PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU Zittingsdocument ACP-EU/100.504/B/09 31.08.2009 VERSLAG inzake de sociale en culturele integratie en participatie van jongeren Commissie sociale zaken en milieu Corapporteurs: Manuel Jiménez (Dominicaanse Republiek) en Olle Schmidt DEEL B: TOELICHTING DR\770825.doc PEAPP/100.504v01-00
Inleiding Sociale en culturele participatie stond al lang voor de financiële crisis op de agenda in veel EU- en ACS-landen. In de voorbije jaren werd het Europees vasteland geplaagd door een golf van opstootjes waarbij jongeren betrokken waren en ook in de ACS-landen worden werkeloosheid bij jongeren en vervreemding van de maatschappij steeds vaker erkend als een potentiële oorzaak van sociale onrust. In moeilijke tijden worden zij die het al moeilijk hebben in de maatschappij het hardst getroffen. Daarom zijn de problemen rond jongerenparticipatie in deze tijden van financiële crisis een nog grotere uitdaging. Vandaag de dag vertegenwoordigen jongeren tussen 15 en 24 jaar 18% van de wereldbevolking (1,2 miljard) 1. Hoewel de globale situatie van jongeren er beter op geworden is, groeit de bezorgdheid dat velen onder hen niet in welvaart zullen kunnen leven. Dat we er niet in slagen jongeren te helpen gezonde volwassenen te worden kan leiden tot hun uitsluiting en marginalisering. Achtergrond De Algemene Vergadering 2 van de VN heeft in 1965 in een resolutie die een verklaring bevat over het bevorderen van vredesidealen, wederzijds respect en begrip tussen volkeren bij jongeren, voor het eerst formeel erkend dat jongeren een vitale rol spelen in de ontwikkeling van de maatschappij. Verschillende decennia later werd in het Wereldactieprogramma voor jongeren tot het jaar 2000 en daarna 3 de volledige en daadwerkelijke participatie van jongeren in de maatschappij en in de besluitvorming geïdentificeerd als een van de tien prioritaire gebieden waarop regeringen, de internationale gemeenschap, het maatschappelijk middenveld en de privésector actie dienden te ondernemen. Deze oproep tot actie is niet onbeantwoord gebleven. In de afgelopen tien jaar groeide op nationaal en internationaal niveau het besef dat het belangrijk is te investeren in jongeren en werden tal van programma s en activiteiten die de ontwikkeling van jongeren en hun participatie in de maatschappij promoten, uitgevoerd. De EU heeft voor de periode 2007-2013 het programma 4 Jeugd in actie aangenomen en de Afrikaanse Unie het Afrikaans Jongerenhandvest, waarin staat dat Afrika s grootste rijkdom de jongeren zijn en dat door hun actieve en volledige participatie Afrikanen de problemen waar zij voor staan, zullen kunnen oplossen 5. Maar er is nog veel te doen. De globalisering heeft enorme mogelijkheden gecreëerd voor economische en sociale ontwikkeling. Het is echter van cruciaal belang ervoor te zorgen dat alle burgers en in het bijzonder de jongeren de kans krijgen om de vruchten hiervan te plukken. Politieke participatie en integratie Jongeren vormen een relatief groot deel van de bevolking, vooral in de ontwikkelingslanden. 1 World Youth Report 2007 van de VN. 2 Resolutie A/RES/2037 van de Algemene Vergadering. 3 Resolutie 50/81 van de Algemene Vergadering van de VN, 14.12.1995. 4 PB L 327 van 24.11.2006, blz.30-44. 5 Afrikaans Jongerenhandvest, aangenomen door de staatshoofden en regeringsleiders van de AU op 2 juli 2006 in Banjul (Gambia). PEAPP/100.504v01-00 2/6 DR\770825.doc
Dus als wij er niet in slagen ervoor te zorgen dat jongeren toegang hebben tot middelen en kansen op het gebied van gezondheidszorg, onderwijs, werkgelegenheid, vrije tijd en dat meisjes en jonge vrouwen zich kunnen ontwikkelen, zal de ontwikkeling, nationaal en wereldwijd, in de toekomst ontsporen. Jongeren effectief betrekken als gelijkwaardige partners vereist in de eerste plaats een erkenning van hun rechten en een productief gebruik van hun kennis, hun perspectieven en hun ervaringen. Dat kan door jongeren te betrekken bij het formuleren van beleidslijnen die rechtstreeks ingrijpen in hun leven. Door jongeren een kans te geven deel te nemen aan de besluitvorming dragen zij bij aan hun eigen ontwikkeling, en dat stelt hen dan weer in staat bij te dragen tot de ontwikkeling van hun maatschappijen waardoor het uiteindelijk gemakkelijker zal zijn voor jongeren om te participeren in de maatschappij. Een van de meest opvallende en positieve aspecten van het recente gedrag van jongeren in alle regio s, is dat zij steeds meer betrokken zijn bij vrijwilligerswerk. Zo leren zij waardevolle vaardigheden en doen zij ervaring op waardoor het gemakkelijker is om een baan te vinden. Zelfs in de Sahel-landen, waar de armoede onder jongeren groot is, doen veel jongeren aan vrijwilligerswerk en zodoende dragen zij bij aan ontwikkeling. Vrijwilligerswerk is een duidelijk voorbeeld van hoe jongeren participeren in de maatschappij. Dit kan verder worden aangemoedigd door goedkope vrijwilligersprogramma s te ontwikkelen zodat jongeren hun diensten kunnen aanbieden in bedrijven en op plaatsen dicht bij huis, zodat zij geen of maar weinig vervoerskosten hebben. Afgezien van een aantal positieve voorbeelden, zijn er ook een aantal problemen waardoor jongeren uiteindelijk vervreemden van het openbare leven en het openbare debat. Een daarvan zijn corrupte en niet-efficiënte regeringen en overheden, een probleem waar veel landen mee te kampen hebben en onder lijden. Betere toegang tot informatie is een belangrijk instrument om het bestuur van een land transparanter te maken en zal de burgers stimuleren om te participeren. Door mensen de kans te geven deel te nemen aan de besluitvorming dragen zij bij aan hun eigen ontwikkeling, en dat stelt hen dan weer in staat om bij te dragen aan de ontwikkeling van hun maatschappij waardoor het uiteindelijk gemakkelijker zal zijn voor jongeren om te participeren in de maatschappij een niet-vicieuze cirkel. Voor jongeren kan het internet een belangrijke rol spelen met het oog op een betere toegang tot informatie. Niet iedereen heeft toegang tot het internet, noch in de ACS-landen noch in de EU, maar het aantal mensen met internet neemt op alle continenten pijlsnel toe en toegang tot het internet zou voor alle regeringen een prioriteit moeten zijn. Werkgelegenheid Werkeloosheid en gebrek aan werkgelegenheid bij jongeren is een wereldwijd probleem. Overal ter wereld vinden jongeren, vaak met een goede opleiding, het steeds lastiger om een plaats te veroveren op de arbeidsmarkt. Jongeren vertegenwoordigen 25% van de beroepsbevolking wereldwijd, maar 43,7% van alle werkelozen 1 bijna 1 op twee werkelozen is tussen 15 en 24 jaar oud. 1 World Youth Report 2007 van de VN, blz. 238. DR\770825.doc 3/6 PEAPP/100.504v01-00
Een van de meest fundamentele en lonende manieren waarop jongeren een rol kunnen spelen in hun maatschappij en tegelijk een positieve bijdrage kunnen leveren aan hun eigen ontwikkeling, is via productieve werkgelegenheid. Werkeloosheid bij jongeren werd lang beschouwd als een tijdelijk fenomeen, eigen aan de overgang van het onderwijs naar de arbeidsmarkt. Maar vaardigheden en onderwijs, of het gebrek daaraan, zijn maar een van de oorzaken van jongerenwerkeloosheid. Statische arbeidsmarkten en strikte wetgeving kunnen een andere oorzaak zijn. Het probleem is bijzonder acuut voor bepaalde groepen van jongeren: jonge vrouwen, migrantenjongeren, jongeren met een handicap, jongeren uit etnische minderheden en jongeren die in gebieden wonen die getroffen zijn door gewapende conflicten. Er moeten specifieke beleidslijnen worden uitgewerkt om hun noden op het gebied van werkgelegenheid aan te pakken. Wat vrouwen betreft is bewezen dat het feit dat er wereldwijd meer vrouwen zijn die studeren, niet noodzakelijk geleid heeft tot een betere positie op de arbeidsmarkt. Er is meer werkeloosheid en gebrek aan werkgelegenheid werkeloosheid bij jonge vrouwen en ze worden door de bank genomen minder goed betaald dan hun mannelijke collega s. Om deze uitdagingen aan te pakken moeten de beleidslijnen inzake jongerenwerkgelegenheid aangepast worden aan individuele omstandigheden, omdat de context waarin jongeren leven en de oplossingen die nodig zijn om de uitdagingen inzake werkgelegenheid aan te pakken, verschillen. Jongeren moeten toegang hebben tot informatie, kennis en financiële diensten zodat ze, als ze dat wensen, hun eigen onderneming kunnen opstarten. Er moet al vroeg een verband worden gelegd tussen onderwijs en de arbeidsmarkt om jongeren op vroege leeftijd vertrouwd te maken met de wereld van het werk. De privésector zou moeten worden aangemoedigd om jongeren de kans te geven om stage te lopen. Onderwijs Onderwijs is van essentieel belang voor jongeren om een baan te vinden en voor hun succesvolle integratie en participatie in de maatschappij. De toegang tot het basisonderwijs werd verbeterd, waardoor geen enkele generatie jongeren beter opgeleid is dan deze 1. Er bestaat echter behoefte aan meer kwaliteit in het onderwijs, aan een betere toegang tot hoger onderwijs, om succesvol te zijn in de geglobaliseerde economie, want er zijn veel jongeren die de school verlaten zonder de vaardigheden die nodig zijn om gemakkelijk een baan te vinden. Dit geldt vooral voor jongeren uit kwetsbare groepen in de maatschappij. Zelfs de markteconomieën in de industrielanden, waar een waaier aan kansen bestaat op het gebied van onderwijs, zijn er niet allemaal in geslaagd de grote verschillen op het gebied van scholing binnen hun land en tussen de landen aan te pakken. Een aantal prioritaire acties op dit gebied zouden kunnen zijn: vanaf jonge leeftijd sleutelvaardigheden ontwikkelen, te beginnen bij kinderen uit achtergestelde gebieden; scholen en universiteiten moeten potentiële werknemers niet alleen academische, technische en beroepsvaardigheden aanleren, maar ook de sociale en morele vaardigheden en de juiste houding die nodig zijn voor een betekenisvolle baan en ervoor zorgen dat het 1 Ibidem, blz.236. PEAPP/100.504v01-00 4/6 DR\770825.doc
onderwijs is afgestemd op de behoeften van de geglobaliseerde economie en op de huidige en toekomstige behoeften van jongeren en maatschappijen; landen die zich hebben toegespitst op het basisonderwijs moeten zich nu concentreren op het verbeteren van de kwaliteit en de prestatieniveaus teneinde te kunnen reageren op de snelle globalisering; verschillen op het gebied van onderwijs verhinderen veel jongeren, vooral uit minderheidsgroepen en migranten, om volledig te participeren in de maatschappij. De onderwijsnoden van kwetsbare en achtergestelde groepen moeten specifiek worden aangepakt in nationale beleidslijnen; onderwijs moet actief burgerschap en intercultureel leren ondersteunen. Regeringen zouden intercultureel leren moeten stimuleren door uitwisselingen tussen universiteiten, bijvoorbeeld in het kader van programma s zoals Erasmus Mundus 1. Ontwikkeling en kansen voor jongeren: culturele gevolgen Het debat over cultuur wordt niet voor het eerst gevoerd, maar het wordt beïnvloed door andere politieke, economische of sociale prioriteiten. In dit verslag worden de basiscriteria voor een bredere analyse en denkoefening beknopt samengevat. De globalisering heeft een aantal voordelen gehad voor ontwikkeling, maar vormt een bedreiging voor de erfenis van de mensheid. Door het ongebreidelde handelsmodel toe te passen op cultuur en door de geleidelijke culturele ontworteling van de jongeren in de ontwikkelingslanden wordt het behoud en de duurzaamheid van de autonome culturen van deze volkeren bedreigd. Maar het is beter om ons niet blind te staren op de toekomst. We moeten onze inspanningen richten op het ontwikkelen en promoten van formules om onze jongeren optimistischer te stemmen en hen hoop te geven, want die twee zaken zijn onontbeerlijk voor een betere toekomst. Cultuur: factor van ontwikkeling en integratie Cultuur is, na taal, niet alleen wat een maatschappij verenigt. Cultuur is ook industrie en ontwikkeling in de commerciële zin van het woord, in die mate zelfs dat we daar duurzaam aan zouden moeten toevoegen, hetgeen inhoudt dat het behoud van de gemeenschappelijke goederen van de mensheid en de cultuurindustrie in het kader van deze duurzaamheid moeten worden gezien en onder strikte naleving van dit concept moeten worden ontwikkeld. Culturele industrieën: kansen Dit deel verdient speciale aandacht omdat het perfect samenvalt met de wezenlijke inhoud van dit verslag, namelijk de inschakeling van jongeren in een productieve activiteit door middel van vernieuwende vormen van arbeid zodat zij zelfs kunnen blijven studeren. We moeten jongeren dus de kans geven om technische vaardigheden te leren, maar zo dat ze werk en studie kunnen combineren. 1 http://ec.europa.eu/education/external-relation-programmes/doc72_en.htm DR\770825.doc 5/6 PEAPP/100.504v01-00
Kan de ambachtelijke nijverheid in de handen van jongeren een industrie zijn? Of muziek? Of film? Dat zijn allemaal uitingen van cultuur, industrie en werkgelegenheid, dat wil zeggen middelen tot inclusie. Daarom praten we over het creëren van kansen voor culturele acties op de niveaus die hier worden aangekaart. Daarvoor zijn nodig een duidelijke visie, doelstellingen en gepaste investeringen. Het is niet gemakkelijk om middelen voor gezondheidzorg, onderwijs of voedsel over te hevelen naar cultuur, maar ontwikkeling is een complex systeem en als we op een bepaald gebied eenmaal achterop geraken, kan het heel lastig zijn die achterstand weer in te halen. In de ontwikkelingslanden zijn de investeringen in cultuur gering en in sommige gevallen onbestaande. We moeten voor een integrale ontwikkeling gaan in plaats van voor de trendy duurzame ontwikkeling. Maar eigenlijk zullen de visie op en het begrip van integrale ontwikkeling ons helpen om de verschillende factoren voor ontwikkeling op een geharmoniseerde manier voort te stuwen. De culturele ontworteling van onze jongeren is een proces dat in een versnelling zit en dat is geen goed teken, omdat de hele mensheid moet kunnen genieten van culturele goederen en jongeren hoe dan ook het beste instrument zijn om het behoud ervan te waarborgen. PEAPP/100.504v01-00 6/6 DR\770825.doc