Defensie partner bij Nationale Veiligheid. Herschikking verkenningseenheden. Tactische Indoor Simulator (TACTIS) Tankontwikkelingen in Zuid-Korea



Vergelijkbare documenten
Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure (GRIP)

Referentiekader GRIP en eisen Wet veiligheidsregio s

Crisisorganisatie uitgelegd

GRIP-teams en kernbezetting

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

1 De coördinatie van de inzet

Defensie en Nationale Veiligheid

GRIP-regeling 1 t/m 5 en GRIP Rijk

B2 - Hoofdproces Coördinatie en Commandovoering: GRIP Noord-Holland Noord

Beschrijving toets Basisscholing crisisbeheersing. Inhoud 1. Inleiding 2. Eindtermen 3. Leerboom 4. Leerstof 5. Toetsmatrijs

Reactie op rapport loov en ADD over ICMS

Introductie GRIP GRIP1 GRIP2 GRIP3 GRIP4 GRIP5 + GRIP RIJK

De veiligheidsregio Midden- en West-Brabant is gebaseerd op verlengd lokaal bestuur en is een samenwerkingsverband tussen 26 gemeenten.

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 11 Schaarste algemeen

Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2018

1. In de eerste volzin vervalt:, bedoeld in artikel 1, derde lid, van de Politiewet 1993,.

DOEN WAAR JE GOED IN BENT. De crisisorganisatie in Drenthe op hoofdlijnen

Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen

De Veiligheidsregio NHN in vogelvlucht Commissie Bestuur en middelen

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Grootschalige Geneeskundige Bijstand Geneeskundige hulpverlening bij grote incidenten

CONVENANT. SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES

Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland

Verzoek om medewerking bij opheffing Stichting GMK en wijziging Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Midden- en West Brabant

Toestemming tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord

Rol van de veiligheidsregio bij terrorismegevolgbestrijding. Paul Verlaan, Directeur Veiligheidsregio Brabant-Noord/ Brandweer Brabant-Noord

operationeel Ritmeester Gerwin Ravenhorst

Bepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening (Wet veiligheidsregio s)

Operationele Regeling VRU

Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Hollands Midden d.d. 12 november 2009 Agendapunt BG.2A Onderdeel AB Regionale Brandweer en GHOR Titel

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

Crisismanagement Groningen. Basismodule

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure GRIP) bijlage van het Regionaal Crisisplan Veiligheidsregio Twente

Functies en teams in de rampenbestrijding

Lokaal bestuur en de Wet veiligheidsregio s

VOORSTEL VOOR het AB VRU en het RC

Fase 1: Alarmeren. Stap 1. Stap 2. Stap 3. Actie. Toelichting. Betrokken partijen. Betrokken partijen. Actie. Toelichting. Betrokken partijen

Overdracht naar de Nafase (advies aan lokale gemeente)

Waar moet het heen met de crisisbeheersing? Prof. Dr. Rob de Wijk Den Haag Centrum voor Strategische Studies Campus Den Haag, Universiteit Leiden

Wat gaat er goed en wat kan er beter?

Raamconvenant betreffende militaire bijstand en steunverlening tussen de ministers van BZK, Defensie en Justitie

: Instellen van gemeenschappelijke regeling 'Veiligheidsregio Brabant-Noord"

5. Beschrijving per organisatie en

SST*** Aan de gemeenteraden in Zeeland. Onderwerp: Ontwerp-l e begrotingswijziging Geachte gemeenteraad,

Bijstand, militaire steunverlening en ondersteuning aan bevolkingszorg

Brandweer Haaglanden Bestuurlijke aansturing en Contouren brandweerorganisatie

Pastorale zorg bij rampen

Versie /6

Operationele Regeling VRU

Bijlage E: Observatievragen

in samenwerking met de 21 gemeenten in de Regio Zuidoost-Brabant Gecoördineerde Regionale Incidentenbestrijdings Procedure

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing

Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135): projectbeschrijving

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 23 Onderwijs

In the hot seat. NIBHV Ede 24 november de crisis samen de baas

Veiligheidsdirectie en Strategisch Overleg netwerkpartners

Vervoer gevaarlijke stoffen

Verbindende schakel in rampenbestrijding

Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio s, Politie en Openbaar Ministerie in Oost-Nederland

Nationale crisisbeheersing en CIMIC. Prof. dr. Rob de Wijk Directeur HCSS en HSD Hoogleraar IB Leiden

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 20 Sociale zekerheid

Organisatieverordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2007

Kaders voor de GRIP in Groningen, Friesland en Drenthe

DE NIEUWE GHOR. 24 NOVEMBER 2011 Jan Woldman

Toespraak bij de lancering van het Defensie Cyber Commando door de Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert op 25 september 2014 te Den Haag.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Beschrijving van de organisatie, verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden in het kader van de rampenbestrijding en crisisbeheersing.

Crisis besluit vorming / GRIP

Crisiscommunicatie: wie neemt de lead? Door: Roy Johannink & Eveline Heijna

Support. Brengt crisissimulatie tot leven

Aan Regiegroep Aan Veiligheidsdirectie Goedkeuring Dagelijks bestuur Vaststelling Algemeen Bestuur

Convenant betreffende militaire capaciteit voor civiele ondersteuning tussen de ministers van BZK, Defensie en Justitie

Erratum Regionaal Crisisplan Uitwerking calamiteitencoördinator (CaCo)

Voorgestelde maatregelen Systeemoefening Prisma 14 juni 2012

Gemeentelijk Draaiboek, gemeente Helmond. Organisatorisch deel. Alarmering Deelproces 1

Bovenregionale Samenwerking. Eindrapport uitwerkingsfase Eenheid in verscheidenheid

mei 2008 ERO VGWM Gezondheid Veiligheid Welzijn VGWM A WAY OF LIVING Standaards voor professionals, wees alert!

Nieuwe koersen. Veiligheidsregio Brabant Noord in een veranderende omgeving. Themabijeenkomst raden Land van Cuijk 16 januari 2013

GEMEENTE VALKEN SWAARD

AGP 13 REGIONAAL CRISISPLAN VEILIGHEIDSREGIO BRABANT-NOORD

FIRE PROTECTION CONSULTANTS

Multidisciplinair Opleiden en Oefenen

Pastorale zorg bij rampen

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 15 januari 2004

Beschrijving Incident- en crisismanagementorganen Drenthe/Assen

Adaptieve Krijgsmacht, samen slimmer en sterker!

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 2 Geneeskundige hulpverlening algemeen

Vastgestelde Besluitenlijst vergadering Dagelijks Bestuur Veiligheidsregio Brabant-Noord, d.d. 27 maart 2013.

Crisismodel GHOR. Landelijk model voor de invulling van het geneeskundige deel van het regionaal crisisplan. Versie 1.0 Datum 4 juni 2013

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Ondersteuning. Proces: Preparatie nafase. Positionering van proces in structuur

Voortgangsbericht projectopdrachten en voortgang Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio's

Grip op crises. Prof. Dr. Rob de Wijk Den Haag Centrum voor Strategische Studies Campus Den Haag, Universiteit Leiden

B1 - Basisplan en hoofdprocessen Inleiding en leeswijzer

Addendum Beleidsplan Bestuursvisie op fysieke veiligheid in Zeeland

AMBTSINSTRUCTIE COMMISSARIS VAN DE KONING

Programma. Even voorstellen. Beeldvorming. De Calamiteiten coördinator VRGZ

Reservist bij de Koninklijke Marechaussee. De leukste baan! naast je werk of studie

Transcriptie:

VAN DE REDACTIE Defensie partner bij Nationale Veiligheid Herschikking verkenningseenheden Tactische Indoor Simulator (TACTIS) Tankontwikkelingen in Zuid-Korea Jaargang 75 - uitgave 338 nummer 1-2014 Oefening African Winds 2013 VOC Mededelingen

NetApp Data ONTAP is the world s #1 storage OS? Yep, NetApp. In fact, NetApp saves IT more than $25 billion annually. Learn more at yepnetapp.com #yepnetapp 2012 NetApp. All rights reserved. NetApp, the NetApp logo and Data ONTAP are trademarks or registered trademarks of NetApp, Inc. in the United States and/or other countries. Source: NetApp internal estimates, June 2012: VNX, VNXe, Celerra NS can run any of Flare and Dart Operating Systems. Contribution of these products to the OS share has been estimated based on the proportion of NAS and SAN installations in these products (NAS Dart; SAN Flare).

Ereleden oud-res-lkol J. Moes, oud-res-maj E.J. Vinkhuyzen, oud-res-elnt ir. J.J. Heyse, bgen b.d. J.M.A. Thomas, lgen b.d. A.J.G.M. Blomjous, res-ritm jhr. ir. M.O.M. van der Goes. Dagelijks bestuur genm b.d. jhr. J.H. de Jonge oud-res lkol mr. D. van Zuidam res-elnt drs. R.J. Groot res-elnt mr. C.D.J. Bijleveld ritm b.d. G.H. Snellen lkol b.d. D.G.G.M. Alexander maj L.J.J. Reinders lkol D.M. Brongers oudres-ritm drs. J.M.S. van Griethuysen Wmr1 M. Wilms voorzitter vice-voorzitter secretaris penningmeester ledenadministratie bestuurslid bestuurslid toehoorder redactie toehoorder MNC toehoorder Kilacadmon Secretariaat res-elnt drs. R.J. Groot, Graaf Florislaan 64, 1405 BW Bussum, T 06-53408840 - E secretariaat@voc-cavalerie.nl Ledenadministratie, aanmelding lidmaatschap ritm b.d. G.H.Th. Snellen, Acaciastraat 4, 4921 MA Made, E ledenadministratie@voc-cavalerie.nl, Rekeningnummer 159555 t.n.v. VOC te Bussum. De leden wordt verzocht aan dit adres opgave te doen van adreswijzigingen, benoemingen, bevorderingen, onderscheidingen, eervolle ontslagen enz. Inloggegevens voor het besloten (alleen leden) deel van de website kunnen alhier worden opgevraagd onder vermelding van uw naam, rang en geboortejaar. Redactie kol A.A. Leuvering lkol D.M. Brongers lkol b.d. E. Westerhuis maj T.J.H.L.M. Van Rijckevorsel maj H. Plakke res-maj F. Koolhof elnt H.C.J. van Vulpen hr. Dennis Boom voorzitter redactie vice-voorzitter redactie eindredactie redactielid redactielid redactielid redactielid redactielid De redactie dringt er bij de scribenten op aan de kopij en bijbehorende foto s elektronisch (min. 300 dpi) aan te leveren. Overname artikelen - met bronvermelding - is toege staan. Commerciële exploitatie Green Paper Association, Hr. J.J. Akkerman, Reijnier Vinkeleskade 14 B, 1071 SP Amsterdam, T 06-53 56 95 50 E john.akkerman@greenpaper-association.com Het adverteren door bedrijven in de VOC Mededelingen houdt niet in dat deze bedrijven automatisch de voorkeur hebben bij het verwerven van producten/diensten door het ministerie van Defensie. Redactieadres lkol b.d. E. Westerhuis - T +31 341 266630 E e.westerhuis7@upcmail.nl E redactie@voc-cavalerie.nl - W www.voc-cavalerie.nl E webmaster@voc-cavalerie.nl UITGAVE 338 INDEX Van de redactie 4 Van de Voorzitter 5 Defensie als partner in Nationale Veiligheid 7 Herschikking verkenningseenheden 13 Tactische Indoor Simulator (TACTIS) 19 Oefening African Winds 2013 25 Geografische controlemaatregelen 30 bij het verdedigend gevecht Tankontwikkelingen in Azië: Zuid-Korea 35 Toekomstvisie: I-intel & RoboCav 40 Interview met Genm b.d. Henk Morsink 45 Vaandelgroet Koninklijke Landmacht 49 Finland koopt Nederlandse Leopard-2 tanks 50 Algemene Vergadering VOC 51 VOC-Mededelingen 52 Personeel 56 In Memoriam 57 Regelmatig terugkerende bijeenkomsten 58 VOC-activiteitenkalender 59 19 35 45 Vormgeving DRUK Concept & Design Druk Practicum - Soest - www.practicum.nl Coverfoto Fennek ISAF Achterblad 41 Tkbat - Munster Nord 1982 Kopij voor het volgende nummer inzenden voor 1 mei 2014 VOC Mededelingen 3

VAN DE REDACTIE Van een gestencild blaadje... Voor u ligt het eerste nummer van het blad dat dit jaar 75 jaar oud is. Het is daarmee één van de langst bestaande vakbladen van de wapens en dienstvakken van de Koninklijke Landmacht. Het bestuur, en als uitvoerend orgaan de redactie, mag met trots terugkijken hoe het gestencilde blaadje dat in januari 1936 voor het eerst werd opgesteld is verworden tot een volwaardig en rijk geïllustreerd vakblad met een breed scala aan onderwerpen. Om dit niveau te bestendigen kijkt de redactie elke keer weer naar verbetermogelijkheden. Dit doen we graag met u samen, dus schroomt u niet uw ideeën hierover te ventileren richting de redactie. Alle contactgegevens vindt u terug in de colofon op bladzijde 3. Wij roepen u allen ook op uw artikelen te blijven insturen. Het jaar begint eigenlijk met een droeve gebeurtenis. De overgebleven Leopards 2A6 zijn verkocht aan Finland. De gehele overdracht zal verspreid worden over vijf jaar. Tegelijkertijd is het bekend geworden dat een peloton Nederlandse huzaren hun tankopleiding gaat krijgen op Duitse tanks op de Panzertruppenschule in Munster, allemaal om de tankkennis op peil te houden. Ondanks het verdwijnen van de Nederlandse tanks binnen het wapenarsenaal van Defensie, blijven de tanks een belangrijk onderdeel van ons operationele optreden. Bataljonscommandanten van pantserinfanteriebataljons oefenen regelmatig met Duitse tankeenheden tijdens hun opwerktraject. Dit is noodzakelijk om de kennis zo goed mogelijk overeind te houden, een duidelijk gecommuniceerde opdracht van Commandant Landstrijdkrachten. Vanuit de redactie proberen we u op de hoogte te houden van internationale tankontwikkelingen, de laatste tijd vooral geschreven door ritmeester Michael de Pauw Gerlings. Vorige keer ging het over de Type 10 van de Japan Ground Self Defense Force, dit keer praten we u bij over de tankontwikkelingen in Korea. Verder zijn we verheugd dat we u weer een breed assortiment aan artikelen kunnen presenteren. We kijken in de toekomst naar robotica: de nieuwe cavalerie? We zijn ook in het nu met de herschikking van verkenningseenheden, de trainingssimulator TACTIS en lichten we de rol van het Commando Landstrijdkrachten toe bij Nationale Operaties. Uiteraard eindigen we, zoals u van ons gewend bent, met de mededelingen van de Vereniging. Deze mededelingen waren de reden om 25 lustra geleden dit blad op te zetten en waar het ook zijn naam aan te danken heeft. De redactie wenst u veel leesplezier! 4 VOC Mededelingen

VAN DE VOORZITTER & Wapenoudste... Veel jaren kon ik mijn inleiding voor het kwartaalblad VOC Mededelingen afwisselend laten aanvangen met de verwijzing naar de functie Voorzitter VOC en naar de functie Wapenoudste. Ik heb vaak van de keuzemogelijkheid gebruik gemaakt; gedreven door de dominerende aspecten en thema s in die bewuste inleiding. Dit keer is het de laatste maal dat ik dit doe. Immers op 2 mei hoop ik de functie van Wapenoudste der Cavalerie over te dragen aan Brigade-generaal der Cavalerie G.W. (Gijs) van Keulen, uiteraard lid van onze Vereniging. Die overdracht vindt plaats onmiddellijk na afloop van onze jaarlijkse Herdenking Gevallenen der Cavalerie rondom ons gerenoveerde en uitgebreide Monument op de Bernhardkazerne. Ik kijk erg uit naar deze waardevolle bijeenkomst omdat wij met een geplaatst kunstwerk en met naamplaquettes, onze gevallenen in vredesoperaties, dus recent gesneuvelde cavaleristen, nu voor het eerst ook zichtbaar kunnen betrekken bij die jaarlijkse herdenking. En hiermee is dan ook op dat gebied de brug tussen de Meidagen, Nederlands-Indië, Korea en het heden weer geslagen. Het aantreden van een nieuwe jonge Wapenoudste is goed; meer dan ooit moet de Cavalerie vooruit kijken, zelfs veel verder en veel gewaagder dan the other side of the hill. Het artikel van Hans van Dalen in deze uitgave getuigt daar van. In een levendig en herkenbaar geschreven fictie beschrijft hij een gevechtsoperatie in de toekomst, wat hem betreft in de nabije toekomst omdat veelal de middelen en systemen die hij op opbrengt in zijn stuk technisch al bestaan. De auteur ziet grote overeenkomsten tussen zulke soort operaties en het cavalerie optreden door de eeuwen heen. Het gaat dan om denken in tijd en ruimte, het gebruik maken van de diepte en de manoeuvre, hetgeen bij uitstek het optreden van zware tankeenheden zo domineerde. Ook hier wordt een brug geslagen met het heden en zelfs de toekomst. De vraag werpt zich dan ook op of de cavalerie met haar unieke eigenschappen dit nieuwe domein van robots in de landomgeving zich niet moet toe-eigenen. Ik laat deze vraag vooralsnog onbeantwoord, maar doe wel een beroep op alle jongere collega s om hierover na te denken en de expertise en inzichten snel eigen te maken. Als kansen haalbaar blijken, moet je ze wel pakken. Dit voorjaar ritselt het van boeiende momenten om elkaar te begroeten. Wat denkt u van het bijzondere treffen rondom 200 jaar Nederlandse Cavalerie op 23 April te Amersfoort, waarvoor u allen een invitatie hebt gekregen. Ik roep u op om dat in persoon mee te maken! De Algemene Vergadering van leden van de Vereniging op 5 april in Rotterdam. De VOC auto rally vanuit Maarsbergen waar u zich voor kunt inschrijven, met of zonder auto! De excursies en ceremoniën in de omgeving van Quatre Bras op 13 juni, georganiseerd door de diverse regimenten en de Stichting Monument QB. Neem deel aan die evenementen, ook al als voorbereiding en wegverkenning bij uw aanwezigheid te Waterloo in 2015 ter herdenking van 200 jaar Nederlandse Cavalerie Regimenten en waar wij Wellington in staat stelden zijn veldslag te winnen. Op 28 juni marcheren de Veteranen Cavalerie onder één aanduiding te samen met de actief dienende detachementen en het reünieorkest Trompetterkorps der Cavalerie in Den Haag. U kunt u aanmelden! Het Cavalerie Ere-Escorte houdt op 14 september een internationaal defilé met ruitereenheden uit de ons omringende landen op het Lange Voorhout, dit mag u écht niet missen! En dat geldt uiteraard ook het VOC 80 jaar jubileumdiner op 26 september te Utrecht. U gaat daar tweehonderd medeleden treffen, allen met een goed verhaal en een goed gesprek. Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat de Vereniging én de Cavalerie leeft! En zo hoort het ook, immers we zijn dat aan elkaar verplicht. VOC Mededelingen 5

NATIONALE VEILIGHEID ALS STRUCTURELE PARTNER IN NATIONALE VEILIGHEID Kolonel Anthony Leuvering Wie van u herinnert zich Opplan 10 (Militaire Bijstand en Steunverlening) nog? Ik richt me met deze vraag vooral tot de ex-dienstplichtige wapenbroeders en de oud beroepscollegae die (hoofdzakelijk) in Nederland hebben gediend. De kans is groot dat u zich in ieder geval herinnert dat u op vrijdagmiddag uw uitrusting in een afgesloten goederenzak met de sluiting vanzelfsprekend alle naar dezelfde zijde boven op uw PSU-kast heeft gelegd. Wellicht komen ook nog de vermanende woorden van de eskadronsopper naar boven die tijdens het verlofgangersappèl op vrijdag duidelijk maakte om op gezette tijden op bepaalde radiozenders af te stemmen; immers, een van onze vele dijken zou kunnen doorbreken, of wie weet iets anders ernstigs zou kunnen gebeuren. VOC Mededelingen 7

NATIONALE VEILIGHEID In deze bijdrage voor de VOC Mededelingen neem ik u kort en met grote halen mee in de wereld van nationale inzet. Het wordt geen droge opsomming van wetsartikelen, massa s facts and figures om de pagina s te vullen en is vanwege de toebedeelde ruimte ook zeker niet alomvattend. Ik beperk mij tot aan het brigadeniveau, al gebeurt daarboven vanzelfsprekend ook het nodige. Het landelijke crisismanagementsysteem komt dus niet aan de orde. Verder vertel ik u waarom nationale inzet steeds nadrukkelijker in beeld is en de ontwikkelingen op dat gebied zich in een stroomversnelling bevinden. Daarna licht ik u in hoe de civiele crisisbeheersingswereld om ons heen is opgebouwd en hoe wij daarin zijn verankerd, om vervolgens met een fictief crisisscenario in het noorden des lands en onze bijdrage daaraan af te sluiten. Intensivering Civiel Militaire Samenwerking In 2005 hebben de ministers van Defensie en Binnenlandse Zaken & Koninkrijksrelaties (BZK) Civiel-Militaire Bestuurs Afspraken (CMBA) gemaakt. Deze afspraken zijn in 2006 nader uitgewerkt in wat we Intensivering Civiel Militaire Samenwerking (ICMS) noemen en vastgelegd hebben in de Catalogus ICMS. Nu de ICMS-afspraken al weer een tijdje vastliggen en er sprake is van gegarandeerde capaciteiten ter ondersteuning van onze civiele partners, is nu het moment gekomen om de samenwerking een meer structurele rol te geven en de weeffouten uit de ICMS-afspraken te halen, kortom: onze samenwerking te versterken. Daar komt bij dat de civiele partners op basis van opgedane ervaringen meerbehoeftes en mogelijkheden ter verbetering hebben onderkend. De doelstelling van het versterken van de civiel militaire samenwerking is een verdere intensivering van de samenwerking tussen de ministeries voor Veiligheid en Justitie én Defensie voor nationale veiligheid, nu en in de toekomst. De rol van het ministerie van Defensie als structurele veiligheidspartner wordt hiermee verder verankerd. Hierbij wordt nadrukkelijk uitgegaan van de reeds bestaande ICMS-afspraken uit 2007, die onverkort van kracht blijven, maar worden ook de nieuwe bestuurlijke inrichting (NCTV, MinVenJ), nieuwe inzichten, opgedane kennis en ervaringen alsmede nieuwe ter beschikking staande capaciteiten beschouwd. Uiteindelijk moet dit leiden tot een slagvaardige, efficiënte en toekomstvaste samenwerking voor de veiligheid van de Nederlandse burgers. Maar vanwaar dan de accentverschuiving qua aandacht in de richting van nationale inzet de laatste jaren? De reden is in ieder geval niet omdat we expeditionair niets grootschaligs meer om handen hebben. Trouwens, ook tijdens de achter ons liggende Uruzganperiode timmerde onze Landmacht nationaal aardig aan de weg. De redenen zijn makkelijk op te sommen. Interne en externe veiligheid raken steeds meer verweven en de dreigingsappreciatie is sinds nineeleven duidelijk veranderd. Ook neemt de schaalgrootte van rampen en crises toe, waardoor steeds vaker een multidisciplinaire aanpak noodzakelijk is. Tot slot is het veranderde draagvlak van Defensie en het groeiende besef van onze meerwaarde zichtbaar. En succes buit je uit, nietwaar? Ontwikkelingen op het gebied van landoptreden Het landoptreden is en blijft in ontwikkeling en is onderwerp van voortdurende studie. C-LAS heeft met zijn Toekomstvisie Landoptreden, Beslissen in het gevecht, bouwen aan veiligheid, vijf voor Nationale Inzet relevante ontwikkelingen beschreven. Het Commando Landstrijdkrachten (CLAS) moet een meer nadrukkelijke veiligheidspartner zijn, waarbij het potentieel moet groeien en waarbij het credo Operaties zijn Operaties ook op Nationale Inzet van toepassing is Beslissen in het gevecht, bouwen aan veiligheid legt meer de nadruk op een Comprehensive Approach. Dit houdt onder andere in dat het CLAS meer de samenwerking met externe elementen zoekt om de doelen te bereiken Het CLAS wil in de toekomst meer gezamenlijk oefenen met civiele partners Het CLAS wil kennisuitwisseling op het gebied van Nationale Inzet intensiveren De drie brigades van het CLAS blijven leidend en regio gebonden Onze nationale taken Onze ondersteuning van civiele autoriteiten is in eerste instantie te verdelen in structurele en niet-structurele taken. Voor de structurele taken hoeft geen apart verzoek om bijstand of steunverlening te worden ingediend. Ze zijn vast- 8 VOC Mededelingen

NATIONALE VEILIGHEID gelegd in wet- of regelgeving of er zijn specifieke afspraken over gemaakt. In dit betoog zal ik ze niet verder toelichten, maar denk hierbij bijvoorbeeld aan de grens- en luchtruimbewaking. Dit ligt anders voor de niet-structurele taken die vervolgens weer onder te verdelen zijn in Militaire Bijstand, Militaire Steunverlening en Maatschappelijke Dienstverlening. De krijgsmacht voert Militaire Bijstand op de eerste plaats uit op grond van de Politiewet 2012. Hierbij is een onderverdeling te maken in ondersteuning van de handhaving van de openbare orde en ondersteuning van de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde. Militaire Bijstand kan ook worden uitgevoerd op basis van de Wet Veiligheidsregio s tijdens een ramp dan wel crisis, of bij ernstige vrees voor het ontstaan hiervan. Militaire Steunverlening wordt uitgevoerd in situaties waarbij de openbare of economische belangen in het geding zijn en vindt plaats op grond van de Regeling Militaire Steunverlening in het openbaar belang 2004. Tot slot kennen we ook nog de zogenaamde Maatschappelijke Dienstverlening. Met nationale veiligheid heeft dit weinig van doen, maar ik noem het hier omdat het soms op Militaire Bijstand of Militaire Steunverlening lijkt. Het is het echter niet, want het betreft militaire steun aan derden, niet zijnde de overheid. We steunen vooral initiatieven die charitatief van aard zijn, of in het kader van goed nabuurschap staan en vooral met het oogmerk bij te dragen aan de positieve beeldvorming over Defensie. Het is vervolgens incidenteel van karakter en het moet vooral passen binnen ons reguliere takenpakket. Tot slot mogen we wel verrekenen, maar doen we dat in principe niet. De civiele crisisbeheersingswereld en de borging van Defensie daarin Nederland is verdeeld in vijfentwintig veiligheidsregio s en een dergelijke regio is een vorm van verlengd lokaal bestuur en heeft een gemeenschappelijke regeling als juridische grondslag. Zij beoogt de burgers beter te beschermen tegen risico s en betere hulp te verlenen bij rampen en crises door het versterken van bestuurlijke en operationele slagkracht. In zo n regio werken brandweer, geneeskundige diensten, politie en gemeentes samen en zij worden ook wel de vier kolommen genoemd. Defensie zit in alle regio s op een van de niveaus daarbinnen aan tafel. Wij maken er geen geheim van dat Defensie van de kwalificatie structureel vangnet af wil en graag de vijfde kolom wordt. Oftewel: een structurele partner, zoals u in de tweede paragraaf heeft kunnen lezen. Voordat ik overga tot de interne organisatie/besturing van een veiligheidsregio (interessanter voor dit betoog) nog kort iets over het contact van de regio s met de bestuurlijke bovenwereld. Er is een veiligheidsberaad dat bestaat uit de vijfentwintig voorzitters van de veiligheidsregio s en de positie van dit gremium is in de wet geregeld. Naast intern overlegorgaan is het beraad het officiële aanspreekpunt voor de Minister van VenJ om afspraken te maken op het gebied van rampenbestrijding en crisisbeheersing. Verder stemt dit forum de koers af met het bestuur van de Vereniging Nederlandse Gemeenten en de commandanten van de politieregio s. De civiele (crisis-)managementstructuren zijn vergelijkbaar met onze eskadrons-/compagnies-, bataljons- VOC Mededelingen 9

NATIONALE VEILIGHEID staven en brigadehoofdkwartieren voor wat betreft hun optreden in de dagelijkse routine (de zogenaamde koude fase) en de crisis- (de zogenaamde warme ) fase. Ze veranderen namelijk qua benaming (eskadron wordt team), structuur (toevoeging van speciale stafofficieren/adviseurs), bevoegdheden (mandaat) etc. Ik hoef u als (reserve-)militair niet te vertellen dat voor effectieve crisisbeheersing gedegen voorbereidingen en oefeningen/trainingen noodzakelijk zijn. Ook is het daarvoor noodzakelijk elkaar te kennen en te begrijpen. Daarom hebben de betrokken ministeries afspraken gemaakt over borging in elkaars structuren. Het dagelijkse reilen en zeilen binnen een veiligheidsregio vindt plaats binnen ten eerste het veiligheidsbureau. Hierin zijn functionarissen van de diverse operationele diensten als ambtelijke ondersteuning georganiseerd. Het is dit bureau waarbinnen een officier van onze defensieorganisatie geplaatst is (de Officier Veiligheidsregio (OVR)) en gemiddeld drie à vier dagen per week zijn werkzaamheden uitvoert. Een dag per week keert hij terug naar een van de drie brigadehoofdkwartieren voor overleg. Onze Landmacht vult deze positie in zestien regio s met een majoor. De overige negen zijn gelijk verdeeld over de Marine, Luchtmacht en Marechaussee, die hun stoelen met een ranggenoot vullen. Ook zijn deze officieren allen binnen een van onze brigades geplaatst. Het dagelijkse reilen en zeilen in het veiligheidsbureau behelst niet alleen beleidsmatige en bedrijfsvoeringactiviteiten, het organiseren van opleiding en training, maar is zeker ook de plaats waar het gros van de militaire activiteiten (Militaire Bijstand c.q. Steunverlening) ter ondersteuning van onze civiele partners wordt gedetecteerd en opgestart. Ten tweede zijn er de gremia Dagelijks- (DB) en Algemeen Bestuur Veiligheidsregio (AB). Beiden worden voorgezeten door de burgemeester van de grootste gemeente/stad (gemeten naar aantal inwoners) in de regio. In het eerste geval betreft het een klein forum, in het tweede zitten alle burgervaders en moeders van de regio aan. Tijdens hun periodieke bijeenkomsten in de koude fase schuiven o.a. ook de regionaal brandweercommandant, de commandant van de politieregio, de directeur van de geneeskundige hulpverleningsorganisatie (GHOR), de (hoofd-)officier van justitie, de dijkgraaf, een vertegenwoordiger van de Commissaris van de Koning van de provincie waarin de regio is gesitueerd en uw schrijver als Regionaal Militair Commandant (RMC)/ Rijksheer aan. Maar hoe treffen deze dames en heren elkaar dan in de warme fase? Crisis in de provincie Het lijkt erop dat het een mooie rustige dag in de Veiligheidsregio Groningen wordt. Voor alle denkbare hulpverleners geldt de zogenaamde 0-fase, oftewel: er is geen centraal gecoördineerde incidentbestrijding nodig en de werkzaamheden verlopen volgens de dagelijkse routine. Als een van de bij de bestrijding betrokken hulpdiensten echter daar aanleiding toe ziet, kan deze een zogenaamde GRIP-fase afkondigen, meestal GRIP-1. De afkorting staat voor Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure en vergelijk die gerust met onze SOP s. Maar schijn bedriegt want een leiding van een chloor verwerkend bedrijf op het chemiepark van Delfzijl slaat lek en er ontstaat een kleine brand. Er komen vooralsnog kleine hoeveelheden chloor vrij en enkele medewerkers hebben brandwonden en ondervinden ademhalingsmoeilijkheden als gevolgen van het inademen van het vrijgekomen chloor. De meldkamer van het bedrijf alarmeert de hulpdiensten en politie, brandweer en ambulances verschijnen op het bedrijventerrein. De aanwezige disciplines voeren direct een zogenaamd motorkapoverleg. Het is nog steeds een incident van beperkte afmetingen, maar er is wel behoefte aan coördinatie en GRIP-1 wordt aansluitend afgekondigd. Ter plaatse wordt een zogenaamd Commando Plaats Incident (COPI) samengesteld uit de operationeel leidinggevenden (officieren van dienst (OvD)) van de verschillende hulpdiensten. Er is echter nog geen sprake van eenhoofdige leiding. De OVR zit al wel in het net, maar maakt geen deel uit van het COPI. Afhankelijk van de plaatselijke afspraken wordt de burgemeester van Delfzijl en de commandanten van de brandweer en politie evenals de directeur GHOR gewaarschuwd. Al snel blijkt dat meerdere chlooropslagtanks zijn beschadigd en dat vrijgekomen chloor in wolkvorm zich langzaam in zuidwestelijke richting verspreidt. Doordat het ongeval een effect heeft op het gebied om het incident heen is verdere opschaling nodig. GRIP-2 wordt afgekondigd en een Operationeel team (OT) wordt ingesteld waarbij een van de OvD n de leiding neemt over de aanwezige disciplines; vaak is dit de bevelvoerder van de brandweer, anders meestal de politie. Ondertussen komt het Regionaal Operationeel team (ROT) samen om de inzet van de diensten op afstand te leiden. Het is dit forum waarin in de meeste regio s onze OVR n plaatsnemen. Tot slot wordt, als dat al niet was gebeurd, de burgemeester van Delfzijl gealarmeerd. Hij zal de kernstaf van het Gemeentelijk Beleidsteam (GBT) laten alarmeren om hem bij te staan. De chloorwolk verspreidt zich langzaam over de wijken binnen de gemeente en er ontstaat onrust onder de bewoners. Inmiddels hebben ook de (landelijke) media ruime aandacht voor het incident. Omdat het welzijn van (grote groepen van) de bevolking binnen één stad/gemeente wordt bedreigd, komt de burgemeester bijeen met zijn volledige GBT om op bestuurlijk niveau sturing te geven aan de bestrijding van de gevolgen van de ramp. Het is dit gremium waarin de RMC (op uitnodiging) plaatsneemt. Hij staat op 10 VOC Mededelingen

NATIONALE VEILIGHEID Voor zover hij al niet was uitgenodigd, zal de RMC nu ongetwijfeld gealarmeerd worden om in het team plaats te nemen. alle alarmeringslijsten en wordt al dan niet door tussenkomst van de OVR gealarmeerd. Inmiddels is GRIP-3 een feit. Het effectgebied van de ramp overstijgt als gevolg van de aantrekkende wind de gemeentegrenzen; de wolk drijft langzaam richting het drielandenpunt Friesland-Groningen- Drenthe en heeft o.a. Appingedam, Slochteren en de zuidoostelijke buitenwijken van de stad Groningen geschampt. Het is duidelijk dat het niet langer een gemeenteprobleem is. Er wordt opgeschaald naar GRIP-4 en de Coördinerend Bestuurder (in dit geval de burgemeester van Groningen) roept het Regionaal Beleidsteam (RBT) bijeen. Voor zover hij al niet was uitgenodigd, zal de RMC nu ongetwijfeld gealarmeerd worden om in het team plaats te nemen. Defensieondersteuning van proces tot inzet middelen Wat is er ondertussen zoal gebeurd? In het ROT blijkt dat er behoefte is aan aanvullende transportcapaciteit omdat inmiddels alle beschikbare particuliere bussen al zijn ingehuurd. Verder is er behoefte aan meetcapaciteit om vast te stellen waar en hoe hoog de chloorconcentraties zijn. Ook blijkt dat geen enkele zeecontainer vanuit de Eemshaven Nederland mag verlaten zonder te zijn ontsmet en is de regionale opvangcapaciteit voor de geëvacueerde burgers onvoldoende qua omvang. De voorzitter van het ROT vraagt de OVR of Defensie hierin kan steunen. Pro-actief als hij is, heeft hij allang de mogelijkheden geïnventariseerd en adviseert hij bij het invullen van de aanvraag. Zoals inmiddels gewoon binnen onze organisatie geeft hij aan de voorzitter aan vooral gewenste effecten te beschrijven, zodat wij daar de middelen bij kunnen zoeken. Verder stelt hij zichzelf de vraag of de aanvraag wel realistisch is, of het wel een taak voor Defensie is, of deze middelen toch niet in de organisatie van de aanvrager aanwezig zijn en of ze eventueel ook niet commercieel beschikbaar zijn (concurrentiebeding). Tot slot zoekt hij uit of we de ondersteuning mogen uitvoeren of niet (wet- en regelgeving), welke uitstraling dit geeft m.b.t. onze organisatie en wie dit allemaal dan zouden kunnen uitvoeren. De formele aanvraag vindt ondertussen zijn weg via de Voorzitter Veiligheidsregio (de burgemeester van Groningen) en het Landelijk Operationeel Coördinatie centrum (LOCC) naar het Ministerie van VenJ. De Commissaris van de Koning in Groningen wordt geïnformeerd. Aan Defensiezijde gaat de aanvraag van de OVR richting VOC Mededelingen 11

NATIONALE VEILIGHEID het hoofdkwartier van 43 Gemechaniseerde Brigade om via Staf Commando Landstrijdkrachten aan de Directie Operaties van de Defensiestaf te worden aangeboden. Van daaruit wordt de aanvraag voorgelegd aan de Directeur Juridische Zaken van ons Ministerie. Naast deze Koninklijke weg zijn alle organisatieniveaus vanzelfsprekend direct telefonisch in kennis gesteld en hebben we allang een idee van wat wel en niet mogelijk is qua capaciteiten en of het al dan niet kan/mag. Dat betekent dat eenheden meestal al gewaarschuwd en zo mogelijk onderweg zijn. Ook hier geldt dat de competentie initiatief maatgevend is; Commandant Landstrijdkrachten is daar buitengemeen duidelijk over. Na formele toestemming volgen (al dan niet achteraf) de geschreven orders en wordt de RMC als Commandant Militaire Middelen (CMM) aangewezen. De toegewezen middelen worden immers onder bevel gesteld van de civiele partijen en toezicht blijft daarom noodzakelijk. De CMM-functie bergt o.a. de red card holder in zich. Defensie heeft positief op de steunaanvraag gereageerd. Vrachtauto s geschikt voor personenvervoer van zowel 43 Gemechaniseerde Brigade als het Operationeel Ondersteuningscommando Land hebben hun weg naar onze meest noordoostelijke provincie gevonden. Ook de genisten van 101 CBRN Verdediginsgcompagnie van 11 Pantsergeniebataljon hebben zich met hun meet- en ontsmettingscapaciteit in het net gemeld. Tot slot heeft Defensie de Willem Lodewijk van Nassaukazerne (Marnewaard) ter beschikking gesteld voor de opvang van evacuees. Blijft het hierbij? Wie weet, maar Commandant Landstrijdkrachten is ook hierin zeer duidelijk: alle 20.000 mannen en vrouwen van onze Landmacht zijn er van. Dat betekent dat in dit scenario bijvoorbeeld ook nog gevraagd had kunnen worden om inzet van drones ter ondersteuning van de politie om geëvacueerde wijken te helpen observeren etc. De mogelijkheden zijn in ieder geval (nagenoeg) onbeperkt. Om af te ronden informeer ik u nog graag hoe de militaire crisisorganisatie met betrekking tot Nationale Inzet op brigadeniveau vorm is gegeven. De CMM kan als hij daartoe aanleiding ziet het Militaire Actiecentrum (MAC) activeren. Dit is vergelijkbaar met een opsroom. Naast actief dienend personeel zoals een OVR en een communicatiemedewerker, bestaat de bezetting onder andere uit een Hoofd Dienstploeg en twee Officieren Dienstploeg, een Vastlegger en Liaisonofficieren, allen reservist. Om 24/7-optreden (ook bij meerdere gelijktijdige incidenten/rampen) mogelijk te maken, is er vanzelfsprekend behoefte aan voortzettingsvermogen. Achter de RMC/CMM staan tot zes reserve luitenant-kolonels opgesteld, achter iedere OVR zeker drie reserveofficieren. Ook het MAC heeft zoveel personeel achter de hand dat het drie dienstploegen kan uitbrengen. Al met al bijna tachtig reservisten van wachtmeester/sergeant tot luitenant-kolonel binnen de staf van 43 Gemechaniseerde Brigade om Nationale Inzet mee tot een succes te maken en ons te helpen als structurele partner te wortelen. Voelt u zich als reservist aangesproken? Neem gerust eens contact op! A-Cie 42 BLJ assisteert bij een rampenbestrijdingsoefening op Bonaire 12 VOC Mededelingen

HERSCHIKKING VERKENNINGSEENHEDEN HERSCHIKKING VAN DE JISTARC Op pagina 20 van deze maatregelennota staat: Binnen het JISTARC wordt één verkenningseskadron omgevormd naar een inlichtingenverkenningseskadron dat meer specialistische verkenningstaken kan uitvoeren. Het tweede verkenningseskadron van JISTARC wordt opgeheven en benut voor versterkingen binnen de analysecapaciteit van het JISTARC, het versterken van de keten door het invullen van de koppelvlakken tussen JISTARC en haar klanten, het versterken van aerial system capaciteit en voor het oprichten van een Brigade Verkenningseenheid onder 11 Luchtmobiele Brigade (LMB). Door deze herschikking wordt de manoeuvre- en inlichtingen-verkenningscapaciteit binnen de grondgebonden verkenningscapaciteit versterkt en worden tekortkomingen in het Inlichtingen & Veiligheid (I&V) veld binnen JISTARC gerepareerd. VERKENNINGSEENHEDEN Majoor Henry Plakke De Minister van Defensie heeft, zoals opgedragen in het regeerakkoord haar nota In het belang van Nederland opgesteld. Deze nota gepubliceerd op Prinsjesdag 2013 is specifiek gericht op de krijgsmacht maar heeft gevolgen voor de hele defensieorganisatie. Deze gevolgen zijn door het ministerie van Defensie verwoordt in de maatregelennota 1 als gevolg van de nota In het belang van Nederland. Hierin worden, in de vorm van concrete maatregelen, de consequenties toegelicht die volgen uit de keuzes in de nota. Als bijzonderheid staat vermeld dat deze herschikking budgetneutraal moet worden uitgevoerd. De omvorming van cavalerie verkenningseenheden is op zich niets nieuws. Altijd al zijn de verkenners aan veranderingen onderhevig geweest. Van zelfstandige verkenningseskadrons, verkenningsbataljons, brigade verkenningspelotons naar de uiteindelijke vier verkenningseskadrons die we nu hebben. De samenstelling van de verkenningseenheden veranderde ook. VOC Mededelingen 13

HERSCHIKKING VERKENNINGSEENHEDEN In het verleden reden er ongepantserde wielvoertuigen, tanks, mortier- en tirailleurvoertuigen rond bij de verkenning. Maar hoewel de grootte en samenstelling veranderde, bleef de hoofdtaak altijd hetzelfde: verkennen en bewaken gericht op manoeuvreverkenningen. Met de maatregelen die nu aangekondigd zijn gaan een gedeelte van de verkenners ook daadwerkelijk anders optreden. Voor de juiste beeldvorming een stukje ontstaansgeschiedenis van de huidige verkenningseskadrons: 41 Brigade Verkenningseskadron (BVE) is opgericht in 1999 met middelen van het C-esk 103 Verkenningsbataljon, 42 BVE (voormalig A-esk) en 43 BVE (voormalig B-esk) werden in 2001 paraat gesteld na het reserve stellen van 103 Verkenningsbataljon. In 2006 is 41 BVE na het opheffen van de 41e gemechaniseerde brigade overgegaan van Seedorf naar het ISTARbataljon (nu JISTARC) in t Harde en omgenummerd naar 103 Grondgebonden Verkenningseenheid (GGVE). Tegelijkertijd werd in 2006 104 GGVE opgericht, dit eskadron met de overgenomen tradities van 104 Verkenningsbataljon is per 1 januari 2007 operationeel gesteld. In de loop van de tijd is in de volksmond de term JVE in plaats van BVE ontstaan voor 103 en 104: JISTARC Verkenningseenheid. Herschikken van de JVE n was tot voor kort niet mogelijk. De staven van beide verkenningseskadrons van JISTARC zijn altijd randvoorwaardelijk geweest voor de uitvoering van de vijf modules (waarvan continu twee modules inzet gereed) waarvoor JIS- TARC conform de Aanwijzing Gereedstelling Commandant Der Strijdkrachten (AGCDS) verantwoordelijk was. In opdracht van de CDS is de studie Inlichtingen & Veiligheid netwerk uitgevoerd. Hier is onder andere gekeken naar mogelijke verbetering van de gereedstelling en geïntegreerde training van (delen van) het I&V netwerk. Door de hierop volgende verfijning van de AGCDS 2 is het mogelijk geworden om de in te zetten modules af te stemmen op de missie. Dit heeft de weg vrij gemaakt voor een andere inzet van de verkenningseskadrons. Herschikking is mogelijk geworden aangezien beide JVE-staven nu niet meer randvoorwaardelijk zijn voor de inzet van een JISTARC module. Maatregelen herschikking Verkennings-, Analyseen VCMS-capaciteit 3 1. Omvormen van één JVE naar een inlichtingenverkenningseskadron Het voorstel om één van de verkenningseskadrons van JISTARC om te vormen naar een inlichtingenverkenningseskadron heeft alles te maken met de behoefte van JISTARC naar een eenheid die meer specialistische verkenningstaken kan uitvoeren. De manoeuvreverkenningscapaciteit bij de brigades is gerelateerd aan slagkracht en dus gericht op effectbrengers. Inlichtingenverkenningscapaciteit is gericht op het verzamelen van informatie voor het All Sources Information Cell (ASIC) om deze in staat te stellen een geïntegreerde analyse van het heersende krachtenveld in en om het operatiegebied te maken. Het verzamelen is hier het doel op zich, en niet een deeltaak van een grotere operatie. Deze wijze van opereren staat bekend als de inlichtingenoperatie en deze is uiteraard ondersteunend aan een grotere operatie. Het ASIC is in staat om inlichtingen te produceren over alle relevante actoren en factoren die het krachtenveld van het operatiegebied vormen. Dit betreft het gehele PMSEII 4 domein, waarbij het militaire domein (M) en het infrastructurele domein (I) voornamelijk wordt afgedekt door manoeuvre- en genieverkenners. Dit laat de onderdelen politiek, economie, sociaal (cultureel) en informatie nog open. Alle informatie die het ASIC nodig heeft uit de vijf deelvelden (personen, organisaties, goederen, locaties, gebeurtenissen en hun onderlinge relaties) en die te velde waargenomen kunnen worden moeten dus, voor zover mo- 1 Nota maatregelen a.g.v. Nota In het belang van Nederland, 17-september-2013, BS2013018015 2 Aanwijzing Gereedstelling CDS 2014-2018. Herziening n.a.v. de Nota In het belang van Nederland. Versie 2.0. Standdatum 11 sept. 2013 3 Bron: Nota Herschikking Verkennings-, Analyse en VCMS-capaciteit binnen het JISTARC van C-JISTARC kolonel R. van Zanten 4 PMESII factoren en actoren kenmerkend voor de Human Dimension: politiek, militair, economisch, sociaal (cultureel), infrastructuur en informatie. 14 VOC Mededelingen

HERSCHIKKING VERKENNINGSEENHEDEN gelijk, verzameld worden door JISTARC verkenners. Het spreekt voor zich dat het verzamelen van gegevens en informatie uit deze domeinen een hele andere dynamiek en dus ook een andere wijze van optreden vereisen. Om te komen tot voor het ASIC werkbare producten, die eer doen aan de complexiteit van de vijf deelvelden van de PESII factoren zullen vaak meerdere langdurige operaties moeten worden uitgevoerd. De factor tijd is significant anders dan bij manoeuvreverkenningseenheden. In het hedendaagse operatiegebied, waar naast militaire factoren ook de rest van PMESII van belang is, hoeven de relevante actoren en factoren van inlichtingenwaarde niet gerelateerd te zijn aan een geografische positie binnen de operatie. Zij kunnen zich overal binnen het gebied van verantwoordelijkheid bevinden, en zelfs daarbuiten. Dit heeft zijn weerslag op het optreden van de JISTARC verkenners. Zij hebben geen, in ruimte afgebakend, operatiegebied maar moeten door het gehele vak, tussen de andere eenheden, kunnen optreden en zelfs in gebieden die voor andere verzamelorganen moeilijk of niet toegankelijk zijn. De factor ruimte is dus ook significant anders dan bij manoeuvreverkenningseenheden. Organogram inlichtingenverkenningseskadron (JVE) Het nieuwe inlichtingenverkenningseskadron kent reducties en versterkingen. De reducties vinden plaats binnen het stafpeloton (-zeven functies) en het logistieke peloton (-drie functies). Door de reductie van drie officieren is de staf van het eskadron minder goed in staat om mission-managers ten behoeve van de ISTAR-modules te leveren. Deze tekortkoming wordt opgelost door deze functionaliteit binnen de verkenningspelotons te beleggen die voor deze taakuitvoering worden versterkt. Versterkingen vinden plaats binnen de verkenningspelotons, die gelijktijdig worden hernoemd naar hun specialisatiegebieden Urban, Rural en Technical Sensors. Urban Verkenningspeloton (UVP) Het UVP is gespecialiseerd in het uitvoeren van alle mogelijke vormen van verkennings- en bewakingsactiviteiten in verstedelijkt gebied. Van reguliere inlichtingenverkenningstaken tot surveillance opdrachten in bijvoorbeeld een Verbeterde Civiel Militaire Samenwerking (VCMS) setting. Daarnaast dient dit peloton in staat te zijn Non Source HUMINT operaties (VOC Mededelingen 2012-2) in dit type terrein uit te voeren. Dit peloton wordt versterkt met één verkenningssectie van 12 functies. Rural Verkenningspeloton (RVP) Het RVP is gespecialiseerd in het uitvoeren van alle mogelijke vormen van verkennings- en bewakingsactiviteiten in niet-verstedelijkt gebied. Naast reguliere inlichtingenverkenningstaken dient dit peloton surveillance- en VCMS-taken uit te kunnen voeren op lange en/of korte afstanden en in gebieden die niet of moeilijk toegankelijk zijn voor reguliere eenheden. Daarnaast dient dit peloton in staat zijn Non Source HUMINT operaties in dit type terrein uit te voeren. Dit peloton wordt eveneens versterkt met één verkenningssectie van 12 functies. Technical Sensor Peloton (TSP) Het TSP is gespecialiseerd in het verzamelen van gegevens met behulp van platform- en technische systemen en sensoren. Het te gebruiken platform blijft niet beperkt tot de Fennek, ook het gebruik van overige militaire voertuigen en meer discrete platformen als civiele voertuigen en technische waarnemingsmiddelen als bijvoorbeeld de UAS Raven, onbemande grondsensoren en foto-, video- en audioapparatuur behoren tot de mogelijkheden. Tevens is dit peloton in staat de overige twee pelotons, over de gehele breedte van hun optreden, te ondersteunen als enabler en zelfstandig Sensitive Site Exploitations uit te voeren. Daarnaast levert dit peloton de tweede VCMS Raven groep. De versterkingen van het UVP en het RVP zijn nodig, omdat hiermee het voortzettingsvermogen ten behoeve van het regulier expeditionaire lange afstandsverkenning optreden en het modulaire optreden is gegarandeerd en tevens de mogelijkheid bestaat om, gelijktijdig, nationaal te kunnen worden ingezet in het kader van VCMS. Daarnaast zijn de pelotons in staat invulling te geven aan de mission managementfunctionaliteit die eerder door de staf werd ingevuld. Opvallend is dat het Fire Support Team (FST) wegvalt. Deze vuursteuncapaciteit is in de nieuwe taakstelling van het eskadron niet meer benodigd en wordt ingevuld door een Tactical Air Control Party (TACP) op eskadronsniveau die samenwerkt met de Joint Fires Operator (JFO) die binnen de verkennings- VOC Mededelingen 15

Shrike VTOL TM Wasp AE Raven AeroVironment is the leading supplier of small unmanned aircraft with more than 24,000 air vehicles delivered in 25 countries. Puma TM AE you define the mission. we provide the solution. To learn more visit: www.avinc.com/uas GCS or contact: Cyril Berg Director of Business Development Phone: +1 (805) 501-3735 Email: Berg@avinc.com

HERSCHIKKING VERKENNINGSEENHEDEN Raven Organogram BVE bij LMB pelotons aanwezig zijn. Hetzelfde voorstel is ook gedaan voor 42 en 43 BVE. Dit levert een reductie op van acht functies. 2. Reparatie analysecapaciteit 106 Inlichtingeneskadron De reparatie van de analysecapaciteit behelst een kwantitatieve uitbreiding van 106 Inlichtingeneskadron met 14 functies. Deze zullen worden gebruikt voor een extra ASIC. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid om twee langdurige operaties te ondersteunen en biedt het extra ruimte voor trainingsondersteuning en opdrachten in het kader van VCMS. 3. Oprichten van een BVE bij 11 Luchtmobiele Brigade (11 LMB) De reparatie van verkenningscapaciteit voor 11 LMB is gebaseerd op het feit dat 11 LMB niet beschikt over een eigen GGVE. De inlichtingen voor LMB-operaties werden door zorg van het divisieverkenningsbataljon aangeleverd. Na het opheffen van dit bataljon is niet voorzien in een alternatief. Zeker bij gemotoriseerd optreden is eigen brigade manoeuvreverkennings-capaciteit noodzakelijk. Het oprichten van een BVE onder LMB komt tegemoet aan de behoefte van de brigadecommandant om, op zijn eigen niveau, over eigen informatieverzamelcapaciteit te beschikken. Doctrinair gezien wordt hiermee ook de drieslag bij de BVE n gerepareerd. Het eskadron zal gaan bestaan uit een staf- en logistiekpeloton, twee organieke verkenningspelotons Fennek en wordt aangevuld met het reeds binnen de luchtmobiele brigade aanwezige Pathfinderpeloton. Dit peloton bestaat organiek uit 22 functies maar wordt aangevuld door twee functies uit het organieke JVE om qua personeelssterkte op hetzelfde hoogte te komen als de twee verkenningspelotons. De aansturing van een BVE gebeurt vanuit de sectie G2 van de brigade. 11 LMB krijgt dit BVE als extra eenheid en zal daarom versterkt worden met drie functies. Deze zullen moeten komen uit de reductie van de FST n bij 42 en 43 BVE. 4. Invullen koppelvlakken tussen JISTARC en haar klanten De sectie S3 van JISTARC zal worden versterkt met twee functies bij de CCIRMgroep. Zij zullen het koppelvlak gaan vormen tussen JISTARC en zijn klanten t.b.v. het modulaire optreden. 5. Versterken aerial system capaciteit UAS RAVEN De aerial system capaciteit zal versterkt worden door extra UAS RAVEN capaciteit op te nemen in het Technical Sensor Peloton van het nieuwe inlichtingenverkenningseskadron. Afsluiting Bij deze herschikking verliezen we onder aan de streep geen enkele functie voor het vakgebied I&V. Wel houden we minder echte verkenners over en moeten we maar afwachten hoe het in de toekomst gaat met het BVE wat over gaat naar LMB. In de stukken wordt hardnekkig gesproken over Brigade Verkennings Eenheid i.p.v. eskadron. Of dit eskadron tot het Regiment Huzaren van Boreel (met of zonder rode baret) blijft behoren is natuurlijk de vraag. De tijdsspanne is nog onbekend en gezien de omvang zal het een nieuw reorganisatietraject worden. Er zal nieuw materiaal moeten worden aangekocht voor met name het inlichtingenverkennerseskadron en de opleidingen zullen inhoudelijk moeten veranderen en we zullen wellicht op zoek moeten naar expertise in de landen om ons heen. Ook de loopbaansporen om eventueel over te kunnen stappen van een manoeuvreverkenningseskadron naar een inlichtingenverkenningseskadron en visa versa zullen beschreven moeten worden. Het belangrijkste is dat we met dit voorstel de werkzaamheden van de inlichtingenverkenner worden erkend en geformaliseerd en dat we de geconstateerde tekortkomingen op het gebied van verkenning-, analyse- en VCMS capaciteit repareren. Wat de gevolgen voor het Regiment Huzaren van Boreel zijn, zal de tijd moeten leren. VOC Mededelingen 17

Panasonic raadt Windows 8 Pro aan. TOUGHPAD: TABLETS VOOR ROBUUSTE MOBILITEIT IN THE FIELD AL MEER DAN 17 JAAR PRODUCEREN WIJ ROBUUSTE MOBIELE TOUGHBOOK COMPUTERS. NU IS ER OOK EEN COMPLETE LIJN ROBUUSTE TABLET PC S DIE TEGEMOET KOMEN AAN DE VRAAG NAAR MEER COMPACTHEID EN LICHT IN GEWICHT, MAAR UITERAARD CONFORM DE BEKENDE TOUGHBOOK KWALITEIT! FZ-G1 GECERTIFICEERD VOOR DEFENSIE Onze ruggedized tablets zijn er in verschillende groottes voor uiteenlopende toepassingen: gaande van een groot 13 inch beeldscherm tot een compact 7 inch beeldscherm dat eenvoudig op de man te dragen is. De nieuwe Toughpad tablets voldoen aan de MIL-Standaard (MIL-STD810G) voor o.a. schokbestendigheids- en temperatuurklasses en aan de Ingress Protection standaard IP65 voor water- en stofbestendigheid. De TOUGHPAD geeft u optimale bewegingsvrijheid en toegang tot uw data en applicaties, ook onder de meest extreme omstandigheden! Voor vrijblijvend advies contacteer ons op: +31 73 640 2576 (Nederland) +32 2 481 03 73 (België) Of stuur ons een e-mail op toughbook.benelux@eu.panasonic.com www.toughbook.eu JT-B1 FZ-A1 CF-D1 Intel, het Intel logo, Intel Core, Intel vpro, Core Inside en vpro Inside zijn handelsmerken van Intel Corporation in de V.S. en andere landen. Google en Android zijn handelsmerken van Google Inc.

TACTIS Majoor C.A. Lukose In 1997 heeft de toenmalige staatssecretaris van Defensie drs. J.C. Gmelich Meijling de Tweede Kamer geïnformeerd over de wijze waarop een uitbreidbaar, modulair simulatie systeem voor de Koninklijke Landmacht zou worden verworven 1. In dit systeem konden verschillende wapensysteemsimulatoren worden samengevoegd rondom een centrale kern, teneinde doelmatig invulling te geven aan reeds binnen de KL aanwezige behoefte tot ondersteuning van technische, tactische en/of commandovoering leerdoelen met behulp van geavanceerde onderwijs leermiddelen (GOLMn). De centrale, leidende rol voor de Leopard 2A5 simulator binnen dit concept is (met de wetenschap van de huidige tijd) een saillant detail. Op basis van het TACTIS-concept is overgegaan tot de realisatie van een simulatie systeem met de primaire doelstelling met behulp daarvan te voorzien in de ondersteuning van initiële opleiding (O) en training (T) van gemechaniseerde eenheden (cavalerie en pantserinfanterie) tot en met eskadrons- en compagniesniveau. Binnen de opleidingstaak diende het systeem te kunnen voorzien in de geautomatiseerde ondersteuning van procedurele (schiettechnische) leerdoelen van zowel de initiële opleiding (niveau I) als voortgezette schietopleiding (VSO - niveau II en III). Om in deze taak te kunnen voorzien is gekozen voor een high fidelity simulator (natuurgetrouwe fysieke nabootsing van het wapensysteem met inbegrip van systeem werking/gedrag) Leopard 2A5 in combinatie met computer assisted instruction (CAI) software, welke in staat moest zijn automatisch de technisch (on)juiste uitvoering van voorgeschreven procedures te beoordelen, eventuele fouten terug te koppelen op leerlingen alsmede de geboekte VOC Mededelingen 19

TACTIS Naast simulatoren beschikte TACTIS over 36 werk stations bestemd voor scenario ontwikkeling, terrein database & 3D modellenbeheer, management van opleidings- of trainingssessies en 5 evaluatie (after action review/ AAR) ruimten, waarvan 2 mobiel. Door de vervanging van het pantserinfanterievoertuig YPR is TACTIS uitgebreid met aanvullende simulatoren teneinde de pantserinfanterieeenheden dezelfde ondersteuning te kunnen bieden als voor de cavalerie reeds mogelijk was. Om voor dit nieuwe wapensysteem in de opleidingstaak te kunnen voorzien, is het systeem uitgebreid met eveneens high fidelity CV9035NLD simulatoren die eveneens gebruik voortgang te registreren zonder interventie van een instructeur. TACTIS was de beoogde vervanger voor taken die voorheen belegd waren in de bedieningssimulator (BSM) en de pelotonsvuurleidingstrainer (PVT) Leopard. Gebruik makend van dezelfde high fidelity simulatoren (al dan niet aangevuld met ook in TACTIS aanwezige generieke simulatoren ten behoeve van gevechts- of logistieke ondersteuning), kon tevens invulling gegeven te worden aan de tactische leerdoelen tot en met eskadronsniveau. Ter behoeve van de pantserinfanterie-eenheden is bij aanvang van het project een alternatieve route gekozen. Aangezien duidelijk was dat verschillende wapensystemen in de toekomst zouden worden uitgefaseerd (YPR- PRAT) of de voortdurende aanwezigheid van op dat moment beschikbare middelen in KL dienst gedurende de life cycle van het TACTIS systeem nog onduidelijk was (YPR-PRI, YPR- CO), is gekozen voor medium fidelity (beperkt natuurgetrouwe fysieke nabootsing) weergave van voornoemde wapensystemen uit de YPR familie in combinatie met zgn. dismounted posities ter weergave van de uitgestegen gevechtskracht. Deze YPR simulatoren zijn niet voorzien van CAI software, maar zijn primair bestemd voor het behalen van tactische leerdoelen tot en met compagniesniveau. Gezien de gemeenschappelijke koppeling aan de zgn. TACTIS kern zijn alle voornoemde wapensysteemsimulatoren tevens bruikbaar ter ondersteuning van teamvorming voor tank of pantserinfanterie zware compagnieën of eskadrons. Initiële omvang simulatoren Op basis van de voornoemde uitgangspunten bestond de initiële leveromvang van het TACTIS systeem uit de volgende simulatoren: Leopard2A5: 15 simulatoren (8 mobiel ter ost O&T op off site locaties t/m niv III) YPR765: 16 simulatoren (14 PRI en 2 CO uit-voeringen stationair) Generieke simulatoren: 8 simulatoren (simulatie 16 verschillende gevechtsondersteuning/logistieke voertuigen stationair) Dismounted posities: 16 simulatoren (uitgestegen capaciteit stationair) 1 Bron: http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/kamerstukken/1997/01/08/ tactische-indoorsimulatie-en-simulator-wapensysteem-leopard-2a5.html kunnen maken van CAI software (in overeenstemming met de vigerende wapensysteem specifieke procedures) waarmee dezelfde ondersteuning op niveau I, II of III geboden kan worden in zowel O als T, zoals eerder beschreven voor cavalerie eenheden. Huidige omvang simulatoren CV9035NLD: 13 simulatoren (8 mobiel ter ost O&T op off site locaties t/m niv III) Leopard2A5: 15 simulatoren YPR765: 16 simulatoren Generieke simulatoren: 8 simulatoren Dismounted posities: 24 simulatoren (per mobiele CV90 simulator is 1 positie toegevoegd) Naast de genoemde simulatoren zijn aanvullende werkstations (uitbreiding tot 40) en evaluatieve ruimten (uitbreiding tot 9, waarvan in totaal 4 mobiel) toegevoegd aan het systeem. Gebruik simulator generiek Gezien de duale taak in zowel O als T en het beperkte aantal simulatoren (aantallen afgestemd op ondersteuning van één compagnie) is TACTIS 20 VOC Mededelingen