Inleiding Louise Fresco, voorzitter Raad van Bestuur Wageningen UR



Vergelijkbare documenten
Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp!

Mede mogelijk gemaakt door de Iona Stichting en Vos/Abb

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Vers van de Visser. Resultaten LEI-enquête. Kees Taal en Mike Turenhout. April 2014

Zo licht als een veertje, zweeft ze door de straten. Gedragen door de wind en uitgevaagd door zijn tranen. Sneeuwvlokjes dwarrelen naar beneden, ze

Ik ben het Net. Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp! VISSERIJ 7 8 GROEP. Dit verhaal is onderdeel van de Europese Verhalenkoffer.

Het koken en eten mag je zelf doen, maar ik begeleid je daarbij. Stap voor stap.

De Bloem (van plastic) is een meid van nu! Tikkeltje brutaal!

Gezonde recepten avondeten. Gezonde recepten avondeten

Gezondheid & Voeding

Ik ben het Net. Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp!. VISSERIJ 5 6 GROEP. Dit verhaal is onderdeel van de Europese Verhalenkoffer.

Want doen we nu echt zoveel samen?

De staat van de visserij en aquacultuur in de wereld

droooo droooo oooom speurtocht je stad je toekomst 12 april - 3 juli oba is Paleis voor Volksvlijt

De kritische consument

Bevolkingsgroepen DOE KAART 1. Naam van het project. Als je voor deze opdracht kiest leer je meer over een bepaalde bevolkingsgroep.

Op zoek naar de vrouw áchter de lesbo

vis en duurzaamheid verantwoord vis eten = een beter geweten

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen, jongens en meisjes,

Meer betalen voor duurzaam? Alleen als de consument weet waarom Duurzaamheidkompas #7 thema: Ken de prijs. December 2011

De melkveehouder van de toekomst

Met het hele gezin gezond het nieuwe jaar in

Opdrachten bij cahier Foodtopia Het voedsel van de toekomst

Bewoners. Noordzee. Introductie. Als de Noordzee een paspoort zou hebben dan zou het er zo uitzien:

Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen gekregen. Wilt u meer weten over dit keurmerk kijk dan op de website:

Kok als beroep Thomas en Lasse Het Baken 8a

Vanjezelfhouden.nl 1

Ik ben de Klomp. Europees landbouwbeleid groep 5-6. De Klomp is een boer. Wel een hele aardige boer. Maar wel met een boer n accent.

Publiekssamenvatting nota Duurzaam voedsel, 25 september 2009, ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Naam: WATER. pagina 1 van 8

Spreekoefeningen. Oefenen voor het eerste deel van het examen spreken: Vragen beantwoorden. 1 enkele vragen. (voor het inburgeringsexamen - spreken)

Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen

De filosofie van het voeren

Hoofdstuk 2. Contact maken, inlichtingen verstrekken en onderhandelen

Verduurzaming van de veehouderij: urgentie vanuit mondiaal perspectief

Samenvatting. Indicatoren voor ecologische effecten hangen sterk met elkaar samen

KlasseLunch. Over gezond eten 1. Werkbladen KlasseLunch 2008:

Spreekbeurt over ZOUT

Aan de slag met de Werk Ster!

Natuurlijk Leiderschap

Speluitleg: Gebruik bij de speluitleg het bestand Hoe wordt het spel gespeeld op

De zin en onzin van daten: deel 1

De visserij. Frank Beens Groep 7

Ik ga nu wat foto s geven om je een indruk te geven van de afgelopen 4 weken:

De Bloem (van plastic) is een meid van nu! Tikkeltje brutaal!

Opinieonderzoek. Inleiding

Cursistenmateriaal Werkblad 4 Niveau A2 / 1F ... Opdracht 1, Lezen Lees de tekst. Beantwoord daarna de vragen op bladzijde 3.

Toespraak van staatssecretaris Dijksma bij het Groentecongres

Een gezonde lunch. Een gezonde lunch. Ontbijt en energie

In deze brief ga ik in op de belangrijkste conclusies en aanbevelingen van het evaluatierapport.

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

Verslag participatiedebat deel 2. Het werknemersperspectief

zondagmorgen 14 november 2010 Welkomkerk ds. W.H. Hendriks-Vogelaar

Een wat strenge stem, hij wil graag officiëler klinken dan hij in wezen is.

Aan de Schrans in Leeuwarden is één van de meest opvallende orthodontiepraktijken. van Noord-Nederland gevestigd. Daarin werkt

HET BELANGRIJKSTE OM TE WETEN OM MEER ZELFVERTROUWEN TE KRIJGEN

de Wet van Sinterklaas

15. eten moet je toch

Ik ben Sim-kaart. Mobiel bellen groep 7-8. De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag. Aangeboden door

Week van de smaak. Verantwoord gevangen vis, schaal- en schelpdieren

Help, mijn papa en mama gaan scheiden!

Voorwoord. 15 miljoen mensen Op dat hele kleine stukje aarde Die moeten niet t keurslijf in Die laat je in hun waarde


Doel is om voor deelnemers een beeld te schetsen van hoe het pensioen in elkaar steekt en hoe hun eigen pensioen er voorstaat.

Bekijk de werkbladen ( vanaf pagina 3) en lees deze lesbeschrijving door. Zorg voor de benodigde beschreven materialen.

Voedingssupplementen Consumentenonderzoek NPN

Ik ben Sim-kaart. Mobiel bellen groep 5-6. De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag. Aangeboden door

Kortom, informatie en advies die vindbaar, begrijpelijk en herkenbaar is. Ik zal u aangeven waarom ik dit zo belangrijk vind.

Voedselverspilling LEI Wageningen UR. Anima Ruissen

ANTWOORDMODEL LESBRIEF IKCIRCULEER. titel: Plastic soep. Dat eet je niet! Antwoordmodel opdracht A (T1)

Innovatieagenda Melkveehouderij

Heeft God het Kwaad geschapen?

Duurzaamheidk. Consument wil gezond kiezen tijdens dagje uit: aanbod blijft achter. Duurzaamheidkompas meting #14 mei 2015

Beeld Hoofdstuk 5. Uitgeschreven tekst. NL test

Hoe bent u bij Little People terecht gekomen?

Voedselweb van strand en zee

Venik Verenigde Nederlandse Insectenkwekers. Marian Peters

Die overkant was een streek waar veel niet-joodse mensen woonden. Vreemd gebied.

Kinderfolder ALS JE EEN GELEIDEHOND TEGENKOMT

Hoe voeden we 9 mrd mensen optimaal: lokaal of mondiaal? Aalt Dijkhuizen MVO

Maatschappelijke issues in de veehouderij. 20 november 2013 Anne-Corine Vlaardingerbroek

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

Opdrachten : Je moet 5 verschillende opdrachten maken. Zorg dat je daarvoor in tenminste 3 verschillende werkplekken komt.

BOSATLAS VRAGENSET ANTWOORDMODEL VAN HET VOEDSEL NOORDHOFF ATLASPRODUCTIES

sarie, mijn vriend kaspar en ik

Gezondheid & Voeding

Tips& Tricks HOE KOOP JE ÉCHT DUURZAAM IN?

Kinderen zijn de consumenten van de toekomst. Als ze jong vertrouwd raken met het bestaan. van voedselproductieketens en de herkomst van

Transition Town Castricum filmavond 19 mei Visie op voedsel

Les 2: Voorspellen Tekst: Veilig in het verkeer. Introductiefase: 2. Vraag: "Kan iemand zich nog herinneren wat de bedoeling was bij het voorspellen?

tientallen miljoenen euro s per jaar. Ook een vrijwilliger heeft zo een economische waarde.

Bonus Rapport : Weg met die smoesjes!

Speech Gerbrandy-debat

Interactie consument en producent Op weg naar gezonde groei, duurzame oogst. Ronald Hiel 11 juni 2015

KlasseLunch. Over gezond eten 1. Docentenhandleiding KlasseLunch 2008:

Leiden is een typische studentenstad en heeft dus veel kamerbewoners.

Beet! 1. Aanzetten. 1a. Beet! Jij gaat aan de slag met het dossier Beet!. Welke onderdelen van het dossier ga jij maken? Overleg met je docent.

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen, Het echte geluk is voor mensen die verdriet hebben. Want God zal hen troosten.

South Sea Exclusive (3) Duurzaam geproduceerde langoesten te koop

Lekker ding. Maar Anita kijkt boos. Hersendoden zijn het!, zegt ze. Die Jeroen is de ergste. Ik kijk weer om en zie hem meteen zitten.

Transcriptie:

Inleiding Louise Fresco, voorzitter Raad van Bestuur Wageningen UR Vis op de Kaart 2016 (16 maart 2016) Dames en Heren, het is een geweldig plezier om hier te staan. Helaas zal ik hier maar kort staan, want ik ben onderweg naar Californië met minister Bussemaker. Dat komt slecht uit, maar zo is het nou eenmaal in het leven. In het Engels heb je een uitspraak: It s fishy. There is something fishy. En dat is geen positieve uitspraak. Er zit dan een luchtje aan, als het ware. En eigenlijk is het met vis ook heel raar gesteld. Niet dat er een luchtje aan zit, zeker niet hier. Maar het is wel zo, dat wij als Nederlanders en Europeanen/Noord-Europeanen een rare verhouding met vis hebben. Ik wil het graag met u hebben over de rol die vis speelt/zou moeten spelen en ook wat de toekomstige uitdagingen zijn. Laat ik daarbij de hele keten passeren. Ik begin bij de consument. Wij leven in een tijd waarbij het niet de supply side is maar de demand side die bepaalt. Het gaat om de vraag. En de vraag komt van de consument. En wij in Nederland zijn, ondanks de overvloed die er is, een natie van vissticketers. Dat is het meest gegeten visproduct dat we kennen. Verder eten we af en toe aan de kraam wat vis. En als we al vis eten is het in ieder geval niet veel. De cijfers variëren een beetje. Het Visbureau weet het ongetwijfeld beter, maar wat misschien nog belangrijker is dan het aantal kilo s dat we eten, is het feit dat 20% van de Nederlanders zegt dat zij nooit vis eten. En als wij vis eten dan halen wij het grootste deel van die vis uit de supermarkt. Het liefst willen wij dan vis hebben in een vorm die niet meer herkenbaar is als vis. Dat is een attitude die wij ook zien bij vlees. De consument weet niet alleen heel weinig van de voedselketen, maar hij wil er ook eigenlijk niet mee geconfronteerd worden. Zéker niet als het gaat om dierlijk voedsel, afkomstig van dieren. Dan wil men eigenlijk niet iets zien van dat het ooit een dier is geweest. Dan wordt dat vlees een roze in plastic verpakt pakketje. En dat geldt ook voor de vis. Tegelijkertijd gebiedt de eerlijkheid te zeggen, dat er naast de natie van vissticketers er ook nog een aantal andere trends zijn. Dat is enerzijds de trend van vis als vingervoedsel. Vis in de vorm van dingen die je makkelijk kan eten. Sushi, sashimi, kleine hapjes met een vinger of stokje op te pakken. Snel eten. Vis als fastfood, maar dan wel de luxe versie van fastfood. Daarnaast heb je ook vis als luxeproduct al of niet in gespecialiseerde restaurants. Visrestaurants die ook een poging doen om weer het lokale op de kaart te zetten. Dus we zien wel een zekere diversiteit, maar toch moet je constateren dat vis, voor de gemiddelde Nederlander een wat onzichtbaar, onbekend en onbemind product is. En dat is eigenlijk raar als je der over nadenkt dat wij als land een spil vormen in de wereldwijde visketens. Wij importeren vijf keer zoveel vis als we produceren. En heel veel van onze vis gaat naar buitenlandse markten. En tegelijkertijd is het product onbemind. En zelfs soms een product met een negatieve reputatie. Want de gemiddelde Nederlander denkt al gauw: Vis, mwah niet zo lekker. En als we dan nog iets eten, dan eten we pangasiusfilet als het dan geen visstick is. En 1

dan het liefst nog met een soort marinade of sausje zodat je eigenlijk de vis niet proeft. De echte vissmaak is niet erg geliefd. Ondanks het feit dat wij al heel lang een zeevarende natie zijn. Het tweede is dat hel veel mensen die er iets meer van weten, het gevoel hebben dat de oceanen worden overbevist. En dat visteelt al helemaal uit den boze is. Anders gezegd, ondanks ons succes in economische zin als sector, is vis eigenlijk niet een product waarvoor groot draagvlak bestaat in de Nederlandse samenleving. Dat zie je ook als je kijkt naar de rol van vis in de Nederlandse politiek of de rol van de sector. Er zijn niet veel issues die tot in Den Haag raken sinds we nu eenmaal afspraken hebben over quota. Het is niet zo dat vis zichtbaar is in politiek Den Haag. Je zou het anders kunnen zeggen. Je zou kunnen zeggen: De vissector doet er misschien nog wel te weinig aan om echt zichtbaar te zijn in een politiek waar natuurlijk juist deze vragen een rol spelen. Want vragen zijn er dames en heren. Eén ding dat voor ons allemaal op het netvlies staat is niet alleen de Nederlandse situatie, maar de situatie wereldwijd. Wereldwijd zal de vraag naar vis met zo iets van 100 miljoen ton toenemen tot 2030. Wereldwijd zien we een trend in de groei van de consumptie van dierlijke eiwitten. Die zullen in hoge mate steeds meer van vis moeten komen. Dat is voor een deel een gevolg van urbanisatie. Stedelijke middenklasse die opkomt die geld kan besteden aan dierlijke eiwitten. Men geeft daarbij de voorkeur aan vis als groep, vlees in de vorm van varkensvlees en in de vorm van kip. Als ik zeg vis in deze context moet u dat ruim nemen. Want ik bedoel eigenlijk ook ander dierlijk leven in de zee. Die totaliteit, die toename is van belang. Die is van belang omdat wij met de realiteit zitten dat er nog steeds een tekort is aan dierlijke eiwitten voor de bevolking die we nu hebben. Laat staan met die twee miljard ongeveer die er nog in 2050 bijkomen. Dus een goede voorziening van dierlijke eiwitten is van groot belang. Dat is meer dan die 100 miljoen ton voor 2030. Want je hebt nu natuurlijk ook nog één tot twee miljard mensen, afhankelijk hoe je het een beetje berekent. Die eigenlijk ook onvoldoende, niet alleen eiwitten maar ook aan belangrijke mineralen binnenkrijgen. En daar moet u als ik zeg mineralen ook denken aan de vetzuren die in vis zitten. Die onverzadigde vetzuren, de bekende omega s enzovoorts, die van groot belang zijn juist voor opgroeiende kinderen. Die hele discussie over vis is een discussie die gaat voor een deel over eiwitten en voor een deel over andere voedingstoffen. In ieder geval van groot belang voor het wereldwijde voedselvraagstuk. Overigens is het interessant dat tegelijkertijd met die groeiende vraag naar dierlijke eiwitten ook een toename is van het aantal mensen wat zegt flexitariër te zijn in de wereld. U weet een flexitariër is iemand die vlees noch vis is. Die niet teveel of weinig vlees eet of nog wel eens kiest voor vis en ook weleens kiest voor vegetarisch. Dat is niet een hele grote trend, ook niet een trend die zich heel sterk overal uit. Maar wel eentje die je weer ziet in de wat beter opgeleide stedelijke middenklasse. Ook in wat we vroeger de ontwikkelingslanden noemden. Dus we hebben aan de ene kant een grote vraag, aan de andere kant toch een onbekendheid met een product. Of liever een serie producten die eigenlijk van groot belang zijn. Wat is nu dus al het ware de opgave voor de sector. Waar gaat het naartoe. Ik denk dat er een enorme uitdaging ligt als Nederland om weer opnieuw innovatief, vooruitstrevend te zijn in het opzetten van een waarlijk duurzame en transparante voedselveilige visketen. En ook één die verder gaat dan de gebruikelijke principes die we daar op toepassen. Maar die werkelijk een geïntegreerde keten vormt. 2

En daar zou ik het graag nog even met u over willen hebben, want ik denk dat we daar veel meer nog de voortrekkersrol zouden kunnen spelen wereldwijd. We doen een aantal dingen goed. Bijvoorbeeld onze quotaregelingen, maar er zijn een aantal dingen die we veel minder goed doen. Die hebben voor een deel ook te maken met het begrip van draagvlak in de samenleving en de politiek, maar ook met de fragmentatie in die hele voedselketen. De voedselketen van vis en visproducten bestaat natuurlijk uit een hele hoop subketens. Laat ik eerst de visserij nemen. Vervolgens de aquacultuur en dan misschien de andere producten, de zeewieren en dergelijke. Als het gaat om de visserij is het heel erg duidelijk, dat we dan die oceanen, die 70% van het aardoppervlak omvatten eigenlijk maar 7% van onze eiwitten halen. Het is niet zo, in tegenstelling tot wat veel mensen denken dat de oceanen nu leeg zijn. Het is wel zo dat er in bepaalde plaatsen kritische waarden worden bereikt. Maar één van de interessante uitdagingen is natuurlijk: Kunnen wij beter gebruik maken van de grote biodiversiteit die er in de oceanen is? Gebruiken wij wel alle soorten het beste? Of zijn wij toch ergens bovenin de voedselpiramide geconcentreerd? Het begrijpen van de biodiversiteit en ook van de effecten van visserij, gecombineerd met een goed exploitatieplan zou een eerste stap vormen in die keten. Maar het belang van die keten is natuurlijk dat we dat doortrekken naar de consument. En doortrekken naar de retailer die zo n belangrijke rol speelt. Ik verwacht eerlijk gezegd zelf dat vis niet alleen maar op de markt komt als vis. Maar steeds meer ook verwerkt word. Dan hoef je niet alleen maar te denken aan de pizza frutti di mare, daar is het nog zichtbaar. Maar de eiwitten en de andere mineralen en vetzuur bestanddelen zouden wel eens een net zo belangrijk product kunnen zijn als de vis zelf. Het zou kunnen dat je een beetje dezelfde ontwikkeling ziet als je nu ziet met melk bijvoorbeeld. Waarbij melk een belangrijk product op zich is. Maar ook een fournisseur van allerlei chemische verbindingen die een heel belangrijke rol spelen ook nog verder in de voedselketen. En dat geldt mutatis mutandis mogelijk ook voor de vis en mogelijk ook voor een aantal essentiële vetzuren, eiwitten en hormonen. Waarbij overigens gezegd moet worden dat die omega vetten niet speciaal uit de vis hoeven te komen, maar ook lager in de voedselketen al geconcentreerd worden in zeewier en algen. Anders gezegd aan de ene kant hebben we de opdracht om goed te kijken naar de oceanen en naar de biodiversiteit. Die delen te beschermen waar een grote biodiversiteit van belang is voor het wereld ecosysteem. Maar ook een goed exploitatieplan te maken voor gebieden waar het wel kan. En misschien ook die diversiteit te verbreden naar meer producten. Dat heeft uiteraard consequenties voor de retail en voor wat de consument zou willen eten. De tweede opdracht is: hoe kunnen we vis in zijn totaliteit nog veel beter gebruiken? Natuurlijk komt het afval van de vis op allerlei manieren nu al terecht in de voedselketen. Of liever gezegd in de voerketen. Maar ook daar zouden we misschien nog veel beter moeten omgaan met de hoogwaardige enzymen die in dat afval zitten. Ik weet dat er nog steeds veel gesproken wordt over wereldwijde afspraken ten aanzien van productiemethoden, sleepnetten, omwoelen van de bodem en ook arbeidsomstandigheden op vloten. Er zijn allerlei dingen die denk ik nog veel beter ook internationaal afgesproken kunnen worden. Dat is een opgave. Ik weet dat uit mijn tijd bij de Verenigde Naties maar al te goed. Maar ik denk dat ook hier, Nederland best een voortrekker zou kunnen zijn. Met een soort best practices 3

beleid. Wat kan in de visserij. Wat werkt goed. Wat leidt tot een evenwichtig gebruik van de oceanen. Dat is punt één. Punt twee is natuurlijk de visteelt. En laat ik voorop stellen dat visteelt niet een alternatief is voor visserij. Het staat naast elkaar en ik verwacht ook dat het de komende decennia naast elkaar zal blijven bestaan. Wel is de groei in de visteeltsector veel groter dan aan de visserij kant Zeker als je daarbij ook alle schaal- en schelpdieren pakt. De visserijvloot blijft in ieder geval voor Nederland ongeveer stabiel. Wat gebeurt er in die visteelt? Die heeft te maken met een imagoprobleem. De gemiddelde consument denkt dat het daar mis gaat met antibiotica en hormonen. Het gaat mis met de biodiversiteit, want die soorten ontsnappen. Dat is voor een deel risico. Voor een deel is dat ook niet, lang niet overal waar. Er zou ook heel goed moeten gekeken worden naar wat de best practices zijn en vooral denk ik, ligt er een rol voor Nederland om in samenwerking met anderen te kijken hoe snel opkomende naties bijvoorbeeld in Afrika veel beter die visteelt kunnen aanpakken. Maar er is nog veel meer. De visteelt kan natuurlijk ook en moet ook, onderdeel worden van een geïntrigeerde keten. Dat betekent bijvoorbeeld dat je over kleinschalige teelt spreekt. En het gaat over visvijvers dus zoetwatervis, grotendeels zoetwatervis. Je kunt natuurlijk denken aan veel betere integratie met een tuinbouw keten. Veel beter gebruik van mest, van afval. Van algen, van twee of drie soorten systemen. Waarbij dus ook het systeem zelf verschillende vissoorten, groenten en algen integreert. Er zijn ook ontwikkelingsmodellen die best interessant zijn en ook goed aangepast kunnen worden aan een urbane ontwikkeling. Eén van de grote uitdagingen van de voedselvoorziening is dat we straks tientallen steden hebben met 10 soms 20 miljoen inwoners. Waarbij het voedsel van zo ver moet komen dat het eigenlijk ook logistiek niet meer hanteerbaar is. Dan wordt het dus heel interessant als je geconcentreerde visvijvers, die je op zich misschien kleinschalig zijn, dichtbij die stad of zelfs in de stad zou kunnen hebben. Wat let ons op de daken of in de kelders van parkeerterreinen bijvoorbeeld ook systematisch niet alleen groentekassen maar ook visvijver aquaria maar dan voor de teelt te creëren, met misschien nog algen erbij ook. Ik denk dat dat hele intense urbane systeem ook het systeem van de toekomst is. Maar het werkt alleen als we echt serieus kijken naar de hele integratie van die keten. Van productie, consumptie en met name het gebruik van afval. Ik denk dat de ontwikkelingen die we nu zien, ook in Wageningen en ook elders, naar een echte biobased economy het voortdurend hergebruik en eigenlijk een streven naar nul afval, we zijn ook als Nederland heel actief in de Champions for zero waste. Dat zou ook zeker in de visketen doorgevoerd moeten worden. Dat is denk ik, nog lang niet altijd het geval. Een derde dimensie in dit verhaal, naast vis, visserij en visteelt is natuurlijk de teelt van andere soorten. Voor een deel soorten die lager in de voedselketen zitten. Dan moet je denken aan algen, zeewieren en wat is meer. Daar zit nog veel potentieel. Het is nog een relatief onbekend terrein. Zeker om die productie te optimaliseren. Ook daar is nog wel een stuk onderzoek nodig. Wat van belang is, is dat we die drie dingen naast elkaar zien. Dat we niet zeggen we moeten óf dit óf dat doen. We zouden voor het publiek een hele makkelijk parallel kunnen schetsen. Zeggen vissen dat is zoiets als jagen, zeker ook vroeger in onze evolutionaire geschiedenis. Visteelt is zoiets als 4

veeteelt. En algenteelt of algen- en zeewierteelt is eigenlijk de primaire productie dat is tuinbouw of landbouw. Als je die parallellen trekt, dan zie je ook dat het complementair is. En het complementair is ten aanzien van al die voedingstoffen die wij nodig hebben. Want hoe je het wendt of keert, die visserij of die visproducten zijn natuurlijk een ongelofelijke belangrijke bron van voeding voor de toekomstige wereldbevolking. En eigenlijk het rare ook hier weer. Dat iedereen wel weet dat vis zo gezond is, maar dat we er toch zo weinig mee doen. En die drempel, die barrière bij de individuele consument, om daar maar weer even op terug te komen, is er nog wel eentje die we moeten slechten. Die slechten we voor een deel door de verwerking van visproducten. Maar voor een deel, misschien wel belangrijker door een verhaal te vertellen. Want vis in onbekend. In dat water, het water dat we niet kunnen zien. Glibberig, ongrijpbaar bijna. Vis als het dood is, ziet er ook helemaal niet uit als een dier wat aantrekkelijk is. En daarom willen de mensen eigenlijk ook die vis zelf niet zien. Dat is zeker in Nederland zo. In Zuid-Europa is zoals u weet er al weer veel meer trots op vis. Maar toch in een groot deel van de wereld is de urbane consument eigenlijk verder en verder weg komen te staan van de oorsprong van zijn voedsel. Daarin is vis niet uniek. Dat gebeurt natuurlijk ook voor andere producten. Maar vis heeft een zekere tragiek. Omdat we eigenlijk al sowieso veel onbekender zijn met vis. Omdat het zo lastig te zien is waar die vis is, hoe hij leeft, hoe hij zich voelt. Een koudbloedig dier roept toch minder emotie op dan een warmbloedig dier. Een klein guppie heeft niet dezelfde emotionele waarden als een kalfje of als een lammetje, daar zitten we mee. Maar toch, het zichtbaar maken van vis, het minder onbekend maken van vis is van groot belang. Daarom zou ik u willen oproepen om naast het nadenken over hoe kan de vissector werkelijk serieus een voortrekkersrol spelen, als Nederland in een wereldwijd debat over duurzaamheid, over voedselveiligheid. Zou ik ook willen oproepen tot het beter vertellen van het verhaal van de vis. Duurzaamheid is denk ik iets dat niet de consument onmiddellijk bekoort. Maar toch daar groeit een begrip dat in ieder geval duurzaamheid een soort default optie moet zijn. Het moet gewoon duurzaam zijn. De consument wil niet altijd weten hoe dat moet. De politiek trouwens ook niet. Maar het idee dat het on-duurzaam is, is in ieder geval niet meer acceptabel. Wat de vissector zou moeten laten zien is dat het duurzaam is en hoe het duurzaam is en hoe het kan verbeteren. En ook daar is denk ik een slag te slaan. Zowel conceptueel als qua efficiency. Het moet veilig zijn. Er hoeft maar één geval alla Foppen plaats te vinden om een hele sector zorgen te baren. Hoe onterecht of ingewikkeld dat precieze geval ook is. Voedselveiligheid staat voorop, in alle landen waar wij komen. In alle landen waar zorgen zijn over de kwaliteit van voedsel. Het heeft een belangrijke consequentie voor de retailer. Het betekent ook dat je third party supplier ook een rol speelt. Je kunt niet meer zeggen Ja ik krijg de vis en dat is wel okay. Of dat ergens in Senegal onder slechte omstandigheden is gevist, who cares. Yes you do care. Het is van belang om je verantwoordelijkheid in de hele keten te nemen. Duurzaam, veilig maar ook traceerbaar. Traceerbaar omdat de consument steeds zekerder wil zijn dat het ook een authentiek product is. Ik laat het mijn studenten wel eens zien in de supermarkt. Als je vissalade koopt, dan staat daar achterop in een heel klein etiketje: visproducten afkomstig uit de Indische Oceaan, de Atlantische Oceaan en de Stille Zuidzee. Dan denk je als consument, hoe zit dat precies? En dat verhaal moeten we ook vertellen. 5

De consument en de politiek denk ik, mogen aan de sector vragen om die transparantie, die traceerbaarheid duidelijk te maken. En om met een parallel te komen uit een andere sector. Waarom zouden we het veel meer dat verhaal ook kunnen vertellen via de informatie die je op een pakketje kunt hebben. Waarom zou er niet een QR-code kunnen komen op ieder pakket vis wat de consument koopt. Waardoor je op het internet kunt zien, waarom het vandaan? Hoe is het gevist? Ik heb wel eens naar aanleiding van de varkenshouderij gezegd: Er is een internet of pigs. Er is ook een internet of fish. En een leuke toegankelijke manier via YouTube filmpjes waarin je een visser laat vertellen hoe hij omgaat met zijn vis, is ook echt de moeite waard. Want er is, dames en heren, een verhaal of die vis. De vis is absoluut fascinerend. Vis, schaal- en schelpdieren en algen; ze zijn het meest onbekend, maar ze hebben een waarschijnlijk doorslaggevende rol in de evolutie gespeeld. Doorslaggevend, want juist die vetzuren zijn van groot belang geweest voor de ontwikkeling van het menselijk brein. Hebben ook vandaag mogelijk een rol bij het voorkomen van dementie en het voorkomen van depressies. Maar het feit dat 300 of 1000 jaar geleden of nog meer de mens op die savanne in Oost Afrika is gaan vissen in de meren en is vis gaan eten, heeft echt effect gehad. Wij zouden waarschijnlijk niet zijn wie wij zijn, zonder de consumptie van vis. En is het niet fascinerend voor de koks onder u, dat het alleroudste bekende recept het recept is voor gemarineerde karper. Gemarineerde karper die je nog zo kunt eten. Het recept uit China, 3300 jaar oud. En is het niet fascinerend om te zien hoe fish en chips de basis hebben gevormd van de ontwikkeling van de arbeidersklasse is de 19 e eeuw? En is het niet fascinerend dat bijna alle culturen die ergens met zee of rivieren te maken hebben, vissen ook tegelijktijdig een symbool zijn van overvloed. Soms niet begrepen. Want bijvoorbeeld de oude Egyptenaren mochten in hun graven in de piramides geen vis meenemen, maar wel andere dingen. Maar vis geeft altijd die persoonlijke bijzondere soms mythische en religieuze waarde gehad. In het christendom alleen door het symbool van de Ichthus, Grieks voor vis te associëren met het lot van Christus. Al dat soort beelden zouden moeten vertellen. En dat grote verhaal denk ik, is nodig. We moeten onze zaken technisch op orde hebben. We moeten zorgen dat we absoluut waterdicht een duurzame, transparante, geloofwaardige keten hebben. Maar als we dat, dat is een soort Conditio sine qua non, het is een noodzakelijke maar onvoldoende voorwaarde. De voldoende voorwaarde moet de basis zijn voor een prachtig verhaal over vis. Vis is onze evolutie. Vis vandaag. En vis voor de toekomst. Juist van al degene die nog niet voldoende eiwitten en mineralen binnenkrijgen. Ik wens u smakelijk eten en dank u wel! 6