Afdeling neurologie NDT Een behandelconcept voor patiënten met een CVA
Inleiding Deze folder is bestemd voor familie en/of relaties van patiënten welke getroffen zijn door een CVA (Cerebro Vasculair Accident). Een CVA wordt in de volksmond ook wel beroerte genoemd. Binnen de aangesloten zorginstellingen van de Stroke Service worden patiënten met een CVA behandeld/benaderd volgens het NDT-concept. Wij hopen dat u door deze folder enig inzicht krijgt in deze behandeling en in wat u als familie en/of relatie zelf kunt doen om het herstel van de patiënt te bevorderen. Wat is een CVA? Een CVA is een bloedvat ongeluk in de hersenen, hetgeen betekent dat de bloedsomloop in een gedeelte van de hersenen is verstoord. Dit kan gebeuren door hetzij een verstopping, ook wel trombose genoemd, hetzij door een bloeding. Hierdoor raakt een daarachter gelegen hersengedeelte beschadigd. De plaats van de beschadiging is bepalend voor de verschijnselen die bij een patiënt optreden. Wat zijn die verschijnselen? In deze folder worden kort een aantal verschijnselen bij de patiënt met een CVA beschreven. Voor meer informatie verwijzen wij u naar de folder Een beroerte, en dan?. Deze folder wordt uitgegeven door de Hartstichting en is verkrijgbaar via de verpleging. 1
Algemene verschijnselen Meestal zien we bij een CVA een halfzijdige verlamming of halfzijdig functieverlies van gelaat, romp, arm en/of been. Deze halfzijdige verlamming is in eerste instantie vaak slap (te lage spanning in de spieren), maar kan later overgaan in een verhoogde spanning van de spieren, de zogenaamde spastische verlamming. Specifieke verschijnselen Psychische veranderingen Bijvoorbeeld verminderd ziekte-inzicht, initiatiefverlies, verlies van de controle over de emoties, zoals bijvoorbeeld dwanghuilen. Sensibiliteitsstoornissen De patiënt voelt aanraking aan de aangedane zijde nauwelijks. Stoornissen in het uitvoeren van handelingen (apraxie) De patiënt kan geen doelbewuste handeling uitvoeren, bijvoorbeeld tanden poetsen, aan- en uitkleden (zie de folder apraxie). Taal- en/of spraakstoornissen (afasie) Het niet begrijpen of spreken van taal (zie de folder afasie). Stoornissen in het gezichtsveld (neglect en hemianopsie) De helft van het gezichtsveld ontbreekt, bijvoorbeeld de patiënt eet maar voor de helft het bord leeg (zie de folder neglect en hemianopsie). Geheugen- en oriëntatiestoornissen De patiënt weet de weg niet of kan dingen minder goed of niet meer onthouden (zie de folder geheugenstoornissen na een CVA). 2
Incontinentie Het niet kunnen ophouden van urine en/of ontlasting. Dit zijn enkele specifieke verschijnselen. Geen enkele patiënt is hetzelfde, dus ook de verschijnselen zullen per persoon anders zijn. Dit betekent ook dat geen behandeling gelijk is. De behandeling is gericht op die stoornissen die bij de individuele patiënt optreden, met andere woorden: we bieden een behandeling op maat aan. Het behandelteam Omdat een CVA verschillende stoornissen kan veroorzaken zijn er verschillende disciplines betrokken bij het revalideren. In het ziekenhuis en op de revalidatieafdeling van het verpleeghuis bestaat het behandelteam uit de volgende disciplines: de verpleeghuisarts, verpleegkundigen/verzorgenden, fysiotherapeuten, ergotherapeuten, logopedisten, maatschappelijk werkenden en psychologen. De CVA-getroffenen worden benaderd/behandeld volgens het NDT-concept. 3
Wat is NDT? NDT betekent letterlijk: Neuro Developmental Treatment. Neuro = betrekking hebbende op het zenuwstelsel. Developmental = uitgaande van de normale ontwikkeling van de mens. Treatment = behandeling. Een Nederlandse vertaling is ontwikkelings neurologische behandeling. De normale neurologische ontwikkeling die we allemaal doormaken, is de leidraad voor de behandeling. Bij het NDT-concept wordt de aangedane lichaamshelft zoveel mogelijk ingeschakeld bij de dagelijkse handelingen en bewegingen om spasticiteit (stijfheid) te voorkomen. Tevens wordt er geprobeerd activiteit van de aangedane zijde uit te lokken en te stimuleren. Het uiteindelijke doel is de patiënt weer zo zelfstandig mogelijk te laten functioneren waarbij de aangedane zijde zoveel mogelijk wordt ingeschakeld. 4
Enkele algemene uitgangspunten van het NDT-concept De patiënt wordt zoveel mogelijk via zijn aangedane kant benaderd. Het is belangrijk dat de patiënt een goede houding heeft zowel in bed als in de (rol)stoel. De houding heeft invloed op bijvoorbeeld de spasticiteit en schouderklachten. De patiënt wordt gestimuleerd om zelf zijn aangedane kant in te schakelen, bijvoorbeeld bij het wassen, het aankleden en het eten en dergelijke. Om het leerproces te verhogen, is het belangrijk dat iedereen die met de patiënt te maken heeft, dingen op dezelfde manier en consequent uitvoert. De patiënt wordt zo gauw mogelijk geactiveerd en gemobiliseerd (voor zover de conditie dit toelaat). Wat kunt u doen? Benader de patiënt via de aangedane zijde. Ga aan de aangedane zijde zitten. Stimuleer de aangedane zijde in te schakelen bij activiteiten. Vraag de verpleging om tips, kijk naar hun handelen en hun begeleiding en vraag waarom zij dit zo doen. De verpleging kan u dan instrueren hoe u zelf hulp kunt bieden. Vraag of u eens een behandeling van de fysio- en ergotherapeut of van de logopedist kunt bijwonen. Mocht u na het lezen van deze folder nog vragen hebben, stel deze dan gerust aan de verpleging, de transmuraal CVAverpleegkundige of een andere behandelaar. mei 2010 5