Ruimtelijke onderbouwing Afwijkingsbesluit Art 2.12 lid 1 onder a sub 3 Wabo Rustenburgstraat 9a te Zundert

Vergelijkbare documenten
Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Ruimtelijke onderbouwing Afwijkingsbesluit Art lid 1 onder a sub 3 Wabo Trainingsaccommodatie NAC te Zundert

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

Ruimtelijke onderbouwing Bredasebaan 58 te Sprundel. Datum: Projectnummer:

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

BIJLAGE 2: VERANTWOORDING UITBREIDING BOOMSWEG

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Schalkwijkseweg 22

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg

Duinkampen 23 te Paterswolde

Ruimtelijke motivering. Molenstraat 1a te s-hertogenbosch. Functiewijziging van wonen naar kleinschalig hotel

Toelichting 1 Inleiding 2 Beleidskader 3 Beoordeling

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing

Wijzigingsplan Warandepark - Rijsbergen. Datum: Plan identificatie: NL.IMRO.0879.WPwarandepark-VS01

Ruimtelijke onderbouwing Leveroyseweg 14, Heythuysen

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging

(ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Asserstraat 31 Vries

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord

1. Streekplan Brabant in balans

2 e Plan van wijziging Globaal Bestemmingsplan Houten Vinex. Houtensewetering naast 45

(ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Akenveenweg 1 Tynaarlo

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Toelichting omgevingsvergunning Afwijkingsbesluit Strijbeekseweg 58 te Strijbeek

Ruimtelijke onderbouwing. Bouw zeven garageboxen achter Kerkstraat 18 Voorthuizen

TOELICHTING. Boerderijsplitsing aan de Eerselseweg 41 te Knegsel. G.C.M. van de Ven Eerselseweg KL Knegsel. project.

Gemeente Achtkarspelen Ruimtelijke onderbouwing 'het uitbreiden van de woning met een aanbouw' op het perceel de Wedze 22a te Twijzel

3. Toekomstige situatie Milieuaspecten Planbeschrijving Inspraak Voorschriften 7

Bijlagen: - raadsvoorstel 12 - raadsbesluit 14

Wijzigingsplan It Oast 2 Augustinusga. Ontwerp

Ruimtelijke onderbouwing

Bestemmingsplan Hoofdweg 237 te Paterswolde V O O R O N T W E R P

Ruimtelijke onderbouwing

TOELICHTING. op het wijzigingsplan Dwarsweg 17, behorende bij het bestemmingsplan Horstermeer van de gemeente Wijdemeren

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28

Ruimtelijke onderbouwing Schakerpad 5 in Twello

3. Gewenste ontwikkeling Milieu Planbeschrijving Inspraak Voorschriften 7

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING

Gemeente Achtkarspelen (ontwerp) Ruimtelijke onderbouwing "het realiseren van 15 camperplaatsen Blauhûsterwei 49 te Boelenslaan"

*Z073B5B20C6* Ruimtelijke onderbouwing. ten behoeve van het bouwen van het wijzigen van het bouwvlak op het perceel Oudelandsedijk 4b te Dirksland

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET BOUWEN VAN EEN LOODS AAN DE WESTHOFSEZANDWEG 9 TE S- HEER ARENDSKERKE

47003-bkp-v BESTEMMINGSPLAN "WONINGBOUW OSSENDRECHTSEWEG 38, HOOGERHEIDE" 1 INLEIDING Aanleiding en doel...

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord

Bestemmingsplan Heiligerlee en Westerlee, plan van wijziging IJsvereniging Heiligerlee V O O R O N T W E R P

3. Gewenste ontwikkeling Milieu Planbeschrijving Inspraak Voorschriften Plankaart 10

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14

Ruimtelijke onderbouwing Oekelsebaan 47 te Zundert. Datum: Projectnummer:

Toelichting omgevingsvergunning Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, afwijking Klein Zundertseweg 12 te Sprundel

GEMEENTE HOOGEVEEN. BESTEMMINGSPLAN Buitengebied Zuid Herziening 2007, deelplan Trambaan 5 te Nieuweroord

Toelichting. Leeuwarden Buitengebied - Omzetten intensieve naar reguliere veehouderij Brédyk 185 Wirdum

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening

Toelichting behorende bij de binnenplanse wijziging van het. bestemmingsplan ex. Artikel 3.6 Wro. Weverwijk 7 rood te Meerkerk

In het kader van het wettelijk vooroverleg heeft u ons om een reactie gevraagd op de voorontwerp-omgevingsvergunning Oirschotsedijk 52, Wintelre.

Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van de uitbreiding van een agrarisch bedrijf aan de St. Sebastiaanskapelstraat 9a

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a.

Omgevingsvergunning Everard Meysterweg 12 (Gelegen Achter De Percelen Everard Meysterweg 14 T/M 20)

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid

Projectbesluit Watermolendijk 3 Eelde

Ruimtelijke onderbouwing Keijtenburgstraat 6a te Rucphen. Datum: Projectnummer:

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Marmelhorstweg 2a

Bestemmingsplan Haule, Dorpsstraat 56 te Haule V A S T G E S T E L D

Wijzigingsplan Grootweg 13a, Berkhout Bestemmingsplan Landelijk Gebied Koggenland, wijziging bedrijfswoning naar plattelandswoning

Toelichting wijzigingsplan Stalling De Schans. Datum: Plan identificatie: NL.IMRO.1655.BPW6001-B001

Stedenbouw/welstandsrichtlijnen Aangezien er enkel een interne verbouwing zal plaatsvinden, zal de uiterlijke verschijningsvorm niet wijzigen.

Etten-Leur. (Bron: www. nederland-in-beeld.nl)

Gemeente Lingewaard. Ruimtelijke onderbouwing Realisatie berging en overkapping bij Fitness Centre Huissen

WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 30 augustus 2016 vastgesteld

Toelichting behorende bij de binnenplanse wijziging van het. bestemmingsplan ex. Artikel 3.6 Wro. Aaksterveldsesteeg ongenummerd te Ameide

Gasthuisbergweg 18 te Wijchen

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Leudal Postbus ZG Heythuysen. Geacht College,

*Z04630B9E6E* Ruimtelijke onderbouwing. Bouwen van een loods op het perceel Westerweg 21 Ouddorp. Initiatiefnemer: Maatschap Aleman-Sperling

Oude Tempel Soesterberg Milieukundige onderzoeken luchtkwaliteit en bedrijven en milieuzonering

Hoofdstuk 5 Milieu en Landschap

RO Wielemakersbaan 6 Ride by the Sea

Burg. J.G. Legroweg 98 te Eelde

Ruimtelijke onderbouwing voor 4 parkeerplaatsen t.b.v. Medisch Maatschappelijk Centrum, grenzend aan de Schoolstraat 23 te Nieuw-Vennep

Wijzigingsplan Baarsdorpermeer 4, Zuidermeer Bestemmingsplan Landelijk Gebied Koggenland, wijziging bedrijfswoning naar plattelandswoning

Bestemmingsplan buitengebied

Bouw van een woning + bijgebouw Achterwei 31 Oudega

INHOUDSOPGAVE Buitengebied Noord, deelplan Noorderhoofddiep in Nieuweroord Vastgesteld bij collegebesluit d.d. 17 juni 2008

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; Gemeente Hof van Twente Johan van der Burg

Bestemmingsplan Partiële herziening 2 Negen Kernen Vastgesteld toelichting

Toelichting bestemmingsplan Looneind 3a te Alphen en Oude Bredasebaan 24 te Chaam

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Artikel 2.12 lid 1 sub a onder 3 WABO

Ruimtelijke motivering. Plaatsing zonnepanelen Bokhoven, tegenover perceel Gravin Helenastraat 3 te Bokhoven

Gemeente Achtkarspelen (ontwerp) Ruimtelijke onderbouwing "bouwen van een woning op het perceel de Wide Pet 14 te Harkema"

Ruimtelijke onderbouwing Noordweg 1 Groede

Omgevingsvergunning Grassavanne Ong.

Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland)

Wijzigingsplan Pypkewei 1, 3 en 5 te Augustinusga (vml. Pypketsjerke)

GEMEENTE HOOGEVEEN. Wijzigingsplan Buitengebied Noord, deelplan Noorderhoofddiep 16 te Nieuweroord. Vastgesteld

Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Vervanging woning Miedweg 6 Stroobos Ruimtelijke onderbouwing 1. INLEIDING

WIJZIGINGSPLAN Buitengebied Zuid Herziening 2007, deelplan 3 e Zandwijkje 8 te Hollandscheveld

Gemeente Bergen op Zoom

Concept-ruimtelijke onderbouwing bij projectbesluit Verplaatsen autosteiger Beatrixhaven. Gemeente Werkendam

Bestemmingsplan Buitengebied Noord, deelplan Noorder Hoofddiep 15 te Nieuweroord

Wijzigingsplan Julianastraat 30, Avenhorn Bestemmingsplan Landelijk Gebied Koggenland, wijziging bedrijfswoning naar plattelandswoning

Transcriptie:

Ruimtelijke onderbouwing Afwijkingsbesluit Art 2.12 lid 1 onder a sub 3 Wabo Rustenburgstraat 9a te Zundert Planstatus: concept Datum: 2011-06-17 Plan identificatie: NL.IMRO.0879.ABrustenburgstr9a-CO01

Colofon Titel: Opdrachtgever: Afwijkingsbesluit Art 2.12 lid 1 onder a sub 3 Wabo Rustenburgstraat 9a te Zundert J. Hereijgers Rustenburgstraat 9a Ontwerp: Advies Achtmaal BV Minnelingsebrugstraat 4a 4885 KP ACHTMAAL Tel: 076-5990340 Fax: 076-5984675 www.schoenmakersarchitectuur.nl Contactpersoon: L. Schrauwen leny@schoenmakers-ontwerp.nl Projectnummer: 110590 Rapportnummer 110590.01 Datum: 17 juni 2011 Status: concept 2

Ruimtelijke onderbouwing 3

Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding... 6 1.1 Aanleiding... 6 1.2 Ligging en begrenzing... 6 1.2 Vigerende bestemmingsplan... 6 1.4 Leeswijzer... 6 Hoofdstuk 2 De huidige situatie... 8 2.1 Beschrijving plangebied... 8 2.2 Ruimtelijke structuur... 8 2.3 Functionele structuur... 10 2.5 Planlocatie... 11 Hoofdstuk 3 Beleidskader... 12 3.1 Europees- en rijksbeleid... 12 3.2 Provinciaal beleid... 13 3.3 Gemeentelijk beleid... 17 Hoofdstuk 4 Projectprofiel... 21 4.1 Nieuwe Situatie... 21 4.2 Beeldkwaliteit... 22 4.3 Parkeren... 22 Hoofdstuk 5 Planuitgangspunten... 23 5.1 Ontstaansgeschiedenis... 23 5.2 Milieu- en overige aspecten... 24 Hoofdstuk 6 Economische uitvoerbaarheid... 28 Hoofdstuk 7 Maatschappelijke uitvoerbaarheid... 29 4

Figuur 1: Topografische kaart met daarop de planlocatie, bron: Kadata 5

Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Op de locatie Rustenburgstraat 9a te Zundert is een agrarisch bedrijf aanwezig. De bedrijfsvoering bestaat uit een aardbeienteeltbedrijf. Het voornemen is om het bedrijf uit te breiden tot 2 ha kassen. Het in voorbereiding zijnde bestemmingsplan Buitengebied Zundert biedt de mogelijkheid om een glastuinbouwbedrijf uit te breiden tot 2 ha glas. Middels een afwijkingsbesluit ex artikel 2.12 lid 1 onder a sub 3 Wabo kan de gemeente afwijken van het vigerende bestemmingsplan en vooruitlopen op het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied Zundert. Het doel van de onderhavige ruimtelijke onderbouwing is het mogelijk maken van de uitbreiding van het agrarisch bedrijf middels een afwijkingsbesluit art 2.12 lid 1 onder a sub 3 onder de Wabo tevens dient de onderbouwing als goede ruimtelijk onderbouwing. 1.2 Ligging en begrenzing De planlocatie ligt in het buitengebied van Zundert. Zundert maakt onderdeel uit van de gemeente Zundert. De gemeente Zundert is gelegen in de provincie Noord- Brabant. De planlocatie is kadastraal bekend bij de gemeente Zundert onder de kadastrale gemeente ZDT, sectie S, nummer 0149. In figuur 1 en 2 wordt de planlocatie weergegeven op de topografische kaart en de luchtfoto. 1.2 Vigerende bestemmingsplan Binnen het plangebied is het bestemmingsplan Buitengebied Zundert 1997 van kracht: vaststelling door de gemeenteraad op 23-07-1998; goedkeuring door Gedeputeerde Staten op 08-02-2000; beroep bij Koninklijk besluit op 11-08-2001 beroep bij de Raad van State op 05-12-2001 1.4 Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op de huidige situatie van het plangebied, waarbij o.a. de ruimtelijke en functionele structuur aan bod komen. In hoofdstuk 3 van de onderbouwing wordt het vigerende beleid op Europees, Rijks, provinciaal en gemeentelijk niveau beschreven dat voor de ontwikkeling van het plangebied relevant is. De planontwikkeling wordt in hoofdstuk 4 beschreven. Hoofdstuk 5 beschrijft vervolgens de uitgangspunten en randvoorwaarden, die van belang zijn voor de ontwikkeling van het plangebied. Hierbij worden onder andere de gevolgen van de ontwikkeling op het gebied van water, natuur, luchtkwaliteit, archeologie en bodem beschreven. In hoofdstuk 6 komt de economische uitvoerbaarheid aan bod. Ten slotte wordt in hoofdstuk 7 de maatschappelijke uitvoerbaarheid beschreven. 6

Figuur 2: luchtfoto met daarop de planlocatie aangegeven 7

Hoofdstuk 2 De huidige situatie 2.1 Beschrijving plangebied 2.1.1 Algemeen Het buitengebied van de gemeente Zundert heeft een kleinschalig agrarisch landschap. Het is een gemengd agrarisch gebied en kent een sterk variërend beeld door de kleine percelen, diverse beplanting van boomteelt en perceelsrandbegroeiing en de vele bebouwing. 2.1.2 Ontstaansgeschiedenis Vanaf 1900 heeft er een verdichting plaatsgevonden van het buitengebied. Bij een intensivering is het duidelijke onderscheid tussen akkers op hogere delen en weide langs de beek verloren gegaan en zijn de historische concentraties van bebouwing in kleinere gehuchten nauwelijks met herkenbaar. Er is sprake van een regelmatige spreiding over het gehele agrarische gebied met een grote diversiteit aan bebouwing. 2.2 Ruimtelijke structuur 2.2.1 Bebouwingsstructuur In de omgeving van de planlocatie bestaat de bebouwing voornamelijk uit langgevelboerderijen, nieuwe boerderijen met veelal vrijstaande woonhuizen en agrarische bedrijfsgebouwen en burgerwoningen. De bebouwing op de planlocatie is een niet agrarisch bedrijfsgebouw met een bijzondere functie. De planlocatie is gelegen in een bebouwingslint waar diverse woningen en bedrijfsgebouwen aanwezig zijn. Het bebouwingslint heeft (weinig) doorzichten naar het achterlandschap. Figuur 3: Bebouwingstructuur 8

2.2.2 Verkeersstructuur Figuur 4: Verkeersstructuur 2.2.3 Groenstructuur Figuur 5: Groenstructuur 9

2.3 Functionele structuur 2.3.1 Wonen In de nabije omgeving van de planlocatie bestaat de functie wonen uit vrijstaande- en halfvrijstaande woningen die zowel gebruikt worden als burgerwoning en bedrijfswoning. 2.3.2 Detailhandel, horeca en maatschappelijke voorzieningen Er zijn in de directe omgeving geen detailhandel, horeca en maatschappelijke voorzieningen aanwezig. 2.3.3 (agrarische) bedrijven In de omgeving zijn veelal agrarisch bedrijven aanwezig in de vorm van boomkwekerijen. Verderop tegen de kern van Zundert is een bedrijventerrein gevestigd, de planlocatie ligt op ruime afstand van dit bedrijventerrein. 2.3.4 Sport en recreatie Tegenover de planlocatie is het sportcomplex De Gaard aanwezig. Figuur 6: functiekaart 10

2.4 Planlocatie Foto s van de omgeving en planlocatie 11

Hoofdstuk 3 Beleidskader 3.1 Europees- en rijksbeleid 3.1.1 Nota Ruimte De Nota Ruimte is een gezamenlijk product van de ministeries van VROM, LNV, VenW en EZ. In de nota is het nationaal ruimtelijk beleid vastgelegd tot 2020, waarbij de periode 2020 2030 geldt als doorkijk naar de lange termijn. Hoofddoel van het nationaal ruimtelijk beleid is om op een duurzaam en efficiënte wijze ruimte te scheppen voor de verschillende ruimte vragende functies, de leefbaarheid van Nederland te waarborgen en te vergroten, en de ruimtelijke kwaliteit van de stad en platteland te verbeteren, waarbij speciaal aandacht wordt geschonken aan het scheppen van de juiste condities voor het toepassen van ontwikkelingsplanologie. Daarbij richt het kabinet zich onder andere op het bevorderen van krachtige steden en een vitaal platteland. De voorgestane ontwikkeling draagt mee aan een vitaal platteland, door de ruimtelijke kwaliteit wordt door de ontwikkeling gewaarborgd en draagt mee aan de (plattelands)economie. De ontwikkeling is niet in strijd met de Nota Ruimte. 3.1.2 Nationaal Milieubeleidsplan 4 Met het Nationaal Milieubeleidsplan 4 uit juni 2001 wordt een nieuwe beleidscyclus gestart, met een over meerdere decennia vol te houden pad van transitie naar duurzaamheid. De verschillende transities zijn ondergebracht in drie clusters: transitie naar duurzame energiehuishouding; transitie naar een duurzaam gebruik van biodiversiteit en hulpbronnen; transitie naar duurzame landbouw. Dit NMP 4 beoogt het permanente proces van verbetering te versterken door integrale oplossingen in ontwikkelen voor hier en nu, voor elders en later. De kwaliteit van de leefomgeving wordt bepaald door het aanbod van woningen, werkgelegenheid, winkels en andere voorzieningen in de omgeving of door de aanwezigheid van groen, natuur, ruimte en afwisseling van karakteristieke gebieden. Ook blijkt de waardering van het stedelijk gebied steeds meer gekoppeld te worden aan de waardering van het landelijk gebied en omgekeerd. Het milieubeleid draagt echter ook bij aan de kwaliteit van de leefomgeving. Milieu en ruimtelijke ordening raken steeds meer verweven. Milieubeleid en ruimtelijk beleid moeten elkaar dan ook versterken. Het uitgangspunt is dat de verantwoordelijkheid voor het definiëren en realiseren van milieukwaliteit en de uitvoering van het beleid op het meest passende bestuursniveau komt te liggen. 3.1.3 Wet op de archeologisch monumentenzorg (nota belvedère) In de nota belvedère staat de instandhouding, versterking en verdere ontwikkeling van de cultuurhistorische identiteit bij ruimtelijke aanpassingen centraal. Hiertoe wordt een ontwikkelingsgerichte benadering voorgestaan, die bestaande kwaliteiten als vertrekpunt hanteert en deze combineert met een beschrijving van de recente cultuurgeschiedenis, dynamiek en ontwikkelingspotenties van een gebied. Het plangebied is niet gelegen in een gebied aangewezen binnen de nota belvedère. 3.1.4 Water Op Europees en nationaal niveau heeft water een eigen plaats gekregen in de ruimtelijke besluitvorming via de verplichte 'watertoets'. Deze watertoets vormt een waarborg voor de inbreng van water in de ruimtelijke ordening. Sinds 2001 wordt de watertoets toegepast op plannen die gevolgen voor de waterhuishouding kunnen hebben. Een watertoets is verplicht als het gaat om een functieverandering en/of Bestemmingswijziging. 12

Op basis van informatie en randvoorwaarden vanuit waterbeheerders, het waterbeleid en relevante bodemgegevens worden de verschillende wateraspecten uitgewerkt in een waterparagraaf. De waterparagraaf beschrijft het huidige watersysteem alsmede de mogelijkheden en randvoorwaarden voor het toekomstig watersysteem. De waterparagraaf is afgestemd met de waterbeheerder en vervolgens verwerkt in de plantoelichting. 3.2 Provinciaal beleid 3.2.1 Interimstructuurvisie Brabant in Ontwikkeling Met de inwerkingtreding van de Structuurvisie Ruimtelijke Ordening Noord-Brabant is deel A en B van de Interimstructuurvisie vervangen. Deel C (ontwikkelingsprojecten West-Brabant) blijft wel in stand. Deel C heeft geen betrekking op de planontwikkeling aan de Rustenburgstraat 9a te Zundert. 3.2.2 Structuurvisie Ruimtelijke Ordening Noord-Brabant Op 1 januari 2011 is de Structuurvisie ruimtelijke ordening Noord-Brabant (SVRO) in werking getreden. Provinciale Staten hebben deze op 1 oktober 2010 vastgesteld. De provincie geeft in de structuurvisie de hoofdlijnen van het ruimtelijk beleid tot 2025 (met een doorkijk naar 2040). De provincie heeft als sturingsfilosofie samenwerken aan kwaliteit : samen met andere overheden, marktpartijen en maatschappelijke organisaties vormgeven aan een duurzame ruimtelijke ontwikkeling van Noord-Brabant. Daarbij respecteert de provincie ieders rol. De provincie onderscheidt de volgende vijf rollen: 1. Ontwikkelen De provincie focust in haar ontwikkelingsgerichte rol op een aantal thematische opgaven en op een aantal gebieden. In gebieden waar sprake is van grote ruimtelijke dynamiek, botsende belangen en waar de ontwikkelingen een (inter)provinciale impact hebben, kiest de provincie voor een actieve rol. 2. Ordenen De provincie wil de duurzame ruimtelijke ontwikkeling van Noord-Brabant ordenen in robuuste ruimtelijke structuren. Dit zijn de groenblauwe-, de agrarische-, de stedelijke- en de infrastructuur. 3. Beschermen De provincie wil belangrijke en onvervangbare waarden beschermen. Voor de Ecologische Hoofdstructuur, de cultuur- en aardkundige waarden en de bescherming van de kernkwaliteiten in de nationale landschappen in Noord-Brabant stelt de provincie een beschermingsregiem op. 4. Regionaal samenwerken De provincie kiest voor regionale samenwerking en afstemming in vier regio s. De provincie stimuleert de samenwerking tussen de gemeenten, Rijk en waterschappen in deze regio s en legt afspraken vast in een strategische regionale agenda. 5. Stimuleren Bij ruimtelijke ontwikkelingen gaat het niet alleen om de vraag waar welke ontwikkelingen gewenst zijn. Het gaat daarbij ook om de balans tussen de verschillende belangen, functies en kwaliteiten in een gebied. De provincie wil dat ontwikkelingen bijdragen aan de ruimtelijke kwaliteit van Noord- Brabant. In figuur 7 is een uitsnede van de structurenkaart van de SVRO weergegeven. De planlocatie valt onder landelijk gebied, accentgebied agrarisch ontwikkeling. 13

Figuur 7: Uitsnede structuurkaart, Structuurvisie Ruimtelijke Ordening, provincie Noord-Brabant Het landelijk gebied ligt buiten de groenblauwe structuur en de stedelijke structuur zoals steden, dorpen en bedrijventerreinen. Het landelijk gebied biedt een multifunctionele gebruiksruimte voor land- en tuinbouw, natuur, water, recreatie, toerisme en kleinschalige stedelijke functies. Land- en tuinbouw zijn de grootste ruimtegebruikers. De positie van de sector varieert daarbij van sterke landbouwclusters voor glastuinbouw, boomteelt en intensieve veehouderij tot een gemengd gebied met landbouw, stedelijke functies, recreatie en toerisme, natuurfuncties en verbrede landbouw. 14

De provincie wil in het gebied het volgende bereiken: 1. Ruimte voor een breed georiënteerde plattelandseconomie 2. Ruimte voor agrarische ontwikkeling 3. Een duurzame land- en tuinbouw 4. Versterking van het landschap Vanuit provinciaal perspectief zijn op de structurenkaart gebieden aangegeven waar de provincie ruimte en kansen ziet om de agrarische productiestructuur te verduurzamen en te versterken, de accentgebieden agrarische ontwikkeling. De planlocatie ligt in de zandgronden ten zuidwesten van Breda, rond Zundert, Rijsbergen en Achtmaal. Dit gebied is een belangrijk grootschalig boomteeltgebied dat tot de top van Europa wordt gerekend. Ook worden hier veel vollegrondsgroenten geteeld, zoals aardbei. Het accentgebied agrarische ontwikkeling is hier aangegeven omdat deze gebieden worden gekenmerkt door mogelijkheden voor een meer dominante positie van de hier aanwezige landbouwsectoren. De voorgestane ontwikkeling is gelegen in het landelijk gebied, accentgebied agrarisch ontwikkeling, de ontwikkeling op de locatie Rustenburgstraat 9a te Zundert is gebaseerd op een agrarisch ontwikkeling. De ontwikkeling past in de beleidslijnen van de SVRO van de provincie Noord-Brabant. 3.2.3 Verordening ruimte Noord-Brabant 2011 In de Verordening ruimte staan regels waarmee een gemeente rekening moet houden bij het ontwikkelen van bestemmingsplannen. Door deze regels weten de gemeenten al in een vroeg stadium waar ze aan toe zijn. De onderwerpen die in de verordening staan, komen uit de provinciale structuurvisie. Daarin staat welke belangen de provincie wil behartigen en hoe ze dat wil doen. De verordening is daarbij een van de manieren om die provinciale belangen veilig te stellen. Belangrijke onderwerpen in de Verordening ruimte zijn: ruimtelijke kwaliteit; stedelijke ontwikkelingen; natuurgebieden en andere gebieden met waarden; agrarische ontwikkelingen, waaronder de intensieve veehouderij; overige ontwikkelingen in het landelijk gebied. In figuur 8 en 9 zijn de uitsneden weergegeven van de kaarten behorende bij de Verordening ruimte Noord- Brabant 2011. Uit deze kaarten blijkt dat de planlocatie gelegen is in het verwevingsgebied en glasboomteeltgebied Zundert, gebied teeltondersteunende kassen toegestaan en niet agrarische ontwikkelingen buiten bestaand stedelijk gebied. De planlocatie ligt in het verwevingsgebied dit betekent dat er geen nieuwvestiging van een intensieve veehouderij niet is toegestaan. De intensieve veehouderij heeft geen toepassing op de voorgenomen planontwikkeling aan de Rustenburgstraat 9a. In de Verordening ruimte wordt bepaald dat in het glasboomteeltgebied Zundert kassen mogen worden uitgebreid tot ten hoogste de maxima die zijn vastgelegd in het bestemmingsplan Buitengebied 1997 van de gemeente Zundert. Het gebied wat aangemerkt is als gebied teeltondersteunende kassen toegestaan is een gebied waar verruimde mogelijkheden zijn voor de bouw van kassen. De aanduiding niet-agrarisch ontwikkeling buiten bestaand stedelijk gebied is niet van toepassing op de voorgenomen ontwikkeling met betrekking tot de bedrijfsvoering op de locatie Rustenburgstraat 9a. 15

Figuur 8: Uitsneden kaarten behorende bij Verordening Ruimte, provincie Noord-Brabant 16

Figuur 9: Uitsneden kaarten behorende bij Verordening Ruimte, provincie Noord-Brabant 3.3 Gemeentelijk beleid 3.3.1 StructuurvisiePlus De StructuurvisiePlus van de gemeente Zundert, welke op 14 februari 2002 door de gemeenteraad van Zundert is vastgesteld, geeft een visie op de ruimtelijke toekomst van de gemeente Zundert. De StructuurvisiePlus is enerzijds een toetsingskader voor nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de ruimtelijke ordening en anderzijds is het richtinggevend aan deze nieuwe ontwikkelingen om te komen tot een gewenst ruimtelijk beeld in 2015. Uit figuur 10 blijkt dat de planlocatie gelegen is in de AHS (agrarisch hoofdstructuur) en het AHSontwikkelingsgebied bomenteelt. In de AHS is het agrarisch gebruik intensief. Er zijn geen bijzonder (landschappelijke) waarden aanwezig. Binnen het ontwikkelingsgebied voor de boomteelt wordt extra ruimte geboden aan boomteeltbedrijven. Binnen het gebied mag onder voorwaarden worden omgeschakeld naar glasboomteeltbedrijven en er geldt een ruimere regeling voor ondersteunende voorzieningen. 17

In de AHS staat instandhouding en versterking van de landbouw voorop. Naast de landbouw biedt de AHS volop mogelijkheden voor recreatie en toerisme. Voorwaarde is wel dat agrarische bedrijven niet in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt en dat adequate landschappelijke inpassing plaatsvindt. Figuur 10: Uitsnede Duurzaam structuurbeeld, structuurvisie Plus, gemeente Zundert De voorgestane planontwikkeling past in de structuurvisie Plus van de gemeente Zundert. De planontwikkeling belemmert de omliggende omgeving niet. 3.3.2 Welstandsnota 2009, gemeente Zundert In de gemeentelijke welstandsnota zijn beleidsregels opgenomen betreffende de welstandscriteria. Daarbij gaat het om algemene welstandscriteria, gebiedsgerichte ontwikkelingskaders, specifieke objectgerichte welstandscriteria en sneltoetscriteria. De welstandscriteria hebben betrekking op de plaatsing van woningen/aanbouwen/bijgebouwen, de vorm en maatvoering en ten slotte op de architectuurtypering, kleurstelling en het materiaalgebruik. 18

Afhankelijk van de grootte en de plaatsing van het bouwwerk zijn er verschillende soorten welstandscriteria voor verschillende soorten bouwwerken van toepassing. Voor het buitengebied is een gebiedsbeschrijving opgenomen in het de welstandsnota. Agrarisch bedrijfsgebouwen betreft zowel bebouwing voor de veeteelt als voor de akkerbouw en specifiek de boomteelt. Bebouwing die voorkomt op agrarisch percelen betreft o.a. stallen, schuren, kassen, tunnelkassen, mestsilo s, sleufsilo s en waterbassins. Op de planlocatie Rustenburgstraat 9a betreft het de ontwikkeling van kassen. Bij situering van kassen dient voldoende afstand te worden tot de perceelgrenzen, zodat een landschappelijk erfbeplanting mogelijk is zonder de lichttoetreding te beperken. Waardebepaling en gewenste ontwikkeling Welstandstoezicht is met name gericht op het behoud van de bestaande kwaliteit en waar mogelijk versterken van het karakteristieke kleinschalige en afwisselende landschap. De verschillende bebouwingstypen van woning en agrarisch bedrijfsbebouwing hebben hierbij hun eigen voorwaarden, passend bij functie, situering en gewenste samenhang in beeldkwaliteit. Aandacht is de overgang van de percelen naar het open landschap. Dit geldt niet alleen voor de erfafscheiding maar ook voor aan- en uitbouwen die zichtbaar zijn vanuit het open landschap. Schuren die zichtbaar zijn vanuit de openbare ruimte dienen landschappelijk ingepast te worden. Extra aandacht gaat uit naar de oude karakteristieke langgevelboerderijen. Welstandsniveau Agrarische bedrijfsbebouwing beoordelingsaspecten Toetsingscriteria niveau 3 hoofdaspecten type bebouwing Stallen, (opslag-)loodsen etc. kritisch plaatsing / situering Gevarieerd kritisch massaopbouw 1 bouwlaag met kap kritisch gevelopbouw Gevarieerd kritisch materiaalgebruik (hoofdvlakken) Gevel: baksteen, damwandprofiel kritisch Dak: antraciet kleurgebruik (hoofdvlakken) Gevel: rood- en groentinten kritisch Dak: antraciet deelaspecten samenstelling massa Enkelvoudig Licht gevelindeling Geordend licht plasticiteit van de gevel vlak licht detailaspecten materiaalgebruik (onderdelen) vrij kleurgebruik (onderdelen) Vrij detaillering vrij 3.3.3 Bestemmingsplan Buitengebied Zundert 1997 In het bestemmingsplan heeft de planlocatie de bestemming Agrarisch bedrijven. 3.3.4 Voorontwerp bestemmingsplan Buitengebied Zundert In het voorontwerp bestemmingsplan heeft de planlocatie de bestemming Agrarisch Agrarisch bedrijf met de functieaanduiding glastuinbouw. In de regels is op de planlocatie 20.000m² toegestaan, als het bouwvlak grenst aan de bestemming Agrarisch = Boomteeltontwikkelingsgebied. 19

Figuur 11: Uitsnede verbeelding, voorontwerpbestemmingsplan Buitengebied Zundert 20

Hoofdstuk 4 Projectprofiel 4.1 Nieuwe Situatie 4.1.1 Ruimtelijke structuur Het initiatief omvat het oprichten van een aardbeienkas met een omvang van 9504 m². De kas wordt op het achterste gedeelte van het bouwvlak geplaatst. Doordat de kas op het achterste gedeelte wordt geplaatst veranderd er niet veel aan de aanwezige ruimtelijke structuur. In de onderstaande figuur is de nieuw op te richten kas met blauw aangegeven. Figuur 12: Overzicht nieuwe situatie planlocatie 21

4.1.2 Functionele structuur De functionele structuur blijft ongewijzigd. 4.2 Beeldkwaliteit De gemeente acht zich mede verantwoordelijk voor de zorg voor de kwaliteit van de gebouwde omgeving. Aandacht voor beeldkwaliteit wordt dan ook bij de uitwerking van dit plan van wezenlijk belang geacht. In algemene termen betreft de beeldkwaliteit alle aspecten, welke van invloed zijn op de voorstelbaarheid en beleving van de ruimtelijke omgeving. Het nieuwe ontwerp dient voorgelegd te worden ter beoordeling van de welstandscommissie. 4.3 Parkeren Parkeervoorzieningen worden op eigen terrein voorzien. De inrichting heeft geen verkeersaantrekkende werking. Het betreft voornamelijk het laden en lossen van de geproduceerde producten en de parkeervoorzieningen voor de werknemers. 22

Hoofdstuk 5 Planuitgangspunten 5.1 Ontstaansgeschiedenis 5.1.1 Archeologie Het verdrag van Malta regelt de bescherming en het behoud van archeologische waarden. Nederland heeft dit verdrag in 1992 ondertekend en in 1998 geratificeerd. Het Verdrag van Malta (ook wel Verdrag van Valletta genoemd) is geïmplementeerd in de Monumentenwet. De wet op de archeologische monumentenzorg is in april 2006 door de Tweede Kamer aangenomen en in december van dat jaar door de Eerste Kamer bekrachtigd. Op 1 september 2007 is de wet als onderdeel van de monumentenwet in werking getreden. Het belangrijkste doel is de bescherming van het archeologische materiaal in de bodem (in situ) omdat de bodem doorgaans de beste garantie biedt voor een goede conservering. Het is verplicht om in nieuwe bestemmingsplannen rekening te houden met de mogelijke aanwezigheid van archeologisch waarden. Dit was in de voorgaande periode reeds een gebruikelijke praktijk. Bij de ontwikkeling van functies dient rekening gehouden te worden met de aanwezige archeologische en cultuurhistorische waarden. Op de Cultuurhistorische Waardenkaart van de Provincie Noord-Brabant staat aangegeven welke archeologische en cultuurhistorische waarden (in potentie) aanwezig is. Figuur 13: Uitsnede Cultuurhistorische Waardenkaart 2010, provincie Noord-Brabant Met betrekking tot archeologische waarden wordt op de Cultuurhistorische Waardenkaart van de Provincie Noord-Brabant, een onderscheid gemaakt in gebieden met een hoge en middelhoge verwachtingswaarde en gebieden met een lage verwachtingswaarde. Voor gebieden die op de Cultuurhistorische Waardenkaart een hoge of middelhoge archeologische verwachtingswaarde hebben gekregen dient een archeologisch onderzoek te worden uitgevoerd. 23

De Cultuurhistorische Waardenkaart geeft voor de planlocatie een hoog/ middelhoge indicatieve archeologische waarde aan (figuur 13). Archeologisch onderzoek: p.m. 5.1.2 Cultuurhistorie Op de planlocatie zelf zijn geen cultuurhistorisch waarde aanwezig. De Rustenburgstraat is aangemerkt als historisch geografisch lijn, redelijk hoog. De planontwikkeling heeft hierop geen invloed. 5.2 Milieu- en overige aspecten 5.2.1 Geluid Bij het ontwikkelen van een nieuw ruimtelijk plan is het belangrijk rekening te houden met geluidsbronnen en de mogelijke hinder of overlast daarvan voor mensen. De beoordeling van het aspect geluid in ruimtelijke plannen vindt zijn grondslag in vooral de Wet geluidhinder. Daarnaast vindt de beoordeling zijn grondslag in de Wet ruimtelijke ordening (Wro), op grond van een goed woon- en leefklimaat. In de zin van de Wet geluidhinder (Wgh) zijn de objecten woningen, geluidsgevoelige terreinen en andere geluidsgevoelige gebouwen beschermd tegen wegverkeerslawaai, industrielawaai, spoorweglawaai en omgevingslawaai. Onder geluidsgevoelige terreinen wordt verstaan: terreinen behorend bij andere gezondheidszorggebouwen dan algemene categorale en academische ziekenhuizen, alsmede verpleeghuizen en woonwagenstandplaatsen. Geluidsgevoelige gebouwen zijn onder andere onderwijsgebouwen, ziekenhuizen, verzorgingstehuizen, psychiatrische inrichtingen. Er zijn geen relevante zaken, er wordt namelijk geen nieuwe geluidgevoelige objecten opgericht en er komen ook geen geluidproducerende elementen bij. Er behoeft in dit kader derhalve geen akoestisch onderzoek uitgevoerd te worden. 5.2.2 Bedrijvigheid Een goede ruimtelijke ordening voorziet in het voorkomen van voorzienbare hinder en gevaar door milieubelastende activiteiten. Door bij nieuwe ontwikkelingen voldoende afstand in acht te nemen tussen milieubelastende activiteiten (zoals bedrijven) en gevoelige functies (zoals woningen) worden hinder en gevaar voorkomen. Volgens de VNG brochure Berdrijven en milieuzonering valt het bedrijf aan de Rustenburgstraat 9a te Zundert onder de omschrijving, tuinbouw kassen zonder verwarming. Het bedrijf kan aangemerkt worden als categorie 2 bedrijf met de grootste afstand van 30 meter. In de omgeving liggen de gevoelige functies op een grotere afstand dan 30 meter. Het voorgenomen initiatief belemmert niet de omliggende gevoelige functies. 5.2.3 Bodem Er zijn geen waarden of kwaliteiten in het geding die als gevolg van het initiatief bedreigd worden. Aangezien de kassen niet gebruikt worden als verblijfsruimte, is een verkennend bodemonderzoek naar de milieu hygiënische geschiktheid van de bodem niet aan de orde. 5.2.4 Lucht Bij de start van een plan moet onderzocht worden of het effect relevant is voor de luchtkwaliteit. Hierbij moet aannemelijk gemaakt worden, dat luchtkwaliteit niet in betekenende mate bijdragen aangetast wordt. Daartoe is een algemene maatregel van bestuur Niet in betekenende mate bijdragen (Besluit NIBM) en een ministeriële regeling NIBM (Regeling NIBM) vastgesteld waarin de uitvoeringsregels vastgelegd zijn die betrekking hebben op het begrip NIBM. 24

In het Besluit niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen) (Besluit NIBM) wordt aangegeven wanneer sprake is van een NIBM bijdrage. De grens ligt op 3% van de grenswaarde voor de jaargemiddelde concentratie PM10 en NO2. In de Regeling NIBM worden bijdragen (luchtkwaliteitseisen) categorieën van gevallen aangewezen waarvoor vaststaat dat deze NIBM bijdragen aan de luchtverontreiniging. Bij plannen die binnen deze categorieën vallen, hoeven geen verdere berekeningen te worden uitgevoerd om aan te tonen dat sprake is van een NIBM. De Regeling NIBM geeft invulling aan de volgende categorieën: woningbouw- en kantoorlocaties, alsmede een combinatie daarvan; inrichtingen, hieronder vallen landbouwinrichtingen en spoorwegemplacementen. De ontwikkeling op de planlocatie Rustenburgstraat 14a valt niet onder een van de hierboven genoemde categorieën, maar ook is niet zonder meer te zeggen dat de ontwikkeling NIBM is. Daarom is een globale berekening nodig om te bepalen of nader onderzoek noodzakelijk is of niet. Door het Ministerie van VROM is een instrument ontwikkeld, waarmee op een eenvoudige wijze kan worden berekend of een bepaalde ontwikkeling wel of niet in betekenende mate bijdraagt aan een verslechtering van de luchtkwaliteit: de NIBM-tool. Met deze tool is het voldoende om gegevens te hebben over de omvang van het extra verkeer en het aandeel vrachtverkeer als gevolg van het plan. Indien deze gegevens voor een plan bekend zijn, kan op basis van een berekening met de tool worden bepaald of het plan aangemerkt kan worden als NIBM. De beoogde plantontwikkeling brengt 20 extra motorvoertuigbeweging per etmaal met zich mee. Dit betekent dat het onderhavige plan niet in betekenende mate bijdraagt aan een verslechtering van de luchtkwaliteit. 5.2.5 Water Grondwaterbeschermingsgebied: Het plangebied is niet gelegen binnen een grondwaterbeschermingsgebied en/of waterwingebied en er zijn geen waterlopen en/of waterpartijen in de directe nabijheid aanwezig. Riolering en infiltratie: Uitgangspunt voor de waterhuishouding in met name nieuwbouwprojecten, is een duurzaam gescheiden systeem. Dit betekent dat schoon hemelwater, wat valt op daken en terreinverharding, zoveel mogelijk in het gebied opgevangen en geïnfiltreerd dient te worden en alleen het vervuilde afvalwater via het riool wordt afgevoerd naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie. De hoeveelheid afvalwater, die getransporteerd wordt naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie zal hiermee afnemen, wat uit het oogpunt van milieu een positieve ontwikkeling betekend. 25

Het waterschap is voorstander van het gebruik van niet uitlogende bouwmaterialen en het aanleggen van een gescheiden rioleringsstelsel. Aangezien het voorgestane plan buiten de beschermde gebieden van de Keur van het waterschap is gelegen en de uitbreiding is groter dan 2000 m². Het hemelwater wordt opgevangen in waterbassins, dit water wordt hergebruikt binnen de inrichting. Vuilwater is niet aanwezig binnen de nieuwe op te richten kas. 5.2.6 Ecologie Het is in theorie mogelijk dat op de locatie dier- en plantensoorten van de Habitatrichtlijnen voorkomen of dier- en plantensoorten die beschermd zijn op grond van de Flora- en Faunawet. Volgens de publicatie Rekening houden met Habitatrichtlijnsoorten in Noord Brabant van de Provincie Noord-Brabant kunnen de volgende beschermde soorten mogelijk in het plangebied worden aangetroffen, concreet zijn dit de kamsalamander, de heikikker, de poelkikker, de rugstreeppad, de vleermuis en de drijvende waterweegbree. Met uitzondering van vleermuis bestaat de habitat van deze soorten voornamelijk uit stromend dan wel stilstaand water. Op dit moment is er geen water op de locatie aanwezig. Het is dan ook nagenoeg uitgesloten dat op de locatie één of meer beschermende amfibiesoorten voorkomen. De vleermuis leeft in bomen en/of in gebouwen. Voor de planontwikkeling worden geen bomen gekapt en/of gebouwen gesloopt. Gelet op het bovenstaande en de nieuwe ontwikkeling op het perceel kan gesteld worden dat de beschermde soorten niet belemmerd worden. Een nader onderzoek wordt daarom niet noodzakelijk geacht, maar er geldt altijd een algemene zorgplicht voor beschermde en onbeschermde soorten 5.2.7 Externe veiligheid Externe veiligheid heeft betrekking op de risico s voor personen ten gevolge van het gebruik van de infrastructuur of het uitvoeren van activiteiten, waarbij het met name gaat om de gevaren die de directe omgeving loopt, als er iets mis gaat bij de productie, de behandeling en/of het vervoer van gevaarlijke stoffen. Binnen een afstand van 250 meter van de bouwlocatie, zijn geen gevaarlijke objecten aanwezig, zie de uitsnede van de risicokaart van de provincie Noord-Brabant (figuur 12). Er zijn geen beperkingen met betrekking tot de veiligheid van de te realiseren van het bouwplan. Figuur 14: Uitsnede risicokaart, provincie Noord-Brabant 26

5.2.8 Kabels en leidingen Op of in de directe nabijheid van de locatie waar de nieuwe kas wordt voorgestaan, zijn geen transportleidingen dan wel andere belangrijke kabels en leidingen gelegen, welke realisatie van het nieuwe pand kunnen belemmeren. Middels een KLIC-melding zullen de overige kabels en leidingen in beeld gebracht worden. 27

Hoofdstuk 6 Economische uitvoerbaarheid De voorgestane ontwikkeling omvat het uitbreiden van het agrarisch bedrijf aan de Rustenburgstraat 9a te Zundert. Dit is een particulier initiatief. Er wordt een exploitatieovereenkomst tussen gemeente en de initiatiefnemer gesloten, waardoor het niet noodzakelijk is een exploitatieplan op te stellen en waardoor de gemeente gevrijwaard is van kosten en risico s. Hierbij is vastgesteld dat het plan financieel haalbaar is. 28

Hoofdstuk 7 Maatschappelijke uitvoerbaarheid p.m. 29