Beelden met respect. Inhoud: & & & & & & Adressen. Projectpartners. Met de steun van



Vergelijkbare documenten
espect et r Beelden m 2

Wielewoelewool, ik ga naar school! Toelichting

Uitleg boekverslag en boekbespreking

LES 2 THEMA S UIT DE FILM GODS LAM EN PANTOMIME

Praktisch: Inhoudelijk: Thema: een dag uit het leven van een kind in België en in Dogbo, focus op watergebruik

Soorten gezinnen. 2. Vakgebied en vakonderdeel: Wereldoriëntatie / Godsdienst. Eerste graad Tweede graad Derde graad

EN ALS HIJ KAN LEZEN, STUUR IK M NAAR DE CHINESE LES.

TITEL ACTIVITEIT + beschrijving: filosofisch gesprek over geloven.

PeerEducatie Handboek voor Peers

BIJLAGEN LESPAKKET 1.2

Werkboek Het is mijn leven

Een goed leven voor.

Wij samen. méér dan gewoon! Kleuterschool

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Kinderrechten. Doelstellingen. Materiaal

De Gloob-Fanfare. tweede leerjaar CORRECTIESLEUTEL - WATER

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Kinderen en vrijwillige terugkeer Tips voor ouders die vrijwillig terugkeren met minderjarige kinderen

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande

Zijn mijn boterhammen op, toon ik mijn brooddoos aan de juf/meester en vraag toestemming om de zaal te verlaten.

KENNISMAKEN MET DE KLAS

Mijn naam is Fons. Ze noemen me een groene jongen. Weet je hoe dat komt?

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

Talenposters. Doel. Tijd. Hoe. Stap 1 MAAK JE SILHOUET

OOST WEST THUIS BEST

Uitleg boekverslag en boekreclame

Lesbrief bij de voorstelling Mijn vriend en ik van Soulshine Connection

Lou en Lena: NEE tegen geweld!

Tijdens de video- hometraining worden verschillende begrippen gebruikt. In de bijlage geven we een korte omschrijving van deze begrippen.

Tuin van Heden 3 en 4 Werken met kunst in de paasperiode. Kernles 1: Kunstenaar, wat vertel je mij?

Hoe maak ik... Naam: Groep:

THEMA 9: MIJN OMA EN OPA WONEN IN BRAZILIË. webversie

GLOBAL: workshop webdesign

STILL: workshop fotobewerking

Lou en Lena in Ecuador

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Familiekwesties (respect voor diversiteit en privacy)

Eenzaam. De les. Inhoud. Doel. Materiaal. Belangrijk. les

Jouw werkstuk lever je uiterlijk in op donderdag 20 maart 2014!!

Direct aan de slag met Baby- en kindergebaren

Knabbel en Babbeltijd.

De leerlingen: leren en ervaren dat mensen niet zonder water kunnen leven. zien waar water voor wordt gebruikt.

LOPKE OVERZICHT ALGEMENE FICHES, VERHALEN EN ACTIVITEITENFICHES DERDE KLEUTERKLAS. ECEGO-Expertisecentrum voor Ervaringsgericht Onderwijs

De kinderen zitten in een hoefijzeropstelling, omdat er iets gaan gebeuren vooraan in de klas. Iedereen moet dat goed kunnen zien.

Tuin van Heden kleuters (4- en 5-jarigen) Werken met kunst in de paasperiode

Benodigdheden: A. Inleiding: kringgesprek 15 minuten.

Ben je slachtoffer? Folder voor jongeren

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Stappenplan voor je spreekbeurt in groep 3/4

Gedragscode. Gewoon goed doen

150 Tips om kinderen te laten zien dat je om ze geeft!

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

A. Jouw rechten! Kinderrechten

Draaiboek voor een gastles

Toneelstuk Harde noten : nabespreking

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN

Mijn ouders zijn gescheiden en nu? Een folder voor jongeren met gescheiden ouders over de OTS en de gezinsvoogd

Tijdschrift Kindermishandeling April 2013 Onderwijsspecial deel 2. 8 tips voor een goed gesprek met je leerling

Leidraad leerkracht 5 de en 6 de leerjaar

Pedagogische Begeleidingsdienst Basisonderwijs GO! wereldoriëntatie

UITDAGING 5: Justine helpt de buren

AMIGA4LIFE. Hooggevoelig, wat is dat? T VLAARDINGEN

Niet veel mensen krijgen deze ziekte en sommige volwassenen hebben er vaak nog nooit van gehoord of weten er weinig vanaf.

Zelfbeeld. Het zelfvertrouwen wordt voor een groot deel bepaald door de ideeën die het kind over zichzelf heeft: het zelfbeeld.

Voor het eerst naar school

Hoe je je voelt. hoofdstuk 10. Het zal je wel opgevallen zijn dat je op een dag een heleboel verschillende gevoelens hebt. Je kunt bijvoorbeeld:

Lestip 'Die hoed zit goed'

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - -

Juf Sabine en juf Maaike

Ik ga een grote uitdaging niet uit de weg. Taken die moeilijk zijn, vind ik veel leuker dan eenvoudige taken.

Reality Reeks - Verwerkingsopdrachten. Hey Russel! Een bijzondere vriendschap

Het houden van een spreekbeurt

Tuin van Heden 5 en 6 Werken met kunst in de paasperiode. Kernles 1: Kunstenaar, wat vertel je mij?

JUST BE YOU.NL. Het mooiste wat je kunt worden is jezelf! 23 tips voor direct meer zelfvertrouwen. Marian Palsgraaf -

UITDAGING 4: Benigne wordt uitgesloten

MAMA MIA! FLYNN IS AL GROOT. * 1. Flynn en zijn broers Gil en Kato Dit is Flynn. Hij is vier jaar.

narratieve zorg Elder empowering the elderly

Steekkaart: nummer 1W

De volgende onderdelen moeten in het verslag worden verwerkt:

In tien weken vaardig in Verbindende Communicatie Hoe? Zo!

JEUGDIGEN. Hulp na seksueel misbruik. vooruitkomen +

Opening Bierkade Joris Komen Fotografie

Waar een wil is, is een Weg!

Scriptie over Personal Branding en Netwerking

Y-choice. Luister naar De keuzes die je maakt van Van Dik Hout. Het nummer staat op de CD Het beste van De songtekst vind je in bijlage 1.

Mijn Hummelboekje. HOOFDSTUK 1: t Hummelhuis

Je eigen nieuwjaarsbrief

WANNEER EEN SPECIAAL IEMAND ALS HEEFT

Liefde, voor iedereen gelijk?

RONDE 1: INBREKEN IN DE KLAS Didactische praktijken ter ondersteuning van gelijke onderwijskansen in het KLEUTERONDERWIJS

WAAROM VOORLEZEN? VOORWOORD WANNEER VOORLEZEN?

Inhoud. Aan jou de keuze 7. Niet alleen maar een boek 187. Auteurs 191. Dankwoord 197

Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Prentenboeken: Les 10: Hoe zeg ik nee. Lesoverzicht. Basis

Lesbrief nr 1. voor Groep 5 + 6

Dit boekje is van:..

- ontdekken dat stilte en rust helpen om een gepaste uitdrukking te vinden voor gevoelens.

Vind je eigen geld uit

MOEILIJKHEIDSGRAAD: -**- Een spreekbeurt geven, vraagt veel voorbereiding. Je moet immers vlot kunnen vertellen en je moet je luisteraars boeien.

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

Transcriptie:

Dit boekje gaat over het aanmaken van beelden over de leefwereld van kinderen in het Zuiden. Het bevat tips, ervaringen en checklists om deze beelden te verwerken in een educatief pakket voor mondiale vorming in het kleuteronderwijs of het lager onderwijs. Het boekje is bruikbaar voor basisscholen met een scholenband, studenten, 3de en 4depijlerorganisaties en wereldreizigers. Inhoud: & & & & & & Goed voorbereid is half gewonnen Met respect in beeld brengen Nadenken over beeldvorming Met de camera in de hand Kinderen in beeld brengen Beelden ordenen en try-outen Realisatie in het kader van het project Voor-Beelden uit het Zuiden. Adressen Nationaal secretariaat Vital Decosterstraat 2 3000 Leuven 3 016/62.30.46! info@djapo.be Turnhout Koning Albertstraat 15 2300 Turnhout 3 014/41.94.39! antwerpen@djapo.be Gent St Antoniuskaai 9a 9000 Gent 3 09/224.01.11! oostvlaanderen@djapo.be Hasselt Trichterheideweg 2 / 2 3500 Hasselt 3 011/ 31.32.11! limburg@djapo.be Leuven (voorheen Wereldwerkplaats) Ortolanenstraat 6 3010 Kessel-Lo 3 016/29.21.27! leuven@djapo.be Projectpartners Met de steun van Beelden met respect

Colofon Redactie: André Stroobants, Katrien Zuallaert, An Binnard, Stefan Robbrecht Eindredactie en tekstcorrectie: Jan de Mets, André Stroobants, Katrien Zuallaert Verantwoordelijke uitgever: Wereldwerkplaats vzw Vormgeving: yichalal.be Foto cover: Els Peeters. Foto luik 1: An Binnard, luik 2: Ilse Verbeeck, luik 3: Els Peeters, luik 4: Ilse Verbeeck, luik 5: An Binnard, luik 6: Liesbeth Praet. Met dank aan: Tineke D haese, Xavier Declercq, Mia Dickmans, Veronique Debeys, Jan Vanpassel, Rita Heselmans, Inne Stynen, Sara Depiere, Liesbeth Van Den Abeele, Lieve De Keyser, Hyppo Mayuba An Van Gossum, Riet Buvens, Mieke Florquin, Ingrid Verreth, Marc Ulburghs, Sofi e De Bisschop, Liesbeth Praet, Theo Reekmans, Ward Reekmans, Leen Vanden Bergh, Ilse Verbeeck, Els Peeters, Sara Coemans, Dorien Mantels, Lien Janssen, Robert Schobben en alle deelnemers aan onze info- en vormingsessies. 2010 Wereldwerkplaats vzw Dit boekje kwam tot stand in het kader van het project Voor-Beelden uit het Zuiden een samenwerking van Wereldwerkplaats vzw met Djapo vzw, Banaba Internationale Samenwerking Noord- Zuid KHLeuven, departement Sociale School Heverlee en Onderwijssecretariaat van de Steden en Gemeenten van de Vlaamse Gemeenschap vzw (OVSG). Met de steun van de Vlaamse Overheid en de provincie Vlaams Brabant die niet kunnen verantwoordelijk gesteld worden voor de inhoud van de tekst. 2 43

Besluit Reizen is altijd een beetje afscheid nemen en groeien. Meestal vermoeid en weer als een ander mens thuiskomen. Hopelijk was je reis door dit boekje een leerrijke ervaring met herkenningspunten en nieuwe uitdagingen! We wensen je verder een fi jne reis door de wereld van mondiale vorming. Enkele van je tips en ervaringen ter aanvulling van dit boekje zijn welkom op leuven@djapo.be! We kijken er naar uit! Beelden met respect Veeleer dan te wijzen op de verschillen, moeten we proberen de gelijkenissen duidelijk te maken: overal ter wereld zijn mensen bezig om hun leven en dat van hun kinderen te verbeteren. Dergelijke beelden ademen verbondenheid en solidariteit wereldwijd. Tineke D haese, Beeldredacteur van Oxfam-Solidariteit 42 Project Voor-BEELDEN uit het Zuiden Leuven, september 2010 3

Voorwoord Meer informatie Dit boekje is bedoeld voor studenten, scholen met contacten in het Zuiden, wereldreizigers, ngo s en vierdepijlerinitiatieven met interesse voor ontwikkelingseducatie of mondiale vorming. We focussen bewust op ontwikkelingseducatie of mondiale vorming voor kinderen in het kleuter- en lager onderwijs. De vragen, ervaringen en tips, die we geven, zijn wellicht ook bruikbaar voor andere doelgroepen. De inhoud van dit boekje werd geselecteerd uit de werking van Wereldwerkplaats en Djapo, uit webonderzoek en uit samenwerking met ngo s, vierdepijlerinitiatieven en scholen met contacten in het Zuiden. Het boekje kwam tot stand in het kader van het project Voor-BEELDEN uit het Zuiden. In dit project werken Wereldwerkplaats vzw en Djapo vzw samen met de Banaba Internationale Samenwerking Noord-Zuid van het Departement Sociale School (KHLeuven) en met het Onderwijssecretariaat van de Steden en Gemeenten (OVSG). Het project werd gerealiseerd met de steun van de Vlaamse Gemeenschap en de Provincie Vlaams-Brabant. We wensen u veel leesgenot. Met dank aan alle betrokkenen! Vanwege de auteurs, Leuven, september 2010. Stroobants A. (2008). Ik wil water Mbi yé ngu. Leuven, Wereldwerkplaats, 36 blz. Verkrijgbaar via Djapo vzw. Geels J. (2007). Duurzaam reizen in de praktijk. Dilemma s van reisbegeleiders. Nijmegem, Uitgeverij Informatie Verre Reizen, 128 blz. Meer info: www.tegastin.nl Muller F. (2006). Fotograferen onderweg. Het complete handboek voor digitale- en analoge reisfotografie. Uitgeverij Elmar, 183 blz. Concord. (2006). Code of Conduct on Images and Messages, www.concordeurope.org, 4 blz. Zie ook Dochas, Irish Association of Non gouvernemental development organisations (2008). A guide to understanding and implementing the Code of Conduct on Images and Messages, 19 blz., www.deeep.org D haese T. (2004). De wereld voor de lens. In Globo, kwartaalblad van Oxfam- Solidariteit, nr. 7 sept. 2004. Hoffman E. (2002). Interculturele gespreksvoering. Theorie en praktijk van het Topoimodel. Houten/ Diegem, Uitgeverij Bohn Stafleu Van Loghum, 369 blz. Wereldmediatheek (1999). Achter de lens. Tineke D haese en Eric De Mildt, Alle respect voor het onderwerp. Antwerpen, In: Wereldmediatheeknieuws 2/99, 6 blz. 4 41

40 6.2.2. Een workshop en educatief pakket evalueren Om na te gaan of het gebruik van je beeldmateriaal bijdraagt tot je doelstelling, kan je de workshop evalueren. Dit kan je doen op verschillende manieren. Hier volgen enkele tips: & Voer een gesprek met je doelgroep over wat ze bijgeleerd, nieuw ontdekt hebben, boeiend vonden. & Ga na welk beeldmateriaal door de doelgroep het meest en het minst gewaardeerd wordt. Toon foto s, ook van de videobeelden en lok reacties uit. & Oudere kinderen kan je een evaluatieblad laten invullen. & Jonge kinderen kan je laten naspelen, tonen of tekenen wat ze fijn vonden. & Vraag aan de leerkracht om tijdens je workshop te observeren en een evaluatieblad in te vullen. & Vraag leerkrachten en studenten om je materiaal te beoordelen, te verwerken en te gebruiken. & Ga na korte of langere tijd nog eens terug naar de doelgroep die meewerkte aan je try-out. Vraag wat de kinderen en leerkracht meest bijgebleven is. Gebruik je foto s om herinneringen op te roepen. 6.3. Je educatief pakket afwerken Afhankelijk van je strategie kan je de workshop na try-out verder op punt stellen. Je kan het educatief pakket ook afwerken onder de vorm van een fotopakket, een uitleenkoffer, een spel of een cd-rom. Wellicht zie je nog andere mogelijkheden. Je keuzes hangen samen met je aanvankelijke bedoeling, praktische mogelijkheden, beschikbare middelen en gehanteerde kwaliteitscriteria. Mogelijke aandachtspunten voor een educatief pakket bedoeld voor de oudste kleuters: & Kies een of meer personage(s) van dezelfde leeftijd. & Zorg voor veel herkenbare situaties, ervaringen en gevoelens in het beeldmateriaal. Zorg voor beelden die goed aansluiten op ervaringen van kinderen van je doelgroep. & Kies beelden waarop iets concreet gebeurt. Beelden die meteen een hoge betrokkenheid uitlokken. Beelden waar kinderen en leerkrachten veel vragen over kunnen stellen en activiteiten kunnen bij ontwikkelen. We gebruikten de kijklijst school en maakten foto s van een dag van een meisje en een jongetje in de omgeving van Matadi. De voorwerpen die we in hun leefwereld fotografeerden kochten we aan op de markt of ruilden we om. Met de foto s maakten we twee powerpointpresentaties. De voorwerpen werden samengebracht in een sporttas die dienst doet voor het uitlenen. De sporttas bevat een foto-overzicht van alle voorwerpen, de powerpointpresentaties en didactische tips. Inleiding Hoe breng je de leefwereld van kinderen in het Zuiden respectvol in beeld? Wat is belangrijk bij de aanmaak van een educatief pakket voor mondiale vorming in de basisschool? Dit zijn de uitgangsvragen van dit boekje. We geven er geen eenduidige antwoorden op, maar komen uit op weer andere vragen. We geven tips en brengen ervaringen aan. We nodigen je uit om zelf antwoorden te zoeken in je concrete situatie. De informatie is geordend in zes luiken: voorbereiden, respectvol in beeld brengen, nadenken over beeldvorming, gebruiken van een camera, kinderen in beeld brengen, beelden verwerken. We gebruiken de volgende icoontjes in de tekst: tip ervaring We nodigen je uit om de tekst te lezen vóórdat je staat aan te schuiven in de luchthaven van Zaventem of Schiphol. Je kan de luiken afzonderlijk lezen, maar ze staan niet los van elkaar. Dit boekje is een werkboekje. Kies er de tips uit die je vooruithelpen. Je kan er je eigen boekje van maken door te schrappen, te markeren, aan te vullen. Breng ons op de hoogte van jouw ervaringen en bevindingen. Dit kan via leuven@djapo.be. We wensen je prettige ontmoetingen met mensen in het Zuiden en fijne ervaringen met mondiale vorming. We hopen dat dit boekje een partner kan zijn op je reis. 5

6 Inhoud Voorwoord 4 Inleiding 5 Inhoud 6 Luik 1: Goed voorbereid is half gewonnen 7 1.1. Doelgroep en doel van je beelden 8 1.2. Contact met project in het Zuiden 9 1.3. Foto, video of beide? 9 1.4. Themakeuze 9 1.5. Verhaal en boodschap 10 1.6. Scenario 11 1.7. De reis zelf 11 1.8. Officiële info over beelden maken 12 Luik 2: Met respect in beeld brengen 14 2.1. Basishouding 15 2.2. Wederzijds proces 15 2.3. Belang van taal 16 2.4. Belang van kennis en info over gewoontes 17 2.5. Stiekem of openlijk? 17 2.6. Geld voor foto s? 18 Luik 3: Nadenken over beeldvorming 19 3.1. Stereotypen en negatieve beeldvorming 20 3.2. Stereotypen doorbreken 20 3.3. Lagen in interculturele communicatie 21 3.4. Wederkerigheid en participatie 22 3.5. Tien tips voor goede foto s 22 Luik 4: Met de camera in de hand 23 4.1. Camera testen en toebehoren klaarmaken 24 4.2. Kiezen voor kleur en juiste belichting 24 4.3. Beeldcompositie 24 4.4. Beeldtaal 26 4.5. Geposeerde en mislukte beelden 26 4.6. Videotips 27 Luik 5: Kinderen in beeld brengen 28 5.1. Actie en ontspanning 29 5.2. De leefwereld van kinderen respecteren 29 5.3. Communiceren en participeren 30 5.4. Kinderrechten respecteren 30 5.5. Kinderen in groep 31 5.6. Kijklijst om het thema school in beeld te brengen 31 5.7. Kijklijst om het thema water in beeld te brengen 33 Luik 6: Beelden ordenen en try-outen 36 6.1. Beelden ter plaatse verwerken 37 6.2. Try-out bij je doelgroep 38 6.3. Je educatief pakket afwerken 40 Meer informatie 41 Besluit 42 Colofon 43 heel wat mogelijkheden. We geven enkele ideeën, maar je vindt er zeker ook zelf: & Je beste foto s in een powerpointpresentatie verwerken en aan je doelgroep tonen. & Je beste foto s afdrukken, aan de hand ervan vertellen en de kinderen opdrachten geven om bepaalde dingen op de foto s te zoeken, na te doen, & Korte stukjes van je videobeelden tonen en telkens afwisselen met een korte bespreking of kijkopdracht. Leer kinderen gericht kijken. Eventueel kan je een stukje video opnieuw afspelen als dit nodig is. & Het is boeiend als je de voorwerpen bij de beelden kunt tonen. Je kan eerst een waarneming doen van de voorwerpen en daarna de beelden tonen met de voorwerpen in hun context. & Je kan je fotomateriaal in een spelvorm verwerken. Dat kan een bordspel zijn (zoals een ganzenbord: een dag uit het leven van ) of een inleefspel met inleefopdrachten. Besteed extra aandacht aan het verloop, de opbouw van de workshop: & Bedenk een ijsbreker. Dat is een speelse manier om de workshop te starten. Laat de kinderen bijvoorbeeld zoveel mogelijk opnoemen wat ze al weten over het land waarover je het wil hebben. Of laat ze foto s sorteren die al of niet bij het land horen. & Voorzie een blikvanger. Dat kan een pop zijn die vertelt dat ze op reis geweest is. Als je dit sterk wil uitwerken, is het aangewezen om de pop mee te nemen naar het project en op diverse plaatsen mee in beeld te brengen. & Na de presentatie van de beelden (powerpoint, fotoafdrukken of video) zorg je voor een verwerkingsmoment. Laat kinderen de foto s uit een dag van een kind opnieuw in juiste volgorde leggen. Toon bij voorwerpen wat kinderen er in het Zuiden mee doen en op welke foto ze terugkomen. Laat kinderen zich inleven in de dag van een kind door de beelden na te spelen. Ga een klasgesprek aan over de leefsituatie van kinderen hier en ginder, probeer te vergelijken (orden bv. je beeldmateriaal bij thema s van de kinderrechten of in een dagverloop van kinderen hier en ginder), Voor deze verwerking liggen vele mogelijkheden open. Bedenk best zelf iets wat haalbaar en prettig is. Meer inspiratie kan je vinden in de brochure Ik wil water van Wereldwerkplaats. Aan de hand van het 4stappenplan kan je de eigen ervaringen van jonge kinderen in verband met watergebruik meer aan bod laten komen. De foto s over kinderen in het Zuiden die je daarna aanbiedt sluiten dan beter aan bij de ervaringswereld van jonge kinderen hier. Je krijgt ook tips om de wereldkaart, het recht op zuiver water in te schakelen, acties in de klas en op school te stimuleren. 39

deren, om zich in te leven in de leefwereld van de geportretteerde kinderen of om op vragen van kinderen in te gaan. Op de cd-rom Olive een kleuter in het Zuiden staat een portretbeschrijving die ruimer is dan wat in het kader van de gekozen thema s in beeld komt. Deze beschrijving geeft bijkomende info over: haar familie, haar omgeving, slapen gaan, verjaardag, feesten, straffen en belonen, het verloop van een dag, allerlei. & Herinnering, anekdote uit jongste kinderjaren? & Lievelingsactiviteit op school? & Naam van vriendjes? Wat doen ze graag samen? & Is het eventueel mogelijk een zeer eenvoudig gesprekje op band op te nemen zodat we klankbeeld krijgen van zijn/ haar stem? (vertaling is dan wel wenselijk) & Samenstelling van het gezin: papa, mama, broer/zus, andere personen, naam en voornaam, wat doen ze graag samen? 38 Je kan info verzamelen over de rubrieken zoals in een vriendschapsboekje: voornaam, naam, lievelingskleur, lievelingseten, lievelingsspel, lievelingslied/-muziek, beste vriend(in), ik ben soms bang van, ik hou helemaal niet van, ik ben graag bezig met, ik ben geboren in, ik ben geboren op, broer(s), zus(sen), ik kijk op naar, ik help mama/papa soms met, som help ik ook, later wil ik, Andere info die interessant kan zijn: & Leeftijd op moment van de foto? & Heeft hij/zij meerdere voornamen? Betekenis en uitspraak daarvan? & Hoe voornaam correct uitspreken? & Wordt verjaardag/ naamfeest gevierd? Hoe? & Troetelnaam? & Roepnaam? & Heeft keuze van voornaam betekenis (bv. zoals zijn peter of vader, oom,.)? & Geboorteviering? Ritueel? Doop? Noteer in ieder geval allerlei info die interessant kan zijn voor de kinderen van je doelgroep. Je kunt deze info achteraf verwerken bij de geordende beelden. 6.2. Try-out bij je doelgroep Om de cirkel helemaal rond te maken, ga je met je beelden naar je doelgroep. De vraag die je voor ogen houdt is: lukt het om met je beeldmateriaal je doelgroep te informeren en warm te maken voor de leefwereld van kinderen in het Zuiden? Wil je een try-out doen bij de kinderen die je als doelgroep voor ogen had? Dan is de uitwerking van een workshop aangewezen. Je kan het beeldmateriaal ook samen met ervaren leerkrachten en studenten bekijken, zoeken hoe je er mee kan werken en hun oordeel vragen. 6.2.1. Een workshop voorbereiden en uitvoeren Voor een workshop bij kinderen in het kleuteronderwijs of de lagere school zijn er Luik 1 Goed voorbereid is half gewonnen Wie is de doelgroep van je educatief pakket? Wat is het doel van je beelden? Welke contacten heb je al in het Zuiden? Kies je voor foto, video of beide? Kies je voor een thema en een verhaal? Maak je gebruik van een scenario? Wanneer, met wie en hoe ga je op reis? Ben je op de hoogte van de officiële richtlijnen over fotograferen in het land waar je naar toe trekt? Een goede voorbereiding zorgt ervoor dat je ter plekke efficiënt kunt werken en reizen. We geven je ter inspiratie enkele aandachtspunten en suggesties mee. 7

8 1.1. Doelgroep en doel van je beelden 1.1.1. Doelgroep Maak je beelden voor kleuters, voor jonge of voor oudere kinderen in de lagere school? Heb je een specifiek leerjaar voor ogen of moeten je beelden bruikbaar zijn voor meerdere leerjaren? Leer je doelgroep beter kennen en ga er van uit dat je beelden verzamelt voor een specifiek leerjaar. Betrek van bij het begin een (kleuter-) onderwijzer(es) bij deze basiskeuze. We willen voor onze organisatie een fotospel maken over kinderen in Gambia. Om goed aan te sluiten bij de beoogde doelgroep (kinderen van eerste en tweede leerjaar hier) hebben we contact met een lerares. 1.1.2. Doel Wil je verder gaan dan kinderen informeren over de realisaties in het kader van je project? Je kan hen ook laten kennismaken met de leefwereld van leeftijdgenoten in vergelijkbare én heel verschillende leefsituaties. Wil je kinderen van hier kansen bieden om zich in te leven in het dagelijks leven van kinderen in het Zuiden? Wil je solidariteit opbouwen tussen kinderen van hier en van ginder? Je doel en doelgroep bepalen welk beeldmateriaal je nodig hebt. 1.1.3. Educatieve pakketten en bruikbare beelden Vooraf kennismaken met een educatief pakket voor de gekozen doelgroep kan je helpen om duidelijke keuzes te maken. Een vergaand voorbeeld op maat van jonge kinderen: Olive, een kleuter in het Zuiden, Wereldwerkplaats, 2005. Deze cdrom bevat 165 foto s over 1 kleuter en haar omgeving in de Centraal- Afrikaanse Republiek. De foto s zijn verwerkt in reeksen met begeleidende info over dagelijkse thema s als familie, opstaan en ontbijten, school, water, klusjes, Andere voorbeelden: & Fotoverhalen uit het pakket Dit ben ik, 2001, Anne Frankstichting. & Videomontages uit De gloobfanfare, Djapo, 2009. Onderdelen: Jil en Jempy in de Filippijnen (afval), Aisha in Senegal (water/vervoer), Itza en Jani in Ecuador (natuur), Sammy en Juan in de Filippijnen (energie), Paulo en Arvin in de Filippijnen (water). & Fotosets van Studio Globo en Broederlijk Delen bij de jaarlijkse campagne. Zie bijvoorbeeld Elmer in Bolivia (2009), Fanfan en Mitou in Haïti (2008), Abiba in Burkina Faso (2007), Raichel in de Filippijnen (2006). 6.1. Beelden ter plaatse verwerken 6.1.1. Overzicht houden Begin best meteen na de opnames met het verwerken van de beelden. Wis je digitale beelden die niet scherp genoeg zijn of die om een of andere reden niet voldoen. Wis ook beelden die niet ter zake zijn. Hou steeds je doel en je doelgroep voor ogen: is dit een leuke foto voor mijn doelgroep? Vertelt de foto wat ik wil zeggen? Als je in de mogelijkheid bent om een notebook, laptop of externe harde schijf mee te nemen, kun je alvast van je beelden een kopie maken. Je kunt er altijd op terugvallen als er later iets misloopt met het bewerken van je beelden. Noteer indien mogelijk de onderwerpen en scènes waarvan je reeds beelden hebt. Als je bijvoorbeeld een dag van een kind in beeld wil brengen, kun je best ter plaatse je beeldresultaten goed bekijken. Zo behoud je een goed overzicht en kun je waar nodig nog aanvullende beelden maken. Die kans krijg je achteraf niet meer. Indien haalbaar kun je je beeldmateriaal volgens thema en onderwerp in mappen rangschikken, bv. familie 1_ Madjid_met_mama_en_papa. 6.1.2. Voorwerpen en context Wanneer je de beelden bekijkt, kunnen ze je inspireren om op zoek te gaan naar voorwerpen die in beeld komen: een doek, een mandje, een stoel, een drinkbus, een beker, een hangmat, een binnenband van een fiets, een emmer, een bezem, Je kunt een lijstje van deze voorwerpen aanleggen en aanstippen wat je bij ons vindt of wat je ter plaatse op de markt of in een winkel kunt kopen. Probeer een beeld te maken van de voorwerpen in hun context (wat doen kinderen er mee, waar worden ze bewaard, waar kan je ze kopen, enz ) De voorwerpen en beelden kunnen later in een begeleidende koffer verwerkt worden. Een voorbeeld: een kind neemt een mandje mee en wast zich met water uit een ton. Waar komen water en mandje vandaan? Is er een waterput? Waar is die te vinden? In de directe omgeving of verder? Bij buren? Zijn er concrete problemen in verband met water waar kinderen mee te maken hebben? Kan je zo n mandje aankopen? Of kan je bijkomende foto s maken van de waterput, water halen,..? 6.1.3. Informatie verzamelen Ook al slaag je er in om beelden te maken die voor zich spreken, dan nog blijft het noteren van bijkomende informatie zeker zinvol. Je kunt bijvoorbeeld gegevens verzamelen om een portret samen te stellen. Dit portret kan voor leerkrachten interessant zijn om de beelden beter te begrijpen en te ka- 37

36 Luik 6 Beelden ordenen en try-outen Hoe verwerk je ter plaatse je beelden en informatie? Op welke manier ga je aan de slag met al de verkregen beelden? Heb je voldoende informatie en materialen verzameld? Zijn de beelden die je gemaakt heb geschikt voor je gekozen doelgroep? We geven tot slot nog enkele handige tips voor de verwerking en het gebruik van je beeldmateriaal. 1.2. Contact met project in het Zuiden Ga je op familiebezoek? Plan je een inleefreis of een bezoek aan een project? Ga je helpen bij een project of trek je als toerist rond? Ben je zelf goed vertrouwd met het project of nog niet? Ken je mensen ter plekke die je kunt vertrouwen en die jou vertrouwen? Probeer samen te werken met een vertrouwenspersoon. Het kan gaan om een projectverantwoordelijke, projectmedewerkers, een chauffeur die de gebruiken van het land kent, een bekende die je introduceert bij belangrijke contactpersonen, een organisatie die je verblijfplaatsen aanraadt, We hebben onze reis geboekt toen we positief antwoord kregen van de projectverantwoordelijken in het Zuiden. Onze contactpersoon hier had op voorhand via mail en skype verduidelijkt wat de bedoeling was en wat we achteraf met het beeldmateriaal willen doen. De projectverantwoordelijken zorgden voor twee vrijwilligers die ons tijdens het verblijf concreet hielpen. 1.3. Foto, video of beide? Welke keuze is haalbaar in het kader van je project en je reis? Is een combinatie van foto en video mogelijk? Waarvoor wil je de beelden achteraf gebruiken? Welke minimumkwaliteit verlang je van je beelden? Hoe vaardig ben je met je toestel? Kan je daar vooraf nog wat aan verbeteren? Heb je een statief dat je kan meenemen? Welke mogelijkheden heb je om de beelden achteraf te monteren? Ik vind het gênant om een groot fototoestel mee te nemen. Je staat als blanke al genoeg in de kijker. Er zijn tegenwoordig echt goede digitale toestelletjes waarmee je vlot kunt inzoomen. Ik neem mijn klein toestel mee. Ik heb het altijd bij en weet goed hoe het werkt. Het voordeel van video is dat je bewegende beelden en een klankband hebt om de leefwereld van kinderen in beeld te brengen. Je kan een ander sfeerbeeld geven dan bij foto s. Een nadeel is wel dat, na het tonen van de videobeelden aan je doelgroep, alles weg is. Indien haalbaar kan je ook enkele foto s nemen om na het tonen van de videobeelden mee verder te werken. Het is ook interessant om enkele foto s te (laten) maken van de fotograaf of cameraman/-vrouw in actie. 1.4. Themakeuze Om een educatief pakket voor kleuter- of lager onderwijs aan te maken, kan je ook vooraf kiezen voor één of meerdere thema s uit de leefwereld van kinderen in het Zuiden. 9

10 De kinderrechten en onderwerpen van Milieu zorg op School (MOS) bieden een goed overzicht van thema s uit de leefwereld van kinderen die bruikbaar zijn in het kader van mondiale vorming. Voorbeelden: spelen, klusjes, onderwijs, verzorging en gezondheid, bescherming, zorg en liefde, familie, participatie, wonen, voeding, kleding, water, natuur op school, afvalpreventie, verkeer, energie, ecologische voetafdruk,... Kies vooraf één of twee thema s. Om een thema uit te diepen kun je gebruik maken van een kijklijst. Dit is een lijst met vragen en deelthema s die je helpen bij het concreet in beeld brengen van de kinderwereld. Voorbeelden van kijklijsten kan je vinden in luik 5 Kinderen in beeld brengen. De keuze van je thema hangt samen met het doel van het educatief pakket dat je wil aanmaken. Wil je inleving bevorderen dan kies je best situaties die kinderen van hier kunnen nabootsen of naspelen. Het is aangewezen om een thema te kiezen dat verwant is met de kern van het project dat je bezoekt. Voorbeeld: als het gaat om een project dat zich richt op de bevordering van het basisonderwijs is het wellicht interessant om het thema school te kiezen voor je educatief pakket. Het is boeiend als eenzelfde kind in meerdere thema s terugkomt. Het pakket is dan meerdere keren tijdens het schooljaar bruikbaar. 1.5. Verhaal en boodschap Na de keuze van je thema, kan je beslissen om al dan niet met een verhaal te werken. Indien je vooraf geen verhaal hebt, kun je allerlei deelaspecten van het gekozen thema in beeld brengen. Je gaat dan ter plaatse vooral registreren. Na kennismaking met de visie van Wereldwerkplaats besloot ik om beelden te maken over hoe Bhuban in Nepal woont en samenleeft met zijn familie, naar school gaat, water haalt met zijn mama, samen speelt met zijn zussen, broer en vriendjes. Je kunt ook vooraf kiezen voor een verhaal dat je achteraf ter plaatse concreet uitwerkt en voorziet van beelden. In het kader van de aanmaak van een videofilmpje voor de Gloobfanfare werd voor het eerste leerjaar het verhaaltje van Jil en Jempy (Filippijnen) bedacht. Die laten met recyclagemateriaal een handtasje maken voor de verjaardag van mama. Zorg voor een kort en duidelijk verhaal. Het kan spannend of droevig zijn, verwondering of interesse wekken. Het kan echt gebeurd zijn of verzonnen. Belangrijk is dat het bij de doelgroep blijft hangen en dat het snel in beelden kan omgezet worden. 5.7.4. Kleren wassen (chronologisch) & Vuile kleren sorteren & Kommen vullen met water & Zeep nemen & Kleren nat maken & Kleren inzepen & Kleren uitspoelen & Aan de waslijn hangen & Was afhalen & Was opplooien, opbergen 5.7.5. Water halen & Aan de kraan: met een jerrycan & Aan de pomp: emmer naar beneden laten en optrekken met een touw, aan een hengel draaien om de emmer boven te trekken, een zak van een binnenband van een vrachtwagen neerlaten, & In de rivier & In een beekje & Aan een bron & In de put & Met een emmer in de hand & Emmer op het hoofd & Een zak & Een jerrycan & Grote tonnen op een kar & Zelfgemaakte kar bv. om twee jerrycans mee te vervoeren & Mand op de rug met een metalen pot & Een rugzak om met water te vullen waar een buisje aan zit en waaraan je direct kan drinken & Drinkbus & Ezel of andere (last)dieren & Manden met doeken op je rug gebonden & Bamboestok gevuld met water 5.7.6. Zuiver water <-> Vuil water & Vuile plas & Water van een meer & Water uit de rivier & Water van de regenpomp & Water uit een bron & Water uit een tuinslang & Water uit een brandweerauto of tankwagen & Water uit een reservoir & Water uit een aquarium & Water van het zwembad 5.7.7. Regenwater en zuiver water & Wat kan je drinken? & Welk water kan je niet drinken? & Wanneer gebruik je regenwater? & Wanneer gebruik je kraantjes- of flessenwater? Regenwater Zuiver water Planten gieten Drinken Poetsen Tanden poetsen Auto wassen Groenten wassen Terras schuren Eten maken 35

34 & Planten water geven: emmer water aan de regenpomp halen om in de tuin de planten te gieten, met de tuinslang? Een gietertje, planten buiten in de regen zetten, & Schoenen poetsen met water & Vervoermiddel (fiets, moto, auto, bus,...) wassen: wanneer? Hoe? Met emmer en spons, vod, & Ramen wassen & Dweilen 5.7.2. Spelen in water & Zwemmen: graag/ niet graag zwemmen, bang, duiken, springen, plonzen, zwembandjes, zwemmuts, & Bootje varen & Roeien & Kano varen & Duiken & Van de startblokken springen & Met zwembandjes & In het zwembad & In een meer of een riviertje & Plonzen in het water & Een badeendje & Een tractorband & Vissen: hengelen in een riviertje, van op een boot 5.7.3. Zich wassen (chronologisch) & Water halen & Kleren uitdoen & Kleren ophangen of wegleggen & Je nat maken & Je haar nat maken & Inzepen & Afspoelen & Afdrogen & Aankleden & Je mooi maken & Je haren kammen & In de spiegel kijken Bij de uitwerking van je verhaal kan je impliciet of expliciet een boodschap meegeven. Dat kan een boodschap zijn die je zelf kiest. Het kan ook een boodschap zijn van kinderen in het Zuiden of vanwege het project. Het fotopakket kinderen spelen van Wereldwerkplaats toont spelende kinderen in verschillende landen en bevat meerdere foto s van Olive die speelt in de Centraal Afrikaanse Republiek. Kinderen van hier kunnen na waarneming van de foto s de impliciete boodschap expliciteren dat kinderen overal graag spelen en dat je niet veel nodig hebt om fijn te spelen. 1.6. Scenario Ga je werken met of zonder scenario? Kies je voor een open of meer gesloten scenario? Er zijn veel varianten mogelijk. Je kunt veel aan het toeval overlaten of zo veel mogelijk op voorhand vastleggen. Een vaak gebruikt scenario is een dag van een kind in beeld brengen. Een reeks beelden worden dan in chronologische volgorde gezet. Je kunt focussen op de kracht, zelfstandigheid en vindingrijkheid van de kinderen in het Zuiden. Je hebt dan niet echt een verhaal nodig, wel aanvullende informatie om bij de beelden te vertellen. Bedenk dat een dag uit het leven van een kind in beeld brengen of samen met kinderen over een situatie rapporteren, meer dan één dag van je beschikbare tijd vraagt. Door je vooral op de inhoud te richten, vergeet je soms dat de vorm bepaalt of je verhaal goed overkomt. Het kan daarom belangrijk zijn om op voorhand aan de hand van een scenario te bepalen wat en hoe je de werkelijkheid in beeld wil brengen. Een scenario bestaat uit een overzicht van de scènes. Bij een scène kan je volgende aspecten omschrijven: & Plaats of locatie waar de scène zich afspeelt: in de keuken, in de wasruimte, op straat, bij of in de school, in de tuin, in de natuur,. & Betrokken personen: één kind alleen, een jongen met zus, een kind met zijn/ haar vriendjes, mama of beide ouders, juf, burgemeester,. & Acties of handelingen: wat er gedaan, getoond, gezegd wordt door de betrokkenen; & Welke standpunten of perspectieven wenselijk zijn: close-up, overzicht, vogelperspectief, kikkerperspectief,... (zie verder bij beeldcompositie). Je kan uiteraard ter plaatse altijd afwijken van je scenario. Het scenario kan een checklist zijn om na te gaan of je alle beelden hebt die je later wil verwerken. 1.7. De reis zelf Hoeveel tijd je wil/kunt investeren in het aanmaken van je beelden hangt samen met het doel en de duur van je reis. 11

12 Volgende vragen kunnen daarbij van belang zijn: & Wanneer ga je op reis of breng je het bezoek? In welk seizoen, in welke maand? Is dit voor de mensen van het project tijdens het schooljaar of in het verlof? Hou je er rekening mee dat je tijdens de vakantie moeilijk of geen beelden van naar school gaan kunt maken? & Hoe ga je op reis? Hoe ga je er heen en hoe verplaats je je in het Zuiden? Hoeveel tijd heb je ter beschikking? Tips voor duurzaam reizen: zie www.joker.be Tik in op je zoekrobot: duurzaam reizen, duurzaam toerisme. & Met wie ga je op reis? Als je in groep gaat, kun je een duidelijke taakverdeling afspreken en heb je minder tijd nodig om te fotograferen. Spreek af wie wat fotografeert, hoe je het beeldmateriaal zult verzamelen en onder welke voorwaarden je dit doet. Als we met een groep reisden, spraken we op voorhand af wie foto s zou nemen. Het kon niet de bedoeling zijn alle acht met een kanjer van een fotoapparaat rond te lopen. Als we een foto wilden, vroegen we de fotograaf naar onze instructies het beeld te maken. & Wat neem je mee voor onderweg en voor de mensen daar? Wat wil je aan de mensen geven, uitleggen, tonen,? 1.8. Officiële info over beelden maken Om de reis en het bezoek vlot te laten verlopen, kun je best ook opzoeken welke de officiële juridische richtlijnen zijn in verband met fotograferen in het land waar je naar toe trekt. Info over fotograferen en reizen kun je vinden op www.diplomatie.be. Twee voorbeelden van deze website: Het is in Laos verboden personen in uniform en openbare of militaire gebouwen te fotograferen of te filmen. In het algemeen ben je best voorzichtig bij het nemen van foto s van gevoelige infrastructuur. In Congo vermijd je absoluut het fotograferen van politie, luchthavens, bruggen, enz. Vraag de voorafgaande toestemming aan de mensen die je wenst te fotograferen. Filmen is niet zo evident in Haïti. Ter illustratie hier het veiligheidsadvies van de Franse ambassade: ne pas photographier ou filmer les gens sans leur accord préalable. Plus généralement, éviter de prendre en photo des lieux miséreux. Concreet betekent dit dat Haïtianen eigenlijk niet graag gefotografeerd of gefilmd worden, en dit om twee redenen. Vanuit hun voodoo-achtergronden vreest men dat, als iemand een foto neemt van een persoon, hij met die foto naar een voodoo-priester kan stappen en daar allerlei magie kan mee ver- & Gebruik speelplaats: tijdens pauzemoment, spelen vrij en geleid, les buiten? & Speelmogelijkheden met en zonder klein of groot materiaal, welke groepsspelen, voetbal? & Zorg voor buitengewone kinderen, opvang van kinderen met handicap? & Gaan ze naar school? Hoe? Rolstoel? 5.6.5. Einde van de schooldag & Hoe gebeurt dagafsluiting in de klas? Op school? & Nablijven? & Weg terug naar huis? Met wie? Hoe? 5.6.6. Aankomst thuis en avondgebeuren & Opvang? Wie? hoe? & Omkleden? Eten en drinken? & Huistaak? & Thuiswerk? & Verder verloop van de avond? & Slaapritueel? Neem meerdere beelden van opeenvolgende handelingen in dezelfde situatie. Neem een reeks beelden in een chronologische volgorde. Dit geeft achteraf interessante verwerkingsmogelijkheden. Zo kunnen de kinderen van je doelgroep de beelden in een welbepaalde volgorde leggen. De kijklijst over naar school gaan hebben we vertaald in het Engels. Dat wat een grote hulp voor onze twee contactpersonen in Laos. Aan de hand van de Engelse lijst konden we goed uitleggen wat onze bedoeling was. We bekeken samen wat haalbaar was. Bij ons bezoek aan de school en de families vertaalden ze dit in de plaatselijke taal. 5.7. Kijklijst om het thema water in beeld te brengen Laat zoveel mogelijk de diversiteit binnen een situatie aan bod komen. Diversiteit kan zitten in de verschillende watersituaties die ieder persoon kent, in de betekenissen en gevoelens die er aan vasthangen, in het belang dat men hecht aan water, in de wijze waarmee men omgaat met water, enz 5.7.1. Watergebruik Breng zoveel mogelijk in beeld waarvoor kinderen water gebruiken of met water te maken hebben. & Water drinken: uit een beker, uit een fl esje, van de kraan, & Afwassen: in een kommetje, in de wasbak, afwasmachine & Zich wassen: kraantje, wasbak, douche, tuinslang, in bad, babybadje, washandje? & Handen wassen: wanneer? Hoe? Mama of zus komt langs met een washandje, aan de wasbak, buiten aan de waterpomp na het spelen in de tuin, zeep? & Gezicht wassen: wanneer? Hoe? Met een washandje, met je handen een kommetje maken en water in je gezicht gooien, & Kleren wassen en drogen: wasmachine, handwas, droogrek, droogkast, wasdraad in de tuin of op de koer, 33

32 & Taken van kinderen als ze (nog) niet naar school gaan of bv. in voor- en namiddag (als ze maar halve dag schoollopen)? & Hoe wordt concreet afscheid genomen? Ritueel? Vertrek? 5.6.2. Verplaatsing en aankomst aan de school & Hoe gaat Y of X naar school? & Hoe ver is het? Hoe lang? & Met wie naar school? & Wat doen X en Y onderweg? & School aan buitenkant? Afgebakend? Schoolpoort? Inkom, omheining, wachter/ bewaker? & Is er opvang, individuele begroeting, bewaking? & Vrij spel op speelplaats? Hoe groot is de speelplaats en wat kunnen de kinderen buiten doen? Toestellen? Spelmateriaal? & Overdekt gedeelte? Waarvoor wordt het gebruikt? 5.6.3. Naar en in klaslokaal & Afspraken/ gebruiken rond binnenkomen, opstarten? In de rij gaan staan? Hoe? & Start activiteiten: lichamelijke oefeningen? Vlag? Versje, gebedje? Klassikaal of met hele school? Belsignaal? & Rij vormen om binnen te gaan? (geeft goed de groepsgrootte weer) & Plaats van jassen, schoenen, boekentassen,? & Toiletten? & In welk leerjaar zit X? Is dit aangeduid? Foto met X of Y bij klasaanduiding? & Overzicht van klaslokaal en klasinrichting? & Is er schoolbord? Wat zie je daarop? & Overzicht van klasgroep? Gebruikelijke aantallen of uitzonderlijk? 5.6.4. Lessituaties & Belangrijk is vooral variatie te fotograferen! & Worden meisjes en jongens gelijk behandeld? & Hoe is gewone dag opgebouwd? Vastliggend schema? Startmoment? Vaste momenten tijdens de dag? Slotmoment, huistaak, ritueel goedendag? & In welke taal/ talen krijgen ze les? & Groeperingsvorm: klassikaal, groepjes, per 2, individueel werk? & Zitten Y of X op grond, stoel of bank of combinatie afwisselend? & Aan het werk in de klas: groep bij leraar, anderen zelfstandig? & Welke didactische hulpmiddelen zijn er: bord, platen, bureau, schriften, handboek, boeken, lei, krijt, telraam? Wat mag X of Y of klasgenootje ermee doen? & Wat hangt aan de muur en hoe wordt het gebruikt? Kan X of Y er bij staan, er iets bijzeggen of doen (aanwijzen? ) & Welke spelmaterialen hebben ze: puzzel, blokken, auto s, landkaart en of wereldkaart,? Mag X of Y spelmateriaal nemen om te spelen? & Leerinhouden (in welke taal of talen?): Hoe leren ze lezen? abc from apple, boy, cat,? & Aanspreking leraar, begroetingen, dank u, a.u.b., smakelijk, & Liedje, verhaaltje, versje, spel & Hoe zeggen, schrijven ze: papa, mama, zus, broer, oma, opa,? & Goede gewoontevorming: hapje, drankje, toilet, jas, schoeisel,? & Taakjes op school? richten, zelden in het belang van de gefotografeerde. [ ] De tweede reden is dat heel wat Haitianen maar al te goed weten dat foto s en film soms voor grof geld verkocht worden in het buitenland, zonder dat de lokale mensen hier iets voor terugkrijgen. Meestal zijn het dan beelden waarop mensen zich in mens onwaardige omstandigheden bevinden. Zo hang je een heel negatief en vertekend beeld van Haïti op. (1) Je gaat ook best na wat de geldende regels zijn in verband met het fotograferen van kinderen. Kind en Gezin vat de regels die bij ons gelden als volgt samen: Foto s van personen worden beschouwd als persoonsgegevens. Je mag geen persoonsgegevens, ook geen foto s, opnemen zonder medeweten van de betrokken persoon. Je moet hem of haar meedelen met welk doel je de informatie verzamelt en voor wie de informatie bestemd is. Je mag alleen gegevens verzamelen die relevant zijn voor de doelstelling. Het recht op afbeelding is een persoonlijkheidsrecht: iedereen kan zich verzetten tegen de publicatie van zijn foto. Wanneer je een foto van een kind wil publiceren, moet je de toestemming van de ouders hebben. (2) (1) Naar G. Matton, zie website vlaams-haiti-overleg.be (2) Bron: www.kindengezin.be 13

14 Luik 2 Met respect in beeld brengen De basis voor een goede verstandhouding tussen fotograaf en gefotografeerde is respect. Maar wat is respect precies? Respectvol gedrag uit zich in een open houding en in de communicatie met de personen die je in beeld brengt. Achter een respectvolle ingesteldheid zitten waarden als echtheid, gelijkwaardigheid, verbondenheid en solidariteit. Je kunt je hier ook op voorbereiden: stel je in de plaats van de andere, leef je in, leer wat van de taal, het land, de cultuur. Denk na over zaken als: doe ik het stiekem of openlijk? Moet ik geld voorzien om mijn modellen te betalen? Kinderrechten kun je ook respecteren door rekening te houden met de voorstellen en meningen van kinderen. Het is wenselijk om waar mogelijk kinderen te laten participeren in het hele gebeuren (zie communiceren en participeren ). Het is ook belangrijk dat je tijdens het aanmaken van beelden hun recht op spel en vrije tijd respecteert (zie actie en ontspanning ). Hun recht op privacy geeft aan hoe ver je kunt gaan in het fotograferen of filmen van kinderen en hun families. Het is belangrijk om zorgvuldig de grenzen te respecteren die kinderen aangeven en om je te informeren over de geldende regels in dit verband. We kregen de toestemming van de projectverantwoordelijken en de medewerking van de ouders, maar toch zijn we gestopt. We wilden niets forceren. De kinderen die we in beeld wilden brengen, hadden er geen zin in en voelden zich wat verlegen. Op sommige plaatsen is het verboden om kinderen in openbare zwembaden in beeld te brengen. Ga dat dus op voorhand na. 5.5. Kinderen in groep Een groep in beeld brengen is een hele uitdaging. Maak beelden terwijl kinderen met elkaar spelen of samen iets ondernemen. Organiseer een beurtrol of wedstrijdje als dit haalbaar en zinvol is. Als ze allemaal samen willen poseren of zich verdringen voor je lens, leg je best alles even stil en bekijk je wat haalbaar is. Mijn aankomst op de school was overweldigend. Heel wat kinderen kwamen rond mij hangen en stelden vragen over België. Ik heb mijn camera weggelegd en gesprekjes gevoerd. 5.6. Kijklijst om het thema school in beeld te brengen Bekijk of het haalbaar is om zowel een reeks van een jongen X als van een meisje Y te maken. Deze kijklijst geeft je ook meteen tips om een dag van een kind in beeld te brengen. 5.6.1. Thuissituatie, ochtendgebeuren en vertrek & Opstaan? Pyjama? Hoe laat opstaan? Gewekt worden, door wie? & Verzorging, hygiëne, wassen? & Ontbijten? Wat eten en drinken voor vertrek? Is alles in huis of moet er nog iets bijgehaald worden? Wie zorgt ervoor? Wat doet X of Y? & Aankleden/ omkleden, uniform of niet? Jas? Schoeisel? Alleen aandoen of met hulp? & Is er rugzakje of boekentas? Wat nemen ze mee naar school en hoe? & Nemen ze lunch mee? Wat? Klaarmaken? Door wie? 31

30 Bij kinderen kan het aangewezen zijn om voldoende afstand te houden. Het gebruik van een telelens kan daarbij een hulp zijn maar dit heeft ook zijn beperkingen. Een voordeel is dat het hun spel niet verstoort. Nadelen zijn een vage achtergrond en trillende beelden als je geen statief gebruikt. Probeer niet om ze met je camera te volgen. Je kunt ze beter uit beeld laten lopen en een nieuw shot beginnen. 5.3. Communiceren en participeren Probeer rechtstreeks of via iemand die wil tolken kleine gesprekjes te voeren: waar zijn ze goed in, wat vertellen ze graag, wie zouden ze graag willen zijn, wat vinden ze grappig, waarmee kunnen ze lachen, wat maakt hen gelukkig, blij, bang, boos, verdrietig? Zorg er voor dat het gesprek prettig en speels blijft. Blijf zelf ook vrolijk en energiek en betrek de kinderen bij het maken van beelden. Laat ze bijvoorbeeld kiezen waar de beelden gemaakt zullen worden of met welk voorwerp ze in beeld willen komen. Betrek indien haalbaar andere kinderen, een huisdier of voorwerpen bij het fotograferen. Als het niet vlot lukt, kun je beter een andere keer verder gaan. Vertel ook aan de kinderen iets over jezelf, iets wat hen kan boeien of over wat je met de foto s wil doen. Bekijk of het haalbaar is om kinderen één of meer foto s te laten zien. Non-verbale taal, zoals glimlachen en je duim op steken, kan helpen. Let op dat je dit niet te veel gebruikt, want kinderen bootsen dit na. Dan kom je thuis met foto s waarbij kinderen steeds hun duim opsteken. Laat oudere kinderen zelf ook eens fotograferen of filmen. Kinderen zijn niet gebonden aan fotografische regels van volwassenen. Zij maken foto s van dingen waar je nooit aan zou denken... Achteraf heb ik de foto s laten afprinten. Als dank voor de participatie van de kinderen gaf ik hen een fotoboekje. Dat was een ontroerend moment voor hen, voor de mama en voor mij. 5.4. Kinderrechten respecteren Kinderrechten gelden overal, ook bij het fotograferen en filmen. Meer specifiek gelden de rechten op privacy, op bescherming, op een eigen mening en op inspraak, op spel en vrije tijd. Kinderen hebben, zoals volwassenen, recht op respect voor hun integriteit. Ze hebben in alle situaties recht op een respectvolle behandeling. Ook al heb je de toestemming van de ouders en van de projectverantwoordelijke, je kunt kinderen nooit tot iets dwingen. Respect voor hun eigenheid en interesse kan betekenen dat je soms beter stopt met fotograferen of andere kinderen uitnodigt om mee te doen. 2.1. Basishouding Expliciteer voor jezelf de waarden die je in je foto s of videobeelden wil meegeven. Deze waarden komen ook terug in je manier van werken. Vaak hebben beelden tot doel interesse en respect op te bouwen voor de mensen en hun leefsituatie in het Zuiden. Voor dit doel is het interessant om beelden te tonen die de kracht van mensen en kinderen laten zien. Beelden die herkenning mogelijk maken, die respect uitstralen en solidariteit aanwakkeren. Eigenlijk gaat alles in deze brochure over je basishouding, ook als je je camera vasthoudt, contact maakt, toestemming vraagt, enz. Ik neem tijd om me te laten raken door positieve zaken. Ik kijk hoe mensen situaties aanpakken! Ik zoek naar de kracht van mensen. Ik probeer door de eerste, soms negatieve indrukken heen te kijken. Negatieve situaties of ervaringen horen tot de realiteit. Maar ik wil dit overstijgen en een verhaal van hoop brengen, de zaken in een hoopvol perspectief plaatsen. De bedoelde basishouding en waarden vinden we terug in de Universele Verklaringen van de Rechten van de Mens. We denken dan bij voorbeeld aan respect voor de waardigheid en kwetsbaarheid van elk individu en volk. Concreet verwijzen we naar het recht op vrije meningsuiting en het recht op privacy. Je kunt respect opbrengen door naar de mening van betrokkenen te vragen, door grenzen te respecteren, door te aanvaarden dat men iets niet wil, door te beseffen dat fotograferen in bepaalde situaties gewoon not done is,... 2.2. Wederzijds proces Je blijft als buitenlander vaak een buitenstaander, maar hoe kom je toch een beetje binnen? Fotograferen kan een wederzijds proces worden. Je kunt samen zoeken naar de meest respectvolle of leuke manier om iets in beeld te brengen. Het kan dan voor beide partijen als een positieve herinnering blijven hangen. Nadat ik vertelde waarom ik foto s wou nemen - thuis vertellen over hun manier van leven - wou de gastheer zijn kippen laten fotograferen. Ik vertel nu nog altijd over het belang van zijn dieren en de zorg die de man eraan besteedde. Ik heb hem enkele foto s nagezonden. Draai de situatie eens om: wat zou jij doen, mocht er een Japanner voor je deur staan met de vraag: Mag ik van jouw kind enkele foto s nemen? Mag ik een dag meemaken en van dagelijkse handelingen een opname maken? Mag je kind meespelen in een verhaaltje dat ik zelf verzonnen heb? Wat zou jij antwoorden? Wanneer ik ergens arriveer, haal ik niet meteen mijn fototoestel boven. Ik probeer mijn verlegenheid te overwin- 15

16 nen. Ik wens de mensen eerst een goede dag toe en leg contacten. Ik vraag of alles goed gaat. Ik vertel of toon iets over mezelf en probeer uit te leggen waarom ik op bezoek kom. Ik toon zelf enkele foto s. Pas dan vraag ik of ik eventueel een foto mag nemen. Mijn ervaring is dat mensen graag willen meewerken als je hen vanuit hun kracht aanspreekt. Ze vertellen maar al te graag iets over zichzelf. Ik toon mijn appreciatie omwille van hun medewerking. Het lijkt logisch, maar eens ter plaatse is de verleiding om dit respect opzij te zetten vaak groot. De mensen mogen echter niet het gevoel krijgen dat er naar hen wordt gekeken als dieren in de dierentuin. Geef iets prijs van jezelf. Geven betekent iets van je persoonlijkheid prijsgeven, niet iets letterlijk geven. Je kunt dit ook voorbereiden: neem een fotoboekje mee van thuis, laat iets van je eigen familie en omgeving zien. Toon iets wat je zelf leuk vindt, doe iets waar je zelf veel aan hebt. Denk na over jezelf en de situatie hier. Wat wil je over jezelf en over ons land vertellen? We bezochten een schoolproject in India. Met de organisatie in Vlaanderen maakten we goede afspraken over de bedoeling van het projectbezoek. De organisatie nam rechtstreeks contact met de projectverantwoordelijken. Ter plekke lichtten we nogmaals het doel van ons bezoek toe: in contact komen met en even meeleven in een gezin, een fotoreeks over een dag uit het leven van een kind maken. De verantwoordelijke vond voor ons een gezin en een vertaler (al hadden we meer aan onze gebarentaal). We maakten kennis met het gezin. De kinderen kwamen net van de school. We stelden ons voor en vertelden over ons plan. We lieten een andere kleine fotoreeks zien. De ouders en de kinderen stemden toe. Wederkerigheid blijft ook van belang na je bezoek of verblijf. Toen ik na een jaar terug in Burkina Faso kwam, bezorgde ik foto s op een plek waar ik af en toe iets ging drinken. De mensen waren dolgelukkig. Ze lachten bij het zien van zichzelf en de anderen op de foto s. Ze boden me een drankje aan. 2.3. Belang van taal Als je de plaatselijke taal niet kent, schiet je al een eind op met lichaamstaal zoals gebaren, vriendelijkheid of lachen. Maar non-verbale taal is niet altijd eenduidig. Daarom is het goed om een vertaalde brief mee te nemen of iets van de taal te leren. Ik neem altijd een brief mee in de taal van het land of de streek om uit te leggen waarom ik foto s neem en wat ik er achteraf mee ga doen. Op sommige locaties, zoals bedrijven, kun je geen foto s nemen als je geen officieel (uitziend) document bij je hebt. Planning en weten wat je precies wil fotograferen, is belangrijk. Je krijgt ook respect terug als mensen voelen dat je echt moeite doet om een goed 5.1. Actie en ontspanning Je kiest best waar mogelijk voor beelden die kinderen in actie tonen. Dit komt natuurlijker over. Die beelden zijn ook interessant om achteraf in een educatief pakket te verwerken. Dit wil niet zeggen dat je de kinderen moet overladen met kleurpotloden of ballonnen om ze in actie te zien. Probeer beelden te maken van wat ze zelf spontaan doen. Observeer wat in de omgeving voorhanden is om mee te spelen, te werken, te helpen en laat ze dat gebruiken. Neem voldoende tijd om kennis te maken en om de kinderen op hun gemak te stellen. Soms is het beter om het fotograferen of filmen stil te leggen. Laat hen even met rust, als ze dat aangeven. Doe een stap terug en geef ze de tijd om met iets wat ze interessant vinden, bezig te zijn. Kies een omgeving waar kinderen op hun gemak zijn. Om het vertrouwen van de kinderen te winnen, ben ik eerst een namiddag met hen gaan kennismaken. Ik liet me rondleiden in hun huis, schoof mee aan tafel en observeerde hun realiteit. Daarna sprak ik met hen een dag af waarop ik zou terugkomen om de foto s te nemen. Om een dag van hun leven te kunnen vastleggen, mocht ik de avond voordien al bij hen thuis blijven slapen. 5.2. De leefwereld van kinderen respecteren Ga door je knieën, breng kinderen op kindhoogte in beeld. Fotografeer of film ze op hun ooghoogte. Je krijgt een nieuw perspectief. Je hebt een beter zicht op de kinderwereld en op hun gevoelens en expressie. Probeer hun wereld met hun ogen te zien. Spelende kinderen zijn de beste acteurs. Probeer te werken zonder regie-aanwijzingen te geven. De kinderen hadden de neiging om te acteren zodra er een fototoestel op hen gericht werd. Ik maakte duidelijk dat ik geen geposeerde foto s ging trekken en dat ze beter met hun vriendjes konden spelen. Omdat ze zo verdiept waren in hun spel, kon ik daarna ongestoord van op een afstand spontane foto s trekken. Je kunt je digitale camera richten op de kinderen en zelf naar de andere kant kijken. Omdat kinderen zo snel bewegen kan het aangewezen zijn om een reeks foto s van eenzelfde shot te nemen. Je kiest dan later voor de beste foto. Probeer de gevoelens van kinderen, hun fierheid en zelfrespect, hun verwondering en betrokkenheid in beeld te krijgen. Een kind hoeft niet altijd te lachen. Ook een serieuze foto kan heel sprekend zijn. 29

28 Luik 5 Kinderen in beeld brengen Het doel van dit boekje is inspiratie bieden om kinderen in beeld te brengen, om solidariteit tussen leeftijdsgenoten op te bouwen. Alle bovenstaande beschreven luiken zijn daarom ook van toepassing voor dit luik. Alle gegeven tips zijn ook bruikbaar bij het fotograferen van kinderen. In dit luik gaan we in op enkele specifieke uitdagingen, aandachtspunten en tips die kinderen aan de fotograaf stellen. Onze lens is hier dus enkel op kinderen gericht. contact op te bouwen. Het belang van de plaatselijk taal kan daarbij moeilijk onderschat worden. Bij elke stap speelt taal een belangrijke rol. Je kan op voorhand bekijken hoe je hiermee wil omgaan en wie je daarbij kan helpen. Je kan enkele begroetingen en begrippen leren in verband met het dagverloop, de familie, de school. Mijn vriend spreekt de lokale talen, vooral het Kikongo en het Lingala. Als je mensen kunt aanspreken in hun taal is de drempel al overwonnen. Ik kan geen Kikongo maar wel het Lingala. Om de mensen te kunnen begrijpen heb ik speciaal de taal geleerd. Als ze horen dat een Europese hun taal leert - een taal die je alleen daar in Congo kunt gebruiken - hebben ze al een pak meer respect en weten ze dat jij ook respect voor hen toont. Leer een aantal zinnetjes in de plaatselijke taal. Je wordt vriendelijker ontvangen, kunt betere foto s maken en iedereen beleeft meer plezier aan je bezoek. 2.4. Belang van kennis en info over gewoontes Respect kun je ook opbouwen door je te informeren over gewoontes en gebruiken, geschiedenis en politieke actualiteit, cultuurverschillen en interculturele communicatie, We kwamen overeen met een familie om foto s te nemen en hen foto s te bezorgen. De familie was heel dankbaar voor de foto s die ze kregen. Het waren hun eerste familieportretten. We wisten niet dat deze foto s heel wat spanningen teweeg brachten in de gemeenschap van de theeplantages. De ene familie had foto s en de andere niet. De families leven in één gemeenschap. Alles wordt gedeeld. We waren genoodzaakt om nu van elke familie een foto te maken en deze te bezorgen. 2.5. Stiekem of openlijk? Als je geen toestemming hebt of als mensen zich niet kunnen verzetten tegen het maken van beelden, kan je beter niet filmen of fotograferen. Vraag steeds aan mensen, ook aan kinderen, de toestemming om hun portretten te gebruiken voor het doel dat je voor ogen hebt. Zoek meer info over portretrecht en recht op afbeelding via je zoekrobot. Fotograferen is voor mij vooral ook mensen ontmoeten, iets delen met de personen die je in beeld wil brengen. Dat vind ik echt een essentieel onderdeel. Volgens mij maken mensen vaak stiekem foto s van anderen omdat ze bang zijn voor het contact, niét omdat het in die situatie het beste portret oplevert. 17

18 Hoe kan je duidelijk maken dat je iemand die je ontmoet wil fotograferen? Als je je camera min of meer ingesteld hebt, stap je naar hem of haar toe. Je vraagt, terwijl je afwisselend naar de persoon en je camera wijst, met een vriendelijke vragende blik, of er gefotografeerd mag worden. Hierbij komen enkele woorden in de plaatselijke taal, zoals een groet en woorden als alstublieft en foto, goed van pas. Je vriendelijkheid in combinatie met je doortastendheid zullen doorslaggevend zijn voor de toestemming. Het gebruik van zoom of telelens om mensen van op grotere afstand te fotograferen is niet aan te raden. Een nadeel is dat de omgeving niet of onscherp in beeld komt. Dikwijls vertelt de omgeving ook iets over de persoon. 2.6. Geld voor foto s? Als je voor het aanmaken van een reeks beelden kunt terugvallen op een projectbezoek, kan je met de projectverantwoordelijken bespreken hoe je de inspanningen van de personen die meewerken het best waardeert. Dit hoeft niet altijd geld te zijn. Ben je meer als toerist op reis, dan ligt het wellicht toch wat anders. Als je voelt dat je niet zomaar kunt weggaan, als iemand bereidwillig veel tijd stopt in het helpen van foto s nemen, als mensen om geld vragen, kun je best iets betalen voor de medewerking. Soms is het mogelijk om op voorhand een prijs af te spreken. Dat kan problemen voorkomen. Je voorziet hiervoor best een budget. Neem ook even tijd om de school, de winkel, de boerderij waar je bent te bezoeken. Mensen vragen geld voor foto s omdat ze geloven dat je daar in België veel geld mee gaat verdienen. Eigenlijk hebben ze gelijk. Daarom is het belangrijk om uit te leggen wat je met die foto s gaat doen: we gebruiken de beelden om de mensen en kinderen te tonen hoezeer het de moeite waard is jullie te leren kennen, jullie niet te vergeten en in jullie plannen te investeren. Ook om aan onze familie te laten zien bij welke toffe mensen we hebben gelogeerd. En dan krijg je snel het omgekeerde, toffe effect: ze geven zelf aan wat ze op foto willen. Wil je de plaatselijke bevolking financieel ondersteunen, doe dan een gift aan een lokaal project. Dit heeft tevens als voordeel dat je hiermee individuele burgers niet zo snel aanzet tot bedelen. Ik ben in de toeristische streek, die ik bezocht, gestopt met fotograferen omdat er overdreven veel geld gevraagd werd voor elke foto. heb je van de projectverantwoordelijke de toestemming gekregen: & Sommige mensen zijn onwennig of bang omdat ze niet goed weten wat een camera is en hoe die werkt. & Soms denken mensen dat hun ziel gestolen wordt of dat men veel geld met de foto gaat verdienen (zie hoger voorbeeld in verband met Haïti). & In sommige culturen zijn afbeeldingen verboden. & Sommige mensen vinden het vervelend omdat ze vinden dat hun kledij of uiterlijk niet in orde is. & Sommige mensen zijn het beu om weer gefotografeerd te worden. & Enz. Bij sommige mensen is het lastig om hen duidelijk te maken dat ze best gewoon doorgaan met hun activiteiten. Dikwijls gaan ze eens goed voor de camera staan of zitten. Ze kijken met een kunstmatige glimlach recht in de camera. Geposeerde foto s kunnen achteraf interessant zijn om de personen voor te stellen of bepaalde situaties te verduidelijken. Sommige handelingen gaan zo snel dat je kinderen kunt vragen om een handeling te herhalen. In de praktijk kun je een combinatie van spontane en geposeerde foto s kiezen om je educatief pakket samen te stellen. Uit fouten kan je veel leren. Dat is ook zo met filmen en fotograferen. Ga heel concreet na waarom je beelden mislukt zijn en probeer het opnieuw. Een veel voorkomend probleem is gebrek aan scherpte, bijvoorbeeld omdat je niet eerst scherpstelt alvorens af te drukken. 4.6. Videotips Vele tips in verband met fotograferen kan je ook bij filmen toepassen: themakeuze, verhaal, scenario, toestemming vragen, kader, perspectiefwissel, standpuntwissel, voorgrond - achtergrond, gulden snede. We geven hier nog wat extra tips in verband met video-opnames. & Bekijk bestaande filmpjes voor kinderen en leer er uit over beeldtaal. & Leg contact en maak indien mogelijk een proefopname. Bekijk of je voldoende licht hebt en of de lichtbalans van je toestel goed ingesteld is. & Controleer ook vooraf of je het geluid goed opneemt. Dit wordt nogal vlug vergeten of verwaarloosd. & Zorg voor korte boeiende shots/ scènes met begin en einde. & Geef de voorkeur aan bewegende beelden in de plaats van een bewegende camera. Laat personen in en uit het beeld stappen. Hou je camera stil in plaats van de bewegende personen te willen volgen. & Gebruik als het kan een statief. & Vertel een verhaal met de camera zonder dat je er meteen uitleg bij moet geven. & Zorg dat het plezierig is voor wie gefilmd wordt en voor jezelf. & Zoom niet te veel terwijl je filmt. Dit is onnatuurlijk. & Vermijd het zoeken naar je onderwerp met je camera. & Het is leuk als er iets niet voorzien, iets grappigs gebeurt. & Maak opnames die makkelijk te monteren zijn. Of zorg voor voldoende variatie zodat je de beelden eventueel zonder montage kan gebruiken. 27

tussen een gewone fiets en een fietstaxi laten zien? Of is de herkenning van de jongen op de fiets belangrijker? geven. Probeer door middel van sprekende beelden je verhaal te doen. Je boodschap komt sterker over. 26 Vergeet niet op de achtergrond te letten. Door je te richten op het hoofdonderwerp, verlies je dit aspect gemakkelijk uit het oog. Zorg dat er geen zaken op de achtergrond zijn die de aandacht afleiden of storen. Door je enkele stappen te verplaatsen en met je perspectief te spelen, krijg je meestal al een heel ander beeld. 4.3.3. Gulden snede Maak niet gewoon een foto met je onderwerp in het midden. Als je je beeld horizontaal en vertikaal in drieën verdeelt, krijg je vier snijpunten. Dat zijn de sterke punten van het beeld, waarop of -rond de belangrijkste informatie te vinden moet zijn. Het onderwerp midden in de foto plaatsen zorgt vaak voor een statisch en saai beeld. Zoek in tijdschriften naar een foto die je echt aanspreekt. Probeer te benoemen wat je treft: kader, voorgrond - achtergrond, standpunt en perspectief, lijnen, ritme, kleuren, sfeer Zoek foto s die zeer expliciet rekening houden met de gulden snede. 4.4. Beeldtaal Een foto zegt vaak meer dan duizend woorden. Een goede foto kan in één oogopslag de kern van je verhaal of boodschap weer- Probeer een bepaalde stemming of gevoel weer te geven wanneer je mensen fotografeert. Dat moet niet altijd een blij gevoel zijn. Ook andere gevoelens (bang, boos, verdrietig, ondeugend, verwonderd) kunnen in beeld komen. Voorbeeld: Fotoverhaal Tainá doet een wens uit het pakket Dit ben ik van de Anne Frankstichting. Fotoverhaal over Tainá en haar twee vriendinnetjes. Tijdens het verkleden krijgen ze ruzie over de prinsessenrok. Na de ruzie laat Tainá haar geheime toversteen zien: een speciaal kristal dat geluk brengt. De meisjes kijken een hele tijd naar de steen zonder een woord te zeggen. Dit verhaal brengt boosheid, verdriet en verwondering samen in een verhaal uit de leefwereld van kinderen. Je kunt waar mogelijk visualiseren. Zo kun je bij de vraag in welk leerjaar zit dit kind? een beeld nemen van een aanduiding op een werkschrift of op de deur van de klas. 4.5. Geposeerde en mislukte beelden De mooiste foto s zijn die waarop mensen niet poseren maar gewoon bezig zijn met een handeling. Mensen verliezen hun natuurlijke houding als ze een camera zien of als je ze vraagt om te poseren. Hiervoor kunnen er allerlei redenen zijn waarmee je rekening moet houden, ook al Luik 3 Nadenken over beeldvorming Het is zinvol na te denken over de beelden die je nodig hebt voor het aanmaken van je educatief pakket. Het beeldmateriaal dat je kiest kan clichés bevestigen of doorbreken. Ben je je bewust van de clichés of stereotypen over mensen in het Zuiden? Hoe maak je een pakket dat deze stereotypen overstijgt? 19

20 3.1. Stereotypen en negatieve beeldvorming Fondsenwervende campagnes maken dikwijls gebruik van beelden die oproepen om te helpen. Deze beelden zijn voldoende aanwezig in de media en mikken op één gevoel: medelijden opwekken. Als je hier ongenuanceerd mee omgaat, is de kans groot dat je een negatief beeld over de mensen in het Zuiden opbouwt. Als je geen andere info hebt, krijg je een beeld van miserie en afhankelijkheid. Impliciet en eenzijdig wordt onze rol als hulpgever bevestigd. Reisfolders bevatten soms nogal wat traditionele en exotische stereotypen, eenzijdige beelden van bezienswaardigheden, fauna, flora, folklore en feesten om je reisinteresse aan te wakkeren. Bezoek het land met wilde dieren, de adembenemende natuur, schitterende uitzichten, de Maasai (nog steeds een prachtig natuurvolk) met hun eigen tradities, kleurrijke kleding en kralen. Reisfolders geven soms een geromantiseerd beeld van kinderen in het Zuiden. Beelden uit campagnes en reisfolders zijn niet zo geschikt om kinderen van hier een realistisch beeld bij te brengen over de kracht en leefwereld van kinderen in het Zuiden. Het beeldmateriaal uit campagnes en folders kan wel gebruikt worden om aan oudere kinderen uit te leggen wat clichés zijn en hoe ze werken. Ga na hoe campagnes en reisfolders gebruik maken van foto s. Zoek enkele duidelijke en ook minder opvallende voorbeelden. 3.2. Stereotypen doorbreken Hoe kun je clichés, stereotypen en negatieve beeldvorming doorbreken? Hoe maak je beelden met respect? We zien volgende mogelijkheden: & Kies voor hoopvolle beelden. Ga op zoek naar beelden met een hoopvol perspectief. Beelden van positieve zaken waarover je achteraf wil vertellen. Probeer verder te gaan dan een positief verslag over de realisaties van je project (waterput of school gerealiseerd). Laat zien hoe je realisatie een positief effect heeft in de gemeenschap, hoe de mensen zelf werken aan het vergroten van de kansen voor hun kinderen. & Kies voor actuele beelden. Fotografeer naargelang de situatie niet alleen een traditioneel huis of een hut. Breng ook beelden van stedelijke bebouwing, computergebruik op school, televisie en video thuis, gsm op straat,. Het leven op de theeplantages is zeer armoedig. Armoede wordt vaak gelinkt aan personen die er vies en vuil uitzien. Dit stereotiep hebben we willen doorbreken. Mensen in Sri Lanka zijn gericht op schoonheid. We hebben dan ook foto s genomen van Ravi die zich wast en mooi maakt, zijn gezicht poedert met talk, olie op altijd een stukje uit de werkelijkheid snijdt en dat in een kader zet. Gericht naar beelden kijken maakt je gevoelig voor een goede beelduitsnijding of cadrage. Een ander kader geeft een andere kijk op het onderwerp. Zoek op foto s uit hoe fotografen een onderwerp kaderen. Neem zelf eens enkele foto s waarbij je je onderwerp helemaal in een hoek plaatst in plaats van in het midden. Het kan helpen om je onderwerp in een omlijsting te zetten. Dit kan heel goed en gemakkelijk een deur- of raamopening zijn. Het richt de aandacht sterk op het onderwerp. Het gebruik van een duidelijke voorgrond creëert een indruk van diepte. Bestudeer foto s van jezelf en van anderen op gebied van achtergrond/ voorgrond. Zoek zoveel mogelijk variaties van interessante voorgronden. Je probeert best niet teveel boodschappen in één beeld te combineren. Wil je de beelden later in een educatief pakket gebruiken, dan hou je het best simpel met eenduidige beelden. 4.3.2. Standpunten en perspectieven Om een foto te nemen kun je dichtbij of veraf, pal voor of opzij van je onderwerp staan. Je kunt uit de hoogte of uit de laagte fotograferen. Al deze keuzes bepalen sterk het uiteindelijke effect van de foto. Een veelgemaakte fout is het nemen van te veel afstand. Hierdoor wordt de aandacht naar de omgeving afgeleid. Fotografeer of film een persoon van dichtbij. Zorg dat de persoon die je wil fotograferen het beeld vult. Voor een volledig portret, van voeten tot hoofd, moet je niet meer dan vijf meter van de persoon staan. Om eenzelfde effect te krijgen, kun je eventueel ook de zoom op je camera gebruiken, maar dat kan mindere kwaliteit opleveren. Je kan variaties in standpunt oefenen door meerdere foto s te nemen van eenzelfde voorwerp. Fotografeer bijvoorbeeld een fiets frontaal, van op zij, van boven (vogelperspectief), van onder (kikkerperspectief), in close-up, overzicht,... Bij elke opname moet je dus jezelf verplaatsen om letterlijk en figuurlijk een ander standpunt in te nemen en van perspectief te wisselen. Vergelijk je resultaten. Wil je focussen op details, of neem je het ruimere plaatje ook in beeld? Noteer de soorten opnames die je van een bepaald onderwerp wil nemen. Kijk je alleen vanuit de ogen van een kind? Of misschien ook van op afstand? Hebben vrouwen of ouderen vanuit hun leefruimte letterlijk een andere kijk op een onderwerp? Bij de aanmaak van een educatief pakket met het thema vervoer willen we een fietstaxi in Rwanda fotograferen. De boodschap bepaalt het standpunt. Willen we die fietstaxi in volle actie om aan te tonen dat het een veelgebruikt vervoermiddel is? Willen we het verschil 25