Gebruik hyperfocale afstand Hyperfocale afstand wordt veel gebruikt door landschapsfotografen. Het gaat over een scherpstelafstand waarbij een zo groot mogelijke scherptediepte behaald wordt. De scherpstelafstand is de afstand vanaf de lens tot aan het onderwerp waarop je de focus legt. Bij een bepaalde brandpuntsafstand en diafragma opening - beide immers factoren die de scherptediepte van je foto beïnvloeden - kun je middels tabellen bepalen wat de perfecte afstand is om scherp te stellen, om op die manier zoveel mogelijk in je foto scherp te hebben. De voorgrond, maar ook zoveel mogelijk van de achtergrond. Vooral landschapsfotografen streven hier vaak naar. Klinkt ingewikkeld, maar het valt mee.
Hyperfocale afstand Door in te stellen op de hyperfocale afstand bereik je een maximale scherpte. Op die manier kun je diepte in je foto aanbrengen waarbij wel alles scherp is. Want stel je scherp op de voorgrond? Dan is de achtergrond meestal niet scherp. Stel je scherp op de achtergrond? Dan is de voorgrond veelal wazig. Door op een punt in het midden scherp te stellen, zijn alle delen redelijk scherp. Die afstand noem je hyperfocale afstand. Voorwerpen vanaf de helft van deze afstand tot je camera zullen scherp (genoeg) zijn, tot aan infinity ; de horizon of sterren bijvoorbeeld. Je zou de hyperfocale afstand dus ook de ruimte die scherp is kunnen noemen. Brandpuntsafstand De brandpuntsafstand van je objectief heeft een grote invloed op de hyperfocale afstand. Logisch, want die heeft ook invloed op de scherptediepte van je foto. En als een minder groot gebied scherp is (kleinere scherptediepte), is de afstand van dat punt tot oneindigheid vanzelf ook kleiner. Wanneer je inzoomt, beweegt de hyperfocale afstand (de ideale scherpstelafstand) verder weg. Heb je bijvoorbeeld een 20mm lens, dan kun je misschien op enkele meters scherpstellen om de horizon (oneindig) redelijk goed scherp te krijgen. Gebruik je daarentegen een 200mm lens, dan kan de hyperfocale afstand wel eens tientallen meters verder liggen. Diafragma Het doel van fotografen die hyperfocale afstanden gebruiken, is een zo scherp mogelijke foto, dus met een grote scherptediepte. Daarom is de diafragmaopening van invloed op de hyperfocale afstand. Doordat de scherptediepte kleiner wordt bij een grotere opening, is er een kleiner gebied scherp. In theorie is de scherptediepte altijd een derde van de ruimte vóór het onderwerp en tweederde erachter. Wil je de afstand tot oneindig scherp hebben, dan ligt het hyperfocale punt verder naar achteren dan wanneer je een kleinere diafragma opening hebt.
Afstand tot onderwerp Je gebruikt de hyperfocale afstand vooral wanneer je zowel iets op de voorgrond hebt, alsmede op de achtergrond. Immers, als het landschap dat je wil fotograferen in zijn geheel ver weg is (bijvoorbeeld een vergezicht van een berglandschap) dan heeft het geen zin om de hyperfocale afstand te berekenen maar kun je daar beter direct op scherpstellen. Is het onderwerp dat je op de voorgrond hebt te dichtbij? Dan werkt het niet, je kunt dan met geen mogelijkheid de achtergrond ook scherp krijgen. In dat geval kun je kiezen voor focus stacking of verder van het onderwerp af gaan staan. Tabellen voor hyperfocale afstand Oude objectieven uit de analoge tijd hebben vaak aanduidingen op het objectief zelf om de scherpte afstanden aan te geven. Tegenwoordig zie je dat niet vaak meer, maar er zijn tabellen waarin deze hyperfocale afstanden zijn opgenomen. Ze bevatten de afstanden afhankelijk van de brandpuntsafstand van het objectief en de diafragmaopening. Er zijn verschillende tabellen, afhankelijk van de sensor van je camera. Veel landschapsfotografen hebben deze standaard in de cameratas zitten. Er zijn ook apps (zoals Hyperfocal Pro) die in wezen hetzelfde doen. Geoefende landschapsfotografen die veel met dezelfde objectieven werken, kennen de hyperfocale afstanden op den duur vaak uit hun hoofd.
Hyperfocale afstand, een veel gehoorde term in de landschapsfotografie. Ik gebruik de hyperfocale afstand net zoals veel andere landschapsfotografen vaak bij het scherpstellen van mijn landschapsfoto s. Maar wat is het precies en hoe en waarom gebruik je het in het veld? Er zijn verschillende definities van de hyperfocale afstand. Binnen de fotografie komt het ruwweg hier op neer: Hyperfocale afstand: De hyperfocale afstand is een scherpstelafstand bij een gegeven brandpuntsafstand en diafragma, waarbij de grootst mogelijke scherpte-diepte bereikt wordt. Indien de lens op deze afstand wordt gefocust zullen alle onderwerpen vanaf de helft van deze afstand tot oneindig scherp worden weergegeven. De hyperfocale afstand is van verschillende factoren afhankelijk, maar de belangrijkste en meest gebruikte zijn de brandpuntsafstand van de lens, het gebruikte diafragma en de gebruikte sensor (full-frame of APS- C/H). Onderstaande tabellen geven de verschillende hyperfocale afstanden weer bij de meest gebruikte brandpuntsafstanden en diafragma s in de landschapsfotografie. Hyperfocal distance full frame camera s
Hyperfocal distance APS-C camera s Bij tabel 2 staat aangegeven dat de hyperfocale afstanden van APS-C camera s met een 1.5 cropfactor (bv. Nikon, Sony) en een 1.6 cropfactor (bv. Canon) identiek zijn. Dit is natuurlijk niet het geval, maar de verschillen zijn zo klein dat het in de praktijk geen effect zal hebben en daarom zijn ze samengevoegd in één tabel. Aangezien bij APS-C camera s i.v.m. de cropfactor vaak super-groothoek lenzen gebruikt worden zijn hier ook de hyperfocale afstanden van 10mm, 12mm en 14mm toegevoegd.
Waarom gebruik je het? Zoals de definitie al aangeeft kun je door scherp te stellen op de hyperfocale afstand een maximale scherptediepte bereiken. Hoe meer diepte je in je landschapsfoto aanbrengt, hoe belangrijker dit wordt. Je wilt immers je voorgrond onderwerp scherp weergeven, maar ook alles op de achtergrond in je foto. Hoe groter de scherptediepte, hoe meer details in je foto scherp worden weergegeven. Een ruwe regel die in de praktijk vaak gebruikt wordt is de 1/3-2/3 regel. De scherptediepte begint vaak 1/3 voor het scherpstelpunt en eindigt 2/3 achter het scherpstelpunt. Maar dit is wel een erg ruwe regel en in de praktijk lang niet altijd betrouwbaar. Scherp stellen op de hyperfocale afstand is de meest accurate manier om voor een maximale scherptediepte te zorgen.
Hoe gebruik je het? Gebruik maken van de hyperfocale afstand is relatief simpel. Alles wat je nodig hebt is de juiste tabel en je moet afstanden een beetje in kunnen schatten. Voorbeeld: We maken een landschapsfoto met een full frame camera en we gebruiken de lens op een brandpuntsafstand van 20mm met een diafragma van f11. In tabel 1 kunnen we dan aflezen dat de hyperfocale afstand bij f11 op 20mm 1,2 meter bedraagt. Dat betekent dus dat als we scherp stellen op een afstand van 1,2 meter gemeten vanaf onze lens, dat alles vanaf 0,6 meter (de helft van 1,2 meter) tot aan oneindig scherp wordt weergegeven. Meet ik dat met een meetlat? Nee, dat doe je uiteraard op zicht door de afstand in te schatten. Ik kies bij het scherp stellen een punt uit dat ruwweg 1,2 meter bij mij verwijderd is. Het enige waar ik rekening mee moet houden is dat mijn voorgrond onderwerp zich dus ook bevindt binnen die scherptediepte afstand. Mijn scherptediepte begint immers op 0,6 meter afstand van mijn lens. Bevindt het voorgrond onderwerp zich bijvoorbeeld op 0,4 meter afstand, dan zal het niet scherp worden weergegeven en zal ik dus mijn positie tot het voorgrond onderwerp moeten aanpassen. Als ik ga fotograferen heb ik dus altijd een tabel met hyperfocale afstanden mee. Deze zit standaard in mijn fototas. Ik heb hem verkleind en geplastificeerd. Ideaal. Maar tegenwoordig heb je ook andere hulpmiddelen. Voor verschillende smartphones zijn apps verkrijgbaar die de hyperfocale afstand voor je uit kunnen rekenen. Tot slot nog even dit. Gebruik maken van de hyperfocale afstand garandeert natuurlijk nog geen scherpe foto. Een goed statief, de juiste techniek en gebruik maken van zaken als een draadontspanner en het opklappen van je spiegel spelen allemaal een belangrijke rol bij het maken van een scherpe landschapsfoto. Daarnaast zijn er natuurlijk ook situaties waarbij het gebruik maken van de hyperfocale afstand bij het scherpstellen maar een beperkt effect heeft. Denk aan situaties waarbij er sprake is van mist, een heiige atmosfeer, stof, etc. Ondanks dat je hier misschien gebruik maakt van het scherpstellen op de hyperfocale afstand, zal je scherptediepte beperkt zijn. Simpelweg omdat er optisch gezien geen scherpte in het landschap aanwezig is.