J42 beraadt zich op de toekomst 17 maart 2016

Vergelijkbare documenten
VNG-bijeenkomst handhaving en fraudepreventie Wmo en Jeugdwet

Voorstel ALV toekomst landelijke raamcontracten sociaal domein

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 8 mei 2019 U Lbr. 19/026. Bijlage A - achterliggende informatie

KENNISGEVING VAN AANVULLENDE INFORMATIE, INFORMATIE OVER EEN ONVOLLEDIGE PROCEDURE OF RECTIFICATIE

Zorglandschap specialistische jeugdhulp

BB/U Lbr. 16/032

Procesbeschrijving transformatie agenda Jeugd Gelderland Versiedatum 8 juni 2015

VAN CONTRACT TOT CONTROLE. Gemeente Breda voor de jeugdhulpregio West- Brabant Oost

NOTITIE MOGELIJKHEDEN VOOR EEN FRIESE GEMEENTELIJKE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN WMO TOEZICHT. Werkgroep Provinciaal Toezicht

PGB in de Wmo en Jeugdwet in 2016

Verblijf. Blijvende intramurale ondersteuning Tijdelijke intramurale ondersteuning

Regionale Bijeenkomsten Zorgaanbieders. Transitiebureau Jeugd April 2014

Declaratieformat GEMEENTE SÚDWEST-FRYSLÂN. Gemeentelijke Groene Vink

Transitie Autoriteit Jeugd

Voorstel aan college b&w van Landsmeer

factureren zorgaanbieders bij het ontbreken van een overeenkomst met de gemeente

OPDRACHTGEVERSCHAP IN HET SOCIAAL DOMEIN STRATEGISCHE KEUZES MODELLEN VAN OPDRACHTGEVERSCHAP IR. NIELS UENK DIVOSA VOORJAARSCONGRES,

Inkoopvisie Voorne-Putten en Goeree-Overflakkee 2016 e.v.

Stand van zaken activiteiten rechtmatige zorg Wmo/Jeugd

SAMENVATTING RAADSVOORSTEL Fiselier, Kristel SAM-MO Janneke Oude Alink. Samenwerken aan Jeugdzorg in Twente

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Peters (CDA) over de aanhoudende problemen in de jeugdzorg (2017Z04682).

Gespreksleidraad voor gemeenten Continuïteit in de uitvoering van de jeugdbescherming en reclassering voor 2018 en verder

Transitie Autoriteit Jeugd

RAPPORTAGE 2 E KWARTAAL WMO/AWBZ EN JEUGD Inleiding

Collegevoorstel. Onderwerp. Samenvatting. Voorstel Reg. nr.: Afdeling: Maatschappelijke Ontwikkeling. Inkoopteam Wmo Meierij

transformatie jeugdzorg FoodValley transformatie jeugdzorg FoodValley INFORMATIEBIJEENKOMST UITVRAAG JEUGDHULP SAMENWERKENDE GEMEENTEN

Voorstel 1: Ontwerpbegrotingswijziging 2019 PG&Z op basis van het Bedrijfsplan RIGG

niet in gevaar komt. Datum: Informerend Datum: Adviserend

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem

Budget Jeugdhulp Holland Rijnland 2016 en Tijdelijk Fonds Jeugdhulp Holland Rijnland

Toekomstgericht werken: Werksessies beter benutten van de verlengde jeugdhulp

Model inrichting declaratie- / facturatieproces. VNG Project - Declaratie Jeugd

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem

Veel gestelde vragen over ZZP

Declaratie en facturatie jeugd in samenhang. Vrijdag 11 juli 2014

Bijeenkomst LTAadministratieprotocol. 3, 9 en 11 oktober 2018

Regionale Bijeenkomsten Zorgaanbieders. Transitiebureau Jeugd April 2014

SAMENWERKINGSAGENDA ZORG EN ZEKERHEID voortgang 22/5/2015

UITVOERINGSORGANISATIE JEUGD. Afspraken berichtenverkeer/gegevensuitwisseling Jeugd Peel december 2014

ADMINISTRATIEVE VRAAGSTUKKEN I N F O R M A T I E D A G I M P L E M E N T A T I E P D C

Ervaringen Jeugdhulp. Regio Noordoost Brabant Gemeente Boxtel

Agendapunt 2. Twee punten bij mededelingen en actualiteit:

Landelijke inkoop en ondersteuning bovenregionale inkoop. VNG Geert Schipaanboord Bijeenkomst aanbieders jeugd-ggz 21 augustus 2014

ECSD/U Lbr. 14/085

2. Bevoorschotting van een voorziening

Ontwikkelingen binnen de jeugdhulp

Jeugdhulp Zeeland Verantwoording Deel 1: Taakuitoefening inkooporganisatie jeugdhulp Zeeland

Bijeenkomst Zorgaanbieders Wlz inkoopbeleid 2017

6. Lokale inkoop. 6.1 Inleiding. 6.2 Aspecten die betrekking hebben op de inkoop

Algemene voorschriften 2016 Regio Rijk van Nijmegen. Wet maatschappelijke ondersteuning Regio Rijk van Nijmegen. Jeugdhulp Regio Rijk van Nijmegen

Kwetsbaarheid De toegang via de GGD is robuust. Door de schaalgrote van de GGD kan er expertise worden opgebouwd en is de continuïteit groot.

Decentralisatie begeleiding naar de Wmo

GEMEENTE OLDEBROEK. Voorstel van het college aan de raad. Raadsvergadering d.d. 18 juni 2014

NOTULEN / VOLGNR.: (Voorlopige) gunningen JeugdzorgPlus, Jeugd- en Opvoedhulp, Jeugdbescherming en Jeugdreclassering.

Inkoopproces jeugdhulp en Wmo Informatiebijeenkomst Hart van Brabant

Verslag vierde Kennisbijeenkomst fraudepreventie en handhaving in het sociaal domein: Toezichthouder in de Wmo2015 / Jeugdwet

Algemeen Bestuur Jeugdhulp Rijnmond 23 april 2015

Memo: Uitwerking Solidariteitsvoorstel Jeugdhulp (1 e tranche)

Raad op zaterdag 24 september 2016

Motie Ondersteuning Standaardisatie Uitvoeringsprocessen. voor BALV 17 november 2014

Portefeuillehoudersoverleg Jeugd, Samenwerkende gemeenten Jeugdhulp Rijnmond

G5 Uitgangspunten Bovenregionale Inkoop Jeugdhulp 2017

Aan de leden van de Vaste commissie voor VWS van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EH Den Haag

Platformtaak volgens gemeente. land 3. Regionaal belang Een passend en dekkend aanbod van jeugdhulp voor inwoners van de gemeenten in de regio Holland

Onderwerp: bijdrage regionale voorbereiding transitie Jeugdzorg Hart van Brabant 2014

Beeldvormende raad 14 februari Ontwikkelingen op gebied van Jeugdhulp

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Inleiding Er is een werkgroep geformeerd bestaande uit aanbieders en gemeenten die werkt aan een alternatief voor de DBC.

Stelselwijziging Jeugd. Handreiking Invullen adviesrol zorgverzekeraars. Samen werken aan een zachte landing van de Jeugd-GGZ

ons kenmerk ECSD/U Lbr. 14/014

Sociaal Domein 2016 in de IJmond

Landelijke aanpak Inkoop Jeugd-GGZ

1. Afronding contracten aanbieders Jeugd Awbz binnen beschikbaar budget: inclusief innovatiebudget 2. De vier zijn Lijn 5, De Waerden, s

Macroanalyse beleidsinformatie 2015

Stand van zaken toepassing standaarden en voorzieningen Programma i-sociaal Domein per jeugdzorgregio augustus 2017

Stand van zaken inkoop Jeugdhulp en AWBZ/Wmo

Regieberaad transitie jeugd. Vragen? Mail naar Maandag 3 november 2014

Inkoopproces. Maatwerkvoorzieningen Jeugdhulp voor het jaar

Inkoop Jeugdhulp regio IJsselland. i-sociaal Domein 20 maart 2018

Stand van zaken Transformatie sociaal domein en werkplan 2015

J42- netwerkbijeenkomst. Vragen? Mail naar Vrijdag 5 juni 2015

ZORGINKOOP DOOR GEMEENTEN PROF. DR. JAN TELGEN ZORGINKOOP MET DE MENSELIJKE MAAT ALMELO, 25 NOVEMBER 2013

Programma Drie Decentralisaties. 2. Inkoop / aanbesteding

Bestuurlijk Overleg: ICT/aanpassing administratieve organisatie HLZ en Jeugdwet

Raadsinformatienota. Zaaknr: Datum: Onderwerp: Accountantscontrole sociaal domein

Berichtenverkeer Jeugd via het Gemeentelijk Gegevensknooppunt VNG Project - Declaratie Jeugd

Sommige cliënten voldoende hebben aan een bandbreedte van 0-2 uur per week, maar past niet binnen eerste intensiteit en moet nu via waakvlam

Bekostiging specialistische jeugdhulp naar een nieuw model in 2018

bijeenkomst Transitiemanagers jeugd

Basistaak. Datum: Adviserend. Datum: Informerend. PHO 30 aug 2017

Inkoopstrategie jeugdhulp Rotterdam

Van Aan Datum B&W vergadering Zaaknummer Vertrouwelijkheid Portefeuillehouder Onderwerp 1. Kennisnemen van 2. Inleiding 3.

Status landelijke raamovereenkomsten en bovenregionale modelovereenkomsten. Geert Schipaanboord 20 juni 2014

Implementatie decentralisaties

Over zorg voor de jeugd en de Jeugdwet. hoorn.nl

Plan van aanpak regionaal transitiearrangement jeugdzorg Ijsselland

Beslisdocument college van Peel en Maas

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Kooiman (SP) over de budgetten en bureaucratie in de jeugdzorg (2016Z23037).

Het GGK en VECOZO. Goes, 21 januari 2016

Bevoorschotting door gemeenten EEN VAAK NOODZAKELIJKE VOORWAARDE IN OVEREENKOMSTEN MET AANBIEDERS VAN JEUGDHULP

Transcriptie:

J42 beraadt zich op de toekomst 17 maart 2016 Op 17 maart was er weer een netwerkbijeenkomst voor alle regiomanagers Jeugd om kennis en ervaring uit te wisselen rondom de implementatie van de Jeugdwet. Dit overleg stond deze keer in het teken van de handhaving en fraudepreventie van de Jeugdwet. Daarnaast ging het gesprek over de toekomst van de, zowel de landelijke als de regionale, inkoop. Handhaving en fraudepreventie WMO2015 & Jeugdwet De Wmo 2015 en Jeugdwet hebben als doel dat de juiste zorg en ondersteuning op de juiste plaats wordt gegeven en de middelen daaraan worden besteed. Gemeenten zijn daarmee sinds 1 januari 2015 verantwoordelijk voor de rechtmatige uitvoering Wmo2015 en Jeugdwet. De prioriteiten van gemeenten lagen in 2015 echter logischerwijs vooral bij de implementatie van de uitvoering met beperkte aandacht voor naleving & fraudepreventie. Dit beeld begint nu te kantelen, waarbij de ene gemeente harder gaat dan de ander. De Wmo2015 en Jeugdwet bieden dan ook geen uitvoerige handvatten om dit onderwerp te regelen, maar wel de verplichting voor gemeenten om zelf fraudepreventie en bestrijding te regelen in verordeningen/beleid. Daarbij is tijdens de transitie onvoldoende aandacht geweest voor overdracht kennis vanuit voormalige AWBZ. Er zijn (nog) geen cijfers over de omvang van gepleegde fraude, maar naar schatting gaat het om 1 tot 5% van het totale zorggebruik. Daarom is bij de VNG, in samenwerking met het Kenniscentrum Handhaving en Naleving, een expert/ontwikkelteam ingericht om gemeenten te ondersteunen in het vormgeven van hun fraudepreventie- en bestrijding. Daarnaast zoekt dit team de samenwerking op met zorgketenpartners voor het uitwisselen ervaringen, informatie & opbouwen van structurele samenwerking (VWS, NZa, ZN, zorgkantoren, ISZW, OM etc.). Andere speerpunten zijn de aansluiting van gemeenten op het landelijk meldpunt zorgfraude en het organiseren van regionale kennisbijeenkomsten. Concrete producten waar aan gewerkt wordt, zijn een protocol huisbezoeken WMO2017, een stappenplan aanpak fraudemeldingen en een handreiking voor de gemeentelijke inrichting van de functies handhaving, naleving en fraudepreventie. De J42 geeft aan dat wijkteams al veel geconfronteerd worden met mogelijke fraude. Er is namelijk nog een groot grijs gebied tussen fraude en nog niet weten hoe het moet. Verder hebben ze nog niet echt een beeld van fraude op basis van de jeugdwet, afgezien van frauderen met een PGB. Dit is ook het nieuwste werkgebied, waar het ontwikkelteam zich dit jaar extra op gaat richten. Zij benadrukken dat accountantscontroles niet voldoende zijn aangezien zij enkel de papieren werkelijkheid controleren. De regiomanagers zouden graag richtlijnen willen hebben voor de benodigde formatie (aan de hand van getrapte inschalingsmodellen) en wil meer gevoel bij naar waar ze moeten zoeken. Het ontwikkelteam zegt dit mee te nemen in haar werkzaamheden. Vragen en/of opmerkingen? Mail Pauline de la Court (pauline.delacourt@vng.nl) Gewijzigde veldcode

Opbrengst 24uursbijeenkomst De visie Ruimte voor Jeugdhulp schetst een ambitie voor de toekomst van bovenregionaal beschikbare essentiële jeugdhulp. Het is onder andere cruciaal om de specialistische kennis naar de gemeentelijke toegang te brengen, zodat specialistische hulpvragen vroegtijdig kunnen worden gesignaleerd en op kunnen worden gepakt. Om kwalitatief goede zorg in stand te houden, is het noodzakelijk dat aanbieders in deze beweging, een intersectoraal aanbod realiseren en hiermee dus kiezen voor samenwerking. De wens is dat het zorgaanbod op deze manier uiteindelijk meer regionaal of lokaal wordt georganiseerd. Als gemeenten en aanbieders er in slagen deze beweging in gang te zetten, is het mogelijk de essentiële functies in stand te houden. Op dit moment verloopt het proces van regionale samenwerking en de bovenregionale gesprekken wisselend. Gemeenten hebben nog niet altijd grip op de inhoudelijke afspraken die gemaakt worden met de bovenregionale instellingen en kunnen de consequenties daarvan voor de langere termijn soms moeilijk overzien. Ook aan de zijde van de aanbieders verloopt het proces, vooral om tot ontkokering te komen, moeizaam. Om deze vraagstukken op landelijk niveau een impuls te geven, werd er op 17 en 18 februari een 24uursbijeenkomst georganiseerd met gemeenten en aanbieders. Hierbij stond de notitie Ruimte voor Jeugdhulp niet ter discussie, maar ging het om de praktische uitwerking daarvan. De opbrengst is daarmee een actielijst van zeven punten: 1. Jaarlijks met elkaar vaststellen hoe het met de uitvoering ruimte voor jeugdhulp gaat. 2. Schaal van 42 regio s behouden en versterken. De invulling van de samenwerking blijft echter aan de regio s zelf. 3. Landelijke specialistische functies blijven nodig, zij het op meer beperkte schaal. 4. Stel een kwartiermaker aan om regie tussen regio s te organiseren, verbinding met TAJ te leggen in concrete casussen en taskforce voor te bereiden. 5. Vereenvoudiging woonplaatsbeginsel en oproep aan gemeenten verstuurde rekeningen te betalen en liquiditeit in het oog te houden. Bijvoorbeeld via bevoorschotting. Er loopt verder een proces met VWS om het woonplaatsbeginsel te vereenvoudigen. 6. Uitwerken wat een fair tarief is. 7. Prioriteit aan acties administratieve lasten, zowel via ISD als buiten ISD (terug naar de bedoeling van de jeugdwet) De J42 maakt de kanttekening dat ze aan een fair tarief door gemeenten randvoorwaarden wil verbinden, zoals goede bedrijfsvoering door instellingen. Verder is de J42 blij met de ontwikkelen en hoe de VNG dit oppakt. Vragen en/of opmerkingen? Mail Geert Schipaanboord (geert.schipaanboord@vng.nl)

Toekomst landelijke raamcontracten In 2014 heeft de VNG met landelijke specialistische aanbieders van jeugdhulp raamcontracten gesloten. Deze raamcontracten hebben een looptijd van drie jaar, van 2015 tot en met 2017. Een vergelijkbare aanpak is gehanteerd voor begeleiding van zintuigelijk gehandicapten in de Wmo. Het woord raamcontract geeft de essentie aan: de VNG sluit het raamcontract, gemeenten rekenen binnen het raamcontract af indien ze van deze begeleiding (Wmo) of jeugdhulp (Jeugdwet) gebruik maken. Deze begeleiding en deze jeugdhulp wordt dus niet via een uitname bekostigd, maar wordt cliëntvolgend bekostigd door de gemeente wiens burger gebruik maakt van deze begeleiding of deze jeugdhulp. Alleen het beheer door de VNG van de contracten, de zogenaamde landelijke coördinatie sociaal domein, wordt via een uitname bekostigd, zijnde 250.000 euro per jaar. In de huidige opzet is de omvang van de raamcontracten ongeveer 125 miljoen voor jeugd en 5 miljoen voor wmo per jaar. In juni 2016 moet de ALV van de VNG een besluit nemen over een eventueel vervolg van de raamcontracten na 2017. Het is belangrijk dit besluit nu te nemen, en niet een jaar later (in de ALV van 2017), want als het besluit is om met landelijke raamcontracten te stoppen, dan moeten bestaande aanbieders de gelegenheid krijgen zich op een nieuwe situatie te richten. Indien het besluit is om met landelijke raamcontracten door te gaan, dan kan dit nog steeds betekenen dat we met specifieke aanbieders het raamcontracten stoppen (omdat ze niet voldoende specialistisch en of landelijk werkend blijken te zijn). Ook daar moeten ze zich tijdig op kunnen voorbereiden. Ervaringen met huidige raamcontracten In algemene zin is het volume van geleverde jeugdhulp door landelijk gecontracteerde aanbieders behoorlijk gelijk gebleven ten opzichte van 2014. De verschillen tussen aanbieders zijn groot, bij sommige aanbieders is behoorlijke groei, bij andere aanbieders behoorlijke krimp; de meesten zitten echter op het verwachte aandeel. Wel zien we een verschuiving van omzet bij landelijke aanbieders naar de regio s waar ze al veel omzet hadden, ten koste van regio s waar ze weinig omzet hadden (regionalisering). Het voordeel van cliëntvolgend bekostigen is dat deze ontwikkeling, die inhoudelijk gewenst is, niet wordt tegengewerkt. De VNG brengt elk kwartaal macro-analyses uit over het gebruik en de verwijspatronen aan de hand van de beleidsinformatie. De VNG heeft drie bijeenkomsten voor gemeenten gehouden om te peilen hoe gemeenten landelijke raamcontracten nu ervaren en of ze voortzetting van landelijke raamcontracten nodig vinden. Daarnaast heeft de VNG dagelijks contact met gemeenten over de contracten. Er is groot draagvlak onder gemeenten dat er raamcontracten zijn met aanbieders die kleine aantallen cliënten over het land verspreid hebben. Dit draagvlak blijkt er ook uit dat gemeenten er niet toe over zijn gegaan eigen contracten te sluiten met dezelfde aanbieders voor het zelfde aanbod. Het komt ook regelmatig voor dat gemeenten nieuwe aanbieders voor de landelijke inkoop voordragen, bijvoorbeeld omdat slechts een enkel kind uit hun regio van een voorziening gebruik maakt, terwijl ze wel willen dat deze voorziening beschikbaar is. Voorstel voor vervolg De VNG stelt voor de landelijke raamcontracten waarbinnen gemeenten naar gebruik afrekenen, in aangepaste vorm door te zetten na 2017 voor de duur van drie jaar. Ook na 2017 is het belangrijk dat er landelijk jeugdhulp beschikbaar is indien regionaal beschikbare en gecontracteerde jeugdhulp onvoldoende toegerust is om passende jeugdhulp te bieden. Tegelijkertijd laten de huidige ervaringen en knelpunten zien dat een aantal aanpassingen nodig zijn. We stellen voor de landelijke raamcontracten voort te zetten onder de volgende randvoorwaarden:

1. Landelijke raamcontracten zijn bedoeld voor specifiek aanbod waarvoor geen regionale alternatieven voor handen zijn. Dergelijk landelijk aanbod is bedoeld als tijdelijke opschaling voor een specifiek probleem rond een jeugdige, waarin na afloop van de inzet van een specifieke interventie door een landelijke aanbieder weer regionaal beschikbare jeugdhulp wordt ingezet (open afschalen) 2. Aanbieders komen alleen in aanmerking voor specifieke functies die voldoen aan één van de twee volgende criteria: a) Als die functie landelijk gespreid is (moet blijken uit spreiding van feitelijke omzet), én kleine aantallen per gemeente kent, én concreet kan maken dat deze functie zodanig specialistisch is dat daar geen regionale substituten voor bestaan b) Bestuurlijk door gemeenten wordt aangegeven dat de desbetreffende functie als landelijk specialisme moet worden ontwikkeld. 3. Partijen waarmee een landelijke raamovereenkomst is gesloten, spelen een voortrekkersrol in expertiseontwikkeling binnen het specialisme waarvoor ze jeugdhulp leveren, en in het delen van die expertise met andere jeugdhulpaanbieders en aan de door de gemeente georganiseerde wijk-,gebieds-, of jeugd-teams. Deze bijdrage aan transformatie wordt vastgelegd in de raamovereenkomst. 4. De landelijke raamcontracten blijven cliëntvolgend worden bekostigd. Gemeenten leggen geen vast bedrag van te voren in, maar rekenen af naar gebruik. Dit houdt de prikkels bij de gemeente, die bestuurlijk en financieel verantwoordelijk is. 5. Aanbieders met een landelijk specialisme dat in een aantal regio s substantieel volume heeft en in een aantal andere regio s minder volume sluiten zelf een contract met regio s waar ze substantieel volume hebben en met de VNG in regio s waar weinig volume is. Dit betekent dat een landelijke raamovereenkomst met een specifieke aanbieder kan gelden voor een deel van de gemeenten in Nederland. Met dit model is in de looptijd van de huidige raamovereenkomst al ervaring voor vier aanbieders: Accare, de Bascule, Karakter en Curium. 6. De raamcontracten dragen bij aan het reduceren van administratieve lasten. Dat betekent dat we gebruik maken van landelijk vastgestelde berichtenstandaarden (ijwstandaarden) en van landelijk afgesproken wijzen van verzending en ontvangst van berichten (via Vecozo en het GGK). Indien aanbieders onverhoopt niet maandelijks kunnen declareren (voorkeur), dan bieden ze periodiek inzicht richting gemeenten in het onderhanden werk (OHW). 7. De landelijke raamcontracten zijn helder afgebakend van regionale contracten. Dit betekent dit niet één product bij één aanbieder voor dezelfde gemeente zowel landelijk als regionaal kan zijn ingekocht. 8. De duur van de raamovereenkomst is opnieuw drie jaar (2018, 2019 en 2020). De regiomanagers vinden het voorstel en verwachten bestuurlijk draagvlak, mits er een goede afstemming is over de verwachte instroom. Het afgelopen jaar werden namelijk verschillende regio s geconfronteerd met een hogere instroom en daarmee met hogere lasten dan begroot. Het bericht verzoek tot toewijzing(jw315) maakt dit mogelijk. Verder de tip om zelf ramingen te maken op basis van afgelopen jaar, in plaats van uit te gaan van het landelijke gemiddelde percentage van 3,7%. Een aanbieder regionaal contracteren versterkt namelijk de aansluiting met de regio en daarmee komen deze aanbieders ook beter mee in de transformatie. Ten slotte is de oproep aan de J42 om landelijke aanbieders, die niet met de regio in gesprek willen, te melden bij de VNG, zodat zij hier hen op kan wijzen. Vragen en/of opmerkingen? Mail Sanne Eeltink (sanne.eeltink@vng.nl)

Toekomst regionale inkoop Regiomanager Timo Doremalen van de regio Zaanstreek-Waterland, ook namens Amsterdam- Amstelland, neemt de regiomanagers mee in hun inkoopstrategie voor 2017. De powerpoint geeft hiervan een mooi beeld, naast het uitgebreide document dat in de bijlage is meegestuurd. Belangrijke voorwaarde voor dit resultaat is dat zij maanden hebben geïnvesteerd om samen met alle actoren binnen de gemeenten (ambtenaren, bestuurders, inkopers etc) en aanbieders een gezamenlijke basis te creëren. Door deze investering is het ook makkelijker om aanbieders mee te nemen in de consequenties van de transformatie. Zij hebben immers aan de voorkant inhoudelijk meegedacht en geadviseerd. Dit thema leeft ontzettend. Daarom zal er een themabijeenkomst worden georganiseerd. Hier zullen ook andere vraagstukken rondom de regionale inkoop worden behandeld. Een aantal regiomanagers constateert namelijk dat er een gebrek aan expertise is bij gemeenten over contractering, contractbeheer, budgetbewaking en de aansluiting van de inkoop op de transformatie. Dit heeft gevolgen als de regionale inkooporganisaties worden opgeheven. Zo zouden jeugdhulpaanbieders gemeenten moeten gaan uitleggen hoe zij de inkoop moeten regelen. Dit is niet wenselijk, in de eerste plaats, omdat gemeenten de opdrachtgevers van aanbieders zijn. Vragen en/of opmerkingen? Mail Geert Schipaanboord (geert.schipaanboord@vng.nl )