FEBEM focus #19 B E D R I J V I G I N M I L I E U Z O R G December 2010

Vergelijkbare documenten
Donderdag 14 juni Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR. Volvo Trucks Oostakker

Vlaamse bedrijven produceren minder afval en sorteren voortaan ook pmd

Mevrouw de voorzitter, Geachte leden van het Bureau, Dames en heren,

74% van het Vlaamse bedrijfsafval krijgt tweede leven

zittingsjaar Handelingen Commissievergadering Commissie voor Woonbeleid, Stedelijk Beleid en Energie

HET STARTFORFAIT U SORTEERT UW KARTONAFVAL? WIJ STEUNEN U HIERIN!

Het nieuwe Vlaamse afvalplan Uw lokaal afvalbeheer mee met zijn tijd?

TITEL VAN HET DOCUMENT ONDERTITEL VAN DOCUMENT

SYNERGIE TUSSEN STADSVERWARMING EN ENERGETISCHE VALORISATIE VAN AFVALSTOFFEN

PREMIES VOOR UW VERPAKKINGS- AFVAL, INTERESSE?

MBO afgedankte batterijen en accu s

VLAAMS PARLEMENT RESOLUTIE. betreffende de verzoening van de behoeften aan energie en aan zuivere lucht in onze maatschappij

4 e Plan voor Preventie en Beheer van Afvalstoffen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

LABO LEREN AFVAL BEHEREN OP SCHOOL

De Drievoudige Bottom Line, een noodzakelijke economische innovatie

Analyse van de markt voor inzameling en verwerking van huishoudelijk afval Jaar 2012

In het kader van het actualiseren van het gemeentelijk afvalbeleid is een enquête gehouden onder de inwoners van gemeente Bunnik.

ASPIRAVI. Project E403 Lichtervelde en Wingene

REGIONS FOR R4R RECYCLING. Janna Vandecruys OVAM 03/06/2014

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 16 DECEMBER 2010.

Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting. Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling

Wat ik thuis sorteer, kan ik in mijn bedrijf evenzeer

BIJLAGE 1 LEIDRAAD AANVRAAG EXTRA STEUN VOOR BEDRIJFSPROJECTEN GERICHT OP DTO

Ik ben als bestuurder in deze provincie bijzonder geïnteresseerd in de kansen van nieuwe energie voor onze kenniseconomie.

Zeg ook JA tegen afval scheiden.

Sector- en keteninitiatieven CO 2 -prestatie

zittingsjaar Handelingen Commissievergadering Commissie voor Woonbeleid, Stedelijk Beleid en Energie

Net Brussel. Afval sorteren in de onderneming : Principes en sensibiliseringsmateriaal. Oktober 2010

WIST U DAT U PREMIES KAN KRIJGEN VOOR VERPAKKINGS- AFVAL?

AFBRAAKWERKEN - GRONDWERKEN - BETON- & STABILISÉCENTRALE - RECYCLING - CONTAINERS - B TOP

Praktische gids voor de

IVAREM is de Intergemeentelijke Vereniging voor duurzaam Afvalbeheer in de regio Mechelen.

De selectieve fracties bij ondergrondse inzameling

MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST

Inzameling en verwerking van vlakglas

Het Eenheidsreglement voor gerecycleerde granulaten

RESULTATEN TERREINCONTROLES 2018 TEAM TERREINCONTROLE

Reken op ons! Donkere wolken boven de zonnepanelen (vervolg)

Persconferentie «Ecobouw stimuleren» 8 februari 2007 Toespraak van Evelyne Huytebroeck

25/03/2013. Overzicht

Duorsume enerzjy yn Fryslân. Energiegebruik en productie van duurzame energie

Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting. Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling

Wat is er aan de hand in Viesvuilland? Animatie over afval voor de kleinsten

Functiefamilie ET Thematische experten

Brudalex. TITEL III Bepalingen betreffende afvalbeheeroperaties enoperatoren. Inge Van Engeland Bérengère Paternostre

Woensdag 6 juni Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR

Beleid en ondersteuning t.a.v. gft-verwerking Luc Vanacker (OVAM/ere-voorzitter Vlaco) Ann Braekevelt (OVAM) Kristel Vandenbroek (Vlaco)

Nascheiding kunststoffen. Het heldere alternatief van Attero

CASE STUDY JOANKNECHT & VAN ZELST DENKT VOORUIT

13 september 2012 Biomass possibilities for closing the loop on-site. Francies Van Gijzeghem

1 van :03

De waarheid over de notionele intrestaftrek

Biomassa, het nieuwe goud. Francies Van Gijzeghem projectleider Bio-Energie platform

Hernieuwbaar energie-aandeel in Vlaamse nieuwbouwprojecten Ontdek de zonnestroomoplossingen van SMA

ASPIRAVI. Windpark Assenede

Evaluatie van Open Bedrijvendag

Jouw gemeente in de wereld De wereld in jouw gemeente

Energie Rijk. Lesmap Leerlingen

Hoge energieprijzen. Mazout blijft een voordelige brandstof.

Verloop. Quiz. Rollenspel. Debat. U kunt verschillende werkvormen kiezen:

Duurzaamheid. De voordelen van blikverpakkingen

Selectief slopen. en ontmantelen van gebouwen

Onderzoek Omgekeerd Inzamelen tweede fase

1. Hoe dringend vindt u het klimaatprobleem? Helemaal niet dringend, we 1% Er is helemaal geen klimaatprobleem. Weet niet / geen mening

Grondverzet: algemeen kader. Thomas De Vriese Diensthoofd Grondwijzer vzw

CO2 reductie

ECONOMISCH BELANG VAN NETAANSLUITING VOOR IVBO. Geert Dooms Unit Manager Verwerking

PLAN UW FINANCIEEL GELUK

Overzicht. Inleiding Micro-WKK in woningen Technologieën Aandachtspunten Toekomstperspectieven Conclusies

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 17 MAART 2011.

Voorstel 2: Creëer grondstoffenhubs en recycle bedrijfsafval

Onze VAL-I-PAC missie...

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer

N Beroepsregl bouw 2018 A2 Brussel, 18 december 2018 MH/JC/AS ADVIES. over DE BEROEPSREGLEMENTERINGEN IN DE BOUWSECTOR

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

De ecologisch. verantwoorde recyclageparken

sectorplan 3 Restafval van handel, diensten en overheden

MBO. Briefadvies MBO. Datum

reating ENERGY PROGRESS

Beleidsnotitie van afvalbeleid naar Grondstoffenbeleid

Controle van de netheid van de glasbollen en de glasbolsites

Les Koolstofkringloop en broeikaseffect

FAQ. 2. Op wie heeft de Europese Verordening 183/2005 betrekking?

CO 2 Reductie doelstellingen

ASPIRAVI. Project Blankenberge

Grondverzetregeling. Elisa Vermeulen, vzw Grondbank VVOR, 20 jaar bodemdecreet, 13/03/2015. Grondbank gewaarborgd grondverzet

Raadsvoorstel agendapunt

Jaarplan 2012 gemeente Velsen

Duik eens in uw afval en ontdek de grond stoffen van de toekomst

Zwerfvuil & Verbod op plastic zakjes

Federaal Plan Armoedebestrijding. Reactie van BAPN vzw. Belgisch Platform tegen Armoede en Sociale Uitsluiting EU /11/2012

Duurzaam ondernemen in Vlaanderen. Warmtenetten in Vlaanderen: welke business cases bieden potentieel?

CBR Antoing Veiligheid en milieu. Feiten & cijfers 2017

EuropEEs InstItuut voor onderzoek over de MEdItErranE En Euro-arabIschE samenwerking

Een geëngageerde onderneming met een beleid gericht op duurzame ontwikkeling

Analyse van de inzamel- en verwerkingsmarkt van huishoudelijk afval Jaar 2013

Sector- en keteninitiatieven CO 2 -prestatie

Perscommuniqué van 16/11/2015

Uw afval verdient beter OPINIE INWONERS PAPENDRECHT OVER VERANDERING IN AFVALINZAMELING

We houden van de natuur. Dat is altijd al zo geweest!

Transcriptie:

FEBEM focus #19 B E D R I J V I G I N M I L I E U Z O R G December 2010 Hoe duurzaam zijn onze milieubedrijven? FEBEM - veiligheidsfiches Groene warmte Closing the circle FEBEM duurzaamheidsrapport 2009 1

Wij produceren slijtdelen Een competente contactpersoon bij u in de buurt Meten en advies bij u ter plaatse Alleen bij CRACO: Premium-slijtvast staal CRACOX 400 tot CRACOX 650 Altijd leveringsmogelijkheden dankzij enorme voorraad CRACO Belgïe Stefan van Marcke GSM 0498-515363 s.vanmarcke@telenet.bee

Inhoudstafel 4 Hoe duurzaam is duurzaamheid? 5 FEBEM-secretariaat verhuist! 6 Werkgroep Wallonië : aan dossiers geen gebrek! 7 Waals Parlement op bezoek bij FEBEM 8 Lid in de kijker: RECMA 11 Closing the Circle en Enhanced Landfill Mining op de kaart gezet 12 GROENE WARMTE: hype of noodzaak? FEBEM Focus is het periodieke ledenblad van de Federatie van Bedrijven voor Milieubeheer. December 2010 Adres: FEBEM - Federatie van Bedrijven voor Milieubeheer Heysel Esplanade 1 Bus 87 1020 Brussel Tel. 02 757 91 70 Fax 02 757 91 12 E-mail info@febem-fege.be Website www.febem-fege.be Redactie: Werner Annaert, Anita Cosaert, Cédric Slegers, Baudouin Ska en Mireille Verboven. Realisatie: 2Mpact (www.2mpact.be) 15 Financieel-economische situatie: ook de leden van FEBEM hebben de crisis gevoeld 16 Kwaliteit van het ingezamelde holle glas: een blijvende uitdaging! Extra: FEBEM Duurzaamheidsrapport 2009 19 Monitoringsysteem Duurzaam Oppervlaktedelfstoffenbeleid 20 Codes van Goede Praktijk bij tussentijdse opslag en reiniging van uitgegraven bodem 21 Bezoek FEREDECO aan DD Recycling en ABR 23 Veiligheidsfiches voor en door de FEBEM-leden 25 Scheepsafval: op de goede weg 28 Overzicht standpunten en visies van FEBEM 29 Selectief ingezameld 32 Ledenlijst V.U. Werner Annaert U kan u op de Focus abonneren via onze website www.febem-fege.be. Edition française sur demande. Deze FEBEM Focus wordt gedrukt op 100 % gerecycleerd en chloorvrij papier. 3

FEBEMFOCUS Bedrijvig in milieuzorg december 2010 Hoe duurzaam is duurzaamheid? Werner Annaert, Algemeen directeur, FEBEM Heeft u ook zo n raar gevoel als u het woord duurzaamheid hoort of leest? zijn ze weer? Zo n gevoel van daar Inderdaad, op vrij korte termijn is dit op zich prachtig gegeven geëvolueerd tot een nietszeggend iets. Het begrip wordt om de haverklap gebruikt en misbruikt door iedereen wie het goed uitkomt. Het begrip wordt om de haverklap gebruikt en misbruikt door iedereen wie het goed uitkomt. Iedereen is duurzaam bezig en iedereen begrijpt er zijn idee onder. Onlangs las ik zelfs dat de onderhandelaars een basis willen leggen voor een duurzame federale regering En toch is duurzaamheid een begrip dat we moeten koesteren want het is de enige uitweg voor nogal wat actuele problemen. En niet alleen ecologische. Ook onze Europese industrie begint meer en meer in te zien dat het spaarzaam omspringen met natuurlijke grondstoffen en het beperken van hun impact op mens en omgeving de enige manier is om de voorsprong te bewaren tegenover bv. de BRIC-industrieën. Ook heel wat FEBEM-leden beseffen dat hun eigen toekomst afhangt van het leveren van inspanningen ter zake. Daarom besliste de federatie op voorzet van onze werkgroep Communicatie om werk te maken van een Duurzaamheidsverslag voor onze sector. We focussen daarbij zowel op het sociale, ecologische als economische aspect van de bedrijfsvoering. Tegelijkertijd organiseerden we begin december een infoavond over het thema waarbij we enkele conceet te ondernemen acties centraal plaatsten. Onze federatie en sector willen immers een voorbeeld zijn van investeringen in duurzame ontwikkeling want onze bedrijven moeten dagelijks aantonen dat ecologie en economie hand in hand gaan. Bij de keuze van de inrichting en bemeubeling van onze nieuwe kantoren was dit voor FEBEM alvast een belangrijk aandachtspunt. Vanaf begin 2011 start weer een nieuwe episode voor de federatie met de verhuis naar het Buro & Design Center (BDC) aan de Heizel. Vanaf begin 2011 start weer een nieuwe episode voor de federatie met de verhuis naar het Buro & Design Center (BDC) aan de Heizel. Hier zal de federatie weer de mogelijkheid hebben om verder te ontwikkelen en onze leden en gasten op een aangename manier te ontvangen. Dit is een nieuw begin maar tegelijkertijd ook een bekroning van een belangrijke evolutie die de federatie de laatste 5 jaar heeft ondergaan. Samen met het secretariaat van COBEREC bevolken we in het BDC een deel van de vijfde verdieping. We hopen alvast op een duurzame samenwerking met COBEREC. en heten u van harte welkom in onze nieuwe kantoren. Ondertussen wens ik u een fijn eindejaar, veel succes en voorspoed in 2011 en vooral veel leesgenot met deze nieuwe FEBEM FOCUS. Ook in 2011 zullen we voor u klaar staan, daar kan u op rekenen. Duurzaam. Werner Annaert, Algemeen Directeur, FEBEM 4

FEBEM-secretariaat verhuist! Gezien de samenwerking met COBEREC en de intentie van de twee federaties om de secretariaten fysiek bij elkaar te brengen zal FEBEM verhuizen. Verder uitbreiden in de Paviljoenstraat is immers geen optie. Op 27 december verhuist uw federatie naar de 5de verdieping van het Buro & Design Center (BDC) vlakbij de paleizen van de Heizel, het Atomium en de Kinepolis. Het gebouw is goed herkenbaar door de glazen liften die langs de buitenkant van het gebouw zijn geïnstalleerd. De kantoren worden volledig gerenoveerd en aangepast aan de jonge en dynamische stijl van uw federatie. We zorgen er ook voor dat we een eigen kleine en grotere vergaderzaal hebben. Zo kan FEBEM optimaal leden en andere bezoekers ontvangen. De nieuwe kantoren zijn bovendien ook zeer goed bereikbaar. Het metrostation Heizel is vlakbij en er stoppen verschillende bussen en trams. Het BDC ligt vlakbij de grote ring én de kleine ring. Naast de gebouwen ligt een parking met 1500 plaatsen. We zullen verhuizen tussen Kerst en Nieuw, het FEBEM-secretariaat is dan traditiegetrouw toch gesloten. Zo hopen we volledig klaar te zijn voor een goede start vanaf het begin van het nieuwe jaar. Telefoonnummer, fax en e-mailadres zullen niet veranderen. Om de leden de weg naar onze nieuwe kantoren te laten vinden, zullen de eerste werkgroepvergaderingen van 2011 in het BDC georganiseerd worden. Wij kijken er naar uit om onze leden op deze nieuwe locatie te kunnen verwelkomen. Nieuw adres vanaf 1/01/2011: FEBEM FEGE, Esplanade 1 b/87, 1020 Brussel. Nieuw adres vanaf 1/01/2011: FEBEM - FEGE, Esplanade 1 b/87 1020 Brussel 5

Werkgroep in de kijker Werkgroep Wallonië : aan dossiers geen gebrek! De werkgroep Wallonië werkt uitsluitend aan de dossiers die typisch zijn voor Wallonië. Deze is tot stand gekomen in 2006 toen de Waalse regering een belangrijke hervorming doorvoerde inzake de afvalheffingen. Toen bleek dat gezien de aparte dynamiek en aanpak in Wallonië, een werkgroep voor dit gewest geen overbodige luxe was. Dit betekent echter niet dat de andere werkgroepen van FEBEM enkel nog Vlaamse en Brusselse materies behandelen. De meeste werkgroepen blijven voor de drie gewesten gelden al is er wel vaak een grotere aandacht voor de Vlaamse dossiers merkbaar. Cédric Slegers; adjunct-directeur FEBEM De voorzitter van de werkgroep Wallonië is Yves Decelle van Sita. Secretaris van de werkgroep is Cédric Slegers van het FEBEMsecretariaat. Yves en Cédric proberen met de werkgroep ook de brug te slaan tussen de drie gewesten. Cédric: De actualiteit in Wallonië speelt zich momenteel grotendeels af rond twee dossiers : het nieuwe Waalse afvalplan en de omzetting van de Europese Kaderrichtlijn voor afval. Yves: Het nieuwe Plan zou afgerond moeten zijn in 2012 en nu vraagt het OWD (Office Wallon des Déchets) al aan FEBEM heel wat input. De grote lijnen zullen verband houden met bepalingen inzake huishoudelijk afval en inzake bedrijfsafval, maar op vraag van FEBEM zal het plan ook stilstaan bij de problemen van het afval dat in de «grijze zone» zit tussen de twee vermelde afvalstromen. In Wallonië is het immers zo dat sommige afvalstromen afhankelijk van wie hen ophaalt huishoudelijk (gemeente/intercommunales) of bedrijfsmatig (privé) zijn. Cédric: De werkgroep Wallonië is al bijzonder actief geweest om zich te positioneren rond talrijke thema s. Zo heeft op voorstel van de werkgroep Wallonië de Raad van Bestuur van FEBEM maar liefst zeven standpunten goedgekeurd. Daarbij neemt FEBEM standpunten in over onder andere de aanvaardings- en terugnameplichten, over de toekomst van de afvalverwerking en de stortplaatsen. Er zijn al heel wat vergaderingen georganiseerd door het OWD waar de stakeholders hun standpunten hebben verdedigd, en waaraan FEBEM zeer actief heeft deelgenomen. De omzetting van de Europese Kaderrichtlijn Afval Yves: Naar analogie met de twee andere Gewesten, is Wallonië volop bezig met de omzetting van de nieuwe Europese Kaderrichtlijn voor afval. Het Kabinet van Minister Henry heeft begin november een ontwerptekst doorgestuurd die in de werkgroep Wallonië geanalyseerd is. De inzet is dezelfde als in de andere twee Gewesten en FEBEM zal er in het bijzonder op letten dat er een maximale afstemming is tussen de gewesten, met name over de begrippen end-of-waste, bijproducten en de definitie van gemengd stedelijk afval. Zoniet, dan krijgen we in België wellicht zotte situaties in het afvalbeheer. Cédric: Ook andere afzonderlijke dossiers vormen een aandachtspunt. Zo zijn er de initiatieven van de Cellule des conseillers en Environnement (Cel Milieuadviseurs) van de Union Wallonne des entreprises voor een geïntegreerd afvalbeheer in bepaalde industriezones. Of de jaarlijkse analyse van het ICEDD (institut de conseil et d étude en développenemt durable) over de resultaten van het industrieel afvalbeheer in het Waals gewest, waarvoor FEBEM meerdere suggesties heeft geformuleerd. Een belangrijk dossier dat begin oktober is afgerond, is de omzetting van de Europese beslissing over de aanvaardingsprocedures en criteria bij de stortplaatsen. FEBEM heeft voor dit dossier heel wat overleg gepleegd met de Waalse autoriteiten en daarbij de in Vlaanderen geschreven teksten kunnen gebruiken. Zo gebeurde er een redelijke afstemming tussen deze twee gewesten. Op de werkgroep zijn gewoonlijk zo n 10 personen aanwezig. Het afvalbeleid in Wallonië is in deze werkgroep alvast in goede handen. Cédric Slegers adjunct-directeur FEBEM Yves Decelle Sita 6

Delegatie van het Waalse Parlement op bezoek bij twee FEBEM-leden FEBEM heeft op 21 oktober een delegatie van het Waalse Parlement ontvangen, bestaande uit zes parlementsleden, een medewerkster van de MR en de secretaris van de Commissie Leefmilieu. Laurence Lambert, adviseur van Minister Henry maakte eveneens deel uit van de groep. Het is Michel de Lamotte, Voorzitter van de Commissie Leefmilieu van het Parlement, die gunstig had gereageerd op de uitnodiging van FEBEM. Cédric Slegers; adjunct-directeur FEBEM seren en om nog meer afvalstoffen te recupereren. De delegatie kreeg een goede uitleg over de vergistings installatie en de projecten inzake hernieuwbare energie. De site van VANHEEDE Quevy beschikt immers over een windgenerator en het project voor het plaatsen van zonnepanelen (één van de grootste sites in België) is zo goed als afgerond. Aan de reacties te horen, waren de deelnemers zeer tevreden over wat ze te zien kregen. Een bezoek aan enkele FEBEM leden heeft de genodigden de gelegenheid gegeven om zich rekenschap te geven van het professionalisme dat aan de dag wordt gelegd in de afvalsector. GEOCYCLE (Seneffe) Een bezoek aan enkele FEBEM leden heeft de genodigden de gelegenheid gegeven om zich rekenschap te geven van het professionalisme dat aan de dag wordt gelegd heeft het belang van de traceerbaarheid van de gevaarlijke afvalstromen en het beheer van risico s op haar site in de verf zet. De parlementsleden toonden zich vooral geïnteresseerd in het Begeleidingscomité dat is opgezet voor een optimale relatie tussen de onderneming en de buurt. VANHEEDE (Quevy) van haar kant, heeft aangetoond dat de sector haar installaties continu verder ontwikkelt om haar dienstverlening naar het cliënteel toe te maximali- Aan de reacties te horen, waren de deelnemers zeer tevreden over wat ze te zien kregen. De sfeer was in ieder geval zeer hartelijk en iedereen stond open voor discussie. We hopen alvast de betrokkenen goed geïnformeerd te hebben over onze sector. 2 1 2 de groep van het Waalse Parlement bij GEOCYCLE de groep bij VANHEEDE die luistert naar Hubert Ewbank (tweede van rechts) 1 7

Lid in de kijker Lid in de kijker: RECMA RECMA, gevestigd in Seraing nabij Luik werd opgericht in 1999. Het is een bvba met sociaal oogmerk. Zij waren ook een van de eerste vennootschappen met sociaal oogmerk die aansloten bij FEBEM. Het doel van de vennootschap is drievoudig : actief zijn in de milieusector en meer in het bijzonder inzake afvalbeheer ; ontwikkelen van activiteiten van industriële reiniging, in onderaanneming ; het beheren van een Zakencentrum waarvan RECMA eigenaar is. Cédric Slegers; adjunct-directeur FEBEM RECMA is sinds 14 april 1999 erkend als Invoegbedrijf door het Waalse Gewest. Met meer dan 50 personeelsleden is RECMA nu het oudst erkende Invoegbedrijf van het Waalse Gewest. In 10 jaar tijd hebben 180 personen een arbeidscontract voor onbepaalde duur ondertekend. Een sterk partnernetwerk RECMA werkt nauw samen met INTRADEL, de Luikse afvalintercommunale. Vooral na het bekomen van een overheidsopdracht bij de Société d Intégration par le Travail en Environnement en région Liégeoise (SITEL s.c.r.l.), samen met SHANKS, BIOWANZE, TECHNUBEL, de Groupe PORTIER via PREFER Traverses en enkele andere economische actoren van het Gewest. RECMA oefent tevens haar activiteiten uit in nauwe samenwerking met de Mission Régionale pour l Emploi de Liège (MIREL), het OCMW van Luik, Seraing, enz.,. RECMA is eigenaar en beheerder van een Zakencentrum gelegen in de industriezone de Boverie in Seraing, en verhuurt tevens 2 200 m² lokalen en staat in voor dienstverlening aan een tiental initiatieven van sociale economie in de regio. Altijd op zoek naar betere prestaties RECMA is onderworpen aan de vennootschapsbelasting en de toepassing van een klassiek BTWtarief van 21%, en werkt op die manier in gelijke concurrentie met andere privaatrechtelijke bedrijven. Zij probeert haar economische doelstelling te combineren met haar sociale, nl. moeilijke arbeidsgroepen toch een zinvolle job geven. naar Daarbij streven ze ook productiviteitsverbeteringen. Bij wijze van illustratie: het sorteren van PMD op de site van SITEL kende op vijf jaar tijd een globale productiviteitsstijging van 30% (van 12 130 ton in 2003 naar bijna 18 000 ton in 2010). De hoeveelheid verwerkte PMD per persoon is van 411 ton in 2005 naar 523 ton in 2009 gegaan. RECMA is onderworpen aan de vennootschapsbelasting en de toepassing van een klassiek BTW-tarief van 21%, en werkt op die manier in gelijke concurrentie met andere privaatrechtelijke bedrijven. 8

Het productiepercentage van de teams voor het sorteren van PMD bedraagt 5,44 ton gesorteerd per uur. Dit gemiddelde productiviteitspercentage wordt bevestigd en gestabiliseerd voor het jaar 2010. Een volledige dienstverlening aanbieden paritair comité 121 wat de sector van de industriële reiniging betreft. Zij genieten ook van specifieke begeleidingsmaatregelen met het oog op hun sociale en professionele integratie. Het doel van de professionele omkadering is de nuttige vaardigheden te verhogen van de arbeiders die beantwoorden aan de behoefte van de onderneming, voor afvalbeheer of voor industriële reiniging. Het voorafgaande kwalificatieniveau van de arbeiders die door RECMA worden aangeworven, is zwak en elk jaar worden er door de onderneming belangrijke inspanningen geleverd inzake opleiding. De arbeiders die door RECMA tewerkgesteld worden, hebben allemaal een voltijds arbeidscontract van onbepaalde duur, dat valt onder de bevoegdheid van paritair comité 142.04 wat de sector van het sorteren van afval betreft, en van Meer info : Claudel Guitard, Directrice recma@caesoc.be De sociale economie lid van FEBEM? FEBEM heeft als werkgeversfederatie van de privaatrechtelijke sector als doel de belangen van alle ondernemingen te verdedigen die opgericht zijn onder de vorm van een vennootschap naar handelsrecht en die actief zijn in de afvalsector en / of de grondreiniging. De vorm of het soort aandeelhouderschap of de manier waarop de winst/het verlies wordt verdeeld, maken geen deel uit van de criteria die bepalen of een vennootschap al dan niet lid mag worden van FEBEM. Het is trouwens soms best moeilijk om duidelijk te bepalen of een aandeelhouder tot de openbare sector dan wel tot de privésector behoort RECMA is voor FEBEM als dusdanig het voorbeeld van het respecteren van een gezonde concurrentie onder de actoren. De Raad van Bestuur van FEBEM waardeert dat de vennootschap opgericht is onder de vorm van een coöperatieve vennootschap, dat ze onderworpen is aan de vennootschapsbelasting en onderhevig is aan BTW, maar vooral dat het geheel van haar personeelsleden onderworpen wordt aan dezelfde paritaire comités als de andere FEBEM leden 9

GZ-Zone 8, Oosterring 23, B-3600 Genk Telefoon 089-623830 / Fax089-623829 E-mail: info@terbergmatec.be www.terbergmachines.nl

Internationaal Congres zet Closing the Circle (Group Machiels) en Enhanced Landfill Mining op de kaart Begin oktober 2010 vond in Houthalen-Helchteren een geslaagd internationaal congres plaats, georganiseerd door Group Machiels en een breed Vlaams onderzoeksconsortium. Dit Consortium bestaat uit experten van vier kennisinstellingen (VITO, KULeuven, HUB, UHasselt) en Group Machiels en centrale figuren uit OVAM, Plan C, LRM en lokale stakeholders uit Houthalen-Helchteren. Tijdens het Symposium werden nieuwe concepten als Enhanced Landfill Mining (ELFM) en Enhanced Waste Management (EWM) in al hun facetten geduid, steeds in de context van de transitie naar duurzaam materialenbeheer. Bij de meer van 200 aanwezigen werden alleen maar positieve reacties genoteerd. Tijdens het Congres werd uitvoerig De bedoeling is dat Closing the Circle in 2014 start en twintig jaar zou duren. aandacht besteed aan het Closing the Circle project van Group Machiels in Houthalen-Helchteren (opslagplaats Remo Milieubeheer nv), het project dat aan de basis ligt van het ELFMconcept. Op de Remo-site werd sinds de jaren zeventig meer dan zestien miljoen ton afval verzameld, waarvan de helft huishoudelijk afval en de rest industrieel afval zoals staalslakken, shredderresidu s, bouwafval en slib. Closing the Circle is het eerste project ter wereld dat een stortplaats op een volledig geïntegreerde wijze wil valoriseren, in functie van een verbeterde energie- én materialenautonomie in Vlaanderen en Europa, zoals tijdens het Congres ook aangegeven werd door FEBEM-Voorzitter Werner Annaert. Het opschalingspotentieel van Closing the Circle is enorm. Peter Tom Jones (K.U.Leuven, Voorzitter ELFM-Consortium) Patrick Laevers (COO Group Machiels) Hoewel uiteraard niet alle sites even interessant zijn, schat men het aantal opslagplaatsen in Vlaanderen op 1600. In Europa gaat het volgens Prof. William Hogland uit Zweden over 150.000 sites. De bedoeling is dat Closing the Circle in 2014 start en twintig jaar zou duren. Concreet komt het project neer op vier resultaatgebieden. Ten eerste zou ongeveer de helft van het opgeslagen materiaal rechtstreeks of onrechtstreeks als materiaal kunnen worden gerecycleerd (Waste-to- Material). Met het recyclageresidu zal vervolgens via een revolutionaire plasmatechnologie groene energie worden geproduceerd (Waste-to- Energy). Dat zou naar schatting voldoende energie opleveren voor 200.000 gezinnen gedurende 20 jaar. Een van de grote voordelen van deze energetische valorisatietechnologie is dat het residu tot een absoluut minimum wordt beperkt. Het voornaamste plasmaresidu kan bovendien op zijn beurt ingezet worden als hoogwaardig bouwmateriaal (Waste-to-Material). Dit toont meteen aan dat in het geval van ELFM Wasteto-Energy en Waste-to-Material naadloos in elkaar overlopen, één van de belangrijke conclusies tijdens het Congres. 11 Ten derde beoogt Closing the Circle klimaatneutraal te werken. De CO2 die bij die energieproductie ontstaat, moet worden gecompenseerd of weggewerkt. Daarvoor zijn drie pistes uitgewerkt. Een eerste optie is de afvang van de geproduceerde CO2 en de ondergrondse opslag in het Belgische Campine bekken. Een tweede mogelijkheid is CO2 te gebruiken als meststof voor versnelde plantengroei in serres die met de restwarmte van de energiecentrale worden gevoed. Ten slotte kunnen bij de afvalomzetting alternatieven voor cement geproduceerd worden, waardoor cementgerelateerde CO2- emissies worden vermeden. Het ELFM Consortium onderzoekt deze pistes in samenwerking met Group Machiels. Nadat alle afvalstoffen zijn opgegraven en verwerkt, moet de Remo-site ten slotte evolueren naar een duurzaam en hoogwaardig natuurgebied, het vierde resultaatsgebied. Voor het Closing the Circle project kan starten, moeten echter nog verschillende hindernissen overwonnen worden. Zo is het wachten op de nodige vergunningen en moet de financiering rondgeraken. Daarnaast wordt het succes niet alleen bepaald door de toekomstige prijs van fossiele brandstoffen en CO2, maar ook van de subsidiesteun voor materiaal- en energierecyclage ter vermijding van de inzet van primaire, niet-hernieuwbare grondstoffen en energiebronnen. Alle 16 papers evenals de presentaties van het Congres zijn downloadbaar op http:// www.elfm-symposium.eu/downloads.php Peter Tom Jones K.U.Leuven Voorzitter ELFM-Consortium

GROENE WARMTE Hype of noodzaak? Groene elektriciteit kennen we van zonnepanelen, windturbines of biogasinstallaties maar groene warmte is nieuw en toch ook weer niet. Groene warmte wordt geproduceerd op basis van hernieuwbare brandstoffen en vervangt rechtstreeks de uitstoot van fossiele CO2, waardoor de opwarming van de aarde vermindert. Maar hoe gebeurt dit in de praktijk en waarom doen we dit niet al langer? Wat is het en waarom? Groene warmte is per definitie hernieuwbaar en wordt geproduceerd op basis van hernieuwbare brandstoffen zoals hout maar ook bijvoorbeeld via aardwarmte. Een precieze definitie van groene warmte is er niet, maar warmte is alvast het begin van alle energievormen. Zo wordt verbrandingswarmte omgezet in stoom die dient voor industriële processen of om er elektriciteit mee te maken via een stoomturbine. Hoogste efficiëntie en vele toepassingen Als een brandstof zoals hout wordt omgezet in bruikbare energie, dan gebeurt dat met een hoog rendement, voor een verwarmingsketel is dat minstens 85%. Stel dat we hier nog stoom van maken en daarmee elektriciteit gaan maken dan is het rendement maximaal 45%. We doen dus veel meer met warmte per brandstofeenheid zodat het de moeite loont om verder te kijken Francies van Gijzeghem, ODE Een precieze definitie van groene warmte is er niet, maar warmte is alvast het begin van alle energievormen. naar toepassingsmogelijkheden ter vervanging van fossiele warmte. Warmte heeft vele toepassingen en men kan combinaties bedenken waarbij stoom gebruikt wordt in een industriële toepassing voor zijn hoge temperatuur en daarna op lagere temperatuur, minder dan 100 C, voor residentiële doeleinden. Er zijn zelfs processen waarbij warmte kan omgezet worden in koude voor airconditioning of koelcellen. Groene warmte en grijze warmte De aandacht voor warmte is gegrond en moet niet enkel gezien worden als basis van natuurlijke grondstoffen. Van alle processen die we vandaag kennen is er nog veel afvalenergie onder de vorm van lage temperatuurwarmte, grijze warmte. Zoals reeds aangehaald kan, in functie Zoals reeds aangehaald kan, in functie van het proces, tot 60% energie afgevoerd worden naar de atmosfeer omdat ze niet meer bruikbaar is van het proces, tot 60% energie afgevoerd worden naar de atmosfeer omdat ze niet meer bruikbaar is. Dit zijn enorme hoeveelheden energie die niet worden benut en een enorm potentieel bieden. België importeert jaarlijks 45 miljoen ton fossiele brandstoffen wat ineens ook het potentieel weergeeft! Noodzaak? Volgens studies uitgevoerd in opdracht van de EU is groene warmte een slapende reus met een potentieel dat hoger is dan dat van groene stroom! ODE en haar zusterorganisatie EDORA publiceerden in 2010 een studie waarbij voor de verschillende hernieuwbare energietechnologieën het potentieel voor België werd bepaald. In de REPAP-studie kwamen we tot de conclusie dat het mogelijk is om in 2020 14,4 tot 16,7% aan hernieuwbare warmte en koude te produceren. Indien deze doelstelling moeten worden gerealiseerd betekent dit wel een import van ongeveer 5 miljoen ton hout omdat Vlaanderen zelf te weinig oppervlakte heeft. Anderzijds is het duidelijk dat alle mogelijke hernieuwbare energietechnologieën ter vermindering van de CO2-uitstoot noodzakelijk zijn, 12

vandaag hebben we slechts een aandeel van 5% van de elektriciteit in Vlaanderen op basis van groene stroom. Om dit te realiseren was er meer dan een decennium nodig dus alle hens aan dek voor het behalen van de doelstelling 2020! Milieuvriendelijk? Het voorgaande maakt duidelijk dat groene warmte verder en direct implementeerbaar is, maar het moet passen binnen het bestaande kader! Het is al te gek om ineens alle hout te gaan inzetten voor groene warmte, hout heeft ook een belang- rijke functie als materiaal! Hout kent vele toepassingen zoals in de meubel- en bouwsector en wordt al sinds eeuwen daarvoor gebruikt. Echter wordt slechts de helft van een boom gebruikt als materiaal zodat er nog heel wat mogelijkheden zijn voor andere toepassingen waaronder energie. Zodoende wordt de CO2 vastgehouden en nog nuttig gebruikt ook. Daarom moet hout maximaal worden toegepast als grondstof en niet direct als brandstof. Echter wordt slechts de helft van een boom gebruikt als materiaal zodat er nog heel wat mogelijkheden zijn voor andere toepassingen waaronder energie. Anderzijds hebben ook meubels een beperkte levensduur en komen ze Het talmen van de overheid en politieke wereld valt erg te betreuren en getuigt van een gebrek aan moed. vroeg of laat in een stadium waarbij ze niet meer bruikbaar zijn als materiaal. Dan is het inzetten van dit hout voor de productie van energie op dit punt het meest aangewezen. Op basis van een soortgelijke aanpak draagt hout minstens tweemaal bij tot de reductie van fossiele emissies! Financiële en politieke steun noodzakelijk! Vandaag wordt de fossiele brandstof het meest gebruikt omdat ze goedkoop en geconcentreerd is. Hout vergt meer productiekosten en is omslachtiger in het gebruik, wat hout duurder maakt dan fossiele brandstoffen. Het toepassen van hout heeft een ecologisch en maatschappelijk draagvlak en moet ondersteund worden. Plaatsen van een pelletketel wordt fiscaal ondersteund maar een pelletketel wordt vandaag de dag nog te weinig geplaatst. Op industrieel gebied is er nog een groot potentieel zodat een financiële impuls nodig is vanuit de overheid. ODE werkte mee aan de basis van een steunkader voor groene warmte en koude. Vandaag overweegt de Vlaamse regering de invoer van een steunkader, maar ondernam ze nog geen verdere stappen. Het uitblijven van een steunkader is ten nadele van van het milieu en de opwarming van de aarde! Het talmen van de overheid en politieke wereld valt erg te betreuren en getuigt van een gebrek aan moed. Belangrijk om weten is dat slechts 1% van het BBP nodig is om de klimaatopwarming onder controle te krijgen. Gezond verstand en doordachte aanpak ODE pleit reeds geruime tijd voor een evenwichtige en doordachte aanpak met de focus op minder verbruik. Een besparing van 10% ligt in ieders bereik en heeft een directe impact op het milieu maar ook op de portemonnee! Pas na de maximale toepassing als grondstof kan het gebruik als hernieuwbare brandstof voor energieproductie in aanmerking komen. Enkel deze aanpak geeft een maximaal resultaat voor het milieu en de maatschappij. 13

ODE en FEBEM plegen regelmatig overleg over deze materie om de introductie van groene warmte te realiseren. Economisch belang en tewerkstelling Het is een feit dat de sector van de hernieuwbare energie vandaag werk geeft aan meer dan 10.000 mensen. Tegen 2020 zullen er dat 40.000 zijn! Uit analyses blijkt dat één derde van de tewerkstelling geleverd wordt door bio-energie! Daarbij wordt in Vlaanderen aan R&D gedaan in hernieuwbare energie en wordt hernieuwbare energie een vaste waarde in de maatschappij. Hout, een grondstof in transitie Hout is de meest duurzame grondstof is die er bestaat. Voor de industriële revolutie was hout de meest gebruikte brandstof én grondstof. Haar kansen voor de toekomst zijn veelbelovend, maar ze moeten gerealiseerd worden in een evenwichtig, innovatief en aangepast kader dat compatibel is met de bestaande structuren. Subsidies zullen noodzakelijk zijn, maar ze blijven budgettair goed haalbaar en wegen niet op tegen de voordelen voor het klimaat en de komende generaties! Francies Van Gijzeghem Projectleider Bio-Energie platform ODE francies@ode.be www.ode.be bio-energie 14

Financieel-economische situatie: ook de leden van FEBEM hebben de crisis gevoeld Uit de resultatenrekeningen van de FEBEM-leden blijkt dat zij in 2009 een moeilijk jaar hebben gehad maar toch «het hoofd boven water» hebben kunnen houden. Op basis van eigen FEBEM-cijfers en info uit het tijdschrift INCIDENCES, kunnen we een reeks analyses maken. Vooreerst blijkt dat er een verschil bestaat tussen de grote ondernemingen en de KMO s. De multinationals zijn er bijvoorbeeld in geslaagd om hun omzetcijfer enigszins te stabiliseren (-0,37%). Als we echter de verschillende subsectoren analyseren, waar nogal wat KMO s actief zijn, stellen we vast dat het omzetcijfer in elkaar is gezakt (-12%). Van deze subsectoren blijkt dat enkel terugwinning van energie De recyclagesector in zijn geheel heeft sterk geleden onder de crisis. (+3,2%) en in mindere mate recycling van elektrisch en elektronisch afval (+0,1%) hun inkomsten nog hebben kunnen verhogen. De recyclagesector in zijn geheel heeft sterk geleden onder de crisis. Het is daarbij wel belangrijk om te stellen dat het jaar 2008 een vrij uitzonderlijk goed jaar was. De schroot- (-32%), papier- (-33%) of plasticsector (-18%) hebben de ineenstorting van de markt heel sterk gevoeld. De glasrecyclagesector heeft nog goed weerstand kunnen bieden (-1%), maar men merkt toch dat de meeste recycleurs hun boekjaar in de rode cijfers moeten afsluiten. Werner Annaert, Algemeen Directeur FEBEM Cédric Slegers, adjunct-directeur FEBEM Ook de stortplaatsen zijn niet gespaard gebleven (-17%). Dit is uiteraard ook mee te verklaren door de verminderde toegestane afwijkingen op de stortverboden in Vlaanderen (2009). Hoe hebben de bedrijven gereageerd om hun rentabiliteit te behouden? Ondanks sommige herstructureringen is het aantal jobs in de sector relatief goed behouden gebleven (-0,57%). Hieruit blijkt dat de ondernemingen inspanningen willen leveren om gekwalificeerd of ervaren personeel te behouden, in afwachting van het economisch herstel. Een meevaller in de kostenstructuur was ongetwijfeld de daling van de dieselprijs. En de financiële marges? Opnieuw valt er een vrij duidelijk verschil te noteren tussen de grote ondernemingen en die van de verschillende subsectoren. De multinationals voerden verdere kostenbeperkingen door waardoor de winst globaal is gestegen met 35%, maar met grote verschillen tussen industriële groepen/sectoren onderling. Wat de middelgrote bedrijven betreft, is de marge gemiddeld met 11% gedaald. Een bijzondere sector is die van de verhuur van contai- ners, die haar omzetcijfer heeft zien stijgen, maar tegelijkertijd haar winst sterk heeft zien dalen (met bijna 50%). De sector van de bodemsanering heeft eveneens haar Ondanks sommige herstructureringen is het aantal jobs in de sector relatief goed behouden gebleven (-0,57%). eindresultaat naar beneden zien tuimelen (-30%), net als de glassector (-16%) of de plasticsector (-17%). Er zijn ook sectoren die het jaar hebben kunnen afsluiten met goede resultaten, zoals de sector van de bereiding van vervangende brandstof of de recyclage van inert afval. Moeilijk om duidelijkheid te zien Over het algemeen toont de analyse van de resultaten aan dat het erg moeilijk is om een tendens te bepalen. Binnen eenzelfde sector worden soms grote verschillen vastgesteld in de resultaten van verschillende bedrijven. We zullen nauwlettend in het oog moeten houden of het herstel van de eerste zes maanden van 2010 zich op een duurzame manier zal laten gevoelen. Op dit ogenblik zijn er immers nog te veel schommelingen merkbaar, met name wat de wederverkoopprijs betreft van de gerecycleerde stoffen, om te kunnen aannemen dat de gevolgen van de crisis achter de rug zijn. 15

Kwaliteit van het ingezamelde holle glas : een blijvende uitdaging! In België bedraagt de hoeveelheid hol glas die ingezameld wordt via de glasbollen of de huis-aan-huis ophaling bijna 330.000 ton. Dit is 49% van het verpakkingsafval dat door de vzw FOST PLUS wordt beheerd. Ter vergelijking : het aantal flessen en flacons dat wordt ingezameld via de blauwe zak, bedraagt slechts 61.000 ton, ofwel vijf keer minder. Daarmee is alles gezegd over het belang van het glasafval. Cédric Slegers; adjunct-directeur FEBEM-FEGE Twee jaar geleden is er een werkgroep opgericht tussen FEBEM en FOST PLUS. Ook de gewestelijke en interregionale autoriteiten nemen er aan deel, net als de koepels van afvalintercommunales COPIDEC en INTERAFVAL. De uitdaging? De kwaliteit van het ingezamelde glas verbeteren om zo tegemoet te komen aan de steeds hogere eisen die de glasfabrikanten opleggen voor het ingezette recuperatieglas. Onze glasrecycleurs hebben al vele jaren geïnvesteerd in performante machines voor het optisch sorteren van het glasafval. Maar zoals alle machines, hebben ook deze hun grenzen op technisch vlak en qua rentabiliteit. FEBEM en haar glasrecycleurs trokken dan ook aan de alarmbel en riepen alle betrokkenen in de keten op om samen inspanningen te leveren. Op dit moment is er beleidsmatig immers enige tweeslachtigheid waar te nemen. Terwijl de recyclage van glas erkend wordt als een belangrijk middel om de uitstoot van CO2 te voorkomen, leiden de herstructureringen en de economische crisis bij de glasproducenten tot een overaanbod van glasscherven ten opzichte van de vraag. Niet alleen zorgt dit voor een druk op de afzetprijzen, maar De uitdaging? De kwaliteit van het ingezamelde glas verbeteren om zo tegemoet te komen aan de steeds hogere eisen die de glasfabrikanten opleggen aan het ingezette recuperatieglas. het heeft ook als gevolg dat de glasfabrikanten zeer veeleisend zijn geworden naar de te aanvaarden kwaliteit van het gerecupereerde glas. Zowat al het Belgische holglas moet dan ook nog geëxporteerd worden en de buitenlandse glasfa- brikanten hebben weinig compassie met de Belgische recycleurs! De scheiding per kleur, de dichtheid van het ingezamelde glas en de aanwezigheid van steen, porselein en keramiek blijven essentiële knelpunten. Maar meer en meer speelt ook de aanwezigheid van hittebestendig glas en van organisch afval (de resten van confituur, mayonaises.). Wat dit laatste betreft, is de technische redenering eenvoudig: hoe meer het glas vervuild is, hoe meer de kleine stukjes glasscherven gaan samenklitten en bij het optisch sorteren, worden dan uiteindelijk meer glasscherven weggegooid dan nodig. Is de vervuiling van het glasafval een nieuw probleem? De meningen zijn verdeeld, maar wat wel zeker is, is dat gelet op de steeds hogere eisen die worden gesteld door de glasfabrikanten, de burger beter moet gaan sorteren. Daarom worden er twee soorten acties ondernomen door de vermelde werkgroep. Ten eerste, het blijven verspreiden van de goede sorteerboodschap. Dit zowel naar de bedrijven toe (wat de HORECA betreft bijvoorbeeld, vindt men soms heel wat porselein in het glasafval een tendens wellicht 16

1 Is de vervuiling van het glasafval een nieuw probleem? De meningen zijn verdeeld, maar wat wel zeker is, is dat de burger beter moet gaan sorteren. om alle gebroken tassen of borden bij het glasafval te deponeren?) als naar het brede publiek (bv. via publiciteit op de ophaalwagens van het glasafval). Ten tweede, is een studiebureau een unieke procedure komen installeren voor het analyseren van het ingezamelde glas bij de recycleurs, met als doelstelling duidelijk te identificeren waar de problemen zijn. De recycleurs beschikten al lang over talrijke gegevens, maar het definiëren van een uniforme procedure voor heel België, laat toe om zonder enige discussie de zones of zelfs de ophaalrondes die slechte resultaten geven te objectiveren. De glasrecycleurs, verenigd binnen FEBEM, kunnen zich alleen maar verheugen over deze initiatieven. Ze zijn essentieel willen we een optimale afzet voor de ingezamelde glasscherven verzekeren. Nogmaals het bewijs dat na jarenlang kwantitatieve objectieven te hebben gehanteerd inzake afvalbeheer, het tijd is dat er meer gesproken wordt over kwaliteit! De Intercommunale van Waals- Brabant neemt initiatieven Sommige gewestelijke of gemeentelijke autoriteiten beweren dat het zeer moeilijk, ja zelfs onmogelijk, is om het gedrag van burgers te wijzigen, vooral op de plaatsen waar geen enkele permanente controle wordt uitgevoerd zoals de glasbollen. De Waals-Brabantse intercommunale IBW heeft beslist om hen geen gelijk te geven. De intercommunale heeft een sensibiliseringsfase gestart (verspreiding van een folder om op een correcte manier te sorteren, studenten die overdag naast de glasbollen staan om eventueel de handelingen van de burger te corrigeren, waarbij een beloning te winnen is) gevolgd door een repressiefase met strafrechtelijke sancties. Wanneer er geen reactie komt van het parket, volgt een administratieve sanctie. Alle gemeenten van Waals-Brabant hebben zich geëngageerd voor deze repressieve fase en de eerste administratieve boetes, opgelegd door de «sanctionerende» ambtenaar van de gemeente, zijn gevallen. Genoeg om de burgers duidelijk te maken dat men niet zomaar gelijk wat kan doen met zijn afval en dat de kwaliteit van het recycleren een zaak is van ons allen. 2 1 2 Wat NOOIT in een glasbol mag Nieuwe sticker, aangebracht op de vrachtwagens 3 3 Studenten voeren een sensibiliseringsactie rond de glasbollen 17

Wenst u ook een mooier straatbeeld of netter terrein? De laatste jaren heeft de afvalinzameling zich in een snel tempo ontwikkeld. Steeds meer en meer gemeenten en beheerders kiezen voor halfondergrondse of ondergrondse inzamelsystemen. De voordelen hiervan zijn: - steeds een mooi straatbeeld; - geen last meer van ongedierte; - minder stank- en geluidsoverlast; - kostenbesparing; - service en onderhoud op regelmatige basis. Om met hoogstaande en veilige producten te kunnen inspelen op de verwachtingen van de markt, heeft Plastic Omnium zowel een halfondergrondse container (Semimax) als een ondergrondse container (Minimax) in haar assortiment, die voldoen aan de strengste eisen en voorkeuren. Beide systemen functioneren op een eenvoudige en efficiënte manier. Minimax Semimax De Minimax en Semimax zijn beiden verkrijgbaar in verschillende volumes, 3m³, 4m³ of 5 m³ en voor diverse afvalfracties zoals papier/karton, glas, GFT- en restfractie. Echter meer en meer klanten hebben zo hun specifieke wensen zoals meerdere compartimenten, toegangscontrole, Deze opties worden door Plastic Omnium aangeboden en daarbij wordt vakkundig advies verleend. Plastic Omnium staat al vele jaren gekend als een belangrijke leverancier op de markt. Zij houdt zich niet alleen bezig met het verkopen van alle standaardproducten en - diensten, maar ontwikkelt ook lokale producten en diensten. Inspelen op de lokale behoeften is dan ook onze troef. Plastic Omnium houdt nadrukkelijk rekening met zaken zoals vormgeving, functionaliteit en kwaliteit. Al deze facetten krijgen de volledige aandacht waardoor de producten van Plastic Omnium zich onderscheiden van andere. Wenst u meer informatie, goed advies, een scherpe prijsstelling, neem dan vrijblijvend contact op met Plastic Omnium op het nummer 054/313131 of mail ons, poinfo@plasticomnium.com

Vlaanderen wil beleid inzake Oppervlaktedelfstoffen monitoren In februari 2011 zal de Vlaamse overheid een digitale enquête versturen naar de producenten, handelaars en verbruikers van primaire delfstoffen en alternatieve grondstoffen. Daar hoort u als lezer van deze FOCUS waarschijnlijk ook bij. De enquête is opgesteld door de Afdeling Land en Bodembescherming, Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen (ALBON) van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie, de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) en de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) en maakt deel uit van het Monitoringsysteem Duurzaam Oppervlaktedelfstoffenbeleid. De opzet van dit monitoringsysteem door de Vlaamse overheid wordt ondersteund door FEBEM. Tijdens de ontwikkeling van de enquêtes werd contact opgenomen met de betrokken federaties en beroepsverenigingen om advies en opmerkingen in te winnen. Het resultaat is een enquête die het werk van de bevraagde bedrijven tot een minimum beperkt. en opmerkingen in te winnen. Het resultaat is een enquête die het werk van de bevraagde bedrijven tot een minimum beperkt. De enquêtes worden volledig digitaal aangeboden. Door koppeling aan bestaande bedrijvenbestanden, gekend bij de overheid, werden de formulieren zo veel mogelijk gepersonaliseerd. Dit monitoringsysteem wordt opgestart om op een regelmatige en consistente manier gegevens te verzamelen over: de behoeftecijfers van oppervlaktedelfstoffen; de import- en exportstromen van grondstoffen; de inzet en beschikbaarheid van alternatieve materialen. Grondstoffen zoals klei, zand, grind of hun volwaardige alternatieven zijn basisgrondstoffen voor producten die voor elke burger dagelijks hun nut hebben. De bevoorrading van minerale grondstoffen is daarom een maatschappelijke noodzaak, voor onze generatie, maar ook voor toekomstige generaties. Mireille Verboven, Adviseur FEBEM Het spreekt voor zich dat de politieke besluitvorming omtrent de verzekering van de bevoorradingsnoden gemakkelijker verloopt wanneer die wordt gesteund door inzicht en kwantificering van de bevoorradingsbronnen. Inzicht in deze bronnen stelt de Vlaamse Regering in staat om objectief onderbouwde beslissingen te nemen. De te verzamelen gegevens zijn dus essentieel voor het ontwikkelen van een duurzaam oppervlaktedelfstoffen- en materialenbeleid, wat op lange termijn de bevoorrading voor de sectoren zal verzekeren. Tijdens de ontwikkeling van de enquêtes werd contact opgenomen met de betrokken federaties en beroepsverenigingen om advies Opzet is om de enquête jaarlijks te herhalen met als doel een totaalbeeld te krijgen van de marktontwikkelingen. De resultaten zullen gerapporteerd worden in een publiekelijk beschikbaar jaarverslag. De vertrouwelijkheid van de gegevens van de individuele respondenten zal te allen tijde worden bewaakt. De individuele gegevens zullen nooit aan derden worden verstrekt en ook op geen enkele wijze af te leiden zijn uit de in het jaarverslag verstrekte informatie. De Vlaamse overheid en FEBEM hopen op uw medewerking! FEBEM is er immers van overtuigd dat onze sector heel wat alternatieven biedt voor primaire delfstoffen. 19

Vlaams gewest maakt Codes van Goede Praktijk op voor tussentijdse opslag en reiniging van uitgegraven bodem Mireille Verboven, Adviseur FEBEM Complexe materie Codes van goede praktijk zijn een belangrijk instrument bij de implementatie van wet- en regelgeving. In het geval van uitgegraven bodem is het spelbord vastgelegd in het bodemdecreet en bijhorend uitvoeringsbesluit, het Vlarebo. De spelregels van de uitvoering in de praktijk zijn uitgeschreven in Codes van Goede Praktijk. Codes in meervoud, want er zijn niet minder dan vier Codes van Goede Praktijk en twee standaardprocedures uitgeschreven om het grondverzet volgens de regels van de kunst uit de voeren. Deze zijn vastgelegd via Bovenstaande opsomming van Codes van Goede Praktijk (CvGP), standaardprocedures, leidraad en ministeriële besluiten omvat nog niet de werking van een tussentijdse opslagplaats (TOP) of centrum voor grondreiniging (CGR). Het VLAREBO voorziet dat elke tussentijdse opslagplaats of grondreinigingscentrum, die zelf bodembeheerrapporten wenst af te leveren van de door haar in ontvangst genomen uitgegraven bodem, een erkenning moet aanvragen. Hiervoor is een kwaliteitsreglement opgesteld, onder de auspiciën van OVAM. Een erkende bodembeheerorganisatie (Grondbank of Grondwijzer) zal erop toezien dat de TOP of CGR de voorwaarden uit dit kwaliteitsreglement respecteert. Daar bovenop komt nog een Code van Goede Praktijk voor grondreieen ministerieel besluit. Een tweede ministerieel besluit legt de lijst vast van de toepassingen voor bouwkundig bodemgebruik en gebruik in een vormvast product. Daarnaast heb je nog de uitgebreide leidraad voor het werken met uitgegraven bodem nodig voor het algemeen overzicht. De complexiteit van deze materie wordt op de OVAM website mooi geïllustreerd met een reeks FAQ (Frequently Asked Questions): FAQ grondverzet algemeen, FAQ grondverzet op de plaats van uitgraving, FAQ grondverzet op de plaats van bestemming, FAQ normen en gebruiksmogelijkheden, FAQ grondverzet en vervoer van uitgegraven bodem, FAQ grondverzet en opslag van uitgegraven bodem. Op de OVAM website, onder het luik Grondverzet, onder de titel Vakinformatie staan al deze bepalingen netjes verzameld. Het pijnpunt blijft de handhaving! Maar is de complexiteit van de regelgeving niet omgekeerd evenredig met de mate van handhaving? Of moeten we veronderstellen dat elke handhavende ambtenaar de transportdocumenten bij grondverzet kan interpreteren? Tijdelijke opslag en grondreinigingscentra nigingscentra, gepubliceerd door OVAM, opgesteld in overleg met de sector, met adviezen van VITO. Op een erkend grondreinigingscentrum ontbreekt het doorgaans niet van de controles: milieu-inspectie, bodembeheerorganisatie, OVAM, VITO, VMM, auditoren van certificatie-instellingen, klanten, verzekeringen, ze passeren allemaal de revue. Op een erkend grondreinigingscentrum ontbreekt het doorgaans niet aan controles: milieu-inspectie, bodembeheerorganisatie, OVAM, VITO, VMM, auditoren van certificatie-instellingen, klanten, verzekeringen, ze passeren allemaal de revue. Dit staat in schril contrast met de controles bij de niet-erkende tussentijdse opslagplaatsen, de zogenaamd bedrijfsgebonden TOP s, waarvoor nog geen Code van Goede Praktijk bestaat. Gelukkig komt daar eerstdaags verande-ring in. Samen met een update van de CvGP voor grondreinigings-centra, zal OVAM ook een CvGP voor tussentijdse opslagplaatsen publiceren. Deze aanbevelingen zij complementair aan de verplichtingen die worden opgenomen door de milieuvergunning van de TOP of CGR. De leden van de FEBEM/OVB werkgroep CGR s zijn blij dat deze laatste Code van Goede Praktijk er eindelijk komt. Zo zal het speelveld weer een beetje meer gelijk zijn voor alle spelers, tenminste als de scheidsrechter (lees: handhaver) zijn werk doet! 20

FEREDECO bezoekt Vlaamse FEBEM-leden De periodieke vergadering van de vereniging van de Waalse recycleurs van puingranulaten FEREDECO ging deze keer niet door in Gembloux zoals gebruikelijk, maar bij twee FEBEM leden in Vlaanderen. In de voormiddag was DD Recycling de gastheer van deze Waalse sectorgenoten. In de hoofdzetel van DD Recycling te Vlierzele hebben de deelnemers van FEREDECO een duidelijke uitleg gekregen van Patrick Betri, Bart De Winter en Kizi Vervest over de werkwijze bij deze breker in het Vlaams gewest. Er zijn namelijk nogal wat verschillen: daar waar de leden van FEREDECO in Wallonië nu pas gestart zijn met de CEmarkering, moeten de Vlaamse tegenhangers aan heel wat extra regelgeving voldoen. Zo zijn er de strengere milieuhygiënische eisen uit het VLAREA (onder andere voor asbest) en de verplichting om een COPRO of QUAREA keuring te hebben. Na het middagmaal was de bezoekersgroep te gast bij ABR in Grimbergen. Hier konden de deelnemers een installatie in werking zien, uitgerust met sorteerband, vernevelinginstallatie, windshifter en waterbad. Ook de toestellen in het labo voor de interne controles werden gedemonstreerd. Kortom een leerrijke dag. Volgend jaar kunnen we beslist eens de omgekeerde beweging voorstellen: FEBEM op bezoek bij enkele leden van FEREDECO. 1 2 1 2 Een uitleg op het terrein van ABR in Grimbergen. De bezoekers van FEREDECO op de parking van DD Recycling in Vlierzele. 21

K WA L I T E I T O P W E G EN ROUTE POUR LA QUALITE hoogkwalitatieve machines bedrijfszekerheid service 24/24 u. wisselstukkenbeheer onderhoud klantvriendelijkheid machines de haut qualité fiabilité service 24/24h. gestion de pièces de rechange entretien acceuil clientèle Geen loze woorden maar bij ons een dagdagelijkse opdracht. Ne sont pas des vaines paroles mais notre mission journalière. www.schmidt-belgium.be SCHMIDT BELGIUM SCHMIDT BELGIQUE Boomsesteenweg 74 - B 2630 Aartselaar Route de Wavre 110 - B 4280 Hannut www.schmidt-belgique.be Tel.: +32(0)3 458 15 85 Tel.:22 +32(0)19 65 76 32 Fax: +32(0)3 458 18 25 e-mail: info@schmidt-belgium.be Fax: +32(0)19 65 76 33 e-mail: info@schmidt-belgique.be

Veiligheidsfiches voor en door de FEBEM-leden De werkgroep QESH van FEBEM heeft sinds oktober 2010 twaalf toolboxfiches uitgewerkt en ter beschikking gesteld van alle leden. De werkgroep QESH ontfermt zich binnen FEBEM over kwaliteit, milieu, veiligheid en gezondheid vandaar het acroniem of letterwoord QESH (Quality, Environment, Safety, Health). Deze FEBEM werkgroep is een buitenbeentje omdat deze geen voorzitter én ondervoorzitter heeft, maar twee volwaardige voorzitters, die elk een deelgebied voor hun rekening nemen. Zo is Jochen Aendenboom (VEOLIA ES) voorzitter voor het gedeelte milieu en Eddy Van Eenoo (SGS Ewacs) voorzitter voor het gedeelte veiligheid. Deze laatste vormt de stuwende kracht achter het toolboxen -project. Mireille Verboven, Adviseur FEBEM Suggesties vanuit de andere werkgroepen zijn welkom. Mireille Verboven (FEBEM adviseur): Het FEBEM secretariaat heeft een standaardlayout ontwikkeld zodat de verschillende toolboxfiches een uniform karakter krijgen. FEBEM zorgt voor de vertaling en plaatst de fiches in pdf- en wordversie in beide landstalen op de website. In elke FEBEM-flash wordt een toolboxfiche in de kijker gezet. Het secretariaat stelt ook een evaluatieformulier bij elke toolboxfiches ter beschikking. Hierop staan enkele eenvoudige vragen die als afsluiter van de toolboxmeeting door de deelnemers beantwoord kunnen worden. Deze toolboxfiches zijn geen behangpapier. Gebruik ze om op interactieve manier je collega s te betrekken in het veiligheidsbeleid van je onderneming De toolboxfiches zijn didactische hulpmiddelen (het gereedschap) om tijdens korte veiligheidvergaderingen - de zogenaamde toolboxmeetings - een geselecteerd onderwerp toe te lichten. Eddy Van Eenoo: De QESH-werkgroep had voor 2010 onder andere de toolboxen als prioriteit gesteld. De voorgaande jaren lag de nadruk op het verzamelen en in detail bestuderen van de arbeidsongevallen. Nu was de tijd rijp om vanuit de fe- deratie de middelen aan te reiken om de preventie van deze arbeidsongevallen te stimuleren. Binnen de werkgroep hebben we de onderwerpen geselecteerd en de oproep gelanceerd opdat de bestaande informatie op het FEBEM-secretariaat gecentraliseerd zou worden. Dankzij het engagement van meerdere werkgroepleden hebben we deze zomer twaalf toolboxfiches klaargestoomd. Maar we willen het daarbij niet laten. Deze reeks moet nog verder groeien met nieuwe onderwerpen. Jochen Aendenboom: Natuurlijk is het opmaken en ter beschikking stellen van deze toolboxfiches slechts een eerste stap. We communiceren erover maar daarbij stopt het niet! Als tweede stap proberen we nu een structuur te ontwikkelen om deze fiches meer te gaan implementeren. Dat zijn de uitdagingen voor de komende maanden. FEBEM vraagt van haar leden een blijvende aandacht voor een veilige werkomgeving. 23