Veranderen van patronen in gezinnen Ella Lobregt-van Buuren GZ-psycholoog, supervisor, systeemtherapeut i.o. 1
Wat zijn patronen? Herhaling, vaste vorm, verloop volgens dezelfde spelregels Helpende interactiepatronen: geven houvast, maken beweging, gericht op contact, afgestemd op wat iemand kan en niet kan Niet-helpende interactiepatronen houden problemen in stand Ooit bedoeld als oplossing (bijv. ouder vermijdt nemen regie uit angst conflict) inmiddels onderdeel van het probleem (kind is de baas) 2
Helpende bril Systemisch en circulair kijken: Fasen en ingrijpende gebeurtenissen Geschiedenis, erfenissen, gezinspatronen Samenspel genetische, biologische, psychosociale processen Gedrag vindt altijd plaats in een context (individu, gezin, echtpaarrelatie, relatie broers/zussen, vrienden, familie, school, werk, kerk, maatschappij) die de betekenis van gedrag beïnvloedt 3
Helpende bril De oorzaak bestaat niet: en-en Wederzijdse beïnvloeding 4
Waarom systemisch kijken bij gezinnen met autisme? Problematiek van kinds af aan,dringt door op alle gebieden: beïnvloedt de haarvaten van het gezin Kind met ASS: geen talent voor verandering, contextblindheid (Vermeulen) Niet helpende patronen in communicatie, regels, conflicthantering sluipen er in Helpende patronen maak je met elkaar 5
Naast ASS vaak ook verstoorde relaties: herstel van stabiliteit en veilige verbinding cruciaal om tot leren te komen Hoe meer factoren een rol spelen bij in stand houden problemen, hoe meer ingangen Focus op onderhoudende patronen in plaats van focus op de oorzaak: autisme verdwijnt niet, gaat om beter omgaan met Vermindert kans op probleemdrager en zondebokfenomeen 6
Waarom samenwerken met gezinnen? Omgeving nodig voor generalisatie vaardigheden Goed omgaan met ASS berust voor groot deel op aanpassingsvermogen omgeving Oog voor last van alle gezinsleden (broers en zussen) Gebruik kracht van gezinsleden: ieders bijdrage aan oplossen moeilijkheden is welkom 7
Hoe werkt u samen? Positieve of negatieve ervaringen in de hulpverlening? Met welke mogelijkheden en bereidheid voor samenwerking? Hoe verklaart u de problemen? (bad, sad, mad, ziek, levensfase, handicap) Hoe moeilijk is het voor u om te veranderen? (Hoe meer dilemma s, hoe moeilijker: ja, maar ) 8
Hoe patronen ontdekken? Context: systeemdiagnostisch onderzoek Vragen waar iedereen last van heeft, ieders persoonlijke betekenisgeving/ verklaring van problemen Interactie in beeld (maken probleem- cirkel) In kaart brengen structuur gezin Intergenerationele thema s (genogram) Patronen in de partnerrelatie 9
Gezin van D.: genogram (twee generaties) Vd D 16 S 12 Md Individuele factoren: Gem. IQ, VSO-4 PDD-NOS: invoelingsvermogen, overzicht houden, plannen en organiseren, oorzaak-gevolgdenken zwak. Detaildenken sterk Angst, agressie, zelfbepalend en controlerend gedrag, rigiditeit, passiviteit, eenzijdig eetpatroon (overgewicht), zelfredzaamheid laag, zelfbeeld laag, faalangst Opvoed- en schoolproblemen 10
Intergenerationele patronen Gezin van herkomst vader D. - vermijdend gedrag en alcoholgebruik in gezin herkomst vader + gerichtheid op harmonie Gezin van herkomst moeder D.: + wilskracht, niet opgeven, vechtersmentaliteit - voorbijgaan aan eigen emoties Foto: Wijbenga 11 Omgaan met ingrijpende gebeurtenissen: horen zien zwijgen 11
Last van de gezinsleden Moeder, zus: Last van agressief en controlerend gedrag van D. Zus moet opletten Hoogoplopende ruzies moeder en D. en angst voor escalaties onder gezinsleden Vermijdend gedrag van D. en vader Gering perspectief D. (vastgelopen op school, geen vrienden) D.: gevoel zondebok te zijn 12
Frustratie en woede D D voelt zich niet begrepen, buitengesloten Angstigvermijdende reactie md Verdedigende reactie md; zus in buurt Probleemcirkel Onduidelijkheid D: bepalen/ controleren Agressie D. Boosheid md, vermijdend gedrag vader Md boos op vd
In kaart brengen relatiestructuren gezin (hulpmiddel: GezinsSysteemTest, Gehring, Harcourt) Emotionele afstand en verbondenheid in het gezin en subsystemen: afstand tussen poppetjes op het bord Gezag/ invloed in het gezin en subsystemen: het verhogen van de poppetjes met blokjes Blikrichting Kleurgebruik 14
Het gezin beeldt mate van emotionele verbondenheid en gezag/ invloed uit in 3 situaties Normale, typerende situatie Conflictsituatie Ideale situatie 15
Foto: A. Dorst, in RD 22-03-12: GEST 16
Patronen in gezin van D. Weinig emotionele verbondenheid op niveau gezin: grote afstand tussen poppetjes, D. zet zich ver weg Omgekeerde hiërarchie: D. heeft meer invloed dan zijn ouders en zus Rol zus: heel verantwoordelijk, ze let op, steunt dan de ene en dan de andere ouder verwijdering D. Heftige emotionele reacties moeder vermijding vader Lage emotionele verbondenheid tussen partners in gewone situatie. Bij conflicten neemt dit toe 17
Systemisch werken met gezinnen waarin ASS een rol speelt Meerdere mogelijkheden: steuncirkel sociaal netwerk, psychoeducatie, ouderbegeleiding, partnerrelatietherapie, ondersteuning in de thuissituatie, gezinstherapie In gezin van D.: gezinstherapie + eigen behandelaar voor D. Werken aan stabiliseren, veiliger maken relaties, door een helpende bril kijken, toewerken naar klinische plaatsing 18
a. Exploreren van dilemma s achter patronen Iedereen: Wat ik ook doe, het is nooit goed Zus: Wanneer ik voel dat ik alert moet zijn, raak ik moe en gefrustreerd van deze verantwoordelijkheid. Wanneer ik niet oplet, zullen er ongelukken gebeuren Md: Wat ik ook doe (mijden of strijden) ik heb geen invloed/ controle D: Als ik niet bepaal/ controleer snap ik er niets van en word ik boos; als ik wel bepaal/ controleer krijg ik ruzie thuis en word ik boos. In beide gevallen hoor ik er niet bij Vd: wanneer ik moeilijke situaties vermijd, voelen zowel mijn vrouw als D zich in de steek gelaten. Wanneer ik dat niet doe, raak ik heel angstig
b. Creëren van een veilige therapeutische context: de-escaleren De context is er een van dreigende uithuisplaatsing en alles wordt toegeschreven aan ASS. Weinig verandermogelijkheden. Sfeer crisisachtig. Pogingen om veranderingsgericht te werken, hebben weinig zin omdat dit opgevat wordt in de context van: ik moet eruit. De-escaleren en herdefiniëring (door helpende bril kijken) nodig om basisveiligheid te herstellen Vaak werken met subsystemen 20
c. Creëren van een veilige therapeutische context: herdefiniëren Externaliseren van het probleem : Ouders willen niet jou uit huis, maar de agressie (al of niet met hulp van ambulante behandeling of klinische plaatsing). Hoe kunnen jullie samenwerken tegen de agressie? Wie is de baas over je agressie? 21
d. Versterken vermogen omgaan met emoties en spanningen Verlagen heftigheid emotionele reacties (moeder - D.) Versterken omgang met spanning alle gezinsleden Aandacht emotieregulatie D. (in individuele begeleiding) agressiethermometer time-out kaart 22
Family therapy: 3. Regulating behavior 23
toolbox Tony Attwood Middelen voor omgaan met spanning Verminderen prikkels ontspanning medicatie op tijd afstand nemen lichamelijke inspanning/ sport sociale activiteiten
e. (Gezins)psychoeducatie Soms: apart (individuele of groepspsychoeducatie voor kind, oudergroep, online cursus Soms: gezinspsychoeducatie Oog voor rouw, acceptatie Oog voor ontwikkelingsfase en leeftijd kind Oog voor fase in ouderschap 25
f. Aangepaste communicatie Geef me de 5 principes (Colette de Bruin) Uitbreiden positieve interacties Structuur in persoon, ruimte,tijd, activiteit 26
g. Verhelderen regels, taken,rollen, regie Beperkte set van heldere regels: (do s en don ts) Visualiseren Belonen van kleine positieve initiatieven Differentiëren tussen en versterken van verschillende rollen (vader, moeder, broer, zus) 27
Wanneer kind bepaalt en verhoudingen verstoord zijn: geweldloos verzet (Omer): Transparantie Presentie, geen dwang, contact van onderaf Weerstaan provocaties, principe uitgestelde reactie Doen wat je als ouder vindt dat je moet doen omdat je ouder bent Verzoeningsgebaren Bevelen weigeren Doorbreken geheimhouding 28
h. Sociaal netwerk In kaart brengen, uitbreiden, delen, inschakelen: verminderen isolement, ontspanning, zelfzorg! Denk aan broers, zussen, opa s, oma s, vrienden Rol van de gemeente: steuncirkel 29
i. Partnerrelatieproblematiek (indien van toepassing) Samen ouderen doe je in de context van de partnerrelatie. Vaak: relatieproblemen gevolg van overbelasting: van overleven naar leven met elkaar Soms: al langer bestaand, maar bedekt door aandacht op kind met problemen Regelmatig ook een partner/ ouder met ASS 30
Doorbreken intergenerationele en relatiepatronen Herkennen patronen Patroon is de vijand, niet de ander Erkenning ieders beleving, mildheid Verantwoordelijkheid nemen voor eigen gevoel, gedachten en gedrag Dialoog op gang brengen Helder communiceren over behoeften, wensen, verlangens 31
Relatiepatroon 1: Zoek de boef (bron EFT, Hou me Vast, Johnson) Ontbreken verbinding Boosheid en verwijt Boosheid en tegenverwijt Strijd om gelijk Onderlaag: zich alleen en niet erkend, begrepen voelen Bron: www.inspirerendleven.nl 32
Relatiepatroon 2: Protestpolka (bron EFT, Hou me Vast, Johnson) Ontbreken verbinding Bovenlaag: 1. Boosheid en verwijt 2. Terugtrekken en conflictvermijding Onderlaag: 1. voelt zich niet gehoord: ik sta er alleen voor 2. wat ik ook doe, ik doe het niet goed 33
Relatiepatroon 3: Verstijf en vlucht (bron EFT, Hou me Vast, Johnson) Gebrek aan verbinding Laat maar Beiden trekken zich terug Angst voor afwijzing, erger maken 34
Het gaat niet vanzelf Wijsheid, hard werken, geduld Niet wachten tot de ander beweegt: je eigen verantwoordelijkheid nemen Je gevoel niet af laten hangen van het effect op de ander, maar het doen omdat je weet dat het goed is om te doen. Steun zoeken en blijven kiezen voor eigen ontspanning 35
Veerkracht van gezinnen Veilige verbinding Omgaan met spanning Respect voor eigenheid Openheid naar omgeving Steunende omgeving Bereidheid tot veranderen van patronen 36
Veerkracht van gezinnen Creativiteit Doorzettingsvermogen Behulpzaamheid In kleine stappen denken Think big, act small 37
38