Vormgebrekenoverzicht EP Is niet op wit papier gesteld. - Als de bladen van de beschrijving vlekken, spikkels en/of vegen bevatten. Dit vormgebrek treedt op als er bijvoorbeeld slechte afdrukken of kopieën worden ingediend. Bestaat uit bladen die niet van het formaat A4 zijn. - Als de ingediende stukken een ander formaat dan A4 hebben. De bladen zijn niet doorlopend genummerd of de bladzijdenummering is niet bovenaan de bladzijde in het midden geplaatst. - Als de bladzijdenummering onjuist is toegepast (bijv. 1/3, 2/3, 3/3 is niet toegestaan). - Als de bladen niet doorlopend zijn genummerd omdat er bijv. op 1 van de bladen een bladzijdenummering ontbreekt. - Als de bladzijdenummering op een andere plek staat dan bovenaan de bladzijde in het midden. - Als er zowel een bladzijdenummering bovenaan als onderaan de bladzijde staat. - Als de bladzijdenummering niet in Arabische cijfers is gesteld (= 1, 2, 3 enz). Romeinse cijfers I, II en III zijn dus niet toegestaan. De bladen zijn niet ongekreukt en/of ongescheurd. Is niet met onuitwisbare donkere inkt De korte aanduiding ontbreekt of is niet volledig. De tekst is niet met 1,5 regelafstand Het eerste blad van de beschrijving HOEFT niet genummerd te worden, maar de daaropvolgende bladzijde moet dan wel beginnen met bladzijdenummer 2. - Als de stukken perforatiegaten bevatten. - Als de stukken, ingediend per post, beschadigd worden ontvangen. - Als typefouten in de tekst met pen zijn gecorrigeerd. - Als de tekst te licht is. - Als de tekst in gekleurde inkt is ingediend, ook als dit maar enkele woorden en/of zinnen betreft. - Als er in de beschrijving meerdere grijs of zwarttinten gebruikt zijn, waardoor de ene regel lichter of donkerder wordt dan de andere regel. - Als er geen korte aanduiding boven de beschrijving staat. - Als er een verschil zit tussen de korte aanduiding zoals aangeleverd door het EOB en de korte aanduiding zoals vermeld boven de beschrijving. De door het EOB aangeleverde korte aanduiding is leidend. - Als de regelafstand in het document niet met 1,5 regelafstand is getypt of gedrukt. Dit vormgebrek kan betrekking hebben op enkele pagina s maar ook op het gehele 1
document. - Als in het gehele document verschillende lettertypes of lettergroottes door elkaar worden gebruikt. Dit heeft consequenties voor de regelafstand. De regelnummering ontbreekt, staat niet bij elke 5e regel of staat niet in de rechterhelft van de linkermarge. De marges zijn niet onbeschreven, of hebben niet de juiste afmetingen (boven, rechts en onder 2 cm, links 2,5 cm). Het startpunt van de regelnummering speelt een rol bij de controle die NL Octrooicentrum uitvoert op de regelafstand. Als de regelnummering begint bij de referentie en/of de korte aanduiding moet de regelafstand vanaf dit startpunt 1,5 zijn. Als de regelnummering begint bij de eerste regel van de tekst van de beschrijving wordt de controle op de regelafstand tussen de korte aanduiding (en/of referentie) en de tekst niet uitgevoerd. Bij het gebruik van formules, tabellen en/of subscript kan de regelafstand iets verschuiven. NL Octrooicentrum zal hier soepel mee omgaan. - Als de regelnummering ontbreekt. - Als de regelnummering niet bij elke 5 e regel staat. - Als de regelnummering niet in de rechterhelft van de linkermarge staat. - Als de regelnummering de tekst raakt. De regelnummering kan starten bij de referentie, bij de korte aanduiding of bij de eerste regel van de tekst van de beschrijving. - Als de marges niet juist zijn toegepast (boven, rechts en onder 2 cm, links 2,5 cm). - Als er in de marges iets staat (bijv. referentienummer, paraaf etc.). De tekst moet binnen de marges vallen, de marges mogen niks anders bevatten dan het EPnummer. Is niet vrij van correcties, aanpassingen, of handgeschreven woorden. - Als er correcties zijn aangebracht in de tekst (er zijn bijvoorbeeld geparafeerde bladzijdes ingediend). - Als er doorhalingen in de tekst staan. Is niet in het Nederlands of Engels gesteld. - Als de beschrijving niet geheel in het Nederlands of Engels is gesteld (gedeeltelijk vertaald). Dit vormgebrek zal alleen worden geconstateerd na een verlening in het Frans of Duits. In een Nederlandse tekst mag dus geen Engelse tekst staan. Er wordt een uitzondering gemaakt voor jargon. 2
De bladen zijn niet enkelzijdig bedrukt. - Als de bladen niet enkelzijdig bedrukt zijn. Het (juiste) octrooinummer is niet op elke bladzijde vermeld. - Als het octrooinummer ontbreekt. - Als het octrooinummer niet op alle bladen hetzelfde is. Het EP-nummer mag "overal" staan (bijv. linksonder of rechtsonder). Het EP-nummer mag op het eerste blad van de beschrijving op 2 plekken staan (bijv. onder en boven). Indien naast het octrooinummer ook het aanvraagnummer wordt aangegeven wordt geen vormgebrek geconstateerd. Is niet op wit papier gesteld. - Als de bladen van de conclusies vlekken, spikkels en/of vegen bevatten. Dit vormgebrek treedt op als er bijvoorbeeld slechte afdrukken of kopieën worden ingediend. Bestaat uit bladen die niet van het formaat A4 zijn. - Als de ingediende stukken een ander formaat dan A4 hebben. De bladen zijn niet doorlopend genummerd of de bladzijdenummering is niet bovenaan de bladzijde in het midden geplaatst. - Als de bladzijdenummering van de conclusies niet aansluit op de bladzijdenummering van de beschrijving (zie uitzondering hieronder). - Als de bladzijdenummering onjuist is toegepast (bijv. 2/3, 3/3 is niet toegestaan). - Als de bladzijdenummering op een andere plek staat dan bovenaan de bladzijde in het midden. - Als er zowel een bladzijdenummering bovenaan als onderaan de bladzijde staat. - Als de bladzijdenummering niet in Arabische cijfers is gesteld (= 3, 4, 5 enz). Romeinse cijfers III, IV en V zijn dus niet toegestaan. - Als de bladen niet doorlopend zijn genummerd omdat er bijv. op 1 van de bladen een bladzijdenummering ontbreekt. Het eerste blad van de conclusie(s) hoeft niet genummerd te worden als er geen beschrijving moet worden ingediend. In dit geval kan de nummering starten op bladzijde 2 met het cijfer 2. Begint niet op een nieuw blad. - Als de conclusie(s) niet op een apart blad is/zijn ingediend maar bijv. aansluitend onder de tekst van de beschrijving is/zijn ingediend. De bladen zijn niet ongekreukt en/of ongescheurd. - Als de stukken perforatiegaten bevatten. - Als de stukken, ingediend per post, beschadigd worden ontvangen. 3
Is niet met onuitwisbare donkere inkt - Als typefouten in de tekst met pen zijn gecorrigeerd. - Als de tekst te licht is. - Als de tekst in gekleurde inkt is ingediend, ook als dit maar enkele woorden en/of zinnen betreft. - Als er meerdere grijs of zwarttinten gebruikt zijn in de conclusie waardoor de ene regel lichter of donkerder wordt dan de ander. De tekst is niet met 1,5 regelafstand - Als de regelafstand in het document niet met 1,5 regelafstand is Dit vormgebrek kan betrekking hebben op enkele pagina s maar ook op het gehele document. - Als in het gehele document verschillende lettertypes/lettergroottes door elkaar worden gebruikt. Dit heeft consequenties voor de regelafstand. De regelnummering ontbreekt, staat niet bij elke 5e regel of staat niet in de rechterhelft van de linkermarge. De marges zijn niet onbeschreven, of hebben niet de juiste afmetingen (boven, rechts en onder 2 cm, links 2,5 cm). Het startpunt van de regelnummering speelt een rol bij de controle die NL Octrooicentrum uitvoert op de regelafstand. Als de regelnummering begint bij de referentie en/of de regel "conclusie" moet de regelafstand vanaf dit startpunt 1,5 zijn. Als de regelnummering begint bij de eerste regel van de tekst van de conclusie wordt de controle op de regelafstand tussen de regel "conclusie" (en/of referentie) en de tekst niet uitgevoerd. Bij gebruik van formules, tabellen en/of subscript kan de regelafstand iets verschuiven. Hier zal NL Octrooicentrum soepel mee omgaan. - Als de regelnummering ontbreekt. - Als de regelnummering niet bij elke 5 e regel staat. - Als de regelnummering niet in de rechterhelft van de linkermarge staat. - Als de regelnummering de tekst raakt. De regelnummering kan starten bij de referentie, bij de regel "conclusie" of bij de eerste regel van de tekst. Als er boven een ingediende conclusie een Nederlandse korte aanduiding staat wordt dit geaccepteerd. Deze korte aanduiding wordt, anders dan bij de beschrijving, niet meegeteld bij de regelnummering. - Als de marges niet juist zijn toegepast ( boven, rechts en onder 2 cm, links 2,5 cm). - Als er in de marges iets staat (bijv. referentienummer, aanvraagnummer, paraaf). De tekst moet binnen de marges vallen. 4
Zijn niet doorlopend genummerd. s - Als de conclusies niet of niet doorlopend zijn genummerd. De conclusies moeten als volgt genummerd worden: 1, 2, 3 enz. (1a, 1b, 1c etc. is niet toegestaan). Is niet vrij van correcties, aanpassingen, of handgeschreven woorden. - Als er correcties zijn aangebracht in de tekst (er zijn bijvoorbeeld geparafeerde bladzijdes ingediend). - Als er doorhalingen in de tekst staan. De bladen zijn niet enkelzijdig bedrukt. - Als de bladen niet enkelvoudig bedrukt zijn. Het (juiste) octrooinummer is niet op elke bladzijde vermeld. - Als het octrooinummer ontbreekt. - Als het octrooinummer niet op alle bladen hetzelfde is. Bestaat uit bladen die niet van het formaat A4 zijn. De bladen zijn niet ongekreukt en/of ongescheurd. Aanduiding(en) is (zijn) niet in het Nederlands of Engels gesteld. Het EP-nummer mag "overal" staan (bijv. linksonder of rechtsonder). Het EP-nummer mag op het eerste blad van de conclusie op 2 plekken staan (bijv. onder en boven). Indien naast het octrooinummer ook het aanvraagnummer wordt aangegeven wordt geen vormgebrek geconstateerd. - Als de ingediende stukken een ander formaat dan A4 hebben. - Als de stukken perforatiegaten bevatten. - Als de stukken, ingediend per post, beschadigd worden ontvangen. - Als de tekst in een andere taal dan Nederlands of Engels is opgesteld. De taal van de beschrijving en tekeningen (alle tekst in tekeningen, stroomdiagrammen of grafieken) moet gelijk zijn, dus altijd in het Nederlands of Engels. Als een tekening wordt ingediend waar tekst in heeft gestaan en de indiener heeft deze tekst uit het figuur verwijderd en gespecificeerd op een apart blad dan wordt dit blad als extra blad bij de tekeningen opgenomen of bij de beschrijving gevoegd. Bladen met tekeningen hoeven niet genummerd te zijn. Indien er Duitse of Franse tekst in de tekeningen staat en een vertaalblad in Nederlands of Engels wordt bijgevoegd wordt dat niet geaccepteerd. Wel mag de Duitse of Franse tekst weggehaald worden uit het figuur en vervangen worden door verwijzingscijfers die op een extra blad worden gespecificeerd. Dit blad wordt als extra blad in of achter de beschrijving opgenomen. In een Nederlandse tekst mag dus geen Engelse tekst staan. Er zal een uitzondering worden 5
gemaakt voor jargon. De figuren ontbreken. - Als er in de beschrijving (na een Franse of Duitse verlening) een figuuropsomming wordt genoemd en niet alle tekeningen zijn ingediend. Het (juiste) octrooinummer is niet op elke bladzijde vermeld. - Als het octrooinummer ontbreekt - Als het octrooinummer niet op alle bladen hetzelfde is. De stukken zijn niet ingediend met onbeschreven marges en/of zijn niet van zodanige kwaliteit dat zij onbeperkt kunnen worden gereproduceerd (gaarne originele indienen). Fax Het EP- nummer mag "overal" staan (bijv. linksonder of rechtsonder). Indien naast het octrooinummer ook het aanvraagnummer wordt aangegeven wordt GEEN vormgebrek geconstateerd. en/grafieken en formules mogen in landscape staan. - Als de vertaling en/of conclusies per fax zijn ingediend. - Als na indiening van de faxstukken niet de originele stukken worden nagestuurd. - Als niet alle originele stukken worden nagestuurd. 6