Zonder kwaliteit kunnen aanbieders van kunsteducatie het schudden



Vergelijkbare documenten
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG..

Visie muziekonderwijs en beeldende vorming Terneuzen

Meer klanten gezocht. en artistiek begeleiders in de amateurkunst. Henk Vinken en Teunis IJdens

Profielschets Voorzitter Raad van Toezicht Fonds voor Cultuurparticipatie. Cultuurliefhebber met brede kennis van politiek Den Haag

LKCA-onderzoek buitenschoolse kunstdocenten en artistiek begeleiders. Teunis IJdens Henk Vinken

Stapt cultuuronderwijs uit de schaduw van taal en rekenen?

VOOR ELKE BEOEFENAAR WAT WILS

Hoog opgeleid, laag inkomen

OVERBEZORGD OF VIJF VOOR 12?

Wat vinden wij belangrijk?

Kunstgebouw Beleidsplan

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Kunstgebouw Beleidsplan

Beleidskaders regionaal CULTUUR beleid. Beleid, trends en toekomstverwachtingen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Muzehof als Huis voor de podiumkunsten

Inkoop van buitenschoolse theatereducatie seizoen 2015/2016 Uitgangspunten en voorwaarden

Bezuinigingen muziekonderwijs

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Muziekonderwijs door centra en muziekscholen in het basisonderwijs

Samenhang en onderscheid activiteiten CultuurSchakel en Koorenhuis

CKE koers van care naar share. Eindhoven, september 2011

Inkoop van buitenschoolse muziekeducatie seizoen 2014/2015 Uitgangspunten en voorwaarden

Kwaliteitskader KunstKeur Individuele aanbieders Kunsteductie

Uitvoeringsprogramma Kunst en Cultuur Velsen

De basis voor onze actieve cultuurparticipatie verandert

INZICHT IN DE SITUATIE VAN DE LOKALE BUITENSCHOOLSE CULTUUREDUCATIE

Projectgroep 8: Briefing. CDE Muziekatelier. Eva Thomas & Silke Lauwers

Welkom bij Cultuureducatie en cultuurparticipatie in alle Staten! Utrecht, 2 maart 2015, TivoliVredenburg

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG. Datum 24 oktober 2014 Betreft Impuls cultuuronderwijs

Geacht college van B&W,

Dit is de Lindenberg. Onze filosofie. Geniet van talent. Strategisch Meerjarenplan

De onweerstaanbare verleiding om van kunst te genieten

Brief van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

levensstijl samenleving De cultuur is de van een Inhoudsopgave Inleiding 3 Missie en Visie 3 Strategie 4 Innoveren & leren 5

MUZEHOF REGIO ZUTPHEN/LOCHEM

Inkoop van buitenschoolse cultuureducatie seizoen 2015/ Rondom de (brede) school - Popmuziek - Dans - Beeldende Kunst Visie, uitgangspunten en

VERGADERING GEMEENTERAAD d.d.. AGENDA NR. Vul agendanr in. VOORSTEL Kunst- en cultuurbeleid Gennep De Kunst van Samen. Aan de Gemeenteraad

Kijk op actuele ontwikkelingen in beleid voor cultuureducatie en cultuurparticipatie

De actuele discussie over de btw-tarieven, de feiten en cijfers

Cultuureducatie, amateurkunst, cultuurcoaches

Den Haag, je tikt er tegen en het zingt VERSLAG. Debat- en netwerkbijeenkomst Amateurkunst in Den Haag. Koorenhuis, 9 december 2014

Tweede Kamer der Staten-Generaal

1. Opleidingsprofiel Culturele en Maatschappelijke Vorming : CMV in veelvoud : trendstudies bij Alert en Ondernemend 2.0

SEZ/ Lbr. 06/183

OP ZOEK NAAR EEN NIEUWE IDENTITEIT

Samen naar cultuur voor iedereen

ons kenmerk BAOZW/U Lbr. 12/108

Cultuur & Collegeakkoorden

Alvast hartelijk dank voor het invullen! De teams van Kunststation C, IVAK de Cultuurfabriek, Cultuur Educatie Stad en Museumhuis Groningen

Kunst, Cultuur en Educatie in gemeente Westland

RAADSINFORMATIEBRIEF. TITEL Implementatie Cultuureducatie met Kwaliteit (schooljaar )

Criteria voor Cultuur subsidie

Alle kinderen genieten van kunst en cultuur

Beweging die nu te zien is m.b.t. cultuureducatie binnen het primair onderwijs

ACTUELE ONTWIKKELINGEN EN TRENDS

HOE HELPT BELEID DE AMATEUR- KUNSTENAAR?

Gemeente Dalfsen, Cultuureducatie Projectplan Buitenschoolse activiteiten

en verder. 2.1 Cultuureducatie en -participatie

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA DEN HAAG

VAN EN VOOR KUNST EN CULTUUR IN DE REGIO RHEDEN. MEERJAREN BELEIDSPLAN 20 maart 2017

vast te stellen de volgende deelverordening: Deelverordening subsidie cultuur gemeente Nunspeet

Vernieuwde raamleerplannen Blaasinstrumenten & Slagwerk

BINK 36 RUIMTE TONEN: ENTREE

Cultuureducatie in het VMBO. Karin Hoogeveen Peter van der Zant

'Laat kinderen ook zelf kunst maken'

CULTUUREDUCATIE BOVEN

verdwijnen of veranderen

STRATEGISCH BELEID EFFICIËNT EN ZICHTBAAR NAAR EEN CENTRUM VOOR REVALIDATIE

Inventarisatie van het werkveld van de cultuurcoach

Nadere informatie over deze onderzoeken kan men verkrijgen bij Teunis IJdens:

Inhoudsopgave. 1. Inleiding pag Ontwikkelingen pag Uitvoeringskader RICK pag Financieel kader pag 7

NOTA VAN UITGANGSPUNTEN. Op weg naar nieuw beleid amateurkunsteducatie. voor de periode

Cultuureducatiebeleid. in Purmerend

Werkplan Scala Centrum voor de Kunsten Scala Staphorst

Versterken binnenstad Het aanbieden van een bibliotheekvoorziening

Scholen en culturele instellingen vinden elkaar. Goed cultuuronderwijs. partnerschap. Foto s kinderen en Paul Loermans: Hans Roggen

ECSD/U Lbr. 14/092

"Alle kinderen moeten kunnen genieten van kunst en cultuur"

HZO en jong talent : Quintijn van Heek uit Vlissingen

trends in het aanbod van de Centra voor de Kunsten

Cultuureducatie, geen vak apart

Beleidsnota kunst en cultuur Leren en meedoen! 2010 t/m 2012

TAKEN EN COMPETENTIES CULTUURCOÖRDINATOR

1. Welke gevolgen heeft het zelfstandig ondernemerschap voor de rechtspositie van het personeel van het Kunstbedrijf?

Drie bijeenkomsten voorzieningen actieve cultuurparticipatie april 2014

SEZ/U Lbr. 06/32

Wij vinden het erg fijn dat u geïnteresseerd bent in onze visie en ambities.

Basispakket Kunst- en Cultuureducatie. Naam spreker: Dick Bentvelzen Functie spreker: beleidsadviseur Jeugd en Onderwijs Amsterdam, 20 maart 2013

Visie van ToBe Cultuurcentrum op cultuureducatie in Dordrecht mei 2016

Programma Kinderen Maken Muziek

1. Het Lokaal convenant cultuur en onderwijs Leiden, juni 2015 vast te stellen waarin een visie op cultuuronderwijs,

Versterking. Visie & plan toekomst sportverenigingen in Nederland Professionalisering Positionering Samenwerking

Waar woorden tekort schieten spreekt de muziek

Visie muziekonderwijs gemeente Kapelle

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage AV/KO/2004/19004

Handreiking. Basis voor. Cultuureducatie

in het mbo Werken aan uitstroom - instroom

Transcriptie:

Zonder kwaliteit kunnen aanbieders van kunsteducatie het schudden De kwaliteitskwestie voor kunsteducatie in de vrije tijd Door Piet Hagenaars Nu aanbieders van kunst- en cultuureducatie steeds meer op eigen benen komen te staan, neemt het belang van een kwalitatief en betaalbaar aanbod toe. Mensen die in hun vrije tijd een cursus theater, schilderen of muziek willen volgen, gedragen zich immers net als gewone consumenten en zoeken naar een goede prijs-kwaliteitverhouding. Maar nu de overheid zich financieel en inhoudelijk terugtrekt, is het de vraag of de kunsteducatieve sector zich wel kwalitatief staande kan houden. Het is lokale muziekscholen en centra voor de kunsten ernst als het om de kwaliteit van hun aanbod gaat. Dat blijkt wel uit de activiteiten die zij samen met hun brancheorganisatie Kunstconnectie uitvoeren. De website van Kunstconnectie besteedt veel aandacht aan het thema kwaliteitszorg; zo vindt de bezoeker er informatie over certificering, toetsing en het landelijke keurmerk Cultuurkeur (Kunstconnectie 2014). Voor de branche zijn deze onderwerpen van belang om een kwalitatief hoogstaand aanbod te kunnen bieden, gericht op de vragen en wensen van deelnemers (Berg z.d.). Steeds meer instellingen en aanbieders van opleidingen zijn zich ervan bewust dat de zorg voor een hoge kwaliteit van diensten en producten een voorwaarde is voor hun voortbestaan. De concurrentie wordt groter, de klanten worden kritischer. Ook zeggen subsidieverstrekkers in toenemende mate zicht te willen hebben op de kwaliteit van de door hen gesubsidieerde instellingen (Kunstconnectie 2014). Een kwestie van vraag en aanbod? Als het gaat om de kwaliteit van lessen, cursussen, workshops en andere vormen van leren en lesgeven in instellingen voor kunsteducatie, kan de kwaliteit vanuit twee gezichtspunten worden bezien: vanuit de vraag (deelnemers) of vanuit het aanbod (professionals en instellingen). Deelnemers van verschillende leeftijden of ouders die lesaanbod zoeken voor hun kinderen informeren zich, vergelijken het aanbod en de prijs en schrijven zich dan in. Het is nauwelijks anders dan wat consumenten doen als ze iets willen kopen. Als het product - het cursus- of lesaanbod - niet bevalt, zoekt de potentiële deelnemer verder. De vraag is dan wat de doorslag geeft bij de beslissing om wel of niet deel te nemen aan bijvoorbeeld een schildercursus. Voorafgaand aan de inschrijving - de koopbeslissing - weegt de consument de positieve en negatieve punten van het aanbod tegen elkaar af en neemt de kosten mee. Ook het gevoel speelt bij de keuze een grote rol. Als het product eenmaal bevalt, deelt de consument deze positieve ervaring veelal binnen de sociale kring (off- en online). Deze mond-tot-mond reclame kan anderen beïnvloeden en zorgt voor de benodigde authentieke bewijslast richting andere (potentiële) klanten.

Voor de aanbieder speelt de kwaliteitskwestie een grotere rol. Een kwalitatief hoogstaand lesaanbod is één van de meest overtuigende manieren om klanten te verleiden en te behouden. Dit is met name het geval als sprake is van een veranderende lokale infrastructuur, bezuinigingen op subsidies en een toenemende concurrentie tussen verenigingen, instellingen en individuele docenten (Hagenaars 2014). Kwaliteitskeurmerk: geen animo? Om de kwaliteit van centra voor de kunsten vast te stellen, is de branche in 2004 een certificeringstraject met een daaraan verbonden keurmerk gestart. Initiatiefnemers waren brancheorganisatie Kunstconnectie, het sectorinstituut voor amateurkunst, Kunstfactor, de Vereniging Nederlandse Gemeenten en het Interprovinciaal Overleg. Begin 2010 zijn een kwaliteitskader en procedures voor certificering opgesteld (in 2012 is dit herzien). Sinds april 2013 is adviesbureau Hobéon de exclusieve aanbieder van de certificering (Kunstconnectie z.d. ). Minister Bussemaker vindt dat de kwaliteit van het aanbod een zaak is van de aanbieders zelf, of deze nu subsidie ontvangen of niet. Een keurmerk is volgens Hobéon van grote meerwaarde. Zo stelt het organisaties in staat zich beter te profileren in de markt en kan het een nuttig pr-instrument zijn (Hobéon z.d.). Toch is het onduidelijk of het keurmerk in een behoefte voorziet. De belangstelling voor de certificering is gering: op 20 augustus 2014 zijn 25 instellingen gecertificeerd. Het gaat om kunstencentra die alle lid zijn van Kunstconnectie. Daarbuiten heeft geen enkele organisatie het keurmerk. Zowel opdrachtgevers (bijvoorbeeld overheden en onderwijs) als deelnemers verwachten ook niet dat de aanbieder gecertificeerd is, laat staan dat zij dit eisen (KunstKeur 2013). Er is daarnaast enige kritiek op het certificeringstraject, omdat de nadruk ligt op beleid, visie, personeelszorg en administratieve processen. De inhoud en uitvoering van het lesaanbod zelf zijn geen onderwerp van certificering. Culturele instellingen zelf verantwoordelijk Minister Bussemaker stuurde op 20 juni 2014 een reactie op het advies Meedoen is de kunst van de Raad voor Cultuur (2014) aan de Tweede Kamer en spreekt daarin voornamelijk over kwaliteit in de trits toegankelijkheid, diversiteit, kwaliteit en spreiding. Zij constateert dat er veel verandert in en rondom de actieve cultuurparticipatie en dat al deze veranderingen ruimte bieden voor nieuwe initiatieven. Maar er zijn ook risico s en daarom moeten gemeenten en de rijksoverheid ervoor zorgen dat de vaste waarden uit het cultuurbeleid - toegankelijkheid, diversiteit, kwaliteit en spreiding - overeind blijven. Hoewel de Raad voor Cultuur in een van zijn aanbevelingen (Meedoen is de kunst 2014) het rijk vraagt de kwaliteit van de voorzieningen te borgen, gaat Bussemaker daar in haar brief niet op in. Net als de VNG (Kriens 2014) is zij van mening dat de kwaliteit van het aanbod een zaak is van de aanbieders zelf, of deze nu subsidie ontvangen of niet. En tijdens de regiobijeenkomsten die het LKCA in opdracht van het ministerie van OCW organiseerde, hebben de instellingen dit beaamd: zij stellen vast dat de zorg voor kwaliteit hun eigen taak is. De belangrijkste kwestie is dan of en hoe de instellingen de kwaliteit van het aanbod en voorzieningen regelen.

Het is de vraag wat er met de kwaliteit van de muziekscholen en centra voor de kunsten gebeurt als de overheid deze niet meer subsidieert. Een ander geluid over kwaliteit en overheidsbeleid komt uit de branche van centra voor de kunsten en de amateurkunst. Jan Brands, directeur Kunstconnectie, en Bart van Meijl, voorzitter KNMO, betoogden onlangs in de Volkskrant dat een discussie over cultuur vaak ontaardt in een plat verhaal over subsidiemiddelen. Toch gaat het niet alleen om geld. Niet wat iets kost is belangrijk maar wel de waarde die het heeft. De laatste jaren is de discussie over cultuur (onderwijs) te vaak gevoerd vanuit de kosten en de manier van financiering. Interessant is dan welke waarde Brands en Meijl aan cultuuronderwijs - in dit geval muziekonderwijs - toeschrijven: betrokkenheid bij de samenleving, ontwikkeling van (andere) normen en waarden, de ontwikkeling van creativiteit en [ ] het feit dat muziek mensen met elkaar verbindt, daar waar woorden ophouden. Het is de vraag wat er met de kwaliteit van de muziekscholen en centra voor de kunsten gebeurt als de overheid deze niet meer subsidieert. Zal de kwaliteit dan achteruit gaan omdat de overheid dan ook geen voorwaarden meer stelt aan de kwaliteit van activiteiten van gesubsidieerde instellingen? Als muziekscholen, centra voor de kunsten en verenigingen - bijvoorbeeld koren of hafabra-orkesten - echter vinden dat ze zelf verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van hun aanbod voor welke kwaliteitsthema s staan zij dan? Gaat het om behoud of over verbetering en ontwikkeling? Om goede docenten en begeleiders te vinden en te houden? Om specifieke kwaliteitseisen in verband met nieuwe uitingsvormen en andere doelgroepen? Kan de sector de eigen verantwoordelijkheid aan? Dat de instellingen hun aanbod en voorzieningen en daarmee hun kwaliteitszorg zelf op zich moeten nemen, ligt voor de hand. Deze eigen verantwoordelijkheid sluit aan bij het concept van de participatiesamenleving, dat onder meer door minister-president Mark Rutte naar voren is gebracht (Rutte 2014). Het is echter nog maar de vraag of er op kwaliteitsgebied ook gebeurt wat de brancheorganisatie graag wil. Pas toen de gemeenten begonnen met de geldkraan dicht te draaien kwamen de muziekscholen in beweging, echter zonder hierbij de inhoud en de kwaliteit van het onderwijsaanbod grondig onder de loep te nemen. In plaats daarvan besloot men het aanbod 'op te leuken' met hapklare brokken (kort lopende cursussen, workshops en zo) die voor het publiek drempelverlagend moesten werken, aldus Martin Boere (2014) onlangs in de Volkskrant. Boere schreef zijn brief naar aanleiding van het eerdere pleidooi van Geert Drion in diezelfde krant om de afbraak van het lokale buitenschoolse muziekonderwijs te stoppen. De gemeenten moeten bezuinigen en het muziekonderwijs staat niet hoog op de lokale prioriteitenlijst. Als er niets gebeurt, zijn er over vijf jaar nog maar weinig volwaardige muziekscholen over. En dit terwijl het cultuuronderwijs in de 'vrije tijd' een belangrijke bouwsteen is voor de vorming van autonome, creatieve burgers en een veerkrachtige samenleving. Naast de waarde van muziekonderwijs voor onderwijs en samenleving en voor talentontwikkeling wijst Drion op de gevolgen voor de beroepssector: niet alleen voor de docenten zelf (die als zelfstandig ondernemer geen volwaardig bestaan kunnen opbouwen), maar ook voor de vakopleidingen en de

kunstensector als geheel (Drion 2014). Boere stelt daar tegenover dat muziekscholen een jammerlijke traditie kennen van ondeskundigheid en geldverkwisting. De werkelijk bekwame muziekdocent bevindt zich in het particuliere circuit. [ ]Bovendien vindt de autonome burger de muzikale informatie die hij nodig heeft online. Indien hij dan toch om een leraar verlegen zit, is deze te vinden in het particuliere circuit, waar de werkelijk vakbekwame docent zich prima weet te redden (Boere 2014). Initiatief vanuit de sector van levensbelang Hoe de verantwoordelijkheid van overheid, burgers en aanbieders (profit en non-profit) voor de toegankelijkheid en kwaliteit, diversiteit en spreiding van voorzieningen gestalte moet krijgen, is een vraag die alleen in samenspraak met die partijen te beantwoorden is. Overheden kunnen de vernieuwing van het stelsel ondersteunen door niet voorop te lopen en te dirigeren, maar door te applaudisseren, pioniers te stimuleren en administratieve belemmeringen voor particulier initiatief weg te nemen. Facilitering en tijdelijke financiële ondersteuning om dit proces te verankeren, gaat een stap verder. Nog een stap verder gaat het meerjarig financieren van een of meer organisaties die een dragende rol krijgen in het vernieuwingsproces. Initiatief vanuit de sector zelf en van actieve burgers is de crux. Zonder initiatief, beweging en strategisch handelen vanuit het hart van de kunst- en cultuurbeoefening is er geen basis voor beleid op dit gebied (Hagenaars 2014). Krachtenveld De discussie tussen Drion en Boere laat het huidige krachtenveld zien, dat bestaat uit gesubsidieerde instellingen (Kunstconnectie) versus zelfstandige docenten (die geen belangenorganisatie hebben), opleidingen (kunstvakonderwijs en andere opleidingen), subsidiërende gemeenten, cursisten en deelnemers, en mensen die aanbod zoeken (niet georganiseerd). Literatuur Berg, O. (z.d.). Zorg voor kwaliteit: Het beleidsplan. Utrecht: De Kunstconnectie/VKV. Boere, M. (2014, 7 juli). Om de teloorgang van muziekscholen hoeft niet te worden getreurd. Volkskrant. Bussemaker, J. (2014). Beleidsreactie advies 'Meedoen is de Kunst'. [Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van de minister van OCW, Den Haag, 20 juni 2014]. Brands, J. & Meijl, B. van (2014). Te vaak ontaardt een discussie over cultuur in een plat verhaal over subsidiemiddelen. Utrecht/Arnhem: Kunstconnectie/KNMO. Commissie Kwaliteit Kunstconnectie (2012). Zorg voor kwaliteit. Herziening Kwaliteitskader Kunsteducatie & Amateurkunst. Utrecht: Kunstconnectie. Drion, G. (2014, 2 juli). Kamer, stop de afbraak van het muziekonderwijs. Volkskrant. Groot, R. de (2012). Een (online)marketingvisie op consumentengedrag. www.artform.nl/artformatie/een-onlinemarketingvisie-op-consumentengedrag, geraadpleegd op 20 augustus 2014. Hagenaars, P. (Ed.) (2014). Lokaal stelsel actieve cultuurparticipatie in transitie. Mapping document bij het advies van de Raad voor Cultuur Meedoen is de kunst (maart 2014). Utrecht: LKCA.

Hagenaars, P. & Hoorn, M. van. (2012). Kunstzinnige oriëntatie: de kwaliteit van de leerkracht. In M. van Hoorn (Ed.), Cultuureducatie: een kwestie van onderwijskwaliteit (pp. 48-71). (Cultuur+Educatie 33). Utrecht: Cultuurnetwerk Nederland. Hobéon (z.d.). Kunsteducatie en amateurkunst. http://www.hobeon.nl/certificering/organisaties/kunsteducatie_en_amateurkunst#acc42 /223, geraadpleegd op 20 augustus 2014. Kriens, J. (2014). VNG-reactie advies actieve cultuurparticipatie. [Brief aan het Ministerie van OCW van de voorzitter van de directieraad van de VNG, Den Haag, 20 mei 2014]. Kunstconnectie (z.d.). Kwaliteitszorg. http://www.dekunstconnectie.nl/kwaliteitszorg/cdu1057_kwaliteitszorg.aspx, geraadpleegd op 20 augustus 2014. Kunstconnectie (2014). Q&A Certificering CK Cultuurkeur. Utrecht: Kunstconnectie. KunstKeur (2013). Eindrapportage KunstKeur. Certificering in de kunsteducatie en amateurkunst. Utrecht: KunstKeur. Raad voor Cultuur (2014). Meedoen is de kunst. Advies over actieve cultuurparticipatie. Den Haag: Raad voor Cultuur. Rutte, M. (2014). Participatiesamenleving. [Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van de Minister President, Den Haag, 7 april 2014]. Vinken, H. & IJdens, T. (2014). Opleiding, werk en vooruitzichten van docenten in de buitenschoolse kunsteducatie [werktitel; verschijnt eind 2014].