RMD West-Brabant, 15 juni 2005 INVENTARISATIE LUCHTKWALITEIT 2004 GEMEENTE MOERDIJK



Vergelijkbare documenten
Rapport luchtkwaliteit Gemeente Oegstgeest

Luchtkwaliteit langs de N208 bij Hillegom

Luchtkwaliteit t.g.v. wegverkeer. parkeren Spoorzone

Notitie. : Stichting Ouderenhuisvesting Rotterdam : P.R. Beaujean Datum : 12 oktober 2007 : M. Zieltjens Onze referentie : 9S /N0003/902610/Nijm

1. Inleiding. Rapportage Luchtkwaliteit 2012, gemeente Doetinchem 4

Luchtkwaliteit aansluiting. 2 rotondes Hamelandweg

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 26 april J. van Rooij

Luchtkwaliteit ontwikkeling. spoorzone te Winterswijk

Onderzoek Luchtkwaliteit

L. Indicatieve effecten Luchtkwaliteit

Tabel 1 Grenswaarden maatgevende stoffen Wet luchtkwaliteit stof toetsing van grenswaarde geldig stikstofdioxide (NO 2 )

Provinciale weg N231; Verkeersintensiteit, geluid en luchtkwaliteit 1

Onderzoek luchtkwaliteit aanpassingen kruisingen Laan van Malkenschoten

Rapport: L. Datum: 22 april 2011

1 INLEIDING 2 2 WETTELIJK KADER 3 3 LUCHTKWALITEIT LANGS DE RELEVANTE WEGEN IN HET PLANGEBIED 4 4 CONCLUSIES 8

Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2009

N204 - reconstructie ter hoogte van Linschoten. Luchtkwaliteitsonderzoek

Luchtkwaliteit t.g.v. wegverkeer. van en naar uitbreiding. bedrijventerrein Moesdijk

Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2010

Beoordeling luchtkwaliteit Wilhelminalaan e.o.

Milieudienst Kop van Noord-Holland

RAPPORTAGE LUCHTKWALITEIT 2007 GEMEENTE WOENSDRECHT

Luchtkwaliteit Nieuwegein 2009

Onderzoek Luchtkwaliteit

Reconstructie N226 ter hoogte van de Hertekop. Luchtkwaliteitsonderzoek

Luchtkwaliteit Maarsbergen Haarbosch

Actualisatie Toets luchtkwaliteit bestemmingsplan Spijkvoorder Enk

Milieudienst Kop van Noord-Holland

Luchtkwaliteitmetingen in Alblasserdam. Jaarrapportage 2016

HaskoningDHV Nederland B.V. MEMO. : Provincie Overijssel : Tijmen van de Poll : Jorrit Stegeman

Notitie. Luchtkwaliteit Paleis het Loo. 1 Inleiding. 2 Werkwijze en uitgangspunten

Bijlage 4 - Onderzoek luchtkwaliteit

Werkgroep luchtkwaliteit en geluidsbelasting. Overzicht gegevens

Luchtkwaliteitonderzoek Lelystad bestemmingsplan De Velden

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 21 april x04850 J. van Rooij

Onderzoek luchtkwaliteit bestemmingsplan De Maten winkelcentrum Eglantier

MONITORING LUCHTKWALITEIT 2009 GEMEENTE WOENSDRECHT

Betreft : Dijkversterking Werkendam aspect luchtkwaliteit

Samenvatting datarapporten Luchtkwaliteit (IJmond, Haarlemmermeer, Havengebied Amsterdam).

Harmonisatie onderzoek 130 km/uur. effecten op luchtkwaliteit

Rapportage luchtkwaliteit De luchtkwaliteit in Overijssel

RWS luchtonderzoek, traject A12 Duiven - Duitse grens 130 km/uur

Luchtkwaliteit Nieuwegein in 2015

N34 WITTE PAAL - DRENTSE GRENS LUCHTKWALITEITSONDERZOEK

Eisenhowerlaan 112, Postbus NL-2508 EE Den Haag T +31 (0) F +31 (0)

Luchtkwaliteitsonderzoek parkeerplaats Boekhorstlaan Harderwijk

Provincie Noord-Brabant

LUCHTKWALITEIT BESTEMMINGSPLAN LANDGOED DE REEHORST Triodos 11 JANUARI 2016

In hoofdstuk 5, titel 5.2 en bijlage 2 van de Wet milieubeheer zijn normen en grenswaarden voor luchtkwaliteit opgenomen.

Luchtkwaliteit Nieuwegein in 2014

Rapportage luchtkwaliteit 2005 Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

Aanleg parallelweg N248

RWS luchtonderzoek, traject A2 Holendrecht - Vinkeveen 130 km/uur dynamisch

Memo. In totaal worden er maximaal 110 woningen gerealiseerd. Dit kunnen zowel grondgebonden woningen zijn alsook gestapeld woningen.

Bedrijvenpark H2O. Oldebroek. Onderzoek luchtkwaliteit. ing. D.R. Boer. projectnummer: datum: status: concept

Memo. Luchtkwaliteit Duivenvoordestraat, maatschappelijke voorziening

RWS luchtonderzoek, traject A1 Soest - Knooppunt Hoevelaken 130km/uur

Rapport luchtkwaliteit Gemeente: Uden Datum: 27 juni 2007 Opgesteld door: dhr. T. Verhoeven

Onderzoek luchtkwaliteit bedrijventerrein Kieveen

Factsheet luchtkwaliteit over het jaar 2014

MEMO. Onderwerp/Subject: Analyse rapport RIVM Luchtkwaliteit 2012

Luchtkwaliteitonderzoek De Driesprong Harmelen

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; Gemeente Hof van Twente Johan van der Burg

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; WETTELIJK KADER Bogor projectontwikkeling

Memo INLEIDING. 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening. WETTELIJK KADER. Gemeente Oegstgeest.

Luchtkwaliteitonderzoek. Provinciaal inpassingsplan N629

LUCHTKWALITEITONDERZOEK BESTEMMINGSPLAN SCHOOLSTRAAT-OOST GAMEREN

Notitie. Project : Luchtkwaliteit Achter de Arnhemse Poortwal II Locatie : Amersfoort Betreft : Onderzoek luchtkwaliteit

Aanvullende informatie over luchtkwaliteit en metingen

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; WETTELIJK KADER Gemeente Apeldoorn Johan van der Burg

Reconstructie Wegennet Kampen

Luchtkwaliteit Vicarielaan te IJsselstein

memo INLEIDING WETTELIJK KADER aan: Johan van der Burg datum: 26 maart 2013 Luchtkwaliteit parkeerterrein Fort Pannerden project:

MEMO DHV B.V. Logo. : De heer P.T. Westra : Ramon Nieborg, Alex Bouthoorn : Ceciel Overgoor

Eerste kaart roetconcentraties Nederland Roet aanvullende maat voor gezondheidseffecten luchtvervuiling

BESTEMMINGSPLAN EDE OOST ONDERZOEK LUCHTKWALITEIT WEGVERKEER

Rapport luchtkwaliteit Carolus-locatie te 's Hertogenbosch

HaskoningDHV Nederland B.V. MEMO. : De heer A. Borgeld (B.M.G. Vastgoed B.V.) : Ramon Nieborg : De heer W. Herweijer (Ordito)

24 uurgemiddelden, mag max. 35 maal per kalenderjaar overschreden worden

ONTWERP GEMEENTE LEERDAM. Bestemmingsplan Buitengebied. Bijlage: rapport luchtkwaliteit

Rapport luchtkwaliteit. HANOS vestiging en (Oriental) te Delft. projectnummer Versienummer: 1.0. Datum: 25 oktober 2012

Adviseurs voor bouw, industrie, verkeer, milieu en software. Rapport B R001 Wolfertcollege, Rotterdam. Onderzoek naar de luchtkwaliteit

Deelrapport Luchtkwaliteit Aanvulling

JANSEN RAADGEVEND INGENIEURSBUREAU

RMD West-Brabant, 18 januari 2008 INVENTARISATIE LUCHTKWALITEIT 2006 GEMEENTE WOENSDRECHT

Bijlage 9: Onderzoek luchtkwaliteit

RAPPORT LUCHTKKWALITEIT

Bepalen van de luchtkwaliteit

Rapportage luchtkwaliteit Ambachtsmark 3

Onderzoek luchtkwaliteit parkeerterrein Hoorn. Onderzoek luchtkwaliteit parkeerterrein stadsstrand Hoorn

Luchtonderzoek Strijp S

Advies parkeervoorzieningen Morspoort en Haagweg

Bijlage D bij het OTB Lucht in relatie tot saneringstool

Op grond van artikel 28 uit het Besluit luchtkwaliteit (Stb. 2001, 269) bieden wij U hierbij aan de provinciale rapportage Luchtkwaliteit 2003.

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; WETTELIJK KADER Gemeente Brunssum Johan van der Burg

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; WETTELIJK KADER Gemeente Tiel Johan van der Burg

Verhoging maximumsnelheid 80km zones naar 100 km/h

LUCHTKWALITEITSONDERZOEK CLAUSCENTRALE

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 2 november M. Souren

Luchtkwaliteit B E S T E MMINGSPLAN

Transcriptie:

RMD West-Brabant, 15 juni 2005 INVENTARISATIE LUCHTKWALITEIT 2004 GEMEENTE MOERDIJK

INVENTARISATIE LUCHTKWALITEIT 2004 GEMEENTE MOERDIJK Opdrachtgever: Gemeente Moerdijk Datum rapport: juni 2005 Projectnummer: 72502254 Uitvoering: Opgesteld door: Akkoord Regio West Regionale Milieudienst West-Brabant Postbus 16 4700 AA ROOSENDAAL J. Verswijveren. 2

INHOUDSOPGAVE BLAD 1. Inleiding 4 2. Bronnen van luchtverontreiniging 4 3. Achtergrondconcentratie 4 4. Inventarisatie van bronnen 5 5. Bepaling van de concentraties en toetsing aan de normen 6 6. Conclusie 9 7. Aantal blootgestelde personen 10 BIJLAGEN Bijlage 1: Overzicht van grenswaarden en plandrempels Bijlage 2: Kaart Bijlage 3: Invoergegevens en rekenresultaten gemeentelijke wegen Bijlage 4: Invoergegevens en rekenresultaten provinciale weg Bijlage 5: Gegevens en rekenresultaten rijkswegen Bijlage 6: Landelijk meetnet luchtkwaliteit Bijlage 7: Notitie RIVM over jaargemiddelde achtergrondconcentratie fijn stof 3

1. INLEIDING In het Besluit luchtkwaliteit (artikel 20) is de verplichting opgenomen om een keer in de drie jaar een inventarisatierapport in te dienen. Deze verplichting geldt voor de gemeente Moerdijk: In 2002 moest worden gerapporteerd over luchtkwaliteit in 2001 door gemeenten met meer dan 40.000 inwoners en door gemeenten met minder dan 40.000 inwoners waar knelpunten werden verwacht. In 2005 moet worden gerapporteerd over luchtkwaliteit in 2004 door gemeenten met meer dan 100.000 inwoners en door gemeenten met minder dan 100.000 inwoners waar knelpunten werden verwacht of gemeenten waar eerder overschrijdingen werden gesignaleerd (i.c. Moerdijk). Door middel van dit rapport voldoet de gemeente aan bovengenoemde wettelijke verplichting. In opdracht van de gemeente Moerdijk is door de Regionale Milieudienst West-Brabant een onderzoek verricht naar de luchtkwaliteit in deze gemeente. Sinds 2001 is het Besluit luchtkwaliteit van kracht, een uitwerking van een Europese richtlijn (richtlijn 1999/30/EG) voor luchtkwaliteit. Er zijn eisen in opgenomen voor zwaveldioxide, lood, stikstofdioxide, zwevende deeltjes (ook wel aangeduid als fijn stof of PM10), koolmonoxide en benzeen. De normen zijn vastgesteld op basis van onderzoek van de World Health Organization. Doel is mens en milieu te beschermen tegen schadelijke effecten van luchtverontreiniging. Het besluit is overigens niet van toepassing op arbeidsplaatsen. De gemeente gaat na of er binnen de gemeentegrenzen sprake is van overschrijding van de normen. In het Besluit luchtkwaliteit zijn grenswaarden opgenomen voor onder meer stikstofdioxide en fijn stof. Deze normen zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek van de World Health Organization (WHO). Voor stikstofoxide moet in 2010 aan die grenswaarden zijn voldaan. Voor fijn stof is deze termijn vastgesteld op 2005. Verder kent het Besluit luchtkwaliteit nog plandrempels, die boven de grenswaarden liggen. Ze zijn bedoeld om ervoor te zorgen dat de termijnen stap voor stap worden gehaald. Het niveau van plandrempels wordt jaarlijks aangescherpt tot het jaar 2005 (voor fijn stof) of 2010 (voor stikstofdioxide). Dan is het niveau van de plandrempels gelijk aan de grenswaarden. In bijlage 1 is een overzicht van grenswaarden en plandrempels opgenomen. Indien de concentratie van stikstofdioxide hoger is dan een plandrempel, moet de gemeente een plan van aanpak opstellen waarin wordt aangegeven hoe aan de grenswaarden zal worden voldaan binnen de daarvoor gestelde termijn. Indien de concentratie van stikstofdioxide in de gemeente hoger is dan de grenswaarde maar lager dan de plandrempel, dan hoeft geen luchtkwaliteitplan te worden opgesteld. De achtergrondconcentratie van fijn stof is in het zuidelijk deel van Nederland zo hoog, dat op talloze plaatsen de grenswaarde wordt overschreden. De gemeente is ingevolge het Besluit luchtkwaliteit niet verplicht om voor de fijn stof problematiek een plan van aanpak op te stellen. 2. BRONNEN VAN LUCHTVERONTREINIGING De lokale luchtkwaliteit wordt bepaald door de concentraties van verschillende stoffen die aanwezig zijn in de lucht. Deze concentraties zijn het resultaat van emissies van meerdere bronnen. Naast de lokale bronnen kunnen ook nabij gelegen provinciale bronnen en rijksbronnen bijdragen aan de lokale luchtkwaliteit. Verder is er ook op elke locatie een bijdrage van de omringende luchtkwaliteit, ook wel de achtergrondconcentratie genoemd. Deze achtergrond komt tot stand door emissiebijdragen van elders gelegen lokale bronnen, provinciale bronnen en rijksbronnen, alsmede buitenlandse bronnen. 3. ACHTERGRONDCONCENTRATIE De achtergrondconcentratie wordt continue gemeten door het Rijksinstituut voor milieuhygiëne RIVM). Dit gebeurt op 54 meetlocaties, verspreid over Nederland. Met behulp van dit landelijk meetnet lucht (LML) worden de concentraties van gasvormige en deeltjesvormige luchtverontreiniging en de samenstelling van de neerslag gemeten. Het RIVM berekent op basis

van de gegevens van de 54 meetlocaties de achtergrondconcentraties in heel Nederland. De berekende jaargemiddelde achtergrondconcentratie van fijn stof in Moerdijk in de afgelopen 4 jaren is terug te vinden in het computerprogramma CAR II versie 4.0 (dat wordt gebruikt voor de berekening van luchtkwaliteit langs gemeentelijke en provinciale wegen, dit wordt verderop toegelicht). Deze berekende jaargemiddelde achtergrondconcentratie van fijn stof in bedroeg 33 µg/m 3 in 2001, 34 µg/m 3 in 2002, 35 µg/m 3 in 2003 en 27 µg/m 3 in 2004. De dichtstbijgelegen regionale LML-meetlocatie bevindt zich in Huijbergen. Ter oriëntatie is gekeken welke achtergrondconcentraties daar zijn gemeten in de afgelopen 5 jaren 2000 t/m 2004. Fijn stof meetgegevens van die locatie blijken slechts bekend te zijn over de twee laatste jaren, omdat op die locatie pas sinds 2003 fijn stof wordt gemeten. De gemeten jaargemiddelde achtergrondconcentratie van fijn stof in Huijbergen bedroeg 37 µg/m 3 in 2003 en 28 µg/m 3 in 2004. In paragraaf 5.2 is wordt nader ingegaan op de bij het onderzoek gehanteerde achtergrondconcentratie. 4. INVENTARISATIE VAN BRONNEN Lokale bronnen in de gemeente In de gemeente Moerdijk zijn diverse bedrijven gevestigd die stoffen naar de lucht emitteren. Bedrijven waarvoor op grond van de Wet milieubeheer voorschriften zijn gesteld, worden inrichtingen genoemd. In de gemeente Moerdijk bevinden zich circa 1750 inrichtingen. De gemeente is het bevoegd gezag (verleent vergunningen en ziet toe op de naleving van de voorschriften, verbonden aan vergunningen en algemene maatregelen van bestuur) bij 1681 van deze inrichtingen en de provincie is het bevoegd gezag bij 69 van de 1750 inrichtingen. De inrichtingen waar de gemeente bevoegd gezag is, hebben relatief geringe emissies naar de lucht. Uit navraag bij de provincie is gebleken dat de emissies van de inrichtingen, die onder haar bevoegd gezag vallen, niet leiden tot knelpunten in de luchtkwaliteit. De door de provincie verstrekte informatie over die inrichtingen is opgenomen in het onderstaande kader. Citaat uit de brief van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant van 27 april 2005: Voor wat betreft de provinciale inrichtingen melden wij u het volgende. Wij hebben verspreidingsberekeningen uitgevoerd (gebaseerd op gegevens uit 2003) op locaties met de hoogste concentraties in de leefomgeving rondom de emissiebronnen met de hoogste emissies in Brabant. Uit deze berekeningen blijkt, dat de bijdrage van de betreffende bedrijven aan de achtergrondconcentraties zeer beperkt is, en dat er op de berekende locaties geen luchtkwaliteitsnormen worden overschreden. Voor nadere informatie verwijzen wij kortheidshalve naar bijlage 1 van de provinciale rapportage in het kader van het Besluit luchtkwaliteit over 2003. Deze rapportage is onlangs naar alle Brabantse gemeenten verzonden. Gegevens van (grote) provinciale inrichtingen over 2004 zullen in de loop van dit jaar beschikbaar komen. Wij hebben overigens geen concrete aanwijzingen dat de emissies over 2004 significant zullen afwijken van die over 2003. Wij verwachten derhalve geen knelpunten met betrekking tot provinciale inrichtingen op uw grondgebied. Indien wij op basis van de gegevens over 2004 tot andere conclusies komen, zullen wij u daarover berichten. Ook voor de inrichtingen, waarbij de gemeente het bevoegd gezag is, geldt dat de bijdrage van de betreffende bedrijven aan de achtergrondconcentraties zeer beperkt is. In de gemeente Moerdijk rijdt wegverkeer dat stoffen naar de lucht emitteert. Op een aantal wegen, waarvan de gemeente de beheerder is, zijn de verkeersintensiteiten relatief hoog, zodat daar mogelijk knelpunten in de luchtkwaliteit optreden. Ook het verkeer op de provinciale weg N285 en N389 leidt in de bebouwde kom mogelijk tot knelpunten in de luchtkwaliteit. Langs de Rijkswegen A29, A59, A17 en A16 zijn mogelijk knelpunten te verwachten. In bijlage 2 is een kaart opgenomen waarop de ligging van de betreffende wegen te zien is. 5

Bronnen in de nabijheid van de gemeente Er zijn geen wegen of industriële bronnen in de directe nabijheid van de gemeente Moerdijk aan te wijzen, die een aanzienlijke invloed op de luchtkwaliteit in de gemeente hebben. De invloed van de verder van de gemeente gelegen industriële inrichtingen, zoals die in Antwerpen, wordt verondersteld te zijn meebeschouwd in de achtergrondconcentratie (hierop wordt ingegaan in hoofdstuk 3). 5. BEPALING CONCENTRATIES EN TOETSING 5.1 Onderzoekslocaties Volgens artikel 20 van het Besluit luchtkwaliteit gaat het bij de inventarisatie om plaatsen binnen de bebouwde kom, waar naar redelijke verwachting mensen worden blootgesteld aan luchtverontreiniging. Op basis van de ervaring met de voorafgaande rapportages luchtkwaliteit en na overleg met de provincie, is ervoor gekozen om de luchtkwaliteit te onderzoeken in de bebouwde kom van de gemeente Moerdijk ter plaatse van gemeentelijke wegen met een verkeersintensiteit van 5.000 of meer motorvoertuigen per etmaal, ter plaatse van rijkswegen en ter plaatse van provinciale wegen. De gemeentelijke wegen met intensiteiten (in 2004) groter dan 5000 motorvoertuigen per etmaal zijn: Straatnaam 1 Kristallaan 2 Stationslaan 3 Past. Van Kessellaan 4 Hendrikstraat 5 Kerkhofweg 6 De Meeren Volgens het besluit luchtkwaliteit gelden de normen overal op het grondgebied, met uitzondering van de werkplek. Bij de bepaling van de concentraties langs de geselecteerde wegen is bij deze inventarisatie gerekend op punten ter plaatse van de trottoirs langs deze wegen. Waar geen trottoir aanwezig was, is een rekenpunt op 1,5 meter van de wegrand gelegd. Voorts wordt inzicht gegeven in de concentraties langs de provinciale weg in de bebouwde kom van Zevenbergen (de N285 en de N389) en de rijkswegen langs de bebouwde kom van Heijningen (de A29), Fijnaart (de A59), Standdaarbuiten (de A17) en Zevenbergschen Hoek (de A16). De onderzochte wegen zijn aangegeven op de kaart in bijlage 2. 5.2 Onderzoeksmethode Volgens artikel 21 van het Besluit luchtkwaliteit mogen de concentraties door middel van metingen of door middel van een andere methode met voldoende nauwkeurigheid worden vastgesteld. In de toelichting van bij artikel 21 is aangegeven dat de kwaliteitscriteria met de in Nederland in gebruik zijnde modellen CAR en VLW kunnen worden gehaald. Gemeentelijke en provinciale wegen Om na te gaan of er sprake is van overschrijding van de normen voor luchtkwaliteit, wordt - bij gemeentelijke en provinciale wegen - gebruik gemaakt van het computerprogramma 'Calculation of airpollution from roadtraffic II, versie 4.0', afgekort CAR II 4.0. Het programma is gemaakt door TNO. Met behulp van CAR worden de concentraties van de luchtverontreinigende stoffen, als gevolg van het wegverkeer, berekend. Zonodig kunnen daarbij nog de concentraties als gevolg van andere bronnen van luchtverontreiniging worden opgeteld. TNO geeft in de handleiding bij het programma aan, dat CAR II is ontwikkeld als een screeningsmodel, dat wil zeggen als een eenvoudig hanteerbaar model waarmee op een snelle manier inzicht verkregen kan worden in de luchtkwaliteit in straten en langs verkeerswegen. Het is 6

niet het meest nauwkeurige model dat beschikbaar is voor de berekening van concentraties langs verkeerswegen. Hiervoor zijn uitgebreidere analytische of numerieke modellen (zoals bijvoorbeeld het TNO-Verkeersmodel) of Computational Fluid Dynamics (CFD) modellen beschikbaar of kan windtunnelonderzoek worden uitgevoerd. De concentraties in straten en langs wegen kunnen ook worden vastgesteld met behulp van metingen. TNO geeft aan dat het CAR II model kan worden gebruikt voor: de rapportage in het kader van het Besluit Luchtkwaliteit; het inzicht krijgen in de huidige luchtkwaliteit in de straat of langs een weg; het zichtbaar maken van de gevolgen van beslissingen op het gebied van het wegverkeer op de luchtkwaliteit en het krijgen van gevoel voor de ontwikkeling van de luchtkwaliteit in de toekomst. Het computerprogramma CAR II versie 4.0 is aan de gemeenten verstrekt door Infomil, dat is het informatiecentrum voor overheden inzake milieubeleid. Infomil heeft daarbij aangegeven dat 2004 een relatief normaal jaar voor de luchtkwaliteit was, na het ongunstige jaar 2003. De berekende concentraties luchtverontreiniging over 2004 vallen daardoor lager, soms aanzienlijk lager, uit dan die over 2003. Met name voor fijn stof zijn in sommige situaties grote veranderingen te zien. Een volledige verklaring voor dit effect is nog niet beschikbaar, maar het wordt waarschijnlijk veroorzaakt door verschillen in windrichting en temperatuur tussen 2003 en 2004. In een notitie van Infomil worden de effecten van de wind toegelicht. Het RIVM heeft een korte notitie geschreven waarin wordt uitgelegd dat 2004 past in de meerjarige trend in de kwaliteit van de buitenlucht. Met CAR zijn de achtergrondconcentraties van het jaar 2004 meegeleverd. De achtergrond-concentraties zijn gebaseerd op metingen en berekeningen door het RIVM. De PM10-achtergrond-concentratie van 2004 is over het algemeen aanzienlijk lager dan in de voorgaande jaren. De verschillen bedragen 5 tot 10 µg/m 3 voor de jaargemiddelde concentratie. Door het RIVM is een notitie opgesteld waarin een toelichting wordt gegeven op de gemeten en berekende PM10-achtergrondconcentraties. Die RIVM-notitie is bij wijze van achtergrondinformatie opgenomen als bijlage bij dit inventarisatierapport. Voor de overige stoffen waarvan de achtergrondconcentratie met CAR zijn meegeleverd, zijn de concentraties in 2004 vergelijkbaar met voorgaande jaren. Rijkswegen CAR II is niet geschikt om nauwkeurige luchtkwaliteitstudies aan snelwegen uit te voeren. Het in CAR II aanwezige wegtype snelweg is alleen geschikt voor een globale en indicatieve schatting Voor de bepaling van concentraties langs de rijkswegen wordt gebruik gemaakt van de gegevens die Rijkswaterstaat heeft verstrekt. In het kader van het Besluit luchtkwaliteit is Rijkswaterstaat verplicht om ieder jaar aan de gemeenten, wanneer de gemeente daartoe en verzoek indient, gegevens te verstrekken over de luchtkwaliteit rond rijkswegen in het voorgaande jaar. De luchtkwaliteit in 2004 is vastgesteld door middel van modelberekeningen. In opdracht van Rijkswaterstaat heeft ECN de benodigde berekeningen uitgevoerd. Daarbij is gebruik gemaakt van het recentelijk vernieuwende VLW (versie 2.50). De resultaten van de berekeningen zijn in de vorm van elektronische bestanden aan de gemeente beschikbaar gesteld voor gebruik. Met de gegevens kan worden nagegaan wat de voor 2004 berekende concentraties op een willekeurig punt binnen 1000 meter van een rijksweg zijn. Het VLW is het Voorspellingssysteem Luchtkwaliteit Wegtracé's van Rijkswaterstaat (RWS), Dienst Weg- en Waterbouwkunde (DWW). VLW is in de negentiger jaren gebouwd voor gebruik van interne studies van DWW op basis van de specificaties van het TNO Verkeersmodel. VLW en het Verkeersmodel behoren tot de zogenaamde klassenmodellen, ofwel gaussische pluimmodellen op basis van (simpele) geclassificeerde statistieken van de voor atmosferische verspreiding bepalende weersomstandigheden. Door een externe onafhankelijke stuurgroep (met vertegenwoordiging uit VROM, Infomil, TU-Delft en gemeenten) is geconcludeerd dat het VLW goed geschikt is voor berekeningen in het kader van de rapportage Besluit luchtkwaliteit. In de studie heeft ECN gebruik gemaakt van de PM10, NO 2 en O 3 achtergrondconcentraties volgens de Generieke Concentraties Nederland (GCN) van het RIVM voor het jaar 2004. 7

5.3 Onderzoeksresultaten Gemeentelijke wegen De invoergegevens en de rekenresultaten betreffende de gemeentelijke wegen zijn opgenomen in bijlage 3. Uit de rekenresultaten, opgenomen in bijlage 3, kan het volgende worden geconcludeerd. Langs de onderzochte gemeentelijke wegen (op alle onderzochte punten) liggen de berekende concentraties van benzeen, zwaveldioxide, koolmonoxide en benzo-a-pyreen onder de daarvoor gestelde grenswaarden. Wat betreft stikstofdioxide was er langs 1 van de 6 onderzochte wegen in 2004 sprake van overschrijding van de jaargemiddelde grenswaarde, namelijk langs de Prins Hendrikstraat (smalle gedeelte) te Zevenbergen. Dit is overigens geen probleem, want er was geen overschrijding van de plandrempel. Er mag worden verwacht dat generiek beleid tot gevolg zal hebben dat de grenswaarde in 2010 niet zal worden overschreden. Wat betreft fijn stof was langs de onderzochte gemeentelijke wegen geen sprake van overschrijding van de jaargemiddelde grenswaarde. Er was ook geen overschrijding van de 24 uurgemiddelde grenswaarde, want een concentratie, hoger dan 50 µg/m 3 als 24-uur-gemiddelde, kwam niet vaker voor dan 35 keer per jaar. Provinciale wegen Aangezien de N285 en N389 provinciale wegen zijn, heeft de gemeente de provincie gevraagd om de bijdrage van deze bronnen aan de luchtverontreiniging vast te stellen. Een overzicht van de invoergegevens en de rekenresultaten is opgenomen in bijlage 3. Uit de rekenresultaten, opgenomen in bijlage 3, kan het volgende worden geconcludeerd. Op geen van de rekenpunten liggen de berekende concentraties van stikstofdioxide, fijn stof, benzeen, zwaveldioxide en koolmonoxide boven de daarvoor gestelde grenswaarden (zowel jaargemiddeld als 24-uurgemiddeld). Rijkswegen Een overzicht van de gegevens van Rijkswaterstaat is opgenomen in bijlage 4. Uit de rekenresultaten, opgenomen in bijlage 4, kan het volgende worden geconcludeerd. A29, ter hoogte van Heijningen Wat betreft stikstofdioxide: De bijdrage van het wegverkeer op de A29 aan de concentratie ter plaatse van de woningen aan de dichtstbij de rijksweg gelegen woningen, is circa 3 µg/m 3. De jaargemiddelde grenswaarde is ter plaatse van deze woningen niet overschreden. Wat betreft fijn stof: De bijdrage van het wegverkeer op de A29 aan de concentratie ter plaatse van de woningen aan de dichtstbij de rijksweg gelegen woningen, is circa 0,3 µg/m 3. De jaargemiddelde grenswaarde is ter plaatse van deze woningen niet overschreden. De 24-uurgemiddelde grenswaarde is ter plaatse van deze woningen niet overschreden. A59 ter hoogte van Fijnaart Wat betreft stikstofdioxide: De bijdrage van het wegverkeer op de A59 aan de concentratie ter plaatse van de woningen aan de dichtstbij de rijksweg gelegen woningen, is 3 µg/m 3. De jaargemiddelde grenswaarde is ter plaatse van deze woningen niet overschreden. Wat betreft fijn stof: De bijdrage van het wegverkeer op de A59 aan de concentratie ter plaatse van de woningen aan de dichtstbij de rijksweg gelegen woningen, is 0,4 µg/m 3. De jaargemiddelde grenswaarde is ter plaatse van deze woningen niet overschreden. De 24-uurgemiddelde grenswaarde is ter plaatse van deze woningen niet overschreden. A17 ter hoogte van Standdaarbuiten Wat betreft stikstofdioxide: De bijdrage van het wegverkeer op de A17 aan de concentratie ter plaatse van de woningen aan de dichtstbij de rijksweg gelegen woningen, was circa 6 µg/m 3. De jaargemiddelde grenswaarde is ter plaatse van deze woningen niet overschreden. Wat betreft fijn stof: De bijdrage van het wegverkeer op de A17 aan de concentratie ter plaatse van de woningen aan de dichtstbij de rijksweg gelegen woningen, was circa 1 µg/m 3. De jaargemiddelde grenswaarde is ter plaatse van deze woningen niet overschreden. De 24-uurgemiddelde grenswaarde is ter plaatse van deze woningen niet overschreden. 8

A16 ter hoogte van Zevenbergschen Hoek Wat betreft stikstofdioxide: De bijdrage van het wegverkeer op de A16 aan de concentratie ter plaatse van de woningen aan de dichtstbij de rijksweg gelegen woningen, was circa 7 µg/m 3. De jaargemiddelde grenswaarde is op één punt ter plaatse van deze woningen overschreden. Dit is overigens geen probleem, want er was geen overschrijding van de plandrempel. Er mag worden verwacht dat generiek beleid tot gevolg zal hebben dat de grenswaarde in 2010 niet zal worden overschreden. Wat betreft fijn stof: De bijdrage van het wegverkeer op de A16 aan de concentratie ter plaatse van de woningen aan de dichtstbij de rijksweg gelegen woningen, was circa 1 µg/m 3. De jaargemiddelde grenswaarde is ter plaatse van deze woningen niet overschreden. De 24-uurgemiddelde grenswaarde is ter plaatse van deze woningen niet overschreden. 6. CONCLUSIE Uit de inventarisatie van de luchtkwaliteit in de gemeente Moerdijk is het volgende gebleken. De grenswaarde (jaargemiddelde concentratie) voor stikstofdioxide werd in 2004 langs 1 gemeentelijke weg (de Prins Hendrikstraat) en 1 rijksweg (de A16 ter hoogte van Zevenbergschen Hoek) overschreden, maar er was geen overschrijding van de plandrempel. Voor wat betreft de stikstofdioxideconcentratie mag worden verwacht dat, door generiek (nationaal) beleid en verbetering en toepassing van de stand der techniek, in de toekomst de grenswaarde niet zal worden overschreden. De jaargemiddelde grenswaarde en de 24-uurgemiddelde grenswaarde voor fijn stof werden langs geen van de onderzochte wegen overschreden. 9

7. AANTAL BLOOTGESTELDE PERSONEN De provincie heeft in haar memo van 20 april 2005 de gemeente verzocht om bij de inventarisatie (onderbouwd) aan te geven hoeveel mensen worden blootgesteld aan te hoge concentraties. De provincie stelt: Hoewel niet expliciet vermeld in het Besluit luchtkwaliteit, mogen de gegevens over het aantal blootgestelde mensen naar onze mening niet ontbreken. De grenswaarden zijn namelijk tot stand gekomen op basis van schadelijkheid voor de gezondheid. Ook vanuit het gezichtspunt van de burgers achten we deze gegevens van essentieel belang. Ook Infomil geeft aan dat het nodig is om in de rapportage te vermelden hoeveel mensen zijn blootgesteld aan grenswaardeoverschrijdingen. Die gegevens worden gevraagd omdat de normen zijn opgesteld ter bescherming van de gezondheid van de mens. Het aantal blootgestelde mensen geeft een indicatie van de ernst en omvang van het probleem dat voortvloeit uit een overschrijding te bepalen. De provincie stelt: Bij het bepalen van het aantal blootgestelden kan het aantal woningen gelegen binnen een gebied met te hoge concentraties luchtverontreiniging als basis dienen. In essentie betekent dit, dat hiervoor de luchtkwaliteit ter plaatse van gevels van woningen wordt bepaald. Het aantal blootgestelden kan vervolgend worden vastgesteld door het betreffend aantal woningen met het aantal bewoners te vermenigvuldigen De provincie geeft daarbij twee definities. Aantal blootgestelde burgers: het aantal woningen met een te hoge concentratie luchtverontreiniging vermenigvuldigd met de bezettingsgraad van de woning. Bezettingsgraad: het gemiddelde aantal bewoners per woning. Er kan worden uitgegaan van gedetailleerde gegevens (bijvoorbeeld op wijk- of straatniveau op basis van GIS), maar indien deze gegevens ontbreken wordt voorgesteld om als vaste, gemiddelde bezettingsgraad 2,3 te gebruiken, deze factor is afkomstig uit de regeling omgevingslawaai van het ministerie van VROM, kenmerk LMV2004067083. De gemeente Moerdijk heeft op basis van het bovenstaande bepaald hoeveel mensen in 2004 zijn blootgesteld aan grenswaardeoverschrijdingen. Daarbij is als volgt gewerkt. Eerst is bepaald langs welke wegen (met een verkeersintensiteit groter dan 5000 motorvoertuigen per etmaal) in 2004 sprake was een overschrijding van grenswaarden. Zoals in paragraaf 5.3 is vermeld, was dat voor wat betreft stikstofdioxide het geval langs 1 van de 6 onderzochte wegen en voor wat betreft fijn stof was dit het geval langs geen van de 6 onderzochte wegen. Vervolgens is voor die weg, met behulp van CAR, bepaald hoe groot de concentraties van luchtverontreinigende stoffen waren ter plaatse van de gevels van de woningen langs die wegen. Per straat is vastgesteld of er ter plaatse van de gevels sprake was van grenswaardeoverschrijdingen. Indien uit de berekening volgde dat er ter plaats van de gevels grenswaardeoverschrijding optrad, is het aantal blootgestelden langs die weg berekend door vermenigvuldiging van het aantal woningen langs die weg met de gemiddelde bezettingsgraad 2,3. Hieruit is naar voren gekomen dat het gaat om, naar boven afgerond, circa 5 burgers (circa 2 woningen* met bezetttingsgraad 2,3) die in 2004 zijn blootgesteld aan concentraties van stikstofdioxide en fijn stof die hoger waren dan de daarvoor geldende grenswaarden. straatnaam Prins Hendrikstraat Zevenbergen Grenswaardeoverschrijding Stikstofdioxide jaargemiddelde Fijn stof 24-uurgemiddelde trottoir gevel trottoir gevel ja nee nee nee A16 Zevenbergschen Hoek nvt ja nvt nee *Het aantal woningen is geschat, wordt nog nageteld door de RMD mbv de huisnummerkaart. 10

11 Bijlage 1

Bijlage 2

Bijlage 3

Bijlage 4

Bijlage 5

Bijlage 6

Bijlage 7