Steekkaart: nummer 4W



Vergelijkbare documenten
Steekkaart: nummer 1N

Steekkaart: nummer 5Wi

Steekkaart: nummer 2W

Steekkaart: nummer 1W

Steekkaart: nummer 5W

Steekkaart: nummer 5Wis

Steekkaart: nummer 1Ne

Steekkaart: nummer 3We

Steekkaart: nummer 3Wi

Steekkaart: nummer 3B

Steekkaart: nummer 4Bew

Basisles 4: Windows Movie Maker

Steekkaart: nummer 6N

Steekkaart: nummer 4G

Steekkaart: nummer 6F

Basisles 1: Knopjes en fotograferen

Leerjaar 2: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Begeleidende uitleg voor de leerkracht:

Lesfiche STOP-principe

Basisles 3: Zoomen, foto s bewerken en opnamemodi

Steekkaart: nummer 2B

Juf Sabine en juf Maaike

2 > Kerndoelen > Aan de slag > Introductie van de manier van werken > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27

De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën:

Verkeersborden. Eindtermen. Doelgroep. Lesdoel. Lager onderwijs: Lesfiche verkeers- en mobiliteitseducatie BASISONDERWIJS

Tuin van Heden 3 en 4 Werken met kunst in de paasperiode. Kernles 1: Kunstenaar, wat vertel je mij?

DE BASIS VOOR WERELD RIËNTATIE

Dit is veilig! Ruimte. Dit kun je straks. 1 Het verkeer. Je weet hoe een voetganger zich gedraagt in het verkeer.

Onderwerp. VVKBaO. Leerlingen maken een account, krijgen een rondleiding door Scratch en verkennen het programma.

Les 1: Kennismaking met fysieke beperkingen

Sta in je recht. Lessen over (kinder)rechten voor PO

In het volgende overzicht geven we per oefening de doelen van het vakgebied mee die met de verschillende contractoefeningen bereikt kunnen worden.

Steekkaart: nummer 4We

MIJN BEZOEK AAN HET GRAVENSTEEN

Gewoon zo! WONEN: HOE ONTMOET JE BUURTBEWONERS?

MIJN BEZOEK AAN DE ZOO VAN ANTWERPEN

VERSIE LERAARSKAMER. focusthema 2

MIJN BEZOEK AAN HET MSK

2 DE BASIS VOOR WERELD RIËNTATIE

Ontdek je mee het leven in vijver en sloot? Zeg niet gewoon vis tegen een vis. Visinitiatie en Visdeterminatie voor de 3 de graad

Onderwerp. VVKBaO. Kinderen leren eenvoudige problemen oplossen door pijltjes te verslepen.

Leerjaar 2: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

What s up Zuiderzeeland? maatschappijleer/geschiedenis praktische opdracht

De leerlingen wandelen de vooraf uitgestippelde route op de wandelkaart. Ze observeren en leggen de knelpunten inzake de verkeersveiligheid vast.

Les 35. Een nieuw paspoort

Tuin van Heden 5 en 6 Werken met kunst in de paasperiode. Kernles 1: Kunstenaar, wat vertel je mij?

Een overtuigende tekst schrijven

Iedereen online, van 9 tot 99 jaar. Les Facebook, sociaal zijn op het internet. Deze iconen tonen aan voor wie het document is

Rivierenhof. Handleiding. Opgesteld door de domeinwachters. >> Ontdekkingstocht voor het 4, 5 en 6 leerjaar. Tjakkie de specht Ontdekt de Herfst

MIJN BEZOEK AAN KINDERBOERDERIJ RIVIERENHOF

Wat kan ik voor u doen?

INSCHRIJVEN VOOR DE TAALTEST

Aanleiding projectweken. Gewenste kaders van een projectweek. Het proces

Leesboekje de omgeving

De Drijvende Speelstad

Zuivel is belangrijk. Melk is goed voor... ELK!

Lesfiche STOP-principe

MIJN BEZOEK AAN HET MUSEUM VOOR NATUURWETENSCHAPPEN

MAATWERKHOEKEN LESACTIVITEIT ROLLEN KIEZEN Luisterteksten

ZOO PLANCKENDAEL IN MECHELEN

SPELFICHE: WAT WORD IK?

Werkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Dimanida Kemkievelden Groep 7abcd

Zeggen ze Persoon A Persoon B Persoon C Persoon D Persoon E Iets over de maat? Iets over de kleur? Iets over de stof? Iets over de prijs?

LESBESCHRIJVINGSFORMULIER

- ontdekken dat stilte en rust helpen om een gepaste uitdrukking te vinden voor gevoelens.

Voordoen (modelen, hardop denken)

PROFESSIONELE BACHELOR IN HET ONDERWIJS: LAGER ONDERWIJS flexibel traject

MIJN BEZOEK AAN KINDERBOERDERIJ T STRUISVOGELNEST IN LIER

Onderwerp. Voorkennis. VVKBaO WIS DO 8 In wiskundige situaties samenwerken en communiceren met anderen

Voorbereidend gesprek Vragen die de leerkracht kan stellen: Introductielessen Primair Onderwijs Introductieles 1: Schetsen voor het schoolplein

Slash. Slash in de klas. Zelf activiteiten ontwikkelen

Lesvoorbereidingsformulier Opleiding Professionele Bachelor in het secundair onderwijs Lichamelijke opvoeding

De Grote Verkeerstoets /08/ Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet links afslaan. 3. Neen, want ik heb mijn arm niet uitgestoken.

Programmaboek. Activiteitenweek Brugklas. 5 tm 9 oktober 2015

Onderwerp. VVKBaO. Kinderen leren moeilijkere problemen oplossen door pijltjes te verslepen en door stukjes te herhalen.

Project ALPHA. Vragenlijst over omgeving: actief transport en beweging

Beroepsgerichte Vorming, opleiding handel en administratie of Project Algemene Vakken

RIJSCHOOL. Wat moet je doen?

Thema In en om het huis.

leeruitstap Kwadrant donderdag 17 mei 2001 hoofdstad van België hart van Europa

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor

Leve de lente! (Rotraut Susanne Berner) Door Helga Gehre

MIJN BEZOEK AAN HET FORT VAN BREENDONK IN WILLEBROEK

Alles op een rij voor de leerkracht van groep 4

Natuur, Buiten Activiteit:

Wanneer moeten we dat nog doen? We hebben vandaag, tijdens een andere vergadering, ons de vraag gesteld : waar moeten we naar toe om te melden dat

WikiKids Atlas. Lerarenhandleiding Project WikiKids Atlas

Werkloos, hoezo? Bij lesmateriaal, bij deze les op de site, vind je het nodige lesmateriaal voor deze les:

Lesbrief nr 1. voor Groep 5 + 6

Stappenplan voor je spreekbeurt in groep 3/4

Projectintroductie e. Projectintroductie les 1

Jeugd Verkeerskrant 1 Hoe ga jij naar school?

BIOLABO NAVERWERKING

Lesvoorbereiding Onderbouw (groep 3)

Les 1 : de basis van PowerPoint

Mijn reis met STIMI MAATSCHAPPIJ VOOR HET INTERCOMMUNAAL VERVOER TE BRUSSEL

Opdracht U bekijkt uw leven tot nu toe en denkt na over wat u allemaal heeft meegemaakt.

SCHOOL op SEEF Schoolbrengweek 2019

MIJN BEZOEK AAN HET EMABB IN BOOM

Spreekoefeningen. Oefenen voor het eerste deel van het examen spreken: Vragen beantwoorden. 1 enkele vragen. (voor het inburgeringsexamen - spreken)

Transcriptie:

Steekkaart: nummer 4W Onderwerp Leerwandeling in de omgeving rondom de school: kennismaking met de openbare gebouwen en plaatsen Leeftijd/Doelgroep 4 e leerjaar Leergebied Wereldoriëntatie Organisatie Tijdsduur 250 minuten Beschrijving In deze grote les (onderverdeeld in een instaples, een leeruitstap en een verwerkingsles) maken de kinderen kennis met de openbare gebouwen en plaatsen in de buurt van de school. Ze leren deze gebouwen en plaatsen situeren op een kaart en een plattegrond van de brede omgeving (oriëntatie). Ze leren ook de functie van deze gebouwen en plaatsen kennen en wat mensen daar allemaal (kunnen) doen. Materiaal Digitale fototoestellen (1 toestel per 2 à 3 leerlingen) Powerpoint gebouwen/zaken/plaatsen/voorzieningen (Bijlage 1) Opdrachtenbladen en route leerwandeling (Bijlage 2) Plattegrond van de schoolomgeving (Bijlage 3) Opdrachtenblad functies (Bijlage 4) Digitaal bord/beamer Eindtermen (ET) Doelen 6.1. De leerlingen kunnen aan elkaar een te volgen weg tussen twee plaatsen in de eigen gemeente of stad beschrijven. Ze kunnen deze reisweg ook aanduiden op een plattegrond. 6.10. De leerlingen kunnen in een landschap gericht waarnemen en ze kunnen op een eenvoudige wijze onderzoeken waarom het er zo uitziet. 6.11. De leerlingen kunnen enkele soorten kaarten hanteren en gebruik makend van de legende. Leerplandoelen VVKBaO: 0.13.1.4. Kinderen kunnen informatiebronnen op een doeltreffende manier hanteren. Dat houdt in dat ze: bij het zoeken naar informatie doeltreffend gebruik kunnen maken van: kaarten. 9.6.3. Kinderen kunnen een omgeving typeren als overwegend landelijk, stedelijk, toeristisch en/of industrieel. Dat houdt in dat ze: in eigen omgeving gebouwen, bossen, winkels, plaatsen, kunnen herkennen. 9.9. Kinderen kunnen gebruik maken van diverse voorstellingen van de ruimte. Dat houdt in dat ze: vertrouwde plaatsen en voorwerpen op een foto of afbeelding kunnen herkennen en benoemen, de voor hen bekende plaatsen kunnen terugvinden op een plattegrond of een luchtfoto, plaatsen en gebeurtenissen waar ze kennis mee maken op een passende kaart kunnen opzoeken. Mediaopvoeding in leergebied Wereldoriëntatie: 0.13. Kinderen kunnen informatiebronnen op een doeltreffende manier hanteren (Werken aan mediageletterdheid in Wereldoriëntatie) Mediaopvoeding in functie van ET: 1.15. Bereid zijn de eigen mediageletterdheid in te zetten bij het leren van anderen. 2.10. Interesse tonen voor het mediagebruik van anderen behorend tot de eigen en andere culturen. 3.4. Voor hen bedoelde mediamiddelen op een verantwoorde en veilige manier gebruiken. OVSG: WO-RUI-21b. De leerlingen kunnen op foto's en afbeeldingen vertrouwde personen, voorwerpen, gebouwen benoemen. WO-RUI-34c. De leerlingen kunnen een plattegrond van de onmiddellijke omgeving als hulpmiddel gebruiken om hun weg terug te vinden. WO-RUI-39. De leerlingen kunnen in een landschap gericht waarnemen en op een eenvoudige wijze onderzoeken waarom het er zo uitziet. WO-RUI-43. De leerlingen kunnen op een plattegrond van de eigen gemeente of stad de voor hen bekende plaatsen terugvinden. Lesdoelen Aan de hand van foto s verschillende soorten openbare gebouwen/plaatsen, handelszaken en nutsvoorzieningen onderscheiden en verwoorden wat het verschil tussen deze is Tijdens de leerwandeling openbare gebouwen en plaatsen herkennen en correct benoemen Tijdens de leerwandeling zich oriënteren met behulp van een kaart van de omgeving Rekening houden met de verkeersregels en veiligheid en de opgegeven taken tijdens de leerwandeling Openbare gebouwen en plaatsen op een plattegrond van de omgeving kunnen situeren/oriënteren De functie van openbare gebouwen en plaatsen in eigen woorden omschrijven Het digitaal fototoestel veilig, voorzichtig en correct hanteren Bronnen DE LAET, S.; DEMEURISSE, P.; e.a., Geo.Mundo 3 e leerjaar: handleiding, bronnenboek, Die Keure, Brugge, 2011

Fases Fase 1: Klassikale voorbereiding op de leerwandeling Organisatie De kinderen blijven op hun plaats zitten. De leerkracht roept de voorkennis in verband met de openbare gebouwen en plaatsen bij de kinderen op en geeft enkele voorbeelden aan. Hij/zij bereidt de kinderen ook voor op de leerwandeling en de bijhorende taken. Instructie Binnenkort gaan wij op leerwandeling door de/het stad/gemeente/dorp. Wij gaan namelijk onderzoeken welke openbare gebouwen en plaatsen er allemaal te vinden zijn in onze omgeving. Richtvragen - Wat zijn dat eigenlijk, openbare gebouwen en plaatsen? (Dit zijn gebouwen en plaatsen waar iedereen mag en kan bezoeken, verblijven, vertoeven, ) (Ze zijn voor iedereen toegankelijk en je hoeft er niets voor te betalen.) - Wat betekent dat, openbaar? (Publiekelijk, alle mensen kunnen daar komen en gaan, zonder te betalen.) - Wie kan eens een voorbeeld geven van een openbaar gebouw en/of plaats? (skatepark, vijver, bibliotheek, speelplein, parking, stadhuis, begraafplaats, park, kerk, standbeeld, school, ) Instructie Inderdaad, dat zijn allemaal voorbeelden van openbare gebouwen of plaatsen. Zo n gebouwen/plaatsen zullen we ook tegenkomen op onze leerwandeling. Het is dan aan jullie om ze te herkennen en te fotograferen. Powerpointvoorstelling (zie bijlage 1) In deze powerpoint zitten foto s van verschillende soorten gebouwen en plaatsen. Opgelet: niet alle gebouwen en plaatsen zijn openbaar. Kunnen jullie raden welke openbaar zijn en welke niet? Opmerking De leerkracht verduidelijkt bij elke foto welk soort gebouw/woning het is. Hij/zij verduidelijkt ook wat de functie van dit/deze gebouw/woning is. Zo wordt meteen duidelijk waarom er een indeling bestaat in openbare gebouwen, handelszaken en nutsvoorzieningen. De leerkracht is vrij om te variëren in deze lesfase. Hij/zij kan eerst de definities aanbrengen, waarna de kinderen de gebouwen/plaatsen/zaken uit de powerpoint zelf moeten achterhalen. Hij/zij kan verduidelijken, instrueren, Indien de leerkracht deze 35 soorten gebouwen/plaatsen/zaken té veel leerstof vindt, kan hij/zij gemakkelijk foto s uit de powerpointvoorstelling wegnemen.

Definities Openbare gebouwen/plaatsen: Dit zijn gebouwen en plaatsen waar iedereen mag en kan bezoeken, verblijven, vertoeven, Ze zijn voor iedereen toegankelijk en je hoeft er niets voor te betalen. Handelszaken: Dit zijn gebouwen en zaken waar iedereen mag en kan bezoeken, verblijven, vertoeven, Ze zijn voor iedereen toegankelijk, maar je moet er voor betalen. Ze zijn gericht op handel, op het verkopen van producten. Nutsvoorzieningen: Dit zijn gebouwen en plaatsen waar iedereen mag en kan bezoeken, verblijven, vertoeven, Ze zijn voor iedereen toegankelijk, en je moet er soms voor betalen. Ze zijn vooral gericht om mensen verder te helpen en zijn van algemeen belang. Dat wil zeggen dat iedereen ze moet kunnen gebruiken. Vaak gaat het over communicatievoorzieningen (post, telefonie, ) of transportvoorzieningen (bus, tram, trein, ) Foto s in de powerpoint Apotheek: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (medicijnen) Tankstation: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (benzine) Supermarkt: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (allerlei producten) Restaurant: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (een maaltijd) Station: Dit is een nutsvoorziening. Daar kan je info over het reizen met de trein verschaffen. Bankkantoor: Dit is een nutsvoorziening. Daar kan je info over je bankrekening verschaffen. Soms betaal je, soms niet. Expo: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (de huur van een zaal/zalen) Stadion: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (een voetbalwedstrijd zien) Jeugdcentrum: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (de huur van een zaal/zalen) Skatepark: Dit is een openbare plaats. Iedereen kan daar terecht om te spelen of te skaten. Bushalte: Dit is een nutsvoorziening. Iedereen kan daar komen, maar je moet betalen voor de bus. Vijver: Dit is een openbare plaats. Iedereen kan daar terecht om te zitten, te spelen, te vissen, Bioscoop: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (een film zien) Bibliotheek: Dit is een openbaar gebouw. Iedereen kan daar terecht om in stilte te lezen, te studeren of een boek te lenen. Café: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (om iets te drinken) Speelplein: Dit is een openbare plaats. Iedereen kan daar terecht om te spelen. Sportcentrum: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (de huur van een sportzaal) Parking: Dit is een nutsvoorziening. Iedereen kan daar terecht om te parkeren. Bij sommige parkings moet je betalen, andere zijn gratis. Containers: Dit is een nutsvoorziening. Daar kan je je afval kwijt. Winkelcentrum: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (de producten uit de winkels) Cultuurcentrum: Dit is een nutsvoorziening. Hier kan je info over voorstellingen verzamelen, tentoonstellingen bekijken, Dit is gratis. Soms moet je wel betalen, bijvoorbeeld voor een theatervoorstelling. Hotel: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (een overnachting, een ontbijt, een maaltijd, ) Zwembad: Dit is een handelszaak. Voor wat betaal je? (om te zwemmen in het zwembad) Stadhuis: Dit is een openbaar gebouw. Iedereen kan daar terecht om info over paspoorten, rijbewijzen, woningen, te verzamelen. Kledijcontainer: Dit is een nutsvoorziening. Iedereen kan daar terecht om oude kleren aan

armere kinderen te geven. Postkantoor: Dit is een openbaar gebouw. Iedereen kan hier terecht om brieven te posten of pakketten te verzenden. Ziekenhuis: Dit is een nutsvoorziening. Iedereen kan daar terecht om mensen te bezoeken, maar soms moet je ook betalen voor bijvoorbeeld een operatie. Begraafplaats: Dit is een openbare plaats. Iedereen kan daar terecht om te bidden voor overleden mensen. Snoepwinkel: Dit is een handelszaak, net zoals alle winkels. Voor wat betaal je (hier)? (allerlei producten, hier: snoepgoed) Kunstacademie: Dit is een nutsvoorziening. Daar kan je terecht om info over voorstellingen, inschrijvingen, te verzamelen, maar soms moet je ook betalen voor een hobby, een toneelvoorstelling, een muziekvoorstelling, Park: Dit is een openbare plaats. Iedereen kan daar terecht om te genieten van de natuur, te wandelen, Kerk: Dit is een openbaar gebouw. Iedereen kan daar terecht om te bidden, naar de misviering te gaan, Tramhalte: Dit is een nutsvoorziening. Iedereen kan daar komen, maar je moet betalen voor de tram. Standbeeld: Dit is een openbare plaats. Iedereen kan daar terecht om het standbeeld te bekijken of er foto s van te nemen. School: Dit is een openbaar gebouw. Iedereen kan daar terecht om informatie te verzamelen over inschrijvingen, Opmerking De leerlingen werden ingeleid op handelszaken, nutsvoorzieningen en openbare gebouwen/plaatsen. In deze les worden enkel de openbare gebouwen en plaatsen verder uitgewerkt. U, als leerkracht, heeft hier echter de mogelijkheid om ook de andere twee soorten gebouwen verder uit te werken. Elke activiteit in deze uitgewerkte les biedt mogelijkheden tot de verwerking van alle soorten gebouwen/plaatsen/

Fase 2: Leerwandeling in de omgeving: kennis maken met openbare gebouwen en plaatsen Organisatie Vlak voor de leerwandeling, worden de kinderen ingeleid op de opdrachten die ze moeten uitvoeren tijdens de wandeling, eveneens op de route die ze zullen afleggen. Tijdens de leerwandeling helpt en begeleidt de klasleerkracht waar nodig, met het oog op een sterk klashouden. Opdracht De klasgroep wordt in verschillende groepjes (3 à 4 groepjes) verdeeld. Elk groepje krijgt een opdrachtenblad (zie bijlage 2). Daarop staan verschillende adressen. Wanneer we op leerwandeling vertrekken, zijn de leerlingen dan gefocust op de straatnamen en huisnummers. Wanneer ze aan het juiste adres zijn, bevinden ze zich aan een openbaar gebouw of openbare plaats. Ze schrijven dan per groepje op hoe het/de respectievelijke openbaar gebouw/openbare plaats genoemd wordt. Ze nemen er ook een foto van met behulp van het digitaal fototoestel. Route De leerkracht verduidelijkt de route vooraf aan de kinderen. Zij kunnen meevolgen in hun bundeltje. Het is aangeraden om niet te veel tijd te besteden aan de routeverduidelijking, zo worden de kinderen gestimuleerd om hun oriëntatie- en kaartvaardigheid in te oefenen. Opmerkingen De route die is uitgestippeld in bijlage 2, is een wandelroute geschikt in de stad Waregem. Als leerkracht heeft u dus wel nog wat voorbereiding aan deze les qua aanpassing van de route. De ligging van de school is een fictief gekozen plaats. De leerkracht maakt duidelijke afspraken omtrent veiligheid in het verkeer (fluohesje, oversteekplaatsen, gevaarlijke punten, verkeersborden, ). De leerlingen springen voorzichtig om met de digitale fototoestellen. Het is aangeraden om de geplande wandelroute samen te nieten met het opdrachtenblad (zoals in bijlage 2). Zo kunnen de kinderen meteen ook hun oriëntatievaardigheid inoefenen. De correctiesleutel en de link naar de online route zitten ook toegevoegd in bijlage 2. De uitgestippelde route is niet helemaal naar wens. Er zijn kleine paadjes die genomen zouden worden om de omweg van de vijver te reduceren en om het skatepark (Zuiderlaan 46) te passeren. Extra De leerkracht heeft hier ook de mogelijkheid om verkeerseducatie te integreren.

Fase 3: De openbare gebouwen en plaatsen ruimtelijk situeren op een plattegrond Organisatie Na de leerwandeling zitten de kinderen terug in de klas. In deze lesfase krijgen ze dezelfde plattegrond te zien (op het digitaal bord) als de kaart uit hun opdrachtenbundeltje. Elk om beurt komt een leerling naar voren en situeert hij/zij een openbaar gebouw/openbare plaats die ze op de leerwandeling hebben tegengekomen. Indien er meer leerlingen dan gebouwen/plaatsen in de klas zijn, kan de leerkracht tijdens de leerwandeling nog een aantal gebouwen/plaatsen aanhalen. Opdracht Ik hoop dat jullie tijdens de leerwandeling goed hebben opgelet. Ik heb hier aan het bord een plattegrond van de omgeving, maar nu staat de route niet aangeduid. Straks trek ik naamkaartjes en mag ieder van jullie een openbaar gebouw of openbare plaats die we tegengekomen hebben, aanduiden op de plattegrond. Openbare gebouwen en plaatsen Skatepark Vijver Bibliotheek Speelpleintje (2x, er is ook een speelpleintje gesitueerd in Het Pand ) Parking (2x, er is ook een parking gesitueerd aan de begraafplaats) Stadhuis Park Postkantoor Standbeeld (2x, er is ook een standbeeld gesitueerd dichtbij de voorkant van de kerk) Begraafplaats Kerk School (2x, in de straat Keukeldam is er ook een lagere school gesitueerd) Plattegrond Zowel een lege plattegrond als een plattegrond waarbij de openbare gebouwen en plaatsen aangeduid zijn, kan u vinden in bijlage 3.

Fase 4: De functie van openbare gebouwen en plaatsen Organisatie De kinderen blijven op hun plaats zitten en verwerken de afsluitende opdracht individueel. Ze hebben nu al kennis gemaakt met verscheidene openbare gebouwen en plaatsen en weten wat hun functie is. Via deze werkblaadjes kunnen ze individueel nog verder inoefenen op de functie ervan. Instructie Als afsluitende opdracht over de les rond openbare gebouwen en plaatsen, proberen jullie de gebouwen en plaatsen met de juiste functie te verbinden. Deze opdracht mag je alleen maken. Veel succes! Opdracht De leerlingen maken de opdracht omtrent de functie van openbare gebouwen en plaatsen (zie bijlage 4). Ook de correctiesleutel is toegevoegd aan deze bijlage. Opmerking Indien de leerkracht opmerkt dat het bij een bepaalde oefening wat stroef verloopt bij een aantal leerlingen, kan de leerkracht de oefening klassikaal aan het digitaal bord uitwerken.

Bijlage 2 Op stap in de omgeving! Samen met de hele klas gaan wij op stap in de omgeving van de school. Wij gaan op zoek naar alle openbare gebouwen en plaatsen. De adressen van deze gebouwen of plaatsen staan hieronder. Kijk goed naar de kaart en de straatnamen om te weten waar het openbaar gebouw of de openbare plaats zich bevindt. ADRES OF PLAATS WELK SOORT OPENBAAR GEBOUW OF OPENBARE PLAATS? Guido Gezellestraat 20.. Neem een foto van het gebouw/de plaats! Pand 249.. Neem een foto van het gebouw/de plaats! Olmstraat (in de hoek van de parking).. Neem een foto van het gebouw/de plaats!

We vertrekken bij het rode bolletje, aan onze school (Hippodroomstraat 49). We volgen de pijltjes om te weten in welke richting we zullen stappen. De blauwe bolletjes zijn de wegen waar we zullen stappen.

Op stap in de omgeving! Samen met de hele klas gaan wij op stap in de omgeving van de school. Wij gaan op zoek naar alle openbare gebouwen en plaatsen. De adressen van deze gebouwen of plaatsen staan hieronder. Kijk goed naar de kaart en de straatnamen om te weten waar het openbaar gebouw of de openbare plaats zich bevindt. ADRES OF PLAATS WELK SOORT OPENBAAR GEBOUW OF OPENBARE PLAATS? Markt 1 (op een klein pleintje).. Neem een foto van het gebouw/de plaats! Aan de achterkant van Het Pand, onder Het Pand.. Neem een foto van het gebouw/de plaats! Dichtbij de vijver en het sportcafé De Treffer.. Neem een foto van het gebouw/de plaats!

We vertrekken bij het rode bolletje, aan onze school (Hippodroomstraat 49). We volgen de pijltjes om te weten in welke richting we zullen stappen. De blauwe bolletjes zijn de wegen waar we zullen stappen.

Op stap in de omgeving! Samen met de hele klas gaan wij op stap in de omgeving van de school. Wij gaan op zoek naar alle openbare gebouwen en plaatsen. De adressen van deze gebouwen of plaatsen staan hieronder. Kijk goed naar de kaart en de straatnamen om te weten waar het openbaar gebouw of de openbare plaats zich bevindt. ADRES OF PLAATS WELK SOORT OPENBAAR GEBOUW OF OPENBARE PLAATS? Schakelstraat 10.. Neem een foto van het gebouw/de plaats! Centraal op de Markt.. Neem een foto van het gebouw/de plaats! Recreatiedomein dichtbij de Schakelstraat.. Neem een foto van het gebouw/de plaats!

We vertrekken bij het rode bolletje, aan onze school (Hippodroomstraat 49). We volgen de pijltjes om te weten in welke richting we zullen stappen. De blauwe bolletjes zijn de wegen waar we zullen stappen.

Op stap in de omgeving! Samen met de hele klas gaan wij op stap in de omgeving van de school. Wij gaan op zoek naar alle openbare gebouwen en plaatsen. De adressen van deze gebouwen of plaatsen staan hieronder. Kijk goed naar de kaart en de straatnamen om te weten waar het openbaar gebouw of de openbare plaats zich bevindt. ADRES OF PLAATS WELK SOORT OPENBAAR GEBOUW OF OPENBARE PLAATS? Gemeenteplein 2.. Neem een foto van het gebouw/de plaats! Stationsstraat 33 tot en met 37.. Neem een foto van het gebouw/de plaats! Zuiderlaan 46.. Neem een foto van het gebouw/de plaats!

We vertrekken bij het rode bolletje, aan onze school (Hippodroomstraat 49). We volgen de pijltjes om te weten in welke richting we zullen stappen. De blauwe bolletjes zijn de wegen waar we zullen stappen.

Correctiesleutel Bijlage 2 Guido Gezellestraat 20 Pand 249 Olmstraat (in de hoek van de parking) Markt 1 (op een klein pleintje) Aan de achterkant/onderkant van Het Pand Dichtbij de vijver en sportcafé De Treffer Schakelstraat 10 Centraal op de Markt Recreatiedomein dichtbij de Schakelstraat Gemeenteplein 2 Stationsstraat 33 tot en met 37 Zuiderlaan 46 School Postkantoor Begraafplaats Standbeeld (Openbare) parking Speelplein Bibliotheek Kerk Vijver(s) Stadhuis Park Skatepark Extra bij Bijlage 2 Hieronder vindt u de link naar de online uitgestippelde route op Google Maps : https://goo.gl/maps/zwwxe

Bijlage 3

Extra s bij Bijlage 3 Hieronder vindt u de link naar de online plattegrond met de openbare plaatsen en gebouwen: https://mapsengine.google.com/map/edit?mid=zjowxv220xky.kucoamayd9pe Om de openbare gebouwen en plaatsen in één muisklik op de plattegrond te laten verschijnen, klikt u het vinkje naast Naamloze laag aan.

Bijlage 4 Openbare gebouwen en plaatsen: opdrachtenbundel Naam:.. Nummer: Klas: Opdracht 1 Hieronder zie je verschillende foto s van openbare gebouwen en plaatsen staan. Lees elke beschrijving en schrijf daaronder welk soort openbaar gebouw of plaats erbij past. Je kan kiezen uit de verschillende foto s. Hier kan ik rustig en in stilte bidden voor de mensen:. Hier kan ik genieten van de natuur en een wandeling maken:. Hier kan ik informatie verzamelen over een woning die ik wil kopen:. Hier kan ik mijn auto even kwijt:. Hier kan ik in alle rust en stilte een boek lezen:. Hier kan ik luisteren naar verschillende gebeden:. Hier kan ik spelen met andere kinderen:. Hier kan ik informatie verzamelen over een ziekte die ik heb:.

Hier kan ik spelen met mijn skateboard:. Hier kan ik informatie verzamelen over hoeveel een zegel kost:.

Opdracht 2 Schrijf zelf op wat je zou kunnen doen in volgende openbare gebouwen en op openbare plaatsen: Standbeeld: Hier kan ik... School: Hier kan ik... Vijver: Hier kan ik.... Park: Hier kan ik... Bibliotheek: Hier kan ik... Openbaar sportterrein: Hier kan ik.... Gemeentehuis: Hier kan ik... Kerk: Hier kan ik...

Opdracht 3 Hieronder staan heel wat stellingen over openbare gebouwen en plaatsen, maar ook over handelszaken en nutsvoorzieningen. Kruis aan of de stellingen juist of fout zijn. Stelling Juist? Fout? Een cultuurcentrum is een openbaar gebouw, want daar kan je gratis foldertjes meenemen en tentoonstellingen bekijken. Een station is een handelszaak, want je moet telkens betalen voor een ticket. Een restaurant is een openbaar gebouw, want iedereen kan daar terecht om te eten. Een park is een openbare plaats, want iedereen kan daar wandelen en fietsen. Een tankstation is geen openbare plaats, want je moet betalen voor je benzine. Een kunstacademie is een openbaar gebouw, want daar kan je gratis naar toneelvoorstellingen gaan kijken. Een bibliotheek is geen openbaar gebouw, want je moet betalen om boeken uit te lenen. Een bioscoop is een handelszaak, want je moet telkens betalen om een film te zien. Een parking is een openbare plaats, want iedereen kan zijn auto daar parkeren. Een zwembad is een openbaar gebouw, want iedereen kan daar gaan zwemmen. Een speelplein is een openbare plaats, want alle kinderen kunnen daar gaan spelen wanneer ze willen. Een ziekenhuis is geen openbaar gebouw, want je moet betalen voor een operatie. Een standbeeld is een openbare plaats, want iedereen kan daar gaan en foto s er van nemen.

Correctiesleutel Bijlage 4 Openbare gebouwen en plaatsen: opdrachtenbundel Naam:.. Nummer: Klas: Opdracht 1 Hieronder zie je verschillende foto s van openbare gebouwen en plaatsen staan. Lees elke beschrijving en schrijf daaronder welk soort openbaar gebouw of plaats erbij past. Je kan kiezen uit de verschillende foto s. Hier kan ik rustig en in stilte bidden voor de mensen: begraafplaats Hier kan ik genieten van de natuur en een wandeling maken: park Hier kan ik informatie verzamelen over een woning die ik wil kopen: stadhuis Hier kan ik mijn auto even kwijt: parking Hier kan ik in alle rust en stilte een boek lezen: bibliotheek Hier kan ik luisteren naar verschillende gebeden: kerk Hier kan ik spelen met andere kinderen: speelplein Hier kan ik informatie verzamelen over een ziekte die ik heb: ziekenhuis

Hier kan ik spelen met mijn skateboard: skatepark Hier kan ik informatie verzamelen over hoeveel een zegel kost: postkantoor

Opdracht 2 Schrijf zelf op wat je zou kunnen doen in volgende openbare gebouwen en op openbare plaatsen: Standbeeld: Hier kan ik foto s nemen, opzoeken hoe het standbeeld noemt, wie het is, wie het gemaakt heeft, School: Hier kan ik les volgen, bijleren, schooltonelen bekijken, me inschrijven voor een schooljaar, Vijver: Hier kan ik vissen, genieten van de natuur, spelen met vrienden, kijken naar de vissen, Park: Hier kan ik een wandeling maken, spelen, fietsen, kijken naar de dieren, bijleren over de bomen en vruchten, Bibliotheek: Hier kan ik een boek uitlenen of lezen, studeren, in stilte werken, Openbaar sportterrein: Hier kan ik sporten met vrienden, voetballen, fietsen, basketbal spelen, tennis spelen, Gemeentehuis: Hier kan ik informatie verzamelen over mijn identiteitsbewijs, een woning, mijn rijbewijs, Kerk: Hier kan ik naar de mis gaan, bidden, een kaarsje aansteken voor iemand, luisteren naar gebeden,

Opdracht 3 Hieronder staan heel wat stellingen over openbare gebouwen en plaatsen, maar ook over handelszaken en nutsvoorzieningen. Kruis aan of de stellingen juist of fout zijn. Stelling Juist? Fout? Een cultuurcentrum is een openbaar gebouw, want daar kan je gratis foldertjes meenemen en tentoonstellingen bekijken. X Een station is een handelszaak, want je moet telkens betalen voor een ticket. X Een restaurant is een openbaar gebouw, want iedereen kan daar terecht om te eten. X Een park is een openbare plaats, want iedereen kan daar wandelen en fietsen. X Een tankstation is geen openbare plaats, want je moet betalen voor je benzine. X Een kunstacademie is een openbaar gebouw, want daar kan je gratis naar toneelvoorstellingen gaan kijken. X Een bibliotheek is geen openbaar gebouw, want je moet betalen om boeken uit te lenen. X Een bioscoop is een handelszaak, want je moet telkens betalen om een film te zien. X Een parking is een openbare plaats, want iedereen kan zijn auto daar parkeren. X Een zwembad is een openbaar gebouw, want iedereen kan daar gaan zwemmen. X Een speelplein is een openbare plaats, want alle kinderen kunnen daar gaan spelen wanneer ze willen. X Een ziekenhuis is geen openbaar gebouw, want je moet betalen voor een operatie. X Een standbeeld is een openbare plaats, want iedereen kan daar gaan en foto s er van nemen. X