Casus Judith Lie, hemovigilantiefunctionaris Erik Beckers, internist-hematoloog Kennisplatform ZO 04-04-2013
Melding Transfusiereactie 09-11-2012 (vrij): vrouw 34 jaar Tijdens plasmaferese met FFP als return vloeistof Tempstijging < 1 C Koude rilling Warm gevoel in hoofd Misselijkheidsklachten Klachten verdwijnen na Tavegil 12-11-2012 (ma) Start plasmaferese met FFP als return vloeistof Na 10 min roodheid; zwelling enkels, handen, armen, aangezicht, hals; jeuk onderbreking` Herstart na 15 minuten Na 10 min bloeddrukdaling 88/43 Trendelenburg houding Plasma return RR 90/51 Patiënte gaat klappertanden plasmaferese stop
Symptomen Mild Tempstijging < 2 C Jeuk Huiduitslag Hoofdpijn Braken Overige Matig Tempstijging max 2 C zonder klinische achteruitgang Ernstig Temp stijging >2 C Koude rilling Donkere urine Weinig of geen urineproductie Pijn in rug of zijde Geelzucht Lage bloeddruk/shock* Klinische achteruitgang tijdens/kort na transfusie Kortademigheid Bronchospasme (piepende ademhaling Pijn o.d. borst Tachycardie/hartritmestoornis Bewustzijnsdaling Blauwe plekken/nabloeden Overige Systolische BD daling 2 C
Voorgeschiedenis 2010: 32 jr. opname Interne geneeskunde Acute terminale nierinsufficiëntie: atypische HUS Behandeling Hemodialyse + Plasmaferese 2012 Niertransplantatie (sept): Living cross-over donor Immunosuppressiva: Cellcept, Tacrolimus Plasmaferese (ter voorkoming recidief HUS) Aantal bp: 16 x EC, 552 x FFP, 1x TC, zonder reacties Overig: Kinderen: 1 Atopie voor allergie: eczeem, inhalatieallergieën, notenallergie Allergie ACE-remmer (vasculitis) O.a. ß-Blokker, cholesterolverlager, AB, foliumzuur, maagzuurremmer
(A)typische HUS (Hemolytisch Uremisch Syndroom) Typische HUS Acute nierinsufficiëntie Hemolytische anemie Trombopenie Kleine kinderen en ouderen Oorzaak Voedselvergiftiging E. coli (hamburgerziekte) Therapie: Nierdialyse (Chronisch nierinsufficiëntie) Atypische HUS Acute nierinsufficiëntie Hemolytische anemie Trombopenie Alle leeftijden Oorzaak Genetisch: gendefect factor H (complement activatie) Therapie: Plasmaferese Niertransplantatie
Behandeling Stop plasmaferese!
Vervolgacties Lab/kliniek Geen tempstijging Calcium totaal: 2.44 Citraat toxiciteit: onwaarschijnlijk Hb: 5.6/6,0 IgA a.s.: onwaarschijnlijk Screening: negatief Kweek: patiënte en donoren: geen groei Sanquin BBdonoren: niet eerder betrokken bij een TR 09-11: Donor 1: Lasartan (geen ACE remmer) Donor 2: > 2009: Penicilline allergie, Metformine (OAD) Simvastine (chol.verlager) 12-11: 3/4 donoren: geen medicatie 1/4 donor > 2010: Coversyl (ACE-remmer) Metformine (OAD) Lipitor (chol.verlager) Glimepiride (OAD)
Alternatieven Start eculizumab (Soliris ): monoclonaal a.s. OctoplasmaLG of Omniplasma?
Acute Transfusiereactie Niet-hemolytische transfusiereactie Acute hemolytische transfusiereactie TRALI (transfusion-related acute lung injury) Volume overbelasting Anafylactische reactie Andere allergische reactie Post-transfusie bacteriëmie /sepsis Verkeerd bloedproduct toegediend Overig incident
Acute Transfusiereactie Niet-hemolytische transfusiereactie Acute transfusiereactie TRALI (transfusie-related acute lung injury) Volume overbelasting Post-transfusie bacteriëmie/sepsis Verkeerd bloedproduct toegediend Overig incident Anafylactische reactie Andere allergische reactie
Ernst reactie Ernst van een reactie Graad 0 Geen morbiditeit (ziektelast), slechts wanneer een reactie pas na langere tijd en alleen toevalligerwijs middels screening bij een patiënt wordt opgemerkt kan er sprake zijn van graad 0 Graad 1 Geringe mate van morbiditeit, geen levensgevaar Graad 2 Matige tot ernstige morbiditeit, al dan niet levensbedreigend; tevens alle gevallen waarbij er sprake is van ziekenhuisopname en/of verlenging van ziekte en/of ziekenhuisopname en/of leidend tot chronische invaliditeit en/of arbeidsongeschiktheid Graad 3 Ernstige morbiditeit, direct levensbedreigend Graad 4 Mortaliteit als afloop van een reactie
Relatie tot transfusie Relatie tot bloedtransfusie (imputabiliteit) Zeker Wanneer er overtuigende bewijzen zijn dat de ongewenste bijwerking buiten redelijke twijfel aan het bloed of bloedbestanddeel moet worden toegeschreven. Waarschijnlijk Wanneer er duidelijke aanwijzingen zijn dat de ongewenste bijwerking aan het bloed of bloedbestanddeel moet worden toegeschreven. Mogelijk Wanneer er uit de gegevens niet kan worden opgemaakt of de ongewenste bijwerking aan andere oorzaken moet worden toegeschreven. Onwaarschijnlijk Wanneer er duidelijke aanwijzingen zijn dat de ongewenste bijwerking aan andere oorzaken dan het bloed of bloedbestanddeel moet worden toegeschreven Zeker niet Wanneer er overtuigende bewijzen zijn dat de ongewenste bijwerking buiten redelijke twijfel aan andere oorzaken moet worden toegeschreven
Conclusie Transfusiereactie Anafylactische reactie op plasma Ernst: graad 2 Relatie: zeker Melding TRIP IGZ / Dir. Patiëntenzorg Patiënte Volledig hersteld, ontslag 16-11-2012 Reageert goed op eculizumab (toediening poliklinisch) > 12-11-2012 geen bloedtransfusies
Dank voor uw aandacht?