Profielschets Holendrecht-West



Vergelijkbare documenten
Woonruimteverdeling in Breda

Sociaal-economisch wijkprofiel: De Wierden en gebied 1354

de Makassarbuurt De Staat van

Empel. Wijk- en buurtmonitor 2016

Rosmalen noord. Wijk- en buurtmonitor 2016

Bijdrage van woningcorporaties aan leefbare buurten in Amsterdam

Wijk- en buurtmonitor 2018 Muntel/Vliert

7. Effect crisis op de woningmarkt- dynamiek. Auteur Remco Kaashoek

Wijk- en buurtmonitor 2018 Vinkel

Empel. Wijk- en buurtmonitor 2018

Rosmalen noord. Wijk- en buurtmonitor 2018

Fact sheet Wonen in Amsterdam 2017

Contracten voor bepaalde tijd

WijkWijzer Deel 1: de problemen

Leefbaarometer. In grote delen van Tilburg gaat het prima met de leefbaarheid. Vooral in Tilburg-Noord zijn er leefbaarheidsproblemen.

5. CONCLUSIES. 5.1 Overlast

Waardering van leefbaarheid en woonomgeving

Mengen, verkopen, de weg kwijtraken

Analyse van de markt voor (bestaande) huurwoningen in de Gemeente Steenwijkerland

Betty Boerman en Inge Huiskers, Regio Gooi en Vechtstreek. Sjoerd Zeelenberg en Elien Smeulders, RIGO Research en Advies

Bijlage bij brief Modernisering Huurbeleid

Wijk- en buurtmonitor 2018 De Groote Wielen

Fact sheet Wonen in Zaanstad 2017

FYSIEK-ECONOMISCHE DOELSTELLINGEN

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014

Buurt-voor-Buurt Onderzoek Wipstrik

De Staat van de Stad Amsterdam V. Ontwikkelingen in participatie en leefsituatie

Fact sheet Wonen in Amstelveen. Kerncijfers

Rosmalen zuid. Wijk- en buurtmonitor 2018

Stadsmonitor. -Samenvatting- Modules. Datum: februari Stadsmonitor -Samenvatting- 0

Wijk- en buurtmonitor 2016 De Groote Wielen

Kernboodschappen Woningcorporaties Nederland dicht bij huis

Fact sheet Wonen in Diemen 2017

Kengetallen woningtoewijzing in de gemeente Utrecht

Fact sheet Wonen in Ouder-Amstel 2017

Fact sheet Wonen in Almere. Kerncijfers

Fact sheet Wonen in Ouder-Amstel. Kerncijfers

Fysieke leefomgeving I.B EELDKWALITEIT VAN DE STAD

Verhuisplannen en woonvoorkeuren

Dordrecht in de Atlas 2013

rapport WistUdata, Zuid bij de Hand In dit wijkbeeld worden gegevens van de wijk Zuid gepresenteerd over diverse onderwerpen.

-Een buurt kan hoog scoren op de dimensie demografie maar laag op de dimensie huisvesting, er zijn buurten die hoog scoren op werkloosheid en

Engelen. Wijk- en buurtmonitor 2018

De heer H.P. Kip De heer A. Tijssen Portaal Nijmegen Postbus AJ Veenendaal

RESULTATEN WOONONDERZOEK PURMEREND UPDATE MAART 2015

Bijlage bij persbericht Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? Korte samenvatting van de resultaten uit het Leefbaarheidsonderzoek

Inwoners van Leiden Opleiding en inkomen

Rosmalen zuid. Wijk- en buurtmonitor 2016

Verkoop door woningcorporaties

Notitie > Verhuringen > via Woonnet Rijnmond

Fact sheet Wonen in Uithoorn 2017

Fact sheet Wonen in Wormerland 2017

Analyse deelgebied Maaspoort 2016

Senioren en mensen met beperkingen op de woningmarkt

Buurtprofiel: Heugemerveld hoofdstuk 11

Migratiestromen en inkomensontwikkelingen in de provincie Groningen

Onderzoeksflits. Atlas voor gemeenten 2015 Erfgoed positie van Utrecht uitgelicht. IB Onderzoek, 29 mei Utrecht.nl/onderzoek

Fact sheet Wonen in Velsen 2017

1. VOORRAAD. Samenstelling woningvoorraad in %

Zuidoost. Wijk- en buurtmonitor 2018

Koopwoning Corporatiewoning Particuliere huurwoning Deurne Metropoolregio Eindhoven Nederland

Maaspoort. Wijk- en buurtmonitor 2018

30,3 29,2. Koopwoningen Corporatiewoningen Particuliere huurwoningen Heeze-Leende Metropoolregio Eindhoven Nederland

WoON-themarapport. Woningbouwplanningen van kwantiteit naar kwaliteit

Fact sheet Wonen in Zaanstad (2015) Kerncijfers

Doelgroepen TREND A variant

Fact sheet Wonen in Beverwijk 2017

30,3 27,5. Koopwoning Corporatiewoning Particuliere huurwoning. Vught Noordoost Brabant Nederland

30,3 29,2 17,1 10,9. Koopwoning Corporatiewoning Particuliere huurwoning Son en Breugel Metropoolregio Eindhoven Nederland

** Meer rapporten en actuele overheidsinformatie over gemeente Eindhoven, vindt u op WSJG.nl: Cijfers Gemeente Eindhoven

4 doelstellingen. Woon- en Leefbaarheidsmonitor Belangrijkste uitkomsten. Beter leven met minder mensen. Over het Woon- en Leefbaarheidplan

31,4 30,3. Koopwoning Corporatiewoning Particuliere huurwoning. Nijmegen Arnhem/Nijmegen Nederland

Fact sheet Wonen in Lelystad 2017

Fact sheet Wonen in Amstelveen 2017

Woningmarktanalyse Gooise Meren

Fact sheet Wonen in Gooise Meren 2017

Stadswerven Zuid 2014 Een jaar na opening van het Energiehuis

Woningmarktrapport 4e kwartaal Gemeente Amsterdam

Hoofdstuk 24 Financiële situatie

Woningcorporaties: oplosser of veroorzaker van zorg- en veiligheidsproblemen? Sander Koomen (Aedes) Simone van Raak (Zayaz)

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren,

Informatie 17 december 2015

Sturen op gemengde wijken. André Ouwehand-OTB Jeroen van der Velden -Platform31

Bijstand in Amsterdam: weinig concentraties, relatief grote spreiding

Fact sheet Wonen in Heemskerk 2017

16,5. Koopwoning Corporatiewoning Particuliere huurwoning Nuenen, Gerwen en Nederwetten Metropoolregio Eindhoven Nederland

Fact sheet Wonen in Weesp 2017

De leefbaarometer.nl ontwikkeling van de leefsituatie in Amersfoort

Slachtoffers van woninginbraak

Fact sheet Wonen in Purmerend 2017

Sociaal-economische schets van Leiden Zuidwest 2011

Welzijnsbezoek. Voorbeelden van aanpassingen aan het huis die nodig zijn:

Persbericht. Aantal huishoudens met kans op armoede in 2008 toegenomen. Centraal Bureau voor de Statistiek

Muntel/Vliert. Wijk- en buurtmonitor 2016

Stadsmonitor. -thema Openbare Ruimte-

Zijn autochtonen en allochtonen tevreden met hun buurtbewoners?

30,3 29,2 15 9,7. Koopwoningen Corporatiewoningen Particuliere huurwoningen Heeze-Leende Metropoolregio Eindhoven Nederland

buurtprofiel Schrijverswijk

Onderzoeksflits. Planbureau voor de Leefomgeving De stad: magneet, roltrap en spons. IB Onderzoek, 22 mei Utrecht.

Gemeente Houten. Factsheets. Bijlage. 28 maart

Transcriptie:

RIGO Research en Advies BV De bewoonde omgeving www.rigo.nl CONCEPT Profielschets Holendrecht-West Ontwikkelingen en perspectieven in het licht van de bevolkingsdynamiek

De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij RIGO Research en Advies. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldiging en/of openbaarmaking in welke vorm ook, alsmede opslag in een retrieval system, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van RIGO Research en Advies. RIGO Research en Advies aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden.

RIGO Research en Advies BV De bewoonde omgeving www.rigo.nl CONCEPT Profielschets Holendrecht-West Ontwikkelingen en perspectieven in het licht van de bevolkingsdynamiek Opdrachtgever Stadsdeel Amsterdam Zuidoost, Stadgenoot, Eigen Haard Auteurs André Buys Uitgave mei 2011 Rapportnummer P19670 RIGO Research en Advies BV De Ruyterkade 139 1011 AC Amsterdam Telefoon 020 522 11 11 Fax 020 627 68 40 E -mail info@rigo.nl www.rigo.nl

Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Aanleiding 1 Hoofdstuk 2 Analyse van de problematiek 3 2.1 Algemene demografische trends 3 2.2 Concentratiegebied van (kans)armoede 7 2.3 Problemen met de leefbaarheid 9 2.4 Gering draagvlak 14 2.5 Slechte marktpositie 14 Hoofdstuk 3 Conclusies en perspectieven 17 3.1 Samenvattende conclusies 17 3.2 Perspectieven 18 3.3 Aangrijpingspunten voor bijsturing 18 Bijlagen Geen inhoudsopgavegegevens gevonden. Inhoudsopgave

1 Hoofdstuk 1 Aanleiding Aanleiding van deze profielschets zijn signalen dat Holendrecht-West kampt met problemen die in verband (kunnen) worden gebracht met de bevolkingssamenstelling en die mogelijk mede worden veroorzaakt of versterkt door de bevolkingsdynamiek. In het verlengde daarvan is bij het Stadsdeel de vraag opgekomen of het zinvol is om in die dynamiek, in het bijzonder de instroom, te sturen, althans voor zover dat mogelijk is. Uiteraard kan dit niet zonder de in het gebied werkzame corporaties, Eigen Haard en Stadgenoot. Beide corporaties hebben reeds een vigerende strategie ten aanzien van hun bezit in Holendrecht-West. Zonder nu meteen met (nieuwe) plannen te willen komen hebben de betrokken partijen behoefte aan een gedeelde visie op wat nu precies de problematiek is. Daartoe dient deze profielschets. De analyse richt zich op de volgende vragen: Welke aan de bevolking gerelateerde problemen kunnen worden geconstateerd in H o- lendrecht? Wat is voor de problemen precies de relatie met de bevolkingssamenstelling en met de -dynamiek? Op welke manier zou sturen in de bevolkingsdynamiek de problemen kunnen verminderen? Wat is daarbij een realistisch toekomstperspectief? Voor alle duidelijkheid: onder Holendrecht-West wordt hier verstaan het gebied dat in de statistieken bekend staat als Holendrecht-West (buurt T96a, met vooral bezit van Stadgenoot) en Reigersbos-Noord (buurt T96b, met vooral bezit van Eigen Haard). In totaal staan er in het aldus afgebakende gebied ruim 3.200 woningen. Slechts 2% van de woningvoorraad zijn koopwoningen (op 1 januari 2010). Dit aandeel neemt langzaam toe omdat Eigen Haard een deel van de vrijkomende huurwoningen te koop aanbiedt. Holendrecht-West is gebouwd in de jaren zeventig en bestaat vrijwel geheel uit portieketagewoningen in meanderende bouwbokken, met tu s- sen de blokken afwisselend parkeervoorzieningen en groen. Er zijn voor Amsterdamse begrippen vrij veel grote woningen bij, net als in de rest van Zuidoost. Aanleiding

2 Stadgenoot beheert in het noordelijke deel van het gebied 1.057 woningen en daarnaast nog wooncentrum voor ouderen De Drecht (319 woningen). Dit laatste complex wordt in de analyses buiten beschouwing gelaten. Eigen Haard beheert in het zuidelijk deel volgens de meest recente opgave (voorjaar 2011) 1.674 woningen. Dit laatste aantal is aan verandering onderhevig, omdat een deel van de vrijkomende woningen wordt verkocht. Om begripsverwarring te voorkomen wordt in het vervolg met Holendrecht-West het totaal van T96a en T96b bedoeld en zullen de beide afzonderlijke buurten worden aangeduid als het deel van Stadgenoot respectievelijk het deel van Eigen Haard. Holendrecht-Oost (buurt T96c), dat vooral in de jaren tachtig tot stand kwam is geen onderwerp van studie, maar dient als nuttige referentie. Overigens zijn niet alle relevante cijfermatige gegevens die iets zeggen ov er het wel en wee van Holendrecht-West beschikbaar op het schaalniveau van de buurten dan wel de deelgebieden. In sommige gevallen hebben cijfers betrekking op de gehele buurtcombinatie Ho lendrecht / Reigerbos (T96). tabel 1 Enkele kengeta llen o ve r d e woning voorraad in 2 010 (O +S ) aandeel eigenaar aantal woningen / bewoner aandeel > 80 m2 Holendrecht-West 3.208 2% 45% Holendrecht-Oost 1.068 48% 55% Zuidoost 37.066 26% 46% Amsterdam 392.658 27% 30% Profielschets Holendrecht-West

3 Hoofdstuk 2 Analyse van de problematiek Er spelen verschillende problemen in Holendrecht-West die op de een of andere manier in verband kunnen worden gebracht met de bevolkingssamenstelling en dynamiek. In deze analyse komen achtereenvolgens aan de orde: de concentratie van (kans-) armoede, de leefbaarheid, het draagvlak en de marktpositie van de buurt. Of iets als een probleem kan worden beschouwd hangt daarbij af van de invalshoek en het b e- lang waarmee naar de buurt en de buurtbewoners wordt gekeken. De winkeliers zullen daar allicht anders tegen aankijken dan de individuele bewoner of de woningcorporaties. Bij elk van die type problemen vragen we ons af wie nu eigenlijk het probleem ervaren (de pr o- bleemeigenaren), hoe structureel het probleem is (waarbij vooral naar de trends wordt gekeken), op welk schaalniveau het speelt en uiteraard wat de samenhang is met de bevolkingsd y- namiek. Alvorens dit te doen worden eerst enkele algemene demografische trends weergeg e- ven. 2.1 Algemene demografische trends Holendrecht-West wordt gekenmerkt door een relatief jonge bevolking. Er wonen veel jonge kinderen met jonge ouders en maar weinig mensen van middelbare leeftijd en ouderen. Dit valt des te meer op als een vergelijking wordt gemaakt met het naastgelegen Holendrecht-Oost, waar juist veel mensen van middelbare leeftijd wonen en kinderen in de tienerleeftijd (vergelijk figuur 1 en figuur 2). Typerend voor Holendrecht-West is ook het grote aandeel eenoudergezinnen, meer dan een kwart van alle huishoudens. Dit aandeel was al lang hoger dan gemiddeld in Zuidoost en is de laatste tijd nog toegenomen (figuur 4). De bevolking van Holendrecht-West heeft zich de afgelopen vijf jaar verjongd. Ook qua ontwi k- keling valt het contrast met Holendrecht-Oost op. Daar is juist sprake van enige vergrijzing onder de bewoners van middelbare leeftijd en van het oudere worden van de jeugd, terwijl er nauwelijks jonge kinderen zijn bijgekomen. Het opschuiven van de leeftij dsklassen wijst op een stabiele bevolking. Veel middelbare gezinnen in Holendrecht -Oost zullen er al vanaf het begin wonen. Een aanvullende indicator voor het verschil in stabiliteit is de gemiddelde woo n- duur. Waar in Holendrecht-Oost de gemiddelde woonduur de afgelopen tien jaar gestaag is toegenomen, is dat in Holendrecht-West niet het geval (figuur 3). Daar zijn kennelijk veel oudgedienden vertrokken. Hier is een eerste link te leggen met de instroom. In beide delen van Holendrecht -West muteren jaarlijks enkele tientallen woningen. In de jaren 2007-2010 ging het in het bezit van Eigen Haard om gemiddeld jaarlijks 90 mutaties op een totaal van in die periode zo n 1.700 woningen (= 5,2%). In het deel van Stadgenoot om gemiddeld jaarlijks 84 op een totaal van 1.057 woni n- gen (= 7,9%, exclusief De Drecht). In de instroom domineren de huishoudens met kinderen, naast een substantieel aandeel alleenstaanden. Stellen zonder kinderen stromen nauwelijks in. Analyse van de problematiek

0-4 5-9 10-14 15-19 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64 65-69 70-74 75-79 80-84 85-89 90-94 0-4 5-9 10-14 15-19 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64 65-69 70-74 75-79 4 In het bezit van Eigen Haard stromen veel kinderen in, de laatste jaren gemiddeld 1,6 per mut a- tie, alleenstaanden en stellen meegerekend. In het gedeelte van Stadgenoot gaat het om g e- middeld 1,4 kinderen per mutatie. Kijken we alleen naar de huishoudens met kinderen, dan nemen instromende huishoudens in het bezit van Eigen Haard gemiddeld 2,5 kinderen mee, in dat van Stadgenoot 2,0. Ruim één op de drie instromende huishoudens betreft een eenoude r- gezin. figuur 1 Leeftijdsopbouw Holend re cht -West (T9 6a +b) (O ens) 700 600 500 400 300 200 2005 2010 100 0 figuur 2 Leeftijdsopbouw Holend re cht -Oost (T96a ) 400 350 300 250 200 150 2005 2010 100 50 0 Profielschets Holendrecht-West

5 figuur 3 Ontw ikk eling van de gemiddelde woonduu r (in ja re n ; O+S) 16,0 14,0 12,0 10,0 8,0 6,0 Holendrecht-Oost Holendrecht-West 4,0 2,0 figuur 4 Aandee l eenoudergez innen in het totaa l aanta l hu ishoudens (O +S ) 35% 30% 25% 20% 15% 10% Holendrecht-West Zuidoost Holendrecht-Oost Amsterdam 5% 0% Analyse van de problematiek

6 figuur 5 Samenste lling instroo m in het bez it van E igen Haard (Won ingnet ) 180 160 140 120 100 80 60 40 20 0 1,8 1,6 1,4 1,2 1,0 0,8 0,6 0,4 0,2 - eenoudergezin stel met kind(eren) stel alleenstaand figuur 6 Samenste lling instroo m in het bez it van S tadgenoot (Won ingnet ) 180 160 140 120 100 80 60 40 20 0 1,8 1,6 1,4 1,2 1 0,8 0,6 0,4 0,2 0 eenoudergezin stel met kind(eren) stel alleenstaand gem. aantal kinderen De instroom ziet er wat huishoudenssamenstelling betreft duidelijk anders uit dan een jaar of tien geleden. Dit is zichtbaar in de cijfers van Eigen Haard, die teruggaan tot het begin van deze eeuw (figuur 5). Destijds bestond de instroom nog vooral uit kleine huishoudens en waren de instromende gezinnen minder kinderrijk. Sinds ongeveer 2005 is dit structureel veranderd. Ook is er in de periode 2006-2008 in het bezit van Eigen Haard een piek te zien in het aantal verhu i- zingen. In die periode is sprake geweest van grote instroom uit de oude Bijlmer -hoogbouw en vertrek van zittende bewoners uit Holendrecht-West. Inmiddels is de dynamiek weer op het niveau van voor 2006. In het deel van Stadsgenoot is geen piek geweest in het aantal verhu i- zingen. Profielschets Holendrecht-West

7 2.2 Concentratiegebied van (kans)armoede Eerste type probleem is de concentratie van kansarmoede. Voor Holendrecht -West is gemakkelijk aan te tonen dat de buurt een overwegend kansarme bevolking heeft. Een goede indicator daarvoor is de werkloosheid, ofwel het aandeel niet-werkende werkzoekenden onder de beroepsbevolking. Vooral de ontwikkeling over de tijd is veelzeggend en laat zien dat we hier niet met incidenten te maken hebben, maar met structurele achteruitgang. De werkloosheid in H o- lendrecht / Reigersbos was tien jaar geleden gunstiger dan gemiddeld in Amsterdam. In de loop van tien jaar is de positie van de buurt gaandeweg verslechterd. Mom enteel scoort Holendrecht / Reigersbos nog maar net iets gunstiger dan Zuidoost en minder gunstig dan A m- sterdam gemiddeld (figuur 7). Deze ontwikkeling betreft het gehele gebied T96. De cijfers voor alleen Holendrecht-West zijn hoogstwaarschijnlijk slechter. Andere indicatoren die wijzen op een slechte sociaal-economische positie van Holendrecht / Reigersbos zijn een hoger aandeel minima en een laag aandeel inwoners met een opleiding op WO / HBO niveau. Het feit dat de bevolking het financieel niet breed heeft blijkt ook uit het aantal gevallen van huurachterstand. In het bezit van Stadgenoot waren er in 2010 gemiddeld 173 huurders met huurachterstand, ofwel 16% van alle huurders (exclusief De Drecht), met een gemiddelde huu r- schuld van 733. De laatste jaren is dit aandeel constant. In december 2010 bedroeg de schuld in 15% van de gevallen niet meer dan honderd euro, maar in 22% van de gevallen (38 adressen) meer dan duizend euro. De gevallen van huurachterstand bevinden zich verspreid door de hele buurt. figuur 7 Aandee l n iet - we rkende w erkzoekenden in de b eroepsbevolk ing (O ens) 16,0 14,0 12,0 10,0 8,0 6,0 4,0 2,0 Holendrecht / Reigersbos Zuidoost Amsterdam Holendrecht-West (2010) 0,0 2000 2002 2004 2006 2008 2010 Inkomens van instromers Van instromende huishoudens is het inkomen bekend. In bijgaande figuren (figuur 8 en figuur 9) is te zien dat daar nog wel enige spreiding is zit, maar dat de top laag ligt. Weergegeven is de middelste 50%, een kwart heeft een lager inkomen, een kwart een hoger. In 2010 had het bovenste kwart inkomens hoger dan ongeveer 30.000. Ter vergelijking: het modale inkomen in 2010 in Nederland bedroeg 32.500. Analyse van de problematiek

8 figuur 8 Inkomenssp re iding van in stromende huishoudens in het bez it van E igen Haard; middelste 50% (W oningnet, prijspeil 201 0 ) 40.000 35.000 30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 0 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 figuur 9 Inkomenssp re iding van in stromende huishoudens in het bez it van S tadgenoot; middelste 5 0% (Woningnet, p r ijspeil 2 010 ) 40.000 35.000 30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 0 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Kijken we naar de ontwikkeling van de instroom in de afgelopen jaren, dan zien we dat aan het begin van de eeuw de inkomensspreiding in het bezit van Eigen Ha ard betrekkelijk groot was en in zijn geheel op een relatief hoog niveau lag. Inkomens boven modaal waren destijds geen uitzondering. Vanaf 2003 veranderde de instroom echter radicaal. Vanaf 2008 neemt de spre i- ding aan de bovenkant weer enigszins toe. In het bezit van Stadgenoot is het beeld in 2010 vergelijkbaar met dat van Eigen Haard en is er qua inkomens de laatste jaren weinig veranderd. Profielschets Holendrecht-West

9 Wat is nu het probleem? Kansarmoede is in essentie een individueel probleem, dat vooral problematisch is voor de betrokkenen zelf. Door wetenschappers wordt nogal eens een punt gemaakt van het feit dat de buurt daarbij nauwelijks een rol speelt. 1 Simpel gezegd: mensen zijn niet werkloos omdat hun buren dat ook zijn, maar bijvoorbeeld omdat ze zijn opgegroeid in een kansarm gezin. Volgens deze gedachtengang heeft het weinig zin om (bijvoorbeeld via herstructurering of verkoop van de woningvoorraad) andere bewoners aan te trekken. Mensen worden immers niet minder werkloos als ze rijke buren krijgen. Strikt genomen is dit academische standpunt correct. Als het alleen maar te doen is om de bewoners vooruit te helpen, dan is bijvoorbeeld goed onde r- wijs effectiever. Huurachterstand en andere schuldproblemen kunnen eveneens met een indiv i- dueel traject worden opgelost, ongeacht waar mensen wonen en wie er naast woont. Dat het binnenhalen van meer welvarende buurtbewoners de huidige werklozen niet aan een baan helpt is evident. Toch zou het kortzichtig zijn om het probleem kansarmoede uitsluitend te bezien vanuit het gezichtspunt van het individu, los van de buurt. Er wordt dan namelijk voorbijgegaan aan het feit dat de concentratie van kansarme bewoners in een omvangrijke buurt (ruim drieduizend huishoudens) goed onderwijs in de weg kan staan of kan bemoeilijken. Ook zijn er aanwijzingen dat de concentratie van kansarmen op een dergelijke schaal andersoortige problemen kan veroorzaken of op zijn minst indicatief is voor andersoortige probl e- men. Er is dus alle aanleiding om kansarmoede in Holendrecht -West niet te snel te bestempelen als een probleem dat niet van de buurt is. 2.3 Problemen met de leefbaarheid Een andersoortig problemen is de leefbaarheid. Dit is een complex begrip, dat wel kan worden omschreven als de mate waarin mensen (on)tevreden zijn met hun woonomgeving. Dat i s dus subjectief en kan door vele zaken worden beïnvloed, waaronder de bekende reeks schoon, heel en veilig. Dat er in Holendrecht problemen zijn met de leefbaarheid blijkt onder meer uit het rapportci j- fer dat bewoners geven aan hun buurt (figuur 10). Dat cijfer is lager dan in Zuidoost als geheel, terwijl Zuidoost als geheel al weer lager scoort dan Amsterdam als geheel. Het rapportcijfer is over de drie beschikbare metingen (2005, 2007 en 2009) ook achtergebleven bij dat van Zuidoost. Ook de verwachtingen van de bevolking van Holendrecht -West zijn minder positief dan die in Zuidoost als geheel. Ook uit bewonersonderzoek van Eigen Haard blijkt dat bewoners van Reigersbos-Noord minder tevreden zijn met de buurt dan gemiddeld. Overlast en criminaliteit Problemen met de leefbaarheid nemen onder meer de vorm aan van overlast. Er wordt door beheerders melding gemaakt van overlastgevende hangjeugd. Het grote aantal kinderen e n de vele eenoudergezinnen gaan gepaard met veel sleutelkinderen, ofwel kinderen die de hele dag op straat, in portieken, rond het winkelcentrum en in binnenterreinen hangen zonder toezicht. Er is ook sprake van vandalisme en criminaliteit. In bergingen wordt veel ingebroken en gehangen en bewoners durven hun bergingen steeds minder te gebruikten. 1 Musterd, S., N. Smakman en H. Blok (2000) Problemen in de buurt, maar niet van de buurt; ontwikkelingen en beleid in de Westelijke Tuinsteden van Amsterdam. Amsterdam: AME / Universiteit van Amsterdam. Analyse van de problematiek

10 figuur 10 Oordee l b ewoners ove r de buurt (W ia) 7,5 7,0 6,5 6,0 5,5 5,0 4,5 Holendrecht-West Zuidoost Amsterdam 4,0 2005 2007 2009 2005 2007 2009 tevredenheid over de buurt (rapportcijfer) verwachte ontwikkeling van de buurt (rapportcijfer) figuur 11 Subject ie ve ve iligheidsind ex (O +S; Veiligheidsind e x Ams te rdam; hoge s cores wij zen op een grotere onveiligheidsperceptie ) 110 105 100 95 90 85 80 75 70 65 60 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 Holendrecht / Reigersbos Zuidoost Amsterdam Een indicatie hiervoor zijn de beheerkosten van de corporaties. Eigen Haard meldt twee maal zo veel kosten voor het herstellen van inbraak- en glasschade als gemiddeld in Amsterdam. Ook ten opzichte van Zuidoost zijn deze kosten in Holendrecht -West hoog. De corporatie is een project gestart waarbij inbraakwerende voorzieningen worden aangebracht. Ook zal in de zomermaanden, wanneer veel op straat en rond de complexen wordt geleefd, extra toezicht worden gehouden. Profielschets Holendrecht-West

11 figuur 12 Postcodes (6ppc) met één of me er me ld ingen van overlast door huu rders in de periode 200 6-2 010 (geme ld aan Stadgenoot) figuur 13 2006-20 10 (S tadgenoot) Postcodes (6ppc) met één of me er me ld ingen van w oonfraude in de periode Analyse van de problematiek

12 De indruk bij de beheerders bestaat dat bewoners van intimidaties, bedreigingen en berovi n- gen vaak geen aangifte durven te doen uit angst voor represailles. Deze vormen van criminaliteit komen dan ook in de politiestatistieken slecht beperkt terug. Indicatief is wel het subje c- tieve gevoel van onveiligheid. In de buurtcombinatie Holendrecht -Reigersbos is de subjectieve veiligheidsindex de laatste jaren sterk gestegen, hetgeen wijst op een toegenomen gevoel van onveiligheid (figuur 11). Een deel van de overlast wordt door huurders gemeld aan de corporaties. In dit verband i s het relevant te constateren dat meldingen van overlast aan de corporaties verspreid voorkomen over de gehele buurt (figuur 12). Het is dus niet zo dat er specifieke blokken zijn waar veel overlast wordt gemeld, terwijl uit andere delen van de buurt geen meldingen komen. Woonfraude In relatie met de leefbaarheid is het relevant om te signaleren dat onrechtmatige bewoning, ofwel woonfraude, geregeld voorkomt in de buurt. Woonfraude neemt hier meestal de vorm aan van onderhuur. Nu komt onderhuur ook voor in gewilde buurten in het centrum, dus op zich wijst dit verschijnsel niet altijd op een slechte leefbaarheid. In minder gewilde buitenwi j- ken gaat het echter niet zelden gepaard met uitbuiting, woekerprijzen, overbewoning en / of illegale activiteiten. Volgens ervaringen van woningcorporaties zijn onderhuurders in H o- lendrecht-west niet zelden illegaal in Nederland. Deze bewoners houden zich afzijdig, invest e- ren niet in hun woning en in burencontacten en zijn moeilijk aanspreekbaar. Dit komt de lee f- baarheid in de buurt niet ten goede. Afgaande op de meldingen van Stadgenoot bevinden de gevallen van woonfraude zich verspreid door de buurt. Wat is nu het probleem? Waar kansarmoede kan worden beschouwd als een individueel probleem van de betrokkenen (en van de eventuele schuldeisers) en niet van de buurt, geldt voor leefbaarheid dat het wel bij uitstek buurtgebonden is. Indien een werkloze verhuist, is die persoon op het nieuw e adres nog steeds werkloos. Maar voor iemand die overlast ervaart kan een verhuizing wel degelijk het probleem oplossen. Overlast speelt veelal op laag schaalniveau: trappenhuizen, portieken, binnenplaatsen, tunnels, hangplekken. Het kan worden veroorzaakt door bewoners zelf, maar ook door passanten, wi n- kelend publiek of bezoekers. Wie de pech heeft daar tussen te wonen kan veel last ondervi n- den, terwijl iemand een paar blokken verderop er weinig van merkt. Ook kan overlast zich g e- makkelijk verplaatsen. En tot slot blijkt dat vervuiling een normverlagend effect heeft. Zo is aangetoond dat mensen in een omgeving die reeds (enigszins) vervuild is eerder geneigd zijn om zelf ook vervuilend gedrag te vertonen dan in een schone omgeving. 2 Dit maakt leefbaarheid bij uitstek tot een probleem van de buurt. Leefbaarheid en (kans)armoede Een relevante vraag die zich nu opdringt is in hoeverre de matige leefbaarheid in Holendrecht samenhangt met de geconstateerde concentratie van kansarmoede. Uit de wetenschappelijke 2 Keizer, K et al. (2008) The spreading of disorder. Science, Vol. 322, Pp 1681-1685. Profielschets Holendrecht-West

13 literatuur is niet geheel duidelijk of een concentratie van kansarmoede nu wel of niet in causaal verband staat met leefbaarheidsproblemen. Iemand met weinig geld is niet per definitie een overlastgever, laat staan een crimineel. Aan de andere kant zijn er wel indicaties dat het opgroeien in een kansarme omgeving kinderen kwetsbaar maakt voor het aanleren van onaangepast gedrag. Er is bijvoorbeeld aangetoond dat kinderen die opgroeien in een kansarme buurt gemakkelijker neigen tot crimineel en asociaal gedrag dan opgroeiende jeugd in een meer gemengde omgeving. In Holendrecht -West blijkt dat er steeds meer kinderen opgroeien in huishoudens met een minimum inkomen, dus als dit echt zo werkt is dit wel een punt van zorg. In 2002 scoorde de buurt in dit opzic ht nog beter dan de rest van Zuidoost en zelfs beter dan Amsterdam als geheel, maar inmiddels is de situatie in Holendrecht-West slechter dan gemiddeld (figuur 14). Indicatief in dit opzicht is ook het aandeel jongeren dat in aanraking is gekomen met Bureau Jeugdzorg (11,1% in Holendrecht / Reigersbos in 2009, tegen 10% voor geheel Zuidoost), het hoger dan gemiddelde schoolverzuim (9,9% in Holendrecht / Reigersbos teg en 9,0% in Zuidoost in 2009) en de lage gemiddelde Cito-score in 2010 (533 Holendrecht / Reigersbos tegen 535 in Zuidoost als geheel). figuur 14 Aandee l 0-17 ja rig en in minimahuishoudens (O ens) 45,0 40,0 35,0 30,0 25,0 20,0 15,0 Holendrecht / Reigersbos Zuidoost Amsterdam 10,0 5,0 0,0 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 Onderzoekers van het Verwey-Jonker instituut pleiten voor een meer gemengde bevolking (meer welvarende bewoners, minder werkloosheid, minder uitkeringsafhankelijkheid ), niet om de werkloosheid op korte termijn te bestrijden maar om de opgroeiende jeugd de nodige no r- men en waarden bij te brengen. 3 Bezien vanuit het perspectief van de leefbaarheid is het streven naar een meer gemengde bevolking dus wel aan te bevelen, ondanks dat de kansarmoede zelf er niet door zal verminderen. 3 Junger-Tas, J, M. Steketee en M. Moll (2008) Achtergronden van jeugddelinquentie en middelengebruik. Utrecht: Verweij-Jonker Instituut. Analyse van de problematiek

14 2.4 Gering draagvlak Een probleem van een andere orde dat speelt in Holendrecht is ruimtelijk-economisch van aard. Het feit dat de bevolking armlastig is, betekent tevens weinig koopkracht. Dat is niet a l- leen vervelend voor de betrokken zelf, maar ook voor de buurtwinkeliers die daar in H o- lendrecht van afhankelijk zijn. Indirect lijden de bewoners daar dan ook weer onder, want als winkels het niet kunnen bolwerken gaat het voorzieningenniveau achteruit en wordt H o- lendrecht (nog) minder aantrekkelijk als woonbuurt. Zo kan een vicieuze cirkel ontstaan. Bew o- ners geven zelf ook aan ontevreden te zijn met de winkelvoorzieningen. De symptomen die wijzen op een gering draagvlak zijn grotendeels dezelfde als die achter de concentratie van kansarmoede, namelijk een weinig draagkrachtige bevolking. Kansarmoede is echter in essentie een individueel probleem, terwijl het draagvlak de hele buurt raakt, inclusief degenen die niet kansarm zijn en uiteraard de winkeliers. Is het vanuit het individueel perspectief van de kansarme bewoner niet effectief om koopkrac h- tige buren te krijgen, vanuit het collectief belang van draagvlak is er wel iets voor te zeggen, mits die bewoners ook (een deel van) hun bestedingen doen in de buurtwinkel. 2.5 Slechte marktpositie Een laatste type probleem dat kan worden onderscheiden heeft te maken met het feit dat Holendrecht door alle hierboven geconstateerde negatieve zaken een slechte naam dreigt te kri j- gen. De slechte marktpositie van Holendrecht-West blijkt onder meer uit de achterblijvende ontwi k- keling van de WOZ-waarde bij de rest van Zuidoost, bij Amsterdam en bij het naastgelegen Holendrecht-Oost. Waar vrijwel overal in Amsterdam tussen 2005 en 2010 sprake is geweest van gestegen waarde was dat in Holendrecht-West niet het geval. Van structurele leegstand of een extreem hoge mutatiegraad is geen sprake. Wel blijken veel bewoners verhuisgeneigd te zijn, maar kennelijk slagen ze er niet in weg te komen. Profielschets Holendrecht-West

15 tabel 2 Gemiddeld e W OZ -waa rde in 2 005 en in 2 010 ( O+S/DBgA) 2005 2010 index Holendrecht-West 148.000 146.500 0,99 Holendrecht-Oost 207.000 224.000 1,08 Zuidoost 146.500 164.500 1,12 Amsterdam 200.000 263.500 1,32 Een indruk van de marktpostitie van Holendrecht-West kan worden verkregen uit de herkomst van de instroom. Een groot deel van de instroom blijkt afkomstig te zijn uit omliggende delen van Zuidoost. In de jaren 2004-2006 heeft vooral Reigersbos-Noord een groot aantal inwoners van de Bijlmer opgevangen in het kader van de herhuisvesting, maar ook los daarvan weten bewoners van Zuidoost hun weg naar Holendrecht-West te vinden, ook uit onder meer Venserpolder. Ongeveer een derde van de instroom is de laatste jaren (sinds 2006) afkomstig van bu i- ten Zuidoost. Andere delen van Amsterdam waar instromers vandaan komen liggen verspreid door de stad. figuur 15 Instroo m in Holendre cht - West in de periode 200 6-2 010 naa r geog raf ische herko mst (Won ingnet; 6-p osit ie postcodes; uitsnede Amste rdam) Analyse van de problematiek

16 figuur 16 Instroo m in Holendre cht - West in de periode 200 6-2 010 naa r geog raf ische herko mst (Won ingnet; 6-p osit ie postcodes; uitsnede Zuidoost) figuur 17 Instroo m in Holendre cht - West in de periode 200 6-2 010 naa r herko mst (W o- ningnet ) doorstromers starters 160 140 120 100 80 60 40 20 0 vanuit vanuit overig Holendrecht / Zuidoost Reigersbos van buiten Zuidoost vanuit vanuit overig Holendrecht / Zuidoost Reigersbos van buiten Zuidoost naar Reigersbos-Noord (T96b) naar Holendrecht-West (T96a) Profielschets Holendrecht-West

17 Hoofdstuk 3 Conclusies en perspectieven Uit de analyses komt een kwetsbaar profiel van Holendrecht-West naar voren. Hieronder wordt dit nog eens samengevat. Vervolgens wordt gekeken in hoeverre sturing in de bevolkingssamenstelling kan leiden tot verbetering. 3.1 Samenvattende conclusies Nog tot het begin van deze eeuw was Holendrecht-West een middenklassebuurt, met een werkloosheid onder het Amsterdamse gemiddelde en een instroom, bestaande uit een ruime range van inkomensgroepen. Vrij snel na de eeuwwisseling is het bergafwaarts gegaan. Meest in het oog springend is de concentratie van kansarmoede. De werkloosheid ontwikkelde zich minder gunstig dan in de rest van de stad en bevindt zich nu boven het Amsterdamse niveau. Midden- en hogere inkomens stromen al lange tijd niet meer in. Veel bewoners kampen met huurachterstand. Tijdens de herstructurering van de Bijlmer kreeg Holendrecht-West te maken met een golf instromers uit de hoogbouw. Dit ging gepaard met een tijdelijke verhoogde uitstroom en dus instabiliteit. Inmiddels is het aantal verhuizingen weer gestabiliseerd, maar de instroom bestaat nog altijd eenzijdig uit lage inkomens. Waar in het nabijgelegen Holendrecht-Oost de zittende bevolking langzaam maar zeker ouder werd en de gemiddelde woonduur toenam, zijn uit Holendrecht-West veel bewoners vertrokken en is de bevolking verjongd. Mede door de vrij ruime woningen is de buurt een toevluchtsoord geworden van huishoudens met kinderen, onder wie ook veel eenoudergezinnen. De concentratie van kansarmoede op een schaal van ruim drieduizend huishoudens heeft zijn weerslag op de leefbaarheid. De tevredenheid over de buurt is gering en blijft ook achter bij de rest van Zuidoost. Veel kinderen hangen de hele dag op straat zonder toezicht. Bewoners vo e- len zich onveilig en durven hun berging niet meer te gebruiken. Kosten voor schoonmaak en herstel van glasschade bedragen het dubbele van wat in Amsterdam gebruikelijk is. Er zijn signalen van woonfraude, door de hele buurt verspreid. Een groeiend aandeel van de talrijke kinderen groeit op in een huishouden dat van een minimum inkomen moet rondkomen en in een omgeving waarin ook buren, vriendjes en vriendi n- netjes in vergelijkbare omstandigheden verkeren. In een dergelijke omgeving is het niet alleen moeilijk voor opgroeiende kinderen om mee te komen op school, het vergroot ook de kans op deviant gedrag, variërend van spijbelen tot vandalisme en criminaliteit. Het schoolverzuim is groot en de cito-scores laag. De geringe koopkracht heeft ook zijn weerslag op het voorzieningenniveau in de buurt. Buurtwinkels hebben te lijden onder het gebrek aan bestedingen. Bewoners zelf zijn ook ontevreden over het voorzieningenniveau, maar zijn niet in staat om daar iets aan te veranderen. Tot slot heeft ook de marktpositie van de buurt te lijden onder de bovengenoemde problemen. Dit is het duidelijkst te zien aan de WOZ-waarde van de woningen in Holendrecht-West, die is Conclusies en perspectieven