stp lwo wb.2 09-03-2005 12:44 Pagina 1 STANDPUNT voor VMBO/LWOO & BBL Werkboek deel 2 Jan de Leeuw Van: Klas: School: Schooljaar:



Vergelijkbare documenten
stp lwoo wb :50 Pagina 1 STANDPUNT voor VMBO/LWOO & BBL Werkboek deel 1 Jan de Leeuw

1. Ga naar buiten bij de parkeerplaats en verzamel bij de afvalcontainers. Opdracht: Teken de afvalbakken na en schrijf erbij welk afval erin

I LOVE AFVAL SCHEIDEN! JIJ OOK?

Lesbrief bij Een caravan in de winter van Louisa van der Pol

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

hoge stroming Fase Ontdek en onderzoek

Wat moet je doen? Lees de informatie in dit pakketje

4 Gedrag. 4.2 Aapt een aap echt na? 4.4 Hoe leven dieren samen in een groep? 4.1 Opdrachten Opdrachten

Een duurzame auto INHOUD OPDRACHT DOELEN

4 andere dieren bestaat. foto zo precies mogelijk na en kleur in.

Techniekkit: Oost Nederland. Domein: Overbrengingen. Competentie: Ontwerpen Toepassen Reflectie. Leergebied: Aardrijkskunde

Vollenhove Wonen op een havezate

Dagboek Nederland onder water?! Komt Nederland onder water te staan? En wat kunnen jij en de politiek doen om dit te voorkomen?

Afval vroeger en nu. Naam: Vroeger was alles anders. De mensen leefden heel primitief. Dat heb je gezien in het filmpje van Schooltv.

What s up Zuiderzeeland? aardrijkskunde, praktische opdracht

Antwoordkaart Denkopdrachten.

DAMON KLAS: NAAM: JAN DE LEEUW VMBO 2 WERKBOEK. Standpunt vmbo wb indd :05:38

1. Je gaat zo meteen een tekst lezen. Tijdens het lezen ga je vragen stellen. Lees eerst de uitleg.

Let op! Alles graag getypt in lettergrootte 12, lettertype mag je zelf kiezen.

werkblad Scheldeberoep verkennen Veel beroepen hebben met de Schelde te maken. Welk beroep zou jij verder willen verkennen?

Wie weet wat Avri doet?

Jouw werkstuk lever je uiterlijk in op donderdag 20 maart 2014!!

André Rouvoet ChristenUnie. Foto: Marie Cecile Thijs

Mijn Mokum is een project voor NT2 cursisten. Het is gemaakt door het Amsterdam Museum.

2 > Kerndoelen > Aan de slag > Introductie van de manier van werken > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27

lesprogramma Duurzaamheid les 1: maken Cradle to Cradle uitgelegd voor kinderen

Tekst lezen en vragen stellen

Dit is het verkiezingsprogramma van de ChristenUnie. Dit vindt de ChristenUnie belangrijk voor Nederland. Lees maar!

Werkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd

Lesbrief bij Ik weet je te vinden van Netty van Kaathoven voor groep 6, 7 en 8

GROEP 7 EN 8 AFVALSCHEIDEN!

Bevolkingsgroepen DOE KAART 1. Naam van het project. Als je voor deze opdracht kiest leer je meer over een bepaalde bevolkingsgroep.

Teken een architect. Lees het volgende verhaal:

10 tips om je partner zo goed mogelijk te ondersteunen.

1 Ik vind dat 2 Ik vind dat 3 Ik vind dat 4 Ik vind dat 5 Ik vind dat 6 Ik vind dat 7 Ik vind dat

Oriëntatie. Wat??? een zeepkist??? Oriëntatie. Welke. Dit ga je doen Onderzoeken wat nu eigenlijk een zeepkist is.

Ga een boodschap doen in een Nederlandse winkel. Je moet wachten tot je aan de beurt bent. Als je wacht, luister je goed als andere mensen praten.

1 Hoe werk ik mijn werkstuk af

Spreekbeurt, en werkstuk

Want wat betekent die grote hoeveelheid zwerfafval voor de natuur, de dieren en de mensen?

Hand-out digiboard presentatie

AANWIJZEND VOORNAAMWOORD. A) Welk woord past in de zin? Kies uit die of dat. 1. Heb je het huiswerk gemaakt? 7. Ga je naar één van onze feestjes?

Hoe maak ik een werkstuk?

Wereldgodsdiensten. Project Levensbeschouwing 2 e klas St. Nicolaaslyceum. Naam:

Studiekeuzedag CMD voorbereidingswerkboek

Handleiding. Geschikte tijd uitvoering jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec

Afval scheiden. Yvonn van de Grootevheen. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Bijlage W2 groep 7 1

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

Opdrachtkaarten Lente

MOEILIJKHEIDSGRAAD: -**- Een spreekbeurt geven, vraagt veel voorbereiding. Je moet immers vlot kunnen vertellen en je moet je luisteraars boeien.

De nieuwe zorgmedewerker

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Zorg dat je een onderwerp kiest, waarvan je echt meer wilt weten. Dat is interessanter, leuker en makkelijker om mee bezig te zijn.

DAMON KLAS: NAAM: JAN DE LEEUW HUMANISME EN CHRISTENDOM HAVO/VWO WERKBOEK. stp hv huma wb1 22 jan 09.indd :05:22

GROEP 3 GROEP 4 GROEP 5 GROEP 6 GROEP 7 GROEP 8. limme Taal. Kranten en tijdschriften

Dit boekje hoort bij het project

Stem dan ChristenUnie. André Rouvoet ChristenUnie

Aftekenlijst

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Een goede vangst! Een goede vangst

Workshop collage Onderwijs - Interieur en kinderen door Mo-Yin Styling

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Camouflage is handig in het dierenrijk. Veel prooidieren vallen door hun kleur niet

Lesbrief nr 1. voor Groep 5 + 6

Doe-opdrachten Aan de slag met afval. Groep 7-8

AAN DE SLAG MET AFVAL DOE-OPDRACHTEN Groep 7-8

Wijs Worden. werkboek. deel 1 DAMON

Tijdrovers. Inleiding. Opzet van deze lesbrief. Door Caroline Wisse-Weldam

Instructie 1. Heb jij je voelsprieten uitstaan? De relatie met je cliënt

Thema Op het werk. Demet TV. Lesbrief 8. De eerste werkdag

5.1 De kaart van Nederland

Docentenvel opdracht 15 (Jouw mondiale voetafdruk)

Inleiding. Veel plezier!

De meeste jonge kinderen zijn dol op dieren en willen heel graag een eigen huisdier

Op Voeten en Fietsen 1

maakboek In dit Klooikoffer Maakboek vertel je over je werkstuk. Zo leren anderen van jouw werk. Dat is toch gaaf?

Inhoudsopgave. Inhoud van de leskist

Vragenlijst met scores in procenten

Het Amsterdam Museum gaat over Amsterdam. In het museum hangen schilderijen.

H.A.N.G. PLEKKEN. Heel Aardig? Niet Geweldig! > OP BEZOEK BIJ HET NAI

De lamp. Copyright Vakcollege Groep B.V Alle rechten voorbehouden.

GROEP 3 GROEP 4 GROEP 5 GROEP 6 GROEP 7 GROEP 8. limme Taal. Kranten en tijdschriften

Ontdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek

Strategieles Verwijswoorden (Relaties en verwijswoorden) niveau B

4 manieren om Samsam te gebruiken

WERKBOEK VOOR DE DALTON-VERSIE. Dit werkboek is van:. Ik zit in groep:.

Tekst lezen en vragen stellen

Het meten van effectiviteit van lessen over zwerfafval

Regen. ( 20 oktober 14 november)

Trash Hunten met de klas

naam WERKBLAD in de buurt van de school Bekijk de buurt waar de school staat. Probeer de vragen te beantwoorden.

Werkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Dimanida Kemkievelden Groep 7abcd

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Voorspellen en tekst lezen

Sheet 2: Bekijk met de kinderen de tussenstand van Afval the Game op Instagram en/of Facebook. Hoe gaat het bij de kinderen met inzamelen?

Sta in je recht. Lessen over (kinder)rechten voor PO

5 manieren om Samsam te gebruiken

Teken een architect. Lees het volgende verhaal:

Transcriptie:

stp lwo wb.2 09-03-2005 12:44 Pagina 1 STANDPUNT voor VMBO/LWOO & BBL Werkboek deel 2 Jan de Leeuw Van: Klas: School: Schooljaar:

stp lwo wb.2 09-03-2005 12:44 Pagina 3 Hoofdstuk 1 Dierproeven Paragraaf 1 Introductie Opdracht 1, p.7 a. In welke landen worden stierengevechten gehouden? b. Zou je zelf naar een stierengevecht gaan kijken? c. Wat vind je van stierenvechten? Z-Route Opdracht 1, p.7 Kies opdracht a of b. a. Maak een aanplakbiljet (een affiche). Het biljet is een aankondiging van een stierengevecht. Op het aanplakbiljet staan: plaats, tijd, het evenement, wie er mee doen. Het aanplakbiljet moet er mooi uitzien! Bij de affiche moet iedereen het gevoel krijgen: Daar moet ik naar toe. Als ik níet ga, mis ik iets. b. Maak een aanplakbiljet. Het biljet is een protest tegen stierengevechten. Op zo n aanplakbiljet staat kort aangegeven wat er verkeerd aan is. Het aanplakbiljet moet de aandacht trekken. De mensen moeten er door geraakt worden! Bij het zien van de affiche moet iedereen het gevoel krijgen van: Stierengevechten zijn gruwelijk. Ze moeten er onmiddellijk mee stoppen. Raadpleeg eventueel: Comité Anti Stierenvechten: www.stieren.net of www.kidsforanimals.nl Hiernaast zie je een voorbeeld van een protestaffiche. Paragraaf 2 Informatie over natuur en milieu Opdracht 2, p.8 Geef een omschrijving van het woord natuur. Natuur is: Opdracht 3, p.8 a. Wat valt wel en wat niet onder natuur? Plaats een kruisje. Tip. Vraag je af: is het wel of niet door de mens gemaakt. Wel door de mens gemaakt: geen natuur. Niet door de mens gemaakt: wel natuur. Natuur wel niet a. Een gameboy b. Het schoolplein c. De Noordzee d. Een kanaal e. Een voetbal f. Een bos HOOFDSTUK 1 3

stp lwo wb.2 09-03-2005 12:44 Pagina 4 b. Geef zelf een voorbeeld van wat we bedoelen met het woord natuur. Z-Route Opdracht 2, p.8 Maak een collage van jouw lievelingsdieren. Minimaal vier dieren. Je mag tekeningen maken, foto s plakken, etc. Schrijf bij elk dier op: waarom het jouw lievelingsdier is. naam dier: mijn lievelingsdier omdat naam dier: mijn lievelingsdier omdat naam dier: mijn lievelingsdier omdat naam dier: mijn lievelingsdier omdat 4 HOOFDSTUK 1

stp lwo wb.2 09-03-2005 12:44 Pagina 5 Opdracht 4, p.8 a. Geef een omschrijving van het woord milieu. Milieu is: b. Geef twee eigen voorbeelden van milieu. Opdracht 5, p.8 a. Wat is het verschil tussen natuur en milieu? b. In het leerboek op bladzijde 8/9 zie je allerlei plaatjes. Elk plaatje heeft een letter. Schrijf op wat je ziet. Plaatje a: Plaatje b: Plaatje c: Plaatje d: Plaatje e: Plaatje f: c. Geef bij elk plaatje aan of het valt onder de natuur, onder milieu of onder beide. Plaats een kruisje. Plaatje Natuur Milieu Beide Plaatje a Plaatje b Plaatje c Plaatje Natuur Milieu Beide Plaatje d Plaatje e Plaatje f Z-Route Opdracht 3, p.8 Keuzeopdracht. Maak opdracht a of b. a. Maak hiernaast een plattegrond van de straat en de buurt waar je woont. Maak de huizen rood. De straten en de trottoirs worden grijs. De natuur teken je groen. Schrijf op de volgende bladzijde wat je opvalt bij jouw buurt. Wat vind je leuk, wat niet? Wat vind je mooi, wat niet? b. Maak een computertekening van de straat en de buurt waar je woont. Plak hem hiernaast. Schrijf op de volgende bladzijde wat je opvalt bij jouw buurt. Wat vind je leuk, wat niet? Wat vind je mooi, wat niet? HOOFDSTUK 1 5

stp lwo wb.2 09-03-2005 12:44 Pagina 6 Opvallend aan mijn buurt vind ik: Opdracht 6, p.9 Hiernaast zie je een aantal tijdschriften. Die tijdschriften zijn van bepaalde materialen gemaakt. Welke zijn dat? Laat zien waar die materialen vandaan komen. Maak hieronder een handgemaakte of computertekening. Opdracht 7, p.9 Keuzeopdracht. Kies a, b of c. a. Schrijf een aantal merken op van scooters. In welk land worden deze scooters gemaakt? Merk scooter 1. 2. 3. wordt gemaakt in b. Schrijf een aantal automerken op. Waar worden deze auto s gemaakt? Merk auto 1. 2. 3. wordt gemaakt in 6 HOOFDSTUK 1

stp lwo wb.2 09-03-2005 12:44 Pagina 7 c. Schrijf een aantal materialen op waar kleding van wordt gemaakt. Waar worden deze materialen gemaakt? Kleding materiaal wordt gemaakt in Z-Route Opdracht 4, p.9 Het milieu op school. Ook de school hoort bij jouw milieu. Je gaat nu onderzoeken hoe het staat met dit stukje van jouw milieu. a. Wat zijn de goede dingen op jouw school? Dit kan van alles zijn: het gebouw, de inrichting van de lokalen, hygiëne, de groenvoorziening, enz. b. Wat zijn de minder goede dingen? c. Hoe gaan leerlingen en leraren van jouw school om met het milieu? Voorbeelden: - gooien jullie afval in de vuilnisbakken? - worden er plastic bekers gebruikt voor koffie, thee en frisdrank? - hoe ziet de kantine eruit na de pauze? d. Schrijf twee dingen op die moeten verbeteren op school. e. De klas kiest de drie beste voorstellen. Ze worden gepubliceerd in de schoolkrant. Aanhang milieuorganisaties op 1 januari 2004 Natuurmonumenten 945.000 Wereldnatuurfonds 850.000 Greenpeace 673.000 Internationaal Dierenfonds 326.000 Dierenbescherming 197.000 Vogelbescherming 124.000 Stichting AAP 91.000 Milieudefensie 71.000 Zeehondencreche Pieterburen 53.000 Zuid-Hollands Landschap 50.000 Andere organisaties 620.000 Totaal (107 organisaties) ± 4.000.000 bron: www.omroep.nl/vara/vroegevogels HOOFDSTUK 1 7

stp lwo wb.2 09-03-2005 12:44 Pagina 8 Z-Route Opdracht 5, p.9 Verdiepingsstof: milieuvervuiling Milieuvervuiling heeft zeven gevolgen. Die beginnen allemaal met een V. Daarom noemen we ze: De zeven V s. Hier komen ze: 8 HOOFDSTUK 1

stp lwo wb.2 09-03-2005 12:44 Pagina 9 1. Verspreiding van afval in het milieu. Het afval komt op allerlei plaatsen terecht. Denk maar aan het afval dat mensen op het strand achterlaten of in het bos. Dit noemen we zwerfafval. 2. Verzuring van het milieu door de zure regen. Het milieu wordt steeds zuurder. Huishoudelijk afval (per inwoner) Dat komt door vieze stoffen in de lucht. Zoals ammoniak. Gevolg is: de bomen gaan dood. 3. Vermesting van grond en water. Teveel mest in het milieu geeft schade aan het milieu. Uit mest komt ammoniak vrij. Dat leidt tot verzuring. 4. Verdroging van de bodem. Nederland wordt steeds droger. Een van de oorzaken: het regenwater kan niet goed in de bodem dringen. De bodem raakt steeds meer bedekt door gebouwen en wegen. 5. Versnippering van het landschap. Grote aaneengesloten stukken natuur worden in kleine gebieden opgedeeld. De reden: er worden nieuwe wegen en rails aangelegd. Voor de auto s en treinen zijn rails en wegen nodig. 6. Verstoring doordat er teveel lawaai is. Er is veel lawaai. Denk maar aan mobieltjes, geluidsinstallaties, crossmotors, auto s, machines en vliegtuigen. Mensen hebben er last van. Sommigen worden er zelfs ziek van. Ook voor dieren in het wild is lawaai schadelijk. 7. Verplaatsing van milieuproblemen. Westerse landen (en Japan) verplaatsen hun afval vaak naar arme landen. 1990 420kg. 1995 482 kg. 2002 563kg. (bron: Statistisch jaarboek 2004) Bekijk de tekening op de bladzijde hiernaast. a. Welke V s zijn erin terug te vinden? b. Wat zijn de oorzaken van de V s die je gevonden hebt? HOOFDSTUK 1 9

stp lwo wb.2 09-03-2005 12:45 Pagina 10 Z-Route Opdracht 6, p.9 Hier volgt een test. Je kunt er je eigen milieugedrag mee testen. Geef je zelf punten. Klopt de zin, dan geef je jezelf 3 punten. Klopt het niet helemaal, dan heb je 2 punten. Klopt het helemaal niet, dan is het 1 punt. Aan het einde van de milieutest gaan we optellen. Uitspraak 1 2 3 1. Ik gooi lege blikjes altijd in de afvalbak. 2. Ik douche me wat vaker. Ik ga minder in bad (douchen kost gemiddeld minder energie). 3. Ik verspil zo weinig mogelijk papier. 4. Ik gebruik als het kan kringlooppapier. 5. Ik breng oud glas naar de glasbak. 6. Ik verzamel oud papier apart van de rest van het afval. 7. Ik gooi lege broodzakjes altijd in de prullenmand/vuilnisbak. 8. Ik doe boodschappen met mijn eigen boodschappentas. Ik gebruik geen plastic tassen. 9. Ik koop milieuvriendelijke kleding. 10. Ik houd oude batterijen apart (gescheiden afvalverwerking). 11. Ik koop zo min mogelijk wegwerpartikelen. 12. Ik geef oude kleding af bij organisaties die er nog wat mee kunnen doen (Leger des Heils). 13. Als ik later een auto zou kopen, dan zou ik er een willen die het minst milieuschadelijk is. 14. Ik zou met mijn auto niet harder rijden dan 100 kilometer per uur (harder rijden kost meer brandstof). a. Tot welk puntentotaal kom je? punten b. Samen met de leraar vergelijk je jouw aantal met dat van je klasgenoten. c. Bespreek deze aantallen met je klasgenoten. De leraar leidt het gesprek. Paragraaf 3 Levensvragen bij natuur en milieu Opdracht 8, p.9 a. Maak groepjes. Elk groepje bespreekt drie levensvragen over natuur en milieu. Noteer de antwoorden. Levensvraag: Antwoord op de levensvraag: Levensvraag: Antwoord op de levensvraag: 10 HOOFDSTUK 1