EINDRAPPORT 98-35/A-17 PH-BWG, Beech A36 17 juni 1998, Luchthaven Eelde

Vergelijkbare documenten
RAPPORT Noodlanding na motorstoring met het ultralicht vliegtuig Comco FOX C 22, registratie PH-2N8 Lelystad, 2 mei 1999

EINDRAPPORT /A-08 PH-765, Schleicher ASK 23 B 26 juli 1998, Vliegveld Hilversum

Den Haag, december 2001

EINDRAPPORT 98-19/S-02 PH-GBF, Cameron Grolsch april 1998, Nabij Loosdrecht

EINDRAPPORT 98-31/A-14 PH-CBA en PH-DBX 13 juni 1998, Vliegveld Hilversum

RAPPORT Overtrokken op lage hoogte met het zweefvliegtuig PIK-20E, registratie PH-750, op zweefvliegveld Terlet, 2 april 1999

EINDRAPPORT 97-64/A-20 PH-2T7, Rans S-6S Super Coyote II 19 september 1997, nabij Lelystad

EINDRAPPORT 98-39/A-21 PH-JAW, Piper PA-28RT juni 1998 Vliegveld Midden-Zeeland

Noodlanding na mislukte oefening motorstoring met de PH-JJM, een Reims F152, nabij Stolwijk op 9 juni 2002

ALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING. Nummer voorval: Datum, tijd 1 voorval: 24 mei 2010, uur

Samenvatting. Verlies van controle over de richtingsbesturing tijdens waterlanding, Consolidated PBY-5A Catalina

Den Haag, December 2001

Samenvatting. Noodlanding na gedeeltelijk verlies van motorvermogen

MINISTERE DES COMMUNICATIONS ET DE L INFRASTRUCTURE MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR

Vliegoefeningen Ikarus C-42

Raad voor de Transportveiligheid (RvTV) nu en in de toekomst

EINDRAPPORT 97-67/A-21 PH-LVK, Cherry BX 2 31 oktober 1997, Middelburg

EINDRAPPORT 97-63/A-19 OO-LJR, Robinson R22-B 18 september 1997 Sittard

Samenvatting. Botsing in de lucht tijdens de training voor een luchtvaartvertoning

ALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING FEITELIJKE INFORMATIE. Nummer voorval: Datum, tijd 1 voorval: 19 mei 2007, uur

Samenvatting. Botsing met vliegtuigtrekker door verlies van remdruk, BAe Avro RJ85

Hand- out Boeing 737 vliegen. hand- out- PU.01

Gemaakt door Nico van Dam, t.b.v december 2006.

Hand- out Boeing 737. hand- out- PU.01

MINISTERE DES MINISTERIE VAN COMMUNICATIONS VERKEER EN E T D E INFRASTRUCTUUR L INFRASTRUCTURE

ALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING FEITELIJKE INFORMATIE. Nummer voorval: Datum, tijd 1 voorval: 28 mei 2005, uur

ALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING. Nummer voorval: / Datum, tijd 1 voorval: 26 april 2009, uur Nabij zweefvliegveld Terlet (EHTL)

Direct teruggekeerd na rook in de cockpit

GENERAL AVIATION (GA) BACK TO BASICS. Serie 1: les 8:

Neergestort tijdens nadering

lucht afzetten. Lucht heeft niet een vaste plaats zoals we weten. Hiervoor heeft men een systeem ontwikkeld waarop we hierna in zullen gaan.

ALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING FEITELIJKE INFORMATIE. Nummer voorval: Datum, tijd 1 voorval: 31 maart 2008, uur

PPL of LAPL vliegopleiding Uw droom wordt werkelijkheid

Samenvatting. Onjuist opgelijnde start vanaf baan 24, Amsterdam Airport Schiphol

BACK TO BASICS Serie 1: les 6: landingstechnieken

DHC-6 TWIN OTTER. Leo Wagenaar

UITGEBREIDE SAMENVATTING Extended summary in Dutch

Verlies van controle tijdens doorstart Op Amsterdam Airport Schiphol

De theorielessen beginnen jaarlijks begin september en u kunt tussentijds instappen.

Vliegtuigtechniek HtHJ/VSH/Vliegtuigtech._v01 dec2010 1

BACK TO BASICS GENERAL AVIATION (GA) Serie 1: les 9: Als de dingen niet volgens plan verlopen

RAPPORT PRAKTISCH EXAMEN RPAS

Basis Veiligheidsreglement Modelvliegsport versie 2.01 juni 2013 Pagina 1 van 6

ALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING FEITELIJKE GEGEVENS. Nummer voorval:

HAVENGELDREGELING Groningen Airport Eelde 2018

Afdeling Modelvliegsport

Dit rapport berust op het ongevallenrapport van vliegveld Hilversum, de schriftelijke verklaring van de bestuurder en enkele getuigenverklaringen.

VOORZORGSLANDING NA BESTURINGSPROBLEMEN ALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING

Vliegen met een Cessna 172

TENNET R380 KV AANVULLENDE ANALYSE BOTSINGSRISICO

instuction inovators Oefenprogramma Cessna 172

DRONES Ontwikkelingen regelgeving in Nederland. Hanneke van Traa-Engelman Journée Schadee 13 april 2017

Gelet op artikel 5.7 van de Wet luchtvaart en artikel 56 van het Luchtverkeersreglement;

Voorstel voor een. VERORDENING (EG) nr. /.. VAN DE COMMISSIE van [ ]

BREVETREGLEMENT. Federatie Limburgse RC Vliegers. Brevetreglement FLRCV 2018 Pagina 1

Inzet Schiphol- Oostbaan

MAASTRICHT AACHEN AIRPORT BV HAVENGELDREGELING 2014 INGANGSDATUM 01 APRIL 2014 ALLE IN DEZE HAVENGELDREGELING VERMELDE BEDRAGEN ZIJN EXCLUSIEF BTW

ALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING FEITELIJKE INFORMATIE. Nummer voorval: Datum, tijd 1 voorval: 5 februari 2010, uur

Ongevalsonderzoek LAT-BRZO voorlichtingsbijeenkomst bedrijven. Mareille Konijn

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/133 VAN DE COMMISSIE

Feitelijke informatie. Samenvatting. Omschrijving van het voorval

Tijdens de landing van de baan geraakt

AEROCLUB MARITIME VLIEGSCHOOL

Losgeschoten remklepstang Rolladen-Schneider LS 4-b zweefvliegtuig

BREVETREGLEMENT. Federatie Limburgse RC Vliegers. Brevetreglement FLRCV 2017 Pagina 1

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Ontwerp. VERORDENING (EU) nr. / VAN DE COMMISSIE

Een vluchtje met een ILS Landing.

PERSBERICHT. Onderzoeksraad waarschuwt Boeing voor mogelijke gebreken in radiohoogtemeter Boeing

Defensief circuitvliegen

BESTURINGSPROBLEMEN ALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING

Publicatieblad van de Europese Unie

ALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING FEITELIJKE INFORMATIE. Nummer voorval: Datum, tijd 1 voorval: 11 september 2007, uur

Night VFR. Nachtzicht

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Onderzoek aangepast baangebruik

Aerodynamica Overtrek en tolvlucht. Luchtdruk neemt af, Vervolgens neemt de luchtdruk weer toe.

1 of :21

FS Holland. Made by P.E. van Dusschoten

ANONIEM BINDEND ADVIES

ADVIES. inzake de klacht van: de heer A, vader van B, klager gemachtigde: mevrouw mr. M. Shaaban. tegen

Handhavingsrapportage Rotterdam The Hague Airport 2014

Bijlage 1, bedoeld in artikel 10, onderdeel a, van de Regeling opleidingsinstellingen voor luchtvarenden 2001.

EXAMENPROCEDURE. De opleiding heeft tot doel leerlingen op te leiden tot het veilig vliegen onder zichtvoorwaarden (VFR).

Reglementering LEM Antwerpen NV met betrekking tot de luchthavenvergoedingen vanaf 01/04/2017

Dodelijk ongeval bij werkzaamheden in koelruimte Ms. Sierra King, voor de kust van Namibië

STAATSCOURANT. Nr

Rapport. Datum: 25 juli 2005 Rapportnummer: 2005/214

ALGEMENE GEGEVENS SAMENVATTING FEITELIJKE GEGEVENS. Nummer voorval: Datum, tijd 1 voorval: 25 oktober 2006, uur

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1971 VAN DE COMMISSIE

Neergestort tijdens lierstart

Thresholdverlichting beschadigd tijdens landing

RT BIJ VFR (aangepast voor DFN-vliegers)

BIJLAGE BIJ EASA-ADVIES NR. 07/2013. VERORDENING (EU) nr.../.. VAN DE COMMISSIE. van XXX

Samenvatting. Aanleiding

De secretaris-generaal van het ministerie van Justitie en Veiligheid, Besluit:

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE

Huishoudelijk Reglement Roder Luchtvaartclub

Regeling historische luchtvaart Geldend van t/m heden

BREVETREGLEMENT Federatie Limburgse RC Vliegers.

VEILIGHEIDS REGLEMENT

Transcriptie:

EINDRAPPORT 98-35/A-17 PH-BWG, Beech A36 17 juni 1998, Luchthaven Eelde 1

2

EINDRAPPORT De Raad voor de Transport Veiligheid is een Zelfstandig Bestuurs Orgaan met een eigen rechtspersoonlijkheid dat bij wet is ingesteld met als taak te onderzoeken en vast te stellen wat de oorzaken of vermoedelijke oorzaken zijn van individuele of categorieën van ongevallen en incidenten in alle transportsectoren te weten, de scheepvaart, de luchtvaart, het railvervoer en wegvervoer alsmede het buisleidingen transport. Het uitsluitend doel van dergelijk onderzoek is toekomstige ongevallen of incidenten te voorkomen en indien de uitkomsten van een en ander daartoe aanleiding geven daaraan veiligheidsaanbevelingen te verbinden. De organisatiestructuur bestaat uit een overkoepelende Raad voor de Transport Veiligheid en daaronder een onderverdeling in Kamers per transportsector. Deze worden ondersteund door een staf van onderzoekers en een secretariaat. 3

SAMENSTELLING VAN DE RAAD EN KAMER LUCHTVAART Raad Mr. Pieter van Vollenhoven Voorzitter Mr. A.H. Brouwer-Korf F.W.C. Castricum J.A.M. Elias Mr. J.A.M. Hendrikx Mr. E.R. Müller Prof.Dr. U. Rosenthal Mr. E.M.A. Schmitz L.W Snoek J.Stekelenburg Prof.Dr. W.A. Wagenaar Kamer Luchtvaart Mr. E.R. Müller Voorzitter L.W. Snoek Vice Voorzitter C. Barendregt Ir. H. Benedictus H.P. Corssmit J. Hofstra Ir. T. Peschier Drs. J. Smit Ir. M. van der Veen Secretariaat: Secretariaat: Mr. S.B. Boelens Drs. J.H. Pongers B.A. Groenendijk Mr. H. Geut Bezoekadres: Postadres: Prins Clauslaan 18 Postbus 95404 2595 AJ Den Haag 2509 CK Den Haag telefoon (031) 70 333 7000 telefax (031) 70 333 7078 4

RAPPORT 98-35/A-17 Eindrapport van het onderzoek naar de oorzaak van het ongeval met de Beech A36 PH-BWG dat heeft plaats gehad op 17 juni 1998 op luchthaven Eelde. Het onderzoek van de Raad is, conform Bijlage 13 bij het Verdrag van Chicago alsmede Richtlijn nr. 94/56/EG, houdende vaststelling van de grondbeginselen voor het onderzoek van ongevallen en incidenten in de burgerluchtvaart, van de Raad voor de Europese Gemeenschappen, niet gericht op het toerekenen van schuld of aansprakelijkheid. Mr. Pieter van Vollenhoven Voorzitter van de Raad Mr. S.B. Boelens Secretaris-Directeur Den Haag, september 2000 De Eindrapporten van de Raad voor de Transportveiligheid zijn openbaar. Een ieder kan daarvan gratis een afschrift verkrijgen door schriftelijke bestelling bij SDU Grafisch Bedrijf bv, Christoffel Plantijnstraat 2, Den Haag, telefax nr. 070 378 9744. 5

6

INHOUD: 1 ALGEMENE GEGEVENS VAN HET ONGEVAL EN HET ONDERZOEK 2 KORTE SAMENVATTING 3 FEITELIJKE INFORMATIE 3.1 De vlucht en het ongeval 3.2 Bevindingen 4 ANALYSE 5 WAARSCHIJNLIJKE OORZAAK 6 AANBEVELINGEN Alle tijden in dit rapport zijn lokale tijden (UTC+2). 7

1 ALGEMENE GEGEVENS VAN HET ONGEVAL EN HET ONDERZOEK Plaats: Baan 23 luchthaven Eelde. Datum en tijd: 17 juni 1998 omstreeks 11:45. Luchtvaartuig: PH-BWG; Beech A36. Het vliegtuig liep aanzienlijke structurele schade op. Bemanning: Twee; ongedeerd. Leerling: Instructeur: Man; 22 jaar; Nederlander. Bewijs van Bevoegdheid: geen. Man; 47 jaar; Nederlander. Bewijs van Bevoegdheid: B2V met bevoegd verklaringen VK1A, VK2A, VK2B, RT, IR, en VO. Passagier: Examinator: Man; 41 jaar; Nederlander. Bewijs van Bevoegdheid: B1 met bevoegdverklaringen VK1A, VK2A, VK2B, en VO. Soort vlucht: Fase van de vlucht: Type ongeval: Lokale VFR examenvlucht Landing. Harde landing. Weersgegevens: Wind 260º 13 kts. Zicht 10 km of meer. Bewolking 6/8 cu 2500 ft. 5/8 sc 5000 ft. Temperatuur: 14º C Het onderzoek werd uitgevoerd door het Bureau Vooronderzoek Ongevallen en Incidenten onder verantwoordelijkheid van de Raad voor de Luchtvaart. Per 1 juli 1999 is de Raad voor de Luchtvaart opgegaan als Kamer Luchtvaart in de Raad voor de Transportveiligheid en is het onderzoek voortgezet onder de verantwoordelijkheid van de Kamer Luchtvaart en conform de regelgeving terzake, afgerond door de Raad voor de Transportveiligheid. 8

2 KORTE SAMENVATTING Na een gesimuleerde Engine Failure After Take Off (EFATO) maakte het vliegtuig een harde landing waarbij structurele schade optrad. De inzittenden konden het toestel ongedeerd verlaten. 3 FEITELIJKE INFORMATIE 3.1 De vlucht en het ongeval De vlucht betrof een herexamenvlucht voor groep 5 (circuits) van het B3 instrument examen (B3IR). De kandidaat (leerling) zat in de linkerstoel, de KLS instructeur in de rechterstoel en de RLD examinator in de passagiersstoel achterin. De start, taxi, take-off en de eerste twee circuits verliepen zonder bijzonderheden. Het derde circuit van de vlucht was een normaal circuit op 1000 ft met flaps in de stand approach (12 ). De intentie van de KLS instructeur was een short field landing gevolgd door een wave-off. Aansluitend een gesimuleerde motorstoring hetgeen zou resulteren in een full stop op het resterende stuk van de baan. Op downwind werd aan de kandidaat medegedeeld dat de volgende landing een short field landing zou zijn, gevolgd door een doorstart ( touch and go ). Op final voor baan 23 werd door de kandidaat flaps land geselecteerd (30 ) en de snelheid teruggebracht naar de voor dit toestel vereiste 80 Kt. Toen het toestel de baandrempel passeerde reduceerde hij het vermogen en begon met afvangen. Vlak voor touch down riep de instructeur: go around waarop de kandidaat reageerde door vol gas te geven en de neus in de klimstand te brengen. De hoofdwielen raakten eventjes de baan en het toestel begon weer te klimmen. In plaats van een voor een doorstart vereiste stand van de flaps van 12 ( approach ) selecteerde de kandidaat flaps up. Nog vóór de wielen op werden geselecteerd trok de instructeur het gas dicht met de mededeling engine failure. Dit gebeurde op een hoogte van ca. 150 200 ft waarbij er naar inschatting van de instructeur nog voldoende baanlengte over was om een landing te kunnen maken. De kandidaat bevestigde engine failure, bracht hierbij de neusstand van het vliegtuig omlaag en zei: landing om hiermee aan te geven dat hij vanuit deze situatie het vliegtuig op de nog resterende baan wilde landen. Door de instructeur werd de verkeersleiding nog gemeld dat er een gesimuleerde motorstoring was middels de call: PWG, simulating. Vanwege de geringe hoogte begon de kandidaat al snel met het afronden voor de landing. De instructeur, die zag dat de snelheid erg snel terug liep, nam de besturing over en bracht de neusstand omlaag om snelheid op te pikken. Hierbij werd geen motorvermogen gegeven. Bij de overname van de besturing is niet de standaard call my controls gebruikt. De inmiddels opgebouwde daalsnelheid was dusdanig hoog dat vrijwel direct moest worden afgevangen. Beide vliegers hebben de neusstand hoog gehouden alvorens het vliegtuig met een harde klap op de baan kwam. Hierbij raakte eerst het linker hoofdwiel de baan gevolgd door het neuswiel en het rechter hoofdwiel. 9

Aanvankelijk dacht men nog op eigen kracht te kunnen taxiën maar al snel bleek dat dat niet mogelijk was. Het vliegtuig is door KLM vlootbeheer van de baan gesleept en naar de KLS gebracht. 3.2 Bevindingen Eelde/Groningen heeft een tweetal banen, respectievelijk 23/05 en 01/19. De baan in gebruik was 23, deze is 5906 ft (1800 m) lang met een beschikbare lengte na de landingsblokken van 5036 ft (1535 m) en een breedte van 45 meter. Het vliegtuig was voorzien van een geldig bewijs van luchtwaardigheid en van inschrijving. Het totaalgewicht en de zwaartepuntligging zijn gedurende de gehele vlucht binnen de voorgeschreven limieten geweest. De kandidaat was voldoende geschoold en capabel om deze vlucht veilig uit te voeren. De instructeur en de examinator waren in het bezit van een geldig bewijs van bevoegdheid om in deze functie op te treden in genoemd vliegtuig. Ze waren beiden ervaren als instructeur/examinator op de Beech 36. Het Handboek Examinator voor Beroepsvliegbewijzen van de Rijksluchtvaartdienst (RLD) spreekt van een hoogte van ongeveer 300 voet voor het initiëren van een EFATO. Het Basic Operations Manual (BOM) KLM Luchtvaartschool leert dat het beoefenen van een EFATO alleen is toegestaan op trainingsvluchten waarbij mag worden doorgegaan tot een minimum hoogte van 200 ft. De initiatie dient derhalve altijd plaats te vinden boven 200 ft. Het AOM KLM Luchtvaartschool voor het vliegtuigtype BE36 leert dat de instructeur duidelijk dient te melden dat hij de besturing overneemt. Hij gebruikt dan de standard call:..my controls.., waarop de leerling dan moet antwoorden:..your controls... Geen van de inzittenden heeft enig lichamelijk letsel opgelopen. Er was echter aanzienlijke structurele schade aan o.a. de motorbeplating, de motorbevestiging, de linker vleugel en de romp ter plaatse van de bevestiging van de rechter vleugel. 10

4 ANALYSE Bij de go-around heeft de kandidaat de flaps niet in stappen ingetrokken maar direct naar de stand up geselecteerd. Naar eigen zeggen kwam dat door een turbulentie stoot of doordat hij te hard tegen de schakelaar heeft gedrukt. Hij wilde de flapselector niet terugselecteren naar de middenstand omdat de flapstand aanwijzer ( annunciator ) aangaf dat de flaps nog in beweging waren. Zelf zegt hij dat hij het ophalen naar de stand up wél heeft gemeld met de woorden: flaps gaan up. Uit de verklaring van de instructeur blijkt dat deze zich niet bewust was van het volledig omhoog selecteren van de flaps. Het is echter de taak van de instructeur om het ophalen van de flaps zorgvuldig te monitoren omdat een onjuiste flapselectie onverwachte gevolgen kan hebben voor de lift en vliegkwaliteiten van het vliegtuig op dat moment. De hoogte van 150 200 ft waarop de EFATO werd geinitiëerd was lager dan aanbevolen door zowel KLM Luchtvaartschool als de Examen Commissie voor Beroeps Vliegbewijzen. Hoewel een motorstoring op ieder willekeurig moment kan optreden vraagt het initiëren van een EFATO op lage hoogte van een instructeur/examinator extra alertheid en zorgvuldige monitoring van de neusstand, snelheid en configuratie (stand van de flaps). De instructeur heeft tijdens het signaleren van een te lage snelheid in combinatie met een hoge neusstand de besturing van het toestel overgenomen. Hij heeft de neusstand van het vliegtuig in eerste instantie verlaagd met de bedoeling hiermee voorwaartse snelheid op te bouwen. Dit resulteerde in een extra daalsnelheid. De inschatting van de instructeur was initieel juist, maar door de geringe hoogte moest hij de neus nagenoeg direct weer in een hogere stand brengen om het vliegtuig vlak boven de baan af te ronden. De instructeur heeft geen gebruik gemaakt van het potentieel aanwezige motorvermogen om de daalsnelheid te verkleinen. Tevens heeft de instructeur op het moment dat hij de besturing overnam niet de juiste standard calls gebruikt. Hierdoor was ook niet geheel duidelijk wie het vliegtuig bestuurde op het moment van de landing waardoor zowel de instructeur als de kandidaat het vliegtuig afvingen. 11

5 WAARSCHIJNLIJKE OORZAAK De volgende factoren hebben bijgedragen aan het ontstaan van het ongeval: (i) Tijdens de doorstart heeft de kandidaat de flaps onbedoeld direct naar de stand up geselecteerd hetgeen door de instructeur niet werd opgemerkt. (ii) Door de instructeur werd een EFATO geïnitieerd op een hoogte die lager was dan aanbevolen door zowel de KLS als de Examen Commissie voor Beroeps Vliegbewijzen. (iii) De instructeur heeft de potentieel onveilige situatie die na het initiëren van de EFATO ontstond onvoldoende onderkend. Door bij de poging tot herstel geen gebruik te maken van het motorvermogen werden de mogelijkheden om het ongeval te voorkomen dan wel de gevolgen daarvan te beperken niet optimaal benut. 6 AANBEVELINGEN De gevolgde (her)examenprocedure was niet correct en niet in overeenstemming met de vastgelegde procedure. Deze procedure moet met nog meer zorg worden omschreven. Een gesimuleerde EFATO als oefening of examenonderdeel dient niet te worden geinitiëerd beneden 300 ft en dient niet gevolgd te worden door een landing. N.B.: Door de KLS is inmiddels actie in deze richting ondernomen. Na het ongeval is een Mededeling Vliegdienst uitgegeven met daarin een aanpassing op het BOM KLM Luchtvaartschool: Aan de zin dat het beoefenen van een EFATO alleen is toegestaan op trainingsvluchten tot een minimum hoogte van 200 ft werd toegevoegd dat het initiëren van een EFATO niet beneden de 300 ft mag plaats hebben. In de toekomst wordt het BOM gewijzigd waarbij tevens zal worden benadrukt dat het landen vanuit een gesimuleerde EFATO situatie niet is toegestaan. 12