Intergemeentelijke Onafliankelijke Bezwarencommissie Scherpenzeel-Woudenberg



Vergelijkbare documenten
$ Gemeente Scherpenzeel

gericht tegen het besluit tot afwijzing van een verzoek om vergoeding van geleden planschade.

Aan de commissie: Datum vergadering: Agendapunt :

Commissie voor de bezwaarschriften

Raadsvergadering Made, 6 december december 2002

Made, 13 mei Raadsvergadering 3 juli 2003 Aan de Raad. Agendapunt 8. Onderwerp. Voorstel. Financiële gevolgen

Raadsvoorstel. Raadsvergadering : 24 november 2005 Agendapunt :

Afdeling: CZ Leiderdorp, 31 oktober 2006

Purmerend, Aan de gemeenteraad van Purmerend, Inleiding en probleemstelling: U ontvangt hierbij voor de 2 e

Aan de commissie: Datum vergadering: Agendapunt : Made, 30 maart 2004

categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA A 11 04/696 Onderwerp: Bezwaarschrift Sluyter Advocaten tegen besluit raad m.b.t.

De commissie adviseert de bezwaren van reclamant ongegrond te verklaren en het bestreden raadsbesluit van 18 maart 2003 in stand te laten.

Beslissing op bezwaar planschade De Meeuwse Acker 20 06

Reglement bezwaarprocedure SVWN

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Inzet van Middelen. Risico's. Zaaknummer: OLOGJvB26

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

tegen de afwijzing van het verzoek om vergoeding planschade.

vanstate /1/V6. Datum uitspraak: 28 maart 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

Nr JORI Houten, 23 mei 2000

Gemeente jn Eergen op Zoom

SROB/03/091. Dit is voor betrokkene aanleiding geweest om hiertegen een bezwaarschrift in te dienen.

INFORMATIEFOLDER PLANSCHADE

Gemeente Gennep. Jaarverslag Commissie Bezwaarschriften Gennep 2016

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBASS:2012:2307, Bekrachtiging/bevestiging

Procedureverordening tegemoetkoming in planschade gemeente Tiel

Inzet van middelen: Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel

Gemeente Heumen Procedureverordening tegemoetkoming in planschade, gemeente Heumen 2008

H E E R H U G O W A A R D

ECLI:NL:RBLIM:2016:10511

Jaarverslag 2007 Commissie Bezwaar en Beroep Inleiding

Gemeente Leeuwarderadeel

Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade gemeente Renkum

Awb Algemene wet bestuursrecht

Aan de commissie VROM

ECLI:NL:RVS:2017:1997

Raadsvoorstel. Voorstel:

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Halderberge. Datum: 24 mei Rapportnummer: 2013/057

LRGD Symposium donderdag 26 november 2015

ECLI:NL:RBROT:2017:2831

Gemeente Landerd. Jaarverslag Commissie van advies voor de bezwaarschriften

1. Op 2 juli 1999 heeft Nellen Seeds bij de NMa een klacht ingediend tegen de Nederlandse Vereniging voor Zaaizaad en Plantgoed (hierna: NVZP).

Commissie van advies voor de bezwaarschriften Gemeente Landerd

ONS KENMERK: DOORKIESNUMMER: DATUM ADVIES: BMO/JZ/R&M/BZ augustus 2013 en

JAARVERSLAG COMMISSIE BEZWAARSCHRIFTEN 2016/2017. Gemeente Losser

Onderwerp Beslissing op bezwaar tegen tegemoetkoming in planschade voor de Herenweg 60 in Warmond - Besluitvormend

Gemeente Leeuwarderadeel

Onderwerp Beslissing op bezwaar tegen toekenning vergoeding planschade Achter de Keizerskroon 2

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

De commissie voor beroep- en bijzondere bezwaarschriften Gemeente Dordrecht

PROCEDUREVERORDENING VOOR ADVISERING TEGEMOETKOMING IN PLANSCHADE GEMEENTE HARDENBERG

Reglement Awb-bezwaarprocedure vrijstellingsverzoeken van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bouwnijverheid

Beslisdocument college van Peel en Maas

B en W Adviesnota ADVIES. Ja, na informeren van betrokkenen. Beslissing op bezwaar

besluit op bezwaarschrift tegen besluit toepassing bestuursdwang

Raadsvoorstel Advies van de Commissie voor bezwaarschriften inzake een bezwaarschrift van Nieuw Leefbaar Nijmegen

ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246

Advies op een bezwaarschrift tegen het toekennen van schadevergoeding op grond van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.

Raadsinformatiebrief. De gemeenteraad van Albrandswaard. Betreft: Mandatering afdoening planschade Buijtenland aan provincie. Geachte raadsleden,

Bezwaarschriftenprocedure

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550

Regeling behandeling bezwaarschriften Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor PO en VO

Provinciaal blad 2011, 39

de Rechtspraak Rechtbank Gelderland GEMEENTE HEi1J-NDOORN 7440 AE Nijverdal Behand.: 'į reľw.: Ąľfí Stuk WerlāLl.

ECLI:NL:RBOVE:2013:3359

ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694

OORDEEL OMBUDSCOMMISSIE. Het schriftelijke verzoek van 24 juni 2008 is op 30 juni 2008 ontvangen op het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman.

Advies van de Bezwaarschriftencommissie Ascert inzake het bezwaar van [bezwaarmaker]

Procedureverordening aanvragen om tegemoetkoming in planschade

en met toepassing van artikel 3.3 lid 3 van de Wabo de aanhoudingsplicht van artikel 3.3 van de Wabo te doorbreken.

Onderwerp Datum

JAARVERSLAG Bezwaarschriftencommissie gemeente Leeuwarderadeel

Omgevingsvergunning UV/

Procedureregeling planschadevergoeding Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vianen;

Leiden. U heeft een bezwaarschrift ingediend. Wat nu?

Met vriendelijke groet, namens burgemeester en wethouders,

Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade gemeente Zevenaar.

Gelet op artikel 9 van het Bestuursreglement College gerechtelijk deskundigen en de bepalingen van de Algemene Wet bestuursrecht;

: beslissing op bezwaarschrift afwijzing verzoek inpassingsplan Lage Weide, gemeente Utrecht. Besluit pag. 4. Toelichting pag. 5

Collegevoorstel. Zaaknummer: Uitspraak Raad van State Bizetlaan 28 en 30 in Vlijmen

ECLI:NL:RBGEL:2017:4108

Wat u moet weten bij het indienen van een bezwaarschrift tegen een besluit van de gemeente? 1 Wanneer kunt u bezwaar maken? 3 Hoe maakt u bezwaar?

Rekenkamercommissie Beverwijk

Toelichting bij de Procedureverordening planschade gemeente Tiel

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Afweging. Zaaknummer: OLOGyd02. beslissing op bezwaarschrift C.H. Verbunt

Jaarverslag 2006 Commissie Bezwaar en Beroep Inleiding

Naar aanleiding van de beslissing van de gemeente van 16 maart 2007 wendde verzoekster zich opnieuw tot de Nationale ombudsman.

Gelet op hoofdstuk 3 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) zijn wij bevoegd om op deze aanvraag te beslissen.

Leidraad voor het nakijken van de toets

ECLI:NL:RBZLY:2012:BX0557

Ik verwijs u verder naar het advies van de commissie en de rest van het dossier.

Raadsvergadering, 28 juni Voorstel aan de Raad

Adviescommissie voor de bezwaarschriften Ctgb JAARVERSLAG 2017

Procedureregeling planschadevergoeding 2006 gemeente Helmond

Omgevingsvergunning OPENBARE EN GEBOUWDE OMGEVING

OMGEVINGSVERGUNNING (Ontwerp)

Toelichting bij Procedureverordening planschade Westerwolde 2019.

REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP

Onderwerp: Beschikking op bezwaarschrift tegen afwijzing verzoek ligplaatsvergunning voor het woonschip "Annemarij"

de Rechtspraak Rechtbank Noord-Holland het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland Postbus BA Monnickendam

Het ondertekende verzoek tot onderzoek is op 11 maart 2008 ontvangen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman.

Transcriptie:

Tdebn E-nd Intergemeentelijke Onafliankelijke Bezwarencommissie Scherpenzeel-Woudenberg Aan het college van burgemeester en wethouders van Scherpenzeel Postbus 100 3925 ZJ SCHERPENZEEL M Gemeente Scherpenzeel ontvangsn 2 8 APK. 2015 nr. Bijlage(n) Onderwerp advies bezwaarschrift 2057521 Scherpenzeel, 28 april 2015 Geacht college, Hierbij treft u het advies aan zoals dit door de bezwarencommissie is vastgesteld met met betrekking tot het door de heer D. van de Belt namens A. van Dijk en J.F.C.M. Geerts Vlieterweg 3a te Scherpenzeel, ingediende bezwaarschrift. Het bezwaarschrift is gericht tegen het besluit namens burgemeester en wethouders van Scherpenzeel zijnde een afwijzing tegemoetkoming planschade in verband met planologische wijziging van perceel Vijverlaan 5 (gelegen op de hoek Vijverlaan/Molenweg). Met vriendelijke groet, namens de^jszwarencommissie, B.S. van Gi secrete

Intergemeentelijke Onafliankelijke Bezwarencommissie Scherpenzeel-Woudenberg MMEA Tdehon m-xmm ADVIES met betrekking tot het bezwaarschrift ingediend door D. van de Belt namens A. van Dijk en J.F.C.M. Geerts Vlieterweg 3a te Scherpenzeel, hierna te noemen: reclamant gericht tegen het besluit van burgemeester en wethouders van Scherpenzeel van 27 november 2014 zijnde een afwijzing tegemoetkoming planschade in verband met planologische wijziging van perceel Vijverlaan 5 (gelegen op de hoek Vijverlaan/Molenweg). Datum advies: 24 april 2015

Verloop van de procedure Bij schrijven van 20 november 2013 is een verzoek om tegemoetkoming in planschade ingediend. Bij besluit van 27 november 2014 is het verzoek tegemoetkoming in planschade afgewezen. Tegen dit besluit heeft reclamant bij schrijven van 7 januari 2015 een beroepschrift ingediend bij de Rechtbank Utrecht. Het beroepschrift is doorgezonden en op 14 januari 2015 ontvangen bij de rechtbank Arnhem. Laatstgenoemde heeft de stukken t.b.v. de bezwaarprocedure doorgestuurd naar de gemeente, waar de stukken op 24 februari 2015 zijn ontvangen. Reclamant is in de gelegenheid gesteld te worden gehoord door de bezwarencommissie op 13 april 2015 en heeft hiervan gebruik gemaakt. De gemeente heeft zich laten vertegenwoordigen door de heer E. Hassink werkzaam bij de gemeente en de heer mr. Ir. P.F. Schreiber werkzaam bij SAOZ adviseur in onroerende zaken. De heer mr. Tj.P. Grunbauer van Van Veen Advocaten is als gemachtigde van het bouwbedrijf aanwezig. Overwegingen van de commissie Ten aanzien van de ontvankelijkheid Ingevolge het eerste lid van art. 6:5 Awb wordt het bezwaarschrift ondertekend en bevat het tenminste, de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving waartegen het bezwaar is gericht, de grond van bezwaar. De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift is volgens art 6:7 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zes weken. Volgens art 6:8 Awb vangt deze termijn aan met ingang van de dag na die waarop het besluit op de voorgeschreven wijze is bekendgemaakt. Het bezwaarschrift is binnen de wettelijke termijn ingediend en voldoet aan de vormvereisten, zodat reclamant in zijn bezwaren kan worden ontvangen. Ten aanzien van de inhoud Wettelijk kader art. 6.4a Wro Lid 1 stelt voor zover schade die op grond van de artikelen 6.1 tot en met 6.3 voor tegemoetkoming in aanmerking zou komen, haar grondslag vindt in een besluit op een verzoek om ten behoeve van de verwezenlijking van een project bepalingen in een bestemmingsplan op te nemen of te wijzigen dan wel een omgevingsvergunning te verlenen voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, anders dan bedoeld in artikel 6.8 of 6.9, kunnen burgemeester en wethouders met de verzoeker overeenkomen dat die schade geheel of gedeeltelijk voor zijn rekening komt. Lid 2 stelt dat de verzoeker die een overeenkomst als bedoeld in het eerste lid heeft gesloten, belanghebbende is bij een besluit van burgemeester en wethouders op een aanvraag om tegemoetkoming op grond van artikel 6.1 terzake van de vaststelling van het bestemmingsplan dan wel de verlening van de omgevingsvergunning waarom hij heeft verzocht. Lid 3 bepaalt dat degene die een financieel belang heeft bij de vaststelling van een exploitatiebijdrage, als bedoeld in artikel 6.17, eerste lid, of de herberekening daarvan, belanghebbende is bij een besluit van burgemeester en wethouders op een aanvraag om tegemoetkoming op grond van artikel 6.1 terzake van de vaststelling van het bestemmingsplan, de wijziging of de uitwerking, dan wel terzake van een omgevingsvergunning waarbij met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3,

van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht van het bestemmingsplan of de beheersverordening wordt afgeweken indien de tegemoetkoming financiële gevolgen kan hebben voor de exploitatiebijdrage of de herberekening daarvan. De bezwaren Kort gezegd zien de bezwaren van reclamant op diverse schadeveroorzakende factoren zoals deze eerder zijn aangevoerd. Overwegingen ten aanzien van de bezwaren Allereerst stelt de commissie dat reclamant kennis had kunnen nemen van het rapport van SAOZ. De beschikking maakt melding van het rapport als bijlage. Het rapport was of wel bijgevoegd bij de beschikking dan wel bij verzuim daarvan had reclamant de gemeente op dit verzuim kunnen wijzen en alsnog om toezending er van kunnen verzoeken. De commissie constateert dat de Procedureverordening Planschade is gevolgd en dienovereenkomstig het advies is voorgelegd aan de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken (SAOZ). Uit het dossier blijkt dat reclamant hier vervolgens op heeft gereageerd. Volgens vaste jurisprudentie mag een bestuursorgaan een besluit op een aanvraag om tegemoetkoming in de planschade baseren op het advies van de adviseur, als uit dat advies blijkt welke feiten en omstandigheden aan de conclusie ervan ten grondslag zijn gelegd en deze conclusies niet onbegrijpelijk zijn, tenzij concrete aanknopingspunten voor twijfel aan de juistheid of volledigheid ervan naar voren zijn gebracht. De SAOZ heeft de zienswijzen, welke niet afwijken van de bezwaren, in hun advisering meegenomen. De inhoud van een dergelijk gemotiveerd advies kan slechts bestreden worden door in bezwaar een andersluidend advies van een deskundig te achten persoon of instantie over te leggen. Reclamant heeft geen andersluidend advies ingebracht. Daarnaast zijn er door reclamant geen argumenten aangevoerd, die aannemelijk maken dat de adviseur, c.q. burgemeester en wethouders zijn uit gegaan van een onjuiste uitleg van de relevante bestemmingsplan bepalingen. De commissie deelt de mening van de gemeente dat bij het beoordelen van een verzoek om planschade sprake is van een planologische vergelijking en dat het niet gaat om feitelijkheden en/of subjectieve beleving van de omstandigheden. De commissie is van mening dat sprake is van een adviseur die primair toetst op gehalte van advies hetgeen voldoende onderbouwing biedt om het besluit te kunnen dragen. Wellicht ten overvloede adviseert de commissie de zelfstandige afweging door de gemeente op basis van het uitgebrachte advies van SAOZ, zoals verwoord in de pleitnota, op te nemen in het besluit.

Advies De commissie adviseert reclamant in zijn bezwaar te ontvangen en het bezwaarschrift ongegrond te verklaren. Samenstelling commissie Voorzitter de heer drs. J. Dittner, leden mevrouw mr. J.F. Bakkenes-Minnaard, de heer mr. J. Huibers en secretaris mevrouw B.S. van Ginkel-Schuur. De voorzitter,

Inteigeiiieeiitd^ike Onafhankelöke Bezwarcnixniimissie Scfaerpenzed-Woudcnbeig «MBA VERSLAG IN HOOFDZAKEN van de besloten hoorzitting van de intergemeentelijke onafhankelijke bezwarencommissie Scherpenzeel- Woudenberg van 13 april 2015, aanvang 19.45 uur met betrekking tot het bezwaarschrift van de heer D. van de Belt namens mevrouw A. Geerts-van Dijk gericht tegen de weigering haar een tegemoetkoming in planschade te verstrekken Locatie: Kulturhus De Breehoek te Scherpenzeel Aanwezig namens de commissie: de heren drs. J.H.M. Dittner (voorzitter), mr. AJ. van Helden en mr. J. Huibers (leden) en mevrouw B.S. van Ginkel-Schuur (secretaris van de commissie) Reclamant: de heren J.F.C.M. Geerts en D. van de Belt (gemachtigde) Namens de gemeente Scherpenzeel: de heren E. Hassink, werkzaam bij de gemeente en mr. ir. P.F. Schreiber (de SAOZ) Derdenbelanghebbende: de heren Tj.P. Grünbauer, advocaat namens Marco Bouw Ontwikkeling B.V. en J.M. van den Essenburg Verslaglegging: L. Booij. 1. Opening De voorzitter opent de zitting. 2. Toelichting reclamant

De heer Van de Belt zegt dat er naar zijn mening geen sprake is van een verbetering t.o.v. de oude situatie. Zijn ouders hadden een mooi uitzicht op groenvoorziening en daarvoor komt een groot, zwart gebouw in de plaats. Hij zegt dat een aantal afspraken uit de aangegane authentieke akte niet worden nagekomen. Voor het overige verwijst hij naar de stukken. 3. Toelichting gemeente De heer Hassink voert het woord aan de hand van een pleitnotitie, welke als bijlage bij dit verslag is gevoegd. Ter aanvulling gaat hij even in op de door reclamant nader ingediende stukken. Hij zegt dat de beide bestemmingsplannen geen verschil maken in het meten en dat het feit dat het perceel Vlieterweg 3a kennelijk wat lager ligt dan aan de zijde van de Molenweg geen invloed heeft op de planschadebeoordeling. Ook bestrijdt hij dat op basis van het bestemmingsplan West het hele terrein met bijgebouwen vol gebouwd zou kunnen worden. In het bestemmingsplan staan namelijk oppervlaktematen en bebouwingspercentages aangegeven. 4. Toelichting derdenbelanghebbende De heer Grünbauer gaat in op de opmerking van reclamant dat met zijn cliënt gemaakte afspraken niet zijn nagekomen. Hij zegt dat zijn cliënt wel degelijk alles heeft nagekomen en zelfs meer dan dat. Hij constateert dat reclamant hierover een advocaat heeft benaderd en dat het bij een briefwisseling is gebleven. Wat het oude bestemmingsplan betreft wijst hij er op dat het in theorie denkbaar was dat er tot 15 m hoog kon worden gebouwd. Het gebouw waar het nu om gaat is feitelijk veel hoger dan wat er stond, maar het is in planologische zin lager dan wat er mogelijk was. Dit in het achterhoofd houdend constateert hij dat de SAOZ een gedegen advies heeft uitgebracht. Hij zegt dat het reclamant vrij staat om een deskundig tegenadvies in te dienen. Dat is echter niet gebeurd en daarom konden burgemeester en wethouders niet anders doen dan zich aansluiten bij het advies van de SAOZ. Ook hij concludeert dat het bezwaar ongegrond is. 5. Vragen commissie De heer Van Helden mist in de beschikking de opmerking dat de gemeente zich achter de inhoud van het advies van de SAOZ stelt. Hij wijst hierbij op een fout op pagina 21 van het rapport, die eruit gehaald had kunnen worden, waarmee zou zijn gebleken dat de gemeente het had gelezen. Hij zegt dat het beter zou zijn geweest als dit in de overwegingen naar voren was gekomen. De heer Huibers vraagt waarom onderaan pagina 1 van de pleitnotitie over de rechter wordt gesproken. Verder vraagt hij aan de heer Schreiber kort uit te leggen wat de verhouding is tussen de drie besluiten die in het rapport naar voren komen. Hij doelt hier op de beide bestemmingsplannen en de omgevingsvergunning. De heer Hassink antwoordt de heer Van Helden dat de gemeente wel degelijk de rapporten van de SAOZ doorneemt. Er wordt gekeken of er sprake is van een logische opbouw en of de gemeente het kan volgen. Hoewel het besluit op dat punt mogelijk wat kort door de bocht is, kan het naar zijn mening zeker in stand gelaten worden. Hij antwoordt de heer Huibers dat hij de rechter er bewust bij heeft gehaald, omdat in sommige uitspraken - zelfs bij een deskundig tegenadvies- het andere bureau specifiek moet aangeven op welke punten het SAOZ advies onjuist zou zijn. Een tegenadvies kan dus niet zonder meer worden overgenomen. Vervolgens geeft de heer Schreiber de door de heer Huibers gevraagde toelichting. 6. Reactie reclamant De heer Van de Belt geeft aan dat de gemeente niet heeft gereageerd op de door hem ingediende reactie op het conceptrapport. Verder is hij van mening dat in het planschaderapport alles wel erg positief wordt uitgelegd. Er wordt uitgegaan van

een verbeterde situatie, maar hij zegt dat dit niet overeenkomstig de werkelijkheid is. Hij zegt dat er vanuit een oogpunt van flexibiliteit steeds minder wordt geregeld in bestemmingsplannen. Hij noemt de mogelijkheid tot het opleggen van de functie 'wonen' zonder dat daar enige regel aan wordt toegevoegd. Dit kan op een gegeven moment ten koste gaan van de rechtszekerheid. Hij wijst er op dat er in dit geval een extreme verandering heeft plaatsgevonden. Er stond een vrij laag zorggebouw en er was zelfs in het bestemmingsplan geregeld dat het groen zoveel mogelijk behouden moest worden. Er staan nu zwarte gebouwen en het groen is verdwenen. Hij zegt dat het behoud van het groen is opgenomen als inspanningsverplichting en vraagt zich af in hoeverre deze aan de kant kan worden geschoven. Hij begrijpt dat de jurisprudentie uitgaat van een vijftal thema's, maar hij kan zich voorstellen dat daar in de toekomst andere afwegingscriteria aan worden toegevoegd waarmee zou kan worden aangetoond dat een burger schade lijdt in zijn leefomgeving. Tenslotte zegt hij dat in de authentieke akte is vastgelegd dat het bouwplan niet wordt tegengehouden met als tegenprestatie dat de in de akte opgenomen punten worden gerealiseerd. Nadrukkelijk zegt hij dat dit laatste niet is gebeurd. Hij zegt dat de gemeente van de authentieke akte op de hoogte is omdat daarin ook de intrekking van de zienswijze is geregeld. Hij wil dat deze bijzondere situatie wordt betrokken bij het planschadeproces, omdat hem daarmee de rechtsonzekerheid is ontnomen. 7. Reactie derdenbelanghebbende De heer Grünbauer wil er nog op wijzen dat het bij planschade niet gaat om feitelijkheid maar om planologische regels. Hij wijst er ook op dat elke afwijkingsmogelijkheid van het bestemmingsplan op zichzelf een zelfstandig schadeoordeel kan zijn. Spreker houdt vast dat zijn cliënt de verplichtingen uit de authentieke akte heeft nagekomen. Tenslotte noemt hij het normale maatschappelijk risico. Het was naar zijn mening voorzienbaar dat daar woningbouw zou gaan plaatsvinden. Alleen op grond daarvan zou er al geen planschadevergoeding behoeven te worden toegekend. 8. Reactie gemeente De heer Hassink gaat in op de opmerking van reclamant dat de gemeente niet heeft gereageerd op diens opmerkingen over het conceptadvies van de SAOZ. Hij zegt dat bij de beschikking van 27 november 2014 een bijlage is gevoegd waarin wordt ingegaan op de opmerkingen van reclamant ten aanzien van het conceptrapport van de SAOZ. Mocht deze abusievelijk niet zijn bijgevoegd, dan had naar zijn mening reclamant ook even contact kunnen opnemen met de gemeente. Dan had het achteraf recht getrokken kunnen worden. 9. Sluiting De voorzitter sluit de zitting.

GEMEENTE SCHERPENZEEL Pleitnota afwijzen verzoek om planschade inzake Vlieterweg 3a. Zitting Bezwarencommissie d.d. 13 april 2015 Geachte voorzitter en leden van de Bezwarencommissie. Het nodige staat al op papier. Kern van de zaak is het volgende. De gemeente heeft bij besluit van 27 november 2014 een verzoek om planschade van mevrouw Van Dijk en de heer Geerts in verband met het perceel Vijverlaan 5 (hoek Vijverlaan/Molenweg) afgewezen. Hiertegen Is een bezwaarschrift Ingediend. We hebben overeenkomstig onze Procedureverordening Planschade het verzoek om planschade voorgelegd aan de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken. Mevrouw van Dijk en de heer Geerts hebben kunnen reageren op het concept advies. Dat is ook gebeurd. Het advies van de SAOZ (afwijzing) hebben we overgenomen. Van belang is op te merken dat het bij het beoordelen van een verzoek om planschade om een planologische vergelijking gaat en niet omfeitelijkhedenen/of een subjectieve beleving van die omstandigheden. Dat is ook bestendige jurisprudentie. De SAOZ Is een deskundig landelijk opererend adviesorgaan dat vele planschadeadvlezen uitbrengt. De SAOZ is ingegaan op diverse mogelijke schadeveroorzakende factoren zoals onder andere: Wijziging karakteristiek van de bestemming; Belemmering van het uitzicht; Bezonning en schaduwhinder; Inbreuk op de privacy; Woonhlnder, gebruikshinder, verkeershinder; parkeerhinder. Daarbü Is de SAOZ van mening dat de vastgestelde voordelen het door de SAOZ vast- SSS.i l ï e, l e r k t e. ) n a d e e, ( t e n a a n 2 t e n v a n Privacy) volledig compenseren zodat de SAOZ niet Is toegekomen aan de vaststelling van de planschade. Dit advies hebben we overgenomen. Van belang ls op te merken dat het gestelde In het bezwaarschrift (en het nadere Juk) overeenkomt met de opmerkingen op het concept advies van de SAOZ waar destijds al uitvoerig op is Ingegaan. Daarbij komt dat de discussie die de bewaarmakers kennelijk hebben met de projectontwikkelaar (het niet dan wei niet voldoende nakomen van afspraken volgens bezwaarmakers) geen invloed heeft op de besluitvorming ten aanzien van de planschade. Zoals de Afdeling bestuursrechtspraak meerdere malen heeft overwogen mag een bestuursorgaan een besluit op een aanvraag om vergoeding van planschade baseren op een advies van een door hem geraadpleegde deskundige indien uit dat advies op objectieve en onpartijdige wijze blijkt welkefeitenen omstandigheden aan dat advies ten grondslag zijn gelegd en de conclusies ervan niet onbegrijpelijk zijn,tenzijconcrete aanknopingspunten voor twijfel aan de juistheid of volledigheid van dat advies naar voren zijn gebracht. De SAOZ is te beschouwen als onafhankelijk deskundige op het gebied van planschade. Het gaat niet om de eigen waardering door derechtervan eventuele nadelen van de planologische wijziging.

-2- Daarblj komt dat de bezwaarmakers ook niet aannemelijk hebben gemaakt dat het advies van de SAOZ niet juist zou zijn. Tevens is geen deskundig tegenadvies overlegd. We zijn dan ook van oordeel dat we het advies van de SAOZ hebben kunnen overnemen. Het bezwaarschrift achten we dan ook ongegrond. Namens burgemeester en wethouders van Scherpenzeel. E. Hassink.