholing Door StAr wordt ook een programma van geaccrediteerde trainingen verzorgt. Naast het feit dat StAr zelf initiatieven kan nemen om audiciens een bepaalde training aan te bieden, kunnen ook fabrikanten, leveranciers of andere instanties de door hun ontwikkelde cursus ter beoordeling bij StAr aanbieden. De StAr beoordeeld deze cursus dan qua nascholingswaarde en kent eventueel accreditatiepunten toe. De cursus wordt dan tevens door StAr bekend gemaakt en aanbevolen op de site. Zo wordt door StAr een jaarlijks programma in beeld gebracht waarmee de audicien zijn kennis op peil kan houden. Jaarlijks heeft iedere audicien een bepaald aantal accreditatiepunten nodig. Één van de vaste nascholingsmogelijkheden die StAr zelf aanbiedt betreft de seminars. Deze seminars worden twee keer per jaar aangeboden. Het bijwonen ervan levert een vooraf bepaald aantal punten op. Op de website van StAr kunt u het scholingprogramma vinden onder www.audicienregister.nl en dan de link aanbevolen scholing. Accreditatie reglement Er is door StAr een accreditatiereglement in het leven geroepen. Een kopie daarvan treft u hieronder aan. Accreditatiereglement ------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ACCREDITATIESYSTEEM Definities: 1) Bijscholing is een facultatieve activiteit van de audicien om op zijn vakgebied kennen en kunnen op peil te houden. Hiervoor worden accreditatiepunten gegeven. 2) Nascholing is een verplichte activiteit van de audicien om lacunes in kennen en kunnen op te vullen en om zich noodzakelijke nieuwe ontwikkelingen op zijn vakgebied eigen te maken. Hiervoor worden geen accreditatiepunten gegeven. 1. Geaccrediteerde bijscholing 1.1 Een klokuur bijscholing (pauzes niet meegerekend) staat gelijk aan 10 accreditatie punten. Afhankelijk van de relevantie van de bijscholing wordt op elk uur de volgende weging toegepast: - Echte vakinhoudelijke bijscholing: 1.0 - Achtergrondinformatie: 0,5 - Zaken van zijdelings belang voor de vakuitoefening: 0,25. 10

Toegekende punten worden afgerond op 5-tallen. 1.2 Het bepaalde onder punt 1.1 geldt ook voor meerdaagse symposia,congressen, cursussen, studiedagen e.d. die door StAr worden geaccrediteerd. Hierbij geldt een maximum van 100 punten per bijscholingsactiviteit. 1.3 Bijscholing niet vallende onder 1.2, zoals buitenlandse symposia of congressen, kan per geval op aanvraag van de betrokken audicien worden geaccrediteerd, waarbij het aantal klokuren in de weging wordt meegenomen. 1.4 Het houden van voordrachten op geaccrediteerde bijeenkomsten wordtbeloond met 40 punten (maximaal één geaccrediteerde voordracht per jaar). 1.5 Het als eerste auteur schrijven van een artikel voor een vakinhoudelijktijdschrift wordt beloond met 60 punten (maximaal één artikel per jaar voor accreditatie). 1.6 Individuele bijscholing zal door StAr worden beoordeeld op accreditatiewaardigheid, wanneer het gaat om een programma dat specifiek betrekking heeft op het audicienberoep. Hierbij wordt het aantal bestede uren meegewogen. 2. Voor herregistratie benodigde gegevens 2.1 StAr houdt een overzicht bij van de bijscholing van elke bij StAr geregistreerde audicien. 2.2 Voor alle audiciens geldt dat minimaal 150 accreditatiepunten per jaar, of ten minste 450 punten gedurende de voorafgaande drie jaren worden verzameld. 2.3 Indien in een bepaald jaar zware nascholingseisen gelden, dan worden de bijscholingsprogramma s en de daarbij behorende accreditatiepunten daarop aangepast. 3. Gebruik van de bijscholingsgegevens 3.1 De organisator van bijscholingactiviteiten verstrekt rechtstreeks informatie aan StAr over de deelname en aanwezigheid van StAr geregistreerde audiciens. 3.2 Bij andere bijscholingsactiviteiten dienen de betrokken audiciens zelf zorg te dragen voor de informatieverstrekking aan StAr. 3.3 Informatie over de gevolgde bijscholing dient verstrekt te worden bij de aanvraag tot verlenging van de kwaliteitsverklaring. 4. Aanvraag voor accreditatie van bijscholing 4.1 Het conceptprogramma wordt tijdig (tenminste drie maanden tevoren) voorgelegd ter beoordeling. 4.2 StAr beoordeelt de aanvragen waarvan de aanbieder meent dat audiciens de enige of belangrijkste doelgroep zijn en rekent hiervoor kosten (zie punt 5). 4.3 Het programma wordt aangeboden aan alle geregistreerde audiciens. 4.4 Het leerdoel is omschreven in de zin van verwachte winst in deskundigheid. 4.5 De opzet is gebaseerd op moderne onderwijskundige inzichten, dat wil zeggen dat zo veel mogelijk ruimte wordt gegeven voor eigen inbreng en reflectie vanuit de ervaring op het eigen handelen. 4.6 Het programma bevat een evaluatie van de cursusinhoud en het verwachte rendement van de bijscholingsactiviteit. Bij accreditatieverzoeken van jaarlijks terugkerende bijscholingsactiviteiten dient de evaluatie van de voorgaande bijeenkomst meegezonden te worden, dan wel reeds in het bezit van StAr te zijn. 4.7 De cursusorganisatie voldoet aan de sponsorcodes zoals worden ontwikkeld binnen StAr-verband. 4.8 StAr behoudt zich het recht voor om accreditatie van activiteiten te verlenen,ook wanneer niet aan alle bovengenoemde criteria wordt voldaan of te weigeren wanneer de kwaliteit van het gebodene niet naar genoegen is aangetoond. Daar waarin dit reglement niet voorziet, beslist het StArbestuur. 4.10 Aanbieders van bijscholing kunnen bij het niet verlenen van accreditatie een bezwaar indienen bij het College van Beroep. 5. Kosten, procedure en publicatie 5.1 StAr rekent 200,- voor aanvragen van activiteiten van organisaties. Deze kosten dienen vooraf te worden voldaan d.m.v. storting op rekeningnummer 26.04.04.853 t.n.v. Stichting Audicienregister te Tilburg. 5.2 StAr beoordeelt de accreditatieaanvragen ná ontvangst van het verschuldigde bedrag. Alleen betalingen o.v.v. de naam van de scholingsactiviteit en de datum daarvan, worden in behandeling genomen. 5.3 Zodra de accreditatie is toegekend, wordt de activiteit op de opleidingsagenda van de StAr-website geplaatst. 5.4 Een geaccrediteerde activiteit wordt voorzien van het StAr-logo en het aantal punten. Alleen bij afwijzing krijgt de accreditatieaanvrager afzonderlijk bericht via e-mail. 11

Bovenstaand reglement staat thans op de website van de StAr. Er wordt gesproken over een eventuele aanpassing in het systeem om de vereiste 150 punten te kunnen halen. Dit blijkt namelijk nog niet zo eenvoudig. Wat betreft de accreditatiepunten heeft het bestuur besloten om het aantal verplicht te behalen punten aan het einde van ieder jaar, aan de hand van het aanbod en de verplichte nascholingseisen vast te stellen. Voor jaren waarin zware nascholingseisen gelden, zal de eis mogelijk naar beneden worden bijgesteld. Behaalde accreditatiepunten tijdens opleiding AA en SBBO Accreditatiepunten kunnen ook worden bijgeschreven wanneer het diploma nog niet is behaald. Zoals bijvoorbeeld het bijwonen van een StAr seminar, waar ook audiciens in opleiding aan deelnemen. De verkregen accreditatiepunten worden gewoon bijgeschreven. Audiometrie en Otoscopie Het is de bedoeling om in de toekomst cursussen audiometrie en otoscopie aan alle audiciens als verplichte nascholing aan te bieden. Deze opleiding zou verplicht zijn voor het behouden van de erkenning en staat op het moment van dit schrijven in de startblokken. De opleiding zal hoogstwaarschijnlijk gegeven worden door de SBBO in samenwerking met Emit en Veenhuis. Om alle audiciens in Nederland de gelegenheid te geven zich bij te scholen, wordt hiervoor een periode van 2 jaar uitgetrokken. 12