Werkmethodiek Publiek Belang in het fysiek domein



Vergelijkbare documenten
Perspectief op de nationale omgevingsvisie en grondbeleid. Jaar van de Ruimte VvG congres 12 november Nathalie Harrems

Maatschappelijke en politieke waarden achter gebiedsontwikkeling

MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND

Ruimtelijke ordening. Ruimtelijke Ordening

Pilot Omgevingsvisie Nijmegen Green City

Omgevingswet. Aanzet voor een implementatie plan Niet alles kan tegelijk Veel is duidelijk veel nog niet

Datum 24 april 2019 Beantwoording Kamervragen GroenLinks over het bericht in het FD over verdozing van het landschap

Jij kleurt Overijssel. Ontwerp - Omgevingsvisie en - Omgevingsverordening september 2016

De Omgevingswet en MRE:

Raadsvoorstel. Voorloper. Startnotitie Duurzaam Druten. Datum collegebesluit 9 januari 2018 Datum presidium 8 januari 2018

Rol PBL in het natuurbeleid Netwerk Land en Water. Petra van Egmond 21 maart 2014

Omgevingsvisie Delft

De gemeenteraad buitenspel na de invoering Omgevingswet? Gemeenteraden Hellendoorn en Raalte 28 maart 2017

Congres Grip op de Omgevingswet

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid

#landgoedbedrijf. Workshop B. Nieuwe omgevingswet. Jannemarie de Jonge

Statenvoorstel. Startnotitie Partiële wijziging 2018 Visie ruimte en mobiliteit, Programma ruimte en Verordening ruimte

Startnotitie Omgevingswet

Waarden en normen in de Omgevingswet

Startnotitie Omgevingsvisie Nijmegen

Sessie Verstedelijking en Mobiliteit => Onderdeel Mobiliteit. provincie Zuid-Holland

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 16 april 2018 Rli advies Verbindend Landschap

De gemeenteraad buitenspel na de invoering van de Omgevingswet? Gemeenteraad Bergen op Zoom 10 april 2017

Beleidskader windenergie

KBO Zeeland. beleidsplan

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

VERTROUWEN IS DE BASIS

Helderheid in omgevingsbeleid, scherpte in omgevingsvisie

Inwoners en organisaties in de burgersamenleving. Sociaal domein

Bestedingskader middelen Stedelijke Herontwikkeling

Statenvoorstel. Perspectief Groene Hart Bestuurlijke samenvatting van het voorstel

1. Streekplan Brabant in balans

BIJLAGE EXPO 2025 COMMITMENT

De waarde van participatie

Geel in omgevingsvisies

Keurmerk: Duurzame school

Natuurlijk Heerde! Een bloeiende gemeente op de Veluwe. W ij wonen waar anderen op vakantie gaan. CONCEPT Geactualiseerde Toekomstvisie 2025

7 e Leergang De regionale ambtenaar als regisseur

De Raad en de Omgevingswet

De Raad en de Omgevingswet

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Provinciaal Omgevingsplan Limburg

Aanleiding Ambities Samenwerkingsvoorstel

Omgevingsvisie Maastricht. Tim van Wanroij projectleider Omgevingsvisie /

Omgevingswet en de raad

De Omgevingsvisie vervangt de volgende wettelijk verplichte plannen:

Koers invoering Omgevingswet Boxtel

De Omgevingswet in zicht

Aan de slag met de Omgevingswet. Hart van Brabant 28 juni 2017

Het Brabantse natuurbeleid onder de loep Bijstelling noodzakelijk?

Pilots Omgevingsvisie

Voorstelnr.: RB Onderwerp: Kadernota Fysiek Domein - Publieke ruimte, je thuis buitenshuis (openbare ruimte) Programma: 2: Stedelijk beheer

Op weg naar een Nationale Omgevingsvisie: de opgaven. Emiel Reiding directeur NOVI. 5 juli 2017

Aanpak Omgevingsbeleid. Wij werken aan ons IMAGO Omgevingsbeleid

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202

Omgevingswet Regels en maatwerk

Pilots Omgevingsvisie

Raadscommissieavond Omgevingswet en de gemeenteraad. Welke keuzes moet de gemeenteraad maken, wat voor rol past hierbij en wat betekent dit?

iezen en delen in de nationale uimtelijke ordening

Strategisch document onderdeel milieubeleidsplan Overbetuwe MILIEUKOMPAS VOOR DE TOEKOMST

Erfgoed en de Omgevingswet 30 mei 2018

GRIFFIE POLITIEKE TERMIJN AGENDA

Erfgoed en de Omgevingswet 18 april Martin van Bleek

Brabantse Omgevingsvisie & Water in Brabant in 2030 Wateragenda

Landschap in de Omgevingsvisie Gelderland (dec 2015)

Provero bijeenkomst. Utrecht, 15 november 2016 Ernst Koperdraat Jos Dolstra

Op weg naar de Omgevingswet

HOOFDLIJNEN RUIMTELIJK-ECONOMISCH PROGRAMMA (REP) U10

Leegstand agrarisch vastgoed

Convenant betreffende een financiële impuls ten behoeve van de Kwaliteitssprong Rotterdam Zuid ( ).

RO & Milieu. Gedwongen vriendschap onder de Omgevingswet? Tjeerd vd Meulen Jos Dolstra

AMBITIEDOCUMENT ZONNE-ENERGIE UITWERKING OMGEVINGSVISIE - GEMEENTE OPSTERLAND

DOEN WE HET IN ARNHEM

De gekantelde Wmo-verordening

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten:

Juridische reis door de Nederlandse natuurbescherming

Bestuurlijke ambitie, veranderopgave en invoeringsstrategie Omgevingswet

Aan de slag met de. Omgevingsvisie

Welke waarden spelen een rol bij de keuze voor afvalsystemen?

GS brief aan Provinciale Staten

VNG. 9 maart 2017 T.E.P.A. Lam

Foto plaatsen. Roadshow Groningen Mei 2016

De transitie van stad en platteland Een nieuwe koers

achtergrond hoofdstuk 1 Structuurvisie 2020 keuzes van visie naar uitvoering inbreng samenleving achtergrond ruimtelijk en sociaal kader bijlagen

Omgevingswet en het stedelijk waterbeheer / waterketen

10 Erfgoedambassadeurs over de Omgevingsvisie

Werkconferentie agenda omgevingsvisie Limburg

Initiatiefvoorstel Omgevingswet

De samenleving verandert, de overheid ook?

Omgevingsvisie Giessenlanden. Plan van aanpak V1.3. Inleiding

Aan de slag met de omgevingsvisie. KuiperCompagnons, Gerwin Gabry

Jeanet van Antwerpen, directeur SADC Ontbijtsessie Dutch Green Building Week 22 september 2015

Werkprogramma 2010 ǡ Ǥ ȋ Ȍ Ǧ ǡ Ǥ Ǥ ǡ Ǥ ȋ Ȍ ȋ Ȍ ȋ Ȍ ȋ Ȍ Ǥ Ǥ Ǥ Planbureau voor de Leefomgeving, december 2009

De ladder voor duurzame verstedelijking : introductie en achtergrond

kijk wij presenteren u

Foto plaatsen. Wat te doen ter voorbereiding op de Omgevingswet? Gaston Gelissen Programma-management

Onderwerp: Lokale Ontwikkelingsstrategie voor de regio Holland Rijnland Besluitvormend

Omgevingswet en de raad

Woonvisie. Gemeente Nuth Raadsbijeenkomst 12 april 2016

Procesambitie 1 Wij gaan experimenteren met de in de wet geboden ruimte voor lokale afweging

Transcriptie:

Werkmethodiek Publiek Belang in het fysiek domein

Scherpte in omgevingsvisie Een omgevingsvisie is een veelomvattend beleidsdocument met een aantal onderling samenhangende beleidsvoorstellen. Helderheid in de argumentatie achter deze beleidsvoorstellen maken een omgevingsvisie geschikt voor maatschappelijk debat en politieke besluitvorming. Perspectievenkaart als keuze-instrument Beleidsvoorstellen zijn een normatieve keuze. Maak, in het formuleren van beleid, deze keuze expliciet aan de hand van een van de zes perspectieven op publiek belang. Bij elke vorm van publiek belang in het fysiek domein hoort een kenmerkende redeneerlijn, die consistent moet worden toegepast in de definitie van omgevingsopgave oplossingsrichting beleidsinstrumenten. Het fysiek domein functioneert autonoom Publiek belang als systeemverantwoordelijkheid Maak het SCHERP : SELECTIEF IN PROGRAMMA (INTEGRAAL IS PER DEFINITIE ONMOGELIJK) CONSISTENT IN PROBLEEMDEFINITIE - OPLOSSINGSRICHTING - INSTRUMENTARIUM HELDER IN NORMATIEVE ORIËNTATIE EN KEUZE OVER PUBLIEK BELANG EXPLICIET IN ARGUMENTATIE VAN DIE KEUZE EN DE BIJBEHORENDE REDENEERLIJN RUIMTELIJK SCHAALNIVEAU KIEZEN ALS REFERENTIE VOOR KEUZES. ELK SCHAAL -NIVEAU VERGT EIGEN KEUZES OVER WELK PUBLIEK BELANG IN HET GEDING IS POLITIEKE VERANKERING ORGANISEREN NA BESTUURLIJKE OVEREENSTEMMING Lectoraat Area Development Publiek belang als gedeelde verantwoordelijkheid Het fysiek domein krijgt vorm in samenwerkingscollectieven positie van de overheid als gelijkwaardige partner in onderlinge samenwerking met bewoners, private partijen en maatschappelijke organisaties, op basis van gedeelde verantwoordelijkheid. Het fysiek domein stimuleert ontwikkeling domein ruimte biedt voor diversiteit en nieuwe samenwerkings-collectieven. Kenmerkend is de Het is een publiek belang dat het fysiek Het is een publiek belang dat het fysiek domein ruimte biedt voor groei en ontwikkeling. Kenmerkend is de actieve rol van de overheid die investeert projecten initieert, waarbij ze deelname en bijdragen van private partijen stimuleert. Dit bevordert de welvaart en stimuleert optimaal ruimtegebruik en verbetering van de ruimtelijke kwaliteit. waarden diversiteit samenwerking gelijkwaardigheid waarden groei ontwikkeling hiërarchie (rentmeesterschap) Het is een publiek belang dat het fysiek domein kan worden georganiseerd in zelfvoorzienende, zelfstandige leefgemeenschappen. Kenmerkend is de ambitie om autonoom en zelf verantwoordelijkheid te zijn voor de leefomgeving als drijfveer van de gemeenschap, waarin de overheid een passieve en faciliterende rol aanneemt. waarden autonomie verantwoordelijkheid gemeenschap harmonie waarden hiërarchie bescherming gezondheid Het is een publiek belang dat het fysiek domein veiligheid en gezondheid garandeert. Kenmerkend is de collectief-goed redenering met een als vanzelfsprekende rol en eindverantwoordelijkheid voor de overheid, om free-riders te voorkomen. Het gaat om voorzieningen en diensten die ondeelbaar zijn en waarvan niemand uitgesloten kan worden. Het fysiek domein is een collectief goed waarden eigenheid vrijheid zeggenschap worden ingericht en beheerd. Kenmerkend is dat bewoners zelf verantwoordelijkheid nemen en zeggenschap hebben over de inrichting van hun leefomgeving, domein naar eigen inzicht van bewoners kan Het is een publiek belang dat het fysiek waarden solidariteit gelijkheid geborgenheid hiërarchie waarbij overheid initiatieven faciliteert en vanuit systeemverantwoordelijkheid randvoorwaarden schept. Het is een publiek belang dat het fysiek domein een volwaardige deelname van eenieder Het fysiek domein is een zelfgeorganiseerde ruimte aan de samenleving bevordert. Kenmerkend is de zorgtaak vanuit de overheid voor kwetsbare groepen en dito belangen. De overheid bevordert het welzijn door randvoorwaarden te scheppen en organiseert uitvoering door semipublieke instanties en bedrijven. Het fysiek domein bevordert deelname aan de samenleving Publiek belang als gedeelde verantwoordelijkheid Perspectievenkaart Publiek Belang Helderheid in omgevingsbeleid Het omgevingsbeleid staat ten dienste van het publiek belang, maar welk publiek belang is dat? In onze pluriforme samenleving hebben mensen hierover verschillende opvattingen. De zes perspectieven op publiek belang vormen het speelveld van opvattingen over de inrichting en het gebruik van het fysiek domein. De perspectieven bieden houvast voor het formuleren van eenduidige beleidsvoorstellen en voor de onderbouwing ervan met een consistente argumentatie. Voor helderheid in de maatschappelijke en politieke arena rond omgevingsbeleid, kunnen de perspectieven gebruikt worden voor analyse van de inbreng en positie van stakeholders. Publiek belang als eindverantwoordelijkheid Perspectievenkaart als analyse-instrument Zes perspectieven op publiek belang helpen bij het vinden van het antwoord op de wat - vraag en de hoe -vraag voor omgevingsbeleid. Wat is de omgevingsopgave? Met welk beleid (hoe) wordt deze opgave aangepakt? Helderheid in omgevingsbeleid wordt verkregen door op zoek te gaan naar (in) consistentie in de definitie van omgevingsopgave oplossingsrichting beleidsinstrumenten. Stapsgewijze analyse Spoor op wat de definitie van de omgevingsopgave is achter het beleid. Analyseer wat het beleidsdoel is en welk uitvoeringsprogramma, welke projecten, stakeholders en instrumenten hiermee verbonden zijn. Reconstrueer de argumentatie en redeneerlijn die gehanteerd wordt in het beleid. Interpreteer welk van de zes perspectieven op publiek belang hierin overwegend herkenbaar is.

Paradigmawijziging van behoud naar actieve aanpak Het omgevingsbeleid is volop in verandering, waarbij de actieve aanpak voor het realiseren van de gewenste omgevingskwaliteit en ruimte voor maatschappelijke initiatieven centraal staan. De Omgevingswet introduceert nieuwe beleidsinstrumenten voor de strategische sturing van het nationale, provinciale en gemeentelijke omgevingsbeleid: de omgevingsvisie en het programma. Een omgevingsvisie geeft een lange termijn perspectief voor keuzes op de korte termijn. Het programma is gericht op nieuwe ruimtelijke ontwikkeling of op het realiseren van een gewenste (hogere) omgevingskwaliteit. Instrument voor maatschappelijk debat en politieke keuze Een omgevingsvisie en een programma zijn politieke documenten voor de actieve aanpak en het voortdurend werken aan de omgevingskwaliteit. Het zijn samengestelde beleidsvoorstellen waarmee het bestuur positie kiest in de publieke belangen die het wenst te behartigen in het fysiek domein. De omgevingswet vergroot de politiek-bestuurlijke afwegingsruimte, waardoor het belangrijk is dat de keuzes die het bestuur met die beleidsvoorstellen voorlegt voor iedereen inzichtelijk en navolgbaar zijn. Het expliciteren van de normatieve grondslag van beleidsvoorstellen maakt maatschappelijk debat en een heldere politieke besluitvorming mogelijk. Samenhangend beleidskader De beleidsvoorstellen in een omgevingsvisie of programma worden onderling in samenhang gebracht, meestal door de definitie van de verbindende omgevingsopgave en een ontwikkelingsperspectief op een hoger abstractieniveau met een lange termijn perspectief. Ook het samenhangende beleidskader weerspiegelt een keuze voor een bepaald perspectief op het publiek belang in het fysiek domein. Het is democratisch om na verkiezingen een eerder gekozen beleidskader te herbevestigen of een gewenste koerswijziging in een bijgestelde omgevingsvisie of programma vast te leggen. Perspectieven op publiek belang vanuit het politieke spectrum Het omgevingsbeleid is traditioneel georiënteerd op drie vormen van publiek belang: het fysiek domein als collectief goed (veilig land achter sterke dijken); het fysiek domein dat ontwikkeling stimuleert (van mens en economie); en het fysiek domein dat deelname aan de samenleving bevordert (en belangen en rechten borgt van kwetsbare groepen). Dit past bij het geloof in de maakbare samenleving met het instrument van planning. Daarin wordt aan de overheid een prominente rol toegekend, wat kenmerkend is voor het etatistische perspectief, met veel aandacht voor structuren, formele instituties en regels. In de inhoud van het omgevingsbeleid is ook de invloed van de andere politieke stromingen herkenbaar. De uitdaging voor het eigentijdse omgevingsbeleid is het bieden van ruimte voor de drie opkomende vormen van publiek belang: het fysiek domein dat ruimte biedt aan nieuwe samenwerkingscollectieven (in diverse vormen waar ook de overheid aan deelneemt), het fysiek domein als een zelfgeorganiseerde ruimte (waar de zeggenschap bij de initiatiefnemers ligt) en het fysiek domein dat autonoom functioneert (met eigen verantwoordelijkheid voor leefgemeenschappen die zelfvoorzienend zijn). De eerste vorm sluit het meest herkenbaar aan bij voorkeuren vanuit het communitaire politieke perspectief, waarin gemeenschapszin centraal staat. De tweede vorm past het meest, maar niet uitsluitend, bij het individualistische politieke perspectief, gericht op zelfstandigheid en een kleine faciliterende rol voor de overheid. In de vorm waarin het publiek belang wordt behartigd in een fysiek domein dat autonoom functioneert, hebben markt en overheid een uiterst bepekte rol. Hierin zijn politieke voorkeuren die passen bij het ecologistische perspectief herkenbaar. Ander schaalniveau, ander publiek belang Het ruimtelijk referentieniveau van beleidsvoorstellen in een omgevingsvisie of programma wordt bepaald door de deelgebieden, netwerken of deelsystemen in het fysiek domein. Het perspectief op het publiek belang voor een omgevingsopgave wordt opnieuw gekozen, als een ander referentieniveau wordt gehanteerd voor beleidskeuzes en besluitvorming. De argumentatie achter de trits definitie van de omgevingsopgave oplossingsrichting beleidsinstrumenten wordt consistent als deze vanuit eenzelfde perspectief op publiek belang wordt geformuleerd, zoals geïllustreerd in een tweetal voorbeelden: Stedelijke herstructurering Het Rijk heeft zich gecommitteerd aan het Nationaal Programma Rotterdam Zuid, met als doel om de leefbaarheid van Rotterdam-Zuid in 2030 op het gemiddelde van de vier grote steden (G-4) te krijgen. In dit convenant wordt stedelijke herstructurering gezien als voorwaarde voor sociaal-economische stijging. Het Rijk heeft zich verbonden aan het vervangen of verbeteren van de sociale woningvoorraad en investeringen in maatschappelijk vastgoed. Omdat er sprake is van een grootschalige complexe opgave vindt de financiering voor de belangrijkste projecten van de fysieke herstructurering plaats op basis van rijksbijdragen. Het Rijk trekt dit publiek belang naar zich toe vanuit het perspectief van (zorgen over) deelname van kwetsbare groepen aan de samenleving. Energietransitie In de inzet op een nationale energietransitie, omwille van de versterking van de economische structuur en vanwege toenemende energieonzekerheid, wordt een publiek belang opvatting van groei en ontwikkeling gehanteerd. Het Rijk richt de elektriciteitsinfrastructuur in op hernieuwbare energievoorziening en faciliteert aanpassing van wet- en regelgeving en kennisontwikkeling. Op lokaal niveau ontstaan coöperaties waarin burgers samen energie inkopen of opwekken, op grond van een gezamenlijk ideaal zoals groene energie. Hierin wordt het perspectief op publiek belang gehanteerd waarin het fysiek domein een zelfgeorganiseerde ruimte is. De overheid biedt de juridisch basis en maakt de elektriciteitsinfrastructuur geschikt voor decentrale opwekking van elektriciteit, waarmee deze lokale maatschappelijke initiatieven de ruimte krijgen. Perspectieven op publiek belang vanuit leefstijlen De vormen van publiek belang die passen bij meer conventioneel omgevingsbeleid, sluiten nauw aan bij de levenshouding van de behoudend ingestelde solidairen en de ambitieuze doorzetters. Solidairen vormen een belangrijke groep van mensen die hechten aan gemeenschapszin en solidariteit en neigen naar vormen van publiek belang waarin de overheid actief participeert. Doorzetters hechten aan eigen verantwoordelijkheid en zeggenschap en neigen naar vormen van publiek belang waarin de overheid heldere randvoorwaarden stelt, maar die verder door henzelf (of met bedrijven) worden gedragen. De opgave voor het eigentijdse omgevingsbeleid vormen de drie opkomende perspectieven op publiek belang waarin onderling onderscheidende samenwerkingsvormen van particulieren, bedrijven en maatschappelijke organisaties een belangrijk element zijn. Het zijn perspectieven die op een toenemende belangstelling kunnen rekenen in de samenleving en nauw verbonden zijn met de door vernieuwing en zelfverwerkelijking gedreven levenshouding van de voortrekkers. De Omgevingswet sorteert hierop ten dele voor met een meer terughoudende rol van de overheid, deregulering en vereenvoudiging van wetgeving en procedures. De uitdaging is om voor de actuele opgaves die er liggen in de leefomgeving met een passende visie en beleidsvoorstellen te komen.

Werkmethodiek Publiek Belang Het is een publiek belang dat het fysiek domein veiligheid en gezondheid garandeert. Kenmerkend is de collectief-goed redenering met een als vanzelfsprekende rol en eindverantwoordelijkheid voor de overheid, om free-riders te voorkomen. Het gaat om voorzieningen en diensten die ondeelbaar zijn en waarvan niemand uitgesloten kan worden. HET FYSIEK DOMEIN IS EEN COLLECTIEF GOED In deze opvatting van publiek belang staat hiërarchie centraal, in de zin dat het algemene belang in een integrale afweging boven individuele deelbelangen gaat en wordt gekenmerkt door overheidssturing. De overheid trekt de eindverantwoordelijkheid naar zich toe, vanuit de overtuiging dat deze belangen anders niet goed tot hun recht komen. Bescherming en/of gezondheid liggen ten grondslag aan de inrichting en het beheer van (delen van) de publieke ruimte door de overheid. Kenmerkende voorbeelden: de zorg voor waterkwaliteit en waterveiligheid, natuurgebieden, milieukwaliteitsnormen en externe veiligheid en militaire terreinen. Foto: Beeldbank.rws.nl

Werkmethodiek Publiek Belang Het is een publiek belang dat het fysiek domein ruimte biedt voor groei en ontwikkeling. Kenmerkend is de actieve rol van de overheid die investeert en projecten initieert, waarbij ze deelname en bijdragen van private partijen stimuleert. Dit bevordert de welvaart en stimuleert optimaal ruimtegebruik en verbetering van de ruimtelijke kwaliteit. HET FYSIEK DOMEIN STIMULEERT ONTWIKKELING In deze opvatting van publiek belang staat groei centraal, zoals herkenbaar is in ambities voor economische ontwikkeling, stedelijke ontwikkeling en hoogwaardige mobiliteit. In het creëren van randvoorwaarden en een ruimtelijke inrichting die mensen stimuleert komt ontwikkeling tot uiting. In de rol van de overheid die fysieke of organisatorische randvoorwaarden creëert voor ontwikkeling is hiërarchie herkenbaar. Het beginsel van rentmeesterschap is herkenbaar in programma s van eisen en procedures voor zorgvuldige uitvoering van ruimtelijke projecten. Kenmerkende voorbeelden: de hoofdinfrastructuur en hoogwaardig openbaar vervoer, energienetwerken en de concurrentiepositie van stedelijke regio s. Foto: Rob Poelenjee, Ministerie I&M / DGRW

Werkmethodiek Publiek Belang Het is een publiek belang dat het fysiek domein een volwaardige deelname van eenieder aan de samenleving bevordert. Kenmerkend is de zorgtaak vanuit de overheid voor kwetsbare groepen en dito belangen. De overheid bevordert het welzijn door randvoorwaarden te scheppen en organiseert uitvoering door semipublieke instanties en bedrijven. HET FYSIEK DOMEIN BEVORDERT DEELNAME AAN DE SAMENLEVING In deze opvatting van publiek belang staan solidariteit en gelijkheid centraal, in de zin dat eenieder volwaardig deel moet kunnen nemen aan de samenleving en recht heeft op bepaalde basisvoorzieningen en een gezonde leefomgeving. De overheid neemt de verantwoordelijkheid voor kwetsbare individuen en groepen, die hier zelf niet toe in staat zijn. Vooral in het sociale domein hoort daar geborgenheid bij, in de zin dat mensen moeten zich verzorgd weten van de noodzakelijke voorzieningen en zorg. In organisatorische zin komt hiërarchie tot uiting, waarbij de ingerichte ruimte zich ontwikkelt in wisselwerking met de gemeenschap. Kenmerkende voorbeelden: de sociale woningvoorraad, stad en streekvervoer, recreatieve groen voorzieningen en investeringsprogramma's rond krachtwijken. Foto: Rob Poelenjee, Ministerie I&M / DGRW

Werkmethodiek Publiek Belang Het is een publiek belang dat het fysiek domein ruimte biedt voor diversiteit en nieuwe samenwerkingscollectieven. Kenmerkend is de positie van de overheid als gelijkwaardige partner in onderlinge samenwerking met bewoners, private partijen en maatschappelijke organisaties, op basis van gedeelde verantwoordelijkheid. HET FYSIEK DOMEIN KRIJGT VORM IN SAMENWERKINGSCOLLECTIEVEN In deze opvatting van publiek belang staat diversiteit centraal, die zich zowel uit in de veelvormigheid van werkvormen als in de uitkomst in de ingerichte ruimte. De overheid is enerzijds verantwoordelijk en anderzijds belanghebbende bij ruimtelijke ontwikkelingen. Zij initieert en faciliteert samenwerking tussen publieke en private partijen en neemt hier actief en veelal blijvend aan deel. Samenwerking uit zich in de wens van mensen om met elkaar en met de overheid aan de inrichting van hun leefomgeving te werken. Initiatiefnemers, eindgebruikers en de overheid doen dat op gelijkwaardige voet, op basis van gedeelde verantwoordelijkheid voor de ruimtelijke kwaliteit. Kenmerkende voorbeelden: samenwerking op gebied van stedelijke (her)ontwikkeling, de energietransitie, gezamenlijk gebruik en beheer van cultureel erfgoed en de inzet op circulaire economie. Foto: Jeroen Bastiaanssen

Werkmethodiek Publiek Belang Het is een publiek belang dat het fysiek domein naar eigen inzicht van bewoners kan worden ingericht en beheerd. Kenmerkend is dat bewoners zelf verantwoordelijkheid nemen en zeggenschap hebben over de inrichting van hun leefomgeving, waarbij de overheid initiatieven faciliteert en vanuit systeemverantwoordelijkheid randvoorwaarden schept. HET FYSIEK DOMEIN IS EEN ZELFGEORGANISEERDE RUIMTE In deze opvatting van publiek belang ligt eigenheid ten grondslag aan zelfgeorganiseerd ruimtegebruik, in de zin dat de ruimtelijke ordening zich aanpast op het karakter van een gebied en de leefwijze van burgers. De overheid schept als systeemverantwoordelijke de kaders en stimuleert initiatieven van particulieren die zelf de verantwoordelijkheid nemen voor het beheer en de ontwikkeling van hun fysieke leefomgeving. Vrijheid komt tot uiting in de behoefte van bewoners om de publieke ruimte naar eigen inzicht in te richten en te beheren en bewoners claimen zeggenschap over hun fysieke leefomgeving. Kenmerkende voorbeelden: zelfbeheer van (delen van) de openbare ruimte, energie en wooncoöperaties, gemeenschappelijk beheer van sportaccommodaties en private nationale parken. Foto: Nico Boink

Werkmethodiek Publiek Belang Het is een publiek belang dat het fysiek domein kan worden georganiseerd in zelfvoorzienende, zelfstandige leefgemeenschappen. Kenmerkend is de ambitie om autonoom en zelf verantwoordelijkheid te zijn voor de leefomgeving als drijfveer van de gemeenschap, waarin de overheid een passieve en faciliterende rol aanneemt. HET FYSIEK DOMEIN FUNCTIONEERT AUTONOOM In deze opvatting van publiek belang is een sterke drang naar autonomie herkenbaar, zonder actieve inmenging van de overheid. Het gaat hierbij om verregaande zelforganisatie van ruimtegebruik, gestoeld op gemeenschappelijke drijfveren van de groep. De gemeenschap neemt zelf verantwoordelijkheid voor de zaken die ze belangrijk vindt, zoals de energievoorziening of het milieu. Hierin ligt de nadruk op harmonie, in de zin dat wordt gestreefd naar (herstel van) ecologisch evenwicht. Kenmerkende voorbeelden: een autarkische leefgemeenschap gericht op hergebruik van grondstoffen, en zelfstandige energieopwekking door huishoudens voor eigen gebruik. Foto: Menno Kuiper

PERSPECTIEVEN OP PUBLIEK BELANG FACT SHEET # 1 HET RUIMTELIJK RIJKSBELEID (SVIR) 18 mei 2015 Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig. Dat is het hoofddoel voor het ruimtelijke rijksbeleid in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) uit 2012. Het Rijk wil een krachtige aanpak met ruimte voor regionaal maatwerk en geeft prioriteit aan eigen investeringen die ruimtelijke ontwikkelingen en infrastructuur verbindt. Selectief Onder de noemer het roer moet om richt het ruimtelijk rijksbeleid zich selectief op de taken en verantwoordelijkheden van de rijksoverheid, geconcentreerd in 13 nationale belangen. Sturing van verstedelijking wordt overgelaten aan decentrale overheden, waarmee het Rijk alleen rond de Mainports in de Noordvleugel en de Zuidvleugel van de Randstad afspraken maakt. Beleidssysteem De rijksoverheid behoudt verantwoordelijkheid voor het systeem van ruimtelijke ordening en voor het woonbeleid. De verantwoordelijkheid voor de invulling en uitvoering daarvan wordt nadrukkelijk bij de decentrale overheden gelegd. De oriëntatie van het ruimtelijk rijksbeleid op de eigen investeringen, gericht op een concurrerende economie en de samenhang van bereikbaarheid en ruimtelijke ontwikkeling zijn een uitdrukking van een perspectief publiek belang waarin het fysiek domein ontwikkeling stimuleert. Analyse In de argumenten die in de SVIR worden genoemd, is veel herkenbaar van de redeneerlijn die past bij dit perspectief: groei, investeringen van de overheid richten op de kansen op investeringen door anderen partijen voor ruimtelijke ontwikkeling. Verbeteren van ruimtelijke kwaliteit. De scherpe taakverdeling tussen Rijk en decentrale overheden zijn met de focus op 13 nationale belangen een uitdrukking van hiërarchisch denken, maar in de variant waarin decentrale overheden expliciet worden aangesproken op hun volledige verantwoordelijkheid voor afstemming van ruimtelijke ontwikkeling en het realiseren van ruimtelijke kwaliteit. Uitwerking van kader De doelen die in de SVIR op hoofdlijnen worden geformuleerd voor leefbaarheid en veiligheid maken duidelijk dat in afzonderlijke beleidsvoorstellen een ander perspectief op het publiek belang zal worden gehanteerd. Veel van de kerntaken die het Rijk voor zichzelf benoemt worden, vanuit het perspectief op het fysiek domein als collectief goed uitgewerkt. Argumentatie gericht op veiligheid en bescherming van onmisbare waarden hoort daar bij. Kritiek De vier hoofddoelen van de SVIR komen overeen met die van de voorgaande Nota Ruimte (2006): versterken economische concurrentiepositie, krachtige steden, borging van belangrijke waarden en veilig. De verantwoordelijke kabinetten wekken de indruk de economische opgave als leidend te zien, maar spreken dat niet consequent en expliciet uit in de tekst. Werkmethodiek Publiek Belang

PERSPECTIEVEN OP PUBLIEK BELANG FACT SHEET # 2 NATIONAAL BELANG 12 (SVIR): RUIMTE VOOR MILITAIRE TERREINEN 18 mei 2015 Ruimte bieden aan militaire terreinen en activiteiten is een van de dertien nationale belangen zoals die door de rijksoverheid in de SVIR (Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte) zijn vastgelegd. De rijksoverheid formuleert voor zichzelf als taak om te voorzien in het aanwijzen van essentiële militaire locaties en zones waar geoefend kan worden. Er is een plankaart met o.a. oefenterreinen, munitie opslagplaatsen en laagvliegzones. Daarmee moet het doel van het waarborgen van een leefbare en veilige omgeving worden bereikt. Het perspectief dat gehanteerd wordt op het publiek belang met deze rijkstaak voor het realiseren van militaire terreinen is het perspectief van het fysiek domein als collectief goed. Analyse De SVIR bevat bondige argumenten voor deze beleidskeuze. Een marinebasis, kazernes en onveilige zones voor schietoefeningen vormen de als vanzelfsprekende randvoorwaarde voor het waarborgen van een leefomgeving waarin het veilig wonen en werken is. Dit argument past bij de kenmerkende redeneerlijn van dit perspectief op publiek belang. Kritiek Er is geen toelichting op uitvoering. De herschikking van kazernes en militaire terreinen door Defensie heeft geen grondslag in de SVIR. Daarmee is geen houvast voor het geleiden van de gevolgen voor ruimtegebruik en de lokale economie van enkele regio s, als gevolg van deze herschikking van defensietaken. Werkmethodiek Publiek Belang

PERSPECTIEVEN OP PUBLIEK BELANG FACT SHEET # 3 NATIONAAL NATUURNETWERK (EHS) 18 mei 2015 Het nationale natuurbeleid staat in het teken van de realisatie van het Nationaal Natuurnetwerk, een onderling verbonden netwerk van beschermde natuurgebieden waar ruimte is voor dieren en planten in hun een natuurlijke dynamiek. De natuurvisie van 2014 bouwt voort op de ambitie uit 1992 voor het realiseren van (de onderlinge verbinding van) 750.000 hectare aan droge natuurgebieden (17% van landoppervlak). Met de internationale en Nederlandse schaalniveau als referentie, is het nationaal natuurnetwerk een voorbeeld van een perspectief op het fysiek domein als collectief goed. Analyse De kenmerkende argumentatie is de noodzaak van bescherming en de verantwoordelijkheid van de rijksoverheid. Iedereen profiteert van het behoud van natuur, bij wijze van spreken ook de mensen die niet lid zijn van Natuurmonumenten. De nieuwe koers van het natuurbeleid legt in de uitvoering veel meer nadruk op de inrichting en het beheer van natuur door boeren en andere initiatiefnemers op lokaal niveau. De wettelijke bescherming van de internationale natuurwaarden blijft onverminderd van kracht, maar er wordt gezocht naar nieuwe vormen van natuurbescherming in samenwerkingsverbanden. Een verschuiving naar een perspectief op het fysiek domen dat vorm krijgt in nieuwe samenwerkingscollectieven. Daarnaast vormen de Waddenzee, het IJsselmeer en andere waterrijke gebieden het reservoir aan natte natuur in dit netwerk van natuurgebieden. De nieuwe koers voor natuurbeleid is naar een veelzijdige natuur midden in de samenleving. Het streven is gericht op natuur die geen bescherming tegen de samenleving nodig heeft, maar daar een onmisbaar en onlosmakelijk onderdeel van is. Opmerkelijk Aanvankelijk was het natuurlijke landschap zoals dat in 1850 in Nederland bestond, het streefbeeld voor de Ecologische Hoofdstructuur. De Europese natuurbescherming neemt de zeldzaamheid van de bestaande flora en fauna (en hun leefgebied) als uitgangspunt. Die moeten beschermd worden om de biodiversiteit te behouden. Een opmerkelijke wijziging van de grondslag van het beleid, waar weinig expliciet maatschappelijk debat over is gevoerd (welke natuur willen we eigenlijk?) en waarover geen duidelijke politieke besluitvorming heeft plaatsgevonden (de EHS is er natuurlijk ook voor de Europese natuur!). Verstandig In de Natuurvisie van 2014 is de realisatie van een ecologisch netwerk van beschermde natuurgebieden nog eens herbevestigd, onder het motto natuurlijk verder. Het originele ambitieuze programma voor de realisatie van een ecologisch netwerk was in 1989 in het Natuurbeleidsplan gelanceerd en uitgewerkt in een meer concreet plan voor de realisatie van kerngebieden, natuurontwikkelingsgebie-den en verbindingszones in het Structuurschema Groene Ruimte. Het is verstandig om strategische beleidskeuzes eens in de vier à vijf jaar tegen het licht te houden, in het bijzonder na de verkiezingen. Een nieuw bestuur en volksvertegenwoordigers moeten hun eigen keuze kunnen maken; ook als dat de keuze is om gewoon door te gaan op de ingeslagen weg. Werkmethodiek Publiek Belang

De Werkmethodiek Publiek Belang is ontwikkeld in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu door het lectoraat Area Development van Windesheim. Deze werkmethodiek is te downloaden via: www.windesheim.nl/lectoraatareadevelopment Printerinstellingen: Perspectievenkaart (A3); Omslagmap & Fact sheets (A4); Beeldkaarten (A5). Of te bestellen bij: WINDESHEIM Lectoraat Area Development Postbus 10090 8000 GB Zwolle areadevelopment@windesheim.nl